De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 16 februari pagina 1

16 februari 1879 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

o "Verschijnt iedereu Zondagochtend. ~ Uitgevers: ELLERMAN, HARMS & C°. Kantoor: Rokin 2. ZONDAG 16 Abonnement per 3/m; ,-". . 60 Ct=. fr. r. r. 75 Cts Afzonderlijke Suminers. . ?. . o advertcntien' per regel-.-. . .~ 15 I N H O U D. x '' Licht van gemeentewege. :.?Staatkundig overzicht. feuilleton.- Gemeentezaken. Kunst.?Letterkunde, Brief van Jan Oly.?Iets -uit de oude doos. Het postwezen ten .platten lande. Statistische en ' industriè'ele mededeelingen. Allerlei; Ingezonden. Handels o verzicht der week. Operzicht van de Eflëctenmarkt. Cargalijstea. Schepen in lading. Veilingen, Verpachtingen Aaübestedingen. ? Burgerlijke Standj-'-?Publieke 'Vermafcelijlchedcn. Te Kuur zijnde- woningen. - Advertentiè'n. isit \u\ et jüstitia. Door het Dagelijksch Bestuur der hoofdstad .werd d.d. 5 October 1878 aan _den'Iïaad eene voordracht gedaan, ten doel hebbende om in beginsel 'te doen beslissen, dat aan de ingeze tenen van gemeentewege licht zal worden ver schaft". In de niet. bijster uitvoerige Memorie van Toelichting tot die voordracht, is 't vooral de navolgende zinsnede, die de aandacht trekt : op dien weg zijn reeds een aantal gemeenten in ons-Jand- en groote steden in het buiten land onze gemeente voorgegaan, "en de inantieele resultaten daardoor verkregen, zijn, in het algemeen, bij even goede of betere ver lichting, zoowel voor de consumenten als voor de . exploiteerende besturen zóó gunstig, dat het ons raadzaam voorkomt ook voor onze gemeente dien -weg in te slaan." Bijzonder duidelijk zijn deze woorden niet. Zonder al te groote vermetelheid mag echter wórden ondersteld, dat men. schijnt te be oogen de oprichting eener gemeente-fabriek, die ten bate der gemeentekas winsten af werpt. ..De voordeelen voor déconsumenten zullen hierin bestaan, dat even goede of betere vei> lichting verkrijgbaar is tot lageren prijs, dan 'de particuliere industrie, geneigd is haar te verschaffen. De . verklaarbare vreugde der ,in.gezefcenen over .dit vooruitzicht wordt even wel onmiddellijk getemperd door de . bijvoe ging, dat de exploiteerende besturen mede gunstige fmantieelu resultaten" verwachten.' Deze nu zijn onmogelijk, tenzij den verbrui kers boven den kortenden prijs een surplus in -.rekening ..worde. gebracht. 'De naam voor dit surplus., is -winst) hoog of laag, in. allen gevalle winst, verkregen doordien de gemeente een ijverheidshedrijf uitoefent. -Is . dergelijke bate met de voorschriften en den geest van ons administratief recht bestaan"foaar? Mijns erachtens, neen. Het is de bedoe-. ling dezer regelen van deze meening beknoptelijk rekenschap te geven. Nopens -de kunstmatige verlichting verkeeren -.wij op dit oogênblik-in een toestand van over gang. Niemand kan-, voorzien of niet eerlang het electrische licht een geduchte mededinger voor de gasfabrieken worden zal. Met het oog op deze mogelijkheid spreekt- de voordracht van de oprichting eener gemeentelijke lichtfabriok." In welken vorm echter de toekomst ons stoffelijk licht verschaffe, ondersteld raag worden "dat men in het genot daarvan niet zal kunnen treden dan ten gevolge van dien sten door den .fobriékant verstrekt. M. a. w. een net van pijpen, buizen of dergelijke zal noódig zijn en. blijven om_ het licht van de plaats van. voortbrenging te leiden naar die van verbruik. Voor de juridische waardeering is dit eerste punt niet onverschillig. Even belangrijk is een tweede, dat ik on middellijk op den voorgrond stel. Het kan aan geen redelijken twijfel onderhevig zijn dat de gemeente voor de straatverlichting op deze of gene-wijze te zorgen heeft1. De keus van het middel daartoe (olie, petroleum, gas enz.) is vrij. Van de verplichting zeiv,e echter kan zij zich niét ontslaan omdat deze is van publiek recht eÜjken aard. Art. 179ftGrmw. draagt aan het dagelijksch bestuur der gemeente op de zorg, o. a. S-oor de veilïglieïd der publieke wegen. Nu behoeft men geen rechtsgeleerde, nauwelijks een kind te zijn, omintezien dat duistere straten, grachten en pleinen nu juist niet bevorderlijk zijn aan de zoo even gemelde veiligheid. Richt de gemeente eene liclitfabriek op en zal déze gas voort brengen, de keus is metterdaad op deze lichtsoort gevallen en de gemeente heeft verklaard dat zij hare verplichting op deze wyse naleven zal. Onmiddellijk echter worden dan van- toe passing .de artt. 238 jo. 254 Gmw. De fabriek behoort tot de openbare gemeentewerken. Niets belet de gemeente de ingezetenen .te doen deelen in het genot van die inrichting, door haar tot lichtbron voor particulier gebruik tevens te doen dienen. De retributie daarvoor echter van hen geeischt, mag aldis luidt het'stellige wetsvoorschrift niet hooger zijn dan noódig ,is te achten, om den betaler, naar evenredigheid van het gebruik of genot dat bij heeft, in de kosten van aanleg, onderhoud of verstrekking van het door hem gebruikte of genotene, te doen dragen." Dit alles schijnt mij a propos van licht daghelder eu zonneklaar. Alle zweem van twij-, fel. wordt bovendien weggenomen door de toe lichting van Thorbecke, gelijk weinigen gewoon duidelijk zich uit te drukken. Hij zegt: 1) De bedoeling was, al de genoemde en dergelijke heffingen-met belastingen, bij de wet gelijk te stellen, ten einde daarop alle, waarborgen, te gen ongepaste belasting geschonken, te kun nen tpepassen. Dit schijnt noodzakelijk, zal men niet gevaar looperi, dat in de meening of het juiste denkbeeld beoordeeld noch beslist ^oiden kan Het toe zicht van het hoogei gezag vervalt, omdat waar van uint,t =prake is, de ^oedkeming daarvan uiet mgeioeppn woidt Emdphjk schept de belasting m btiyd met haren aard een voorrecht ten bate tenci categorie van personen, die wel van heb.1-, doch met van kunstlicht zich bedienen. : Niet slechts de aangehaalde teksten, ook de geest onzei admmibtiatieve \vetgp\ing \eizet zich .tegen het optieden eenei gemeente als IcoopmanZ) In deze hoedanigheid alWn is htt "behalen van winst op d» vooi gestelde onder voorwendsel, zoodanige heffing zij geene belasting, een druk op de ingezetenen worde gelegd, die onder een anderen naam niet zou zijn .gedoogd.' , .."Men stelle de gelegenheid-vo.er een gemeente bestuur open om .voor" verstreJcte diensten, eigendunkelijk winst te bedingen. Men bedenke dat bedoeld wordt de mogelijkheid tot derge lijk dienstbetoon (het verschaffen van kunst licht) aan particulieren te ontnemen, door aan de gemeente een monopolie te verzekeren. Men. overwegs dat er sprake is van eene aller eerste levensbehoefte. En men oordeeléin hoe verre hier, ik zeg niet alle, maar ook slechts n der waarborgen blijven bestaan} die ona Staatsrecht tegen ongepaste belasting" heeft gemeend te moeten nemen. Dat immers winst t langs dien weg door de gemeente behaald, eene verkapte verbruiksbe lasting is, kan kwalijk worden geloochend. Verscholen in den prijs, wordt zij ten bate der gemeentekas van alle verbruikers geheven. Dit haar karakter echter heeft ten gevolge, dat de heffing zelve de mate van vrijheid, aan de gemeenten op het stuk van belastingen gelaten, overschrijdt. Of -en in^ hoeverre er vóór vrijstellingen aanleiding kan. bestaan, is eene vraag, die bij eene heffing als deze, noch mogelijk, ;dooidien zij van daden van koop handel een gewoon heioep maakt. Dei gelijk optreden ' als koopman nu ig der gemeente nergens veigund. Men beduegt z ch m. eschromelijk, TS anneer men meent dat het vol doende i?, mdipn men e\enmm eigens eene verbodsbepaling lee-.t Mijne beweimg is juist dat, zal de gemeente koopiran kunnen zijn, het haar uitdiukkeliik geoorloofd behoort te. wezen. Het betoog dezei stelling te levet en, schijnt niet moeielijk Onze handels-we1 kent slechts vier klassen van personen, bekwaam om handel te dujven de natuurlijke peisoon, d^ fiima, de comman dite, de ' naamlooze maatschappij. De vooiwaarden, \\a-uondei deze personen geiechti^d verklaard zijn een Vdiyf uit te oeftnsn, ende rechtsgevolgen d^ai-van regelt de wet. Zede lijke lichamen, gelijk gemeenten ongetwijfeld zijn, behooien tot geen dezei vier kla, sen Zij zijn bevoegd tot h?t aangaan \au baigeilyke handelingen (ait. 1691 B. W.) Iets andeis echter is d^ wettelijk veiïof. Iets andeis het optreden als lotyman. De wet eischt dat doel, werkkring en grondslagen van het- zedelijk lichaam woiden kenbaai genaakt aan het openbaar gezag (wet van 22 Ar-iil 1855, S bl. no 32, ait 6). Zij zondert van dien regel uit, de vereemgmgen, zelve op openbaaj gezag in gesteld en de eigenlijke handtl&veieemgmgen (ait 5, jo. 14=) Deze, omdat \ooi h^iai dehandelswet "beslist Gene, omdat men uitging van dat de wet. die de veieeniging instelt, ook haar doel, ^eikkimg en grondslagen omschrijft Pene heimeuwde er kenning zou mmst genonPn oveibfdig /ijn Yoor de -gemeente nu is het de gemeentewet, die met de zoo even gemelde $aak zich beU%t. Oyér het drijven handel dooi de ge meente, zwijgt die oiganieke wet. En niet slechts dat zij zwijgt, de staatsman aan wiens beleid wij haar te danken hebbeu, zegt uit drukkelijk dat ook de gemeentewet niet bedoelt, nnveiheid van beamen de plaats van die der particulieren-. tédoen innemen 3).:" "Met welk recht zal alzop " de gemeente als koop-. man kunnen optreden? In hare lioedanigheid van zedelijk lichaam, waaraan die bevoegd heid nieb is ontnomen.? Zal dan .ook "b.v. de maatschappij Volksonderwijs - op sommige, be dreigde punten, winkels- mogen opzetten, waar men van schoolbehoeften goedkoop zich "voor ziet? Zooveel ik weetj is 'ojk baar die be voegdheid nergens ontzegd. En. tusschenf.-haar karakter als ? zedelijk lichaam en dat der_ ge meente, is het mij niet gegeven het allerminste verschil te ontwaren. Erkend, heeft zij met deze, raag en waardigheid gemeen eene eer trouwens in ons Bondenrijfc Vaderland vrij verspreid. Zullen al deze lichamen, waaronder tamelijk microscopische, affaires, mogen doen, v.i=seU disconteeren, koopmansboeken houden, ja zelfs eene ganschelijk niet ongerijmde^ gebei.ihjkbeid _ aan faillissement zich bloot bellen" Ik weet niet of iemand den moed beeft A oor deze consequentie niet terug te deinzen Maar ik weet- wel dat. het kluchtige vooi uitzicht, verwezenlijkt,'ia ons Staats-burgeilyk- en.handekrecht, eene .verwarring zou aamichten zóó chaotisch, dat zelfs de meest ?\erstokte liefhebber van verwikkelingen vol daan zie'i betuigen, zou. Mijne slotsom is: de gemeente doe eene ge meente-fabriek verrijzen, .indien zij daartoe termen vindt. In dit geval levere zij echter Let kunstlicht tegen den kostenden, door bet bevoegd gezag als belasting vastgesteïden prijs. .J. A. LEVY. Amsterdam, Februari .,'79. - . - " 1) M. v; Toel, Vg. Boissevain ad art; 238, blz. 1290. 21) Als koopï«««,.scliijnt mij óns taaleigea te eischcn. Men bedoelt eeiie geaórielcu benaming. Koopvromv Leeft technische beteekenis. . - ?. 3) Economist jg. 1871 blz. 1034'. Wie de vredesverdragen ? optelt in de laatste jiren gesloten, moet statistisch to' de conclusie komen, dat de .wensch van vorsten en volkereh> niet anders dan volmaakte-rus t, eeuwige vrede, .vriendschap, imiige rbetrekkingen lus chen alle Staten onderling ten doel heeft De, vrede van San Stefano en het verdiaq; %an Berlijn zijn nog eens'opnieuw beze geld jloor den vrede van Konstantinop&l, waar mede furkije en Rusland nu TO.or gqed aan alle geschillen .een .einde .moeten gemaakt hebben. Het verdrag bevat een dozijn artike len, waarin zeker de "bevolkingen-hei meest moeten getroffen worden door de ernst, waar mede er gesproken- .wordt' -over. het- betalen dooi Turkije /van .eene schadeloosstelling van 800 milhoen francs aan Rusland. Daarenboven zullen : de twee regeeringen nog-nader over eenkomen omtrent de schadeloosstelling door de Poite te betalen aan de russische onderda nen, die door .den. oorlog., verliezen hebhen geleden, en omtrent de kosten- van- het onder houd dei wederzijdsclie krijgsgevangenen.-Wanneei Tuikije .eenmaal de 800. millioen gaat be talen,-waarvan hierboven gesproken wordt, kan men er op rekenen meer wonderbaarlijke din gen te zien, "Of de russische regeering, ree !s een toren ,_ laat bouwen, zopate die waarin Duischlandde fra-n'sche milliarden borg, wordt niet gemeld. Overigens bevat het verdrag de bepaling" dat de bewoners der streken, aan Rusland afgestaan, het recht" zullen hebben te kiezen.to.t-welke nationaliteit zij willenbehooren, terwijl beide regeeringen zich verbinden amnestie te geven voor alle misdrijven, die met den oorlog in verband stonden. Over veer tien dagen, na de ratificatie, zal dit-traktaat van kracht zijn. De zaak van den Emir van Afghanistan raakt langzamerhand op den achtergrond; deengelsche partijbladen gebruiken hem zelfs niet lan ger als een schrikbeeld, de publieke opinie heeft iets anders gekregen om zi'ch aan. te verza digen. Bshahe de strikes en de oproeiea waarvan Lu ei pool on dor andeien zulk een proefje kreeg, is de Zoeloe o^log het voorwerp van veler bezorgdheid. liet plotstlmge en onverwachte van de gebeuitenis, gevoeg,! bij de. moeielijkheid om zekere en spoedigeberichten te verkrijgen, hebben hier men-uit werking gehad dan het zware van den slag. Def tig officieren en 500 man is niet wanneer men het vergelijkt met en duizenden.die in den Frunsch-Dvil-clwn en in den Turksclr-Rössibchen oorlog omgekomen zijtv' maar de nioreele slag, die aan het zelfgevoel van. het -engelsche fegfr is toegebiacbt, i-, te grooter. - Men is als van z«alf gewoon aan te ' nemen dat een onbfschaafd leger hoe groot, ook, tegen een kleine goed gedisciplineerde Europeesche bende omnopeliik opgewassen is; rnen meent zoo gewoonlijk dats als m de tijdenvan Robison Crusoè, Vrijdag nog altijd op de knieën valt als hij een geweer hoort aftcMeten en- meent dat zijn mee'ter over donder en bliksem heerscht; wanneer een om ei wach' e slag toont dat Vrijdag er tegenwoordig ook geweren op na houdt, en ze zelf afschiet, en vooral dat.'hij, als Cetiwayo heeft gedaau, Robinson uit zijn kamp wift te lohken en e omsingelen, dan is de schrik en de teleui^elliïig groot-, ook al is het verlies betrvkkehjk. klein. Verleden week hoopte de Spectator dat Cetiwayo de magnaficent HiVtffce".zoïi begaan van in" 't open leid te willen strijden. De magnïficent. mictake is, voor zoover \vcweter, aan den: kant van de generaals Chehnsfoid, Grlyn en Peacson geweest, zij hebben t,r, be halve de officieien en manschappen, 60.000 pond provisiën, 100 wagens, 1000 tiekossen, kanonnen, patronen, tot aelfs het \aandel\an het 24st'éregiment ineda verloren. Dat de Kaf fers een groot verlies, eerst op 50UO, thans op 2000 ,man geiaamd, er hij geleden hebben, doet weinig -a,f, hunne krijgsmacht is aauzien'ijk, meer dan. 300,000 man naar beweerd wo;-d<-, en .niet zoo nioeielijk samen te tiekken als men verwacht had. ~Uit Duitschland is het belangrijkste bericht de troonrede, waai mede de Keizer Woensdag de Rijksdag geopend heeft. Het progunnma is meer gedetailleerd dan men van zulke stuk ken "gewoon is. Wat het verledene hetioi, sprak de Keizer met dank over de ondcisteu-. nlng; Vaar. ? den Rijksdag by de &ouaifs'en,wet, " over de-göde gezindheid van. Oostenrijk -wat i het tractaat"-\an Praag betreft, over het vre- - , descongres v,m Berlijn. Voor de toekomst be loofde, de Keizer een beschermende handels-- . politiek, die van de beginselen welke \óor 1865 geldende waren, zoo min mogelijk zou af wijken. In den prui-ischen Landdag rs de gebeele , begroeting ou veranderd goedgekeurd. Een minder, gunstige ontvangst werd aan het zoogenbem'de Mauikorbgezeta" voorspeld, om trent dé^strafbevoegdheid van den Rijk'.dig, Vooral van de zijde van Wurtemberg, Boijeren, en andere kleinere staten werd hevig ertegen' -geprotesteerd, toch is het ten slotte aangenomen. De Oostenrijkse regeering iöer ten slotte in geslaagd, het begeerde Kabinet bij elkaar te krijgen. Bijna alle leden van het vorige hebben er .zitting in, alleen graaf Auer=sperg en de heer -Unger zijn er uitgevallen. Minister-president werd déheer Stremayr. In Frankrijk gaat als ge\olg van de Kibinetsveranderiug, de prefecten schub", de afEEN VÈKHAAX VAN (Vervolg.) Is ..hij zoo zwaarmoedig?" vroeg ik, ver heugd over die ontdekking. Ja, en mijns inziens met het volste recht. De wereld beweert dat hij prinses Scholsky bemint." Woont zij tegenwoordig in. Berlijn, tante?" vroeg ik. , - Ja, haar man is bij de russische ambassade aangesteld, en zij 13 een van de schoonste der 'toongosende dames in Berlijn," antwoordde zij ; maar -r- Blanche is verreweg de mooiste en innemendste van de twee." ' Zeer tevreden over" onze ontvangst te Berlijn, zetten wij onze reis naar Parijs voort, en zes maanden lang wijdde Blanche zich. met den meesten . ijver," aan haar verschillende studiën. Eu de uitslag was zoo goed .als. men maar wenschèn kon. Ik was trotsch op baar. Mijn tante haalde ons af en wij deden de voorge- nomen reis naar .Zwitserland en Italië. Blanche genoot met hart en ziel van de vele schoone dingen, ; op het gebied van natuur en kunst, Naar Csmo gingen wij niet. .Wij hadden het zoo recht naar onzen zin, dat wij onzen terug keer tot het eind van October uitstelden en kwamen juist .in Berlijn aan, toen de wintervermakelijkheden begonnen. V. Nog nooit, was hét winterseizoen te Berlijn zoo schitterend geopend als in dat jaar een jaar, dat ook voor mijn levenslot beslis send werd! Mijn tante had .allerlei redenen, waarom zij de bals en partijen, die zij geven zou, zoo glansrijk mogelijk te doen zijn, en liet de ruime zalen in haar prachtige woning daartoe geheel opnieuw inrichten en meubelen. Onze vooruitzichten waren zoo gunstig mo gelijk. Al de toongevende leden van onzen kring waren in de stad; er werden plannen voor meer dan n bal gemaakt, en de opera beloofde het .beste. Een jonge en schoone zan geres zou gedurende het seizoen gastrollen vervullen en allerlei verhalen omtrent haar deden de ronde onder het publiek. Men zeide dat zij een hongaarsclie generaalsdochter was, die zich uit liefde "voor de kunsfc aan het tooneel had gewijd. Mijn tante had een eigen loge, en bier zou Blanche, volgens mijn plan, haar man voor de eerste maal wederzien. Zij was zoo bijzonder gevoelig, dat ik het niet durfde wagen de eerste ontmoeting in een salon te doen plaats hebben, uit vrees dat zij zich onmiddellijk zou verraden. Mijn tante en ik hielden allerlei gewichtige conferenties over het toilet, waarin Blanche verschijnen zou, op den avond van het eerste optreden der be roemde zangeres. De heele beau-monde'zon zich dan ongetwijfeld vereehigen, en wij wisten dat Arnold von Denner, die nog altijd met zijn moeder samenwoonde, niet zou ontbreken, fog' nimmer had Blanche er zoo bekoorlijk uitgezien. Zij droeg geen juweelen; enkel pa relen; 'een smalle diadeem sierde haar prach tig _golvende, donkere lokken, en een kostbaar parelsnoer. omgaf den ronden vollen hals, maar alles werd in- de schaduw gesteld' door haar eigen bloeiende schoonheid. -Mijn tante was verrukt .over haar, en terwijl zij haar een mooi bouquet witte camelia's gaf, riep zij ver heugd: Mijn lieve Blanche'!...wat ziet gij.er vroolijk en opgeruimd uit!" ', , ~ - - .? Wij kwamen in de opera juist toen de voor stelling begon. Blanche had^aiog nooitzoo.iets bijgewoond- en ik wist vooruit .dat. zij, met haar fijn gevoel voor muziek, onuitsprekelijk gemeten zou. Eerst' scheen zij getroffen door het, ongewone .schouwspel om zich heen: de kostbare toiletten, de--prachtige jaweelen, de vele schoone vrouwen boeiden ;haar aandacht, en het geheel scheen een diepen indruk op haar te maken. Ik sloeg, haar oplettend gade, en bemerkte dat zij na de eerste tien minuten al haar opmerkzaamheid aan het tooneel wijdde. De jonge zangeres had Lucia de Lammermoor. voor haar^debut gekozen, u op _-het oogenblik toen Lucia, op 'het tooneel staande, aller oogen tot zich trok, zag ik dat Blanche's lief gezicht met een zachten blos overtogen werd, en dat haar lippen beefden, het was of zij zich om niets dan om het lot van het ongelukkige meisje bekommerde. Hel dere tranen glinsterden in hare .oogen. Zij merkte niets' van den indruk, door haar eigen schoonheid te weeg gebracht, hoewel de aarn?dacht van het publiek tusschen haar.eh.de prima-d'onna verdeeld was. Naast zijn fiere, statige moeder, zat Arnold von Denner, met de gewone' zwaarmoedige uitdrukking, in zijne blauwe oogen :-=hij. keek niet-rond en-had alleen oogen voor het tooneel. Zijn moeder zei iets tegen hem terwijl zij hem eene dame aanwees, die beiden schenen te kennen. Deze dame trok in höoge mate de aandacht, zij was zeer scboon en had prachtige blonde lokken. Wie is die dame, tante?" vroeg ik. -' Dat is prinses Scholsky, geboren GabrieLle von Belling," was het antwoord. Eindelijk aanschouwde ik dan de blondlokkige" Crabrielle, wier schoonheid Blanche's le ven verduisterd had, zonder bet zelve te weten! Arnold, wiens blik eerst onverschillig" had rondgezworven, wendde zich eensklaps naar onze loge, ik zag duidelijk dat hij verrast was, en dat zijn oogen vol bewondering het bekoor lijk gelaat van Blanche- aan bleven staren. Ik zag ook dat bij zijn moeder iets vroeg, waarna zij .ook opkeek en Blanche aandachtig gade sloeg. Ook zij sbheen getroffen door de zachte reine schoonheid van mijn lieveling, weinig vermoedend 'dat dit het leelijke, bruine kind" was, dat zij met zooveel minachting behandeld hadden. Nu was het -tijd. om Blanche te waar schuwen. . -.?Blanche", zei ik, blijf .naar.Jbet tooneel zien, en houd u bedaard, ik heb u iets te zeg gen. Kunt gij een groote'verrassing verdragen? Maar bedenk wel, dat gij geen de "minste aan doening ioonen mo.ogt." Ja," antwoordde zij kalm. ^ .'" . ,jArnold is er," zei ik, haar aanziende.Het was goed dat ik haar vooruit gewaar schuwd had, want zij werd doodsbleek.' Verberg uw-.gelaat in uw bloemen," .zei ik "haastig; . Zij deed --het maar -toen zij - de oogen weer ophief, roerde-"mij de uitdrukking vol zielsver^ langen, .waarmee zij mij aanzag. .?Waar zit hij? Kan ik hem zien,Marianne," vroeg zij met- bevende stan. Ja," zei ik, als gij kalm. kunt blijven, zoo als, daar straks. "Onthoud 'goed dat gij niet uit uw rol moogt vallen." -?Dat zal ik niet doen, Marianne. Zie mij maar' aan, mijn lippen beven niet eetia meer," antwoordde zij. Ik wees haar de richting en zij Ram Jiarir tooneelkijker op. Toen zij hem een paar mi nuten aangezien had, fluibterde zij mij toe: Marianne, ik ben bang dat ik mij niét. goed zal kunnen honden. Wij moesten hever. heen gaan." .Angstig zag ik haar in 't bleek en ontroerd gelaat, maar ik wist hoe groot haar wilskracht was en zei; Kom de eerste schrik ia nu voor bij! Doe eerst nog eens uw best uw eenuwen in bedwang te krijgen." 1 Langzamerhand werd zij kaïnier. ? Zullen wij heengaan of blijven ?" vroeg ik._ Blijven," antwoordde zij. Dat eerste oogen- blik- ontroerde mij ^zoo. Hij lijkt nog; op den Arnold van" het portret. Hij i? alleen wat ouder geworden en de jongensachtige vroolijkheid is verdwenen.. Maar het is nog altijd, heizelfde oprechte, edele gelaat." -Ik zag .Arnold opstaan, en daar ik wist dat hij mijn tante kende, achtte ik het niet onwaar schijnlijk dat hij in onze loge zou komea, ? Blanche," zei ik, roep al uw kracttten samen. Gij weet dat alles nu van uw efgen vasten -wil afhangt. Ik vermoed dat uw man tante zal komen aanspreken, om zich asCn u te laten voorstellen. Kunt gij die moefl.jke proef doorstaan ?" - Ja," hernam zij vol mo&d, nu beu ik^mijzelve' weer." Een oog-enblik later stond Arnold von Den ner naast mijn tante. Toen de eeiste begroe ting voorbij was, sprak hy zacht ecnigewoor

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl