De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 27 april pagina 3

27 april 1879 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTEEDAMMER, W E E- K B L A VOOR NEDERLAND. ,,:. . .. ' VIERDE TOONEEL. CAMILLA, 'Ja, 'k zal tem tpoueu, dat, ten spijt der Schikgodinnen, -Het. Harte niet versaagt, dat vurig weet te minnen, '<Ea voor geen snood bevel dier dwingelanden Tie'eft, 'Aan wie een boos gestarnte ons nauw ver maag scha p t heeft. Gij wraait mijn diepe smart, gij durft haar zwakheid noemen; .:.Te dierder is ze inij, hoe meer gij haar moogt doemen, .Hardvochtig vader! Mijn.beproeving is te zwaar! .--'k-Wil dat mijn rouwbei o on, wijn lijden evenaar'! Wie zag zich ooi t. door 't lot 200 wreedelijk vervolgen P' -Nauw loeg '1. mij vriendlijk aan, of 't toonde zich verbolgen. .Wat greep "er oïniet plaats, als voren s m'j cfe sïfig . "Werd toegebracht? Wat werd ik op dien n en dag Geslingerd tusschen hoop en vreeze, vreugd en lijden! 'Wat had ik, speeibal van het toeval, zwaar te strijden ! ?'t Oïakcl sterkt mijn geest, een droombeeld buigt mij neer; De vrede na dr n krijg schenkt mij de zielsinst weer; 'Mijn brui ds t ooi ligt gereed; helaas de oEzaalge vecte '"Éischt, dut. mijn bruidegom zich met mijn broeder mete! ;?k "Was radeloos van smart, men leende 't voilt gehoor; -Verworpen wordt htt plan, de Goden drijven 't door; 'Het acliijut dat Eome zwicht; twee broeders lattn't leven, Boe b. aan de dierbre hand mag nog geen bloedsmet kleven. -Gerechte Goden! was wellicht mijn smnrt niet groot ..Genoeg, om Kome's val en mijner brocdren dood? -Was 't zondig, dat ik me-t den zoeten droom mij vloick-, iDat ik hem minnen kon en 't outer ons verbeidde ? Zijn dood, de wijze, hoe mij 't smartelijk bericht Zoo pas werd meegedeeld, het was mijn strafgericht. Zïjn medeminnaar zelf, bracht mij de droeve konde. "Ach! hoe zijn vreugde mij het hart te feller wonde! Het onvcrheeJd genot, dat sprak uit blik en taal, Gold eigen grieve meer dan Rome's zegepraal. Hij ziet mijn zwaar verlies inst Inaïg welbehagen. Mijns broeders vijand, "ook de zijne ligt verslagen! Dach dat is" alles niets, tij 't geen m;j heden toeft. Men eiseht een gullen laeh van mij, zoo zielsbedroefiï! -Den overwinnaar moet ik hemelhoog verheffen, ?-Du hand nog kussen, die mijn lieveling dorst treffen.! "Bij zulk een zware ramn, die al mijn hoop verplet, .ïe.et elke zucht verraad, heet elke traan een smet. De wocstaards eisenen, dat ik juich bij zooveel snoodheid; "'Die niet zij u hart verzaakt, bezit geen zielegreoiheid! ,Ik .breek den band, .die mij aan zulk een broeder bindt. .Gij, vader, -noem me ontaard, verloochen wij uw kind! Ik" draag laiju lijden fier, 'k herwin mijn zelfvertrouwen, .Naast hen, die ruw geweld, als hoogste-dengdbeschouwen, Ja! dicpgesehokt gemoed, geef vrij uw wanhoop lucht! Die 't zwaarste heeft geiten, is voor geen leed beducht. Verwinnaar, 'k''vrees uniet,mij s tel t ge hier geen wetten^ : En buige ook wie er wil, mijn blik zal u verpletten. 'Hij nadert.. 'k Voel mij sterk en tot aan 't end bereid Te toonen hoe een maagd haars minnaars dood bcschreit! -'? . " VIJFDE TOONEEL. HORAT1VS, CAMILLA, PRCCUJ.I-S. - ; ? (Procultis draagt de d-rie zwaarden der Curi&tiussen in -de hand,} '- - HORATIUS, Begroet den held, die beide uw'broeders heeft gewroken, -ï)ie 't juk ons ope.elegd door 't noodlot, heeft verbroken, .Die Alba onderwierp, wiens ijz'ren vuist allén, '?Twee statra, fier en groot, te zaïnen klonk tot n. Zie dcez' tropceën, deez' getuigen der viktorie, . En ken den cijns mij toe, verschuldigd ann mijn glorie! ?" . CAMILT.A, 'Ontvang mijn tranen dan, die ben ik haar verplicht. HORA'TIXJE. Neen, Eome duldt ze niet, na 'tgeen ik heb verricht, En. onzer broedren dood is dooi- mijn triomfeeren Te mild met bloed betaald, om tranen te begeeren. Wie telt er zijn verlies, heeft eens de wraak't vergoed! CAMIIXA. Daar zij gewroken zijn, door 't wreed vergoten bloed, ZOD wil ik mijne smart om hunnen dood betoomen, Vergeten, dat zij mij zoo plotsling zijn ontnomen; Maar, broeder, wie wreekt mij den teergeliefden man, Opdat ik z ij n verlies zoo ras vergeten kan ? HOEATIÏS, Wat zegt gi>, dwaze vrouw! Barbaar! verlangt ge , d at, zoo geef me een hart van staal Als 't-uwe. 'k Zal mij nooit tot zulk een schanddaad leenen I Geef mij den doode weer, of laat mij hem beweenon ! Hij was mijn hoop en trots; wij deelden vreugd en. nood; Ik was en blijf hem trouw in leven en in dood. O, waan niet, dat ge in mij uw zuster, zwakke Trouwe, Terug vindt, neen, het is de minnares in rouwe, Een w r aak god hm e, die uw schreden t' allen tijd Zal voigen, als een vloek, een knagend zelfverwijt, Bloeddorstig tijger! ge cischt dus, dat ik mijn beminde Geen traan wijde, in zijn dood zelfs stof tot vreugde vinde, Eiseht, dat 'k uw hcldesd:iad nog hemelhoog verhef, En zóó 't geliefde hart ten tweeden male tref! Ik weiisch uw eens ten prooi, aan zulk ontzettend lijden, Dat gij mijn treurig lot als zalig moogt benijden, WeBsch, dat gij weldra, door eece lage daad bevlekt, Het roemrijk heden boet en Rome's afschuw wekt, HORATIL'S. Van zulk een woede wordt de weerga niet gevonden! Gelooft ge, dat uw hoon en smaadreÊn mij niet wonden, En dat ik zulk een schimp verdraag van eigen bloed? 'k Wil, dat gij 's vijands dood als Rome's heil begroet, 'k Wü, dat gij hem vergoe.t en d'ovei1 winnaar huldigt; Gij zijt "het Rome, waar gij 't leven zru;gt, ver schuldig i. CAMILLA . Aan Eome, dat allén mijn wrok en wanhoop geld!! Rome, in-wiens naam ge straks mijn minnaar h'ebt geveld! Rome, uw geboortegrond, u dier als 't licht der oogen! Rome, eind'lijk, dat ik haat, wijl 't op uw roem durft bogen! O! dat de nabuur op zijn ondergang belast, De pijlers ondergrsav' waarop zijn veste rust! En zoo ItaaJjs alleen den k<impstrijd niet durf wagen, Dat dan uit Oost en West, vereende krachten dagen, Dat over bsrg en zee, een honderdvoudig bond Van volken s a mens Ir oom e en 't slechte tot den grond! Ja, dat het zelf zijn muur en transen nedersleure, ' En zich met eigen hand den boezem openscheure! Dat 's Hems Is gramschap door mijn j are m er k v eet ontwaak', En 't -al verniel en d vuur op Roiiie uederbraak' l Mocht ik, met eigen oog, den bliksems t rjsa.1 zien blinken, Die Rome in du asselie legt, uw rotm in 't niet doet zinken; Den laatsten Romer zien bezwijken onder "t lot, Ik, de eenige oorzaak zijn en.... sterven van genot! KOEATItrS. (Het zwa&rd trekkende en gijn-e zuster achi er de schermen vervolgende?) Ha! bij ds Goön, dat is te veel. Gij zult het boeten! Ga!.., vaar ter helle om ginds uw minnaar te begroeten ! CAMILLA. (achter de schermen.") Ach! moordenaar! HORATIUS. (Weder optredende.} Dees straf valle elk Romein te beurt, Die Rome's vijand steunt, zijn nederlaag betreurt! Helaas! mijn veelbeminde, -? Mijn Curialius! Heb 'k wel verstaan, ontzkde! ..Hoe! Rome's vijand ligt verslagen, Rome juicht; Terwijl nw blik, uw woord,- van liefde en smart getuigt! Zijn naam zweeft op uw mond, uw oog is rood gekreten, Haar wrake dorst uw ziel! Hoe kunt ge u zoo vergeten ! Betoom uw hartstocht, leg uw driften meer aan band, En spaar me uw zuchten, want ik bloos bij zooveel schand! O! smoor uw liefde, slaak die HattelooKöklachten, En .wijd voortaan uw hart, uw leven, uw gedachten Aan mijnen wapenroem en Rome's zegepraal. *' Huy Bias, een der schoonste drama's van Victor Hugo, is thans ook in de Coméciïe Frangaiee opgevoerd. Zoowel de fransche als de buitenlandsche verslaggevers spreken met geestdrift over deze eerste voorstelling, die voor Sarah Bernhardt en Mounet-Sully een nieuwe triomf moet geweest zijn. Mounet-Sully had een zijner gelukkigste avonden, zijn spel overtrof naar het algemeen oordeel verreweg dat van Frédéric Lemaitre en Lafontaine die vóór hem die rol vervulden. Sara Bernhardt. die reeds in 1872 in het. Odeon de rol der ko ningin vervuld had, scheen nog gewonnen te hebben in opvatting van dit sehoone, reine karakter. Daar zij niets aan de inspiratie van liet oogenhlik overlaat, maar altoos weet wat zij wil, kan bij haar niet van een gelukkiger avond dan de .andere sprake zijn, haar ppel was uitmuntend als altijd. Zij had roet voor liefde deze rol, eene der eerste waarin zich, zeven jaar geleden, haar groot dramatisch ta lent deed kennen, weder opgevat en aan eene nieuwe studie onderworpen. Coquelin speelt Don César en Febvre Don Salluste. Schiller's ballade De Handschoen" is tot een operatekst omgewerkt. Een sehoone operette in drie bedrijven, De schooue.Kumgunde'', tekst van Mendi en muziek van Haberzethl, is te Pr'aag met goed gevolg ten tooneele gevoerd. Een dramatische bewerking der Frithjofsage, door Katharina Diez, is den 3 April in den ttadsEchouwburg te Aug&bnrg opgevoerd en uitstekend geslaagd. Vooral de vierde akte, 200 rijk aan dichterlijke schoonheden, maakte eeu diepen indruk. f Te Berlijn heeft zich een Lessing-vereenigirig gevormd, die zich ten c!©el stelt, om in Lessing's geest den bloei van liet drama te be vorderen, Zij heeft nu een oproeping gedaan, ten einde een duits'che Lessing-vereeni'gisg te vormen, die trachten zal om de in verval ge raakte dramatische kunst door voordrachten, lezingen, opvoeringen, dramatische wedstrijden. prijsvragen, enz. te bevorderen en te verheffen. Deze Lessing-vereeniging zal o. a. de schouwburgdirectfes zien over te halen, om tenminste eenmaal 'sja'jrs.een der door de vereeniging uitgezochte drama's te doen opvoeren. . Het concert te geven door de Philharmoniselie kapel Mozart, dat plaats gehad zou hebben op den 25üten dezer, wordt heden gehouden. Onze lezers, welke prijs stellen op goed en degelijk onderwijs in de müzijk, nlaken wij opmerkzaam op de hierachter voorkomende dvertentie van den heer G. L. MATTESK. ?V .Te Leipzig overleed den 9en dezer maand de musicus Ernst Friedrich Richter, 71 jaar oud, een der beste theoretici onzer eeuw. Hij jaf aan let Conservatorium harmonie- en comoositieleer; later werd hij Cantor aan de-Thomas-Kirche, een post dien eenmaal Sebastiaan Bach bekleedde. Zijne werken over Harmonie,,. Contrapimkt en Fnga worden aan het Con servatorium als leerboeken gebruikt; zijne kerkmuziek wordt hier . en daar in Duitschlan'd ten gehoore gebracht. Voor het monument van Victor Emanuel dat te Turijn zal worden opgericht-, is bekroond het ontwerp van d- n heer Costa, een Genuees, die te Rome woont en.ook vroeger bekroond werd wegens een ontwerp voor een beeld van Mazzini, . ' I. Sommige welbekende vraagstukken op "het gebied der wetenschap genieten de eer, dat ze het deskundig, ja zelfs het onkundig nederlandscb publiek in vuur en vlam zetten. Noem Darwin, Buclde of Holesckot, en gij zult harts tochten aan 't kooken brengen; spreek slechts van het standbeeld voor Spinosa en, schoon nauwlijks eene uiterst begrensde- schaar tot and woorden bevoegd is, zullen duizenden van driftige tongen en pennen in beweging komen. Op kunstgebied valt een dergelijk verschijn sel waar: te nemen. Heeft de kunstenaar het ongeluk de hand téleggen op-eene tof, die verwant is aan wijsbegeerte;, theologie of moraal, terstond klinken hem van alle zijden waarschuw end e, gispende, lovende of vertoornde stemmen in de oor en. De.'strijd.' tusschen de nieuwe leerlingen der romantische sch'oal en de oude voorstanders der klassieke lichting van 1830 tot 1840 is nagenoeg vergeten, maar nog dagelijks klinkt er krijgsgerucbt, zoodra men gewaagt van Realisme en Realisten. De eerste schermutselingen tegen de realis-. tische school in Frankrijk beginnen metSalsac en Flauh&rt omstreeks 1850. FlauberPs Madame Bovary werd door .het keizerlijk gouvernement beschuldigd van. att-erdatauxinoeurs". Ondanks zijne machtige vijanden kwam Fkmlert zon der slag of stoot uit den strijd. Nog nimmer had de fransche justitie er aan gedacht de tal rijke kleine novellisten en schilders van beslist onzedelijke historiën te vervolgen. In de.kleine schouwburgen mocht vrij wat vertoond wor den, voordat de wenkbrauwen der officiëele zedenmeesters zich fronsten. De vervolging tegen Jflaubert geschiedde dus niet geheel pour U bon tnoiif en trof gelukkig geen doel. Het scheen, dat de realistische school in de letteren en in de schilderkunst met buitenge wone antipathieën te worstelen had. DeMev des deitx -Sfondes toonde zich onhandelbaar. zoodra de minste realistische neiging bij een der talrijke medewerkers op novellistiesch ge bied om den hoek gluurde. De aristokratie der letterkundige kringen wilde evenmin van realisme hooren als .die der politieke waereld hart had voor de republiek. De strijd is sedert 1870 nog heviger gewor den; sints Emile Zola met den cyklus-der Hougon-Macquart verscheen. Bewondering eo verguizing vielen den onverschrokken kunste naar dagelijks ten deel. De heftige Swmburm, die met zijn naam alleen schrik verspreidt in de harten de? hoogst fatsoenlijke engelsche huismoeders, meende een strafgericht te-moe ten houden over VAssommoir, terwijl de ge moedelijke, fijn gevoelende, fiere Edmondo de Amic'is geen woorden heeft, om zijn uitbundigen lof uit te drukken ter eere van den schepper der Hougon-Macquart. Ten onzent bleef het bij kleine voorposten gevechten, en werd mij daarbij de gelegenheid aangeboden, om somtijds een woordjen mee te spreken over dezen letterkundigen Herkules. Niet om herhaling van wat gezegd werd, is het mij hier te dcen. Iets nieuws op het studie-' veld der realistische kunst dringt mij tot spre ken. Er doen zich reeds bij herhaling zeer. zorgwekkende verschijnselen voor. Er vormt zfca eene school van navolgers, die den meester tot schande dreigen te strekken. Uit^ de ge^ ? schriften der jongeren zou men allicht een' voorraad van argumenten kunnen oütleenen tegen het hoofd der sehool. Daarom vergunne men mij de aandacht te vestigen op eenige priesters" zonder roeping,: die in de laatste dagen van zich deden spre ken. Zoodra een man van buitengewoon talent door zijne kunstwerken de algemeene" aandacht heeft veroverd, komen-de navolgers, d naapers, de epigonen. Men wil het nieuwe procéd navolgen en acht zich bekwaam .den meester te evenaren. -Reeds begon .vcor anderhalfjaar JSdmond de G-oncourt met zijn veelbesproken Füle Elisa, maar deze auteur, had op het ge bied -der. anekdotische historiografie aan de hand zijns broeders Jules werkelijke verdienste, en leveiïs schreef hij zijn roman met studie zorg, al bleef de keus van het onderwerp af te keuren. In 1878 en 1879 kwamen echter langzamer hand de leden der naturalistische jongelïng-. scliap met hunne kunstwerken te voorschijn; eerst Léon ilennique met zijne La Dévouée, daarna de heeren Vast-en. Micouard met kunne Madame Bécart .en hunne . Glaire A®fo.ertin, eindelijk J. K. Hnysmans met .zijaei.es soeurs Vatard. De vier nieuwe.schrijvers nemen de alliires aan, alsof aij aan de zijde van mile Zola kunnen, staan. De drie eersten geven duanen romans een algermeenen titel, Léon Hennique koos daartoe: Les h$ros wiQd&r.n&s, de koiapanj:es3]j3p Vast-Eicouard wist er nog iets beters op en schreef: V.ices.Par\siens; 3eide waanden daarmede met Les Rougonrt te kunnen mededingen. Hoezeer, schoon ia' verschillende mate, van beide kan gezegd worden: non cuivis cantmgit ? adi&e Corinthum, wensoh ik met een ejakel .woord. aan te toonen. La dévoitée draagt den naam van Miehelle HM. Zij is de ,dochter van f-en horloge-r maker,, die zijne schaapjens op .het drooge heeft. De heer Jeoffrin bezit nóg eenejongere dochter Pa-uline, welke laatste verloofd is met een .apotheker, Octave Blais&t, Mich'&Ue gaat gebukt onder een groot verdriet, daar zij op den apotheker gehoopt had, -fcer.wijl de laatste aan hare zuster zijne hand aanbood. J^eaffrin heeft zich -buiten Parijs in een gehuch,t, les" Moulineaus, gevestigd en wijd! zich aan zijn-e Levenstaak, de verbetering der luchtballons. Daaraan heeft hij weldra zijn vermogen, besteed, terwijl hij juist op het punt was het middel te ontdekken, om het luehtschip naar goed-. vinden in de ruimte te sturen. O ogenblikkelijk voegt het hier te herinneren, dat dezövinding oudbakken is- Reeds -meer dan dertig jaren geleden had Honoréde Balgaa in een schoonen roman: L& Eecherche de VAbsolu het eerst de manie voor uitvindingen in een onsterfelyken type: BaUJiasar Claes. geieekftöd. . Léon Henniqueis echter volkomen oorspron kelijk in de ontwikkeling van dit karakter. Hij doet zelfs zijn best van zijn J&effrm eene zielkundige studie te maken. Hij wijdt een lang hoofdstuk aan datgeen, 't welk een Du'itseber die Vorgescfiïchte" zou noemen. Wij maken kennis met den held, wanneer in 1827 het jonggeboren wicht wordt ingeschreven als zoon -van L&mse' Jeoffrin, mooUste, vader en volgen hem. .gedurende zijne kinderjaren ©a jongelingschap. Bij zijne min achtergelaten doar de gewetenlooze ouders," wordt hij &~la diaMe. -Loms besluit op zijn veeiti jaar hrrlogemaker te worden. Hij biedt als leerling in alle winkels aan. Eindelijk vlmE hij eene betrekking bij een uurwerkmsfe1 Olêrambeau. Hij weet door stalen vlijt z&Jk aangenaam te maken en spekuleert terstesit op een huwelijk met het dochtertjen vaa s||a patroon. Vijf en .twintig jaar oud, onmisbaar m es» zaak geworden, gelukt het Louis Jeoffrïn S» hand van Cécile Glérambeau te winnen, fe drie 'jaren wordt zijne oudste dochter Mïchel$& geboren, twee jaren later Paüline, terwijl d© moeder kort daarop overlijdt. Jeoffrm wï&fc driemaal honderd duizend franks met zijn -mar kei, verkoopt zijne "zaak en trekt zich tenigrss zijne villa. Nadat hij' zijn. fortuin door zajüS proefnemingen heeft verteerd, permt hij op eem middel, om geld te vinden voor.de tofkomsL Zijne beide dochters hebben eene erfenis yas. haren oom Clérambeau ontvangen, ieder vijftig; duizend franks. Hij zal Michètte verzoeke^ hem te helpen. Maar Michelle is verstandig en begrijpt, dat zij het laatste geld der famiïk niet aan de onzekere onderneming van h i$r vader mag wagen. Jeoffrin barst in woede ul^. mishandelt zijn kind en beraamt een afsehswelijk plan. Zijne uitvinderswoede brengt \<&& tot een ongeho"ord misdrijf: hij werpt vergif in de chokolade van zijne jong-te dochter Pauïine. Het arme kind sterft; niemand v-erinoedt iets kwaads. Korten tijd daarna ^ s1spreidt hij' behendig het bericht, dat aljss oudste du-ehter hare zuster Patiline heeft Pletger stiet haar toornig terug. Beken!" riep hij Hendrik toe. Deze verloor zijn kalmte geen oogenblik, hij kende zijn(i oom veel te goed. Ik zal hefc n naderhand zeggen, zoodra .Richter in veiligheid is." Nu Wil ik het weten!" riep de kommaud-ant stampvoetend van drift. Nu! Nu!" Ik laat mij liever doodschieten, oom, dan .dat ik mijn vriend zou verraden!" . Pletger werd hoe langer hoe toorniger. Te Vergeefs trachtten vrouw en dochter hem tot bedaren te brengen. Luister ten minste even naar mij," sprak Hendrik. -Spreek op dan!" Ik wilde u alleen maar zegg-en dat u niets ?nders overblijft, dan u kalm te schikken in Richters vlucht!" Stom vs,ii verbazing keek de kojaroandant hem aan. Mij -kalm te schikken?" herhaalde hij. Zeker, oom; gij kunt uw neef, Uw doclitef en uw aanstaanden schoonzoon toch niet ^aan aanklagen, en toezien dat zij gestraft worden?' Kan ik dat niet? Nu. dat zult gij dan eens anders ondervinden! Ik wil ook niets meer mét u te maken hebben, gij "zijt; mijn neef met langer!" Maar gij blijft mijn oom, mijn besten ooml Eu laister nu eens: Richter is we-g, daaraan tff niets te- veranderen! Schik u in 't geval en bedenk oom, het leven van een mensch Tvas. er mee gemoeid!" Hendrik wilde Pletger's hand grijpen, maar deze stiet hem. terug. "Weg! "Weg!"" riep'hij. Maar toch was het duidelijk dat zijn toorn begon te bedaren.' Gij hebt dien kerel geraden om achter op de koets te springen en zoo heb ik... ik... 't Is ongehoord! De booswicht heeft twee voet van mij af gestaan!" Ja, dien goeden raad heb ik liem gegeven!" Een duivelsraad was het! En" hebt gij hem Johan's liverei bezorgd? Beken het!" Ook dat heb ik gedaan. Maar Johan zal zijn pak wel terug krijgeti, en anders geef ik hem- een nieuw present!" En daarom hebt gij, mij in het rijtuig al die anekdoten verteld, omdat ik niefc merken zou wat er voorviel!" Ja oom, dat beken ik ook. En nu vergeeft gij rnij immers alles-?'1' Hiets vergeef ik u! Een slechte knaap zijt gij. Gelooft gij misschien dat het plezie rig voor mij is om een terechtwijaiag" te krijgen ?" Kom, die legt gij naast 11 neer, oom." Het kan mij mijn betrekking kosten!" Welnu, dan komt ge op mijn landgoed woaen. Dat zal een leventje zijn, zóó pret tig, dat ge mij nog eens zult danken vóór dezen dag!" Ik wil niets met u te deren hebben; ik wil dat' ge gestraft zult worden, zooals"gij ver dient." Hoor eens, oom," zei Hendrik, gebruik makende van Pletgers veranderde- stemming, dat gaat toch niet! Gij kunt aan niemand verklappen dat ik Richter een handje gehol pen heb. Bedenk zelf maar eens, men zou er u een verwijt van maken, dat gij zulk een neef en zulk een dochter ? hebt; u uitlachen misschien dat gij u door hen om den tuin hebt laten leiden Laat Richter loopen; stel voor den schijn een gestieng onderzoek in en geef daa aan de hooge heerea kennis, dat de gevangene, Arthur Richter, op de aller list igste manier heeft .weten te ontsnappen. Komt er dan een klein neusje, welnu, dan deelen wij het samen : gij ergert er u over en ik steek het in inij zak! Dat moesten wij doen, oom!" Hij greep Pletgers hand, maar deze liet het niet toe, en verliet al mompelend de kamer. Kinderen, kinderen! Wat hebt gij gedaan?" sprak Starie's moeder op verwijtenden toon. Een ougelukkigen gevangene de vrijheid teruggegeven," zei Hendrik vroolijk. Wees gerust, tante. Ik ken oom veel te goed; zijn boosheid is al half voorbij. -Kom Marie, 't is niets 1 Oom zal mij niet laten doodschieten,, en ook niet opsluiten. Laat hij maar een paar dagen boos op mij zijn; dan zal ik hem-later wel eens vertellen "dat het onze schuld niet is, dat hij het fijne schoteltje en den toast van onzen apotheker gemist heeft; dat heeft hij te danken aan het onzinnige kanongebulder op zulk een ongepast oogenblik. Waarom hebben ze hem niet eerst rustig laten sou peeren? 't Was mi toch te laat!" Zoo trachtte Hendrik de gemoederen tot bedaren te brengen. Dagen lang zocht zijn oom hem te ontwijken, en een boos gezicht te zetten, maar zoo heel lang kon hij dat toch niet volhouden. Daarna verklaarde hij dat er geen grooter booswicht op de wereld bestond dan: zijn neef; maar zonder lachen kon hij' dat toch niet zeggen, en weldra was de vrede hersteld. In de Kroonprins" had hij zich verscheiden avonden achter elkander niet- vertoond. Toen hij terugkwam begon Löblich te schertsen over. den ontsnapten gevangene, maar de kommandant zette hem zoo onzacht terecht dafc geen der overige gasten liet punt meer durfde aanroeren. De. politie &telde. allerlei pogingen in het werk om den vluchteling terug te krijgen, maar... te vergeefs. Op Pletger's aangifte van Richter's vlucht volgde uit de residentie een schrijven, dat heel veel had van een neus".Hendrik zag hoeden koromandant onder het lezen het bloed naar het hoofd steeg; maar zijn belofte gèdenkend-e,. nam hij hem den brief uit de hand en?? stak hem in zijn za'k. Ik houd mijn woord, oom," sprak hij lachend. n 'Pletgsr lachte ook. Zija toorn was ver vlogen; maar wel zwoer hij, dat hij zich nooit weer door zijn goed hart of door slechts mesasclien zou laten verleiden, om een gevangene zachter te behandelen al was het de Engel Gabriël in eigen persoon. Twee dagen na R-ichter's vlachi werd Jehas's beste liverei in een naburig boschje .gevonden en als bewijs van de vlucht ingeleverd. ^ Pletger liet haar rustig bij -de akten gge-m;.-ook- m de mooie staafbsiekoets heeft hij nooit 'meer gereden; en allen die in het geheim zijn, we ten waarom hij, altijd, zoo knorrig kijkt, als er sprake is van een.bal. Hendrik en Marie zijn gelukkig ia elkanders bezit, en'ver van hen verwijderd leeft een man, die het leven bok meer lief. heeft gekregen, en nog dikwijls met een gevoel van weemoed en dankbaarheid terugdenkt aan zijji gevangen schap in de citadel. Bij de- eenvoudige mededeeling van dess feiten is het onmogelijk kalm te blijven. "Welk eene vinding! Zelfs de jaarboeken der krimineele justitie logenstraffen eene zoodanig Veronderstelling f En de heer Léon Jfennlqne schijnt zich te vleyen met de hoop -voor e&n leerling van JEöaüe Zota te worden aangezien! Mocht iemand beweren, dat de g^beurt-ssst uit het leven zou kunnen gegrepen zijn, dam zou de auteur nog niét verontschuldigd zJfn* Ook de realistische roman is 'roman. Hoe na tura! istiesch overigens, heeft Emüc Zola dit zelf iiïet in .zijn Ass&tmnoi-r'verge^en. Betle?aa~ van -@-ervm$e JkLacg-üctrt, ? sints haa.r huwelgl? met Cottpemt, is eene aaneenschakeling van-tra gische gebeurtenissen -?' een' treurspel, dat >lsm lezer boeit tot het uiter&t-oogenblik, dat tevens de uitnemende verdienste -heeft, eene bladzijde uit de geschiedenis van het p&rijseïie volk fes onthullen, zoo tintelend en blakend vanwasnheid en natuurlijkheid, d-at zelfs de felste 1s@~ gens.'tander der realistische kunst er eerbied voor heeft. Maai- de heer- Léo-n -Hennigue heeft met «b schepping van den lagen schuik Jeoffn»"&i van' zijne beide- dochters- in het geheel anders geleverd dan een .zeer leelijk Daarenboven is- hij- een pover réalitt. vader, die eïjne -jongste dochter vergiftigd «a in koelen bloede de oudste aanklaagt, om basder kapitaal meester te worden, is zulk eea moreel ondier, dat hij ophoudt- stof voor dess roman te leveren. D« schildering van-Michelfes proces bewijst, <ïat de - autear het fransdie strafgeding maar oppervlakkig kent en wellicïrfe nimmer een voet in de rechtzaal heeft g&haüL Zijne detaüschildermg is niet bizonder asatrekkelij-k. Hij.poogt.bij den dood van een buitengewoon1 -tafereel te ontwerpen den '?schöitën 'Zomermorgen en laat de buress van Jeoffrin babbelen, die elkaar verleïle», que la Uondinette du père Jeoffrin a e-ass sa pipe." Dan vangt een orgel aan vlakbij h§| sterfhuis te spelen het- welbekende air vsa ff Amant ~ d"1 Amandfa Men geeft den orgeïr raayei' een frank, maar een dozijn Verder klinkt het bekende lied: Les déNanterre. De schrijnwerker bi engt de dood kist; als hij met zijn leerjongen het sombeca voorwerp op twee stoelen in eene kamer feeef^ geplaatst, krijgt hij van de meid in de keufcea een flesch wijn. Te negen uur komen da . croque-morts" met den aanspreker. Er warea er vier, drie groote en een kleine. Toen a binnen kwamen, bogen ze allen op dezelfis wijze. Zij legden hunne ^ckapeawx de to^Je eiree la gueue~hw-lm" op het marmei-ën bladder eomraode'. Daarna vraagt de aanspreker sas ?J&offrm of hij de vader is der overle ene. HeS wordt tijd afscheid te -nemen van de dootb. Michelle werpt zich op het lijk, de f ro^fc-mwlg vervelen zich'. Als men Michelle wil overreJea heen te gaan, valt zij in -zwijm. Jeoffrin. k*s geen voeÊverzetteit ,o«t laar te helpen lif schijnt verdoofd. Een lijkbezorger helptMlcJi^js van den grond. Zoodxa de doodbidders allee ziJB, brengen zij de kigt, werpen er zenielea in en vlijen de arme PcmUne op haar laatst .'rastbed. De familie wosdt geroepen. Jeoffri», de moordenaar van zijne dochter, staart 2w gerad uu-ar ' haar lijk. De lijkbezorgers gaast naar een wijnhuis en drinken er drie- iteis. De aanspreker peinst o-v«r de politiek van dag en overlegt wie het winnen zal: de schalk of de Kamer; Hoewel er met naïrwkeurigheid w-erd genomen, ia d«'kkïir Tan' dit tafereel te hard. Be vader, die uit hebzucht zijn kind heeU vermoord; es" opperyJa&kïg' zeer l edaard ^g hare begrafenis tegenwoord%. is, schijnt Hsif eene onmogelijke figüsr. De geheele toestsai. is daarenboven zoo fantastiesch, dat de schrille realistische- details er .tegen .vloeken. Mocht ^e heer Léon Hwmïgwe zich vleyen dat hij sa^ dit werk den- roem r realistisch-naturalis^tsehe sehool heeft verhoogd, dan zal zijne vesrwachting op eene teleurstelling uitloopen, - . Dr: JAN TB« . Een nieuwe methode om het aanleeren vreemde talen gemakkelijk te maken, in Arneilks in -toepassing gebracht, heeft ook in ons bai eene bewerking gevonden. Een cursus, Hst Fransch zonder onderwijzer^ door Lamhejs; Dély, is b# de uitgevers Blom en Olivierse ta

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl