De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1877 28 oktober pagina 3

28 oktober 1877 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

'D B A M» S T B B I> A M M E R, HET VONDELPARK. Op een helderen Zondagmorgen verliet ik ten vijf ure mijne woning met het plan, een wandeling door het Vondelpark te raafcen, dat, naar ik meende, nog wel door niemand bezocht zonde zijn. Wat my onderweg zér opviel, was het legio henge laars, die zich aan ae groene boorden van oen Buitensingel met visschen vermaakten, terwijl aan de Wetering poort zelfs met een totebél Dovenmenschelyke, maar, naar 't mij voorkwam, vruchtelooze pogingen werden aangewend om een zoodje" ir ach tig te worden. Daar ik een volkomen afkeer van visschen heb en ten volle de stelling van zekeren wüsgeer beiiam: een. hengel i» een stok, waarbij aan de eene zjjde een worm zit en aan de andere zijde een dagdief, kuierde ik langzaam verder. Men zal my, hoop ik, wel veroorloven myne opinie te verzwijgen over de fameirso sloot, die zich aan den ingang van ons Vondelpark bevindt; dit onderwerp is reeds zoo vaak behandeld, dat ik er liever over awijg, alleen zoude ik ieder ^ bezoeker van het Park haast willen aanraden om, op 't gevaar af van het met een onbdzoMigd rjjfcsteld wacht er aan den, stok te krijgen, een steen of een handje aarde er in te werpen; vele handen maken licht werk en als ieder nu maar een steentje wilde bijbrengen, dan was die heldere vliet" zeer spoedig op eene gemakkelijke en minkostbare wijze gedempt. Ik stapte net hek binnen en was weldra in het hart van het Park, dat ik niet aarzel, zonder eenig voorbe houd, schoon en eenïg in zgn soort te noemen; die wandelplaats is een weldaad voor onze aan natuurschoon zoo arme stad en den mannen, die het initiatief namen deze nuttige instelling in het leven te roepen, komt de dank der ganscbe burgerij toe; het zoude, dunkt mij, lang niet ongepast zijn wanneer conigen van de vele bezoekers, waarvan de meeste gratis-genieters, eens het plan opperden en ten uitvoer brachten, om uit vry willige bijdragen do oprichting mogelijk maakten van een gedcnkzuil c f een tafeltje aan den ingang van het Park, vermeldende jaar en datuv der opening en de namen der stichters, Tot raijno groote verwondering waren er, niettegen staande het vroege uur, reeds zeer vele wandelaars op de been, die niet bepaald tot de hooge arfstokratio be hoorden ; ik zeg dit volstrekt niet om een hatelrjkheid te débiteeren, want ik gun juist den mindergegoeden dubbel en dwars een genot, dat de meer gezegenden in veel hooger mate op buitenplaatsen of in het buiten land kunnen genieten, ik wilde er alleen door te kennen geven, dat ons Vondelprfrk nog te weinig algemeen volkspark is en dat het wenschelyk zoude zijn wanneer ook 3e gegoede klassen er een ijveriger bezoek aan brachten en daardoor bijdroegen om op ons mindere publiek een beachavenden en, veredelenden invloed uit te oefenen. Scherpe afscheidingen tusschen de standen, zooals die ten huldigen dage ten onzent bestaan, kun nen niet anders don verkeerd werken, en werken . allerlei soort van verouderde vooroordeelen in de hand. D-e inelkrerij was diuk bezocht, onder ons gezegd en gT&bleven, wekte de melk, hoewel zy goed was, eenigszins het vermoeden bij m« op, dat zij een geheim huwelyk met de waterleiding had gesloten, desniettemin was het publiek blijkbaar voldaan en genoot met welbeha gen net edele product der koe uit. antieke bierglazen tot den prijs van tien cents por glas, een pry* dankt mij, die voor vermindering, vatbaar fs. Van den zoom van liet reeds voltooide gedeelte van het Park naar den Amstelveenschen weg loopt men minder aangenaam en ik kan het bezoek daarvan voorloopig dan pok niet aanraden, vooral uiet aan natuurgenooten, die met likdoorns behept zijn; 't is een zon nige wandeling, die» sterk aan steenachtig Arabiëdoet denken, 't Laat zich echter aanzien, dat mettertijd dit gedeelte voor het oude in fraaiheid niet zal onderdoen; de breed aangelegde en bijzonder lange rijweg belooft veel en zal waarschijnlijk voor harddraverijen zeer ge schikt ajjn. Hoewel ik herhaaldelijk zeer gevoelig met puntige steenen had kennis gemaakt, was ik blyde maar te keuben doorgezet, want ik kon nu in het teruggaan de kennis met onze antieke 0?ertcom hernieuwen, die met den tramway en de nieuwe woningen aan het einde al heel yeel zal gaan krijgen van eene oude juffrouw in een nieuwmodisch pakje; Door de Palamedes- en de Vondelstraat ging ik het Park weder binnen en het was toen, dat IK eene op merking maakte, die de efgenlyke aanleiding is tot het schrijven ran dit stukje, In 't Paviljoen, dat schaars bezet wasp werd (let wel, ten Keven «re rs morgens) sterke drank getapt! Nu bent ik volstrekt geen tegenstander van een matig gebruik van sterke dranken, maar zij moesten niet op alle tijdenen plaatsen gesoaónken worden en 't allerminst m het Vondelpark, waarin ik trouwens dat gebeele paviljoen wansmakelijk en misplaatst vind; raf dunkt raenxxmde kunnen volstaan met hier en daar enkele kleine tentjes te plaatsen, waar spuitwater, limonade en andere verfrisBcnende dranken te krijgen waren misschien zonde ook een enkel bièrtentje niet misplaatst zyn. Kof fiehuizen echter zijn TOOT eene openbare wancfeTpIaats jiiet geschikt, ie maken een verkeerden indruk en ontaarden natuurlijk in Dittersocfeteiten waar vooral politieke tinnegieters, en ploertjes met hunne dulcinea's «n OTOT 't algemeen een zoogenaamd Zondags puWiek den boventoon voeren ea Tt genot vnn den stillen wan delaar, die gaarne natnurschooh geniet, voor t grootste gedeelte beden en. Het zoude, geloof ik, den meesten bezoekers van het Vondelpark meer dan aangenaam zyn, wanneer men, na het eindigen, der tegenwoordige pacht, het paviljoen tot andera doeleinden inrichtte. Zoude men er D, v. niet een plantenkas van kunnen maken, waarin kenr van vieenuLa gewassen, tegen een matig entree tentoon waren gesteld.? Naar 't my voorkomt zoude een dergelijke maatregel niet alleen nuttig, maar ook zeer in net materieel voordeel van bet Vondelpark zijn. Een ander» zaaV vond ik nog veel hatelijker: eene bende juffertjes, in de volkstaal naaimuggen genoemd, omdat ze meestal met kleereu maken den kost verdie nen, kwam, met de noodige cavaliers, allen met groote stroohoeden en flambards op, veelkleurige dassen om en wonderlijker wijze allen met akelig heeache stemmen begiftigd, een der lanen nitstuiven onder het zingen, neen brullen van den bekenden deun; ma clef' etc. Waarschijnlijk kwamen die lui van een bruiloft of andere partij, ik kan m$ ten minste niet voorstellen hoe men anders op het, waHe idee kan komen om zich 's ochtends in de vroegte en liefst "?en .corps" in de vrije natuur aan bachanoliën over te geven. De troep hoste, zonder iefcs te ontzien, joelende door, tot grooto schade van planten en struiken en tot ergernis van ieder die graag kalm een luchtje wilde scheppen. Ik geloof gaarne, dat het niet wel mogelyk is tegen dergelijk misbruik afdoende maatregelen te. nemen, want het uitgestrekte terrein zoude eene sterke en daardoor bezwarende politiemacht veveisehen; twee zaken zoude ik echter -wenschelyk vinden : ten eerste, dat aan de in gangen van het Park cenige controle werd uitgeoefend en verdachte troepen zooveel mogelijk geweerd werden, ten tweede, dat het welgezinde publiek eens een hartig woordje meepraatte en zich tegen dergelijke losbandig heden verzette; n persoon ia natuurlijk onmachtig om ieta te; doenr maar als eenigen gezamenlijk door woord en daad nu eix dan paal en perk stelden aan de uitspattingen en broocmronkenheden van zeker soort lieden (die men, helaas! bij alle standen vertegenwoor digd; vindt) dan zoude er waarschijnlijk spoedig een einde aan komen Ik mag lijden, dat het Vondelpark weldra' ook daarom geroemd mo<re worden, omdat men er een publiek vindt uit alle standen, dat zich ordelijk en wellevend weet te gedragen ea de scuoone wandelplaats waard is. EEUWIGDURENDE PENSIOENEN. Het Blauwe boek van Engeland bevat onder andere ook de civiele lust der koningin,, die tot zonderlinge opmerkingen aanleiding geeit. Toen: Victoria den troon besteeg, ruilde zy de Icrooudomeintn, en andere eigen dommen, die zij geërfd had, tegen een inkomen van 335000 pond 'sjaars (9,625.000 francs). Het Parlement evenwel behield zich een zekere controle voor over dit geld dat de belastingschuldigen, moesten .opbrengen, en over de wijze waarop het besteed werd, zoodat alle uit gaven onder bepaalde hoofden ingedeeld werden, en de koningin ter eigen beschikking, voor zakgeld, steciifs 8000* pond, (20(V300 francs) overhield!^ Daarbft ontving zij evenwel net recht jaargelden te verleenen aan emi nente personen, die ondersteuning nooch'g hadden, tot 1200 pond 'sjaars elk, en hiervan heef t zij ruim gebmik gemaakt. Nu volgt het inkomen van de prinsen en prinsessen van den bloede» dat zamen slechts 159000 pondf bedraagt, de verschillende betrekkingen echter die deze personen beklgeden, kosten het land meer dan t wee maal zooveel. iJaarna de pensioenen, eindeüjk de eeuwigdurende jaarwedden. Dit zijn pensioenen niet voor personen, maar voor families wier voorvaderen den lande diensten bewezen hebben. De tegenwoordige hertor van MarlfcoroBgto ontvangt 4000 pond 'sjaars, voor de slagen van Kamillies en Malplaquet, in 1706 en 1709 door zyn voor vader gewonnen. De erfgenamen van William Pènn,dfe eene Engelsche kolonie m Pennsylvanie stichtte, ontvan gen ook nog 4000 pond, ofschoon reeds honderd jaar geleden Pénnsylvanie- is opgegaan: ia de Amerikaansche Unie, en Engeland zeker meer nadeel dan voordeel beeft aangebracht. Onder Willenr III moet er een hertog ran Schomberg bestaan, hebben, ten miaate ayne erfgenamen zullen, zoo lang Engeland bestaat, een inkomen van 3000 pond uit de schatkist genieten» maar de diensten die de hertog genoten heeft z$a nu reeds onbekend. EEN MIDDEL TEGEN HEESCHHBïD. Een ran de beste middelen tegen heeschheid is door Fredcrik den Groote uitgevonden. Eene prima donna van de opera te BerEjjn had de gewoonte dikwyls koude te ratten, hetgeen haar dan Belette op te treden en te zingen. Vooral wanneer iemand o* ieta niet naar haar zin was. gebeurde dit. Op een dag zou in de opera te Bernjn ook de koning te enwoordig ayn» Het publiek wachtte, en de regisseur trad naar voren en zeide: Dames en heeven> het spijl ons zeer u te moeten meedeelen dat Mademoiselle door heeschheid verhin derd is te zingfln, ea de voorstelling dus geen doorgang hebben zal." ]>? goede Berinnen wartn nrisfehien wat teleurgetteld, maar stonden toch kalm op om hoer hnhrie gaan, toen de koning ia 7fjftnQ loge opstond ejx de nyflzifrft1^*1 beval op hunne plaats te blven. Even kalm gingen ook de Berhjners weer zitten en wscotten gadakHg wat erkennen zou. Binnen minder dan een kwartier verscheen de regis seur opnieuw en sprak alt volg! r Dames en heeren, rk kan u tot m^n groot genoegen mededeelen dat onze prima donns volkomen genezen is van nare heesdbheid, en de eer zal hebben dezen avond voor u te zingen," En inderdaad de zangeres verscheen en zong zoo goed als ooit. Haar triomf was volkomen. Eet recept van den koning was zeer eenvoudig geweest. De prima donna zat, nadat ajj den ongelukkiger regisseur had weggezonden,, gemakkelijk in boze jcainer, misschien niet zonder voldoening dat zij het genoegen van^enige honderden menschen had bedorven, toen de deur plotse ling werd opengeworpen en een officier binnentrad, ge volgd door vier dragonders* Mademoiselle, zeide de officier, zjjne Majesteit zendt nvy om naar uwe gezondheid te vragen." Zijne Majesteit is wel goed, ik heb keelpya en ben vreeselyk beescli" Zijne Majesteit heeft het vernomen, en heeft my gelast u dadelnlt mee te nemen naar het militair hospi taal, waar gij Linnen weinige dagen genezen zult zyn." Mademoieeflöwerd bleek. Gij schertst," zeidJe zij bevend, maar Ternam dat Pruisische officieren nooit schertsen. De luitenant kommaudeerde, de dragonders grepen Mademoiselle en droe gen haar in het lytuig. De officier nam naast haar plaats, de dragonders reden er naast.. Binnen weinige seconden zeide de dame: Hond on, me dunkt ik gevoel mfi beter." De koning zon- gaarne willeu, Mademoiselle, dat gij geheel beter waart, en zelfs dezen avond nog zoudt zingen." Ik zal het beproeven," zuchtte de gevangene. Omkeeren en naar den schouwburg!1' riep de officier den koetsier toe. Daar aangekomen, begon Mademoiselle te denken dat z§te spoedig had toegegeven. K zal zingen," zejde zy, daar züne Majesteit het verlangt, maar de hemel weet hoe ik het er af zal biengen." Gij, zult zingen/1 antwoordde de officier, zooals de groote artiste die gij zijt" Ik zal zingen als eene artiste met hevige keelpyn." Ik hoop van beter." En dat waarom ? Omdat een paar dragonders op wacht zullen staan, en bij het eerste kuchje hebben zij order u naar net militaire hospitaal te vervoeren." De heeschheid was volkomen genezen. STADSNIEUWS. Nog altijd wacht het Gemeentebestuur op een paciter voor nare steigers. Misschien, dat er liefhebbers komen opdagen* nu men weet, dat er n boot gelost heefr. De eerste boot van Jara, de Eigin, kapitein Mitlar, heeft aan den ffemeeoteafceiger aangelegd en heeft alzoo in 't West er dok gelost LL Donderdag gaf de liedertafei Eutevpe een waarvan do oporengst bestemd is voor ck Inrichting voor Ooglijders m de Spiuoaastraot alhier waarlyk een navolpfonswaardig voorbeeld voor andere Genoot schappen, die in staat zijn hunne krachten en talenten sou cfe weldadigheid dienstbaar te maken. Al de inteekenaren die de uitvoering bijwoonden, er waren helaas veel besproken plaatsen onbezet, zullen ten hoogste voldaan naar huis zyh gekeerd, de uitvoe ring wa» in alle opzichten buitengewoon schoon en degelijk ; de ensemble stokken muntten uit door eenheid, kracht en zuiverheid van intonatie en instrumentatie, byzonder voldeden Am Meere van Schubert, Aufoffener See van Ferd. Mönringt Ifomrte an. die Musik en dier Morgen die allen met veel nuanceering werden voor gedragen. Als solisten kweten ziekt de 'Heeren Fr. Koster en G. Tholen, vitmnntend van hunne taak, de eerste gaf nog na zijne tenoorsolo Ungedttld van Schubert teu beste, dat met geestdrift werd toegejuicht. liet was jammer dat Eet publiek onrustig werd en naar jassen, hoeden en doeken begon te zoeken terwijl de Hr. C. Tholen nog bezig was zijn bariton-solo in der Falsehmiïneer te zingen. Een verdienstelijk zanger, die belangeloos zyne gaven aan een e$el doel wydt beeft aanspraak op de beleefd heid van het publiek. Over den H r. Carl \Veynand, de verdieneteiyke maestro uit Bingen allén dit. Het doet ons goed dat hy een stadgenoot van ons i» en kunnen wy terecht trotsch op hem zijn. Hij i» een artist van liet zuiverste water, voor hem tekenen geene moeie)$kheden meer te be staan, zyne techniek i» bewondereAswaatdig in de hoog ste mate. De uitvoering van Eiitcrpc is waarlyk een tiiomf voor de liedertafel en een kroon voor den verdienstelyken directeur Rob. Colfin. De Redactie verzoekt verschoond te bhjren van inge zonden stukken betreflende de muur op bet Sophiaplem. Zy zal in deze treurige zaal: ffeen oordeel vellen, doch uit den wensch, dat dergiolnie onrechtmatige hande lingen, waaraan w{j Amsternammer* niet gewend z$n, zich nimmer zullen aerbalen. * Er zal hier ter stede een Fraaache Reder ykerskamer wofdeo opgericht^ la FratemitéDrmwatiqne, onder de zinspreuk Art, PZaistr et Charké, die zkh ten doel stelt het geven van Fransene 1T ooneelToorstelüngen, waarvan jaarlijks een ten voordeele der Algemeene armen. 1 t i * l

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl