De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 1 juni pagina 1

1 juni 1879 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Verschijnt iedereu Zondagochtend. uitgevers: ELLERMAN, HAKMS & C*. , Kantoor: 'Uokïn 2. ?"sasïSBSifBi ?^TSSSGKSK'" sss&ri ^STECS -wa ^fv^styii^s^^as^/'xssis^wiKsi^s^^^KSS^^^-vsysgs/^rsH Abonnement p n- -o.'JiJ. . . ..CO C:.i. f r. p.p. 75 te Nummers "..:... 5 Aci ver* n tien ps-r rogvl 15 ?«lol ?wjT««-«s-^rèa-.-f*ïJfï^ INHOUD. De Herkiezingen.'?Staatkundig OverzichtFeuilleton. 'GEMEENTEZAKEN MDCCCXIA' door J. II. de Kruijtf. KUNST. De brpn van Eugelando bloeiende kn natu ij verheid, door-Johan Gram.. Letterkunde, Earl Karmarscü. De Finan ciën van Parijs. Allerlei. Ingezonden. Handelsoverzicht der "Week. Overzicht van de Eftsc teamark t. Cargalijsten. Schepen in lading. Veilingen. Burgerlijke staud. Publieke Yei'ttmkeIqklieden. Te huur zijnde "Woningen. Adverfceatien. Uilenspiegel heeft op zeer geestige wijs het raadsel opgelost hoe het gekomen is dat de keer v. Delden gesproken heeft van ,evenveel honderdduizenden kilometers kanaal ia Neder land aanwezig, als er slechts duiëenclen zijn. Hij zag, volgens den satyricus, zooveel nullen om zich heen dat hij gemakkelijk er een paar aan zijn cijfer kon toevoegen. Velen, die deze uitlegging vernemen, zullen. .haar afkeuren en in het minst niet begrijpen hoe iemand, met het. oog op onze volksverte genwoordiging, een woord kan bezigen dat van zoo weinig eerbied getuigt. Bovendien zal menigeen de verzekering onjuist achten: want elke afgevaardigde van het Netlerlandsche.volk behoort tot vde een of andere staatkundige richting.' Hij is verkozen als radicaal, liberaal, conservatief', anti-revolutionair of ultramontaan, en wie zou een onbeteekenend persoon kunnen zijn, die met de hand op het-hart verklaren durft: ik ben liberaal, of ik ben conservatief enz. Welk een schat van politieke wijsheid schuilt er niet in zulk een woord! Eeulib'eraal man is voor de liberalen, gelijk een conservatief voor de conservatieven, in den regel zonder nader onderzoek een juweel van 'ecu man. Liberaal" wil zoo veel zeggen: als .helder van blik, frisch van geest, nobel'van. karakter en als.-dei natuur nog bovendien zooemand met. een rappe.'tong gezegend heeft, is hij de aangewezen man om liberalen te , vertegenwoordigen. Dat spreekt van zelf. < Wil men weten -wat liberaal:is, de gelegen heid is gunstig om een antwoord te bekomen. "VVe verkeeren weer in den verkiezingstijd. De kiesvereenigingen. zijn overal aan het werk om kandidaten te kiezen en te proclameeren, en natuurlijk in de bijeenkomsten dier kollegies klinkt het zuiverst het liberaal program. Dank; zij de inrichting van ons nooit vol prezen kiesstelsel, dienen we naar 't platteland en de kleine steden ons. te begeven, om de ovérgroote meerderheid van stembevoegden in hun verblijven op te zoeken; en dit loont Z'ker de moeite, want zij zijn in de ontwikkeling hunner staatkundige inzichten bijzonder open hartig. Hun politiek toilet is volstrekt niet . misleidend, zij wandelen schier in négligé. , De bierglazen en wijnkelken zijn gevuld, de pijpen en cygaren aangestoken, een tien- of .twintigtal zit in gezeiligen kout tot de hamer .-:van den voorzitter tot stilte vermaant en de -secretaris -met luider stemme de handelingen der vorige vergadering voorleest. Het doel der bijeenkomst wordt met een inleidend woord uiteengezet en de politieke beraadslaging, groo tendeels gevoerd door eenige notabelen en een enkelen door de natuur niet -redenaarstalenten begaafden spreker, neemt een aanvang. De alles omvattende vraag luidt: zal de heer A. herkozen worden? De voorzitter, die in negen en negentig van de honderd gevallen, aich .niet over eeiïige' onbeleefdheid van den aftredende te beklagen iieeft, en, zoo zelf geen» vriend van den heer A. warme vrienden van genoemden volksver:egenwoordïger kent, beveelt de herkiezing ten sterkste aan; immers de heer A.is onafhanke:ijk, rechtschapen, bekwaam,.heeft welsprekend gepleit voor den aanleg van een spoor of het graven van een kanaal in de Nabijheid- van X, wist door zijn tusschenkomst bij den minister een wijziging in de uren van aankomst of vertrek der brievénpost te bewerken, heeft wellicht aan-de vasthoudende handen van Z. E. een telegraafkantoor ontwrongen, enz. enz., en-.dan, de voorzitter verklaart het plechtig: de heer A. is volbloed liberaal. Het aftredend lid, dit is de regel, ontmoet weinig tegenstand, 't Is mogelijk, dat hij niet ernstig genoeg voor 't een of ander belang van zijn kiesdistrict geijverd heeft, en dan zal hij natuurlijk télicht bevonden'worden, al ware bij volbloed liberaal in de tweede macht; doch in dat geval wordt zijn te verkiezen op volger op dezelfde wijs gewogen, die ook slechts aangenomen kan worden, wanneer men van hem verklaren mag, dat hij, onafhankelijk, rechtschapen, bekwaam, volbloed liberaal is en een nauwgezet dienaar van de Goden des lands belooft te zijn. > , ? Doch in de .kiesvereenigingen wordt meer besproken, dan wat wij noemden. Daar bevin den zich ernstige staatsburgers te samen en deze achten het noodig iets dieper door te drin gen in de hoofdzaak der aanbeveling. Men verzekert wel dat de heer A. liberaal is, maar wij vragen, welke zijn zijn. beginselen?" luidt het. Men zal toestemmen deze laatste vraag heeft alleszins recht van bestaan, ja, wat wil de heer A. eigenlijk? Hoe denkt hij over de noodzakelijkheid der hervorming van ons belastingstelsel? - Het is niet aangaande deze zaak, dat men des heeren A's beginselen nader wenscht te lëere'n.'-kennen. ? 't Is----waar-, de patentbelasting staat bij hen, die er door getroffen worden, slecht aangeschreven, maar overigens, wat valt er op dit gebied te eisenen? De belasting op het personeel moge al geen voorbeeld van een billijke heffing zijn, de heeren zijn er van over tuigd, dat zij hun belangen niet schaadt, in tegendeel den vermogende eer bevoordeelt. Nie mand twijfelt er aan of hij heeft een rechtnmtigen afschuw van een Rijks-inkomstenbelasting, en is' de effectenbelasting ongezind, tenzij als middel om iets ergers te ontkomen. Wat zouden zij zich dus hierover bekommeren? en grondbelasting, patent en personeel zijn voor de meeste kiezers natuurlijk het belastingstelsel. Hoe denkt de heer A. over de wenschelijkheid om aan de belangen van den handel, in menig opzicht zoo karig beda-M. of geheel verwaarloosd, te gérnoet te'komen? Zal hij er op aandringen dat er waterwegen met den meesten spoed gegraven of de bestaande ver beterd worden, dat het telegraafnet worde 'uitgebreid en het brieven v er v oer met het bui tenland, die hoofdzaak voor een handeldrijvende natie, uitmunte boven dat van alle om liggende landen? Wat wenscht hij ten nutte der Nijverheid ondernomen te zien, hoe denkl lij over de oplichting ian handeU-,jiinbachtsen landbouwscholen9 I e w. Welke zijn des meeren A's gedachten omhent de plichten der Regeerin'g ten opzichte dei be\oidenng van alles, wat leiden kan tot den mdteiieelen blbei der natie J Mi3schi°-"i koestelt do Heer A. omtrent al deze pu^en t;een bepxalde o\eitun?ing. Zooveel i-> z<-k, i de 10 o± O leden d*>i vpieeoiging spieken ei ? n wouid ovti Dit toch zijn grootencVds plitrfzdylp l^elangtn en zij worden eerst landsbelang, v anneêr de gemeente, waar men woont, k tns> Leeitzelf *epiofiteeren van een kanaal, een spoor, een dok, een school, nz. Welk vooideel heeft bijvoorbeeld een NoorcT-Hollandei bij de volt'qoing van p-het anaal dour den hoek v m BTolLmd, of een Zeeuw bg een \vatei weg van Arasteidam naar den Rijn ? Zal men den heer A. ook polsen omtrent zijn. idees ten opzichte der heivoiromg van onze doode en le\ende shijdkrachten, m de eerste plaats via^en of hij tegen het schandelijk Onrecht dei plaats\ei\angingis, of hetetuwige spel der proefnemingen zijn goedkeuring heeft verbeurd, of hij menschl'üvend genoeg is om aan te dungen op htt bouwen <*n betere ka zernes en zijn vadciïandvhefde hem nopen zal niet te lusten vóoi on« land naar de mate zijner kiacht in sta»it -\an vei*lediging is ge bracht? Paidop, we zijn geen müitaiie natie, en de 10 of 20, die het beeld van dijenden zijn, houden zich met deigehjke nietigheden niet bezig. Wat zegt de heer A. van ons kiesstelsel? Men mag het onzen kandidaat met euvel dui den, dat hij dat kiesstelsel 't be^te acht,'t welk het zekerste middel is om ons m de gelegen heid te . stellen hem m de Tweede Kamer' te brengen, en daar de 10 of '20 heeien, met nog eenige tien- of twmtigUllen in het dibtiiktzich verheugen, dat zij de macht bezitten den heer A. af te vaaidigen en ei nutedien een heeilyke eenstemmigheid tui^chen hen op dit punt be staat, begnjpen wy, dat zy meezen den heer A. volkomen veitiouwen, m. a. w. zij weten, dat de heei A., e\enaU zij zelven, er volbloed liberaal over denkt. Mag inen aannemen, dat. de heer: A. ook wel eens zijn gedachten heeft laten gaan over de vraag of de nederlandsche staat er wel aan doet, steeds zijn zonderlinge schatkist te stijven met de toenemeisde opbrengst van den accijns op 't gedistilleerd, zonder ooit een zweem van belangstelling te toonen in de pogingen, die enkele par-ticulieren aanwenden of waartoe zij hem opwekken*, om die volks ver dierlijking te gen te gaan; of brengen zijn beginselen mee de instandhouding der staatsloterij te verfoeien als een schande voor de.Nederlandsche natie? De heer A. is even als zijn kiezers een zuiver politiek man en bemoeit zich dus niet met zaken, welke niet op zijn terrein thuisbehooren. Heeft de heer A. wellicht begrepen, dat de staat geroepen is niet alleen de kinderen tegen overniatigen arbeid in fabrieken tébe; chermen maar ze ook te beveiligen.'voor de tyrannie van pachters, meesters, ja van hun ouderf zelveii, die hun 't onderwijs onthouden? ? I; hij b. v. een voorstander van leerplicht? Wanneer de heer A. pp dit punt onder raagd werd, zou hij zijn kiezers antwoorden, lat dit een van de ingewikkeldste kwesties s, die zich voor een afgevaardigde kunnen loen.- Een aantal strijdige argumenten, onteend aan het Recht, eie Vrijheid,'t belang van t volk of van het onderwijs zelf, maken het jewaagd een beslist antwoord uit te spre ien. Men dient bovenal op de uitvoerbaarheid an zulke plannen te letten, en dan in.'t bijzon der op de uitvoerbaarheid hier te lande, en allerminst de financieele zij van 't vraagstuk' lit het oog te verliezen; doch, alles welover wogen, zou hij in staat zijn te verklaren, dat i langzame voorbereiding om tot dergelijke wetten te geraken, misschien ,niet ongewénscht.... schijnt." De kiezers echter vragen dit antwoord niet. Ie houden niet van een opeenstapeling van cwesties, en de voorzitter stelt den man, die laar des heeren A's beginselen vroeg, volko men gerust. Immers die zijn de zuiverste, welke inen zich denken kan, want onze. kan didaat is vóór de neutrale school. De vergadering zou gereed zijn thans den leer A., met luide teekenen van bijval als hun aanstaanden vertegenwoordiger te herkiezen, lad zich. niet in 'deze bijeenkomst, gelijk in dke" andere," een lid bevonden, dat de discussie nóodeloos rekken wilde, 't Is waar de principes van onzen kandidaat zijn boven bedenking verheven, evenals zijn rechtschapenheid ea on afhankelijkheid; hij zal de-belangen van ons distrikt niet' uit het oog verliezen maar de hoofdvraag blijft:- is hij een man niet alleen' van woorden, maar van de daad? We hebben Behoefte a'an iets anders, dan' dat eeuwig gejabbél en gepraat, er moet gehandeld, worden M. H.H! s de .heer A. e.en man van de praktijk? Onze 10 of 20 stemgerechtigden, gelijk hun ollega's elders, zijn gelukkig allen van de waarheid, in die laatste opmerking vervat, ten diepste doordrongen. Ieder hunner verklaait, dat er nu eens gcliandeld dient te worden. Ons parlement, vernemen wij, dreigt te ver drinken in den stroom van woorden, die jaar.ijks het Binnenhof doet beven op zijn grond vesten. Maar \\at moet er gedaan worden? 't Belastingstelsel hervormd? Daar is -7- de patentwet uitgezonderd, geen haast bij. De landel 'geholpen ? Dat is plaatselijk belang. De plaatsvervanging afgeschaft ? O hemel, geen militairisme ! 't Verdedigingsstelsel voltooid? Maai en»' budget dan! De kieswet hervormd? Als 't maar niet gevaarlijk was! ,De .dronken schap bestreden en de staatsloterij ingetrok ken? Waar blijven we niet onze financiën? Wetten op den. kinderarbeid en leerplicht? Immatuur! Toch moet er gehandeld worden. Wat? vra gen we. De 'tien of twintig en hun collega's weten het niet. Doch ,de Heer A. is gered; want de Voorzitter herhaalt nog eens, dat deze kandidaat volbloed liberaal, beslist bestrijder van ultramontanen en anti-revolutionairen is, en hij zal weten, te handelen, men mag hel niet betwijfelen w'ant hij betoonde zichhiet 'slechts een voorstander van ons neutraal Lageronderwijs, maar lieeft zelfs in eenc.bijz nder onderhoud verzekerd, dat hij voor een spoe dig inwerkingtreden der nieuwe wet' op hé' Lageronderwijs is,, ook uit- staatkundige be 'weegredenen, aangezien hij goed onderwijs den besten bondgenoot acht van een gezoïde l berdle politiek.,., Men is meer dan te .'reden na dit kloeke woord.... De lieer'A. wordt kandidaat gesteld met algemeene stemmen. Hoe .geheel anders is dat alles ia de hoofdteden, die brandpunten van staatkundig leven! Welk een genot was Int niet voor een Am?terdammer, deze \\cek in Giondwet en Burerpl'gt getuige -te zijn, van het gewichtig erk, dal.-men ten plattclande zoo onnadenend .verricht. 't Is waar, hier was ook eenstemmigheid, wat meer zegt, bijna stilzwij-' *endhe:d men vernam er niets wat op poli tieke beraadslaging geleek. Maar 'twasduideijk merkbaar, n stilte had men de drie aftredynden. getoetst..... en hen op alle punten aan bevelenswaardig gevonden. Hier viel met het oog op de politieke kwesties letterlijk geen woord te zeggen. Men had ze bij vorige gele genheden reeds uitgeput. Nog stichtelijker echter handelde de kiesver eniging Rotterdam, n de tweede koopstad. * Welk een keurige discussie werd daar gevoerd! )aar maakte men den heer Mees af, omdat j ofschoon .Kotterdammer, vóór een kanaal md''durven stemmen, waar Amsterdams han-s ilel niet buiten kan. , Wie den staatkundigen vooruitgang onzer natie liefheeft, leeft in een heerlijke periode! erst heeft hij zijn hart te goed kunnen doen| aan de discussie %yer de kanalenwet, en na dit schitterend tournooi, mag hij getuige .zijn van een ander schouwspel, niet minder verblin dend en grootsch: Nederland zich gereed makende voor de verkiezingen!1 't Is waarlijk wel wat v'eei op eens. Bismarck is naar Varzin vertrokken. Hij zal een weinig ru>t noodig hebben en zich die nu ook wel durven gunnen. De debatten in den Rijksdag hebben over het algemeen tot den door hem gewenschten uitslag geleid. Zelfs de gr'aanrechten werden met groote meerderieid van stemmen toegestaan. Het scheelde : weihig of zij waren nog aanmerkelijk verhoogd geworden, ten gevolge-van een amendement, dat bijna aangenomen was. Verder werden verscheidene onderdeelen der tariefwtt goed gekeurd. ' ' Minder voordeelig ging het aanvankelijk den kanselier met zijn voorstel om der regeering volmacht te verleenen, vo'orloopïg reeds enkele bepalingen der tariefwet te mogen toepassen. De commissie, die dit ondei zocht, bracht er een menigte wijzigingen in, zoodat het groo tendeels zijn kracht verloor. Doch de Rijks dag was gehoorzamer dan de commissie. W ndthorst, de nieuwe adjudant van