Historisch Archief 1877-1940
A°. 1879.
Verschijnt iedereu Zondagochtend.
Uitgevers: .ELLBRMAN, HARMS & C°.
Kantoor: Rokin 2.
DAG 20 APRIL
A'bonneiüent per'3/ml .
Afzondc-rHike Nuuuners.
Ad ver ten tien per regel..
"60 C't.i. i j* r 7: C13.
. . 5 »
......... 15 »
INHOUD.
Hoe de kleine Bram aan. den drank geraakte.
- feuilleton. Staatkundig overzicht.
Gemeen:-tezaken.?Kunst.?Letterkunde. Vormen
Kleur. Parijsehe brieyen. Statistische en
industriëele mededeeliugen. Allerlei.
Han. delsoverzicht der week.?Overzicht VUB de
Efiectèmnürkt. Veilingen, Burgerlijke staud.
Cargalijsten. Publieke Vermakelijkheden. Te liuur
zijnde woningen. Advertentiën.
iie Bram aan
deu drank" geraakte.
De heer Rïeh.ardson is een beroemd engelsch
geneeskundige, die 'toevallig en op verrassende
wijs .de volledigste wederlegging" heeft ge
vonden van het algemeen heerschende denk
beeld, dat alkohol de dierlijke temperatuur
?steunt eh onderhoudt." Na die ontdekking,
.hield de heer Kichardson een aantal lezingen eu
toespraken, tot bestrijding van het drankgebruik
en verdediging der geheele onthouding". Onder
anderen sprak hij, als voorzitter van een ver
gadering .van Zondagschool-onder wijzers 'in
.Exefer Hall, een treffende rede" uit, waarin
hij zeven punten "behandelde, die naar zijn
overtuiging den scholieren niet te krachtig
konden worden op het hart gedrukt, waarvan
het eerste luidde: dat het een
volstrektverstandöbedrog'.is, om te mêeneii of te beweren,
?relat alkohol, iu welken vosm van bedwelmenden
drank hij voorkomt, eene.gave Gods aan den j
mensch is," en de laatste vervat was in deze j
woorden: dat door aanbeveling van geheele.
onthouding en het aantoonen -van de nutte-;
loosheid dei- schadelijkste van alle zaken, die ,
.onder 's menschen bereik zijn gesteld, eene.
goede zaak wordt bevorderd, .die verre boven ;
' 'ónzen ei?'en tijd reikt." i
'-- Het bestuur der National Temperance League,
besloot aau een man van zooveel kennis en
belamjeloozön ijver" het schrijven van een lees
boek voor scholen en.huisgezinnen
op'te-dra:get*i sEen gevolg daarvan is Volksonderwijs:
over alkohol, vertaald door C. S. Adama van j
Scheltema, uitgegeven door de Nederlaiidsché'
Vereeniging tot afschaffing van sterken drank."
Een boek naar wij meenen, tot nog toezoi>
der weergade.
- Een lees- en tevens een school- en.fostoek
over den alkohol.
Ik' heb," .schrijft Kichardson, de lessen kort
gemaakt, daarbij trachtende om in elke les een j
op zich zelf staand, wetenswaardig punt te be
spreken, zonder dit daarom uit het verband
der overige lessen los te maken. Deze
beban-deling had naar mijn inzien dit nut, dat wan
neer eenig leerling in eene schoolklasse komt,
waar dit Koek regelmatig gelezen en behandeld
wordt, hij overal mede kan invallen, zonder
dat de onderwijzer meer te doen heefr, dan hem
met een kort overzicht op de hoogte van zijn
onderwijs te helpen."
"Onze lezers zullen nieuwsgierig zijn te we,ten,
hoe dit lees- en lesboek is ingericht. Wij deelen
hun mee, dat de heer. Richardson 52 lessen over
dit onderwerp geschreven heeft, dus l voor elke
.week. Deze lessen hebben ieder een nauwkeu
rig omschreven deel van het geheel tot thema.
De eerste b. v. heet, Kunstmatig bereide
dranken." Nu kunnen de scholieren op deze les aller
eerst zich oefenen in het le26D. Primo Ver
meldt de auteur daarin: welke de meest ge
bruikte sterke di anken zijn. Vervolgens hoe
ze téonderscheiden zijn, daarna hoe.die dran
ken smaken den eersten keer dat meu ze proeft,
verder wat natuurlijke dranken zijn, en einde
lijk bevat zjj de verzekering : wanneer nu een
klein kind kan leven en groeien, leeren, spelen
en werken, zeer gezond, sterk en vroolijk zijn
zonder wijn, bier enz., dan kan ook iedere vol
wassen man of vrouw, even goed zonder deze
leven". .
Heeft de scholier, dit alles gelezen, dan legt
hij zich toe om bet gelezerie zich in hetlioofd
en hart te-prenten. Daartoe heeft de heer
Richardson eenige vragen bij elke les gevoegd,
die de leerling uit het gelegene beantwoor
den kan: bv. lo. , "Welke zijn de namen, die
aan verschillende geestrijke dranken gegeven
worden ?
De Kleine Bram,.die dit onderwijs in Enge
land genoten heeft, las dan zijn les nog eens
over en schreef: Ia onzen tijd fcijn de meest
gebruikelijke namen: jenever, brandewijn, rum,
whisky, bier, ale, stout, porter, wijn, enz. ?
Dan na nog n vra,tg, volgde er een die hem
het hoogste belang' inboezemde: hij was
eli jaar en-had nog nooit alkohol geproefd,
In welk opzicht verschillen water en melk,
wat den smaak aangaat van deze dranken?"
Bram la^ weer de les over en schreef om
het zich in 7t geheugen te prenten: Bij Let
eerste proeven kcmiett velen walgelijk voor, als
een leelijk smakend geneesmiddel. De smaak
van sommige bieren is bitter, kleverig n
stuitend, die van drank brandend eu walgend,
en enkele wijnen sUian door hun zuur of
geestrijkheid den smaak tegen-." Water en
melk zijn niet bitter, walgend, zuur o i' heet,"
eu Bram nam. zich plechtig voor nooit iets
anders dan melk en 'water, d. i. natuurlijke
dranken te drinken.
Toen onze scholier de eerste les genoten
had, ging het hein als de m t est e zijner mak
kers, hij. hunkerde naar de volgenae,- die een
week later gegeven zou worden.' Nieuwe ont
hullingen wachiten hem: alle dieren, zoo las
hij, van-de poulzeeën tut onder de evenachts-,
lijn, kunnen hun levenstaak, hun arbeid ver
vullen, het leven genieten zonder een i gen ande
ren drank dan water,, en kwam hij van zelf
tot de slotsom die in de les te lezen stond:
dat spirïtualia geen recht hebben op ten
eigen plaats in Gods scheppin^splan." Voorts
leerde hij dat,, kwabben of medusae ongeveer
"louter w'ai-er waren, en dat bij de meüach het
bloed, de j-pieren en de hersenen respectieve
lijk voor 79, 75 en 80 perc. uit water be
stonden; kortom dat hij zelf van nature uit
ongeveer 80 perc. water zonder n druppel
alkohol was geschapen; waaruit naiuurlyk
bleek, dat wel water ea niet, zooals sommigen
meenden, gedistilleerd een levensvooiwaarde
was voor mensch en uier.
Om de waarheid te zeggen, Bram verlangüe
niet zoo hai tstochtelijk naar de derde les als
hij naar de tweede gedaan had, en dat had
zijn reden. Want nu moest hij o. a. de vraag
beantwoorden: Welke rol vervult water in
colloïdedeelen van het levende lichaam V De
vierde les van dit alkobolisch onderwijs vond
hij bepaald vervelend: Wat het water in het
lichaam doet, boezemde hem weinig belang
stelling in en toen, hij de vijfde vooi 7ichkiee g
en hij eindelijk den loop van dt,n ^tioom d< s
waters moest beschn^en, die gedui inde hot
leven steeds doei het lichaam plaats vindt,
haatte .bij ..al wat a'Uohol heet met haitgion
digen haat. .. ?
Bij de zevende les schepte Biam echtei esen
adem. Daar vernim hy weei gulden Maaibe
den, die zijn bevatting mtt te bo\engmgtu
Water is deex. mge vloeittof, voldoende vooi
de levende' lichamen om te Ie en. Paaiden,
schapen, rundvee, honden, katten, leeuwen,
tijgers, beeren, wohtn, kameelen en olifanten
hebben tot .ITU toe enkel bij water aU hun
eenigen drank gelfefd Zelfs de dieien, die m
voorkomen en in ootleedkundig opzicht den
inèn-ch het meest nabij komen, de apen, leven
tot op heden enkel by v\atei''?Het is alleen
de mensch,diezxilkeenevloti&tof eigendunkelijk
onder zijne dranken heeft opgenomen." Dit
trof zijn jeugdig gemoed en evenzeer de mede
deeling in de tiende les, dit alle wijze mannen,
als Salomo, Demosthene--, Augu^-tinu^ en
Phnius de jongere het di.nken van. wijn ten
zeerste haiden afgei<iden.
Doch van nu af Legieep Biam mets meei
van het onderwijs o^ei Alkuhol.
Met de elfde les begon de wetenschappelijke
beschrijving van het distilkeien, en ^eeitien
weken lang verkreeg h j niets andeis dan inlich
tingen omtrent zaken, Uie met dekuiist van
ovtihalen" in betrekking sto u den Het duizelde hem
Voor de oogen, en in waktn 'en en slapen 'en toe
stand grijnsden hem de wooi(lentezen
distilleeren, alembic, retoi% 'puitu^ ethei, Aibucacis,
AlsaharaviuSjeniSenahdiezeiim, acïdumrnuin
icum of hydrochloi icum, wijngeest, aqua vitae,
juuiperis, jenever, A'l ka
hol,caibomum,hy,(iogenium en. oxygemuni, het iadicaa.1 Ethyl C H ,
ethyl alkohol G* H O, molekulen,, «-odium
altoholen, amyl, cet.yi piojyl, butyl en de hemel
alleen weet-hoe\eel hoofdbieken het hem
kostte de 1ste vi tag der 24ste lek te beant
woorden'; Wat is butjl-alkohol en hoe woiut
die verkregen'? o± de 3de der 25 le& Hoevele
J atomen koolstof en \uiteit>rof %ti verbouwd
in cetyl.alkohol en mtken te zamen
/ij«iadkaal uit?
Bram was een onnoozele ]ongen en had
reeds meermalen zgn meestei ge\raagd of bij
|-met de geheele. kla mo£t>t opgeleid woiden
j tot likearstookei, doch men had hem geant
woord, dat-de schoolcommibSie geen andei doel
had, dan hem en zijn makkers voor het
jenevergebraik te behoeden, en daarop had de knaap
beloofd, dat hij z'weren wilde: nimmer .whL-ky
of brandy te proeven, wat hij bovendien toch
al niet zou doen, omdat het walgend" Smaakte,
indien hij maar ontslagen werd van de
verdore leasen,
Doch een week later lei Bram zich met de
borster op toe om de les te leeren, welke over
déchemische constitutie der alkoholen handelde.
Deze alkohol-catechisnms telde nu eenmaal
52 zondagen, en niet n werd hem geschon
ken". 'Bram studeerde voort..,. Zonder ooit
alkohol gezien te hebben was hij een en al
alkohol geworden.-Geen kinder-brein ter we
reld was sinds de dagen van Noach zoo vol
van dit verderfelijk vocht geweest.... Hij dacht
aan niets anders, 't Is waar, de lessen waren
bijna uitgeput, hij was gekomen aan de 51ste,
doch toen hij hét zoo ver gebracht had, dat
hij de viervoudige vraag: Welke noodlottige
ziekten van het zenuwgestel, welke doodelijke
ziekten van longen-en hart, welke
ongesteldheden van lever en nieren, welke krankten
van ,spieren en vliezen worden door. alkohol
veroorzaakt?" kon beantwoorden, was het
onmogelijk,-dat-hij het. eerstvolgende jaar n
dag zou hebben- kunïien leven, zonder aan die
eigendunkelijk als drauk gekozen vloeistof te
denken. En geen wonder; want zonder hape
ren zei Bram. het volgende op:
De ziekten door alkohol veroorzaakt zijn:
.(a.) Ziekte der hersenen en van het zenuwstelsel,
aangeduid onder namen als: apoplexie, epilep
sie, paralysè, vertigo, hersenverweeking, deli
rium trëmenp, dipsomania of waanzinnig hun
keren haar drank, verlies van geheugen, en dat
algemeen ontzinken der verstandelijke vermo
gens, dat :men kindsheid of stompzinnigheid
noemt, (b.) Ziekten der longen:-een bijzondere
vorm van .tering, congestie en daarop vctgeaöe
bronchitis, (c.) Ziekten van het hart: onregel
matig hartkloppen, zwakte der spierwaacL n.
verwijding en ziekelijkheid der hartkleppen.
(d.) ziekte van het bloed: scheurbuik, overmaat
van water- of waterzucht, afscheiding van fibrine.
(e.) Ziekte der maag: zwakte der maag en
indige_stie, opgezetheïd, -prikkelbaarheid en som
tijds ontsteking, (f.) Ziekte der ingewanden:
loslijvigheid en ontsteking, (g.) Ziekten der
lever: congestie, verharding, en
zamenschrompeling, corrho-is. (h.) Ziekten der nieren: ver
andering van hun bouw, in een vetachfigen aan
was gelijkende!! toestand en andere veranderin
gen,, die watei zucht en soms een doodelijke
slaapzucht, ten gevolge hebben, (i.) Ziekten
deispieren : eene vetachtigèverandering in de
spie^ren, waardoor zij' de . macht tot werkdadi^
zamentrekking verliezen, (j.) Ziekte van ,d
vüezen des lichaams:-verdikking en verlies van
rekbaarheid, waardoor djelichaamsdeelen, welke
door een vlies, omgeven zijn, schade lijden en
ontijdig verzwakken en vervallen."
En als men nu nog weet, dat, om de deur
dicht te doen, onze schoheï, .-a \einomen te
hebben welke ziekten uit het gebruik van wi;n,
bier qn gedistille^id kunnen ontstaan, kg m
de 52&te' ie? Iteide, dat men ei kiankziLngvan
kan woiden, behoeft het met gezegd te woidi n,
dat hij en de geheele klas en al de klassen
deiverschillende ccholèn in Engeland, waarop dit
lees-- en leerboek was ingevoerd, rijp voor de
'afschaffing waren. - - .
En toch lezer, Bram geraakte aan den drank !
't Is treurig, maar vf aai'!
Geen boek wierp onze scholier met boosaar
diger vreugde na voleindigde studie weg, dan
dien alkohol-catechismus.
Zijn aandacht was zoolang theoretisch op
den alkohol gevestigd geweest, dat hij meende
haar er nu eens practisch aan te moeten wijden.
De leergierige jongen brandde van verlangen
om te weten of het waar was, dat vele dezer
dranken zoo- walgelijk smaken bij het eerste
proeven, voor 'fc meerendeel viel dat hem.
zeer mee, een groot aantal vond hij zelfs sma
kelijker dan water en melk.
Deze ondervinding wekte zijn wantrouwen.
En wantrouwen is gevaarlijk. Verschillende
uitspraken van den grcoten Kichardson onder
wierp hij aan zijn kritiek.
Dat tot zelfs de Meinste kinderen" water
en melk begeeren om hun dorst te lesschen,
is dat wel een bewiji dat g' out*1 jongens en
volwassen menschen ook met^ audei b behoeven
te lusten? Dat zelfs de dieien, ja, tol op hidui
de apea, geen gedistilleei'l dunken, en tocH
tevreden, vroolijk en gf-zoud zjjn, mott diaiuit
worden a.fgeleid, dat de mensch geen \ujn mag
drinken? Is, vroeg Biam heel neuswijs, een
mensch. elan niet meei dan een aap'
Hoe west mijnheei E-chaid on at een glas
wijn niet in Orods eclieppmgsplan pas*-?
"Eens op dien-wég, dwaalde Biam \uoit.
Er waren toch heele verstandige menschen
die gezegd' hadden: wijn \ei&teikt hethaitdes
menschen.
. Hij ging er Spreuken "l 4 en 5 eens op na
lezen, waaraan de heer Richud on hem hei
innerd had, als hij zei dat Salomo leeds tegen
den wijn had gewaarschuwd ---- enheto.ig luk
wilde dat Bram, behalve vers 4 en 5, ook 6 en 7
"las, en daar stond' Geef bteiken dra-ik
dengenen die verluren gaat, ea \»ya den
genen die bitterlijk bed' oefd van ziel is. Dat
hij, drinke, en -zijn armlede veigete en zijn
moeite niet meet gedenke. Wijn wa^ dus som
tijds, zelfs volgens Salomo, die nog wyzer was
dan de schrijver van Br am ^
alkohol-cat'-chismuf=, wél goed. Ook heimuerde Biam zich iets
omtrent de bruiloft te Cina, enz enz. en
Bram sprak.... die Dr. Sichudson ^chieef
onwaarheid.
Hij zei niet: Dr. R. over iiijft,""\vdnt bij hedpn,
van zijn ontwikkeling is dat wouid oi.l ekeud.
Zij zeggen -iets is waar of ounaai, en -daar
Bram onwaarheid in dir xolk^ondeiwijs over
den alkohol ontdekt had, w.eip Liy alles, wat
hem daaromtrent gfleeid «a^, iveg.
Dat was slecht vau Biam mau zoo gaat
hét in de wereld.
. Bram begreep- spoedig, zooaU h-j zeide, dat
het allemaal gekheid was.... ook d.e ziekten,
dat plotseling doodvallen en kiankzinm^
woiden."... "'t Was er mee al& me da pruim^P,
waarvan zijn moedfi hem ?oo dikwuls
veiloden had te snoepen, daarvan zou hij ook de
kooits i» lijgen., maai hij had ei lummei last
v m gehad en Biam diouk weldia lustig zijn
de schoolcommis--ies m Engeland dit
bo.ek op de -fcholen ah lees en lesboek n.
voeröii, en zij wenschen de National T^mpeiai'ce
League afbreuk te doen, slaan ?ijo. i. den goeden
weg in. Als de Ned. Veieemguig tot afschaffing
van sterken drank het diankgebimk
Vvilbevoidereükan deze catechibruus mdeidaad dienst
doen. Hoeveel waarheid dit boek&ke be\at ?
deze cursus in de distill-ëerkunst en deze apodic
tische, vaak overdreven ledeneenngen, zullen
o. i. ongunstig wei ken. Men kan een g< ede
zaak niet beter btdeiven dan dooi te
ovexdrijven; vooral als men viicn licht tot hei al
gemeen: tot .Het -minde! ontwikkelde \olk.
De vereenigiïig, die dit boekske uitgaf, de
vertaler 'C. S. Adama van Scheltema, en de
heer. prof. J. W. Gunning als corrector, aan
wie wij deze tragische ge-cUiedeutó -van Biam
opdragen, hebben aanspiaak op onze achting,
om de moeite die zij zich getroosten ten einde
een goede zaak 4e doen ze^evieien' Doch wn
betreuren het, dat zi] een middel bezigen, dat
ons onpractisch, wezentlyk schadelijk vooikorat.
Daar zullen weinig volwassenen oudei 't ^olk
zijn die den inhoud voldoende begrijpen en
nog minder in getal zullen de scholieren zijn,
W £~*
Kt V A 11
EESB VERTELLING DOOE
(Vervolg).
Hendrik zat nog altijd diep in gedachten ver
zonken, geheel vervuld met het droevige ver
haal, dat hij had aangehoord, toen de
kommandant naar Imiten kwam.
Zit ge daar alweer te droomen?" sprak hij
haH lachend, half knorrig, terwijl hij Hendrik
de band-toestak.
'?Neen, oom, maar ik denk aan Arthur
Richter, dien ik hier zooeven gesproken heb."
,,Arthur Richter? Wat drommel,.ik ken geen
Arthur Richter!"
't Is een van uw strafgevangenen, oom."
O, de luitenant!"- riep de koramandant.
Kent ge hem?"
Hij is een vriend van tnij."
Ik beklaag den man," zei de kommandant.
Hij heeft zich door zijn drift, laten vervoe
ren, maar het moet een flink officier geweest
zijn,','
De majoor heeft hem schandelijk getergd!''
riep Hendrik, dis zijn verontwaardiging nog
niet meester was.
Zeker, dat weet ik; hij hteft hem het le
ven zuur genoeg gemaakt. Maar toch had hij
zielïniet tegen zijn meerdere mogen verzetten.
Op diémanier niet-."
Geen man van eer kan zoo iets verdragen."
Ook dat geef ik toe, maar toch heeft hij
zijn straf verdiend. Ik zou e venzoo gestemd
hebben ats ik in den krijgsraad gezeten had."
En zoudt gij den majoor ook vrijgespro
ken hebben?"
Wis en waarachtig niet!" riep Pletger,
torwijl hij dikke rookwolken voor zich uit blies.
Ik zou hem gestraft hebben, even streng,
even rechtvaardig. De koekoek mag mij ha
len, als ik een duit om zijn adel gegeven had.
Recht is recht, zoo denk ik er over!"
De krijgsraad heeft 'er anders over ge?
dacht," viel Hendrik hem ontstemd in de rede.
Daarover komt ons geen oordeel toe!
Strenge tucht en discipline moeten gehand
haafd worden maar het recht ook! Dat is
mijn meening."
En kunt gij het aanzien dat een beschaafd
man, de knapste van zijn kameraden, hier in
het boevenpak loopt?" vroeg Hendrik.
wlk moet wel, ik moet wel! Gehoorzaam
heid is mijn plicht."
Gij kunt toch genade voor hém-aanvragen
bij den vorst!"
De kommandant schudde het hoofd.
Dat kan ik niet, en het zou mij ook weinig
baten. Ik heb zelfs van hooger hand bevt-1
gekregen, om heel streng te zijn! Ik heb eigen
lijk reeds meer voor hem gedaan' dan Ik ver
antwoorden kan. en als de.een of ander bab
belen wil, kan c er last genoeg van krijgen.
Maar enfin, ik heb medelijden met den armen
jongen. Ik zou hom waarachtig wel..., 'maai
stil daarover. Hij moet dragen wat hem op is
gelegd, en hij doet het ook. In het begin,
itoen hij pas hier kwam, wilde hij zich .v
kant maken maar nu is hij wijzer geworden."
Hendrik wendde al zijn welsprekendheid aan
om zijn oom tot nog meerder toegevendheid
over te lialen, maar 't was te vergeefs, hoewel
Marie, die ondertusschen in het prieel geko
men was, ook haar best deed zooveel zij kon.
Ook zij nam hartelijk deel in het loj: van den
ongelukkige.
Hendrik had er vooral op aangedrongen dat
Richter van de andere gevangenen, meest ruwe
kerels», gescheiden .zoo. worden, maar hoewel
uit de antwoorden van den kommandant Un
duidelijkste "bleek dat hij wel zou willen, als
hij maar durfde, weigerde hij toch standvastig
om zijn toestemming te geven tot een derge
lijke schikking, indien de geneesheer het niet
uitdrukkelijk beval, en om een eind te maken
aan het nuttelooze gesprek, verliet hij al dam
pend het prieel. ?
Kent gij den ongelukkige ook," vroeg Hen
drik aan Marie, nadat hij haar van hunne'
vroegere vriendschap verteld had.
Ja, hij konit hier van tijd tot tijd in den
tuin, wat vader hem op mijn verzoek heeft.
toegestaan. Ik liad gehoord waarom hij hier
was, en kon aan hem zien hoe bitter hij leed
onder de harde ptraf."
Met innige deelneming in blik en stem had
zij die woorden gesproken, terwijl Hendriks
oogen onderzoekend op haar bleven rusten.
Hoe diep hij ook getroffen was door het droe
vig lot van zijn. vriend, toch liet de ijverzucht
plotseling haar stem hooren in zijn hart. Hij
had gezien dat Arthur Marie's handschoen aan
zijn lippen gedeukt, en op zijn.borst verborgen
had; Arthur zelf had al' sprekende verraden
dat heto Marie was die 'hem zijn verlangen
naar den dood had doen overwinnen. Om ha
rentwil leefde, hij en verdroeg zijn ellende,
hij beminde haar! En was het niet moge
lijk- dat Marie ook hem lief had? Er lag een
onweerstaanbare aantrekkingskracht in het
edel gelaat, in de vurige donkere oogen van
den gevangene. Kon het medelijden in haar
hart niet langzamerhand tot liefde zijn aan
gegroeid? Was er voor een gevoelig
meisjeshart niet iets aantrekkelijks in de gedachte
om een ongelukkige te troosten en lief te
hebben, die door een enkele onoverlegde daad
midden uit zijn glansrijke loopbaan gerukt was?
Met bliksemsnelheid doorkruisten al die ge
dachten zijn ziel en deden het bloed in zijn"
aderen stollen.
Marie, zyt ge nader met hem bekend ge
worden?" vroeg hij.pp gejaagden toon.
Neen^" gaf zij eenvoudig ten antwoord.
j,Ik heb hem dikwijls in den tuin gezien, en
ook dikwijls lust gevoeld naar hem -toe te
gaan."
Hebt gij nooit met hem gesproken.? "vroeg
Hendrik nog altijd ontstemd.
Verwonderd keek Marie hem aan. Zij be
greep volstrekt niet waarom hij zoo vreemd
wa«.
Wat scheelt u, Hendrik?'-'- vroeg zij.
Hebt gij met hem gesproken?" herhaalde
hij. Beken het maar, ik zie het aan uw ge
zicht."
Ja, ik heb wel eens met hem gepraat, maar
ik begrijp vols'.rekt niet J..."
Neen, ik begrijp het ook niet," riep Hen
drik, en snelde voort, uit den tuin, uit -de ci
tadel, naar buiten, om daar, ver van de men
schen, ia de vrije natuur zijn bonzend hari
tot bedaren te laten komen.
Hij liep al verder: en verder. Zij bemint
hem " klonk hét onophoudelijk in 2;ijn binnenste,
en hij had een .gevoel alsof zijn levensgeluk
met n enkele slag veinietigd wa«.
Toen hij een paar uur celeden uaa^t zjn
ongelukkigen vriend in het piieel zat, wis de
edachte om hem te ledden terstond m zijn
ziel opgekomen. Nu was alles vergeten' Zoo
poedig mogelijk-wilde hij de citadel en dt stad
verlaten, ,want hij voelde dat hij met kalm met
Marie kun blijven voortle\en, als hij deuken
moest dat zij een ander liefhad.
Zoo dwaalde hij rond door veld en boscb.,
zich zelven kwellend met de gedachte aan de
scheiding van haar, die hij bo\en alles bemin
de, dat ondervond hij m deze uien ^an
biferen zielestrijd, .mitar allengs weid hij kalmer,
zija besluit was genomen, en langzaam wan
delde hij 'naar. de stad terug. Het etensuur
was lang voorbij, en zijn oom ontving hem met
een vloed van vragen en verwijten,- on wilde
precies weten waar hij geweest was, en wat
hij gedaan, had.
Niets dan' van de blauwe lucht genoten,"
antwoordde Hendrik.
Wat is dat voor drommelsche gekheid ? Van
de blauwe lucht genieten, en het middageten
laten staan! Als of gij hier op de citadel geen
lucht, genoeg te zien kondt knjgen! 't Komt
alleen van dat dwaze i eizen dat ge zulke malle
kuren hebt"..
Gij bebt gelijk, oom, het komt
vauhetieizen; ik' gaf wat'als ik het nooit gedaan had,
maar hu kan ik het met meer laten ik moet
weer weg . en; spoedig ook moigen '
Pletger trad ontsteld een paar "chieden te
rug. Als een van de kanonnen op den wal
eensklaps af was gegaan, had h g niet
veii schrikter ""kunnen kijken, d,m nu bij Hendriks
| laatste .woorden.