Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTEEDAMME K,
E E KB L AB Y O O R
E D E K L A K D.
waren onze "betrekkelijke armoede ie doen
; strekken tot middel ora te voorkomen, dat
we'"niet 30,000 gld; wegwerpen ter
normaliseerinfj, dat wil m gewoon, hollandsch
zeggen: tb't verminking van" den schoenen
Buitensingel, we zouden hen zeker bijzonder
dankbaar zijn.
Men versta óns wél. Had de stad over
geld te beschikken,, veel van het
bovenge.noemde, schoon in anderen vorm, zouden
wij .wensehelijk achten.
. Maar daar is inderdaad geldgebrek en
daarmee behoort men rekening te honden.
o. i. is het de ,plicht van
gelden toe te staan dan
Wij herhalen:
den Baad . geen
voor werken die waarlijk onontbeerlijk zijn.
Daarom mag hij dit lijstje, dat zonder eenig
beginsel .is opgemaakt, niet goedkeuren. In
plaats van 9 miïlioen, zullen wij 7 l/a"
leenen, doch de vermindering is schijn,
want noodzakelijke, werken worden in de
memoiie of niet genoemd of uitgesteld,
niet noodzakelijke komen op de voordracht
voor. Zoodat over een paar jaar weer een
leening noodig zal zijn en we ten slotte
meer uitgeven dan verdedigbaar -is.
Dat er "besloten is tot het oprichten van
een abattoir, een groenmarkt enz. is geen
"bezwaar. Die "besluiten kunnen gehandhaafd
blijven, alleen het tijdstip van uitvoering
worde verschoven tot er- "betere dagen
aan. breken.
hoeft; naar onze overtuiging,
gesloten is, dat deze oorlog nog1 veel
zal kosten, ?tenzij' de Engelschen lust
een enkel uur deze zoo hoogst
geYQordraeht af te handelen, maar
-vrede
bloed
mogen gevoelen meer te moorden dan noodig
is. De Transvaal, die wellicht onder deze troe
belen 'eenige kans had tot op zekere hoogte
herstel van grieven te verkrijgen, zal nu voor
goed aich moeten buigen onder het engelsclie
juk. "Wolseley zal de. staatkunde van Frère
.piet ontrouw worden.
Het parlement keurde* het kr«diet OTQ de
kosten .van dezen oorlog te bestrijden tot een
bedrag van 36 millioen gulden goed. Engeland
stelt zich, voor ook deze gelden grootendeels
op Natal te verhalen, een vooruitzicht echter
dat wel mgszïns duister is, daar genoemde
kolonie over niet meer dan 3 millioen gld. aan
inkomsten jaarlijks te beschikken heeft.
Frankrijk heeft te Nancy hulde gebracht
aan de nagedachtenis van Thiers. Redevoeringen
werden er uitgesproken door Martel, president
van den Senaat, Lepere minister van b
nnenlandsche zaken, verschillende autoriteiten en.
ook door Jules Simon, die namens Mevr. Thiers
optrad. Demonstraties tegen de republiek of
tegen de onderwijswetten van Ferry vonden
niet plaats. Op waardige wijs gedroeg zich de
republikemscue partij hij dit ernstige werk.
Nu de" senaatskommissie Ferry's- wetten ver
worpen heeft aal eerst na de vakantie, dat is in
het eind van November, de beraadslaging over
deze voordracht in den.Senaat gehouden wor
den. Oredurende den tijd van het reo.es kunnen
de kommissieleden de kwestie overdenken. Niet
onwaarschijnlijk zal net met deze zaak gaan
als met het vraagstuk over den terugkeer der
Kamers naar Parijs. Ook ten opzichte van dit
punt wilde de Senaat eerst niet met de Kamers
om den strijd te heslissen, Iquiquëwerd vol
gens de laatste berichten weer gebombardeerd.
Omtrent de samenstelling van het nieuwe
kabinet, valt'nog niets met zekerheid te zeggen.
Dat het hoogst moeilijk is een kotiservatief
ministerie bijeen te brengen blijkt o. a.'uit
het feit, dat aan. Jlir. Klerk de portefeuille van
Waterstaat, Handelen Nijverheid s aangeboden.
Wanneer men aanxlen voorzitter van de kom
missie die de belangen. der nederl. Nijverheid te
Parijs moest behartigen, doch zoo schromelijk
verwaarloosd heeft, de zorg voor dit
departe-ment wil toevertrouwen, en de Heer Klerck
zélf niet schroomt zija handen naar zulk een
portefeuille uit te strekken, moet de politieke
toestand al zeer verward zijn!
Van anti-revolutionaire zijde is te Dokkum
kandidaat voor de Tweede Kamer gesteld de
Heer Dr. A. Kuyper, van liberale zijde de Heer
Mr. J. 3?. Humalda van Eysinga,
een gewichtig punt te beslissen, alle mogelijke
moeite behoort te doen om zich vooraf te ver
gewissen van het oordeel der burgerij en van
allen die kennis van bouwkunst bezitten, of be
langstelling in zulke zaken aan den da g leggen.
Het Dag. Bestuur zou, zoo meenen wij, niet
beter hebhen kunnen doen, dan vóór zij den
een abonnement te verstrekken, waaraan -het,
ontvangen van onderricht ver bonden was ?, later
stelde zij eenen instrukteur aan in de gemeente-,
lijke Badinricliting in den Buitensingel. Thans:
heeft zij eenen instrukteur aangesteld in de
Openbare Kostelooze Gemeente-Zwem- en
Badinrichting aan den Westerdokdijk alhier.
HoeRaad opriep om over zulk een zaak te beslis- j wel het seizoen eerst, sind lo Juni geopend is,
sen,
en tot nu waarlijk niet gunstig voor het
beoefenen der zwemkunst is geweest, zijn toch
reeds ongeveer 300 jongens als leerlingen
inDe dagbladen bevatten:
Handelsblad: Het veldleger.
Mijmeringen, van een O. L oudgast.
Liberale zelfmoord.
N. Mott. Courant: De Octrooien. (Redevoe
ring van Dr. J. Th. Mouton.).
Arnhemsche Couranl: Over de oplossing der
krisis.
Vaderland: De liberale partij en de krisis.
Nieuws y- d. Dag: "Wat ieder raakt. (Krisis).
Mott. Nieuwsblad: Een nationaal belang.
(Polderbesturen),
Ansterda/msehe Courant: Met voorbedachte
medegaan, doch eenige weken tijds waren vol- rade. (Het gebruiken van 's konings naam door
De
niet in
wichtige
op nieuw met den meesten ernst een over-[ doende hem tot een ander gevoelen te brengen. i Fransen v. d. Putte en Cremers.)
zicht te nemen van al: de werken, die j Inmiddels heeft de parijsche gemeenteraad i, ' __ , ?' ,
men weet dat in de eerstvolgende jaren (in den geest van het wetsontwerp Ferry
benoodig zullen zijn, en daarna te beslissen sloten, om bij het heropenen van de scholen,
voor welke men thans reeds leenen zal. - alle onderwijzers en onderwijzeressen, die tot
abat- i eene kongregatie benooren, te vervangen door
leeken. De egeering zal zulke hesluiten met
genoegen vernemen en niet nalaten van den
tijd gebruik te maken om de wensohelijklieid
De vraag dient beantwoord: is een
toir noodiger d-an bv. de "bruggen over den'
Overtoom; moet er nu bijna een millioen
voor onderwijs geleend , worden, terwijl de i
nieuwe wét, die 30 pCt vergoeding belooft, j "^T
elk oogenblik kan ingevoerd worden? Waar
.bestaat, nu en in de eerstvolgende jaren,
meer. behoefte aan: aan een groenmarkt of
aan de volledige voltooiing der houthaven?
In het algemeen : welke uitgaven zijn er nog
in het' verschiet?
