De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 9 november pagina 3

9 november 1879 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

den dood van Rachel m Ifeeurspeï debuteerde. Dit "was een verrnekT ïk dat concert belangrijk, daar "het m de eerste schitteresde itrfh-unientatiè. De buitengewone # ?;? ??_ ?? A? j??j ,,;,? -P??I,?] {* plaats eètte symphoïïïe Van den geflialèh'ifraït- kundigheid va-n Bei'Köz inhetTbehandeïenderör<D^h (in *>*-ïïr\-fr^fi/Vft>.-4" TJlrirt Jirt« ÜKJ..TV ^ _ / ij^T, 1ÖA*> iu^i^Ji^t-^i^fc-i. ^__ i _ j_ .^.. ..1* ~\ .. f* l l (den schouwburg waar nog de klank van haar schen cotnpönisi Sector BèrKoz (geb. niet verdoofd was. Geofges B'Hejlïi in i ge«t. 1*^69) bevatte. Msn heeft dezen toonaijn Journal ihültoe dé la Gofnédie fïctn^ai&e bericht dat Agar niét gelukkig was m haar debuut. Er is reden oin aan de Waarheid ^Ijttér woorden te twijfelen. En Th. Gïtothier en -Jules Janin, meesters der kritische pen, wel licht sóndér weerga, hebben het optred'eli deijonge tragédiehnè met geestdrift begroet. Hunnen getuigenissen hier eeïi plaats in te ruimen zou te omslachtig zijb. Na Phêdre doorliep Agar spoedig het f epef toiie der klassieken, althans dat gedeelte ei van hetwelk door de Comidie gegeven werd. In 1865 verbond zij zich Weder aan l'Odéon. Yoor de hoofdrol, Cathafma de Médicis, ia een nieuw stuk had men 'haai- aldaar begeerd en tot 1889 toe bleef zij h<et «taplöoi der eefsV rollen vervullen, achtereenvolgens in verschil' kestinstramenteü, moet vooral in deze finale be wonderd worden, flet zou te veel worden,'wafidiöhtëf wel éetfs ?den Franschen Beethoven" neer wïj alle in dit opzicht belangrijke gedeelgenoemd. In hoeVeife hij dezen efcrvojlen bij- ten wilden aanstippen; ook zott eenöergelïjfee naam verdient, i& hier de plaats met te onder- analyse beter passen voor teetrfe instromentatieKóekëh; maar wel kan men met zekerheid cursus, dan roor een weekbladartikel, van hetzeggen, (M, Berlioz als componist tUh instrtt- Welk men in den regel alleen vel langt, dat er mentale muziek door geen zijneï landgenöoteü m te lezen staat, ?hoe het geweest h." En op ov«itrö!Fen ïs, en dat vele zijner eompoetftien, cUe viaag, kan Ik antwoorden, dat de uitvoezoowel Wat vinding als bewerking aangaat, ïïng der syüiphome van Beilioz in alle op^ichgtinstig afsteken bij de meeste instrumentale ten hoogst veidienstelïjk tang genoemd woiwfeiken, die nu lïeethoVen in ï)uitschland en den; zij^s door het Paik-orkest nauwkeurig aït'der'e landen gefabriceerd zijn. Berïioa was bestudeerd en werd, onder leiding van den een man van ze'er groot muzikaal talèïi't en, heer Stumpff flrnk ten gehoore gebracht. De gelijk Uit zjghe Werken blijkt, van zeer groote heer Kes droeg de oorspronkelijk voor Pagahlüzikale kennis. De studie zijner geliefde nini bestemde solo met talent Vooï. meestert, Glück, Beethoven en "\Veber, had Nemen wij nu afbcheid van Harold, om nog aan zijn talent èene lichting gegeven, zefer een korten Mik op het ovenge gedeelte van afwijkend van die, welke nagenoeg alle andere hét programma te werpen. Saint Saens, ook lende jmiiji>ehe schouwburgen. O. a. drPeg zij fians'che componisten ingeslagen hadden. Maar een Franschmin -\an talent, ofschoon ïiiet er veel toe bij om ie Passant Van Coppée-êfen grooteü opgang te bezorgen. H&ar 'Wederoptreden (1869) in het Huls van Molière Vas zeer gelukkig. De rol van Emihe iü ÖlKtoa van Coineïlle weird toet het grootste succes door ~haar gespeeld Onder de'zelfdè töejuial werkte hij naar Duitsche modellen, toch 200 gemaal als Berliöz, lieeft m het voor Hebleef hij Fïanschman in zijn hart; vandaar, talles zoo noodlottige spinnewiel van Öarphale dat zijne cotapö&ftiên, in Bltftschen stïjï ge- een onderwerp voor een muziekstuk gevonden, schreVeh, van dte werken der DürtSche ïneês- dat, tiots eeüige gelijkenis met hét spmlied ters aanmerkelijk verschillen. uit 7)er filmende HolMntfer van Wagner, of Be gymphonie, welke op Tiet bovengemeld misschien juist door die gelijkenis, een aangecfcingen gaf zij achtereenvolgens Oa-mille, £U)7c-'conceA voor de eerste maal ? in onze name compositie is. Men fean evenwel met (les Horace), Pliêdre, Hermione (Andrbmoque). | hoofdstad wel te Verstaan j? ten gelroöre werd ontveinzen dat Lê TouSt <f Omphale min of Dit tijdstip is zonder twijfel het zemth van gebiacht, Was getiteld fLiïrold en Xtalie en meer tot het getiïè ?Taeschr^vendemuziek" behaar talent geweest. Den titel van eerste gecomponeeid m 1834. Het werk ontstond op hooit, welke genre geen redeïi v&n bestaan tragédienne werd zij ten volle waardig ge- ] de volgende wijze. Paganim die zich omstreeks heeft, daar de'muziek taal van het gevoel is gedrongen dan men op een afstand vermag, om symp'hoiiië: $pis&$e d'e la me 'ff-un 'arttëte, ' iOFanfi-è'cl V^fi E'êin-eeke 'voltooiden het ^ te verklaren waarom haar later 'dïea van söcié* : uitvoeren. Be koning der virtuozen wa's óp- .gramma ta'ü ^et . 'eerste . Massiö'ks .cOiieert ïn faire werd oafaouden. 'Een aïtsp-raak der gêtogeö ffï& hot 'Werk van den Jeugdben 'het Pari. 'Als Solist" 'trad tfctfln ^Vöïid fle 'heer' kritiek: De natuur heeft veel geAaan voor de ï'ranscïfffiaïi, 'maakte 'terstond 'kènn'is met'he'm Bosmaüs tfp, -di'e een Tüt'mttüte'nö -violoirceKst nieuwe pensioïmaire uii de rue-rlicheïieu. Het . en veïzo'cht lïem, -een eötiïcefto voor 'aftviot>l toonde "te 'zijïi ^n 'gedeït 'a'an ''hot 'P,ar!k-ior:kest ernstige, doordringende, rïjkgeschakeercle ge-; veor hem, P'aganini, te -'schrijven. ^Bêrlio"z 'gin^ v'êïbon'dè'n ïs. ? ' ? luid bezit de vermogens van aandoenlijke tée- ' aan hetVerV; maarzijne'phantasië overëchreed ,'Wat Öe dTalta'iaschê mti2ïék %ëtïeft,'leveti' derheid en van ontembare Woestheid. De de hem gëfetèMe f>è¥kên, 'en .uit de -solo Yoor wïj Am^teïdamïüers nog steeds van 'ïïe'tgeen. mond schijnt gevormd oin ,den tragischen alt olifecö-ü'd eene 'èympho'oiè iüöt artsülö, die 'ïiöttéfSain en Ben ïïaag bus:bel:Êevön"tescüenItalië bekend is 'ken. 'De kSta-Sti'öphe in de finantaëefe wereld . in fet gaar 'ÏS38 te Rotterdam i's oorzaak gewe^êst, <lafde plïmvalligste der glimLicbjes .verhelderd, dan door ( weder een concert bijgesvoond :had, -op hetwelk \ nen, tot ^opr'ichtmg eener h'opgdtiltsche opera duivelscheu spot ' verwrongen, de alexandrijn de bèüde 'SVmphóniee'n tett 'uitvoer gëbratiM |-aïó!aar - op nieuwe groriMageïi, eeïst het volmoet glijden, met liefelijke 'kalmte, als. een waren, steeg zijöe feewöM^ering v^Pt Beriiöz i gend jaar verwezenlijkt zullen worden ; voor klare beek; of zich uitstorten,1 onbedwingbaar ten top. EEij &chïeef feem den Volgenden, üag : het ' OP'geutïik 'behelpt Tüen zich, te -pördeelen s en woest als een 'bergstr'oom die zich aan het^ een bï'ieïjè 'Van 'dezen 'ïn'hotfd: J,Na,;BeëthbVën|'ria-ar de "op'vUeriag van Be?" 'Wr'èiSchMs in 'het knellen van zijn "boorden ontschemt , . . .'dood is, zbü .alleen 'Berlioz %fem iitiii'nèn d©ëü .Paleis vPor/Völkgvlft 'aMer, Tüët.grööt'eiïdeels Haar gang is fier en vol ma^esteit^.; "haar ^e-, herleven, &n ik fcffb "uwe 'godttelfjfee cPfflposïfete '2reer gebïëfckige krach'tëli. ' " . haar edel, veelzeggend en sober. f ' Igenotën, 'wëlkö^ën 'gëfiiö 'als.'hët^tïWeWaSrdig Be fransöhe opera üït'de'n Sa'ag 'aaarerfteTot 1872 vertoefde -Agar -aan het '"Fhéatre '^is?' 'Bïj "toet 'briefje was teen feaiët/vttn '20,000 j géü is dit ja'ar oneindig 'beter dan .zij - in 'de frangais In het vorige jaar had zich een om- "franken gevoegd, :dat d'e -kirasteïiaa'r 'zijn- 'Jon- laatste jaren geweest! i's. .'Zoo werd deze week d-öör dat gezelschap] in den stadsschouwburg mon sc , alexandrijn meespreken, het schijnt dat tus- 1 onder den titel Barold en schen die bewegelijke lïp.pen, nu door het'be- \ gewoï'den. 'Töeh Paganihi i standigheid voorgedaan waarvan -de -beteeke-;.gen vriend bescheiden aa^btjöÜYöor'zijn plaats nis dikwijls verkeerd is ingezien. ï)e geestige in 'het ?tidöcërt. ?monsieur de l'orchestre van den ï'^ro.geeft; ï>e 'sy'mp'ïiönle, 'die aam Paganih'i %aar ons de naar zijne meening juiste lezing. staan te 'danken 'heeft, 'ïs e'ëïi Werk, 'dat de Gedurende de rampspoedige dagen der Gom- meestëi-h'and -vemadt. 2ij 'behówfc «iet, geïffk mune was Mlle .Agar te Parijs. Eens wilden j velen bewerön^ tol-'het -genre ?b'esdhr'ijveïide muziek'; ïaaafr 'geeft ïn 'tonen .dënïüdriïkwee'r, de bloeddorstige 'hoofden der revolutionaire regeeiing een concert doen geven. De administrateur gênéral der'Cömedie werd aangeschreven eenige zijher pensionnaires be schikbaar te stellen. 'M. ïhierry verzpchtMIle dien 'CMl'êe Byrons 'alhier' -~ejRi G-ttittaime Teil .gegeven. OpVO'êriïig"-van Aan géede zangers Öütbrak bet niet. Vltatfs {AtnoïS}, De Vries ïe da mes Arnaud (Jemmy) en Laville:Ferminet zij allen verVuldê"n hunne rollen met 'gfopt talent en -zongen hoogst verdienstelijk, en wel tepaaldelïjk 'de vierde zang Van dat i daargelaten, dat sommigen zich nu en dan'te gedio%t, óp >èen cöEapöïii&t :gemaakt 'iteëft. buiten gingen aan Vibrato,^een fout, die men Tot.fetet weergeven van 'dergelijkeindrukken bij vele fransche .zanger,s, vooral bij de bassen, Agar de reemvolle instelling waaraan zij ver- is de iiöUziêlc, zonder 'zic'%ze;lve geweld aau t6 ;-vsak aantreft. De bekendë".'|ïÏQï- Quand l'Hetbonden was te redden dóórhare-medeWerkl'ng ' doen, ^olköïoen ïn'staÈtt'; 'althans 'Wanneer het j vétie _e'st ®w VÜamp de éitpffiice, van Arnold, te verleenen. Dit'deed zij; de onbeschofte volks- éën ?gMïeht beti-ert als Harotö, een kiad !d:er ? Teil ^en Halter, werd -öftbuAdig. toegejuicht en hoop die haar in de Tailer-ies omringde eischte verbeBM'ïügi inëér 'een Haam, dan een held. ;-zeldem hoorde ik dit.in vèfe öp'zichteïiïnoeÜijk de Marseittaise. 'Zij 'weigerde en eenige dagen Lord Byron ''gë'brüikte 'dien ffios&i slechts al's ' tiïuziek'stak' beter 'uitvoeren. ' daarna liet Tiaar "de Commune 'in de gevange- een dMad, om 4«ft lezer en den dichter zelven j Yitaux Is "öfeü têHöor, die 'voor ' het ThéStre francais oiider pamid- van de zoogenaamde wereldsche vermaken, zijn ;kra"cht eii helderheid. Niet'minder te roemen: deJUjfcen invloed der rege'ericg staat ? W -3it ^geboorteland 'relaat, -&ö Bereid door-reist én ig de .heef- De Vries, die zoowel, wat zang als heeft meeimalen Mlle Agar in haar 'loopbaan .'hetgeen 'Mj -ziet,' geVöe'lt of denkt, bezingt.. De spel ^betreft, de titelrol ïaöt- groot talent -vergeschaad. . . . ,'rol nu, .'die, in het gedicht, H^rold'tegeüover|Yïflde. De'koren waren beter'dan'in:vroegere De reden die haar in' ISfö "bewoog'de 'Co- £e hem 'öïöiing'ënde ïïatWur-'en &e'm.oïïümeïi-' jaren-eii het orkest, thans versterkt^met Wp; mèdie voor een reis door de .provinciën te ver- ten vöa^Italie's -grootheid vervalt, 'is in de 'êB eng'&lschenhoorn, werkteVéï'diensteiijkËQede. laten zal ik niet'wagen aan'te geven. Ö'f zij sy'mphónie -aan de altviool toebedeeld. De 'Summa summaram: 'de &aïïsche<'opera lasn, echter eïokel. ?avide "de nouveau-s trio'inphes" partij, dre Ueïflïo* 'voor de 'alt «chreef, ïs 'niet wanneer de volgende -froor'steïlmgen met evenwa&, komt mij twijfelachtig voor. . ? [ galleen volkomen ,ïn övereens'fteitiming'met het veel zorg ^vo-örVereid zijn als deze,'onspttbliek De rol van'Ma.d. Bernard had de. schrijver ' ernstige"en ^klagende, dat dit instrument:bijzooi- dö^en .-winter mënigen aHngeïtsmen a-vönd*vervan 'les 3?ourclta/nïï>otilt bestemd Voor 'Mad. der eigen is, --maar öök-ïoet het karakter. van 'schaffen. '.'"?."."? . , , Guyon. Doch 'de "dood dezer Verdienste- '.het ge'diéht. . - " -^^^ Ijjke artiste belette 'de uitvoering 'van1 'De symphönie 'is'Verbeeld'in vier afd*eelïn- 'Maaiïdag,'den'lOdén November, Sal'er-eene'. dit plan. Toen.lieten -én 'M. Aügiër én de gen; $e -eerste 'druagt :tót opschrift: Stirólft 'Soiree Miïsicale 'gegeven 'worden in het lokaal admmisft'ateffr M. ^Përrin bet oog Vallés pp 'Uux fttff?itti$fy,ës;'offertes '^e-'Vnêldtntolie, ÏÏe &öM-;-0'déon; ldöor ^éj. Jaeoba. 'Broèkmaa, (zx&g) Agar. Reeds "hét Vorige; jaar was er sprake 'keitr 'èï fe jöie len bestaat"uit '8en Adagio, ge-1 met ffiede^er^in'g;vaii de B.H/Li3uiséchmidt, geweest haar weder ',te verbinden, maar-nu völgd 'door'een -Mlegrö'. Uit e'ên kort ^a#o der '-piano, Charles Yeuth, uit'-PaTijs (Yiödl) "en'K. werden de onderhandelingen spoedig tot een stiijkmstrWïttentën^on'fewikkeltzichgënifiguur.-llïe P. Wedemeijer (Viülöttceï). Het prograïnmagelukkig einde gebracht. Over lEtne'Bernar.d tot ^bëgèleiatog dient 'van lïet hoofdthema, bestaat uit1: ? - : wa% maar één stem: de pers-.en'het,publiek erfet Jéöör Öe 'hotit®n blaasinstfume-nten, in | '1. -Sonate 'D dtiï op'lg/Atftón'ïlubinstein, juichten om strijdbaar wederqp'trëden 'toe. de toóasoörli - eter kleine ^erts, la'ter dbt>r 'de '2. .Con'cert : Aria, 'G. A. "Hëin2e, 3. 'Suite ÏÏ De rol van Mme Dupuis in Jièt 'hier te lande -a^t, oi»spödld door ^aTp^figufen, in "die der T^lude, 'ïtomantie, Btöleggtie '(Viool), F. Eies, gunstig bekende stukje van Feuiïlet: 'Je 'ÏÏtil®ge "groote. terts, aangeheven, ïïet thema van het 4. :a ?'Ergöudon/b. 'Tamhourin, 'J.ïtaï/Ö/fn'trbspeelde zij met evenveel succes:- ' --tölgeüae Allegro is 'zeer lieMij%-'eneetfVöUdrg: au'ction & AM-antè,? L H. 'Lübe-ck,.';6. a -'Gelb. Vooral na hare l'ïjO voorstellingen' van'Mme 'net is 'iafeeSterïijk .bg^erkt., in'Otiderdeelen- vér- röllt 'mir -2u "Tttssen,- Antoti Eïtbiasteïn, b !Ër,; Bernaid mag het rWselacbtig'heeten dat in 'deèld 'en, ?'öï'ët behulp fe thematische kunst, der herrlichste 'von Allen, Rl'.Schümaim, c'Murde plaats van GuVors niet, Hüe Agar maar de tot '«en breed muziekstuk ontwikkeld. De melndes Lüftch^n, JenS(ïn, 7. ^'Gavptte, Bach, jeugdige soubrette. Samory tot sociétaire ge- sdlo-a'lt ?vervult 'hier 'n&tiïurlijk «en !geheel an- b Mazufka, Bülöw, 8. a^fepiüance,'Bivori, "b kozen werd. Dit geschiedde deri '3Q December ^ere rol dan in een, 'met het- oog op de tec'h- Beï-ceuse, Hauser, 9. Serenade f(;Piano en Yiö1878. ' "fiische 'bed^evë'n-beid 'V&ti 'den Söltit geschreven, lonce}), 'Braga. Sedert dat tijdstip en ook .reeds vroeger bravöuïstuk; zij treedt 'üneer. op den achter- ' ' ^ . hebben de kUnstreizen van Agar-zich niet tot- 'g/önd, bepaalt zich'tot het zingen van enkele Donderdag, den itsten''November, zal het de'grenzen van haar vaderland bepaald.' 