Historisch Archief 1877-1940
Verschijnt iederen Zondagochtend.
uitgevers:'ELLERMAN, HARMS & c°.
Kantoor: Uöldn 2.
Abonnement per 3/m. ... 60 Gts. fr.-p, p. 75 Cts.
Afzonderlijke Nummers . 5 >
Advertentiën per regel ............ 15 >
INHOUD.
Een doode spoorweglrjn.?Staatkundig over
zicht. Feuilleton. De faecaliën weder aan
de orde gesteld-. Gemeentezaken. .Kunst.
Vondels 'Leéuwendalers. De inwijding van
het nieuwe theater te Monte Carlo. Letter
kunde. E. J. Potgieter. Statistische en
Industriëele mededeelingen. Allerlei,?In
gezonden.,?Handels o ver zicht der week.
Overwicht rau <te -Eflecteiiraarkt. .?Cargalïjslen.
Veiliügen.?Aaubestedingea. Schepen in .lading.'
Burgerlijke Stand/?Onbestelbare brieven.?Publieke
Vermakelijkheden. T« huur zijnilu woningen.
Advertentiën.
De geschiedenis der nederlandsehe spoorwe
gen, getuigt over het geheel "niet ten'gunste
van het beleid der staatslieden., die Nederland
gedurende de laalste 'veertig of vijftig jaren
hebben bestuurd. Men is hier te lande met den
bouw van spoorwegen veel te-laat begonnen;
lijdelijk steunende op de voortreffelijkheid onzer
waterwegen, heeft- men het aangezien hoe de
?' Belgen, door tijdig gereed," te zijn met hun
spoorwegnet, het internationaal verkeer van
Nederland afleidden. Men heeft de beste
spoorweglijnen laten aanleggen- door particuliere
maatschappijen, wier besturen slechts hun plicht
deden door de belangen van het publiek, waar
zij strijdig mochten zijn met die der aandeel
houders, achter te stellen. Eindelijk, heeft de
staat de spoorwegen van den tweedon en der
den rang zelf 'gebouwd, maar hun exploitatie
opgedragen aan een particuliere maatschappij,
met het tweeledig gevolg dat van het kapitaal,
aan den aanleg besteed, uitermate schrale ren
ten worden getrokken, en. bij de'exploitatie
vele wenschen van het publiek op het belang
der aandeelhouders van de exploiteerei:de maat
schappij afstuiten. Deze min gunstige resulta
ten der toegepaste spoorweg-politiek zijn reeds
nu zeer voelbaar, maar zullen dat in 'nog veel
hooger mate -worden, wanneer de lijnen gereed
zullen zijn, welker aanleg.bij de wet van 10
November ":lt*75 is voorgeschreven. Immers
verscheidene der bij die wet aangenomen tracés
aouden wellicht den bouw van
buurtspqorvvegeu of stoomtramwegen rentegeveiid.hebben
kunnen maken,-maar dreigen gedurende een
lange reeks van "jaren nauwelijks de exploitatie
kosten van gewone spoorwegen, op den voet
waarop de aanleg is ontworpen, veel minder de
renten van h t aanleg-kapitaal, te zullen op
brengen. Hiermede is natuurlijk niet gezegd,
dat die spoorwegen voor de streken, welke zij
doorsnijden, geen nut zullen opleveren, doch
-alleen beweerd, dat de te verwachten
voordeelëu.te duur zullen xzijn. gekocht.
ntusscheu, de spoorwegwet van 1875 bestaat,
en >moet worden uitgevoerd of veranderd.
Veranderd, voor zoover duidelijk mocht blijken,
dat de wetgever in eenig opzicht verkeerd heeft
beslist, hetzij omdat de omstandigheden ver
anderd zijn, die hem bij zijn beslissing leidden,
hetzij om andere redenen. Althans ten aanzien
van n der in de wet van 1875 opgenomen
spoorwegen schijnt dit geval inderdaad aan
wezig te zijn. Indien er al reden was, om in
1875 tot den aanleg van den spoorweg
StavorenLeeuwarden van staatswege texbesluiten, zoo
is die reden thans vervallen; en de parlemen
taire geschiedenis van dezen spoorweg, ook in
den jongsten tijd, geeft alleszins aanleiding om
zijn recht van.bestaan opnieuw te onderzoeken.
Dat de provincie Friesland aan de bestaande
spoorwegverbindingen Harlmgen-Duitschland
en Leeuwarden-Meppel. niet. genoeg had, werd
in 1875 niet in twflf'el getrokken. Hét kwam
er vooral op aan, Harlingen met zijn gunstige
ligging en goede haven door een nieuwen weg
met het buitenland te verbinden,' en .de Wel
varende handelsplaatsen Sneek en Bolsward in
het spoorwegnet op te nemen. Boor eene lijn
Harlingen-Bols war d- Sneek - Joure - lleereu veen
(in, verband met eene kortere verbinding met
Salzbergen) konden baide doeleinden"worden
bereikt; en het was dan ook deze spoorweg,
diédoor het provinciaal bestuur van Friesland
voor de meeste gewenschte werd gehouden, en.
die in 1875 door particulier initiatief scheen
te zullen tot stand komen. Blijkbaar vooral
geleid door het uitzicht op de uitvoering
deiconcessie, aan de heeren Kapiijn en Gentis.'
voor den aanleg van dezen spoorweg verleend,'
nam de regeering destijds deze lijn niet in baar
voorstel tot aanleg van spoorwegen van staats
wege op, maar in plaats daarvan eene andere
friesche lijn, loopende van Stavoren langs
Hindelopen en Sneek naar __ Leeuwarden. Deze
laatste verbinding was een uitvloeisel van liet
denkbeeld, dat sedert jaren bij meer dan n
particulier spoorwegcomitébad voorgezeten,
om Noord-Holland 'en Friesland door een zoo
genaamde interprovinciale . lijn te vereenigen.
Een hoogst ongelukkig denkbeeld. Het verkeer
tusschen beide provinciën is vrij belangrijk;
maar - welk onbevooroordeelde kan meenen,
dat dit verkeer een weg zal kiezen, door een
vervoer per'stoomboot over de Zuiderzee met
de daaraan verbonden dubbele uit-en inlading
afgebroken? Ieder, die geen persoonlijk belang
bij dszen spoorweg heelt, ziet duidelijk in, dat
de handel in vee en landbouwprodükten, ten'
spijt van de interprovinciale verbinding, vaar
tuigen ^zal^ blijven verkiezen, die Ier markt
plaats inladen en ter bestemmingsplaats afleve
ren, en dat'-het vervoer van reizigers en ijlgoe-!
deren aan den weg over land de voorkeur zal
blijven geven. . .".-."
Het "voordèel-.der lijn Stavorer.-Hinde!
openSneek-Leeuwarden, dat kennelijk bij de regee
ring op den voorgrond stond, bestond dus
alleen, of bijna alleen, Ju de vruchtbare ver
beelding vaa aspirant-concessionarissen. Maar
ook de voordseien dier lijn als locale spoor
wegverbinding waren gering. Stavoren is be
kend als een dei' doode steden aan de Zuiderzee,1'
en de ontworpen spoorweg zou dus doodloopen.
Tusschen Workum, Sneek en Ijlst zou de lijn
een moerassig en weinig bevoikV terrein door
snijden, gedeeltelijk de's winters onder water
staande. Om den kortst en weg-te kiezen, had'
men Bolsward en de 'welvarende streek, die
tusschen die plaats en Sneek eenerzijds, en Bols
ward en Workurn anderzijds wordt gevonden, van
den spoorweg uitgesloten. Tegen deze bezwaren
stond slechts n voordeel over: een groot ge
deelte van den ontworpen weg was namelijk
het eigendom van een vermogend en invloed
rijk particulier, die dus bij den aanleg dezer
lijn in hooge mate'geïnteresseerd was. Het re
sultaat van de, behandeling der spoorwegwet
in de Staten-Generaal was, dat het voorstel der
regeering onveranderd werd aangenomen, nadat
de Tweede Kamer verschillende amendemen
ten, waarvan n strekte om den weg althans
eehigszin.s meer rationeel te maken door Bols
ward daaiin op te nemen (tiouwens zoo, dat
eerst Sneek, d m na Bol-<w.u d cm eindelijk
Leeuwarden zoi'dfii zijn aangedaan, zoodat di,
lijn op ten bhk°em tiaal zou h< Lbengel* ken),
had. \eiv\orjen. Do aanleg lan deze doode
spooiwpghjn werd alzoo hy de wet \an 1*^75
YOOrge-chie^eu.
Het i-> vom omngü\sijden met na te gaan, of
en in boeier het paiticuher belang, bij d"n a in
leg dezei lyu bctio"Lken, op de denkbetlden
der spooiwegcomite . d3 vooistellen der
iepeering en do beslissing der Stiten-Ooneiaal in
vloed heeft uitgeoejfend. Doch dat dit
paiticulier belang aan de leden dei Tweede Kamei
niet onlekend is gebl«\en, blijkt düidflnk uit
de volgende ^uoiden, door een der fnesche
leden, den beer Wybengi, m de zitting d-i
Tweede Kamer vait 20 Oecembei 187b gespt oken
" Dooi \ioogeie betiekkmgen ben ik met
allén met de landstt ceJ^-iu^scïieji Woikntnen
Sneek, langs \selke de prinitf/ef looigestelde
srieh*irg vooi dezen spooiweg was
aange\veaen, geheel bekend, maai /elt' zullen ei in
die stieek niet \ee3 ingezetenen wonen, die
ik niet peisoonlyk ken en hoogacht, zoodat
waaneer ik rek^nirg hifld rn.pt muue i;
mpithie lóór en belargstelhng ??> de gemeente
Wijmbi it&ei adcel en hai e ingezetenen, ik ztkei
ewwïtJ s gehandeld zoa hebben, dan ik mij
thans veiphehf icktu. te doen; maar wanneei
wij hier beiaadsbgfnen moetenbesh ieno\ci
hoogst belangujke en hoogst noodige zaken,
die evemvel uit haien aai d zeer veel c, el d
zullen moet n kosten, dan mogen ivij met
toegeven aan pei^oonhjke sjrapathien of
belang tellipg in bijzon'ei e pei^onen er
iiicnden, rtuar, enz. tnz."
Men kan veituigd zijn dat, wanneer bn
der leden van de Tweede Kamer zóó spie kt,
geen zijner ambtgenooten onwetend is waai de
schoen wiingt' ,
Inmi 'dels waien tusbchen de Vd,4 telling dei
spooiwegwet en de i ooi dracht dei
onlcigeningvvvöfc voor deze lijn een pp ar j uren -\crloo
pen, in welke de toe tand van 'sland; finin
ciën juist niet was vooiuitge^aa^ en axu d i
andeien kant was gebleken, dat de aanleg dei
lijn'Hailin^eu-Heeienveen dooi d*> eonoessiona
rissen uiet dan met CPU zoodim* subsidie, alb
'de regeenng onQene^en wa^ "hun toe te ken
nen, zuu woiden ondeinomen. Het wa,s dan
ook niet te verwonderen dat, toen de Minister
van Waterstaat een ontwerp voor die wet had
voorgemeld, waarbij de richting over.Worfcum
en Ijlst naar Sneek met.uitsluiting van Bols
ward was .aangenomen, het verslag der Tweede
Kamer over. dat ontwerp aldus aanving:.
In bijna alle afdeelingen werden bezwaren
ontwikkeld tegen het onteigenen van grond
voor dezen spoorweg, die. door vele leden
onnoodig werd,geacht. Men vreesde dat-het
eene doode lijn. zoude zijn en blijven, en was
daarom, vooral _met het oog op den
tegenwoordïgen toestand der schatkist, van de
wenschelijkheid der aanneming van dit
wetsonfwerp niet overtuigd.",
Wel bleef ook de verdediging van den ont
worpen spoorweg niet uit; maar de
tegenstar,ders dier lijn, zooals zij was voorgesteld, bleken
in de Tweede Kamer de meerderheid te heb
ben. Den _ Hen April 1878 namelijk werd een
motie van orde van den heer Sickesz, waarbij
het wenschelijk werd verklaard, om in den
spoorweg van Stavoren langs Hindelopen en
Sneek naar Leeuwarden, Bolsward op te ne
men, met 34 tegen 31 stemmen aangenomen.
De regecrïng onderzocht mi de zaak opnieuw,
hoorde Gedeputeerde Staten van Friesland, die
zich geheel met het gevoelen der Tweede Ka
mer véreenigden, en diende als resultaat van
haaronderzoek- een nieuw outeïgeningf ontwerp
in, waarbij Bolsward in bet -tracéwerd opge
nomen, op, deze wijze,, dat, met, afwijking,Van
het bij de-beraadslaging over de spoorwegwet
verworpen amendement, na Workum eerst
Bolsward en daarsa Sneek werd. aangedaan.
Dit voorstel werd na een vrij levendig debat,'
en na ? verwerping met 37 feegen 30 stemmen
.van een amendement van den lieer Bergsma,
strekkende om tot de vroeger voorgedragen
richting- ierug. te .keeren en Bolsward weder,
uit het ontwerp te lichten, door de Tweede'
Kamer aangenomen,, doch nu onlangs (18 Ja
nuari 1879) door de Eerste Kamer ver-worpen,
op den zuiver formeelcn grond, dat de.wetge
ver van 1875 kennelijk de richting over Bols
ward niet gewild had, en dat het wetsvoorstel
dus aan de spoorwegwet geen behoorlijke uit
voering gaf.
Dóór deze beslissing is deze spoor weg- quaestie
een nieuwe phase ingetreden. . Den, Minister
staat nu meer dan n weg open. Hij k/m
de spoorwegwet "van 1875 "met betrekking tot.
deze lijn oiiqitgevoerd laten: een., wijze van
handel-, u, die ten 'aanzien- van sommige in
hetStaatsblad figureerendèwetten gevolyd is, maar
noch met den aan de wet vérschuld ig d en eer
bied, noch met de beginselen der mhu^teri
eleverantwoordelijkheid overeenstemt. 33ij kan den
voorstanders ;wan de richting
Workttra-IJIstSrieek bun zin ge.vea en de spoorwegwet van
1875 uitvoeren in-den" ge_es£, die hare auteurs
bezielde; hetgeen evenwel, indien démeerderheid
dar. Tweede Kamer al zwak genoeg was om
zicli. er meel e te verèenigen, ""een' noodlottige
verspilling 'van 's ands. gtl'Jen voor een
onnoodige, doode lija zou veroorzaken. Hij .kan
Je richting over BbUward opnieuw' voordra
gen eJ te\Liis e n ^ooisttl d en t t wijzi^ii
dei ML -\ in 1^70 m den ^ est iei tmde iet
fon pel be?^Qu dei Hei ie liamei uit f'bU
\\e^ te i i npn Dit Ka itt, s&hynt noor don
loop ditn dc^e /a \l genome li.ee i h t m oost
\oo J hand te h^gti
locb ib ei no^ een vieide ^ ej dien de mi
nïster kan inslaan, en naar te hopen is betreden.
zal. Hy kan namelijk voorstellen in de.wet van
1875 den spoorweg Stavpren-Leeuwai-dca te ver
vangen door-de lijn arlii;g*in-Hieercn'vécn.
Hoe' veel tegenstand van locale en particuliere "belan
gen hem ook hierbij zou wachten, 's lands belang
sonde hij bierdoor ongetwijfeld het meest be
vorderen. Ook voor dergelijk voorstel is in de
debatten der fetaten-Generaal een aanwijzing
te vinden. Bij" de behandeling van het jongste
onteigenings-ontwerp in de Tweede Kamer
stelde namelijk de heer Wintgens als amende
ment voor, de lijn Harlingen?Heerenveen te
stellen in de plaats van de v oor gedragene, en
deze laatste uit de spoorwegwet van 1875 te
verwijderen. Om alleszins gegronde redenen
van vorm besloot de Kamer niet groote meer
derheid, dit voorstel niet als, amendement
toe te laten. Haar reeds uit het doen van
-het voorfctel blijkt, dat voor deze lijn, als
plaats vervangster van die der wet, sympathie
bestaat. En terecht. De redenen, waarom men
Friesland in 1875 niet met, deze belangrijke
spoorwegverbinding begiftigd heeft, zijn, gelijk
boven is aangetoond, óf .voor onbevooroordee
den geheel -onhoudbaar 'of thans verralW
Het interprovinciaal karakter der lyu Stavo
ren-Leeuwarden,- de zoogenaamde
Nooidhojlandsch-Friesche lijn, is een dwaasheid. De
kans, dat de-lijn" Harliiigen-Heei envcen door
particulier initialief zonder geldelijkcn steun
van den S.taat zal tot. stand komen, is geheel
vervallen; .de kapitalisten -openen voor deze
onderneming hun beurzen niet. Het is thans
de roeping van den minister, uien bet a.tn ijver
niet ontbreekt, om zijne, kiacht te toonen in
het bevorderen van het algemeen belang boven
locale en particuliere belangen, door den aan
leg, van staatswege voor ie stellen van d« lijn
Harlingen-Heerenveen in, plaats van
StavorenLeeuwarden, en aldus .aan den NederLuidschen
handel een leyensvatbaren spoorweg te schen
ken in'plaats van een doode lijn. Moge hij de
gelegenheid, om dit goede.wei k te doen, niet
ongebruikt laten!
Mae Malion heeft het Eïy>ée reeds over
gedragen'aan zijn opvolger, en zelf zijn huis
in Parijs betrokken. Weldra z-d men weinig
meer van hom vernemen. Ah Pie&idcist hewft
hij zich la'eu leiden, en nu hy heengaat \\oidt
hij door .niemand gemist. .
Wordt Mac Mahon's -aftieden weinig be
treurd, Grévy mag zich verheugen in den a
gemeenea bijval. Zelden werd iemand tot zoo
hooge waardigheid verkozen, zonder minder
te-gens'and: Déverklaring -\an dit ±Vit moet
gezocht worden, niet zoozeer m de ddden, die
zijüverleden kenmerken, dan wel in jje
zuiverheid van "zijn karakter die boven ver
denking verheven schijnt.
De boodschap die .bij der Kanier heeft
go/onden be ^tte muts bij/onder.*. D,it de
le^teiing zich zal liten leilui door de behoef
teon de wcn-sohen ^ m het Ixnd door den gee.-.l
der vooiutging en ^e zoemt g, niemand die
h t be AUjfi.lt Dit zij hUeia l en rtcutv.iai-:
dig je0 n-s allen wen ebt te zijn ook dit mig
inen"ver_moeden, even goed:als d-.it zij de be
langen van bet leger niet uit het oog zal
verliezen.
. 't Eenige dat iets boteekent id de hei haling
der toezegging, dat het ambten.aars-peisonee-1
gezuivei d aal worden. Nat-uui lijk ib men nieuws
gierig naar. de leger commando's die vei wi&btild
zullen worden. Er worden er nu nog andere
genoemd dan die, welke het aitieden van
Mac Mahon tengevolge hebben gehad. Zelfs
de hertog d'Aumale zou, naar het heet, ter
beschutting worden gesteld.
- Dufaure _ heeft weikehjk volhaid bij zijn
besluit om tot liet ambteloos'Ie ven terug te keu
ren. Op zijn hoogen leeftijd mag di1 niet vei won
dering wekken. Inmiddels betfemt men zijh
heengaan. Hij heeft door. zij a geestkracht en
gematigdheid in moeilijke oogenblikken het
land efc weinig aan zich" verplicht.
Waddington, die thans als hoofd van het kabii et
vtischïjnt, staat bekend als zeer gematigd. Fiey-/
ei tiet-, Leoa Suy, Marcère, Gie4ey en Puthuau
zijri aangebleven. In de plaat? van Dufauie,
Bardous en Teynceress de Bort zijn Jules
Ferry, Leroyer en Lepere gekozen. De
eenEEN VERHAAL VAN
I JE L.
. Arnold verborg het gelaat in zijn handen,
en mijn vader, wiens krachten zichtbaar afna
men, zei smeekend: Ach, Avnold, weiger mij
die laatste bede niet? Gij zult immers ja
zeggêi-? Ik heb u nog nooit een verzoek
afIk zal het ook niet doen, oom," zei Arnold,
fiik aal Blaiiche tot vrouw nemen."
Dank \i, beste jongen," zei mija \ader, Keu
niet Yv-aar? gij laat mij nog geinige zijn van
.de vervulling van dien bartewensch? Laat de
troTiwplechtigheid hier morgen vroeg plaats
hebben." '
Zoo. spoedig al?" zei Arnold.
Ja, dan kan ik rustig fcterven," was h et ant
woord. Ik zal mijn arm meisje dan in goede han
den achterlaten.. Gij zult lief voor haar zijn, dat
weet ik, al was het alleen om mijnentwil en
ora hefc onrecht gced te maken, dat. ik haar
arme moeder heb aangedaan."
Ja, ik zal goed voor baar zijn," antwoordde
Arnold op ernstigen toon.
Ik heb nog een flauwe herinnering dat me
vrouw von Denner mij in haar armen sloot
en haar dochter noemde : toen bracht Juf
frouw Blumberg mij naar mijn kamer. Daarop
gingen er eeuige uren rustig voorbij, en toen
ik uit mijn langen, diepen slaap ontwaakte, was
het mij alsof ik gedroomd had, dat ik mij -in
mijns vaders huis bevond en de bruid was van
Arnold von Denner.
Marianne," zei Blacche na een oogonblik
zwijgens, gij zoudt mij uitlachen indien ik u
zei; hoe vurig ik Arnold beminde! Gij zult
misschien meenen dat ik nog te jong was om
het woord liefde" te begrijpen. En toch was
het zoo niet! -Wel was ik eigenlijk nog een
kind, maar ik wist toch wat liefde was. Ik had
nooit iemand anders bemind dan mijn moeder;
wat mij na haar het dierbaarst was op de we
reld, was Arnolds portret. Hij was geen vreemde
voor mij; ik had hem immers mijn leven lang
gekend en bemind! Yan het eerste oogenblik
onzer -ontmoeting af, kreeg ik hem lief met
hart en ziel; ik zou voor hem hebben kunnen
sterven! Twee gewaarwordingen streden om
de opperheerschappij in mijn hart. Het eene
was de bezorgdheid over mijns vaders toestand,
de andere de vurige, onuitsprekelijke liefde voor
Arnoid von Denner. Ik kan u met zeggen
hoe kinderachtig ik mij aanstelde,?ik kuste
de hand, die hij bad aangeraakt, en nam mij
heilig voor om zijn minste wenschen te vóór
komen.
Geen van de bedienden wist wat er den vol
genden, morgen in mijns vaders kamer zou
plaats hebben. Juffrouw Blumberg was te
verbaasd, om het te kunnen vertellen. Het
goede schepsel, kon niets doen dan gedurig
herhalen: Maar'Blanche, Blanche, gaat gij nu
wezenlijk trouwen?"
Gedurende de plechtigheid was mijn vader
nog bleeker dan den vorigen dag en blijkbaar
den dood nabij. Hij zat rechtop in de kussensi
ondersteund door den ouden Godfried, die ook
getuige geweest was van zijn huwelijk met mijn
mosder. Mevrouw .von Denner stond naast mij.
Wie de geestelijke was, weet ik niet."
Wij waren gehuwd en de gouden ring schit
terde aan mijn vinger. Mijn schoonmoeder gaf
mij een kus. Arnold raakte voor de eerste en
laatste maal mijn voorhoofd aan met zijn .lip
pen. Op dat oogenblik wenschte ik dat ik
sterven mocht sterven in de armen van mijn
echtgenoot. Mijn arme vader glimlachte even,
en toen de zon dien dag onderging, had zijn
ziel het broze lichaam verlaten.
Ik kan u. niet zeggen wat ik voelde, toen
Juffrouw Blumberg mij aansprak ais mevrouw
von Denner; het was mij alsof ik droomde. De
dagen, die nog moesten verloopen voor de be
grafenis, bracht ik op mijn kamer door; eerst
toen de plechtigheid plaats had gehad, begaf
ik mij naar de groote woonk.un.er. 'De gordij
nen waren neergelaten en in een hoek stond
een rustbank van donkorkleurig fluweel. Ik
was vermoeid en zenuwachtig en legde er mij
op neder. Ik was even ingesluimerd en hoorde
als in den droom het geluid van stemmen.
Het was Arnold met zijn moeder; w'are ik
geheel wakker geweest, "dan -zou* ik gezegd
hebben dat ik daar' lag en mijn lot zou geheel
anders geworden zijn, want _?zij -spraken
over mij.
O Moeder," hoorde ik hem zeggen, wat"baat
rijkdom, als men gebonden is, zooals ik ? Dui
zendmaal liever arm en vrij!"
Ja, het is hard," sprak zijn moeder, maar
bedenk wat rijk zijn beteekent, wat uw geld
u geven kan.. Uw vader is van verdriet ge
storven, omdat hij zijn dierbaar landgoed ver
loren had. Gij kunt het nu terugkoopen."
Maar tot welken prijs, moeder! Tot welken
prijs!"
Blanche kan nog veel veranderen," sprak
zijn moeder, zij is nog niet veel meer dan een
kind. Ik voorzie dat zij een knap vrouwtje
zal worden. Als ik u was, a oud i'k haar nog een
paar jaren naar een geschikte kostschool. liet
is wel een hard gflval voor u."
Het is een goed.kind," antwoordde hij on
geduldig, maar wat is 't een Ieelijk,,bruin, klein
ding! O welk een verschil niet mijn blonde
Gabrielle! Moeder,- ik gaf alles wat ik nu be-*
zit, als ik daardoor mijn vrijheid terug kon
krijgen!" . .
^,Arme jongen!11 sprak zijn moeder vol me
delijden, het is hard, ik voel er alles van. Gij'
had een schitterend huwelijk kunnen doen. Ik
zou .wel eens 'willen-weten wie haar moeder
eigenlijk was», en .ik hoop van harte dat zij naar
de von Flohrs aardt,- en niet naar ,dat onbe
kende arme schepsel", vervolgde zij op" min
achtenden toon.. Zeker iemand uit den min
deren stand!" Die woorden brachten mij
volkomen tot bezinning. Met n sprong stond
ik voov hen: mijn bloed kookte, mijn gelaat
gloeide evenals mijn' hart, opdat oogenblik
haatte ik Arnold. Ik moet echter tot hun eer
zeggen, dat ik nooit iemand zoo verlegen en
beschaamd zag staan, als mijn echtgenoot en
zijn moeder.
Dat mag waar zijn," riep ik. Beleedig mij,
ik ben leelijk en bruin en niet welopgevoed,
ik sta u in den weg; maar als uw leven u lief
is," zoo gilde ik bijna, laat dan 'mijn doode
moeder met vrede!" -''
' Blanche," zei mevrouw von Denner, gi
had niet mpgen luisteren".
Dat'kon ik niet helpen; ik was op.de
ccapéingesluimerd en uw harde wreede woor
den deden mij ontwaken".
Zij is krankzinnig,"" zei mijn schoonmoeder
lonend.
Keen, krankzinnig ben ik niet," aiilwootdtU
ik. Luister naar mij, dan kunt jfij fer zelve
«ver oordeelen. ArnolH," zei ik^^' tot B';jn
ichtgenpot wendend, en =fi^6jaJÈ,TsBi het hoofd
tot de voeten, ik zal u n^ïpiï'fef.t zijn-. Mijn
moeder huwde een edelman,, a^h-ad fce^t lief
n stierf aan een gebroken hart. Ik beminde
ook een edelman, ik bemin hem nog o Ar
nold, het is de waarheid, en mijn, hart zal ook
breken, want ik heb den man lief, die nsfaaat
veracht! Maar ik zal heea gaan,_,en'hem
nooit weer onder de oogt-n komen. Neein al
mijn geld, ik heb het nipt noodig! Ik wil 't
niet zien ik zil \\el heengaan en <^ t von!"
Wat s dat voor gekkepïsat, RUuche!"
zei mijn -schoonmoeder.
Mevrouw von Denner,"antwoorddi-iktoor
nig, ngiJ hebt myn overleden mopd-T l eleedi«d,
ik spreek niet meer tegen u. Wat ik te zeg
gen heb, zal ik' met uw zoon afhandelen".
Ik verzeker u, Marianne, dat die fiere dame
bang.voor mij was. op dat oogenblik.
Gij kunt met zulk een ongeman.'ei d schep
sel niet samen lë.ven, Arnold," sprak zij.
Bedaar, mama; laat mij hooren wat Blanche
te zeggen heeft," hernam mijn echtgenoot.
Het. is niet vee!, Arnold," vervolgde ik,
alleen-dit ik wil u nooit in mijn leven weder
zien, -ik wil geéa. hindernis op uw pad, g^en
last voor n zijn. Als 't!niet zondig was, dan
maakte ik een eind aan mijn leven om u zoo^
te bevrijden, nu dat niet mag zal iktochdoen
wat ik kan -T?,'én levend dood tracht en te zijn.
Van dit pogenblik af aan doe ik afstand v£ln