Historisch Archief 1877-1940
Yerscnijnt lederen Zondagochtend.
uitgevers: ELLEEMAN, HARMS & C«.
Kantoor: Rokin 2.
?BF"?
Abonnement per 3/m. ... 60 Cts. fr. p. p. 75 Cts.
Afzonderlijke Nummers. 5 »
Advertentiën per regel 15 >
INHOUD.
Aanbestedingen van Staatswege. STAAT
KUNDIG OVE&ZICHT. FEUILLETON.
.GEMEENTEZAKEN - De nieuws burgerva
der. Buitengewone bedeeling; Liefdadigheid
naar vermogen. Uit de Maasstad. KUNST.
Religiehaat. Amerikaansch of niet? Een
Hals" in gevaar. LETTERKUNDE. Al
te ver gezocht. EEN HERINNERI&GSDAG,
door Dr. E. D. PIJZEL. MISPLAATSTE
ZUINIGHEID. DIENSTPLICHT, door H. Th
BOELEN. STATISTISCHE EN
INDUSTRIEELE HEDEDEELINGEN. Overzicht van
de Effektenmarkt. ALLERLEI.
Handelsoverzicht der Week. Veilingen. Burger
lijke stand. Te huur zijnde woningen.
ADVERTENTIES: Schouwburgen enz.
In de afdeelingen der Tweede Kamer bij
het. onderzoek der Begrooting, werd de klacht
geuit dat de Regeering 't is langzamer
hand gewoonte geworden bij de aanbeste
ding van groote werken aan buitenlands che
industrieelen onnoodig de voorkeur verleent.
Deze klacbt werd niet voor het eerst
genit en ook niet voor hst laatst. Want reeds den
3e dezer herhaalde het Centraal-bestuur van
het Algemeen Nederlandsen Werkl
edenverbond haar in een. adres aan Z. M. dea
koning. . De naaste aanleiding tot dit adres
was, het voornemen van den minister van
oorlog om de vervaardiging van de ijz'erea
koepels,' bestemd voor de verdediging van
de monden der zeebavens in Nederland, aan
bnitenlandsche fabrikanten optédragen.
De adressanten grondden hun verzoekschrift
op de volgende overwegingen: lo. dat de
deugdelijkheid van het fabrikaat der neder
landsche .ijzerfabrieken niet bij die van het
buitenland behoeft achter te staan; 2o.dat
niet alleen door het departement van oor
log, maar ook door anderen dikwijls
bui. ténlandsche fabrikanten .worden begunstigd;
3o. dat het op die wijs behaalde voordcel niet
opweegt, tegen de schade van *de nederland
sche industrie on de werklieden hier te lande
toegebracht; 4o. dat het voorbeeld .vanden
Staat .navolging vindt bij de provincialen
en gemeentebesturen en particulieren; 5o. dat
bijaldien de inlandsche nijverheid niet kan
mededingen met de buitenlandsche »een ge
ringe bevoorrechting en. bescherming van.
rijkswege" wenschelijk is, opdat zij zich
ontwikkele ; 60, dat er bij de groote ijzerfa-,
brieken behoefte aan werk bestaat; 7o.-dat
tengevolge van laatstgenoemd feit vele
arbeiders gevaar loopen hun broodwinning
te verliezen, en de Staat en gemeenten alzoo
veel grootere uitgaven voor armverzorging
zieh zullen moeten getroosten, 'dan het be
drag van het behaalde geldelijk voordeel
wettigt.
Redenen waarom adressanten vragen:
»-al het benoodigde voor Nederland en zijne
bezittingen bij voorkeur te laten vervaardi
gen in Nederland, 200 althans het fabricaat
even deugdzaam is, .het aan de eischen die
billijkerwijze gesteld kunnen, worden voldoet,
ea het verschil van den prijs niet opweegt
tegen de nadeelen, die uit de vervaardiging
van het werk in 't buitenland, voor een be
langrijk groot en nuttig deel des volks direct
voortspruiten:
voor den tegenwoordige a tijd en tijds
omstandigheden,
' lo. te bespoedigen, de uitvoeringvan open
bare werken tot wier vervaardiging reeds is
besloten, benevens een besluit tot vervaardi
ging van voorgenomen werken;
2o. Provinciale en Gemeente-besturen, bij
ministerieel srhrijven of langs anderen weg,
aan te sporen betzelfde te' doen;"
Ondertusschen is het gebleken dat niet
steeds de insehrijvingssommen der neder
landsche industrieelen slechts weinig hooger
zijn dan die van buitenlanders soms, wij
vernamen het toonen zij een verschil 'aan
van 25 pCt. Zoo zal het meermalen voor-.
komen en het is te begrijpen, dat een Mini
ster, die rekening moet houden met de ge
paste zuinigheid, waarop in de kamer wordt
aangedrongen, dikwijls zich niet- gerechtigd
acht den landgenoot boven den vreemdeling
voor te trekken. Hoort men naar het ant
woord dat op het afdeelingsverslag gegeven
werd, dan blijkt het,_ dat de Ministers zich
onschuldig wanen' en het zal zeker moeilijk
zijn hen van schuld te overtuigen. In ieder
geval kan men hier zonder een tamelijk vol
ledige lijst der grieven en der gronden,
waarop die rusten, geen uitspraak doen-. Wij
onthouden ons dus van eenig oordeel.
Jfo. het . algemeen mag. men echter op
enkele, punten wijzen.
Onlangs- hebben de dagbladen ons mede
gedeeld dat de engelschëkpnsul, een man'
die ijverig zijn landgenooten voorlicht?ons
geprezen heeft als bij zonder edelmoedig ten op
zichte der ' tarieven»' Déze lofspraak klonk
den voorstanders van het vrijhandels-stelsel
niet volkomen aangenaam in de ooren.
Men begreep terecht, dat er iets gevaarlyks
in stak, als men van dien kant. zoo bijzon
der werd geroemd.
De konsul echter was in zijn recht. Ter
wijl wij omringd zijn door groote mogend
heden die hun industrie op alle mogelijke
wijze trachten te' beschermen, zijn wij niet
alleen voorstanders der onbeperkste vrijheid,
maar gevoelen voor onze eigen Nijverheid al
bijzonder weinig sympathie. In 't bijzonder
is dat met den Staat het geval: want wat
hij tot nog toe deed, behalve dat hij
baaiblootstelde aan de scherpste konkurentie,
bleef tot nog toe een geheim.
Het ligt eehigszins in onzen aard het
uitheemsche spoediger te achten en te
begeeren, dan hetgeen van eigen bodem komt,
een neiging die eerst haar grenzen ont
waart, wanneer de vreemdeling ons niet
zonder recht daarom bespot of edelmoedig
noemt. "Wij hebben geen sterk ontwikkeld
nationaliteitsgevoel en dat is een zeer ge
vaarlijk gebrek.
Als de nederlandsche Staat begrijpt, dat
het beginsel'van vrijen handel juist is', dut
het .beschermend stelsel voor de Nijverheid
niet deugt, omdat, het de oorzaak zou kun
nen zijn, dat die niet alle veerkracht ont
wikkelde of op ' onnatuurlijke wijs tot bloei
geraakte om weldra weer te gaan kwijnen,
dan kan daartegen o. i, niets worden
yigebracht. Maar volgt daaruit, dat de neder
landsche Staat 'de opening der konkurentie
met .het veel machtiger buitenland als het
eenig geneesmiddel voor een kranke nijver
heid moet beschouwen; dat hij, voor alle
overige belangen het oog gesloten houdende,
bij aanbestedingen op niets anders let dan
op de totaalsom der inschrijvingen en niets
doen mag om een bebtaande nijverheid het
leven mogelijk te maken ?
De Staat is ge^n partikulier. Wanneer
de laatste op een werk, dat eenige tonnen
zal kosten, enkele duizenden guldens kan uit
winnen door den vreemdeling zijn opdracht
te schenken, is ddt in den regel voor hem
zuivere winst, voor. den Staat is het dat
dikwijls niet. Want wat de belastingschuldi
gen minder zullen moeten beUlen voor de ver
vaardiging van een Staatvweik zullen zij dik
wijls op andere wijs meer dan. dubbeld moeten
vergoeden, hetzij iu den vor-n van
bejastingen, omdat de nijveiheld niet tot bjoei ge
raakt, hetzij als aalmoezen aan hen, die van
weik verstoken, gebiek lijden.
Wanneer door den toestand waarin de
ijzerfabrikatie in D utschland of Engeland ver
keert, enkele fabrieken daar te lande genood
zaakt zjjn, geheel of bijna zonder win-t, zelfs
met opoffering van geld ty-werken om de aakeii
gaande t? houden en de n'xlerhmdsch'1 Staat j
prontceit van dien toestand, wat doet
hij dan eigentlijk? Hij wint eenige diia-nden
guldens uit, maar redt een buïtenlandsche
instelling, terwijl de nationale' industrie in
middels bezwijkt. Later, als de omstandig
heden veranderd zijn, zullen de vreemde
fabrikauteu met woeker 3/3 dui&^mle herwin
nen, die zij nu gedwongen zijn prijs te geven.
Een particulier behoeft zich hierom niet
bekommeren. De Staat ech;er heeft in de
eerste plaats te vragen: Wat bevordert, het
belang der nederl. Nijverheid? Voor, hem is
de stelregel »vrije mededinging" zonder voor
behoud niet geschreven, hij heeft dien voor
zijn -burgers te handhaven, maar zelf moet
hij op meer dan,én motief te gelijk acht
slaan.
Zouden wij dan wénschen, dat het neder
landsche parlement een voorstel aannam ge
lijk dez'jr 'dagen in de fransche Kamer is
gedaan en dat genoeg' steun verwierf om in
overweging te worden .genomen? Een voor
stel van deze s trekking r'Alléopenbare aan
bestedingen van staatswege, zullen louter aan
Fransehen- worden gegund en alleen fransche
materialen zullen voor de vervaardiging dier
werken gebruikt worden.
Geenszins. Wat in een groot land als
Frankrijk nog eenigszins mogelijk, maar ook.
daar zeker nadeelig is, zou in een land als
het onze tot schromelijke gevolgen leiden.
De nijverheid zou onder .zulk een "bescher
mend stelsel zich niet meer inspannen'.
De enkele gegadigden zouden het spoedig
onderling eens, zijn eu het monopolie ware
gevestigd. ' " '
»Yrije mededinging" blijve -de leus van
onzen vStaat; maar die » mededinging"
gebruike hij meer -als middel om onze
Nij-verheid -te prikkelen, om de 'belangen 'der
wdustrie te bevorderen, dan, zooals te veel
geschiedt, om op groote aannemingsommen
zekere voordeelen te. behalen.
Als -middel kan die mededinging niet ge
mist worden. -De nederlandsche industrieel
moét weten, dat als hij niet alles doet wat
in zijn vermogen is, het loon van den arbeid
hem ontgaat. Maar de Staat Koude nauw
keurig rekening met de omstandigheden. Hij
speure- nauwgezet de oorzaken na, die maken
dat de vreemdeling lager aanbiedingen ver
strekken kan of moet;' en .regele zijn be
sluit- niet' alleen _naar het, aantal procenten
dat de schatkist direkt wint. Het iudirekte
verlies kan vaak veel grooter zijn..
Deze dagen. zijn bijzonder geschikt om de
aandacht op. die kwestie.te doen vestigen.
Wij erkennen het, zij is uiterst moeilijk.'
Maar de oplossing er van ligt gelooven wij,
minder in een verandering van ekonomische
beginselen of _in het maken van een uitzonde
ring daarop, dan wel ineen juiste toepassing
van die beginselen.
De nederlandsche Staat toone nationaliteits
gevoel te bezitten en herinnere zich beter
dan tot heden met welk doel de vrije me
dedinging tot leus is verheven, dan zullen
de "klachten zeker verminderen.
Waar de Staat voorgaat zullen provinciën,
gemeenten en particulieren tot op zekere
iioogte volgen.
De wintervorst deed deze week meer van
zich spreken dan al de europeesche kabinetten
en hoven te zamen. Bij den lagen thermometer
stand gaan de politieke zaken echter hun gang.
De parlementen, voor zoover zij vergaderd zijn,
arbeiden lustig voort.
De fransche kamers behandelden verschil-,
lende onderwerpen. De senaat keurde de be
grooting voor binnenlandsche en
buitenlandsche zaken,- financiën, en die van eeredienst
goed, alleen bracht 'hij in de laatste een wijzi
ging door de traktementen der bisschoppen en
aartsbisschoppen tot een hooger bedrag vast
te stellen, dan de kamer had goedgevonden.
Deze had een verlaging van die traktementen
doorgedreven,
Nopens 'de .orde van den dag, tevens een
motie, van vertrouwen, die de kamer verleden
week heeft aangenomen,, blijkt dat zij weinig
te beduiden had. Ze zou geen meer derheid, ver
worven hebben, als de liberalen niet hadden
bemerkt, dat de anti-republikeinen aan de
stemming gingen deelnemen om het ministerie
ten val te brengen. Zulk een hulp versma
dende, trokken de geavanceerd-liberalen, die
n kabinetswijziging verlangden en tegen de
orde van den dag meenden te stemmen1, zich
terug, en het ministerie was voor het
oogenblik gered.
De toestand blijft dus onzeker. Vandaar dat
de geruchten omtrent een miuMerieele krisis
jlijven voortduren. Waddington zou reeds
meermalen op zijn ontslag als minister-president
nebben aangedrongen. Leroijer heeft het ver
stegen. Hij zal echter werkzaam blijven tot
zijn. opvolger is benoemd.
Paul Bert heeft zijn rapport omtrent hei;
verplicht en kosteloos te verstrekken
leekenpnderwijs bij de kamer ingediend.
De Oustemijksche kamer, die de vaststelling
van het leger-konting ent voor den tijd van 10 jaar
verwierp, zal door het Heerenhuis weder op de
rechte baan gebracht worden. Deze verga'dering
is eenstemmig in haar goedkeuring van de
voorgestelde wet. Mocht echter ten siotte de
Regeering haar zin niet krijgen, dan, zoo iuidt
het geiuchl, zal het Ministerie weer aftreden
n door een kabinet Hohenwart worden
vervangen. Geld of geen geld, soldaten moeten
er zijn en zij zullen gevonden worden ook, dat
is zeker.
? Hongerije wordt opnieuw door hevige
overstroommgen geteisterd.
De Pruissische regeering heeft, gelijk te ver
wachten was, niet veel moeite met hei door
drijven harer spoorwegplannen. De spoorweg
aankoop ligt geheel in de riihting
derbinnenlandsêhe staatkunde van Bisraarck: en formeel
werd 'hij reeds goedgekeurd bij 3e._lezing. Aan
de voorwaarde, dat spoedig de waarborgwetten
tot regeling van het beheer, de prijsbepaling'
der 'vrachten, enz. zal worden ingediend,
belu.ofde de heer Maybach te zullen voldoen. De <
verschillende hoofdlijnen worden door den Staat
geannexeerd, daardoor zal het gemakkelijk zijn
de toltarief-wet den &teun te verschaffen, dien
zij noodig heeft. Neemt de Rijksdag bovendien.
de spoor wég-tarieven-wet aan, dan is de
beseherming van Duitschlands handel en nijver- ?
beid v olkomen en zal men weldra kunnen zien,
waartoe dit alles leidt.
De Oo&tenrij'iers, die met de Duitsche gede
legeerden vergaderden ooi een handelsovereen
komst te fluiten zijn nog niet verder gekomen;
Men beweert dat het vi edestractaat tusschen
Frankrijk en DuitschUnd gesloten, het voeren
der onderhandelingen zeer bemoeilijken moet.
Frankrijk heeft daardoor 't recht verkregen,
a!s de meest begun&tigde mogendheden behan
deld te worden en dus zou hieruit volgen, dat
koncessies aan Oostenrijk gedaan, noodzake
lijkerwijs ook Frankrijk ten goede komen.
Omtrent de spanning, die tusschen Pruissen
en Rusland heet te bestaan, verneemt men
tegen strijdige bericht en. Aan de eenezijde bracht
de telegraaf een toast over, dien de Czaar op het
St. Gceorgs-feest op zijn oudsten vriend, keizer
Wilhelm, gedronken heeft; aan den anderen
kant hoort men beweren, dat de russische
garnizoenen in het westen aan de duitsche
en oostenrijksche grenzen versterkt worden. '
wat Pruisen aanleiding zou geven, om zijn
oostelijke grenzen nog iePs beter te voorzien.
De Czaar zelf moet zeer melancholisch z|jn.
De moordaanslag heet door een veroordeelde
gepleegd "'te zijn, die zijn ballingschap in Siberi
ontvlucht was. Men mag het er voor houden,
dat hierover nog niet het gewen'scM.e licht is
verspreid. In buitenlandsehe bladen leest men
(Vervolg.)
Wij kennen elkander en hebben vroeger al
vriendschappelijke onderhandelingen gehad over
een zijden japon, een Kerstmis traktatïe, enz.
Juffrouw Stelling ontvangt mij dus heel be
leefd, al kan zij haar verbazing over mijn
onverwachte .verschijning niet geheel verbergen.
Gij weet dus zeker dut Mijnheer Karel
na de klerken vertrokken is? herhaal ik.
Juffrouw Stelling heeft de ongelukkige eigen
schap om altijd den draad van het gesprek
los te laten, en onduidelijke antwoorden te
geven. En dat was. omstreeks zes uur?
vraag ik, in mijn geest overwegende welk van
mgn twee plannen het beste zou zijn.
Ja, het moet om zes uur geweest zijn,
want onze Piet moest een rijtuig gaan bestel
len aan de poort; en Mijnheer Karel nam
?zgn yaliesje mee, en Piet vroeg of hij het
dragen zou, maar , Mijnheer had ergen haast
en liep bard weg, en terwijl ik hem zoo stond
( na te kijken, kwam Mevrouw Bartholomew en
zij .zegt. tegen mij, zegt ze .
Dank u; ik heb ook haast, zoo val
Uk haar in de rede.
En wilt u niet even een kopje thee drin
ken, Mevrouw? Het wat'er is aan de kook;
gerust, Mevrouw Ik bhjf niet eens staan
om te luisteren, maar keer in vliegenden haast
per rijtuig naar London Bridge terug. Ik
weet nu maar al te goed welken weg 'ik moet
inslaan. Het slaat negen uur als ik het ijzeren
hek voor het huis van Mevrouw JBalfour be
reik. De avondschemering werpt haar
beschermenden sluier om mij heen, en onhoorbaar
glijd mijn voet over het gras langs den rijweg.
Het is de eerste maal dat ik haar woning
aanschouw; onwillekeurig hef ik-de hand op
tegen de muren, waarachter mijn gehate vij
andin zich bevindt. k volg het pad in de
schaduw der zware hoornen, en nader KOO
dicht mogelijk de glazen deur.. Nu ben ik
voldaan en vrees niets meer want ik zie haar.
Zij is in een goed verlichte kamer, en ik sta
buiten in de duisternis van den zomeravond.
iize stemming is even verschillend als de at
mosfeer die ons omgeeft. Zij staat in den
vollen glans van het gaslicbt; in mijn ziel is
het nacht evenals om mij heen. Ik zie haar
op en neer gaan door de kamer, ik zie hoe
zij den sleep van haar kostbaar baltoilet in
sierlijke plooien legt, en eindelijk blijft stilstaan
voor een hoogen armstoel. Ik meende dat zij
alleen was; maar nu steekt zij haar hand nit
en er staat iemand op uit den stoel en buigt
zich over haar arm om een handschoen of
een br'acelet dicht te maken; daarop buigt hij
zich nog dieper en drukt een kus op den
ronden arm. Die iemand is mijn echtgenoot!
? Een half uur blijf ik daar staan. Ten minste
zoo zegt de klok - voor mij bestaat er geen
tijd, terwijl elke minuut, die voorbijging, den
last van bittere smart vermeerderde, die mij
het hart -in de. borst verplettert met haar ge
wicht." Ik kan" hun woorden niet verstaan,
maar wel alles zien zien hoe zij op en neer
gaat, hoe zijn .oogen vol bewondering haar
bevallige' bewegingen .volgen. Ik voel dat ik
haar zö'u kunnen dooden, als.ik een wapen in
mijn hand had. Twee- driemaal nader ik de
glazen deur met het plan om hard aan
tekloppen, te schreeuwen, om hulp te roepen!
Het lieele huishouden op de been te brengen
en getuige te doen zijn van haar schande, van'
het onrecht, dat mij wordt 'aangedaan ] Ik bijt
mij ds lippen aan 't ^bloeden, ik voelde warme
droppels. Maar wat zou dat? Het is mijn
bloed maar, terwijl zij. .. . /
Als het rijtuig het.eene hek inrijdt, begeef
ik mij naar het andere, met voorzichtigen,
zachten, sluipenden tred aan een tijgerin
gelijk, -ja aan een tijgerin ,?Stil en on
hoorbaar en verraderlijk! ,Ik verberg mij" achter
de boomen en houd de wacht.
Ik zie dat mijn .echtgenoot Constance
'Balfour in het rijtuig helpt en zich naast haar
nederzet. Ik hoor haar zacht, spottend lachje,
en ik voel dat ik ha'ar zou willen dooden als
zij in mijn macht was!
Als alles voorbij is en zij samen weggereden
zijn komt er een; vreeselijke reaktie over
mij. Duizelig en machteloos leun ik tegen den
kouden steenen muur, en de angst, de ont
zettende angst bekruipt mij dat mijn. ver
moeide leden -mij den dienst zullen weigeren.
Toch blijft er nog zooveel voor mij te doen
over eer hét geheel nacht is geworden^ en
geen zwakheid zal mij terughouden. Voordat
ik werkelijk ontwaak,'moet alles.gedaan zijn;
dat zeg, ik mij zelve hon,derd maal J van avond
kan ik. het nog doen, en morgen moet ik
wakker worden, en dan is de kans voorbij-!
k roep. dus al mijn wils- en lichaamskracht
bij elkander, en keer naar het station terug.
Mijn weg ligt afgebakend voor mij; het oude
leven is dood, nijn gelnk is dood onher
roepelijk dood en begraven. Ik zal liever alles
wat mij aan vroeger tijd herinnert achterlaten
en vluchten naar het eind der aarde, dan nog
eenmaal zulk een vreeselijke smart te'doorle
ven' als dezen avond.
Als' ik de deur van mijn dierbaar huisje te
Wimbledon binnentreed is -het bijna midder
nacht. De verschrikte dienstboden staren mij
aan alsof zij denken dat ik krankzinnig .ben.
Ik denk er met' meer aan Om den schijn te
bewaren, enralle aangeboden diensten afslaande.
ga ik rechtstreeks naar mijn kamer.
? Maar, Mevrouw,- een kopje sterke thee
mag ik toch wel voor u zetten, zegt de goed
hartige oude keukenmeid, op medelijdenden
toon. ' ' . * v ?
Ja dat is goed, breng het mij over een
half uur, dan kaa ik mij in dien tijd
nitkleeden. En dan sluit ik mijn, deur, en klim
op een stoel bij' mijn kleerenkast en krijg-van
de bovenste plank een pak zwart .goed, dat ik
met bevende vingers losmaak. Het is de klee
ding .eener fransche soeitr de cJiarité, die een
vriendinnetje van mij vroeger eens bij gele
genheid van een comedievertponing aan .heeft
gehad. Iu tien minuten tijds heb ik mij zelve
in een non veranderd, en. daarna sluip ik met
dien pas aangeleerden tijgêrachtigen, onhoorT
baren tred naar benede», naar de ontb
jtkamer. Ademloos luister ik een obgenblik, en
geen enkele beweging in "huis-hoorend, licht
ik' ? déklink van de glazen deur op, snel de
steenen trapjes af, den tuin door, het achter
hek uit en dan voort voort!. ?
'?Wij hebben .maar wat, een besten overr
tocht gehad-, juffrouw, zegt de vriendelijke
condukteur van de boot, en ik hoop dat ge
u beter zult voelen, nu gij zoo dicht bij huis
zijt. Ik dank hem in gebroken Engelsch,
en. mijn rozenkrans in de hand nemend stap
ik weldra aan land, Wat hij mijn tehuis noemt
is Honfleur. k kom rechtstreeks van
Littlehampton, een omslachtige vervelende weg;
maar niemand zal op de gedachte tornen, dat
ik juist dien' gekozen heb. Zelfs al kreeg men
vermoeden, dat mijn nonnenkosümm een ver
kleeding was, ik heb uit voorzorg de kleede
ren die ik op dien verschrikkelïjken dag aan
had, meegenomen, en als Karel eenige moeite
doet: om mij op te zoeken, zal hij naar dat
toilet uitzien. Als hij eenige moeite doet?
Zou hij? Om 't even. Deze stap is onherroe
pelijk. Ik heb de boeien verbroken, die ons
bonden en hem knelden, en hem de vrijheid
gegeven, waarnaar hij smacntte. Wat ia mij
het leven zonder zijn liefde? Waarom zou ik
met hem blijven voortleven, en onophoudelijk
voelen daC ik een hinderpaal op zijn weg", een
levend verwijt voor hem ben? Zoo redeneer
ik. in mij zelve, terwijl ik de kade langs en
'dévuile oude stiaten van het stadje doorwan
del. Wg zijn oin acht uur in den avond aan
gekomen, na een overtocht van twaalf uur,
k was de eenige vrouw aan, boord, en dat'
was gelukkig, want het is veel gemakkelijker
om in een geval als het mijne, manne-a om
den! tuin te leiden, dan een van ons eigen
geslacht. Ik lag allén in de beste hut van
het, bootje; er zijn maar weinig passagiers, die
denwegoverLittlehamptonnemen. Mijn bekend
heid met de Fransche kust en het Fransche 3even
komt mij uitnemend te stade bg dien overhaas
ten! tocht, en zoo wandelt de arme leekenzuster
eenzaam en verlaten doos het armoedige stadje l