Historisch Archief 1877-1940
i a nriiinr rip 11 i(n»rni ~'~rT~rtrynTi'mni .' m i M i"m. MM. i»r"H ' in."" i i
D E .A M. S T. E R P>A M MER.
damsch ? rekening op Amsterdam in de vaart. De Trans
atlantische stömscHèpen zjjn ongeveer 100,Meter lapg,
Be- sluizen Van" het nieuwe' kanaal la^en schepen van
120 Meter toe. En Het; Mètrinedolc ^e Kieuwetiiep datj
tot dusverre' in de behoefte aan een' groot Droogdok
voorzag, zal op 31' JDéc. '1878, dus óver anderhalfjaar
voor1 de koopvaardij gesloten' zjjh. ' '? .
In dien stand van 'zaken, waarin óf de groote zee
schepen Amsterdam zouden moeten myden, óf Amster
dam moest zorgen zelf een groot droogdok te krygen,
hebben onze stadgénoóten A. A'.1 Bienfa'it, J. Boissevam,
P. E. Tegelberg en G. A: Tindal plannen doen ont
werpen en. gelden bijeengebracht voor de grootsche
onderneming, Amsterdam zelf in 't bezit te stellen van
een Droogdok voor de grootste schepen. Het kapitaal
bedraagt f 1,000,000 Ie Serie f 400.000.
Obligatienkapitaal hoogstens f 1,000,000 by de oprichting uit te
geven Obligatien ad nominaal f 500,000.
De plannen zijn gereed, de Statuten zijn ontworpen,
het Gemeentebestuur zal waarscbynlyk aan het Dok
eene ligplaats afstaan in hét afgesloten IJ, tegenover
de in aanbouw zynde handelshaven, dus in den boezem,
waar de groote scheepvaart zich bij voorkeur zal bewegen.
Reeds is :'/B van het benoodigde Aandeelen-Eapitaal
geplaatst, thans is het alleen de vraag of de belang
stelling, die allee ongetwijfeld voor deze zaak koesteren,
ook tot deelneming zal opwekken; of men niet liever
zijn geld zal steken in eene echt Amsterdamsche onder
neming, door achtenswaardige Amsterdammers met alle
kans van welslagen op touw gezet, dan zich te wagen
aan Turksche of Spaansche leening of Amerikaansche
spoorwegaandeelen!
Kans van welslagen is er zeker. Ieder zal inzien dat
voortaan de belangen van de Kan aal maatschappij, de
Stoomvaartmaatschappy Nederland, de Koninklijke
Nederlandache Stoombootmaatschappij en de
Droogdokmaatschappij n zijn.
De Maatschappij Nederland zal dan ook als vaste
klant, minstens f 40.000 dokloon per jaar betalen en
ook andere groote Stoomvaartmaatschappijen zoowel
als de Koninklijke Nederlandsche Marine zullen geheel
of gedeeltelijk van dit Dok gebruik maken.
De groote stad, die zich verheft, moet een Droogdok
hebben. Moge het spoedig totstandkomen daarvan
mogelyk worden door de warme deelneming van ieder
solied beursbezoeker, die geld kan plaatsen; mogen toch
allen begrijpen, dat het hier een volstrekt Amsterdamsen
handelsbelang geldt, dat bevorderd moet worden en
waarvan de baten natuurlek ook bij voorkeur aan
Amsterdammers toekomen.
De Inschrijving zal geopend zijn op Dinsdag 24 Juli
e.k. van 10 tol, 4 uur, te Amsterdam, ten kantore van
de Kas-Vereemging, alwaar Prospectussen te verkregen
zijn. De storting geschiedt op 15 Augustus.
H. Z. O. D.'
Zaterdag 14 dezer waren we tegenwoordig by de
plechtige uitreiking der medailles behaald in den
Grooten Internationalen Tooneelwedstryd, door Hooger Zij
Ons Doel",' de oudste Rederijkerskamer der hoofdstad,
uitgeschreven. Aan hare zinspreuk getrouw, toonde ze
wat meer te willen dan vroolyk samenzijn en afwisselend
avondvermaak. Aan de rederijkers Ui/ft veel te doen
over, als ze, ook gelijk de Heer' Hedden in zy'ne feest
rede zeide, zich inderdaad inspannen, te toonen, wat de
kunst vermag, wanneer ze zich vry ontwikkelt, onafhan
kelijk van geldelijke invloeden, zonder belemmerende
reglementen en zonder noodig te hebben zich te schik
ken naar den smaak van een niet altyd even goed ont
wikkeld publiek. Maar daartoe wordt vél vereischt.
In het Verslag der Jury" door den Heer Rössing voor
gelezen, waarschuwde men dan ook tegen-stukken, die
boven de macht der spelers gingen, waarschuwde men,
om toch vooral uitspraak en kleeding niet gering te
te achten. De rederyker is geheel vry en men mag en
men moet hem daarom hooge eischen stellen.
Aan waardeering ontbrak 't H. Z. O. D. niet:
Onze Koning, onze Koningin, de Koning van België,
Prins Alexander, Prins Hendrik, Prins Frederik en de
stad Amsterdam loofden gouden en zilveren medailles
en sommen van f 500 tot f 125 uit. Vooral de kamer
Vondel van Zaandam en St Cecilia te Hasselt keerden
met goud en zilver beladen huiswaarts.
Een genotvolle avond volgde.
Hadden we 's middags tusschen 3 en 5 oude bekenden
weergezien, gedurende de Soiree Variée kon smen ge
zamenlyk lange jaren dienst herdenken. In de sierlyk
verachte tuin, in de zaal, onder zang en dans, luimige
en ernstige voordrachten vlogen de uren, en eerst in
den, morgen keelde men huiswaarts.
Van, de voordrachten noemen we in de eerste plaats
de Jclassiejce deklainatie door onzen eenigen Vrugfonan
yan Da' jposta's Caïn: Hedden'8 voordracht, yan Eene
Moeder door LaurUlard, eene voordracht die een voor
beeld van eenvond en waarheid mocht neeten;
Scheurleer's voordracht van Teunis Ruwjiard van Bogaerts
zoo vol dramatisch effect en juiste waardeering. Ook
de Heer Weeelaar verdient lof voor de wyze waarop
hy het vaak besproken stuk De Roepstem voordroeg.
't Langst sprak men over de geestige en ondeugende
versjes van den Heer Anten van de St. Cecilia te Has
selt, die,'t dubbel goed maakte voor de Zuiderbroeders,
die wegbleven. Hij en de heer Vrugtman vergastten
ons nog op een paar zangstukken, terwyl ook de heer
Jacob Duyvis zijne bekroning als besten speler in het
blyspel volkomen begrypelyk maakte door De
Lazarethpoëet Verliefd" voor te dragen.
We wenschen H. Z. O. D. geluk met den uitslag
van den wedstrijd en met haar welgeslaagd,
huishoudelyk feest.
RECHTSZAKEN.
De Koffer van Daniele Salvatore.
Het Corte d'assise di Napoli heeft zich de laatste
maanden bezig gehouden met eene eerst geheimzinnige,
later geheel aan 't licht gebrachte zaak, die deze week
met een doodvonnis geëindigd is. In September '75 von
den de ambtenaren der politie te Rome reden om een
koffer te openen, die aan het station aldaar was blijven
staan en vonden daarin het verminkte lijk van een jong
meisje. Maanden lang bleven alle onderzoekingen vruch
teloos, men weet niet of het magnetisme te hulp ge
roepen is, maar zooveel blijkt, dat de Italiaansche politie
en justitie niet gelukkiger zyn dan die van sommige
andere staten van Europa. Eindelyk vond men den
schuldige, en de toedracht der zaak bleek deze te zyn:
Giuseppina Gazarro was eene betooverend schoone
Italiaansche, die met hare ouders, welke kamers ver
huurden, te Napels woonde. Onder de huurders van de
oudelui Gazarro, behoorde ook een gewezen monnik,
Vicenzo Palazzo, die door de zeventien jaar en de don
kere oogen der schoone Giuseppina verleid, haar had
weten over te halen met hem te vluchten. Een
wederzydsch vriend van Palazzo en de familie Gazarro deed
al de vereischte stappen om te trachten het verdwaalde
lam op den goeden weg terug te voeren, maar het was
in zyn eigen belang, dat hy deze moeite deed, hy ont
nam Palazzo niet alleen zyne bekoorlijke verovering,
maar eene som van 14,000 lire bovendien.
Eenigen tyd leefden ze te zamen, tot op een dag
Salvatore aan zyne geliefde verklaarde, dat er eene
scheiding moest plaats hebben, dat hy ging trouwen.
Het meisje smeekte hem haar niet te verlaten. Daniele
beloofde dit, maar toen reeds kwam by hem, het plan
op, zich van haar te ontdoen,,al ware het door eene
misdaad. Zy vertrokken beide naar Napels, en eenige
dagen later werd de schoone Italiaansche, in stukken
gesneden, in/een koffer naar Rome gezonden.
De beschuldigde, Daniele Salvatore, beweert dat het
meisje, aan eene. ziekte gestorven is, maar dat hy geen
dokter heeft willen roepen uit vrees van vervolgd te
worden voor den diefstal, van 14,000 lire, dien hy met
haar gezamenlyk had begaan. Hy zegt dat liy ver
scheidene nachten by het lyk geslapen heeft en eerst
tot de ^verschrikkelijke verminking besloot, toen de ont
binding hem noodzaakte zich.er,van te ontdoen.
Deskundigen verklaren dat Giuseppina gedood is door
een koperzout, en men heeft by den beschuldigde en
in zijne zakken .een zekere hoeveelheid groenachtig
poeder gevonden, .dat voor sulphas cupri herkend is.
Dat de Italiaansche ad vokaten zich voor hunne pleidooien
moeite geven en rekenen op eene jury en een groot
publiek, kan blyken uit de redevoeringen die voluit
door de Italiaansohe dagbladen worden weergegeven.
En ziet," roept de Procuratore , Generale uit,
en ziet welk een samenloop door het noodlot, door de
voorzienigheid beschikt t Op 6 Maart 1875 werd Giusep
pina voor de rechtbank gedaagd, beschuldigd van den
diefstal ten. nadeele van den monnik Palazzo begaan.
Op den dag.van 20 Augustus 1875, dat is dus acht da
gen nadat Daniele met haar van Arezzo naar Napels
~~, J
vertrokken was. is aan de laatste woonpiaatfjder
onget' *"" * * 'JJc»É»iV** ^ ?
lukkige de dagvaarding* aangeplakt. Op 11 September
heb ik zelf geeischt bg verstek tegen haar te
procedeeren, op 10 September heb'ben wy ons hier m cleae
raadzaal' vereenigd om' haar te oordeéen,.'..'. wy" waren
verëenigd, en er waren onder ons wel
magistraatepersonen die zeiden: waarom heeft deze jonge vrouw zich
niet voor de rechtbank vertoond? Zy, tot ondeugd
gebracht door het slecht gedrag van den afvallige die
by haar in .huis woonue, zou de gevoelige snaar van
het volksoordeel hebben doen trillen.".... En op dien
zelfden dag, 16 September, oordeelden en vonnisten w$
een lyk!" (Groote sensatie.)
Op dienzelfden dag bewoog zich haar misvormd en
reeds onkenbaar overschot in een reiskoffer op den weg
naar Rome. (Beweging, diepe aandoening.)
Wjj, aardsche rechters, hadden deze jeugdige onge
lukkige geoordeeld als weerspannig aan de wét, terwyl
hare ziel reeds in tegenwoordigheid van Gods troon
was, en reeds opgenomen ik twyfel er niet aan
onder de groote vleugelen van Zyn barmhartigheid, en
gelouterd door den marteldood dien deze man haar
had aangedaan. (Applaus.)
Daniele heeft voorgegeven dat zyne vrouw ziek was.
Welke ziekte?'' vraagt de Procuratore Generale. Hy
weet er geen te noemen en heeft geen dokter willen
halen. En waarom hebt ge hare moeder niet gehaald?"
Nu volgt er eene uitweiding over de moederliefde en
den troost dien het byzijn der moeder aan de dochter
zou verschaft hebben, met verzen en aanhalingen gekruid,
die een diepen indruk op de luisterende menigte maakten.
Daniele geeft verder uitleg van eenige roode vlekken
in de keuken van het huis gevonden. Dit waren, zegt
hy, vlekken van het sap eener roode granaatappel,
eenige dagen vroeger door hem opengesneden. Ja,"
roept de Procuratore uit, van een schoone, heerlijke
granaatappel, door n opengesneden.... en in een koffer
naar Rome gezonden. (Applaus.)
Het verhoor van Palazzo, die het eerst Giuseppina
haar plichten heeft doen vergeten, veroorzaakt eene
werkelyk dramatische scène. Hij vertelt hoe Daniele
hem zyn schat en zyne minnares ontfutseld heeft en
ontsteekt dan in woede.
Hy was myn eenige vriend, wien ik alles ver
trouwde. Waar is hij? (Zich naar de bank der beschul
digden wendende.) Ik wil hem zien. In 63 of 64 heb ik
by toeval kennis met hem gemaakt, wy zyn vrienden
geworden. Ik meende dat hy een bloedverwant van de
familie was.... Waar is Daniele? Ik wil hem nog eens
zien, Canagliaï! (Hondsvot.)
Maestro Placido, Daniele'8 verdediger., Mijnheer de
president, ik verzoek u een einde aan deze vertoonin
gen te maken."
De getuige. Maar hy heeft my bestolen, hy heeft mjj
het hart gebroken."
Maestro Placido. Gy hebt de eer eener familie ge
roofd!'1
De getuige. Ik zag hem iederen avond. Ik had geen
geheimen voor hem. Zoo wist hy ook, dat ik papieren
had, die ik wilde verkoopen. Hy is het ook alleen die
gestolen heeft, niet Giuseppina. De behandelde haar
goed. Zij wist dat ik naar Amerika wilde gaan. Ik ga
naar Amerika, zeide ik tot haar, om ryk te worden en
vóór altoos met u te leven:"
De president. Hadt gy plan haar te trouwen?"
De getuige. Voorzeker."
(Palazzo wordt by zyn vertrek door de menigte uit
gejouwd.)
Een nog meer indruk makend tooneel volgde, toen
men den beschuldigde de bezoedelde en bloedige kist
vertoonde, waarin hy zyn ongelukkige geliefde .naar
Rome verzonden heeft. Daniele wordt overvallen door
hevige stuiptrekkingen en moet buiten de zaal gebracht
worden. Men slaagt er eindelyk in, hem weer by'kennis
te brengen, hy zwelgt, achter elkaar, veertien glazen
water in, en het publiek roept hem toe:
Al verzwolgt ge de zee, gy kunt uw geweten
niet schoonwasschen!"
Toen men hem weer tegenover dit afschuwelijke
overtuigingsstuk bracht, begonnen de stuiptrekkingen op
nieuw en de zitting moest tot een volgenden dag wor
den uitgesteld.
Na eenige weken heeft het hof van Assise te Napel*
eindelyk uitspraak gedaan en Daniele ter dood ver
oordeeld.