Bismarck, wist te bewerken, dat de kanselier verkreeg wat hij wenschte, ^ )e commissie voor de tabaksbelasting is mede niet zoo volgzaam als von Bismarck begeert. In plaats .van de 120 en 80 mark op buitenlandsche en binnenïandsche tabak stelt zij 60 DOOK O TV(Vervolg). En daarbij kwam nog iets anders. Wel had Augusta reeds veel gestudeerd, maar het veld van zijn studie was haar zoo goed als vreemd gebleven. Wat wist zij van aestetica, wat bad zij ooit van kunst kunnen zien, ja zelfs de na-tuur (in hare omgeving als in eigen persoon) had haar nog zoo weinig geschonken, en nu, dat ze gehouden was om liern' uit te lokken tot het spreken over de dingen gyn&r sympathie, nu vond zij zich als omgetooverd in eene ge heel andere wereld, eane wereld vol majesteit, die van het eeuwig schoone, zielverheffeivde, aantrekkelijke! "Reeds geruimen tijd is bij de fawiielje Van't Oord den naam des schilders bekend. Eenreisztk, door Van Buuren op zijn ijstocht medege nomen (hij toch was niet van plan geweesl naar Oudewater, terug te keeren) had men we ken na het ongeval in de diepte gevonden en, na eenig onderzoek, bij den predikant aan huis ge bracht. Ze werd nagezien en zoo kwam men ach ter zijn naam en beroep, maar ontdekte niet zijn \vponplaats, want eenige adressen met aandui ding van verschillende .plaatsen ert logementen gaven weinig opheldering. Zeker zou men meer : ;e weten zijn gekomen door opening der brie ven," maar men meende deze te moeten eer biedigen. De herstelling ging, zoo als bij zenuwlijden gewoonlijk, zeer langzaam. In de eerste dagen bad de kranke, zqodra hij niet sliep, en ook wel eens in zijn slaap, een enkel hem steeds vervolgend wit en zwart spookachtig visioen, maar allengs' maakte het spook plaats voor andere begoochelingen. Ja, ja!" riep hij uit, ik zal er komen, eerst dat ijs weg en dan de medailje!" Het ijs en de medailje! Strijd en overwinning! Het ijs de strijd om het leven, de medailje de overwinning van den artist! Dus begon hij andere zaken te verwarren met die ne gebeurtenis en dat was een goed tee ken ! Toen, wij weten het reeds, het uitbarsten in tranen ~bij het zien der fee, het eerste oogenblik dat de dokter eenige hoop voedde. Augusta, die zeer bezorgd was om iets van zijne famielje te weten te komen, meende er nu naar te vragen, maar de geneesheer wilde dat nog niet, en het bleek ook spoedig dat hij gelijk had. Van Buuren toch dacht, aan niets, wa't vóór het, ongeval was geweest, zoodat het Augusta net was alsof zijn leven in .die zijkamer wa's begonnen en ook de oogenblikken van ge voel van zijn toestand kwamen in den e'ersten tijd niet terug, tot eens op een Zondagmiddag, o, zij zou dat cogenblik nooit vergeten, eens dat de zon een lichtstraal-door het raamgordijn op haar voorhoofd wierp, de patiënt uit riep: moeder!" Augusta schrikte. Ze zag hem de armen naar haar uitstrekken en naderde zachtkens zijn rustbank, min of meer ontken nend met het hoofd schuddend. Op een paar voet afstand bleef, zij staan. Augusta" zeide lij glimlachend zoo als je daar stondt, 'deed e mij aan mijn moeder denken!" Aan je moe der," antwoordde zij dus" heb je een moeder?" Dwaas, wie heeft er nu geen moeder" hernam iiij, zonder schijn van gevoel zelfs, en dadelijk daarop viel hij weder in slaap.. Augusta was teleurgesteld,', immers zij had gehoopt dat nu bet gevoel bij hem zou doorwerken. Toch liep zij naar haar moeder om dit opmerkelijk*ge val mede te deelen. Deze had, na het onder houd niet den dokter, wel eerst berust in het onvermijdelijke, maar tpch'meermalen met haar man over een en ander gesproken. In den be ginne had ze ook wel getracht de zorgen met hare dochter vóór beide zieken te verwisselen, maar dat veroorzaakte zoowel boven als be neden slechts teleurstelling. Buitendien, zoo het waar is, dat de natuur altijd gaat'boven de leer, dan is dit althans van toepassing bij vrouwen, zoodat, hoe onverstandig ze zelven het ook .vonden, beiden bleven op de eenmaal ingenomen schildwachtspost. Mevrouw Van 't Oord had juist een nog al ernstig onderhoud niet den predikant gehad, waarbij hij als zijne overtuiging had te kennen gegeven, dat het eenige middel .om Augusta met vrucht te waarschuwen zou zijn om haar op da flnanciëele kwestie opmerkzaam te maken. Zie" zeide Van 't Oord als de man, het geen wij onderstellen, van-goeden huize is, dan lijdt het geen twijfel of men zal het niet on der zich laten." En'ons... betalen?",vroeg de vrouw, een weinig onaangenaam verrast. Op de eene of andere wijze ja." En... jij?..." Ik zou niet te trotsch wezen om het aan te nemen. Hoogmoed kom*, noojf-, in onzen toe stand wel het allerminst te pas, Louise... -Hoe dat nu zij, wijs Augusta op deze prozaische ijde van het geval, en geloof me je zult een goed werk doen ... Maar nu kan ik niet meer, k ben te afgemat." Mevrouw was het niet zoo dadelijk met hem ens, en terwijl zij er over soesde, trad Au gusta eenigzins opgewonden binnen en werd dadelijk, aangezien haar vader sluimerde, met een langdurig sst begroet, 't Gesprek werd dus fluisterend gevoerd en, al was de moeder ingenomen met de tijding, toch was dat sst niet de eenige sourdine op Augusta's allegro. Mevrouw dacht een oogenblik na en wilde nu toch in den geest vanhaar echtgenoot han delen. Daarom veinsde ze eene zekere koelheid. Zoo, d'at's goed," zeide zij dan is er althans eenige kans om voor onze langdurige opoffe ringen wat vergoeding te zullen krijgen." Mama . ,. wat bedoelt u ? ..." en het don kerrood werd nog rooder... eigenlijk nog brui ner. Nu schrik je daarvan?" Och neen, mama ... ik ben een dwaas kind, zie daar alles." . , ' . -' Ze keek strak voor zich, alsof zij bang was dat hare blikken die harer .moeder zouden ontmoeten. Vermoedelijk had .ze tranen in de oogen. Zou je wezenlijk denken Augusta" en ze werd zeer ernstig dat wij maanden-lang iemand kunnen huisvesten, wij die zelven nauwelijks kunnen^rondkomen, terwijl, God weet hoe spoe dig, als uw vader ons ontvalt, haast alles ons begeeft waar we van leven moeten ?" Is vader dan zoo ....'' Hij gaat hard achteruit." O, mosderlitf, hoe schaam ik mij! Hoe wei nig heb ik in den laatsten tijd daaraan ge dacht?" Deze wist niet hoe spoedig haar tot beda ren te brengen, immers hoe gesmoord men sprak, gaf de aandoening zich nu toch in een kreet lucht, Augusta zette zich naast de sponde des va ders, en greep de langs het ledikant gezakte hand. Sprakeloos staarde zij hem eenigen tijd aan. Toen, eensklaps vreezende elders noodig te kunnen zijn, stond zij op, en begaf zich weer^ naar de zijkamer. Van Buuren ontwaakte uit een beerlijken sluimer bij hare binnenkomst. Augusta'' zeide hij met een heldere, welluidende stem: ik heb een prachtigen droom gehad. Kom bij me zitten, ik moet je die vertellen." Hoe komt het dat Augusta niet dadelijk het verzoek opvolgt, dat hij haar eerst nog eens vragend en uitnoodigend moet aankijken en wenken totdat zij eindelijk, en nog met zekere angstigheid op kleinen.1 afstand van de canapé" zitten gaat ? - ;. .- . ; , Waarom zoo ver af? Kom vlak bij me zitten " Neen, Van.Buu..;. neen, mijnheer Van Buuren, zoo is het kalmer.... och-neen, we zenlijk, Iaat het zoo zijn, en vertel mij nu..." Voor het eerst verwijdering... voor het eerst 'myviJieer Van Buuren .;. 't maakt indruk op hem, althans hij zwijgt een pooze en kijkt haar zóó aan dat zij de- oogen er van nederslaat. ' Eindelijk toch begint- hij. Augusta ik kan niet-zeggen wat. ik gevoel. Weet je wie ik ge zien, met wie ik zelfs gesproken heb in mijn droom'? Met Kaar...." en hij zweeg, weder,. Met wie . .. dan?" 'Stamelt het m'eisje, en zij vreest dat hij het zwoegen van haar hart hooren zal.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl