Historisch Archief 1877-1940
.'-*$-_
:i^^»&Bia8>Ssfeateiiig«^^
DE A M S T E E D A M
E E K B L A
T O O
E -E B, I/ A N D.
"Wij kunnen evenwel niet eindigen alvorens
een woord van dank aan het orkest en het
koor te hebben gebracht; liet orkest heeft
zich dapper gehouden en prachtig van zijn
taak gekweten; het koor heeft gedaan wat het
doen. kon, had de commissie voor den bouw
van het orkest beter nagedacht over de plaat
sing dei- zangstemmen dan zoude het koor
ook meer voldoening van zijn werk hebben.
gehad. , , . .
I)e voornaamste leden van het Théatre
Frangais" zijn na afloop der Parijsche
winterkampagaënaar Londen vertrokken en -hebben
den 2den dezer de eerste van de 40 aldaar te
geven voorstellingen gehouden.
Slechts zelden gebeurt het dat Mesdames les
cómédièn-es '? en Messieurs les comédiens het
huis van Molière verlaten om elders aan hunne
Muze te 'offeren.. In de laatste tien jaar is het
niet meer dan twee keer voorgevallen, in 1868
eeiv reis door de départementen, en in 1871
een tocht naar 'Londen. Menige sociétaire zal
met vreugde denken aart de veranderde om
standigheden! waaronder hij thans dezelfde we
reldstad bezoekt.
'In 1870 beleefde'de. ComédieFran^aise treu
rige dagen. Zij deelde het lot van geheel
Frankrijk. Op hoog bevel gesloten in Septem
ber 1870, om tot een gasthuis te worden in
gericht, opende zij hare poorten evenzeer ge
dwongen het volgende jaari Maar de
Parijzenaars waren niet 'gestemd om naar -den
schouwburg te gaan. De gruwelen der comune
vermeerderden de algemeene ellende en
"verslao-enheid. Het Théatre Frangaise scheen zijn
einde nabij. Meer dan n artist-was er op
bedacht elders een goed heenkomen te zoeken.
Wezentlijk hadden .reeds verscheidene acteurs
en actrices Parijs verlaten. De voorstellingen
leverden recettes van 200 francs. Toen werd
aan de wereld getoond- hetgeen vooral in
ons land
'hebben
sterke verbazing moet veroorzaakt
wat een .vereeiiiging van kunste
naars vermag wier ndrachtzinenkunstlietde
door de geestkracht van n hunner wordt
geleid. Tevens werd getoond op welke hoogte
de Comédie Frangaise zich bevondt. Spatten
ten onzent in' tijden, van crisis de goede ge
zelschappen uiteen, worden er spektakelstuk
ken bij de hand genomen om de kas te vul
len, het Théatre-francais .hield zich, staande
door krachtige ' samenwerking en. Molière.
Het waren de geldelijke zorgen die het zwaarst
drukten. De Comédie was er opgesteld .hare
verplichtingen
na. te komen. Om dit te kun
nen had zij eene aanzienlijke som noodig. Het
De heer Got (in deze de tolk van 'den heer
Aicarl) eindigde:
O Toi, notre mmortel honneur, toute la terre
Poète saus pareüle te salue aujourd"hui,
Toi, Shakespeare, immoitel kmneur de l'Angeleteire,
Molière te "salue et la France avec lui!
Een donderend applaudissement begroette
vooral den laatsten' regel. De geheele voor
stelling voldeed uitstekend. De keur' van Lon
den vulde het gebouw tot aan den nok. De
Daily News zegt: er was waarschijnlijk nooit
een uitgezochter gehoor bijeen om in een
engelschen schouwburg een eerste voorstelling
bij te wonen en laat zich verder allerguns
tigst uit over het spel der artisten Sarah
Bernhardt, Mounet-Sully (Fêdre en Hippolyte)
Got, de beide Coquelins, allen worden
hoogelijk geprezen. 'De Times is evenzeer verrukt,
Zij zegt o. a.:
De eerste avond van het verblijf der. kinde
ren van Molière, onder het 'dak van Shakes
peare kon niet vreugdevoller of beter gelukt
zijn. ? t
Het engelsche blad veroorlooft zich we! wat
veel door te spreken van het huis van
Shakespeare."
6 Juni '78. ' ' ? F. v. d.' G.
Het eeuwfeest van den erschen dichter Moore
is Woensdag den 28sten Mei te Dublin gevierd.
Ochtend- en avondconcerten, waarop lersche
melodïn gezongen werden, en lersche
harpenaars lersche muziek speelden, vormden .de voor
naamste 'feestelijkheden. Eene ode van den heer
Mc. 'Cartby werd gereciteerd, een speech, voor
gedragen door Lord O'Hagan, Eene collectie
Moore-reliqaiën, brieven en verzen in manus
cript, eerste edities, portretten, eene harp, eene
piano, een, bijbel, tot zelfs eene.doopmuts waar
onder de dichter dégewijde druppelen ontving,
vormden eene tentoonstelling zoo belangrijk als
deze gewoonlijk zijn.
. Het monument voor Yictor Emanuel zal
toch geen rüiterstandbeeld worden. De beeld
houwer Costa, de gelukkige, onder 54 mede
dingers, heeft als voetstuk gekozen vier Dori
sche kolommen, terwijl de koning blootshoofds
staat op een kleed met de wapenen van Rome,
met jaartal 1870 en een opschrift versierd.
- De opgravingen te Olympia hebben in de
laatste weken heel wat opgeleverd. Nieuwe
vakken mozaïek, nieuwe marmerwerken .uit de
latere, romeinsche periode, waaronder een zeer
goed geconserveerd hoofd,van de oudere
Faustina, de vrouw van keizer Antoninus Pius, het
welk volkomen past aan denhals van een torso
dien men vroeger gevonden heeft; voorts eene
denkbeeld van ontbinding begon bij. enkele gedrapeerde vrouwenfiguur en twee torsols van
sociétaires gemeenzaam- te worden. In dezen l mannen. Zeer belangrijke inscripties zijn ger
nood bracht een gelukkige gedachte van denj vonden, onder .-andere een gedeelte vaneen
heer Got ,1e doyen" der artisten de ?. redding \ reglement voor het houden der Olympische
aan. Hij stelde voor met de beste leden van; spelen, dat hoewel ook uit den laatsten tijd
hét gezelschap een uitstapje naar Londen te .ma-j en sprekende van de eerbewyaingen^ aan den
ken. De overigen zouden wel bij machte zijn., romeinschen keizer te betoonen, nog eenig
om de Parijsche speelavonden- voldoende te; nieuws geeft. . ?
-bezetten. Het voorstel werd aangenomen en '
-den :30sten Blaart' 187l"-stak de heer Got het
bidding der diie Koningen. Een van de vroe- mij' de verleiding om het laatstgenoemde te
ger gerestaureerde tapijten vertoont de zon- vertalen (helaas alleen voor eigen genoegen,
deilinge legende -van
van Keizer Trajanus.
de Heiligoprechung", want mijn volk geeft slechts om
gelegenheidspoezy.
die bastaarddochter der echte) veel'
hetwelk ik daaraan toeschrijf dat in
De aangewezen plaats VOQT eene tentoon-i ?« &tiéSupréme, uit den aard der stoffe, de
stelling van lak en poi selein i& Kioto, in Japan,' redeneering de plaatfa betwist aan de
schildewaar er ia Maait eene geopend is, Decorres- ring, daargelaten nog dat de haast
onophoupöndent van de Hiogo-News meldt' dat ei1 i cielijk voorkomende opsommingen van
historivooral in het cloisónné- eene' groote verbeté- . sehe namen zeer hinderlijk zijn.
ring merkbaar is. De soorten'van Ishiwaraeii'i Hugo's laatste gedicht -is wel waardig het
Owari verliezen langzamerhand hun voorrang,' aog wat; nader te beschouwen enjk stel mij
terwijl het product van Kioto zoowel in qua-';-ook vóór dit een volgende kaer-te doen. '.Thans
liteit als in prijs langzamerhand de markt-zal
beheerschen.
Te Cert'aldo zal den 22sten Juni een stand
beeld voor Bróccacio worden opgericht.
De zes en twintigste algemeene vergadering
van het Aardrijkskundig Genootschap, zal te
ik eindigen met. de. overzetting, der tweede
namelijk .die waarin op :200..meesterlijke
wijze wórdt afgeschilderd, hoe .een lief
aanvallig koningskind kan ontaarden in.;?>,*
Lodewijk den vijftiende.!: < - .
Zie .'t jongsken van vijf jaar. De bladerdos der wouden,
Bezit geen vogeltje zóo'-vro'olijk, vlug en rein,
Ain iem de wereld dns,,aan htm. de stervelingen l v
Ach, ieders hartstocht komt. in 'tvorstlijk harte dringea
En woester wordt zijn wil met ieder oogeublik;
Hij groeit en tevens groeit, tot veler angst en sehnk,
De tygerMgeï, aan den vleugel van den engel,
Hij zelf hij voelt het iefc, hoe 'tgif in 'tbloed Kick mengel')
Hij kent zijn. dwaasheid en zijn wreedheid evenmin,
Zoo ddalt langs duistre paSn hij steeds ten afgrond in.
Ja, hij za^ leven maai dat le-ven wordt een logen,
Niets vindt hij in zich: zelf, hij, te 'allen' trjcl bedrogen
"VVmt niets daa ijdlen waaa, vetlwat
Amsterdam op
voörmiddau's ten
ir
14 Juni 1879,
in het gebouw der
Hij lacht 'u toe; heb lief, 'k Tvil u mijn liefde geven,
Een engel reinheid stroomt door heel hét kinderleven
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen,' gehou- Ea, 'schoon- hij .niets nog weet;, 'hoe helder straalt'zrjn oog,
den worden.. - ? '.' Vereenigiag van de aard aan 't blauw der hemelboog!
' De volgende ipunten zullen behandeld, w'or- ?] Op 't lachend wezen schijnt en kerk- en fabelleere
den: 1. Mededeelingen <van het bestuur. 2. |Te smelten in elkaar. .Wij zien. in H. kind den Hpere
Ontvangst van de leden der 'Sumatra-espedi- ^H tev«is 't Ambrbeeld. .Hoe. zaeht, aanvallig-^ fnseh
tie. 3. Hed'.'deelïngen -betreffende'het' Con
gres over-' het inter-océanisch kanaal dóór
Skaalt uit.ae ^derblik ons toe , 't vergiffenis!
Ea
Middel-Araerika. 4. Voordracht over "het on
derzoek' der Kara-zee en den Nederlandschen ,
Jszee-toclit, door prof C. M. Kan. 5. Gelë^ |,J, ^?>.
zelis de. wreedste man gevoelt zijne eigen kleinheid
lief taireel van zooveel kin der reinheid.
génheid tot het doen van medetleelingen.
Yictor Hügo heeft 'in zijn: Ie Pape, ter be
strijding van den doodstraf, geschreven:
Dieu laisse
Aus ames un instant pour lever, la vieillesse,
Le droit a la fatigue et Ie droit au remords.
Treffende woorden in ? den mond van, den
grijzen dichter!
Zoo is dan in .zijne oogen, oud worden een
uit liopger kring gedaal d
j Is hij alleen vervuld vaa hooger heerlijkheden.
l Aartsengel is hij ons, gezonden naar beneden,
En spreidt voor ons'ten toon, wat hem de hemel gaf.
Zie, de engel stijgt ten troon, neen, hij daalt er 'af.
ferk op nu, hij, ook hij is volgzaam, slaafsch' van zinnen,
Hoezeer met glans bedeeld; helaas, toch zwak' van bmupn'
Ook hij is; niets dan ménscli en broosheid iszijnkiacht,
Zoo -hulpbehoevend nog, hoe vroolijk hij ook lacht l
Der menschen klelnheïd.zoo gevaarlijk, schoon omnachtïgj
Bezoedelt 'de aureool, koe blank die zij en. prachtig
Zijn voetstap hoe onvast! 't Hoofdbuigt ziehals het net'
Toch is hij de onschuld nog die- pas de wieg verliet
En in-.'t azüreu oog .zien-wij de liefde glanzen,
Hij is: de aurora, zelf, doortintlend alle^ transen!.
Maar hoe, wie nadert daar. 't Is" Villeroy: Het kind
Van 't kwaad nog onbewust, begroet' hem als zijn vrind.
Hij voert het naar 't balkon, Versaiïles aan hun voeten.
Daar wijst hij op het volk 5at werken moet en wrocteii,
En, goedig toch van aard, nog kalm en rustig blijft
"Wordt schandvlek voor Let volk dat hem ontziet en vleit.
Hij die het al veracht, wordt eeiloze en ontaarde,
Hij die den hemel zelf bezoedelt hiej op aaidej '
Hy waant zich hemelhng en vormt zich voor de hel,
Hij zegt- voor mij geen wet, die allen wetten stel.
Als 't zand dat hrj vertreedt moet breken 't al of bukkea.
Wat hem genieting baart bare andren ongelukken
Bij honderden, wat nood, bteeds lager daalt hij af. i
En, zmnelozer steeds, 4er menschheid tot een straf., } '
Zoo woelt hij in het rond al tuchtïgend de volken
Sa diyft de sehepslen voort als God m 't zwerk de wolken,
s.om, de onschuld vall' liij bhjlt de koning, de oppeiheer,
3e man geev' hem zijn bloed, gelijk de vrouw hare eer.
3y houdt als in de hand deo rechts verborgenheden,
2oodra hij zwelgen wil wat andeien verfaeden
Aanbidt men 't zwijn dat etrat als roofdier werd geloofd.
Tuch iedere euvelduad, zij teekent zich voor 't hoofd.
wil hij maentig zijn, doch ijdel is zijn pogen.
Verwoester van wat w&ikt zit hij daar onbewogen
En houdt den scepter als een blmderaan zijn stal;
Hij grootheids misgeboort, i& ook zich zelf tot straf;
Zijn naam. wordt tot een vloek, zijn leven heefteen waaide,
Hijzelf is aiets als asch, spijs voor de worm der aarde, >
Het ideail ontaaidt m dierlijk zingenot *?
Als monster valt 3uj neer ten kalveiweeg naar God l i
H. TH. EOEL-BÏI.
?kanaal'over om in de Engelsehe 'hoofdstad de
noodige maatregelen
omstandigheden niet
te treffen. Hij vond de
gunstig. -Vooreerst was
de markt al aeer sterk met Fransche spelers
overvoerd, ten tweede bestond de eenige be
schikbare1 ruimte in de zaal der Op.éra-Comi%ue
die'de eigenaar de edelmoedigheid'had voor
S, 110 -per week te willen afstaan Got"
aarzelde,' getroffen door zooveel belangeloos
heid. Edoch de heer Got is de man niet
die een plan, waaraan het voortbestaan der
Comédie Francaise afhangt, laat varen.
D'e, zaal 'werd gehuurd en na het overwin
nen van tallooze groote en kleine bezwaren,
den Isten Mei begon men met Tartuffe en
Ie .Dépita
schitterend pu
De stad 'München bereidt.zich vóór op hare
Internationale tentoonstelling, die op 20 Juli
zal geopend worden. Het Glaaen Paleis is klaar;
vooral voor het tentoonstellen van kunstwerken
heeft de heer Albert'Schmidt zijn best gedaan
van alle lessen der praktijk te profiteeren. De
schilderijen zal men trachten niet in lange gale
rijen aaneen te rijgen, maar zooveel mogelijk,
te verspreiden, zoodat ze tegelijk rneer tot
versiering bijdragen en zelve elkander niet
benadeelen.
-, .,. ,,
groote zegen, \ermoeidvan swerelds rumoer, lSchoon ^^ het'onyerpoosd daa hier, dan ginder drytt.
rust men'Uit aan eigen haard en .overdenkt j,tE>ioelt dooreea datTOl]Ci gespierdvan borst en lenden,
ziju leven, en dat leven, ook van den besten
krielt van tekortkomingen en onrechtvaardig;
2e golven als de zee, de.opeengedrongen bendea,
Hij hoort het straatgerucüt,:'t .gemurmel,, zacht of ruw
heden. Door onze driften werden wij beheerscht,. l En zegt dan tot. het kind:.dat volk behoort aan u'
door onzea ijver verleid tot onedelmöedigheid,
door eigemwaan hielden . wij vast aan, eigen' Aan u die kindren
logica, zoader uitzonderingen te dulden. En'Hun lichaam en'hun ziel moogt
ea die mannen en die vrouwen,
?ij vóór 'u bèhoiien,
nu is de ouderdom gekomen. God- dank, nogiAan
!mu
hebben wij de kracht om goed te zijn -en
be, , ,
ter te
worden-,_ ' ' , , , ,
Ja, dat hebben
hun go«d,,aan u behoort 'hun bloed
^ ook ontmoet'
Eene tentoonstelling van schilderwerk op
porselein, te Londen gehouden, heeft getoond
dat'onder kunstenaars van professie en lief
hebbers deze kunst mét succes beoefend wordt.
toegejuicht'door een l Vele dames van hoogen rang, Lady Rowlinson,
*?^..u FtLbSk'.Sedurendehetgeheelever-;Lady Nicholson, deelen-de prezen met de
schilbliif der fransche artisten betoonden zich delers en schideressen van nederiger geboorte.
londensche schouwburgbezoekers hun zeer ge- Eene ' Viscountess Hood verwierf voor hare
negen. Men maakte goede recettes: zij wisselen- \flagM* met kinderportretten de groote gouden
den tusschen twee en vier duizend francs. Ook de : medaille van de KroonprmsesvanDmtschland.
pers was hun welwillend gezind. Den 4den Juli' Het is overigens een overvloed, van lenen, rozen,
bood de bloem der- engelsche aristocratie the lentebloemen en landschappen, de meeste van
ladies andgentlemen"eenprachtigbanket.aan. ; de hand van jonge dames.
't Was tegen den zin des h-eeren Got, maar de j ..
aandrang veler sociétaires was oorzaak dat den | Ben 15den Me>overleed op zijn bmte.goed
8 Juli de voorstellingen gestaakt werden. De te Sinnenngen, bij Bern, m Zwitserland, de
laatste bestond uit O» ne ladim pas avec landschapschilder August von Bonstetten. Hy
Tamour en II faut qu'nne porte soit ouvvrte was van goede geboorte en diende m zijne
ou fermée Zübracht ruim frcs. 6000 op. Got jeugd als ofncier bij een der zwitsersche
regihad ziin doel bereikt: frcs. 17000 was het aan- nienten, die door de nederlandsche regeermg
deel dat-de kas in de moederstad'ten goede in dienst gehouden werden In 182^ zond hij
kwam De belofte in 1871 gegeven om terug een stuk m voor de tentoonstellmg van
Antwerpen, en trok daarmede zeer de opmerkzaamheid
Na de afscheiding van België, toèh de
regin Ztltiil «t LIJll V CiiltKölJ. u»- u.i.vju^>j". ^ ^.^-,- .... . , -, j l l -.
s avonds te Londen aan 'te komen. Van menten naar huis gezonden werden, zette hij
|; te keeren, wordt nu- in 1879 vervuld.
Den 2den Juni verlieten de artisten Parijs
De vruchten van iiun aweet, wie,
Het'is'm* eigendom; n. wenk en hij zal sneven,
.'; . , j Waar ook en on wat .uur beheerscher van het leven;
wil, mits wil nog1 iets van.,. .?,?, , , .. . - .? - , t , .
J' J : 1& ? . i Zelfs de-afeeleefde grijze is tets wStt U behoort,
den-gloed-onzer jeugd heUoen behouderi, mits j,Heir h(,eie m(;ilsc!ldom kllielfc Mj.'thooren van uw woord
wij, helaas! welk eene uitzqndering, op Yictor
Hugo gelijken!
Oud worden om te protesteeren tegen eïgeri
ongerechtigheden,,, en...ze zooveel"mogelij% on-,
gedaan .te maken, .welk een Beerlijk einde van
een welbesteed leven! "'.,'.'..
De onvermoeide kampioen voor .alles wat hij
edel en groot vindt, heeft in zijn: Ie. Pape
in bezielde verontwaardiging partij getrokken
vo'or de slachtoffers der maatschappij, .immers
het volk, ja, het gepeupel zelfs,?en se beschermd
tegen de verdrukkers, namelijk: de vorsten, de
priesters, de veldheeren, da rechters, de.beulen.
Het volk roept hij toe:
VOUB donnez votre force inepte a vos bourreaus
Les rois, comme en avant du chiffre les séros,
en de vorsten roept hij toe:
Ah, prenea garde a vous, rois!. Car vos actions
O'oüsort on ne sait quelle ombre extraordinaire
Font couter a Uieu les conseils du tonnerre!
En ziet, de dïchterader is, even als het'leven
van den gelukkigen .grijsaard, onuitputtelijk!
Gij, gij allee'n bestaat en slaat den blik ten- hoogen,
Waar allen feilbaar zijn, hebt gij u nooit bedrogen,
"Want wie is zooals gij, gezalfde van. uw God,
Uw recht is 'fc recht Taa Hem, .den aardworm tot een spot.
Gij zijt regeerder hier, een ellc.moet voor u zwijgen,
God mocht het hemelrijk, en 't aardrijk gij ^veikrijgen,
Hij, de gedachte, gij1 de krachtige, arm, zijn. een
Hij. -pi'st daarboven, gij .een godheid hier beneên,
Heel 't volk behoort aan ui
' ??? - ? ""Hét arme jongsken luistert
. .' . \ .
Wiespreekt? Is 'tSatan zelf, die 'tkind als aan zich kluistei t?
Neen, slechts een sterveling, noodlottig, waar , hij ki nipt,
.De hov'ling is de slang die over 'taardrijk slaipt,
Bn met -zijn giftige aam het al bederft, in 'tronde'
Geen zoo afschuwlijk tócV ^ie 20°gevaarlijk wondde,
Geen gif, hoe zoet van .smaak, KOD sterk als vleyerij '
2e ontneemt het licht' aan 't oog, hoe liernelsch rem het zij
De rede drijft op 't meer, des boögmoeds golven fcianden
En voeren haar ten grond. De 'kinderingewanden
Verdroogen. Al wat lief en -teer was wordt tyran
Die'tmenschdom stil doét staan.haast meer-dan God zelfs kan.
Mea maakt hem tot een dwaas die niti^oeph'k ben uw wapen.
?En tevens uw altaar. 'Gij mannen, vrouwen, knapen
Dl-oomen en WerlelyMwid, , door Louise
Sttafemts, Heusden, H. Wmjster, 1879.
Bovengenoemde schrijffater voorzag haar werk t
van een Inleiding" en een Naschrift", die'
wij waarschijnlijk gemi&t zouden hebben, als,
zy haie nederige bladzyde" niet eerbiedig"
aan H. Kou. Hoogheid Mevrouw de Weduwe
ran onzen beminden Puns Hendrik der
Neder.anden" had opgedragen.
Is die onderstelling juiöt, dan zouden wij'
deze overigens onschuldige opdiacht zeer
gevaaibjk voor de goede ontiangfat van Mejuff.
L. btratenus pennevrucht mogen noemen.
Immeis de inleiding is van dien aard, dat men
grooten lust gevoelt de \olgende bladzijden
ongelezen te laten.
Ei is mets wat een lezer meer afschrikt dan
kunstmatige opgewondenheid, en die maakt
inderdaad de inleiding en het na&chrift onge
nietbaar.
In Sept. 1378 bad Mej. Stratenus' hart
gejubeld", en W9S het haar alsof een droom
haar m zijne armen begon te wiegpn, of zij
haar land, haar dieibaar vaderland door een
louufloers bedekt zag, en gioote tranen aao.
het oog van liaar volk ontwrongen, het kleed
al& rn.pt diamanten hadden bestiooid". <
Dit, wiegende droom deed haar natuurlijk
denken aan de overleden Koningin, bij wier
dood het ons volk duister -voor de oogen is '
geworden."
Aanschouwde zij dit in haar droom, ^naast
het tranenkleed" zag zij een reine, witte
bloem yon/t^l^die een Piins van Oranje in
den vreemde was gaan plakken".,., en het
volk van Nederland heeft zijn trouw verpand
aan de Wonde roos l) van Pruïssen."
Enkele maanden zijn verloopeii, .en weer
daalt het rouwfloers, zwaar als lood op onze
halten."
Prins Heiidiik is, met meer! dat is liet
eenige wat onze stem kan uiten: de ziel is te
vol voor woorden.
Maar," zoo vervolgt de schrijfster, on
danks die ziel te * vol voor woorden wat
ons van de lippen moet, het i&, dat de rekening
tusschen den beminden vorst en het getrouwe
volk van Nederland niet gesloten is bij zijne
groeve; liet is, dat het hem nooit meer dan
op eene wijze kan danken, voor wat hij voor
de natie is geweest, en daarom, dat geheel
e-en daadfEen daad .ja, maar dan ook met al|Zijn niets.mij waard,.niet, geldtals'teigen Voortbestaan J £edexland de liefde overneemt, waarvan Zijne,
' Zoo gaat in ULouvre zelf eeu toekomst voor hem open- Koninklijke Weduwe te vroeg werd beroofd,
Vol rampspoed. Zie, het Mud dat alles durft te hopen dat Ofts vollf Jiaa)' *tcf *<& foWen tot op den,
Driïikt in zijn onschuld 't gif dat tmtlend voor hem staat att(J 8eve God nog ver verwijderd M'flarO^
Eederf in hart, en. hoofd,-wat. onherstelbaar kwaad, $(. liefelijke rOOS Op Jiare Imrt den, stengel
Bedwelmend de onschuld, .zoo onwetend en onmachtig, neïffCn sal\ dat 0y OHS nïmim&r vreemd Stil
Boor de'almachte beker, zelfs voor menschen al tekrachtig, worden; dat tot de laatste Nederlander GOED
Meer nes dan m zim jeugd wordt elk werk Leeft allen slechts voor mij, het goed, het kwaad, detraan ' ,,
n j w j a ? ? j T j. i
e-en daad. Een daad ja, maar dan ook met al
de verantwoordelijkheid van -eene daad, en zoo
is diezelfde heldendaad, dat poëem Ie Pape
hoe veel schoons en waars het ook bevat
eene onrechtvaardigheid geworden.
En de
gedaan.
grijae bard overdenkt wat hij heeft
hun komst grootedingen verwachtende, bleven zich
de LondenaL .iet in gebreken hunne
belangm zijn vaderland neder en wydde fflch
stelhn reeds onmiddellijk te toonen.
i ter kwamen-er van zijne-stukken aan 't licht;
zijne
men hoopt er thans eenige
te kunnen meester worden.
"be->woro,^évan de aankomst uitvoerig- de kunstverzameling te Bern bezit er twee,
verslafSta natuurlijk niet, nalaten zich *&^^?$^*J^
voor de honderste maal vroolijk te-maken over werk^- ??*\
détengere persoon van mevr. Sarah.
Bern:hardt. De opeenr-gehoopte menigte verdringt
.zich om de groote actrice te zien. Plotseling , . .
wfctSj, als om bemand door te laten. Er is Burgunder-Teppiche te Bern aan een
restauniets te zien. Sarah Bernoardt gaat voorbij."
."? Dinsdag 3 Jani vond de eerste voorstelling
geleden werden de zoogenaamde
^^ & J » ? .
plaats. Zij bestond uit de Misanthrope, het
tweede bedrijt der Fèdre en 'de Précieuses ri- Morat
onderworpen. Deze prachtige' tapijten
maakten deel uit van den bourgondischen buit,
die tte Zwitsers na'de-slagen van Granson en
ver meester den, en hebben, naar men
dicules; Nadat het scherm was opgegaan, zag
meent, de tent van Karel den Stoute versierd.
Lodewkk SIV, j 2ij ^ijn gedeeltelijk te Arras, gedeeltelijk te
-, -?; , , v,rt1 >, /i^'Laav f^i- Bruege geweven en later de stukken aan elkaar
geschaard om hunnen deken , den neer trot. ^"ëo 0 _ .. _ .,...,
men
alle artisten, kostuum
Hij verlaat den halven cirkel en nadert het
voetlicht. Zich tot de buste van Shakespeare
wendende, die op het töoneel tegenover die
van Molière geplaatst was, begint hij:
Shakespeare) son grand nom plane sur les deus momles
En .dans tont esprit d'hömme il vit, il parle, il est,
ieus qu'anx jours ou sou cerveau plein de choses profoades,
Comediea tragiqae il faïsaitvivre Hamlet.
Molière! son grand nom va du vieux Monde a. l'autre,
Bies francais, il est giec, e'est sa lace, sa loi,
Qui sait lire^t'a a, maitre!
Zijnde onderdanen waarlijk zoo ongelukkig?
En de vorsten dan ? Worden alleen de on
derdanen getyrahnisëer'd? En dan de vorsten?
Worden de onderdanen bedorven door de
vórst.en^ of omgekeerd? Zijn dis arme, steeds in
scKeeve verhouding verkeerende, nooit, de
waarheid goed in de oogen ziende, <reeds in
hnune kindschheid in hoogmoed opgevoede
koningen niet beklagens.waar.d! :.
-Ja, hij heeft nog de kracht om tegen -zijue
laatste onrechtvaardigheid te prbtesteeren en...
in 'onbegrijpelijk korten' tijd schrijft '.hij een
langdurig 'en krachtig pleidooi in heerlijke
verzen. Tbaïis trekt hij' partij Voor dezelfden,
die hij vroeger vervolgde, ... La. '.
ziet het licht!
En roek'loós iedereen van hoog' of lager stand
Als speelbal leggend in een dartle kinderhand
Om zoo ze, al schertsende, ten afgrond te doen varen.
O, gij die nadenkt zult'twee offers hier ontwaren
Beklaag het volk, gewis, maar toca het kind meteen.
Hebt deernis moeders, met een wezen nog zoo Meen
En reeds.'onzalig. Ziet,'5e moordenaars vertreden
eeds dadelijk zijn deugd, -zijn liefde-en têederheden,
Verraden alles wa't daar'-trilt ió. 'trein gemoed
En 3t-kia'd -staat zoo alleen,, geen schepsel die 't behoedt.
Opvoeding is' 'Het al, ze.'is ramp-of grootste' gave,
gezet; deskundigen plaatsen ze in den tijd van
Philips van Bourgondië, Karel's vader. Drie
van deze tapijten, die gewerkt zijn en Jtaute
lisse, met wol, goud- en zilverdraad, wer
den eenige jaren geleden, naar men zegt,
volkomen" gerestaureerd. De bernscho autori
teiten waren zoo met het werk ingenomen, dat
zij daarna een vierde naar het atelier van
mad. Carey?Bar zonden, welke thans verslag
heeft ingeleverd, dat de restant a,tie reeds ander
half jaar heeffc gekost, hoewel de beschadiging
lang zoo groot niet was als die van de vorige.
Het onderwerp van de tapisserie is de
aanWie nadenkt leert de dingen begrijpen en ...
tout comprendre 'est .tout; pardonnerl " Dan
komt men op het ? verheven standpunt, dat
reeds Jezus heeft ingenomen, van de .zonde .te
haten, maar den. zondaar .lief te ,hebben. Dan
komt men,, gelijk Yictor Hugo,. van zelf tot^deze
diepe~en tevens verheven waarheid:
Un ange vit un jour. les hommes dans la nuit;
II leur cria du haut /de la sereine sphère;
Attendez; je vous vais chercher de la lumière,
II revint apporóant dans sa main la p'itié.
. En zoo kan Yictor Hugo zich zelfblüvenen
het koningschap, dat' wil zeggen Het abso
lute koningschap ^ haten en den wreedsten
tyran. toch nog. liefhebben en vergeven.! . .
Bij veel overeenkomst zal men in de beide
laatste poëmen van Frankrijk's.ge,malen dichter
ook groot verschil vinden. Le Paj?e is, ook
al& gedicht, verre van smetteloos, maar er s
gang in, door verscheidenheid en schildering.
La pitiésuprêmc daarentegen is niets dan een
pleidooi. Wellicht staat het als dichtstuk
hoogerr althans de denkbeelden zijn wel zoo
zuiver, minder gekleurd door valach vern,uft
als nu en dan in Le P®pe, maar toch was bij
Geef 't, kind ;
ideoot
O lage vleyerij die elk gemoed
Wat waar is in dea mettsch- ontreiaigt en verwart.
I EN BLOED voor haar ceil soude ncT)ben, en dat
icy eerst na dien zoeten plieltt tot den eindef
\ te lidiben vervuld, zullen, mogen rjeloooen IETS,
vitn onze schuld te JicHben afgedaan jegens
Pnns Hendrik der Nederlanden!" 1)
l Niemand zal ons verdenken van onverschil
ligheid ten opzichte i an ons regeerend vorsten
huis, of van gebrek aan deelneming in het
veilies dat de Prinses geleden heeft, doch
wij willen vragen, wat een eenvoudig, eerlijk
man als Prins Hendrik zelf gezegd zou heb
ben als hij deze regelen had kunnen lezen:
ons dunkt h^j zou in den een of anderen vorm
De starrènbeeldea wekt van nit de diepste sfeer!
Vijftiende Lödewijk, uw beeld! ' ? . - ?
: - ' ,- . ? ] W:afc ommekeer!
Helaas, het.is:.gedaas, 'tkiad beeft Lhet gif. gedionken!
Ziju zwakke geest daalt af.." s:redloo3 soeergezonken.
Heel 't volk behoort aan u!?De dwingeland ontsproot
Eens uit dit somber woord, .dat .alle waarheid- doodt!
Ach, de oaervaarne drinkt en laat debiel verkwijnen,
Bij eiken druppel .zal iets goeds'in hem, verdwijaen,
En eindlijk weet hij zelf niet. welKen weg te gaan,
Hij daalt, als dronken af langs 's werelds gladde baan.
Heel 'tvolkbehoort aan u!?ontzettend woórd,hoe vreeglijk'
Hos meer het in hem dringt, hoe meer hij ongeneeslijk
Een domme wellust vindt in wat hem't meest verveelt,
Een ander leeft in hém, die 't eigen ik verdeelt
En in het vuns moeias der domheid heesgetogen
Neemt hij, die 't al reeds weet. geen enkel boek voor oogen
Wat zon hij leeren nog of werken? Keunisdorst
Is noodloos voor Bourbon, hij, smetloos, ErankrijksVoistl
Bedenk nu dat die trooa, die scepter en ddt wapen
Slechts voer tnaar 'tledig,na3r den htiat.den geest doet slapen,
Dat eigen grootheid wordt geleid ten grave door die pracht
Eu dat die majesteit, zoo schittróïid, is de nacht.
Waardoor, de Beeldspraak wordt .ais werkelijk opgenomen verklaard hebben, dat hij een gewoon mensen,
En zelfs de zwakke mensch, nit menseheo voortgekomen, en wezenlijk niet Onzelieveheer was.
Meent dat.zijn hrein hoe broos, kortzichtig .en gering, > En de vorstin,, de geplukte witte bloem"
Gelijk het voorhoofd Gods, troont boven eiken kring, die we zien verrijzen" om haar later als een
Gelijk de hemel, zelf'zoo vol van raaeht ei luister, i blonde roos" te leeren kennen, als 'zij mej v
Gelijk 't.onmeetlijkbreia dat, rèeglend''tlicht en 'turnster, Stratenus "hoort verklaren, dat zij- in Gods
oogen grooter schat voor Nederland is, dan
de rijkdom van Jaya, de schoonheid van Italië,
de kunst, vooispoed, onbewolkte hemelen enz.
wij vermoeden dat zij zal verzuchten: Lieve
juffrouw gij overdrijft heu&ch al te erg: Uw
Nederland, zelfs door een rouwvloers bedekt"
is een goed land: maar als het mij kon ruilen,
voor wat zonneschijn in de voorjaarsdagen liet
zou er zeker beter aan toe zijn.
We mogen mej. Louise Stratenus deze be
denkelijke geroerdheid met al te euvel duiden.
In den laatsten tijd is op nieuw gebleken dat
zeer kiachtige mannen, aan wie men aller
minst overgevoeligheid ,als een karaktertrek
mag toeschrijven, zonclerlmg yan de wijs kun
nen geraken, zoodra zij zich er toe zetten den,
lof van vorsten en vorstinnen te zingen. Doch
dit neemt niet weg dat het zijn gevaarlijke
zijde heeft.
Door aan het ziekelijke toe te geven, zou
men langzamerhand alle kracht kunnen
ver