Aanstaanden Woensdag zal de Raad de
derde leeningsvoordraeht behandelen. Wij
open dat hy in dit voor Amsterdam hache
YOOrsteUen.doo, de en net liberale
doen uitspreken.
lijk tij dsge wicht
sluiten.
niet lichtvaardig zal
be-De oorlog met Afghanistan behoort nu. ge
lukkig tot liet verleden. De rekening werd op
gemaakt, het parlement keurde haar na, de
noodige debatten en opmerkingen goed en het
slot van de geheele zaak was een schitterend
vuurwerk ter eere van DisraeH, Lytton, het
leger, Indie, enz. 't Ging wel niet zonder luide
tegenspraak van de tegenstanders van het
jmaïsterie, maar 't gelukte toch en waarom
ook niet? De oorlog moge onrechtvaardig zijn
geweest, de wetenschappelijke grens werd
be2
Toen Vrijdagavond de Kamer van
Koopde plannen met teekeningen, allee wat
openbaarmaking geschikt is, algemeen
verkrijgbaar te stellen, opdat de publieke
opinie zich duidelijk hebbe uitgesproken vóór ' geschreven, ierwijl daarvan ongeveer twintig
n TJ- J "11 'l L '
de ixaaa zijn besluit neemt. a]s geoefende zwemmers van het onderricht
En wat zien wij hier geschieden ? ' ! 2jjn ontslagen. Hieruit mag de gevolgtrekking
Zelfs zij die allereerst recht hebben zich te j worden gemaakt, dat . bij het einde van het
doen booren, de Kamer van Koophandel, gaat ^ seizpen de zoo noodige en nuttige zwemkunst
men stil voorbij.
Waarom ?
Was men bevreesd voor een afkeurend votum;
schuwde men liet onderzoek, wilde men den
Raad bij verrasing winnen ?
Het heeft er inderdaad allen schijn van.
Dat is te betreuren. Zulk een plan moet
langs den koninklijken weg tot stand komen.
"Wij gelooven dat de Heeren Martin Wolffc. s.
zelven zulk een wijs van handelen zullen.af'
keuren. Voor wat men wezenlijk gced acht
schroomt men de kritiek niet. . ?
Het ia waar in de Kamer van Koophandel
i door toedoen der Amsterdamsche Zwemclub
:b_et deel zal zijn geworden van een betrekke
lijk groot aantal personen,
Gedurende tijdperken gelijk de tegenwoor
dige, dat de noodige middelen ontbreken,hield
het Bestuur zich onledig met het bevorderen
der" zwemkunst zooveel dit gonder g&ldel^ke
hulpmiddelen mogelijk was. Het drong bij hét
Gemeentebestuur aan op verbetering van be-.
staande, en op aanleg' van nieuwe inrichtingen;
en er mag met voldoening op gewezen worden
dat die pogingen niet vruchteloos zijn geweest,
Op onbekrompen wijze is door de stad eenê.
hebben een paar leden zitting, die zelf een Zwem- en Badinrichting aan den Westerdokdijk
plan tot het stichten van een nieuwe beurs
-voordroegen. Zij zouden dus niet onparUjdsg
zijn zal men beweren, Zn, dat is zeer wel
gebouwd, terwijl plannen aanhangig zijn dit
getal zoo spoedig mogelijk te vermeerderen.
Ook door het uitschrijven van wedstrijden
men? En is niet juist, nu de Kamer onder
hare leden er waarschijnlijk enkelen telt, die
afkeerig zijn van het voorgedragen beursplan,
zij des te meer het aangewezen kollegie om
de voordracht te beoordeelen, mag men van
met bevriende zijde niet het eerst een kritiek
verwachten die wij-jfc op leemten of gebreken
die in het plan kunnen voorkomen?
Reden om in dit geval de Kamer, die bij
voorkeur omtrent zeer onheteekenende zaken
schijnt gehoord te worden, voorbij te gaan
mogelijk; maar is daarom de GBÏIEELE KAMSE heeft-de Zwemclub verscheidene malen getracht
partijdig geworden? Wie zou dit willen aanne- | zoowel het groote uut der'Zwemkunst aan te
toonen en in grooteren kring bekend te ma
ken, als haren leden een aangenaam feest
aantebieden, waarin zij meermalen goed is geslaagd,
Thans nu deze 200 nuttige Yereeniging uit
geldgebrek niet in staat is haar programma
in alle deelen te vervullen, heeft zij recht op
den steun van allen die het nut der zwemkunet
erkennen. Voor slechts ?2.50 wordt men ala
lid, voor f2 als donateur ingeschreven. De
Secretaris, de heer Hugo Muller is steeds be
reid de noodige inlichtingen te verschaffen.
Duïtschland levert weinig nieuws. Men wordt
echter schadeloos gesteld met allerlei berichten
omtrent liet vorderen der onderhandelingen
tusschen Bis mar ck en het Vatikaan. Hoe lang
die nog zullen aanhouden weet niemand. Men
mag het er echter voor houden dat een op
lossing dezer kwestie nog eenigen tijd zal duren.
Voorts redeneert men over nieuwe partij
formatie, of liever, over de ontbinding der
bestaande partijen. Het gerucht wilde, dat ook
Lasker het politieke leven moede was geworden.
Dit is echter iet het geval.
Behalve de voorstellen tot aankoop van ver
schillende partikuliere spoorwegen, heeft het
ministerie van* openbare werken ook een ont
werp doen samenstellen tot reorganisatie van
de administratie der Pruissische Staatsspoor
wegen. Het ontwerp heeft ten doel het-spoor-"
wegwezen meer dan" tot ra toe- geschiedde, te
centraliseeren. In plaats der talrijke direkties
en kommissies zal slechts een kleiner aantal
direkties treden, die elk gemiddeld ongeveer
2000 km. te beheeren zullen hebben. Bovendien
zal er een niet onbelangrijke wijziging worden
gebracht in de bevoegdheden der nieuw in te
stellen besturen. In 't bijzonder zal liet reent
van beslissing in tariefaaken alleen aan 't
centraal-bestuur worden toegekend.
De Egyptische kwestie is-geeindigd en ten
genoegen der Mogendheden afgeloopen. De
reikt. Het einde heeft het werk gekroond, wat ] nieuwe firman, waarbij de Khedive wordt aan
gesteld, bevat alles wat de oude inhield.
Het geschil over de grensregeling tusschen
was er tegen omnuLytton, en in hem Disraeli,
te danken voor hun gehoond beleid l
.. Van dezen aziatischen rooftocht zal men nu Griekenland en Turkije zal weldra wér'van
vooreerst niet meer aooren, de afrikaansche zieb, doen spreken. De Porte "benoemde
aoglevert nog stof tot spreken op, doch het schijnt j maals kommissarissen en de mogendheden
dat hij ook weldra van de lijst der parlemen- dringen weder op de behandeling der zaak
handel en fabrieken vergaderde, vroeg de heer
J. C. van Leeuwen het woord, om zijne be
vreemding tiittespreken dat op de agenda voor
de gemeenteraadszitting van aanst. Woensdag
de voordracht stond, nopens het bouwen van.
een nieuwe beur,?,
, Dit verrassend nieuws maakte op de Verga
dering blijkbaar een hoogst onaangenamen in
druk. Verscheidene sprekers verklaarden dat
de Kamer van Koophandel en Fabrieken, het
orgaan van den handel in de eerete plaats,
volstrekt niet over de voorgedragen plannen
was gehoord. _ .
Het is waar de heer Tromp, wethouder voor
publieke werken, ter vergadering aanwezig,
' meende dat, gelijk men hem verzekerd had,
reeds in 1873 de Kanier over het heffen van
een beursgeld was gehoord, De heer Hartzen
bevestigde dit, doch andere leden herin
nerden zich, dat de bedoelde vergadering wel
werd, bijgewoond door de meeste leden van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken, maar
eigentlijk een bijeenkomst van eenige door het
Dag. T Bestuur daartoe uitgenoodigde firma's
was geweest. Weldra bleek uit de diskussie,
dat er zelfs dit jaar nog zulk een gemengde
geheime vergadering was gehouden, maar op
beide, luidde de slotsom, werd wel over het
algemeen hét heffen van beursgeld goedgekeurd,
doch volstrekt geen bepaald plan aan het oor
deel der aanwezigen onderworpen en boven
dien werd de instemming met het heffen van
beursgeld, volkomen afhankelijk gesteld van
een goede, voor den handel gewensclite inrich
ting der te bouwen "beurs.
Dit
aan.
De italiaansche minister van
zaken heeft een nota aan de
taire onderwerpen geschrapt zal worden. De
overwinning blijkt vollediger geweest te zijn,
dan de eerste berichten deden verwachten.
Verscheidene Zul u-legerhoofd en boden hun on
derwerping, aan. Oetawayo trok terug naar een
.schier onbereikbaar oord, doch men tracht hem van deze nota zal waarschijnlijk zijn, de
.sa "te zetten n inmiddels worden andere stam.- mogendheden het bewijs te leveren dat Itali
men opgehitst om hem te bestrijden. Een prijs ook een groote mogendheid is.
was seleer over een PLATT voor (Ie VER
VOL liet beursgebouw was de Kamer
NIET gehoord.
Men mag inderdaad niet zeggen dat onze
Kamer blijken van prikkelbaarheid geeft, als
buitenlandsche (zij zich voorbijgegaan, verwaarloosd acht, dooi
mogendheden het Stedelijk Bestuur.
yan-5000 stuks vee werd op het hoofd van den
dapperen Zulukoning gesteld. Het is niet te
denken, al duurt het.nog eenigen tijd voor de gezet. De zeeslag bij Iquiquëwas niet voldoende
gezonden, nopens de ten uitvoerlegging van Het bouwen van de nieuwe beurs is een zaak.
het traktaat van Berlijn. De p.olitieke strekking; waarin, naar wij gelooven, ieder Amsterdammer
belang stelt; wat er van don Dam worden zal
vraagt, elk burger en. gaat ons allen aan,
Misschien hebben wij een verkeerd begrip
.van hetgeen een gepaste mate van publicitei
inag heeten; maar wij zouden ineenen dat een
gemeentebestuur, hetwelk gereed staat over zulk
De oorlog tusschen Peru en Chili wordt voor
zoover de krachten reiken met woede
voortbestond er zekev niet.
De Kamer scheen zich dan ook te willen
Loen gelden. Wat zij besloten heeft is ons
onbekend, want toen de voorzitter de vraag
stelde of de Kamer zich tot het
gemeentebetuur zou wenden ??stelde hij tegelijk voor,
de kwestie verder in komitégeneraal" te
belandelen. De hamer viel ten teeken dat de
openbare zitting gesloten was en de deuren'
dicht gingen.
Dit laatste voldeed OBS bij uitstek. Welke
gedachte toch zouden wij moeten, voeden van
een Amsterdamsen, kollegie, dat niet het ge
wicht zijner gewichtigste beraadslagingen over
een zaak die allen aangaat, met den sluier
van liet geheim dekte ? Zoo lang het
neder.andsch bloed van vreemde smetten vrij door
onze aderen vloeit, zullen "wij de zittingen met
gesloten deuren liefhebben. Dat is bijzonder
aeilzaam. voor het behoud van ons prestige.
Want als het publiek eens bemerkte, dat wij
persoonlijke zaken onder de publieke mengden,
waar bleven wij ? Nu bespeurt het daar niets
van!
Wij zijn den heer v. Leeuwen dankbaar, dat
hij in de publieke zitting van de Kamer de
beuïsplarmen heeft ter sprake gebracht.
Wij vinden nu dubbel aanleiding de aandacht
onzer lezert op deze zaak te vestigen. Het [
geldt hier een hoogst belangrijke kwestie.
Zullen wij den Dam tot een sieraad der stad
zien verheffen, door een schoon beursgebouw
tegenover het paleis te stichten of zal men
het Damrak ontwijden en Amsterdam alweder
een van die schoone stadsgezichten ontrooven,
welke een erfenis zijn van de vaderen, die "elke
vreemdeling ons benijdt?
Indien de Kamer van Koophandel haar red
dende hand hier uitstrekte, r?wat zouden wij
haar veel vergeven!
Naar aanleiding van het bericht dat er voor
eerst ' van een groot Badhuis te Ymuiden,
moeielijk sprake kan zijn, omdat over den
grond een proces aanhangig is, verneemt het
Vaderland, dat de heer Bert Brouwer bij het
ontwerpen zijner plannen juist de gronden,
waarover het proces loopt, buiten rekening
heeft gelaten om in de uitvoering van het
project door niets te worden belemmerd.
Mea mocht niet anders van den Heer Brou
wer vermoeden, maar juist is het te betwijfe
len of
iets
de toegang tot het zeestrand voor de bedoelde
achtergelegen gronden niet breeder is dan 25
meter. Een badhuis dat niet aan zee ligt, zal
zeker nog wel eenigen tijd op zich laten
wachten.
er voor de beslissing van dat proces
van een groot badhuis zal komen, daar
Het Nederlandsch Tooneel voerde verleden
in den nieuwen schouwburg: A. van
Lier: Dokter Klïras van l'Arroiige, vertaald
door den beer J. H. Rössing, op.
' Het stuk, dat de bekeeiïng van een
bonvivant, een jongen baron, die met de dochter
van een ryk juwelier is getrouwd, ? tot een
werkzaam landedelman bevat, kan niet geteld
worden onder de blijspelen, die om de voor
treffelijkheid hunner samenstelling, of descherpte
van karakterteekeniug, zich een blijvenden
naam verzekeren, - '
,jDr. Klaus" is uit een oogpunt van kompo
sitie, zeker een van de zwakste
voortbreng? ! selen, die men zich denken kan. Het is veeleer
De Amsterdamsche Zwemcluh, die welhaast > een samenvoeging van allerlei tooneeltjes, dan
haar tienjarig bestaan zal herdenken, stelt zich \ een tooneelstuk, en de persoon, aan wie het
ten doel de zwemkunst zooveel mogelijk te l zijn naam ontleent, treedt veel te weinig op
bevorderen. Ter bereiking van dit doel houdt
zij bijna regelmatig jaarlyksche
zwemwedsfcrijden, en verstrekt onderricht in het zwemmen
aan minvermogenden.
Vroeger voorzag zij in dit laatste deel harer
taak door aan de bestaande partikuliere
Zweminrichting een zeker getal jongens kosteloos
voorgrond, OÏQ. recht op zooveel eer te
kunnen doen gelden.
Doch Dr. Klaus" al is de Dr. zelf niet.
bijsonder geestig voldoet het publiek zeer
goed. Het blijspel biedt een aantal tooneeltjes
aan, die op zichzelf beschouwd, geer aardig
zijn en den lachlust in hooge mate wekken.
hij wat al te weinig belang ia hetgeen niet
met geldverdienen in verband stond; maar
.dat was immers het gevolg van zijn werkzaam
'leven: zijn eerlijkheid, verstand en goede trouw
waren in Etienns's oog altijd ongesehonden
gebleven.
De woorden van den boer op den Varenherg
hadden aas die- kinderlijke bewondering den
eersten slag toegebracht, en 't was een ge
voelige slag geweest: Honderden Her in't
?rond hebt gij op zwart zaad gezet!" die woor
den klonken hem gedurig in de ooren. En zijn
vader had niets geantwoord. ??Was er iets
waars in die beschuldiging? Was 't -onrecht
vaardig' verkregen goed, waarvan hij leefde'?
't Was een vreeselijke verdenkiog, en Etienne
voelde dat nij geen rust zou hebben voor dat
, die. martelende twijfel was opgeheven.
Aan .wien. zou'Mj. inlichting vragen? Aan
zijn vader ? "Daar was geen- denken aan. Bij
liet eerste woord zou deze hem het zwijgen
opleggen. En Mme Maugars die geloofde
natuurlijk ook aan de onkreukbare eerlijkheid
Yan het hoofd des huizes, en die overtuiging
wilde Etienne niet schokken, 't Was al erg genoeg
dat de twijfel in zijn ziel was binnengeslopen.
Al zoekende naar de oplossing van het droe
vig raadsel,, hermuerde hij zich enkele
bijzon? derheden van het bruiloftsfeest: de wantrou
wende blikken van de boeren, de plotseling
afgebroken gesprekken, de wenken die zij el
kander gaven, zoodra hij in hun nabijheid
kwam; hij .bracht al de opmerkingen in ver
band met den vreemden tegenzin van Therèse
Desroches, en vroeg zich met een gevoel van
epe vernedering- af, of zij misschien ook al
iets gehoord zou hebben van de geruchten,
door Jacquet verspreid.
Ongetwijfeld, de roenschen te Brenil moesten
er iets van weten, en in weerwil van zijn
vereeiïtig voor M. Maugars zou Célestin ook wel
van die lasterpraatjes gehoord hebben.
Want lasterpraatjes waren het, dat bleef Etieune
gelooven, en zijn vader moest ze kunnen te
genspreken. Het plan om Célestin te onder
vragen kwam eensklaps in hem op en bij be
sloot om het nog dienselfden dag ten uitvoer
te brengen. Hij stond op en keek naar. de
pendule. Drie uur.. Het feest te Breuil zou
nog den .heelea avond duren en hij had dus
nog tijd genoeg. Hij dompelde zijn hoofd in
een kom niet frisch water, verkleedde zich,
zei toen aan zijn moeder dat hij bij nader in
zien besloten had om zijn rol van bruidsjon
ker tot liet einde toe vol te houden, enkeerde
toen de grootste hitte voorbij was, naar de
Haverkamp terug.
Langzaam en in droeve gepeinzen verdiept,
vervolgde hij -den weg, dien ht} den vorigen
dag -in zulk een gelukkige stemming had af
gelegd, en 't was acht uur toen hij op de
boerderij aankwam. De zon ging ^vuurrood
onder en spiegelde zich in de heldere glas
ruiten; hij trad het huis binnen, verbaasd over
de stilte, en vond in de groote kamer niemand
dan de boerin en een paar meiden, die de tafel
weer in orde maakten.
.?Kijk! riep moeder Bardine toen zij Etienne
gewaar werd, zijt. gij daar toch nog, M.
Maugars! Célestin vreesde al dat ge niet
meer komen zoudt. Hij is met de jongelui
kreeften gaan visspnen in de rivier, en heeft
mij verzocht u den weg ' te wijzen als .gij 't
goed vondt. Wilfc ge mij'volgen?
Een minuut of wat ging zij hem voor door
de boomgaarden, tot zij Itenr een smal voetpad
wees dat lange den. Keuvel naar beneden voerde.
Etienne volgde liet klipgeitenpaadje, en be
vond zich weldra, aan den oever der Oharente,
die door de ondergaande zon met rozeroode
tinten overgoten werd, en al spoedig kreeg
liij de kreeftenvisschers in, net gezicht. De
avondwind voerde hun vroolijk gezang ver
over het. water, en tusschen de "hoornen door
zag hij de jonge paren in 't rond dansen op
de wijs van een oud Poitevinsch deuntje:
In de lente nestjes
bouwenDoen de vogels en doen wij,
Ja, doen wij!
.En de beurt om 't eerst te trouwen,
Is aan mij!
Ja, aan mij l .
Midden in den kring onderscheidde hij Ket
witte kleedje van Mlle Desroches, dat helder
afstak tegen de groene weide, tusschen al de
bonte hoerinnepakjes. Bij het hek, dat de weide
afsloot zette hij zich een oogenhlik neder, en
nu hij Célestin daar voor zich gag, vreesde
hij voor de inlichtingen, die deze hem misschien
geven zou. Hoe, indien zijn droevige twijfel
eens zekerheid werd! Hy benijdde de on
schuldige en onbezorgde -vroolijkheid dier jonge
boeren, en zou op dat oogenhlik gaarne zijn
lot tegen het hunne geruild hebben.
Luide kretea van dansers stoorden hem in
zijn overdenkingen, en hij gag hen naar den
rivierkant ijlen om de kreeften op te halen,
en naar huis terug te keeren.
Nu was het tijd om Oëlestïn aan te spreken;
met een kloppend hart sprong Etienne over
het b.ek, het bruidspaar te gemoet, dat aan
het hoofd van den .optocht liep. Zoodra de
jonge man hem in het oog kreeg, riep hij ver
heugd; . Welj dat is goed, mijnheer Etienne,
dat ge nog gekomen zijt, en juist bij tijds voor
het avondeten! Wij hebben heerlijke kreeften
gevangen,^ en moeder Bardine heeft slag van
het koken. Daarop keerde hij zich tot de gas
ten, Z^jn al de netten opgehaald?
Een ontbreekt nog, riep een knaap waarin
Etieune den eeuwigen Jouset herkende... Mme
Desroeb.es heeft het uitgezet, en zij kent da
plek, zij is het gaan halen... Ik heb wel lust
om. haar te gaan helpen.
Neen, blijf gij nu eens hier, Jouset, a-iep
Oélestin met'én zekere waardigheid; gij draait
altijd om Mlle Therèse heen, en dat zou haar
wel eens kunnen gaan vervelen. Ik zal haar
wel even helpen... of nog beter, ging hij zacht
tegen Etienne gewend voort... doe gij het
mijnneer Etienne, toon haar dat gij niet boos op
haar zijt. Ik heb haar van morgen eens flink
onderhanden genomen, en zij heeft spijt over
haar gedrag van gisteren. Vooruit, kinderen!
M. Maugars en Mlle Desroches zullen ons
volgen.
De paren verwijderden zich en Etienne volgde
het riviertje dat zich in allerlei bochten langa
de weilanden kronkelde, en op eenigen afstand
een klein groea eilandje gevormd had. Weldra
zag hij het witte kleedje tusschen het
elzenhout schemeren, en hij merkte dat het jonge
meisje nog altijd te vergeefs naar haar kreef
ten zocht. Plotseling bleef zij staan, en trachtte
in 't halfdonker te ontdekken, wie men naar
achterna zond; aan gang en houding scheen
zij Etienne te herkennen; zi) zette Ket ten
minste op een loopen, .en verborg zich half
achter een heuveltje in het weiland. Maar
Etienne liet zich zoo niet beetnemen; hij nam
een korteren weg en was haar weldra op
zijde.
Vergeef mij dat.ik 't u lastig maak, zei
hij, maar ik heb order gekregen om u te hel
pen, en u met de kreeften naar de Haverkamp
terug te brengen,
Geef u geen moeite, M. Maugars, stamelde
zij; ik weet nu waar ik ze vinden kan; mijn
aet staat bij het eilandje en ik zal het gaan
halen.
Opheteilandje? Maarisliierdaneen schuit?
Neen, geen schuit maar een bruggetje;
maak u maar niet bezorgd. Toen Etienne
naderbij was gekomen/ zag hij dat het eilandje
door- een omgevallen boom met den oever ver
bonden was. Deze zeer onvoldoende brug lag
bijna vlak op het water, dat bier "vrij diep en
snelvlietend was; een elzentak aan weerskan
ten atia een paaltje bevestigd diende voor
leuning. ,
Gij zult u daar toch niet op wagen, hoop
ik, ,zeïEtienne; pas op, ge zult uitglijden, ea
een minder aangenaam bad nemen als gij het
doet.
Zij had haar japon opgenomen, en zonder
naar gijn raad te luisteren stapte zij op bet
glibberige bruggetje.
Etienne was niet gestemd tot praatjes maken;
hij haalde de schouders op, en bleef het kop
pige jonge meisje met de oogen volgen. Bijna
had zij de overzijde bereikt, toen hij eensklaps
plof! .en een val in het water hoorde. In een
oogwenk was Etienne aan den overkant van
de brug-, en daar zat Mlle Desroches zich
krampachtig vastklemmende aan de zwakke
leuning, terwijl haar beenen en rokken in het
water hingen. Zij begon zenuwachtig te lachen.
De jonge man greep haar bij den arm, hielp
haar opstaan en aette haar veilig maar druip-"
nat op het eilandje aan wal.