De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1877 18 november pagina 2

18 november 1877 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

II DE AMSTERDAMMER. O V E L L E. l r3 i ' .v. In. eene Winterstad, ' " ' v '-'".'. DOOK ;??*.???? * OUIDA. ?(Vervolg.) , Mila is eene ellendige/1 zeide zij. Eene ondank; bare," wilde zij er byvoegen, maar zy bedacht dat dit onedelmoedig zou zijn. Zy is' eene zottin," zeide zij toen met bittere verachting, en hoe kunt gij aan my'n naam iets laten afdoen door haar dwaas geenap. Daaren boven, wat hebt gij, en wat heeft zij, zich met iny te bemoeien? Ik ben niet gewend aan voorschriften, noch aan bemoeizucht!" O, dat weet ik," zeide haar broeder nederig. En ik vraag u ook wel verschooning, ge zyt uw eigen meesteres, on zoo verder, maar zeg me toch even, hoe zal dat eindigen?'* Wat ?" Die gril van u." Lady lïihla werd nog bleeker. Beste Clairvaux," zeide zij, gij zijt noch myn voogd, noch mijn man; alloen voor een gedeelte myn administrateur, en dat geeft u geen recht onbescheiden te zijn. Ge spreekt waarlijk zooals ge tot de dochter van uw boschwachter zoudt spreken als ge meendet dat het meisje den slechten weg opging." Wat de heer Della Rocca voor my gevoelt is alleen eene sympathie in denkbeelden en smaak. Maar als het iets anders was, wiens zaak zou het dan zijn ?" Lord Clairvaux lachte. Ja! dat is wel waarschynlijk dat gij vriend schap zoudt inboezemen. Alsof ooit een vrouw die het aankijken waard was een man daarbij wist te houden! Laat ons daarover niet met woorden schermen, Hilda. Misschien heb ik geen recht iets te zeggen. Gij zijt uw eigen meesteres, en tegenover niemand verantwoordelyk. Alleen kunt ge ontkennen dat ik uw broeder ben ?" Ik heb altoos begrepen dat ge dat waart, maar ik geef toe (Jat die omstandigheid mij nu weinig eer schijnt." Maar dat is slecht, zeer slecht," zeide hij op treurigen toon. Maar ge zult me niet aan 't twisten krijgen. Yoor een twist moeten er twee zijn, en ik wil niet een van de twee wezen, wij zijn altoos goede vrien den 'geweest, meer dan goede vrienden. Ik dacht dat ik de eenige persoon op aarde was van wien ge hieldt..." En zooals iedereen, meent ge van m\;n gehecht heid misbruik te mogen maken om mij te beleedigen door uw onbescheidenheid," zeide zijne zuster, terwijl smadelijke toorn in hare kwijnende oogen fonkelde. Zij was van haar stoel opgestaan, en liep ongeduldig heen en weer. Clairvaux bleef bij den haard staan in dezelfde houding, met een onverstoorbaar goed humeur en eene zekere verlegenheid die haar op andere tijden zeker zouden vermaakt hebben. «?«?*? Misschien ben ik onbescheiden,11 zeide hij, ofschoon hot voor den duivel een vreemd woord is om tusschen broeder en zuster te gebruiken. Ik weet dat ge eene groots dame zyt, en nooit naar iemand luistert, maar toch, al aoudt ge ook nooit meer een woord tot me spreken, i moet ik u zeggen wat ik er van denk. Deze man is op w verliefd, ik geloof, gij ook op hem, Mila zegfc höfc en-25 lom het weten. Nu aangenomen dat het zoo is, .(en> alS'ihet niet zoo is, hebt ge geen reden om booste .zyn) ;isy wat ik wil zeggen dit: hoe denkt ge dit ite laten.;afloopen? wilt ge hem trouwen?" .Zij ibloosde en verbleekte weder. -t?Natwnrlqjk niet, <ge weet dat het onmogeiyk ia*" n- Weet hij waarom het onmogely is?" !«?->jNee% waaronv wm h\j[? waoriyk, ge weet niet waarover ge 't hebt. Ge komt tusacbenbeiden op de nteestinongioroepen wijze, want waarlyk er is niet de minste aanleiding! ooi bassobeöbeiden te treden;" .r~ uDftn laat f ge hem argeloos op u verliefd worden en, wanneer ? ge n gonoeg over hem vermaakt hebt, laat ga ham varen-?" ;iii'.-m.., j M<n\ .. K.r?*l(cre wordt- rurov GlairrauxjDoe me het geaoegen het onderwerp te: l*4eniibl^renj" -i< .< ' ?-r wlk iriri met d*t ikiinnf was^ Datiis dus uw plan. Gfo neemt-al tByno huldeiau aan, on op eeügoeden mor?;??! tui j:1 i Mfi. 'JJIJI: fl .'?;,;?'u -l'Hu J!', li. .!;?::??;(? f<" /«??MM/ i.,;; % ij» .(in- '?? ,.rv gen zult ge hem groeten 'en zeggen dat ge er nu* genoeg van hebt. Ten minste ik zie niet in, wat ge andera zult doen* daar ge hem toch n|et kunt trouwen. Ge zult u moeielyk verlagen tot het peil van Mila en zoovele anderen; ten minste als ik dat dacht, zou ik eens spoe dig zien of hy zoo goed den degen voeit als ge zegt." Lady Hilda zag hem nu recht in 't gezicht. ' T?Dus mijn broeder is de eerste persoon die mij ooit durfde'te beleedigen?" zeide zy, van de ontbyttafel opstaande, en mot de kanten van haar slepeud cachemire zy'ne voeten aanrakende, terwyl zy voor hem langs de kamer verliet. Hy stond overbluft. Hy was zenuwachtig om wat hy gedaan had, rampzalig en besluiteloos, hy trok aan zyn blonden baard en had berouw. Hy' wist hóe boos zy zou zyn, en hoe in oe iel ij k zij vergeven zou.; '?Weer eene onhandigheid begaan, ik doe niet anders," bromde hy trourig. Ze móet wel vreeselyk veel van hem houden om zoo boos te zyn." Pezelfde conclusie waartoe de hertog de St. Louis ge komen was. , Hij wachtte nog vele minuten, alleen; het speet hem werkelijk en oprecht; was hjj lomp geweest? Hij had het niet zoo bedoeld. En dan het idee dat men over haar praatte en over haar minnaars! juist als over die andere vrouwen dje haar mannen of broeders had den beliooren te wurgen, want Uairvaux was 't met Dumas fils eens. 't Was enkel zooals 't behoorde in de wereld, zeide men, al die onzedelijkheid, naar den duivel met die wereld", bromde Clairvaux en maakte van zyn baard een verwilderd bosch. Hy krabbelde een slordig, berouwvol briefje, en kreeg in een geslotene enveloppe het briefje terug, zonder een woord er bij. De oogen van den goeden eerlijken Clairvaux vulden zich met tranen * Hij wierp het arm teruggezonden briefje in het vuur, en was wanhopig. Plotseling kreeg hij een idee, en stond op. Ik zal het hem zelf zeggen," dacht hy, hem zelf. Dan zal ik zien met wat voor iemand ik te doen heb. Als hij mij geen voldoend antwoord geeft, kan ik met hem vechten, ik zal het hem vertellen alsof ik niets vermoedde, ik kan wel 't een of ander excuus verzinnen, maar als hy de waarheid hoort zal het blijken wat soort van .man hij is. Had zij nog maar een Eugelschman gaan beminnen t En dan te bedenken dat zij de beste mannen van Europa behandeld heeft als steenen op haar pad." En Lord Clairvaux greep zuchtend zyn hoed en begaf zich op weg naar het Palazzo Della Rocca. Te zes uur moest hij vertrekken zonder zijne zuster weergezien te hebben. Hy ging heen met een bezwaard hart. Wat zonderling is ze toch!" dacht hij. Me zelfs niet te vragen of ik het den man verteld heb of niet. En my niet eens vaarwel te zegg-n. Nu, ik heb gedaan wat ik meende dat goed was, er mogen van komen wat wil. Het zou haar toch spijten als de goede kleine Chevy dood ging." Maar de jongen ging niet dood, zoodat de vader, nooit te weten kwam of deze gebourtenis Lady Hilda's hart zou getroffen hebben of niet. Den gansenen volgenden dag sloot zij zich op in hare vertrekken. Zy zeide dat zy ziek was, en inderdaad voelde zy zich zoo. Della Rocca kwam dien dag drie maal, maar zy ontving hem niet; hij zond een grooten bouquet boven van die bleekgele theerozen waarvan zij zooveel hield; hij had de bloemen saamgeyat met een antieken zilveren ring, waarop een Grieksche liefdegod en relief stond, de liefde van de oude Helleensche dich ters, zonder vleugelen en met een machtig zwaard, de Anor Van Anacreon, die de ziel smeedt, als 'een smid zijn yzer, en haar na vele slagen in yskoud water dompelt. Zy' verstond de boodschap der liefde, maar zond geen boodschap terug. Het was een heerlyke dag; de rytuigen rolden onder hare vensters voorby; de glimlach der lente was in de lucht terwijl de vlokkige wolkjes voorby dreven; zy kon de gouden vergezichten der rivier en de hyacinthkleurige tinten van Palestrina'e heuvelen in de verte zien; haar hart was zwaar, haar pols gejaagd, haar geweten onrustig, hare gedachten waren verstoord en onzeker, de eenzaamheid en het nadenken waren nieuw voor haar, zy verschrikten haar. Als zy vroeger onte vreden geweest was,' hetgeen zeer zelden gebeurd was, had zij zich weten te kal me er e n door hare juweelen uit de etuis te nemen, zeldzame oude etsen te sorteeren Frauschen feuilletons door te kyken, of nieuwe combi naties te verzinnen om hare oude kanten te kunnen dragen. Maar nu hielp geen afleiding, zy was vermoeid, toornig, deed niets, en gevoelde zich hartstochtelijk on- . gelukkig. ' Wat moest zij, wat kon zy doen? ' Do losse zedeloer die zy kende was haar eene on mogely kheid, zy was er te trotsch voor, daarenboven be twijfelde zy of eene vrouw die de wereld boven hem verkoos, wel in Della Rocca een toegevend en onder worpen minnaar zou vinden. Als hij alles wist, wat zou hij dan zeggen? Zij beefde en verbleekte by de gedachte. In allen gevalle had zy met hem gespeeld, hem bedrogen; hy zou gegronde reden hebbeu om haar bittere, hartstoch telijke verwijten te doen. Zijne liefde had geene vleu gelen maar wel een zwaard. Zal mevrouw in staat zyn te gaan dineeren?" Moest ik ergens uit diueeren?" Bij de aartshertogin Anna." Kleed mij dan maar,", zeide Lady Hilda zuchtend. Zy kon zich niet excuseereu by de aartehertogin, die zij jaren lang intiem gekend had, en die de volgende week Floralia zou verlaten. Welk kleed zal Mevrouw verkiezen?" Welk ge wilt." Zij gaf er i.iet om hoe zij er uit zou zich, hy zou niet komen, zij wist dat hij de keizerlijke reizigster niet kende. De kameniers gaven haar het laatstgekomene; zes dagen geleden had Worth het gezonden; een kleed ge heel wit met purper fluweelen strikken, nauwkeurig gecopiëerd naar een schilderij van Boucher, en met al de sierlijkheid van bet oude doode Versailles in zyne plooien; zij deed een rococo halsketting om, met een portret van Maria Theresia er in, en ging lusteloos naar het diner, zij keek nauwelijks in den spiegel, anders zou zij gezegd hebben dat zij te bleek was voor al dat wit. Hemel Hilda! wat ziet ge er slecht uit I" riep Madame Mila, die haar op den trap tegenkwam. Donk je, ik rijd niet mee. Als twee dames samen ryden, is altoos een van de twee, soms beiden, gechiffonneerd. Een prachtig toilet hebt ge daar, dat witte brocaat met de Fransche leliën is heerlijk, maar ge ziet van avond veel te bleek, en 't is eigenlyk jammer om het alleen voor de aartshertogin te dragen; ze let er nooit op wat de dames aan hebben. Maar wat scheelt u toch?" Volstrekt niets." Hoofdpijn dan? Ge zïet er vreeselyk slecht uit. Ik hoop dat we b ij t y ds weg kunnen komen voor het carnavalsbal. De allerlaatste avond, weet ge 't wel? Ik heb me de vorige maal zoo uitstekend geamuseerd. Ik heb eene menigte menschen geintrigueerd, en Doggendorf zoogoed als razend gemaakt; ik heb hem alles verteld van zy'ne vrouw en Lelio Castelpucci, en alles wat ze me ooit over hem zelf verteld heeft, 't Was zoo dol! Hij kon maar niet begrijpen wie ik was, want toen we aan 't soupeeren waren kwam hij ademloos binnenloopen, om ons te vertellen van een afschuwelyk klein masker, met een stem als een aap, jje weet dat ik een steentje onder myn tong gelegd had.'" Een gevaarlijk en vry grof amusement," zeide Lady Hilda den trap afdalende. Hoe kunt ge toch onder dat schreeuwend gepeupel gaan, Mila ? 't Is toch erg verachtelyk." Waardste, ik ga waar ik my amuseer,... en Maurice was altijd vlak by my, dus indien men my beleedigd had... Daar slaat het acht uur." De Aartshertogin was eene vroolyke veertigjarige, dik en blond, die van de eer aan haar rang verschuldigd niets aangenomen had dan den mooisten kamerheer des konings tot gids. Zy lachte gul en harteiyk, kleedde zich zeer slordig, had meer avonturen gehad dan eenige vorstin in Europa en meer sigaren gerookt dan eenig Fransch journalist. ? Ma ener*», ge ziet er liever uit dan ooit! En hoe vindt ge 't hier ? en leeft dat lieve schoothondje van u nog? My'n lieveling heeft te Palermo 't asthma gekre gen en is gestorven," zoo verwelkomde de Aortahertogia hare bezoeksters, zy deed alles met vuur. (Wordt vervolgd.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl