De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1879 16 november pagina 2

16 november 1879 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE EO K, EEKBLAD VOOR NEBERLA'ND. Aanstaanden Dinsdag hervat de tweede ka mer hare werkzaamheden. De Dagbladen bevatten : ?, Hef Handelsblad: Het Budget voor Oorlog. Veiandeiing der Giondwet. Het Verslag van Hoofdstuk VIII der Staatsbegroofing. (Hars). Nintws v._d. Dag: Onze militaire Marine." Amster d etnische Courant: Het voorloopig Verslag der Eerste Kamer, over het wetsont werp tot bevordering van den. aanvoer van. vrije arbeiders in Suriname. .Ben',laatst woord. Het voorloopig Verslag ? over Hoofdstuk IV der Staatsbegrootmg. Vragen en antwoorden. Buitenlandsche Zaken. , N. Hou. Gourant: Ons geneeskundig Staats toezicht. : Het Vaderland; Het Financie-wezen in Indië. Het voorloopig Verslag. De' Grondslag voor den Smkeraccijns. , . --. Dvgllad van Z.-Ïoll. en 's Grraverihage: Grondwetsherziening. De Ty<l: De Onderwijs vraag en de voorloopige verslagen. Het, stemmen der begroo tingen. ? Nog altijd, en steeds meer, trekt de beurszaak' de aandacht. , Verleden Donderdagavond hield De Maat schappij voor den Werkenden Stand" een bijeen komst, om dit onderwerp te bespreken. Dins dag a. s. zal Burgerplicht er een vergade ring aan wijden, en de dagbladen berichten, dat de heeren den Tex,' van Tienhoven, Schmitz, Smidt van Gelder, en,Herman J. van Lennep zich naar Hamburg begeven hebben, om daarna naar Berlijn en "Weenett te reizen, ten einde de verschillende beürsstélsels .te bestudeeren", De heer Mr. v. d. Kaaij, lid der Tweede Kamer, zou zich bij dat gezelschap hebben gevoegd, om mede zich aan deze studie over te geven. De burgerij zal met ? genoegen dit bericht vernomen hebben. Dat enkele raadsleden met eigen oogen willen zien .hoe elders de belangen van den handel behartigd worden, voor zoover - zij dit niet weten of hier te Amsterdam te weten kunnen komen, is prijzenswaardig. Behalve het beursgebouw en de inrichting daarvan, zal hun in het buitenland zeker nog wel ieti meer onder de oogen komen, dat voor onze gemeente navolging verdient. Reizende raadskomnnWeri kunnen mét een rijken oogst van plannen en indrukken huiswaarts keeren. "Wij wensehen ook dezen raadsleden zulk een - voorrecht tse. -: " Alleen verwondert het ons eenigszins, dat de kommissie, of zoo men .wil, het reisgezelschap, *vpor bet grootste deel bestaat uit neerens die de beurs niet bezoeken, dat er, niet n tech nisch persoon zich onder hen bevindt,'en zelfs de Wethouder voor publieke werken niet voor komt onder hen, die zijn uitgetogen om beur s1 stel&els te bestudeeren". ?? .. - ? Zouden de genoemde beeren, .wier aktivïteit ' wij loven, niet nog beter gedaan hebben als zij zich in plaats van het gezelschap van Mr. v. d. Kaaij. deii alkmaarschen volksvertegen woordiger, verzekerd hadden van de hulp van eenige deskundigen, in ieder geval van een paar personen, dl? geoefende oogen bezitten om juist datgene waar te nemen, waarop bet hier het meest aankomt'? ' De'lezers lan ons blad zullen in het bijvoeg sel van heden twee Béursplannen vinden, door de heeren Muij&ken en de Kruijff vervaardigd. Wij meenden aan het publiek ,een dienst te bewijzen met de ontwerpen van. deze bekwame bouwkundigen openbaar _te maken Men zal nu althans het voordeel hebben, te kunnen spreken over twee ontwerpen, die men gezien heeft, en niet langer gedwongen zijn te rede neeren over een plan, waarvan men alleen weet, dat het een beurs op een bovenverdie ping voorstelt, doch hetwelk overigens totnog toe geheim bleef. '. "Wij achtten het nuttig dat twee plannen op onpartijdige wijs ' naast elkander gesteld wor den. Het eene het Damrak als plaats der stichting nemend'e, het andere met bet oog op een zoo wenschelijke verbetering van het Damplein ontworpen. ? De voor en nadeelen van elk plan uit verschillende oogpunten be schouwd kunnen, alzoo het best in het licht treden. Zonder op dit oogenbhk een vaii beide ontwerpen in bescherming te willen nemen, wagen wij het onze lezers tol een nauwgezette overweging van deze plannen op te wekken en wij vleien ons, dat, mocht al door deze uit gave de kwestie niet opgelost worden, zij al thans zal medewerken om -eenig licht over haar te verspreiden. . Aanst. Woensdag, zal de Ra.ad zitting hou den o. a. ter behandeling van de voordracht, betreffende de Beurs' en de voordracht van B. en W. nopens de opzegging der kóncessie aan- G. de Eruijn & Zonen verleend tot het leggen der gaspijpen door stadstraten, enz, De Vrïfheid oveajiemende wat wij in ons nummer van October over., de benoeming van den heer v. Toorenenbergen tot Hoogleeraar in de geschiedenis van het Christendom schre ven, zegt, dat aij ons antwoord op de vraag: Waarom kon men aan den thans gekozene de voorkeur geven? niet ten vollehbeaamt. . Volgens. De Vrijheid bestond er een an dere reden, dan die wij vermeldden. Zij schrijft: Opmerking verdient het dat v. T. in onder scheiding van de beide andere genomineerden de kerkelijk orthodoxe richting, is toegedaan.,s Zal de theologische faculteit ook. studenten trekken,. die ,:zieh bekwamen willen'voor het predikambt in de Hervormde kerk, dan is het onmisbaar dat kerkelijke lioogïeraren door de Synode worden benoemd. Dit zou reeds ge-! beurd zijn. indien mefi niet stuitte op geldelijk j bezwaar. Weet Amsterdam de noodige fond-j sen aan te wijzen om een of twee hoogleeraren i te bezoldigen, dan zal de Synode niet achter-j blijven en men kan in Amsterdam, even .goed als aan de Kijkshoogescho'en voor het leeraars ambt in de. Hérv. kerk worden opgeleid. Om aan .dit geldelijk bezwaar tegemoet te "komen, vereenigden eenige stadgeiiooten. zich tot eene' commissie, met het .doel;- zooveel geld bijeen te verzamelen, dat hiervoor een paar kerkelijke hoogleeraren ksnnen'wordeh aangesteld. Neemt nu eens,'een oogenblik, aan, dat die commissie zich uitgelaten had lï.are pogingen te zullen staken, indien wel Acquoy en niet van Too renenbergen'gekozen we*-d, n dientengevolge de bloei van de theologische faculteit naar de verre . toekomst verschoven zou worden, dan achten wij een meer voldoende reden tot ver klaring van Mie zonderlinge ^benoeming gevon-^ den'te'hebben." . Het.is natuurlijk volstrekt niet onmogelijk, dat voor enkele raadsleden de reden gegolden heeft die De Vrijheid" vragender wijs uitspreekt. Wij kunnen dat blad echter verzekeren, dat er ook raadsleden, waren, die met zulk een argument voor het wenschelijke der benoe ming van den heer van Toorenenbergen volkor men onbekend gebleven zijn. Maar het is een feit, dat vrienden. der orthodoxie voor de benoeming van den . heer v: T. geijverd hebben met de argumenten, die wij mededeelden. Men zeide niet alleen dat theologische studenten de aka-, demie zouden verlaten, maar men noemde zelfs. hun, getal. Men heeft .gewezen op de voor treffelijkheid van v. Toorenenbergen als een kam pioen tegenover Kuiper. Hóe dwaas zulke argu menten ook waren, vóór de 'raadszitting zijn z gebezigd en zij schijnen,indruk te hebben ge maakt. Ondertusschen is ooknu weer gebleken, dat het gevaar niet denkbeeldig is, waarop sommigen gewezen hebben, toen de gemeente universiteit werd opgericht; dat nl. bij het doen van benoemingen, de belangen der weten schap .door een gemeenteraad gemakkelijker verwaarloosd worden dan door de regeering. Onder het afdrukken, van dit No. ontvangen wij Beschouwingen naar aanleiding der voórdra'eht van Burgemeesner en Wethouders tot het bouwen van een nieuwe, b'eurs te Amsterdam. Door August HenSriclis, lid van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. Amsterdam. Gebr. van Es. 1079". Het bevat een bestrijding van hets plan om op het Damrak een, nieuw beurs gebouw te stichten, en een aanbeveling van de Pijpenmarkt,, als de' meest geschikte plaats om er een tempel voor Mercurius op te richten. Twee sïtualie-kaartjes, het eene betrekking hebbende op' het, ontwerp-Damrak, het andere' op dédoor den Heer endrichs aanbevolen plaats zijn aan. de beschouwingen toegevoegd. welke wij het meest aan Mevr. de Vries te danken-hadden. Maar zij werd waardig terzijde-gestaan. Wie hem een geschenk, dat voor hen van groote waarde is, namelijk; den point d' orgue op het* eind*1 der aria's. Eu waarom 1<$ dit nietige Het Nederlandsch Tooneel heeft Romeo en Julia"- afgewisseld 'met de De sprookjes van de Koningin | van Navarre;" Laatstgeno.emd tooneelspel geschreven -door Scribe en Legouvé, ietwat: stijf'vertaald door Juliano, heeft een goeden naam verworven. De inhoud er van is algemeen bekend. - De vereenïging het Nederiandscti Tooneel heeffc recht op de erkentelijkheid van het pu bliek, dat zij met zooveel zorg de stukken kiest, die voor dezen-winter het repertoire zul len uitmaken. Aan.verscheidenheid ontbreekt het daarbij niet; en uit de verschillende gen res neemt zij het beste dat zij aanbieden, De Sprookjes van de Koningin van Navarre," is een zeer boeiend stuk. De verwikkeling is tot aan het eind toe -spannend en rol verras singen. De samenspraken muntten uit dóór natuurlijkheid,, zij zijiv.,i\evendig en gemakkelijk eh tintelen van ge,ést,:'de personen vertegen woordigen bepaalde streng volgehouden karak ters en de geschiedenis' waarop de handeling betrekking heeft, ook om de hoofdpersonen die zij geldt,. is zoo belangwekkend, dat het stuk zeker niet spoedig. in het beschaafd Europa van het tooneel zal verdwijnen. Toch was de zaal in -de Amstelstraat slechts matig bezocht,, wat was daarvan de oorzaak? 'Waarschijnlijk heeft Romeo en Julia" nog te veel beslag gelegd op de aandacht van.het schouwburg-publiek, om het reeds iets anders te doen begeeren. In zooverre'is dit een goed teeken. Doch dan is- het-jammer dat d Vereeniging thans 'met De Sprookjes van de Komngin'van Navarre" komt, wam zij zijn niet minder dan Romeo en Julia een druk bezoek waard. ? Het spreekt wel van zelf dat onze akteurs, die rst sinds eenigen tijd tot den beteren weg trachten terug te-keeren, nog wel eens afdwalen, en hun spel nog wel iets te wenschenoverlaat. Ook bij de voorstelling'van De Sprookjes! van'. de Koningin van Nsvarre" zijn vlekjes aan te wijzen, die misschien vermeden kunnen wor den. Morin maakt als Karel de Vde een goed figuur, maar uit' de melodrama's, waarin hij zoo dikwijls is opgetreden, heeft zijn stem de neiging behouden om nu en dan zooveel accen ten op n woord 'te leggen, .dat het er schier onder bezwijkt; een fout geheel tegenoverge steld *aan die van den heer van Schoonhoven, die, ofschoon zijn zondenregister als akteur merkwaardig begint in te krimpen, nog al te veel doet alsof hij niet wist dat er ook voor 't spreken accenten bestaan. De heer van Schoonhoven gaat vooruit, hij doet zijn best, maar hij is nog bij lang na niet waar hij we.zen moet. Nog aVte veel spreekt hij meer als een machine ?dan^ais^ een menseh. " Men .duide ons... deze opmerking niet euvel. Zij bedoelt volstrekt niet de verdienste van Morin's spel te verkleinen, zijn opvatting van koning Karel is flink. Zijn spel is ..over 't algemeen gelijk het behoort te zijn. Hij was waardig naast .mevrouw ds Vries (Margaretha) op te treden. En dat is geen geringe lof. De zuster van Frans den eerste werd verrukkelijk vertolkt. Gestalte, 'gewaad, d& levendige blik, gevoel en gevatheid, alles was hier in overeenstemming, vormde een be wonderenswaardig geheel. Mevr. déVries heeft somtijds iets minder welluidends als zjj begint ? te spreken, dart is er voor een zeer klein oogenblik te weinig afwisseling van toon in haar stem, maar wacht een paar seconden en haar spreken wisselt zich af in de ontelbare nuancen van toon, die door de gedachte en het gevoel, jn weemoed, spot of scher-ts geeischt worden. Deelden wij in ons vorig No. mee, dat de Vereeniging De Sprookjes" gaf om Mevr. de Vries de gelegenheid aan te bieden op nieuw te schitteren;' zij bereikte haar doel, want Maandag en Woensdagavond beiden, bracht zij het publiek in bewondering en vervoering. Hoe keurig waren.die scènes, waar zij Frans den eerste verleidt zijn soupéte gebruiken, als zij schaak speelt met Karel of later als zjj met Henri d'Albret over haar besluit . om Karel te huwen spreekt. De geheele avond was een reeks van/ genotvolle oogenblikken, voor zou een vlekje kunnen aanwijzen op het spel teekentje, dat in de partituren van andere van I&abella de Onnoozele? Mej. Poolman was meesteis veel minder dan in die van Meijerde vleesch geworden onbeduidenheid, maar beer voorkomt, van zoo rroote waarde voor ne die met medelijden vervulde. de zangers? Omdat het^heu io staat stelt, En Bouwmeester, als de oagelukkige, maar onder daverende applaudissementen' van hëfc ridderlijke koning. Het tweede bedrijf alleen tooneel te verdwijnen.' Geen wonder, dat zij is een gang naar de Amstelstraat waard. Zijn van dat geschenk gretig- gebruik makend spreken met Margaretha. zijn vlucht en terug- ^aar het slechts te pas komt, of ook weF keer, zijn onderhandeling met keizer Karel is j niei te pas komt: in aria's, duetten, -quarteKf aangrijpend. Inderdaad Bouwmeester is kun- ten enz.; overal wenden zij den point fforgu stenaar! Het meest blijkt ons dat bij zijn ge-' aan. Men ziet het aankomen: bij de Str&tta sprek onder 't soupé, later vertrouwt hij meer wordt alles wat daarin voorkomt haastig inop zijn stem dan op zijn spel, al is dat ook.gealikt, soms w,el geheel achterwege geiaten, beter, daa hetgeen men gewoon is te aan- opdafc de zanger kracht.en adem zou verkrij-, schouwen. i gen. YOOr den meestal op een hooge noot geHenri d'Albrefc, Tourniaire, speelde ook zeer sckrevea point iïorgue; op die eene noot i^ goed. Ka zijn rollen als fatterig, edelman is . zijn gelieele aandacht gericht. Sommigen over-^ deze een der beste, die wij door hem zagen drijven de liefde voor pointe iïorgue zoozeer,'; vervullen. Eleonora muntte uit, toen zij met jat 2ij het tooneel niet kunnen verlaten, zonderIsabella aan een tafel gezeten, haar de ge-; nim gemoed lucht te hebben gegeven door mid-i heimen . trachtte te onfutselen, die de laatste . del,van een lang uitgehouden slotnoot;'al ver-' onwetend bewaarde; Over 't algemeen viel er eischt ook de phrase, die zij te zingen hebbeii,? op haar spel niets aan te merken. Alleen haar hoegenaamd geen pathos. Aan deze fout maaktel verschijning als een keizerszuster was te wei- gich by de jongste opvoering van Les Hugu&i mg indrukwekkend. Dat Jac. de Boer als . n0ts> om slechts n voorbeeld te noemen, de? Babieca op zijn plaats was, zal men gaarne heer De Vries schuldig, in het eerste bedrijf'-;? gelooven. ' '' ' Het geheel voldeed zeer góéd. Wij hopen, dat het Ned. Tooneel, nog menigmaal voor verzoekt gevulde zalen, dit stuk zal opvoeren. Bij de oogenblikken te verontschuldigen: eerste opvoering was bet gewone gebrek aan te wijzen. .. de spelers waren te weinig rolvast. Zou de Vereeniging, die zooveel goeds doet, niet nog de taak willen aanvaarden om de eerste opvoeringen ook in ons land in eere te bren gen? Waarom moet een eerste opvoering al tijd een soort van teleurstelling en beproeving van de welwillendheid van het publiek zijn? Nog n vraag. De Tooheelgids der VereeEen lakei komt Névers verwittigen; dat -er; eene dame is oin hem te spreken. De graaf eenige' zijne vrienden, hem .voorDaignez, messïeurs, m'excnser, je Vous prie; Et, dans cette ckambre eoté, Coütinuez sans moi eette joyeuse orgie, Que l'amonr a troublée,- et, si j'en puis juger, Que Tamitiébïentöt reviendra partsger. Deze zin vereischt in 'het geheel geen pathpa> niging prijkt tegenwoordig met zulke goede Het was dna eene fout Tan dea ^eer'De Vries/ namen. Shakespeare, Scribe, Legouvé, Sardou, hem- wel met Pathos' en met den onvermijdeZou het geen tijd worden om den, UJken om* d'or " enz. enz. iïorgue op het woord partager' ______ __ voor te dragen. Dezelfde voorliefde voor stemming" te brengen"? De Achterzijde s no~* i Points d'or&m le£de de heer V'taux aan den altijd bedrukt" met ALLBBLEI." En een j ,da£- Deze zanffer beeft een zeer gelukkige keel, hij zingt de hooge c en-zelfs cis. met de borst-, en,: zonder dat het hem groote inspanning schijnt; Gids" eenigszins'met' die namen in overeeni Allerlei" van onbeschrijfelijke lafheid b. v.: Een heer in een badkuip tot den knecht. Zeg eens, wat kriebelt me toch zoo aan mijn beenen. De Tmeclït. Ziet u, u heeft een bad met zee water gevraagd, nu heb ik in de kuip er ook wat zeekrabben bij gedaan." Baron. Laat mijnheer, binnen; doch waar om neem je .den kanarievogel weg? Knecht. Die heer wenschte u onder vier oogen te spreken." . ' . Het publiek staat te laag voor de stukken, die aan de voorzij worden aangekondigd, of het staat te hoog voor dat Allerlei" op de achterzijde. Bij elkander past dit niet. Fransclie Opera. ' De componist' van Les Huguenots was on betwistbaar een man van buitengewone gaven, te kosten. Vandaar is het begrijpelijk, dat hij zijn fort maakt van de. hooge tonen, en er zoo lang mogelijk op vertoeft; dikwijls echter ten koste van " het overige gedeelte. zijner partij. Zoo was, om iets te noemen, zijne voordracht van de in hoogen mate dramatische scène inhet .vierde bedrijf vrij 'mat en onbeduidend; bij de woorden: Entends tucessonsfnnèbres'? scheen hij volstrekt niet op de hoogte der situatie te zijn, maar veeleer te peinzen, mis'schien aan de hooge noten, die nog komen moesten. ?. Deze fout daargelaten, kan men zeggen, dat zoowel De Vries (Nevers) als Vitans (R'aoul), hunne partijen hoogst verdienstelijk zongen, en dat, eerstgenoemde'zich vooral in het vierde bedrijf in zijn volle kracht vertoonde.' .Van de' overige zangers verdient in de eerste plaatfi de heer Montfort genoemd te worden, wiens breede lichaamsbouw en krachtige stem vol" komen voor de rol van den stoeren Hugenoot Men moge een in het algemeen ongunstig j Marcel gescjiikfc waren. oordeel over zijne werken vellen; men moge vrouw Lavüle-Ferminet, de aanmerking maken, dat hij de meeste zijner compositiën ? geschreven heeft met geen ander doel, dan om succes bij de menigte te behalen; men moge de meening uitspreken, .dat zijne Ubretti niet veel om het lijf hebben en dat zijne muziek uit heterogene bestanddeelen is samengesteld, toch zal men moeten erkenstem ook voor de rol Zijn due£ met m'e/ wier sympathieke van Valentine iiitner mend past, werd terecht daverend toegejuicht. De page Urbain vond eene uitmuntende- vertolkster in mejufvr. Arnaud, die, zoowel ir het bekende: Une dame noble et'sage",'als in de ensemble-stukken van het tweede be drijf, o. a. het zeer goed uitgevoerde Sonibre nen, dat'Meijerbeer een dier bevoorrechten is ! chïmèrèl\ ten volle voor haar taak .berekend geweest, wien het vergund was, nu en dan een ! was. Ook de heer Billen (Tavannes) ver blik in het binnenste van den tempel der dient een woord van lof. Mevr. Frpnty, Martoonkunet te werpen. Ware dat niet het geval guérite, had goede oogenblikken, doch hare geweest; hadde hij geene uren doorleefd,; coloratuur was niet onberispelijk. De partij waarin het feu sacrézijn gemoed deed ont- ' van. Saint Sris eindelijk werd onvoldoende vlammen, dan zou hij onmogelijk zulke innig vervuld. gevoelde melodieën hebben kunnen schrijven, ale in sommige zijner partituren voorkomen, en er . zouden zich in zijne nalatenschap niet zulke .paarleu bevinden als b. v. het duet in de vierde acte van Les Huguenots. Maar wie reden moge hebben, Meijerbeer dankbaar te zijn vóór het schoone, dat hij der muzikale wereld geschonken heeft, zeker heb ben dit het meest van allen de vertolkers zijner werken, de zangers; want zg ontvingen van De koren waren beter dan in de vorige jaren, zonder evenwel bijzonder schoon genoemd te kunnen worden. Ook bij dezen was nu en dan een gebrek merkbaar, hetwelk den Franschen zangers bijzonder 'eigen schijnt te zijn, namelijk: te koog gingen. In het koor Pour cette cause sainte" waren de zangers, aanhoudend nage noeg een' kwarttoon hooger dan het orke&t. Of dit verschijnsel Het gevolg is van esaltatie, of dat het zijne oorzaak heeft in de omstanhun vroegere vriendschap verteld had. Daarop blijft hij plotseling stilstaan en mompelt iets, was hefc een verwensching . of een kreet van pijn? 'Wat is er, liefste ? roep ik verschrikt. Hij wandelt eerst swijgend' voort, legt dan zijn hand op mijn arm, en zegt:_ 't Is al weer. over, mijn goed wijf Je, mijn eigen hef wijfje ! ??'',? Die lichamelijke pijn maakt dat ik allerlei mogelijke en onmogelijke remedies ga verzin nen, en als wy thuiskomen, houd ik vol dat Kaïel zich door mij moet laten dokteren" homopatisch natuurlijk, daarvoor heeft zijn goede, moeder ons immers dat keurige medicijnkis^je gegeven, met dien schat van aardige kleine fleschjes, en dat, dikke boek met raad gevingen". . , En daarom maak ik.met de grootste zorg een drankje voor hem klaar, en laat hém dat precies om het uur innemen, iu zal die ake lige pijn wel niet terugkomen!' Als ik Donderdag, morgen beneden kom, staat Karel in gepeins verzonken bij. het ven ster. Hij hoort.mij niet.éns naderen, en als ik mijn hand op zijn arm lag, schrikt kg en laat een brief op den grond vallen. Zenuwachtig ? zeg ik. Schrikt ge van my ? Gij hebt zoo zachtjes geloopen, Fee, en ik stond in gedachten. Hier, lees uw brief maar. Hij laat mij deu brief zien, dien h$ had laten vallen. Mag ik hem openen, vraagt hij. Natumlijk, Karel! Kent gij de hand? Ik niet, en verwonderd bekijk ik het adres. »( Het is van donstance, antwoordt hij eemgsaïns haastig en verbreekt het zegel. Sa men lezen wij: v . De 'Eiken. Woensdag. ' Lieve beste Mevrouw Fee! Ik houd u aan uw .woord en neem uw uitnoodiging aan tegen morgen; nog meer zelfs, want ik kom vragen of ik - ook. mag blijven eten en logeeren. Jan "brengt de kinderen met ,de meid naar Schotland, waar zij een maand bij sir James zullen blijven. Ik. zal .mij zoo al leen voelen als zix weg zijn en ik zou zoo graag bij u afleiding en troost:,willen., zoeken. Als ik. u verveel moögt gij mij naar mevrouw Smythe zenden; die zal zich wel over mij er barmen, tër_ wille van dien besten Jan", voor wien sij een romantische genegenheid koestert, die, zeker, even oud is als onze eeuw;! Mocht gij dien: dag afwezig zijn, telegrafeer mij .dan even. . , . De uwe in- haast, ' . ? -,, : c. B. "Waarom zou zij niet met de kinderen meegaan ? vraag ik, als wij het epistel gelezen Hebben. - Zij heeft een- afkeer yan Schotland, zegt Karel, zij vertelde mij, Zondag hoe weinig sympathie zij voelt voor het land en de men^ schen. Zij dient' echter, wel eenige notitie .van haar familie te nemen, en zendt ,dus de kin deren bij wijze van haar vertegenwoordigers. Ik zou het niet prettig vinden als gij naar Schotland gingt, ea ik moest thuis blijven, KareL Natuurlijk niet. Het'is ook een heel ander geva^. Ik ben geen John Balfour. Hoor nu zoo'n ijdele man eens aan! Gij denkt, zeker dat het mij niets zou kunnen schelen om u te laten gaan* als gij mijnheer Balfqur- waart. 'Dat denk ik niet alleen, dat weet ik zeker. Gij leert mij dat lesje eiken dag, Fee! Daarop geeft 'hij mij onverwachts een kus, n ik loop zingend weg om zijn koffie te zetten. Tegen n uur versc.hijnt. mevrouw Balfour, vergezeld van.een grboten koffer, behalve den gewonen, reiszak. ? "'??.Ik heb het zoo. geschikt dat ik naar me vrouw Smythe kan gaan, zoodra gij genoeg van mij hebt, -roept zij. Zomer japonnen kreu-, kelen zoo licht en moéten ruim gepakt wor den. Met ons verraderlijk klimaat-heeft men zelfs voor een paar dagen zooveel goed noodig. Nu ben ik gastvrouw en natuurlijk op mijn qm-vive. Onze lieve logeerkamer is zoo pret tig en vroolijk als bloemen en licht haar maken kunnen. Ik heet Constance hartelijk welkom, en zal mijn uiterste best doen, om, het haar naar den zm'te maken'zoolang zij-onze gast is. Een week is voorbij gegaan, en nog altijd is mevrouw Balfour bij ons. Ontelbare malen heeft zij mij verzekerd dat, ik een lief vrouw tje", een allerliefst .vrouwtje" ben, dat zij zich volkomen op haar gemak met mjj voelt, en wel altijd.bij,mij zou willen blijven. Ik moet toe geven, en ik preek het mij zelve onophoudelijk voor dat zij heel aardig- en heel vriendelijk is, en toch kan., ik niet laten om iu stilte te ver langen naar haar vertrek. Zij.' speelt of zingt zelve niet, maar dringt mij altijd om het te doen, ten ple,ziere van het publiek", zooals zij zegt. Hoe oneindig veel liever zou ik met dat publiek" in de veranda zitten, in het ge zellige schemeruurtje van den zomeravond, terwijl Karel zijn pijp rookt en 213 op mijn prettig la;t.g stoeltje zit. Den eersten avond wilde Karol in haar bijzijn niet rooken; maar den tweeden drong zij er zo'O aardig op aan, dat hij. haar nietf langer kon tegenspreken; ik kan ook niet weigeren als zij het eene lied na het andere, het eene stuk na het andere vraagt, en daar zit ik dan alleen aan de piano. Ik durf niet aan Karel zeggen hoe ik naar haar vertrek verlang, het zou zoo ongastyrij schij nen. Daarenboven geloof ik dat hij het pret tig vindt. Hij kan met haar zoo goed praten over Marie en over dien ouden tijd, die voor mij, helaas, een gesloten' boek is. Eindelijk is zij weg. Karel heeft haar in ons rijtuigje riaar de stad gebracht, en ik moet haar goed met den vrachtwagen zenden. Toen zij van morgen samen wegreden, zat zij op mijn plaatsje en wenkte mij goeden dag met haar net gehandschoend handje, en daar stond ik alleen. Die grijze glacés zijn afkomstig van twaalf paar, die zij laatst van. Karel gewonnen heeft met een weddenschap by het croquetspelen. Hij wist heel goed hoe ver de hoepeitjes van elkander staan, waarom wedde hij dan? Omdat, aij het vroeg^natuurlijk. Die goede' Karel, zou hij wel ooit iemand iets kunnen weigeren, .wat het ook zijn moge, een'kleinig heid of een groote gunst? En zeker zal hij mijn verzoek niet weigeren als ik hem vraag om niet naar dat groote bal te gaan, waarvoor mevrouw Balfour ons misschien met groote moeite" kaartjes zou kunnen bezorgen. Karel zal mij uitlachen misschien, en het een gril van mij noemen; hij zal het heel dwaas van my vinden, en mij misschien een beetje beknorren. Maar wat beduidt dat alles, als hij maar .zegt dat hij bij mij thuis wil blijven, en nu eens niet doet wat sj} gevraagd heeft.. .. Zoolang mevrouw Balfour bij ons was. heeft Karel het altijd zoo zien interichfcen dat hij bij.tijds uit. de sta,d terug was, en wij hebben: veel samen gereden en kleine pick-nick partijtjes gehad ook. Eens zijn we naar Kichmond geweest; na het eten gingen wij varen op de rivier. Wat was dat heerlijk! Kalm en stil lag hetwater in den maneschijn te droomen, tot Karels. roeispanen het, deden rimpelen lachen,,had ik bijna gezegd^ Wij dreven met den stroom mee en Karel vroeg mij om te zingen. Ik had zijn jas op mijn schoot, zijn ring en zijn horloge aan terwijl 'hij roeide, en ik kon hem ongêstoorfli in zijn lief mooi gezicht kijken. Mevrouw Bal- ? four was bijzonder stil dien avond, en-ik ge noot meer van het bijzijn van mijn man, dan mij in dagen te beurt was gevallen! Nu moet,. helaas,, het werk, dat op die lange vacantiemiddagen verzuimd is, ingehaald worden, ^n hij komt nu pas even voor het eten ,thuis, eh. is zelfs tweemaal op de maildagen in de stad. blijven eten. Dat zijn vervelende avonden vopr mij. Het verheugt mij wel dat de zaken .zoo goed gaan, maar het .is wel naar dat zij zoo al zijn tijd in beslag nemen. Zijn compagnons, zijn oud en streng en veeleischencl, dat weet ik. Karel is heel onderdanig tegenover hen, en ik zie tot hen op met vrees en beving. Als zij hem verzocht hebben om hier of daarheen te gaan, of dit of dat te doen, dan denk ik aan geen tegen&tand. Hun woorc). is een wet voor ons. _ (Wordt vervolgd.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl