De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 12 januari pagina 2

12 januari 1879 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DB AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDER'L AND. vinden bij haar niet zulk een pleitbezorgster aanhoudende regen en nieuwe bandjers verdere als enkele fabrikanten wel ?wenschten. Deeom- operatien tot dusver hebben daen uitstellen.. missie voor de tarieven is echter niet die van j Teveny bericht telegram, dat de gezoudde enquête, en men gelooft dat Bismarck de heidstoestand gunstig is en de politieke toeeerste zal kunnen "bewegen, zij 'took met ge- stand op de "Westkust, van Atjfch beterwordt. ringe meerderheid het tabaksmonopolie goed ..... , te keuren. Als een klein aanhangsel van de socialistenwet, .is bij den Bondsraad- een ontwerp van den Rijkskanselier ingekomen, betreffende het recht van bestraffing van den Rijksdag tegen zyne leden. Volgens dat ontwerp zal dat recht uitgeoefend worden door eene commissie, be staande uit de beide vice-presidenten en tien leden van den Rijk^ddg, die op last van den presitfettt of op voorstel van twintig leden j bije^komt. De commissie kan besluiten, dat' ., lïlüsiën . (art. van prof. Buijs in het beklaagde lid lo. voor den vergaderden. ^. ^M& ^ ^^ (.^ DAT' MITSDIEN GEEN TERMEN ZUS1 GEVONDEN, OM AAN" AUSBSSiHÏS Vi'RZOKK'XE VOLDOEN, '* GravenAoffg, KAPPEIJNE." 1T December 1878, Ziedaar de feiten: Gedeputeerde- Staten, erkennen dat art. 264 i het beginsel van publiciteit huldigt; doch kan men zich zyn eenigszins hartstochtelijk woord, dat hij er op laat volgen, verklaren: ... uNlRÏKHACtlTIQ GENOEG KAN PHOTEST WORDEN AANQETËEKENB- TESEH EENK KECJITSPBAAS, DIE 200ZEER GETUIGT VAN (SI1BREK A AH EERBIED VOORDE ?WET EN voos HI-:T RECHT DER INGEZETENKN l" > heer Willem van Egtnond: -wat zouden z Het is ons niet te doen hij deze gelegenheid . lastige oogenhlikken aan de heeren van Ollefei te doen vergeten dat hy reciteerde en decla meerde, doeh het gelukte hém iiiefc. ~> En dan de goede Gosewyn van Aemste bisschop van Utrecht, de brave "Willebrorc vader van 't Karthuizersklooster, en de vele Rijteèag zal berispt yarschooning te vrag Le»; 2eu verplicht is, ""-n gezamenlijken De dagbladen bevatten: een psalmvers in de ooren. In zekeren zin is het gelukkig, dat wij zul! n geschreven wetsbepaeemge schroom eem en zij: gij zult "de gemeentewet een publiek bezitten. ovör wier beteekeiri Ktmiaara. PllWieke eerbaarhd4; Hynaleven, maar als gij haar overtreedt, dan Ontbrak het, we zouden de jaarlijksche o'p niet worden toegepast. zullen wij. u een handje helpen; wij blijven en aangezien irtetag 3o. voor een zekeren tijd uit den lÜjksdag züverwijde! d worden. Bovenden kan zij betluiten, dat het beklaagde lid heeft opgehouden vei kiesbaar te zijn voor den Rijks dag. Ook kan het l eklaagde lïd, als zijn ver grijp naar het genieene recht strafbaar is, oveigeleveid worden aan den strafrechter. Tevens kaa het opnamen van. zekere uitdruk kingen -in den Rijksdag in het btenographisch verslag, of de openba-armnking- er van door andere organen van Me drukpers verboden j leKerd TjfS: Twee aanhalingen Van de kweekscholen. worden. "Waarschijnlijk zullen cnke-le socialistische af gevaardigden op deze wijs in den Rijksdag den mond geknoei d en zekere uitdrukkin gen" die zij zich veroorloven, niet] door den druk verspreid worden, 't Is( waarlijk noocïig, Eerbied voor de Wet ia iset iTije Mederlasid. D.iar zija zal; en, waarover men gaarne het itüz^ijgea. zou bewaren, uit vrees van zijn huk te geven, dat inen al te wan ut de vijanden der openbare orde zouden kom&n ^ ^^^ ^ niet een aanleiding, zeer gofd het staatsblad tot het orgaan hun ner lichting kunnen makfn en het gereinigd Yftderland kon op die wijs weer besmet wor den. BUmurck doet niets ten halve. Den Engelschcn gaat het in Afghanistan n n . Bobeits behaalde een overwinning, de troepen zijn «aar Candahar opgerukt en in Kaboel is de wanorde tjroot. Shere Ali vluchtte en is reeds teTashkend aangekomen. Jakob, zijn zoon, \olgt zijn voorbeeld, de oneenigheid in de hoofdstad j-lïtit allen tegenstand uit. Eenige ' aanexatiea hebben reeds lira\ beslag erlangd. De Zoeloes in Afrika zullen nog een kleinen Tcldtocht nooJJg maken ; doch dit is voor de engelpche wapenen geen zaak van veel gewiekt. Behalve dat' de Cornibh Jlanfc haar betalingen met een passief van minstens zes millioeii gul den, 't kan ooi twaalf millioen zijn, gestaakt heeft en Beacousfieïd, de ndder van den kuusenb.ind, aan jicht lijdt, geeft hefcgroote eiland geen bij /.ouder nieuws. Belgiëzal den 29 dezer de clericalen zien vergadpien ten einde den nood der tijden een gevolg van liet optreden van het liberaal ministerie te "bespieken. Aan het adres der bisschoppen in z ike het Ictkvaoudevis & hechtte Paus Leo zijn goedkeuring. Terwijïde eiuopee&che Staten zich uitput ten door de Ifgi-rs die zij op £en "been houden, \\ijdt Ameiika zijn zwg.aan de vermindering der uitgaven voor liet budget van oorlog, liet leger zal, naar het voor-fel der commissie aan vplke was opgedragen deze aangelegenheid te onderzoeken., 2&.GOO man steik zijn. De na men-telling \an het kader weuselit men echter eeiii^ermate te \\ijzigeii. harknekkig op ijn sUïk blaatDe geheimhouding der kohieren van de be lasting naar het inkomen werd reeds 300 dik*ondanks uw ongehoorzaamheid aan de wet, uwe gehoorzame dienaren. OndertuSb-chen, in strijd met die opinie, heeft Z. M. de. verordening op de inkomsten belasting' goedgekeurd. Bij kon. Besluit is dus de inkonistenbela-iting' wettig verklaard. Inmid dels handhaven Gedeputeerde Staten hun op vatting, als aou Art. 264 dat naar hun verkla ring publiciteit voorschrijft, niet van toepassing zijn op een belasting die door Z. M. wettig is verklaard., m. a. w. Gedeputeerde Staten plaatsen zich boven den koning. iNa zulk een handeling beroept men zich op den koning zelf en de minister antwoordt: Op de kohieren waarvan gij rnzage. verlangt, komt uvy naam niet voor, gij hebt er dus geen Hj, gij kunt niet in n aiver- rechten , bespi'okeo, dat men 2011 kunnen i»eenen;zijn benadeeld, en MITSDIEN kan het Besluit " " " YQörloopig de zaak te moeten laten rusten, g zoudea ook tluuis daarop niet terugge tut spreken dwingt. vaa den Raad der gemeente Amsterdam NIET GEACHT WOUDEN TE .ZTJN STRIJBUS KET DE WET. Dat HITSDIEK b kostelijk. W^nnee-r het belang van den heer MBTELEB__ _ _ liet is bekend datdehser C.P. Metelerkarop KAMPj of eea aiider^iens naam niet op het nAugustosdesvori^jaavseenadres aan den emeeateraadricliito, om te verzoeke» dat men hem inzage zou geven van de ter j j . ? ' -? Yiaie liggend kohier voorkomt, niet beiiaaeeld door de een of andere handeling liggende kobiereB, en van ie welke ter Secretarie nognedergelegd zouden ipordeii voer des diens-t 1878/187». Op- dat vermek werd afwijzend beschikt. handeliu-g niet &trifdrff niet de J O Den Ten Jan. heeft te Ai-olsen de plrohtige voltrekking plaats g^had van het Huwelijk ^aji Zijoe Majesteit dea Koning mei Hare Doorluchtige Iloog-heid Mevrouw de Prinses Actellieid Emm» Wiihelmiua Thereeia vaa Hieriaa iuad. de heer , ziek tot rde Staten kunnen wepden, doch dit was ovei'bodig. Immers in zijn adres aan den Maar als mi adressant gevraagd heeft niet slecht? inzage der reeds ter ter visie lig gende, maar ook dfr nog neder te leggen kohieren, gelijk het geval is? En al ware dit niet'geschied: Is de hand having der wet niet JÏDKRS belang? Dreigt er darasch maar van tïederlandsch belang. Wat thans door Gedep. Staten met art. 264 der gemeentewet ten opzichte van de inkomsten belasting in de hoofdstad geschiedt, kan eerst".aags met een ander artikel worden herhaald. Waai' is hier de. grens der, of de waarborg egen willekeur? Onze vrijheden e^ rechten waarvoor wy te waken hebben,. hangen alleen af van dfl eerlijke toepassing der -wetten. Waar die te wenschen overlaat-, zal ook de eerbied voor de wet zelf verdwijnen, althans van de Gijsbreclit moeten ontberen een vertooning, _ looft, dat in znlt bewijs van hulde aai den onovertroffen nederlandschen dichter steeki zouden wij dat niet mogen wenschen." Toch .gelooven wij, dat Vondels Gijabrechl nis treurspel" opgevoerd, vrainig geschikt is OB ce harten te veroveren, al wordt het stuk zo) goed gemonteerd als w$ het in den tooneelspeelknast Zelfs wanneer er voor di . Vaderland, eel van zeldzamen bloei mocht aanbreken men zal niet licht de sprekende personagiei verzwakken. Een minister behoort o. i- voor ] vinden, die dea verfiaalt-oon weten te doei een koninklijk antwoord, niet een exceptie tot j zegevieren over de moeilijkheden die Vondel uitgangspunt te kiezen. Eea gewichtiger taak}.verzeil aanbieden. H&t gebrek aan liaadelm* is hem opgelegd-; laat ons zeggen: heeft hij; kan men n;et voorbijzien en de bouw van "h door zyn porteieulle te aanvaarden op zich j etuk is te zwak, daa dat het ons 'zou kunnei bevredigen. Als curiosum Vondels Gijsbrechttentooneelj geoaomen. In den naam des koningg heeft hy er voor te waken, dat geen collegie .vaii welken aard ook, handele in strijd mei; wetten of Kon. besluiten. En behoeven de wette» verbetering dan drale hij gesn oogeublik om de noodige wijzigingen aan liet oordeel der volksvertegen woordiging te onderwerpen. Zoolang ds wet bestaat, moefc zij stipt nageleefd worden, en een te voeren, komt OQS niet wenschelijk voor, ei toch zal meii znlk een voorstelling eeralsaoo: danig moeten beschouwen, dan als een poging om onder 't beschaafde publiek Vondelsnaan in 't leven te houden zijn roem te bevestigen; Onze lierzanger, hoe langer hoe meer ge eerd, staat te hoog, dan dat wij hem door minister die kalm blijft waar luide stemmeu : opvoering van een gebrekkig drama zouden bej opgaan tegen ontduiking of schennis van de hoeven te huldig n en'daarom houden wij wet,, zal zek*ïniet kunaea, rekenen op d« , het er voor, dat terwijl door de zorgen vaj; stem der vertegenwoordiging van het neder- i zoovele Tondel-vereerders zijn waarde als dichj flandsche volk, dat zyn vrijheid liefheeft en ter meer algemeen bekend wordt, men er dej ?mitsdien alle willekeur hartgrondig haat. komng leest mea: i m'et een machtig gevaar wanneer ongestoord Dfi amsterdamsche afdeeling der HollandseTahct^ngejaarheef.Jhi.toJ W. H. lürfgaa Gedeputeerden Zich boven den koning steïleio, Maatschappij van Landbouw eu de commissie . W Geteerde sta- wanneer die rondweg TerHareiK art. 264 der voor de feestviering bij het bezoek van H.H. . ««oA om i^n goed- Gemeent,wet vordert puUioiteitïmaar op een M-M. den loni e°de koni-ngin aan ^ .hoofd, l i ? - - - ' ? 24 te minder op zal aandringen zijn i te zien vertoonen. Misschien is de tijd niet vej B«e,ta,g »d p,r« y» & «rt-I WIttid, mj ituf aau de fcoliieren t kramag aau de kohieren te ntiioïide liet voorschrift vm art, 26-1 der Gemeentewet, G:EDEpT;;rEEiu>E STATEN,- HOEWEL. EROHNEKD.^ BAT GEHEIltïIOL'DINe SEK KOHIEREN IS IN STE'IJ-D MET DE WET (PROVINCIAAL VEESLAG, JJLZ, 34 EN 3Ö),IE EBEN.DAAlil-N GBKN 6KOND GS VONDEN-OM IIDW GGEflKEriUKG AAK HET ROHIEK TB ONTHOUDEN, EK WEL, OÏIIJAT DE ALHfEK IXGEVOEKDIi; BELASTING NAAR HLT INKOKEN, KA4S Ht'K G11VOWEK, IN STRIJD 15 stellen wij de toepassing daarvan buiten wer- verij met paard en sjees op de Stadhouderskrng? kade doen houden. Prijs en premiè'n tot een En op -welken grond kan door den Minister bedrag van duizend gulden wortten uitgeloofdverzekerd, worden, dat zult een besluit van den Amsterdamsen en Gemeenteraad niet 'n strijd is met de "Wet, die voorschrijft dat sde kolrieren voor eert ieder ter lezing zullen woret hfflü«sch«iiiis acnt zon ffe1 en En zulk een tofkomd en., mi zuiK een toeKomsi Het is te begrijpen dat iemand die z chburDaarna richtte hij zijn verzoek den 17 Sep- Ser gevoelt van den Nederlandschen Staat, tefflber rechtstreeks tot d^n koning en o:itving daarop 't volgende antwoord machtiging van 19 September J.L ^Kmchti 3 10, richt vc van 17 SepteuïlJer 3ezes jnars, waarbij gevraagd In een wordt de \fraietiging op groul van strijd mH e en wénsen "Wet van li-'t besluit van d"ii JUad tsr' Gemeente- aldus uit : zal vóór hij al d'! middelen heeft uitgeput, die, beni recht kunnen verschaffen. Wij konden niet anders verwachten dan dat TOONEEL. Ook in deze week werd wederom Gijsbrechfc pan AejnsteL, d'ondergaack van zijn stad! en zijn. ballingschap, treiïirspel door Joost van den Vondel, gevolgd door; De bruiloft vaa be«chitteiulo op «a tot a^mmig ge- de heer etelerksrap zich thans tot ^ au C. P. Metelerkamp Ie Amsterdam, vertegenwoordiging zoa richten. de volks-, E1«» «; ?°*ö*" verto^Kl^ uitvoerig adres -zet. hij zyn grieven L -uiteen, en terecht drukt hij ach l>c verKiezrag voor een M van de Tweeie Kamer voor de vacature in liet district Leeuwaiden, ontstaan door het overbjden van den lieer de Roo van Aklewerelt, aal plaats hebben op 18 Jan , de hei stemming, 200 noodig, op 11 Febr.. Op i'enzelfden daj| zal voor het lstiict. Amersfooit vaeiture M. M. Aacl van \¥ijck gestemd worden. Eea b^ hot Departement van koloiaiën omtYanfren telegram van den Gouverneur-Generaal van Nederlanden Jndie van 7 dezer, Jaevat de mededeeliug, dat m Atjeh een benting, niet ackt fctukken e-e&chut is genomen, en dat de aad Amslei-daiB, 3.5. 3?4 September 1878, bq n elk besluit attfessaa-ts verzoek om inzagp \ a« eonige j Kohkïen diT plaatselfjbe'-directe belasting naar het: kermen, dat (5e artitekn 264, 205 en 2<t>S «ia da Gemeentewet de wtjae regsleji, waarop da aanslag t in iooftleHjke ea afBÜ^re directe plaatselijke belas- ^ tiageu wordt -vastgesteld; i dat toÈdie rcgeliag -ook behoort de ia de tieidej eerstgenoKiu.de nrfcilveleji voorgeschreven Ier visicbgging van <le Kohieren, nelkc fonaaEteit strekt, primo, om kgsuover dea aaugesïagcne de termijucu te doen loopea door de. wet voorgeschreven; secundo, om den oangfelageae gdcgenlie d te geven zich tegen zija aansljg te v-rdi-digen: DIT D'IÏKHALTE HH, DIE GELIJK ADRSSAST ERKEKT 3fEÏHEM HET GBVAI TE ZIJN, NIET OP ME EOÏlElliSN VOOSKO3IT, BTJ HUT AT. BAN KIET- VEK"fVUL"ËS MER OK3I iïiTTJ'.Tr GEEN BEÏiANG IlBKFt EN M.'S IIET BOVEN 1ANGEHAAIB BESJjOTVA'N BEN RAAD DER GEMEENTE AJISTISDAM,- ATWiESS-.-SKT IS GEENZIJKEB KECHT£H KAN HËSBEK BENADEKOI EK MITS DIEN NIET GJ5ACHT KAN- WORBEN TB ZIJN STRIJDIG MET DE "VVzij Het affiche gaf den tekst in de tale Vondels te iézes: met e bijvoeging Urbs antiqua ruit, en boven- de lijst der spelers en. hun rollen stond het oude Spreeck&nde $ersonagienn besluiten vam Gedeputeerds Sl&tett en 'G-emeentebe&ttiren wjn in deze gttfeken on^vidos-nde t$ sfjn." Als luter in z^n adres aan de fceide Kamers der Staten-Gren era al. heer Meteleikamp, na de openlijke erkenning door OP deputeerden, dat arh 1284 volledige openbaarheid voorschrijft, het antwoord aan den Leer Rutgers van Ro zenburg mededeelt: H GcdepTiteerae Staten, p»e. gedrukt. I« zoover werd door da Yeceenigïng: H-et Nederlaadsch Tooneel den groeten dicMer alle eer bewcaen. Toch aett liet lieter geweest zijn als dat opschrift Spreec&ende personagisn, ware weg-., i gebleven; Want Jiet bereidde ons op gieliee vci^. --en ««i-u? iets anders voor d*n w^ moeMen booreo, "temarhryM die fo Qro*d»ett A Pre-einciate \ Oïder de apreecfcende personagiën" ivas er Wet m /e GenwMewot schenken tegen onwettige ni«t n die sprak, Vosmeer, de Spie, uitge zonderd, Gijsbfeohtj de neer Veltman beproefde Ixet, maar het ging hem- zoo moeilijk af dat hy oB-getwijfel'd een zalig .gevoel gesmaakt 't Zij adressant vergund thans meer bi-paalJelijk uwe aandacht te vestigen op liet 't rechtsgevoel krentende feit, dat all* middelen, door,de wet aan gegeven, zijn aajjgewesd, zonder gevolg. De admi nistratieve rechtsmacht heeft geen termen gevonden om den bestaanden cnwettigen toestand tg doen op houden. Wat meet is, ge?ne afdoende besli: een of aaderea zin- ia knnnen verk-regi hebben toen hij zijn eerste lange rede ten einde had. gebracht, om even adem te scheppen. Zija broeder Arend de heer 'Morin trad even moedig1 op, had het blijkbaar er op gezet alle bezwaren te overwinnen,, maar hoe Gelet op het -iaar van dfin Gemeen leroad vaa Amsterdam, ge adres'sast te kennen, dat zij in 3e oor h gevoerde feiten en motkvea geen grond gevonden om aan zija verzoek te voldoen. bericht l vee^ lofielijks we ook van .zijn voorkome; '?en aan'niogen getu^en, tot spreken bracht hij'het ?m aan-1 niet. De een etembuiging die zijn gevoel vertolkte, ons bode, de heer de Jong, trachtte door landsche volk zal zijn Koning der poëten kroj nen, wanneer het van der jeugd af, zich leer! verlustigen ia de reine en glansrijke taal vai? ago lied. . . ] Verre van ons dat wij aan'Vondel in 't all gemeen alle dramatisch talent ouden willeis ontzeggen. Pe Gysbrecht zelf levert het bewij^ van aijn kraclit. Het laatste tooneel, waariïj Badeloch en Gijsbrecht den strijd der- liefdl voeren, is schoon, het boeit en treft. Daaij voor een oogenblik speelde Myi'- ETlenbergef en de Hr. Veltmaii.natuurlyk..., daar gevoeld^ men, dat een machtige geest n diepe.u blit| in 't leven had geslagen. - [ "Ware 't mogelijk dat een bevoegde hanl van bet treurspel"'' een klein, maar. boeiene udrarna" schiep, z:y zou een goede daa^verj lichten. Doch z.«lk een g^ïve beloven wij ons nietf l De bruiloft van Kloris en Roosje heeft meel kans op een langdurig leven op de .rjlankea dan de Gi^brecht. Het heeft van de kritieï, geen last onsdafc het te onbeteekenend is. Eeii stukje zonder eeuige intrige, maar vo] aatuu en louter vroolijkheid. Een heïiniiering aa^ het oud-hollandsche volksleven, dat aan d^ tooneelspelers de gelegenheid geeft^ om na e&$ jaar lang zich gehouden te nebben, als wisf het niet dat het publiek bestond, het een wei' nigje van de planken uittelachen en toe t| spraken. Al zijn-, daboerinnetjos niet allen eve^ echt, daar is toch iets aantrekkelijks in een? een z wer in dansende dochterea van 't land -t^! zien, niet hun vrijers" in 't fluweelen pak? Wat hebben . wij gedurende twaalf maanden? niet dikwijls onze acteurs tooneel-medoc zierf drinken en een quasi souper of <3ejeuner zietf honden! En bij de bruiloft van Kloris eif Roosje eten en drinken de gasten als boererj en boerinnen, zij eten werkelijk Voor? een enkelen keer speelt ook hun masg eeq' door de zoogenaamde lange gang. Een Ewaar gordijn hing voor de deur, en liet tapijt " was zoo zacht en dik, dat het onmogelijk was om een voetstap te hoor en. Van uit heb -fenster zag men niets" dan de emdektoze zee. "Wie hier zijn leven doorbracht, kon zich ver beelden dat "hij werkelijk aïet meer tot de wereld behoorde. De huishoudster klopte zacht jes aan eu een matte, onverschillige stem riep langzaam: Binnen P Ik ging alleen biuiien en was ten,hoogste verbaasd over hetgeen mijn pogen zagen. Voor ee.n ouderwetsch uitspringend hoekvenster, gelyk men ze. vrel eens in oude Engelsche auuen. aantreft:?- lag een jong meisje op kussens .uitgestrekt. De donkere, schitteren.de -oog'U waren "op de woeste, onstuimige zee ge richt;, en Wïdroef geestige - uitdrukking zei veel meer dan woorden zouden vermogen. Z# scheen nog .lieèl jong. te, zijn, een kind bijna en , daarom, trof mij, die weemoedige blik dubbel pijnlijk.' ''?"Wat is er, juffrouw Heines' vroeg zij zon der het hqofd om te wenden. Het is juffi'oaw Heine niet",.antwoordde ik; ~?ik ben Maria-nne Linden, en ik heb gehoord -dat u mij verlangt te spreken." O, neem 't mij met" kwalijk»'' sp'rak zij efl richtte zich. verschrikt van haar kussens op. Ik dacht dat het de huisliondster was,'dia aaij met praatjes over het dinékwam lastig vallen." Ik zon n niet gestoord hebbeD?iomefl juffrouw Ileine mij -niet gezegd had dat gij m# verlangde te zien," antwoordde ik. ~-\ '_ B-Tuiat," sprak zij, terwijl zij zich weer op baar kussens neervlijde en haar blik even droefgeestig werd als te voren. -,ïk hoo gij 't mij niet kwalijk nemen zult, maar ik had er niét meer aan gedacht." Ik moest lachen om haar eenvoudige openhariigheid, Ik wist nu ten minste dat ik niet te rioen had met een jonge dame,, die aan de hoffelijke manieren der groote wereld gewoon "Waarom lacht ge?" vroeg zij. Ik dacht hoe vreeselijk nieuwsgierig ik ittm/r geval zou geweest zijn, om degene te zien, die mijn eenzaamheid zou komen deelen," ant woordde ik. . ' Waart gij dan zoo verlangend' om mij "te zien?". vroeg zij verder, terwijl zij met een vriendelijk gebaar een stoel aanwees. Zeer zeker," zei ik oprecht. ' Ik zou wel eens willen weten wat gij van mij denkt, nu gij mij gezien hebt." Als gij mij nu eens over een jaar die zelfde vraag doet, zal ik haar misschien kunnen be antwoorden." Over eeu jaar!- O,, die eindelooze, eindelooze jaren," sprak zij al zuchtend. Ik wou dat ze voorbij, of nog liever, dat_ zij voor mij nooit begonnen waren." Vol verbazing keek ik haar aan en ik was blij dat zij er niet op aandrong dat ik zeggen zou wat ik van haar dacht; ik zou niet op recht hebben kunnen zijn zonder haar te beleedigen. Z.y was groot en slank en zeker niet ouder, dan achttien Jaar; zij had bijzonder mooie handen en armen, de lijnen van hals en schouders waren ónberispelök, de donkere,, schitterende pogen hadden een eigeiiaardigen glans, die nog verhoogd -werd do.or de lange, zwarte wimpers, scherp ^afstekend tegen het bleeke gezichtje. Zij had .prachtig zwart haar," maar het was zoo smakeloos gekapt, dat net ,j.ïj ergerde; nit-haar regelmatige maar strakke trekken sprak ziel noch gevoel; zelfs de lijnen harer slanke gestalte werden door het achte loos omgeslagen kleed geheel verborgen, en toch beloofde zij eenmaal een uitstekende schoonheid te worden. Nu zag ik daar voor mij een jong meisje, dat liet lieflijk onschuldige van het kind verloren en de volle ontwikkeliug der vrouw nog niet bereikt had, maar 't geheel had tcch iets bevalligs en de muzikale klank Van haar stem trof' mij bijzonder, omdat het naar mijne meening een van de aantrekkelykste eigenschappen is voor een vrouw. Ik had haar al dien tijd aangekeken, maarzij nam haar onverschillige houding weder aan en scheen on gezind om het gesprek voort te .zetten. >' Kan ik ook iets doen om U genoegen te geven?" vroeg ik. Zal ik iets voorlezen?" Neen, dank u," antwoordde zij, ik lees nooit." ' - - ' Zal ik dan jets voor u spelen of zingen? Ik zie dat gij hier een piano hebt." Ik heb geen verstand van muziek." Als gij -van teekenen "houdt, zouden wij een schets-kunnen beginnen." Ik heb~ nog nooit een potlood_in de handen gehad," sprak zij droevig. Maar gij moet uw oogen niet zoo duidelijk laten zeggen wat gij denkt, want ik lees er 'de vraag in wat ik dan eigenlijk wel ken en -wat ik den heelen dag -uitvoer.""' ~. ,,Ja, eigenlijk dacht ik wel iets dergelijks," zei ik eenigszins verlegen. Ik .zal het n oprecht vertellen," ging zij iroort, ik doe "niets; ik laat mijn leven vernie tigen door den 'tijd, zoöalömijn hart zich zelf vernietigt. Juffrouw Linden," vervolgde zij eenigszins gejaagd, 't,ls beter dat -wij elkaar terstond goed begrijpen, Gij zijt tegen mijn zin hierheen gezonden, ik'verlang geen gezel schapsdame. Ik ben diep ongelukkig, ik stel geeo het minste belang in hét leven, en daar is nu eenmaal niets aan te veranderen. Ik zou al lang dood zijn, als mijn hart niet bleef leven, door zija eigen bitterheid, Tracht niet mij te doen veranderen, laat mij aan mijn lot over en wees zelve zoo gelukkig mogelijk. Laat gerust alles komen, 'wat gij verlangen mocht, maar bemoei u niet met mij en doe alsof ik dood was. Ik wou dat het waar was, dan stond ik niemand meer in den weg. Ik., merkte dat haar leven vergiftigd, haar gemoed verbitterd was; maar waardoor bleef mij natuurlijk een raadsel. Gij moet wel veel geleden hebben," zei ik. Dat heb ik ook," antwoordde zij kalm. Heb ik u goed begrepen?" vroeg ik. Gij verlangt niet dat ik bij n bly'ven, en u bij uw studiën helpen of met n praten zal?" Neen," sprak zij, beproef dat liever niet; wij zullen eiken middag samen eten; den ove rigen tijd zijt gij volkomen vrij. Dan mag ik wel een anderen naam zoeken voor mijn betrekking, want gezelschapsjuffrouw ben ik dan volstrekt niet," hernam ik lachend. Tracht, het u zoo gezellig mogelijk te maken," zei het meisje ernstig. Gy zult in huis aller lei dingen tot uw genoegen vindenenjisifrouw Heine zal u met alle liefde bedienen." Daarop keerde zij haar gelaat naar het ven ster,, en ik hield ons onderhoud voor geëindigd. Ik stond op om de kamer te verlaten en zei: /t Zal mij genoegen doen u behulpzaam te zijn, indien gij mij noodig hebt." Toen ik de karne*- verliet, had zij haar on verschillige houding -'-weder aangenomen, en de droomerig1^ oogeu staarden peizend naar de zee* Ik kan niet ontkennen dat ik mij erg-een! zaam voelde, toen ik weer op mijn, kamei| teruggekeerd was. Boeken en muziek zijn heel goed in hun soort, maar een menschenhar^ heeft nog andere behoeften, en hoewel in ditf groote weelderig ingerichte huis alles tot mijn! beschikking stond, voelde ik mij toch eenzaam» en verlaten. V/as er maar een kind in de buurtf geweest, dat zou mij afleiding gegeven hebben ;f ik had het meegenomen naar mijn kamer om|er mee te praten en te spelen. ? -. ? "Wat zon toch de levensgeschiedenis van daifj arme meisje zijn? Die droevige, weemoedige^ oogen kan'ik maar niet vergeten. "Waardoor? zouden toch hoop en levenslust zoo geheel? uitgëbluscht zijn in haar hart? 't Was gén? nieuwsgierigheid die mij zoo deed vragen en3 peinzen; ik had zïelsmedelijden met het arme kind, en zou zoo gaarne iets voor haar hebben^. willen doen. P Ik begon al spoedig te begrijpen dat mijn':! eenig redmiddel ingepannen bezigheid was, em' ik deed mijn feest om iets te bedeaken dat ook! de jonge dame misschien aangenaam zouktïn-' nen zijn. , ' . 5 Daar ik de huiskamer zoo bijzonder prettig; vond, koos ik die tot mijn verblijf. Van mia het venster kon ik het strand en de zee over-', zien/ Ik richtte mijn werktafel in, haalde nrïjn^ boeken en muziek naar beneden. Vroeger had^ ik een weinig Italiaansch geleerd en ik besloot^ om die studie weer op te vatten, in de hoop dat ik zoo, door nuttigen arbeid en de schoone'. kunsten geholpen, mijn tijd aangenaam zo-u"'' kunnen dooibiengen (Wordt vervolgd.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl