Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
.-wordt-, e'n dat de gastheer op de vloerplanken
.gaat
liggen.; .Mijzelf evenwel .zij het vergund, het met dit
recept niet eens te zijn. .
, .. Volgens myne meemog bestaat er geen
enkele reden: waarom men bij feestvercieringen
.-zou mogen afwijken van de beginselen die bij
elke- dékoratieve kunstuiting -ten grondslag
.liggen. L'art est un." De kunst spreekt zich
uit zoowel in .bet groote als in het kleine,
-zoowel in het verhevene als iu het bevallige,
"zoowel .in-l'art- monumental als in les arts
, spmptuaires;'
. - .Niet voor niemendal heeft men in Weenen,
-.tijdens het zilveren feest van het keizerpaar,
de samenst.-Hiug der feestwagens van de'n
op? tocht iydelylw vercïeriwgen! angstvallig
toevertrouwd, aan de uitstekendste kunstenaars
, yan het-land.
.- Men versta mij wél: sints de heer Th. den
naam van derden in deze polemiek beeft ge
mengd,'acht ik mij verplicht .te .zeggen, dat de
, recente toepassing van een vercieringswijze, die
" mijn volle sympathie niet wegdraagt, daarom
het talent niet uitsluit^orn ook zuiver
gestijleerde dekoraties te maken. Maai' zelden is
een ..uitvoerend kunstenaar geheel vrij in zijne
. bewegingen. Dit bleek ook op het
Kenibrandtplein, waar ik de verrukking des.heeren Th.
;. over, de feest ver ei erin g niet heb mogen deelen.
Ten slotte nog iets 'over de opmerking van
den heer Th. dat -het volstrekt de roeping
:dér dékoratieve kunst niet is, met groen en
..kleuren aan te vullen,wat (men gratis onder
stelt dat), uithoofde der schraalheid eener beurs
bij -den bouw niet als. beeldhouwwerk is
aa-n.gebracht."
Het spreekt wel van zelf dat ik deze ver
cieringswijze niet heb aanbevolen, om daarmee
alle-.andere uit te sluiten.
Wat zou men dan moeten doen bij w
l-aan, we.zigb.eid van beeldhouwwerk? Ik heb alken
willen wijzen op het eenvoudige middel, .om
onze vaak zeer spaarznam met
beeldhouw., werk gesmukte"?hollandsche woonhuizen (de
paleizen op Idteeren- en Keizersgrachten a-part
te vercieren op een wijze die met alle ischen
van den goeden smaak veieenigbaar is. De
ledige borstweringen en dammen tusschen de
vensters zijn voor feest ver cier ing de'aangewe
zen plaais. Dat dientengevolge soms een
?-?sparreslinger bescheiden voor een deel van h
venster hangt, zal niemand ergeren. Minder
- onschuldig is evenwel bet aanbrengen van
sparre slinger s die geheele verdiepingen j
meerdere verdiepingen doorkruisen. Ik J)ly
. er bij, dat het wenschelijk is om de
construc.tielijnen van- den gevel nr het oog te houden
_ Het fi/delijke eener verciering mag geen
vrij?brief zijn voor wansmaak.
"De dekoratie van het ^Kommandantshuis'1
ik hoop weldra: het Huis onder zeil" heb
ik besproken niet.het oog op het zoozeer aan
bevelingswaardige vercierings-steïseL Ik aelr
mij niet geroepen er hier stuk voor stuk de
détails van ie verdedigen. -Van niemand tei
weield kan men "vergen,, dat hij 'c met een
ander volkomen eens zij ; 't is ,al wel, wanneer
men niet huivert .zijn naam te zetten onder
EIGEN werk! Bovendien: je n'aime pas avoii
l'air de prêcher pour ma paroisse.
Maar vreemd zeker mag-het heeten, dat de
Heer Th. hetzelfde motief van groen onder en
boven aan den gevel afkeurt, terwijl hij zei:
df huizen graag heelemaal groen ziet; da'
liij waarlyk zonderling een wapenschik
alleen op- een pilaster kan dulden, terwijl el
ders, bij alle eerepoorten, de schilden over a
waren aangebracht; dat hij weeklaagt over het
hier en daar magere en timide der
vercieringterwijl hem toch wel evenals mij bekend za
zijn, dat het krachtige, volle -type zoo bi
uitstek eigen',aan onze Nationale Kunst van
,vóór 200 jaren zoo maar niet als door een
too\erslag weer het volk kan bezielen; maar
daarentegen bet ietwat magere en timide j nis
het voornaamste kenmerk" is van "het wei
felend, zoekend kunstkarakter van onze negen
tiende eeuw.
Men: durft niet, zoolang men zich. egen
Ttraütt niet
- 7 Mei '79.
n.
De eigenaardige verhouding tusschen den
pai rj^chen Gemeenteraad ter -eenre, en het eigen
lijk Gemeentebestuur van Parijs, als
vertegenwooidigd door de prefecten ter andere zijde
is onlangs weder duidelijk aan het licht geko
men in eene geschiedenis die zeer de attentie
getrokken heeft. Er is eene groote verandering
gekomen in'de stemming van den pahjschen
Gemeenteraad sedert het ontslag nemen van
maaischalk Blac-Mahon. De leden van den
Raad; door het algemeen stemrecht gekozen
behooren met weinig uitzonderingen tot de
meest geavanceerde radikalen;-maar onder de
laatste administratie werden zij door een zeer
vastberaden prefect van de Seine in ieder opzicht
in bedwang gehouden. Deze prefect, die onder
Mac-Mahön zes jaren aan het bestuur geble
ven was, werd door een ander vervangen en
terstond deden de Raadsleden eene poging om
de gienzèn van hunne bevoegdheid te
overschiijden. Zij namen twee besluiten van groot
gewicht; het eene 'was eeu' crediet van 100,OOC
francs, die uit de'.gemeentebelastingen zouden
gevonden worden ten voordeele van het comit
tot ondersteuning' van de Communisten, die
men weldra uit nieuw Caledóniëterugver
wacht ; het andere besluit was eene sommatie,
strekkende om de prefectuur van politie onder
de directe controle.van den Gemeenteraad te
stellen.
De amnestie, zooals bekend is door het nieuw
bewind tot een punt van zijn programma ge
maakt, werd-voor de Kamers gebracht. Terwijl
het ontwerp nog eerst in de sectiën behandeld
werd, nog niét' eens n rapport er over waa
ingekomen? en dus van stemmen of aannemen
nog geen sprake was, behandelde de
Geraeen:eraad van Parijs de amnestie reeds als een
'aif accompli en stond een crediet van 100,000
irancs toe.'t Was niet waarschijnlijk dat de
geamnestieerden binnen de eerste vier maanden
zouden aankomen, het geval was dus verre
van urgent; het toestaan van het crediet w;1 s
inderdaad eene manifestatie, men wilde pres
sie uitoefenen op" de Kamers.
De ministers namen de zaak ook zoo op,
beraadslaagden, en de Minister van
Binnenlandsche Zaken schreef een brief, zoo eenvou
dig en 'zakelijk als de omstandigheden het
medebrachten, aan den prefect der Seine.
Het doel, van het besluit waardeerend, deelde
de minister! mede dat ook de regeering reeds
op maatregelen bedacht was om de terugkee
renden bij te staan. Wat den vorm van het
besluit echter betrof, was de Gemeenteraad
buiten zijne bevoegdheid gegaan. De Gemeen
teraden kunnen namelijk wel, onder controle
van het Centraal bestuur, beschikken over de
gemeentelijke inkomsten, maar dit alleen onder
de bijzondere bepalingen welke het beheeren
van het vermogen der gemeenschap, wier agen
ten zij zijn, regelen. Terwijl nu de wet aan de
Gemeentebesturen gezag heeft verleend om
hulpbronnen te scheppen voor de ar m verzor
ging, heeft zij tot het verdeelen dezer sommen
een speciale organisatie aangewezen. Deze or
ganisatie bestaat .uit de bureait-x de bien faisance,
en (te Parij?) uit het Openbaar Armbestuur.
Wanneer nu de Gemeenteraad zelfs niet
rechtsstreeks de publieke gelden kan uitdeelen, kan
hij a fortiori niet een comitégeheel buiten
hem staande, hiermede belasten., De wet, de
jurisprudentie van den Conseil d'Etat en die
van het hof. van cassatie zijn hieromtrent een
stemmig."
Den ISden Februari werd deze brief dooi
den nieuwen prefect aan de Gemeenteraad voor
gelezen; eno stormachtige discussie volgdeen
de brief werd aan een speciale commissie ter
onderzoek in handen gesteld. Dit onderzoek
kan tot niets leiden, daar het antwoord van
den minister eene beslissing is. Het crediet
van 100,000 francs heeft men dus uit het bud
get vaia de stad Parijs moeten schrappen;
anders, zou ieder burger van Parijs hebben
kunnen weigeren zijne gemeentebelasting te
betalen, en de hoven zouden zeker in geval
van confiicten op de hand der regeering zijn.
De brief van "den minister brengt ons tot het
hoofdstuk Armverzorging." De wet, die deze,
regelt, is van 10 Januari 1849. Deze dienst.
staat onder het opperbestuur vaneen directeur,
door d en Minster "van Binnenl, Zaken aange
steld op voordracht van den prefect der Seine.
Hij is dus ambtenaar van .de regeering. Hij
heeft zoowel de hospitalen en gasthuizen te
organiseeren als den onderstand aan de
huiszittende armen uit te reiken. Hij is van rechts
wege de voogd der vondelingen en de curator
der krankzinnigen. Hij wordt bijgestaan door
een raad van 20 leden, waarvan er slechts twee
tot den Gemeenteraad behooren, en dïe uit drie
tallen "gekozen worden. Deze raad van toezicht
héft geen uitvoerende-macht,.hij. kan alleen
adviezen uitbrengen in kwesties die aan zijn
onderzoek worden onderworpen. Maar de doc
toren, chirurgijns en apothekers, die na examens
en openbare mededinging zijn benoemd, als
mede zij die voor de verpleging der zieken in
huis zorgen, hebben eene zeer onafhankelijke
positie, zij kunnen alleen door den minister,
op voordracht van de Commissie van Toezicht
worden ontslagen.
De ArmverKorging heeft haar eigen vermo
gen, waarvan een gedeelte reeds van vóór de
revolutie dateert. Zij kan legaten aanvaarden
na bekomen machtiging van den Raad van
State. Zij kan ook schenkingen aannemen.
Het speciale budget voor dezen tak van dienst
voor 1879 bedraagt eene som van 24,763,000
francs, op de rekening van de -stad Parijs.
Onder de eigen middelen, die 12,723,000 francs
bedragen, vinden wij het armengeld dat alle
schouwburgen, publieke bals en publieke
conCji'tea moeten opbrengen (2,728,000 francs),
eenige percenten op de opbrengst der Banken
van Leening (496,000 francs) en een vijfde van
de opbrengst van den verkoop van land als
eigen graven in de kerkhoven (310,000 francs.)
Over die belasting op de recette klaagt voort
durend de geheele toon eelwereld, en het is
zeker dat menig impresario niet geruïneerd
zou zijn, als hij niet geplukt was door de ar
men van Parijs.
Parijs bezit thans voor iedere 235 inwoners
ne plaats in een hospitaal en ne in een
Jiospice (gestichten voor, blinden, oudelieden,
ongeneeslijken, etc.). Vele armen en zieken
worden te huis ondersteund en het streven der
administratie is, dit zooveel mogelijk te ver
meerderen. Zij betaalt tot dit doel 4,362,000
francs 'sjaars, waarvan 3,423,000 francs direct
aan do bureaux de bienfaisance van de twin
tig arrondissementen worden uitbetaald.
Deze bureaus zijn zeer nuttige instellingen;
het is, natuurlijk aangenamer zijne aalmoezen
rechtstreeks te kunnen geven, maar de gevaren
en dwalingen van persoonlijke liefdadigheid
zijn bekend. De rijke Parijzenaars dus, die vele
aanzoeken krijgen wegens hunne positie, hun
bekende edelmoedigheid en rijkdom, zenden
daarom maandelijks of jaarlijks een zekere som
naar de bureaux de Uenfaisance van. hun
arrondissement. Eenige rijke bankiers en koop
lieden zenden zelfs zeer groote sommen, en
wanneer men bij hen. komt om geld, genden
zij de brieven naar het bureau, dat er enquêteurs^
vertrouwde agenten tot onderzoek, pp na houdt,
volgens wier rapport de kleme.sommen besteed
worden uit. het gedeponeerde fonds. Ieder lief
dadig persoon heeft op deze wijze eene
loopende Tekening aan- het bureau 'en al het
voordeel van de ondervinding der enquêtews.
Deze agenten-kennen iedere straat, ieder hui--,
bijna ieder huishouden uit hun district; zij
bemerken spoedig het verschil tusschen ge
veinsde armoede en werkelijke ellende en kun
nen zeer nuttige inlichtingen geven. Enkelen
geven liever rechtstreeks en onderzoeken zelf;
maar de agenten der administratie zijn zeer
bescheiden, -en vooral" voor personen die veel
zaken omhanden hebben, halen zij veel tijd en
moeite uit. Dit privébudget voor arm verzorging, museum, immers het onderscheidt zich van
uit de bijna dagelijksche giften bestaande, komt een bosch .doordien liet eene kunstmatige
niet voor pp de begrooting der stad Parijs, bijeenbrensing is van exemplaren van aller
Het beloopt echter een zeer hoog cijfer, en het hande boomsoorten, in hare veelvuldige onder
is wel der moeite waard op te merken hoe afdeelingen. Komt men in eene kweekerij, dan
hier .door eene vernuftige combinatie de par- vindt men eene groote menigte, stijf
gegroeticuliere liefdadigheid'al de hulpmiddelen der'peerde boome*n, meest velen van dezelfde soort
openbare mag leenen. j bij elkander, en vaak, immers zoodra men
Behalve de . enqnêteurs heeft deze admini- er voordeel in ziet, worden die niet alleen
stratie bare geneesheeren, heelmeesters, enz.; vóór ze hun wasdom bereikt hebben, uit de
In het begin -van 187G waren er 43,662 huis- \ kweek genomen en afgeleverd, maar zelfs in
gezinnen; bestaande uit 113,317 individuen, in- hun wasdom kunstmatig tegengehouden. Het
geschreven'op het register der bureaux de bien- doel van een arboretum is echter van
wetenfa-isance. Dus n arme op-de 17 inwoners, schappelijken aard, terwijl, bij eene eenigzins
Dit getal heeft echter toelichting noodig; vele doelmatige rangschikking, het
scboonheidsoudelieden ontvangen slechts 50, -sommigen gevoel, immers het poëtische in den mensch,
slechts 10 francs 'sjaars; oude jufvrouwen krij- volkomen bevrediging kan vinden. Stel u voor
gen soms geneeskundige hulp of iets anders eene verzameling van duizend, van tienduizend
zonder bepaald arm te zijn. Werkelijke, abso- of meer zich vrij ontwikkelende booinen en
lute armoede'is zeldzaam in Parijs. De gezin- gewassen. Stel u voor al die hoornen
mt£eDen" die onderstand ontvangen, betalen door'zocht, gaaf en uitmuntend verzorgd, en
teelkaar 100 a 200 francs "Huishuur. De 113,317, vens zoovele exemplaren van verschillende
personen die op de controle, het register, voor- sooiten met hare varianten, alles voorzien van
-komen, zijn aldus verdeeld: 38,477 vrouwen, namen, die zich aansluiten aan een goeden,
23,026 mannen, 25,207 meisjes beneden de 14 volgens de we!en chap opgemaakten catalogus.
jaar en 25,607 jongens.
Stel u voor, dat alles met bevalligheid en
smaak gerangschikt, en gij weet wat een ar
boretum is.
Bestaan er reeds elders arboretums? Als
inrichtingen eener maatschappij, ten dienste
\ van een publiek, voor zoover ik weet, niet,
Ik heb een intimen vriend gehad, een der' maar van meer par^ikulieren aard vindt men
fermste kerels die ik ooit heb ontmoet. De er een op het aan prins Frederik
toebehoovereeniging van een praktisch hoofd en een rende landgoed Muskan, in SileziÖ, en in de
warm hart. Daarbij had hij vrij wat gereUd, omstreken van Parijs een, dat den heer Lavallée
had dus heel wat mensclien en heerlijke na- toekomt.
tuur gezien. Welnu, die brave man, waarvan Bussum moge nog maar eene kleine gemeente
ik geen woord kwaad wil hooreu, woonde in 2ijo, toch is de door den spoorweg zoo
gede onmiddelijke nabijheid van het aagsche makkelijk te bereiken plaats uitmuntend
gebosch en.... hij kon geen beuk van een eik kozen, vooral ook, omdat in die nabijheid zoo
onderscheiden! Wat heb ik hem hartelijk uit- vele boomkweekers en een paar bloemisten
gelachen toen hij mij dat met onbetaalbare wonen, terwijl sommige grondeigenaars aldaar,
naïviteit bekende! . deels omdat ze begrijpen hnn eigenbelang ie
Maar ik zelf. Nu ja, .ik ken zoo wat bet on- bevorderen, deels omdat ze als kloeke mannen
derscheid tussehen die beide en andere hier gaarne het algemeen welzijn willen steunen,
zeer algemeene boomsoorten, maar te zeer gemakkelijk zijn om eenige gronden af
nauw moet men dat toch ook niet nemen, want te sfaan. Men werkt dus, door het stichten
er zijn. zoo vele eiken die jk voor.. . ja voor Yan een arboretum, de aldaar te huis
behoowat. .. voor alles behalve .eiken zou houden! rende industrie bijzonder in de hand, en het
't Is verbazend hoe zelfs mensclien, die ge- kan niet anders of dit moet in het voordeel
voel voor .natmirschoou bezitten, weinig weten komen der onderneming
van de bijzonderheden! ? Het komt mij voor dat deze zaak zeer is
En toch is de natuur zulk eene heerlijke studie! aan te bevelen en door een groot aantal kleine
Gelukkig dat zich in den laatsten tijd wel .bijdragen goed kan worden iu bet leven
gewat meer belangstelling op dat merkwaardige roepen.
veld heeft vertoond! Hoewel er toch nog eeu De circulaire id onderteekend door de hoeren
hemelsbreed verschil bestaat tusschen belang- P. Langeihuizen Lz., lid der ProvincLle
Stastelling en kennis, moet de belangstelling het ten ea 'burgemeester van Bussum, D. G. C.
veld zijn, waarop de kennis tieren zal. Waar Heidring, kundig bloemist, J. H. Biegel,
niets is kan men ook niets zaaijen of planten, een ondernemend man, waaraan Bussum veel
maar ook het mimte wat bestaat kan men te danken heeft, en de beide alom bekende
met energie ontwikkelen tot iets grootsch en boomkweekers J. J. Jurrissen en D. Wattez
edels. Wij Amsterdammers hebben daarvan het ? -n
treffendst 'voorbeeld gezien in ons Natura Ar- ______?? ~^-^-^^--rrr^ri_^ir_IL^=^==-_=^==^
lis Magistra, dat, toen het pas bestond, de hi
lariteit van vfilen opwekte, die den naam:
Apen\tuin, daarop;toepasten, en zich niet ontzagen Men kan zich moeielijk eejie posi,ie Y00r.
sommige directeuren bespottelijke bijnamen te stellen, waarin een behendig en bekwaam
staatgeven, En laat ons nu eens voorstellen om die ktmdige meer bezigheid en meer smaak zou
fraaie instelling te vernietigen!! Te mmder zal vindell) dan die waartoe thans prins Alexander
men er roe overgaan, omdat het zich steeds uit- van Battenberg is verkozen.
breidende Amsterdam wel meer, maarniet min-. Ternauwernood een prins, want hoewel
der behoefte knigt aan verfrisschende natuur zijne raoet{er trouwde met prins Alexander
l en gezellige vermaken. Ja, wel meer behoefte en yan He^en, was het door de morganatiïche
'datwiist op een ander verschijnsel. Hoe n;eer formnle die geen recht van erfopvolging geeft
eene plaats den naam van wereldstad verdient, te is bij door het bulgaartche volk op een troon
meer zal ook hare omgeving in verfraaiing en geplaatst die, zoo al niefc de rustigste,
voorze; verbetering toenemen. Dat is over het a!geraeen,_ker de mcest belovende is van al die welke
; maar vooral het geval waar het eene bandelstad wij onder Olize oogen op !iet, schiereiland van
] geldt. Wat hebben wij m en om Amsterdam in den den Balkan zien verrijzen. De vorst van
Mon, laatsten tijd gezien l Een allerindUkreetst voor- tenegto toch, hoewel zijn vorstentitel de oudste
? uitdringen van praktisch-nuttige hervormingen en meest nationale is van .allen, beheerscht
(of die daarvoor gehouden worden) waardoor niefc veel moer dan een berg en een boerderij;
telkens wat hier liefelijk of poëtisch was, wordt 2tjn iegei.; hoe weergaloos dapper het ook
-verbroken. Ons prachtig IJ door steen- en mogs ^ ia nief meer dan .eene lijfwacht;
zandmassa's haast geheel bedorven. Een onzer Kün~fi Jjans
De eerste Vorst van Bulgarije.
zijne Kans op vermeerdering van grongebied
j uitspar.ningsplaatsen, het zoogenaamde Overzij, staat thaus Vlij slecïlt. De vorst van Bosnië,
(men sprak altnd van het Overzij) in dqelma- waimeer hij eenmaal bestaan zal, hetgeen niet
tigheid.en fraaiheid verminderd. De zoo ge- onwaarscMjn]ijk is - zal een oo.tenrijksch
j liefde wandeling van het Blauwhoofd vernield aartBhertog zijn, en de oostenrijksche
aarts? en opgeofferd en onze Binnen- en Buitensin- hertogen hebben zich nooit onafhankelijk
wcgeïs ook al tot breede straten of bnitenbuur- ten te houden van het hoofd van hun huis,
ten hervormd. noch er eene staatkunde op hun eigen hand
Wat staat; daartegenover? niet heel veel, durTen opmhouden. De vorst van Serviëzit
;niaar juist genoeg om te bewijzen, dat toch op cen vrij wankelbaren troon en kan, vooral
[ook wel degelijk de stadbewoners behoefte de jaloezie van Hongarije in aanmerking
gegevoelen aan fnsch groen en lieflijke bloemen. nomeil] niefc op yeel uitbreiding van
grondgePat immers getuigen die schoone parel aan bied in de toekomst rekenen. De prins van
( Am s tels burgerkroon bet Vondelpark -en Rum[ ^ a[ iieeft hij kans zijn gebied ten
al die kleine beplantingen, die thans overal kos(e van Oostenrijk wel eens met een derde
worden aangebracht, waar het maar even kan. te ku)men vermeerderen, heeft de handen
gej Dat dit,, hoewel niet te versmaden, voor het bonden door het verschil dat er tusscben zijne
genot eener stad als Amsterdam, niet voldoende onderdanen en hunne buren in stam, taal en
.is, spreekt van zelf. Neen, gelijk Parijs zijn sociale .inrichtingen bestaat. Hij heeft plaats
Yersailles, zijn St. Cloud, zijn St. Germain, genoeg voor 20 millioen mènschen, toch neemt
2ijn Yincen.nes, Londen-zijn Richmond, zijn het aantal zijner onderdanen nieb snel toe.
Windsor, zijn' Sydenham, in n woord, iedere De" Rumenier heeft voorzeker eigenschappen
hoofdstad zijne nabijliggende rustoorden heeft, die hem vóór den laatsten oorlog door niemand
zoo moet ook Amsterdam, dat zelf in zijne werden toegeschreven, de kracht van
orgamdadelijke omgeving zoo bitter weinig bezit, Safci6) van voihai-ding, van dapperheid; maar
zijne .uitspanuingsplaatsen m -den omtrek DOCn de Slaven, noch de Magyaren, noch de
hebben. Grieken, noch de Bulgaren mogen hem lijden,
Maar rekent men dan Haarlems omstreken, iets waarvan vooral eeno klasse van groote
.het Gooiland, enz. voor niets? Als er niets grondbezitters de schuld draagt, die van de
was kon men uit dat niets ook niets maken, westerscbe beschaving alles behalve de
plichmaar, als verzamelplaatsen der menig e heeft ten en de zelfbeheersching hebben overgeno
men van die nabijliggende streken nog niet meD) en over him ganscbe volk de verachting
gemaakt wat m@n kon, en nu moge bet waar der naburen gebracht-hebben. De koning van
zijn, dat de wezenlijke naluurvriend eene massa Griekenland, voor een gedeelte door dezelfde
mènschen in een tuin of .bosch vereenigd niet redenen belemmerd, schijnt ook op de
Mowenscht, over liet algemeen wil men wel gaarne godheden weinig indruk te maken, terwijl hij
planten en bloemenkien, maar tevens levendige 0<ok geen der hoedanigheden bezit van de
stoffeering, ja. vele vinden het nog zoo kwaad m!mnen die rijken stichten en, wat nog meer
niet als de stoffeering, hoofdzaak, de natuur afdoet, er voor doorgaat die niet te bezitten.
bijzaak wordt. Zijne geographische stelling, hoezeer ze hem
Deze en dergelijke gedachten kwamen in mij Ook eilanden, hande], misschien bondgenooten
op bij het lezen eener circulaire, uit Bussu.ru 2ÜU kunnen bezorgen, is wat betreft de
polidezer dagen rondgezonden, waarbij, men onze tieke ligging van zijn schiereiland, ook niet
sympathie tracht op, te wekken voor het stich- gelukkig. Eene mogendheid die over vloten
ten van-een arloretum. te dier plaatse,. Naar beschikken kan is steeds in staat hem de wette
mijn gevoelen, is die onderneming werkelijk stelle. Maar prins Alexander van Battenberg,
voor Nederland, vooral voor Amsterdam van eerst twee-en-twintïg jaar oud, met de eerzucht
belang. . _- en de zucht naar avonturen die dikwijls aan
? Wat-is een arboretum-? Eene verzameling eene twijfelachtige geboorte verbonden zijn, is
van boomen, heesters, coniferen,.enz. of lïe- jn een dag bet hoofd geworden van den Staat
ver, men zou het kunnen noemen: een boomen- die het middenpnnt van het schiereiland van
den Balkan vormt, met de beste gelegenheid
om bondgenootschappen te vormen . en zich
aan het hoofd te stellen van de beweging die
het ottömanische rijk den genadeslag moet
toebrengen en den gemeenschappelijken vijand
opruimen. Indien hij een krachtig man is,, u
staat het vertrouwen te winnen van het volk
d-it hij te regeeren heeft, van zijn volk eëo
leger te vormen zonder leeningen uitte schrij
ven, zooals de Hohenzollerns tweemaal' in
hunne geschiedenis kunnen aanwijzen, kan hij
van Bulgarije het Pruisen van den Balkan
maken. Zijne onderdanen zijn dapper, militair
gezind en gehard; terwijl reeds ouder
de"russisclie. administratie de kern is gevormd voor
een krachtig leg-sr. Hij bebeerscht feitelijk den
Balkan, want zooals Reouf-Pacha aangetoond
heeft, Turkije kan het niet betalen dien te laten
bezetten; toch zullen zijne onderdanen'zicli
steeds zoo bedreigd voelen, dat ze hem met
toewijding en gehoorzaamheid iu idjne
krrjgsbediijven helpen. Door deze bergpassen zou
wel eens een leger van aaiatische benden kun
nen aanrukken, temeer op verwoesting- n
plundering bedacht, naarmate de Bulgaren in
welvaart vooruitgaan. Hoe gering in aantal
zijne onderdanen ook zijn, zij zijn even talrijk
als die van den grooten keurvorst iud'ertijd,
en wanneer hij goed regeert kunnen ze.in'vijf
jaren met de helft vermeerderd worden, daar
niets den russischen boer zoozeer zal aanlok
ken als Bulgarije. De grond is er zoo vrucht
baar als ergens, het geloof is hetzelfde a'.s'het
hunne, de taal nauw verwant met het rusdsch.
En over de bergpassen wonen nog twee mil
lioen van zijn eigen volk, n in godsdiensten
sympathien, juist zóó vrij dat ze zich nooit
veilig gevoelen, juist zoo goed op de hoogte
dat zij zien hoeveel zijn steun hen helpen
kan. Hunne zonen zullen zijn gelederen aan
vullen, hun rijkdom zal in 't geheim naar:zija
schatkist vloeien,--hunne rustelooze ontevreden
heid zal hem steeds een prikkel zijn. En daar,
bijna in het gezicht, in het Zuiden, ligt als een'
voortdurende bedreiging de Mogendheid die
nu nog zelfs zich eenige onbestemde rechten
over hem aanmatigt, die hem en zijn volk als
qngeloovige rebellen beschouwt, alleen uit
nooddwang te dulden, en die, als hij ooit de kans
schoon z;ig, hem het geheele westelijke"Azië,
Oitcmaniër en Circassiër en Arabier, al de
menschon die kunnen vechten, maar
noch-kweeken, noch beschaven op den hals zou jagen.
Voor een beschaafd volk is er geen groöter
gruwel dan de vrees voor een aziatischèinval
en zoolang Turkije bestaat is er voor Bulgarije
geen rust. Turkije dus uit den weg te ruimen
zal zijn doel zijn,- aan middelen zal het
niet ontbreken. Bulgarije zelf is gced geor
ganiseerd en rijk. ledere Rus zal Bulgarije's
vriend zijn. ledere Staat van het schiereiland
zal verlangend uitzien naar cen bondgenoot
schap, waardoor het zelf zijne zaak zal kunnen,
mi vechten, zonder de dure bescherming van
Londen, Weenen en Moskou. Binnen tiënjïiar
moet Alexander I van Bulgarije tot zijne be
schikking hebben voor t-en aanval op'Turkije,
een k wart millioen dappere en geoefende sol
daten, een flinke vloot en genorg geld voor
minstens twee veldtochten tegen een vijand
die,, geen honderd mijlen van zijne grens ver
wijderd is. Wanneer hij slechts met Grieken
land vrede weet te houden, zal hem wesiersche
steun niet ontbreken. Lord Beaconsfield heeft
het eeuwige leven niet, en voor ieder ander
staatsman aan deze zijde van den Weichsél
kan er slechts ne rede bestaan om don sul
tan nog te dulden: het gemis aan eene mo
gendheid,, sterk en onafhankelijk genoeg ,om
haar Constantinopel toe te vertrouwen. -Bul
garije zou die mogendheid kunnen worden,
zelf sterk genoeg, wanneer deze onrechtvaar
digheid nog moet bestendigd worden, om Rus
land van zijn natuurlijke rechten op eene
ycpbinding met de wereldzeeën af te houden.
Het Westen heeft er geen belang bij zich;le
gen zulk eene verwisseling te verzetten, als
het slechts den opvolger van den sultan .ver
trouwen kan, en geen geneigdheid haar te
voorkomen, behalve uit eigenbelang. Koning
Leopold van België, die misschien het beste
begreep hoe de groote mogendheden handelen
en moeten handelen, had later altoos spijt dat
hij Griekenland geweigerd had. Ik zou," zeide
hij, als keizer van Constantinopel ges'orven
zijn."De kans voor prins Alexander is, als hij
slechts-eenigermate de vermogens van Leonold
heeft, beter dan voor dezen.
Moge dit cok al l~ersenschimnjüschijnen,
bet zou ook hersenschimmig geschenen heb
ben in 1750 wat Pruisen betreft, dot toen door
Rusland en Oostenrijk gemakkelijker had kun
nen worden opgeslokt" dan thans Bulgarije.
Er hebben groote veranderingen plaats, ge
grepen in de kunst van oorlogvoersn, die aan
groote Staten talrijke voordeelen verzekeren,
maar geen welke aan Turkije voordeelen ge
ven zal tegenover een Staat zooals Bulgarije
kan worden. Een leger van 70,000 man, dapper,
goed gedisciplineerd en mobiel verklaard, is
nog steeds eene geduchte macht, vooral waar
het een krijgskundig middelpunt bezet houdt
en zoo dicht bij zijne grens te vechten beeft.
De vorst van Bulgarije zou natuurlijk. bond
genootschappen moeten zoeken, zooals de Ho
henzollerns vóór hem deden; Kumelie,
Grieke'nland en lïumenie zouden zijn
Saksen,.B.eieren en Zweden worden; tegenover Turkije
zouden hunne tegenstrijdige belangen .zich
vereenigen. " Er is kans dat hij geheel onge
schikt is voor zijne groote- positie, een koning
Otto die niemand'bevredigt, een prins Mrlan,
die van goede soldaten geen leger kan vor
men ; maar hij kan ook wezen als Karel. van
Rumenie, die met weinig geld en een treurig
stel bekrompen ministers eene macht wist te
ontwikkelen die zich te midden der mogend
heden deed gelden, en van zijn leger.,een
krachtigen vleugel in het uur van den.strijd
vormde. Als prins Alesander er de man naar
is, heeft hij eene carrière voor zich die liet de
moeite waard is na te gaan, een zoo fraaie kans
als iemand om den grooten prijs .der nieuwe
geschiedenis te veroveren den troon van ...Con
stantinopel- en de. heerschappij van het 'Oosten
van de Adriatische tot aan de Z,varte ze-o.