'In phrases, -oï wel tot begeleiding eener in het g33te GÊOOT INSTEUMENTAAL-CONGEET van'Caecilia de voornaamste steden van Nederland is zij orkest optredende 'melodie, en schijnt's toon- in den Stadsschouwburg gegsven; worden waar met zeer veel bijval herhaaldelijk verschenen, dichters gemoedsaandoeningen-en zijn indruk foj zullen uitgevoerd worden: Ouverture:EuryWij Hollanders, die ver staan van.de Parij- Van. de hem omrhigen'de natuur te vertolken. anthe van C. M. von Weber; Sycaphonie in "De bewerking der geheele eerste öfdeeling is G. Mol van W. A. Mozart en Suite (scènes .zoodoende in alle opzichten keurig en de instrumentatie pittoresques van J. 'Massenet (Eerste uïtvoe' ThéoplnJe zoo 'uitstëkehd, als 'men van een, op dat gebied' ring)' Rymphonie no. 3 ?Eroica van ,L. van j nog niet overtroffen meester mocht verwach- Beethoven. De laatste algemeene repetitie wordt ten. De 'tweede afdeeling, g&titeld: Marche Dmsdag 18 November des namiddags ten l ure 'des ''pélérins, is -een van &e 'Stukken van in de parfczaal .gehouden. iBërliöz, ~welke pp alle "concerten furore maken, Onder -klokgelui,' eigenaardig nagebootst door de lage tonen c-G' der hoorns en &'-&" van de harp, naderen 'de 'pelgrims en zingen hun avondlied. Edel is de 'melodie, edel de har monie dezer marsch, die de nuances p$p-pp?p-mf-f en terug doorloopt en in een fluisterend pianissimo eindigt. Het derde gedeelte, getiteld: Serenade d\tn'montagna^d-des A~brui$ges a sa maUrestfe, is een scherzo met zeer pikante rhythmus; het midden gedeelte bestaat uit een dialoog tusschen hobo en Enge'lschen hoorn en wordt de helft langzamer gespeeld dan de hoofdzin; op het slot gaan de beide soorten -yan rhythmus samen, hetgeen een eigenaardig effect maakt. Het laatste gedeelte: Orgie des briyands ? Souvenir des scènes précédentes is een stuk scïierp geteekend. onberÈpelïjk plastisch gqn voorgesteld en het is jftist dit, wat Mer ïn het genieën te weiï^cheii ovferluat. Lilith is de hoofdpersoon *n al is zij ala hemelsch wezen meer dan a'ardsdbe vortnèn bevatten kunnen, wij smJlea aan két eiïide van het, gedicht gfkooïeii, haar vooi öogen moeten hebben, ?*? haar werkebjk moetea zien als een gestalte en een karakter welke eeïi oöuftwischbaren indiuk achterlaten. nWier adem zoefc^r is dan lindegeur, HEn by wier glms der talpen, glo^d moet tanen. HBe slaakfe lotus zont ziek iti haïtr ^pra«bt, sKai'cis en roos omteüansea haar de slapen, ?En op een bed van. george violieren jiStiaalt %an haar Tooilioofd zilver «taicreiilickt. «Welk rnsu.w geluk zon 't meat>chehjk kaït deorsfa-oonten, BDat deze bloem de zyae noeaaea mocktl" woidt zij beschreven, ? maar met die beschrijving moeten we dan ook tevreden zijn. Want bij haar optied«n, haar spreken en han delen, aoekt me-n vruchteloos naar die kleüre plastische trekken, dfö het beeld tot Jevend wezen vormen en waardoor de .geniale eposdichters hun helden en heldinnen vooitdmrend met eea -scherpte die caweidig meer heeft, dan de volledigste en sierlijkste feeschrijving. Een eposdichter geeft niet het f>0ftret van zijn held en verhaalt dan verder wat hij sftiak of draed, ? maar onder liet licht van woord en daad, neemt .dat "portret toe in üslaarheid, -daar langaamerhiand de meest me' 'tre&ken "voor ©ns ïets dergelijks kan men op haar kauafcter -ïn 't- eerst foireng-fe &% u iïi den waa>n een éuwe Brömetlients te zuUen voor op iets -êsra en grootss, .als ge t&t fees in f©Hae iefttwbmsie vraètiteloog van ;de sche tooneelwereld,. hebben 'hare verschijning met gee&tdrift begroet en gaven onze instemming te .kennen met -fP. v. iö; 0. Gauthier's ingenomenheid. | 7 Kov. '79. Hoewel bij de voorstellingen 'va JULIA steeds plaats te ^kort ;kömt, 'wenSöht de vereeniging: Hét Kederlandsch Topneel toch voor afwisseling tfrzprgen. 'Maandag a.s. brengt zij de Sprookjes van -de 'Koningin van Navarre ten tooneele, waarin MÊVKOUW -DE YEIES gelegenheid heeft in'al haar ikracht te schit teren. Zaterdag 15 -Hovember >wordt ROMEO 'weer h ervat. '' / sehrikklijk oaheïl zinnend kwam aij welr ? ?Zij .-ziet haar doel, zij -heeft den weg gemeten, San allen gkm'fles hemels afgestaan, O-m zit'h 'op 'aarde aan 'i vnnr der wraak 4e 'koesteren. ÖESTBÏÖBÏi ÏIS 'ÖE STRIJD, SE liAÏ^TE VOÏtt VAN ÖËERÜNJfö BEGRAVEN EH T&IlSTlKï ! . , ,"" ï)jt 'Vföz&n -aal dus m&t ïneer wor d&ëroms vatbaaï Mjn, . ? Èu.j^ist'-;- *ia--een wrsiakzttclitig verhaal «n >een nog wraakzuchtiger vloek ? ? vinden wij niets «uiers 'San deerenis 'b:g haar, ofschoon de laatste '-vótek -van med"edoog«n begraven >en verstikt was. ? ' 'En <'wat we1c-l?e - die deerenis ? . . . Biet leed! van Adam en .Eva-? Bat leed is- nog niet aanwezig. Het 4eakalteen, -dat de zitsterttmi. die Adam en Eva 'verbrnekt, doöï -haar vloek vernietigd nwet worden, maakt hmr -het hart week. De Moe derliefde slaat haar met Mtmacht. Dat men. een eemgszins dukleKjke voorstel ling zou. umi/vangen van de vier raster-a kan niet gezegd ^ in t woud, 'Zit zwijgend, roedoes naax den h'eïo.el starend, 'Op ,'t cpuipi-en kleed Ae z-wsite honger neer. ÜDe dorst .rii3t ^tu^haar zijde, 't somber oog, - "'Gelijk, baïir zuster .strak omhoog gevestigd, ?33n verder aft omgeven door narcissen, 'ïïet blanke lijf op bloemen zaclit gebed, 2yn, hand in hand, de hebzucht ea de heerselizuclït, Van wild verlangen gloeiend, uitgestrekt. HaSr kast. geen sluimer ouit op 't ^it^fv^rt oog, Da£- "aMer donkren -wenkbrauwboog verscholen, ' Uit diepe schaduw snelle vonken 'schiet, -Haar 'woelt de bsete wïffakzuclit dcor H gebeente, ' Gelijk -een ? gift ?&& eeuwig branden bHjft." Daar is iets opmerkelijks in deze "positie-van twee van wild verlaagen gloeiende wezens, die zoo rustig hand 'in hand op h-et bloembed uit gestrekt liggen. Zoo bevonden zij zich in afwachtiBg van ÏJÜith, dienaar den Hemel ge gaan 'was. 'Tóen die terug verscheen, klonk .geen' woord van der zustren bange lippen. Zij hopren 'MiÉifö' wraakzuchtig verhaal aan ?ter wijl onfefetting, vreugde en %airg tegereren" haar 'wa'Bgeïi 'vaal vei'bleïiben ' doen. Dun neemt .de &eersöh2uelxt hfet 'Woord, die vraa'gt' Welk ' %aar aandeel zal zijn in den buit dienJjilith haar voorspiegelt, en afls der zusters 'ge.aatwoordwordt:?Staat.op,hetuur der wraak zal weldra 'slaaüj Yolvoeit mijn wil opdat'ik macht 'u sckenke- in: -'eeuwigheid "en Over al'watJeeft.1*' ^ ? ? 'toeekt nit 'alfer mond een jubelki-eet, Die"-"*t-iaïi<dfij'k aiddren doet, en 't Stairrenlterr Aan ''s ."kerneis- -transen Senozen." Na deaé 'dpordiingenden 'kreet ontmoeten wij het' vieft4l:ïio'g : eens weder, als het nl. Adam en E^a gelukkig ziende asfar Lilith's rust plaats 'henen -ijlt en zich zwijgend aan haar voeten 'neerwe^pt, ?de wange-n rood van razernij' en sefeaanite, 'de ^rotsche blikken bloode (?) omlaag gericht." Doóh verder dost Heerschzucht alleen het werk. 'Lilith drukt Eva, haar kind, aan haar hart^ en dan komt de booae: ?En.aïa de hetirsthzacht Eva's lokken grijpend, i 'Het blonde kind van JJüith's boezem sleurt, ? 'Is 't fiere hoofd haar op 3e borst gezonken "En 'tfdllBn -fle ^arnréTX ökp 'Heer langs 'ÜiïSx lijC" ' h-iar {Eva) zal eens des levens angst benauw en, ?Het zacht blauw oog van tranen glanzen doen ,?En als die tranen tot een zilten stroom, ?ÏDie stroom, de Jiecïfiste cfammeu doorgebcoi.cn, ?ïs aangewassen tot een wilde .zee, ,?Wker golven al nat leeft 3e lenden zweepen, ?Totdat de sterkste rag zich weerloos kromt, ?(Oni m dien Oceaan zijn graf te vinden ...... P Het beeld van de .zee "toegepast op vergoten ;ranen is hier zeker te ver dooi gevoerd. Men ïan spreken van ?«en zee van tiaaieai,'" omdat ?de zee" daar nfet plastisch -wordt voorgesteld en men daarbij slechts denkt mn één eigen schap -van den Oceaan. Een zee van tranen tt Keer veel, ontelbaar veel tranea. Doch als »«n gaat -spïteken van dijken jof , T-an -golven cKe de lenden enz. groeit het beeld uit zijn Jo-aehit. ?NiiOTum -nioeet,." Mien bemerkt dat nooit ipoediger dan m poëaie. Aan hetzelfde woord, ' Scboon op Andere wys, doet ons (pag. 33) jde volgende verzekering van Lilith denken, \ ?Wanneer 'de 'zoon den ijader heeft gevonden, Zijn Doelloos werk door-groad, z^a 'Wil gepeild, Ban beve hij, die Xiiith wakker kiste, Die uit hei niet- een merald op deed staan! "Want elke zucht aan .menscheibborst ontweld .ZaH als een vloek van de .aard' ten hemel rijzen, TDsn donderslag gelijk zija troon doen wanklen T«tdat de kroon op 't machtig voorhoofd siddert, Aan Lilith'sxvoet zyy schepter nedervalt, En hij, Jehova, om genade smeekt l" Een aeer belangrijk concert werd Woensdag 23 October jl. in het Park alhier gegever. Tooral >met het oog op het programma noem T0i g^hoone melodieën, pikante harmonieën, en -II. Hoe fraai de verzen zijn, waaruit' dit gedicht is samengesteld, als EPOS, staat hét o. i. niet hoog. Aan het epos toch zal men tot eisch mogen steden dat de personen en handelingen, Nu .is de Heerschzucht van nature een '. klant. De voorstelling kan jui&t aiju. "Weheb?ben ons echter ufgewaagd df in 'het Paradijs lichamelijke pijn niet bestond. Doch we heria'nerden ons dat op bladz. 14 werd medegedeeld, hoe Adam, toen een scherpe doorn hem diep iu het vleescb drong, de hand terugtrok. 'Het schijnt dus dat we bij Eva niet op zulk een > ongevoeligheid mogen Tekenen, 'als 'voorst ?vervolg van ,'het gedióbt "wensehelijk is. Want inderdaad, wij begrijpen ..volstrekt ."niet hoe het mogelijk 'w-ae, dat dit paradijskind hetwelk in Lilith haar moeder herkende, die haar tegen Heerschzucht verdedigde, haar moe der, 'die haar arm immer vaster oïo. Eva's zachte I-eden sloot ? lust laan geweten naar een dn?velm te luisteren, die haar bij de haren van Lifith's baezern^sleorde. Dat toch moest zooveel wantrouwen wekfeea, dat zij volstrekt niets ?m-et de booze <te TBaken wilde Saebben. Op de kenceptie Fan dit epos, dat een. jlerisbeschoiiiwi'ng wil geven, kunnen o* i. ge gronde aanmerkingen gemaakt worden; op (Je schoooïheM d^a- veraen, wasrin de diebier zgn, gedachte aftspreekt echèer geer weinige. LiliÜi artt m dit opaiehtzBerheog. Het streeft naar t volmaakte en nadert dit op zeldeame wgs. Deze verzen -zyn tet paradijs waardig. Ais Lilith zelf zijn ze aan -zonnegloed verwant. 2aj EÏjia, zacht en rein en waseinen zoete geuren ah de bloeimen urtEdeas hof. Zelfs daar waar HeHkmgen lijzen laa-t de keas fier woordea nJets te wemcben over. Lfllith's profetae moet men misschien noctisch oogpunt afkeuren: tmea 101, Tveet dat dit geschieden zal als ?op ^aard in de eeuwigheid der eeuwen ;ot mdllioeiaen 't menschdom is vermeerd" ? dan is de uitwerking van een <lier mülioeneiji .uchten, die als «een donderslag Grods troon doet wankelen ? "zoo enorm reeds, dat zij voor een wereld van ?ellende plaats laat. Doch Jjihth is te schooni dan dat enkele uit drukkingen een schadu-w ^er op zoudein kunnen \verpen, die onfc hmdert. Ten slotte geven wij onzen lezers de volgende proeve ; ?Zoo spreekt ze en ijlt den nieuwen, morgen tegen, Die "blozend dan den horizont verrrjst. De storm ontwaakt, en heft van woede brullend Haar op zijn wieken hoog ten hemel op Zij zweept hem voort, en gierend jaagt hij henen, De bosschen Tilt, de lange vlakten door, 'De ceder 2wiej.it1 en zacht en valt ter aarile ''t Gesteente baeft en splijt en stort ineen. ( De bergstroom strhuimt en nit d«s afgronds kaken Stijgt dwarlend heete damp naar 't zwerk omhoog : Daar pakt hij saam en smeedt om Xïlïth's slapen Een ?zwarte Joroon, waarin de bliksansiralen Als bleeke opaten OHheilspeEfcnd glanzen. Het zoalidit kwrjnt, de ?sehnwe nacht keert we'der, Doodai^st waart rend door 't jeugdig paradijs. Doch Maja's oog blij Ut soasber vaar zïrh ^teren Wie had met Lilith deerenïs gevoeld !> ontvlied mij vrij, isnelvoetïge antilope, Zwrjg siddcend stJ., layn teedre nachtegaal, Brul uit uw toorn, gebelgde vorst der wouden I Straks hebt ge ootmoe'dig 't fiere hoofd gebogen, Mijn lof doen galmen over "berg en dal, En zonder vreezen Lilïtn's hand gekust. "Want om uw hals eineed ik de laatste schakel, -Die al wat leeft Voor eenwig mij verbindé. tfaagt, felle blDcsents, spreidt 'uw schrik in 'tïond,' Rol, donder, ïól door 't wflSe wolkgewem-el, Doe met bamiageaehal 'oer wereld konde, "Dat <alles buigt vooï LïliÉh's ofperma'eM !" of 'die tfeine w&en, waarin Adam en Eva te '? aamen spreken als Lilith de laatste roept :t w"Wie raept Mij, breedetT' fluistei-t Eva siddieud, «Blijft rustig, liere 'zaster, 't ïs de wind, -Die door 't gebladert van den ceder suizelt." ?Eva, I5va, Maar Bogmaala kïinit net "Waar zijt ge?" ?Broeder, trouwe broeder, neen, 't Is niet de wind, die door 't gekladert suizelt, 'Ik ken die stem, zij noemde me eens haar kind." jjBHjf rut>tig, liefste mijn, het is de slang, ?Die sissend door 't geboomte henenschuifelt " mate klinüt "het, 'smeekend "thans : ?Mijn kin3, 'waar zift ge?" eu uit baars btoedets'aTni \Kyst ^ÏÏva'op, «n antwoordt : , 'Mét." 'Wie sin ©üze üetteskonde dit gedicht'miét .belang stelt laat Eerstdaags aal in Engeland van de -hand des heeren Creddes een werk over Jan de Wit het licht zien. Se heer Martinus Nijhoff te 's Gravenhage zal voor ons land een engelsche uitgaaf bezorgen. Z£jn wij goed ingelicht, dan\ wordt genoemd geschrift, waarvan o^/er circa anderhalf, jaar het,tweede deel zal verschijnen, ,döor den heer van Deventer in het Hollandsen yertaald. Tevens wordt tegen het einde van> < dit jaar een boek in ttwee^deelen over hetzelfde onderwerp te gemoet 'gezien, waarvan. de franschmau iA.. Lefèvre?Pontalïs de auteur"is.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl