Historisch Archief 1877-1940
lederea Zondagockteïid.
ELLSRMAN, HAKMS & C».
Kantoor: Eokin 2.
INHOUD.
EBZTVBJEIMOBDSLIJKBIOTWOOED
VER/ KEERSBELASTUÏG. FEUILLETON
STAATKUNDIG OVEBSICHT GEMEENTE
ZAKEN KUNST. TOONKUNST door H.
Vgestalten der ^rïecLischon Ssge uu<
VonLma Schaalde-*-, door Prof. J.A
Alb T^. _ TOONEELHI3TORISCHE BIJ
DKAGEN door F. v.d G. LETTERKUNDE,
De ontwikkelingsgeschiedenis der mensch
lieid door W P C K Lotgevallen van een
jonge vrouw van Feuillet Tnca. HET
PASIJSCHE COURANTENVR3ÜWTJE door H
Th. Boelen.?EEN SCHAAKSPELEND DORP.
STATISTISCHE EN LTOUSTRIEELE
MEDEDEELINGEN. Het budget der Vereenigde
Staten. - FINANTIEELE BRIEVEN - OVER
ZICHT DES SFFSKTENMARKT ALLEBLEI
INGEZONDEN Het leven levenswaard
door Prof. y VI Handpl&overzicht der Week
Burgerlijke StanJ. Te kïiur zijn.de wonin
gen. ADVERTEN;riSN: Schouwburgen enz.
Nadat Z. K. H. Pi las Alexdndtr in zijn
tweede -vlugschrift: » Een nadere toelichting"
de plechtige verzekeiing had afgelegd,
voortaan een > door mets ie en breken
f>tilzwijgoi" te zullen hewaieii, veistheen dezer
dagen tEm VERMOEDELIJK SLOTWOORD" van
zjjii hand.
Enkele zirtbneden in dag- en weekbladen,
naar aanleiding van zijn » nadere toelichting"
geschieven, gewen heni aanleiding zon spoe
dig het si LlzwTJgen we' r te verbreken
Wij betreuren dat zeer.
Evenmin als van de vor'ge brnchure, zul
len wij van deze vcisLig geven. Wij achten
het ongepast ovei vorm uf inhoud onze
meening te openbaren, en het zou oneerlijk zjn
door slechts enkele deelen van het geheel
weer te gevtn, Z. K. H. en het publiek in
den waan te brengen als hadden wy na het
feesli&t skiat^te wooid" het » vermoedelijk
slotwuoid" met genoegej. ontvangen.
W'j hebben achting voor het Huis van
Oranje, vids wemchen wij liever dan dat
eenmaal 'Prins Aléxarider, als een waardig
nazaat van Willem den ZWIJGER, zijn trouw en
vreedzaam volk regeeren mag.
Aan belangstelling in hetgeen den
toekomstigen , troonopvolger wedervaart,
'ontbreekt het ons Biet. Integendeel. De toestand
waarin hij verkeert, wekt onze deelneming
en bezorgdheid. De aanvallen waaraan hij van
enkele zijden heeft bloot gestaan, werden met
weerzin vernomen. Geheel de natie is er van
overtuigd, dat de Prins ziekelijk is en treurt,
ook . dat het geluk des volks hem bovenmate
ter harte gaat.. Maar het verdriet haar
Z. K. H. voor: durend het woord te hoore'n
voeren, als ware het noodig, dat hij de
harten der Nederlanders veroverde, en met
ongeduld en angst-- ziet zij het aan, dat de
vorst,' -niet gewoon de wapenen, die hij
gebrnikt, te hanteeren, zonder noodzaak, zich
telkens weer in het vuur waagt als een
ongeoefend gewoon soldaat.
O.p al wat groot en invloedrijk is in den
lande, rast o. i. de plicht Z. K. H. te
verzekeren, dat hy. behoort op te houden
met tegen windmolens te vechten, aangezien
Abonnement per o/m. ... 60 Cta. fr. p. p. 75 Cis,
Afzondeilyke Nummers 5 »
Adverte&tieii per regel 15 »
voor nicma'd, alleman t voor tun
telg van het doorlachte Hal? van Oi^nje,
eei is te behil"i. En windmolen.', zijn \ et
indeidaad Weuit tle mr.ti'3 weet zeer ^oM,
dat piim Alftandei zyn land en volk be
nut t, gelijk de i delo Monw, /yu diep
beh°aiile w^dtii, diit deed, t:en zg Jeii hoon
mi't on^n konins dei 1de
Toen m den loop van dit jaar prof. N. G
Pierson ziju Gidbstuk' Belasting na^r den
wc-1bland' m het licht had gezonden, mocht men
^leezen, <!Ut hotzeer uo"k tegeng^spi-ukei1, ziju
woelden, al \\<\ie het slechts orq Hen naam
van den geacliten' geleerde, in.druk_ zouden
maken.
Yooial hiei in de hoofdstad waai de vraag:
zijn diiekte belastingen voor de gemeente de
oiee^t pts-ïienschte V met het oog op de nog
<-lerht3 korl- geleden ingevoelde beUstmg naar
het intomen, van buitengewoon gewicht moest
geacht wuclen, werd dat arlikol duik
b'esproken, en de voorstanders van de inkomsten
belasting gevoelden zich. dour des
Hoogleeraarbeschouwingen met weinig teleurgesteld. Dtzei
dagen deed zich voor de laataten opnieuw een
reden van ongerustheid voor, nu m de Tweede
Kamer, jui&t door den man, die hier de
mnitatenbelafetiTig heeft ingevoerd, met bijzon
dere warmte de heffing van indirrkU, belas
tingen is aanbevolen. De dagbladen, die
:ifkeeiig zijn van de heffing van diiekte belas
tingen, m 't bijzonder van de inkomstenbe
lasting, hebben met nagelaten op de
rede\teih)g van den lieer v. Tienhoven, die zich zeer
nauw aansloot bij de door den heer Piei"-on
in de Grids ontwikkelde idees, als een licht
punt te wijzen en er ib zelfs gejuicht over de
bekeering van onzen aanstaanden buigemee&ter.
De juichtonen Mouke-i te luider, omdat men
au de gelegenheid had te verzekeren, dat tle"
heer van Tienhoven door de praMt/l» tot zijn
evvijzigde overtuiging was geleid geworden.
We zullen, niet onderzoeken met hoeveel
recht men beweren kan, dat de heer v.. Tien
hoven bekeerd" is, noch of er inderdaad aan
zijn oordeel meer waarde gehecht moet worden,
dan aan-dat van ieder ander, diéde uitkomsten,
welke onze hoogst gebrekkige
inkomsten-be.asting tot dusver heeft opgeleverd, nauwkeu
rig heeft nagegaan. Zelfs zullen wij niet de
vraag -behandelen of indirekte belastingen al
dan niet aanbevelenswaardig zijn. "Wij zullen
alleen de aandacht onzer lezers op een dier
leffingen vestigen, welke ter loops als
wenschelijk werden aangekondigd.
Men heeft gesproken van een
YSRKEERSBELASTISG. ,
Een belasting die hoofdzakelijk op handel en
nijverheid zou drukken, en zoo ongelijk
mogeijk. Twee redenen waarom zij o. i. wel het
laatst van elke mogelijke heffing m aanmer
king zou mogen komen.
"We laten die bezwaren chter daar, en vraL
gen of zulk een belasting, door onzen Staat
wel gekozen kan worden? Het voornaamste
verkeer vindt plaats langs de- spoorweglijnen;
en het is bekend dat hu reeds een aanmerke
lijk gedeelte van die lijnen zich in Staats han
den be\n,dt, Jur het op Stsfttsko&ten werd
aangelegd D P :t>at km toch mdtïehjk ei toe
b*-sluiten zich zelf te lelasten; en tUt zou in
dit j.'eval ges<hifden, aangezien zeer zeker by
hi-'t I'J'.OUPB v^ii etn ie,ikdnsbela*tmg, de
vrt clit{_n]V°n moetpn lijzen en dus het veikeer
f'fnemeu e'ii'di op! le'iigst J2e'r Staatslijnsn yer-'
muideren zou.
Wij u eten niet hoe zij, d'c^an een
rerkeersbeLtstiDg dioomen, haai ^enich^n toe te passen
en op welke vij^e zij jan dat bezwaar zullen
ti achten te gi'inoet te konijn, ons echter schijnt
een -\eikeei ^bel^stitg, afgezien raa alle
economi^clie giieven, alletSfe in te voeren wanneer de
veikeeismiddelen niet het reiitegevend. eigen
dom zyn van den Staat. Eer^t als de. Staat
der Nedeilaiiden zijn lijnen, die hij zelf. aan
legt en doet exploiteeren tem gelde heeft
g'emrakt, zou hij de handen vrij hebben; een vrij
hei l echter die zeker niemand als een ideaal
zal vereeren.
Wel ven e dab men dit 'weiiachelijir zou ach
ten open.1 «ad.it zich hoe langer hoe meer de.
neigmq om aan den Noldilandschen Staat oen
giooter spuoi weybezit te verzekeren.
Duitschlaiid en Belgiësluiten ons in, en daar beide
Staten meeste* zyn of warden, van de
spoorweghjnen. waai op de uedeilandsche ui'tloopön,
en \oordl het eer^t» Rijk met een differentieel
tantf dieiyt, om de duit&che havens boven de
holland->che te be\oordeelen, ge\oelt de Handel
zeer wel, dat wy hier met onze partikuliere
lijnen machteloos zijn om het gevaar te keeren
of het kwaad te tempeien.
Zoolang ons Vaderland, schreef de heer
Riemsdijk in iïe &iclt> tegenovei de eenheid van
Piuisen en die van Belgiëslechts verbrokkeling
op het gebied van het poörwegwezeh kan
aanw:jzei3,zullen
deiioodlottigegevulgenonzerzwakheid met uitblijven. Met die verbrokkeling toch
gaat noodwendig gepaaid verschil van gevoelen.
over de vaja-1 \an beliandelmg der
ihans'hanqende vraag^Uikken, die "al meer en .mér zul
len blijken leveuskwesties te zyn voor onze
spoorwegen en havens." . :'
1 -mlei', dtóze onidfca.'aaï^heiikn kan.--het >niefc
ander> of do vraag: "staatseigendom en
staatsexploitatie tieedt op den vooigrond.
Men mag er zich zelfs" over verwonderen
dat zij in ons land zoo weinig wordt besproken.
Elders, in de meeste landen van
Europa,wordt zij behandeld; -én Nederland kan zeker
de vruchten plukken van-de-studie-die door
het buitenland aan haar is gewijd.
Dezer dagea nog gaf in een brief aan den
EconomisteF-rawgaisde heer Emile deLaveleye,
de bekende belgische staathuishoudkuudige^
een beknopt overzicht van de vóór- en nadeelen,
aan Staatseigendom en Staatsexploitatie ver
bonden. Zooals inen weet, behooren in Belgi
de meeste lijnen aan den Staat, de heer de
Laveleye kon dus uit zeer direkte bronnen zijne
konklusies putten.
Wij laten zijn opmerkingen hier voor onze
lezers volgen:
.De voordeelen zijn: ' .
1. De. Staatstarieven kunnen zeer laag zijn,
De Staat mag zich met eene zeer geringe winst
te weden stellen, daar hij, de natie vertegen
woordigt, geheel het reusachtig indirekte voor
deel geniet van den stoot dien een spoorweg
net aan prodüktie en handel geeft.
2.'Het tarief is uniform; berekeningen van
transportkosten, assurantie, tariefsverlaging
ziju veel minder gekomphceeid.
3. De eenheid der exploitatie haalt' eel nut
teloos weik uif. Bij het o^esgaAn v\n de eene
lyn op de audere moet iedere \vigon won1 en
genoteerd, zijne toestand, zijne gebleken, zyn
inhoud op het re511 woideüaangeteciend,
somtijds de oorzaak van l&t&e aüeï^ïioq, enz.
al dit monnikenwerk ha<4t men uit mit
rxploitatie in n hand., '
4. Hie't allén tijd wordt daarmede be pi ai d,
maar voor sommige goedeiea dt, wiarde
veihoogd door snel verroer.
5. Deze eenheid van-weikm^ is eenenicuvte
ontwikkeling'van het beginsel dit m po^ - en
t.elegraafwezen zoo nuthe weikt. Indien de
winsten op de groote .postkantoren het
veilies op de plattelandsbu^sen me* £{» edmaakten,
zouden gansche streken beioofd zyu tan de
voordeelen die zij thans genieten. Zoozouod
de. Staat kleine-lijnen kunnen aanleggen \an
d ? - wint, die hij op de \ooideebge behaalt.
Handel en levenskracht kunnen zo j de vei st
Afgelegen streken vruchtbaai maken.
Hiertegenover ecütervst<ian do nadeelen
l. Voor ,denzelfden ditnst heeft de Staat
veel meer ambtenaren'noodig dan een pai t
kuliere maatschappij.
2. De belangstelling van paitikuliLien, hunne
zorg en ?verantwoordelijkheid vooi de lijnen
.ontbreekt bij staatsexploitatie
B. De inrloe.d ran verkieziugsbelaiigen
werkt soms zeer nadéelig op den bouw, de
richting en het tarief, der l^nen
4. Daar de Regeering vei^twoordel^k
ivoor- de exploitatie, geeft ledeie vertia^mg,
ie.d.ér ongeval aanleiding tot het Belgisch alias
Ie Minisïre!. of' zelfs: Weg met het gehsele
Ministerie
5. Het;bezit van déspooilijnen stelt ter
besclwkkii-g yan ? dé- Regerrmg eemge düizende
bétfe,k"kingeni bij"de duizenden w^aivan ledeie
konsötutioneele egeermg iceds mijbiuik
inaakt. De Staat onder den pailementaiien
regeeringsvorm is niet een begnp, maar eene
machtige partij, en de paity, oveitu'gd, dat zy
de veilig'héid eüden bloei van het land
\eitfegenwoördig-t,,'-zal -ai'halen invloed gebifiken
om van de overwinning veizekeid te blijven."
Dit geeft aanleiding tot een hoog&t schadelijke
vermenging van financieele, economische en po
litieke belangen, die op den duui
demoiahseerend moet werken. In 't.kort, de voordeelen
ziju volgens déLaveleye van econonuschen, de
nadeelen van pHitieken-iiid
Het'behoeft biet gczeqd ^e wolden, dat op
het eerste der door de Laveleyp genoemd^
voordeelen ten gevolge dei
tyd^orastand^heden, voor 'ons de nadruk valt. Teiwiji het
5de punt: zeker .niet aan de ovei weging der
nadenkenden ontsnapt.
Hoe dit zij: de .voordeel en van ekomischen,
de nadeelen meest van pohtieken aaid,
waarvau enkele, zeker voor ons land-niet zoo zwaar
als voor Belgiëzouden wegen, zullen een punt
van onderzoek- moéten uitmaken.
Staatsspooiwegen of spoorwegen door païhkuhxien aan
gelegd en beheerd, is voor Nederland de groote
vraag. Wij wijzen hierop, omdat zij, die aan
een verkeersbelasting denken, aich ovei deze
zaak nog niet hebben uitgelaten en de beslissing
van dit punt aan elk debat ovei zulk een
belasting behoort voor.af te gaan.
Had FrankiijL niet een
doorstaan, dan zou men met het mee +e lecht
kunnen beweien, dit o k op staatkundig ge
bied Euiopa zïch .n do -.tille c5 tgen, die den
Kers'ijd omimgen, bevond Fn tooh mag men
\an tilte pieken. Immeis de zoogenaamde
kiiiis te Pauj-, loopt naar alle waai
chiin]ijkh/jdsJschts op een wijziging \an hetbestaands
kabinet uit.
Na veel ^iuchteloos po^en om Waddmgton
axa het hoofd te houden r- aan Fieycmct de
opdiacht tot lormmg of hpivuimmg van het
kabmet geda^i.
Thans, is hij aan het ondethind^en met
leden uit de lepubhkem'-clie Imkeizydy en
van de Union lepubhcame. Denkelijk zul
len Waddmgton en Leou Say, ah Fieycmefe
slaagt, uit het kabmet tieden.
Grevy'g btaatkuude blijft dezelfde.
Dat er aan e^n nieuwen minihtei vooi
oisdciwijj gedacht aou worden, blyktmef- Feny
zal zeker /iijn wet met ait. 7, de geruchtma
kende bepaling, die aan de leden \an met door
den vfcaat eikt,n<te geestelijke oiden liet g -sen
?^an ond°rwij*s vei biedt, na het ] eisticces verde
digen Hoe de senaat be-Iibsen zal, weet men
met met zekerheid, rn-uir uit de geinige meer
derheid, waaimee zij de veimmdeimg van den
begiootmgspo&t \ooi de jaaiw&dden der bis
schoppen en aaitsbissrhoppen heeft toegestaan,
maken velen op, dit dit lieveling-^denkbeeld
der hbeialen gevaar loopt veiworpen te
woiden.
Met den vooiuitgang van het meest
geavanceeide deel dei lepublikemen staat het nog
met veiontiu'tend geschapen. IQ het
depaitement Oian^e, \viat met zooveel gediuisch
Huoiljeit, de ontslagen kommuneman, kandi
daat voor de kamei gf stekt weid, behaalde
Gent, h(,t afgeheden lid, de oveiwinning met
6009 legvjn 401J steauaen. En dat nog wel,
ofschoon de Bonipaiti>ten bij eeii deigelijken
btujd steeds de helpeis van de paity der
i\ anorde zijn.
Wat het Bonaputisme betreft, na den dood
van Louis1, heeft he< met de kracht hei won
nen, die hrt bezat, of juist ei gezegd, die het
scheen te bezitcen. De \rienden zyn het nog
mot eens kunnen woiden o\er den pi ftendent
\ooi den tioou CxsbagULtc wil Jeiome met als
zoodanig eikennen, en de -P«#s, zyn blad, acht
het ondei zulke <5roe\e omstandigheden met
ooibaar Jen louw at te leggen, dien zy ieed&
^e& maanden lang ^ediag n heeft. Die louw
is ook om asdeie ledenen gewettigd. De
lepubhek toch \eitoont scmjn noch schaduw
van een nadeiende ontbinding. Het land is
tevreden, de wehaaitis befiekkelyVgïoot, de
hefdadigheid te Panjs den bthoeBigen betoond,
bewijst dai de zal en goed gaan. De natie blijft
7ich lustig houden en waardeeit de zegeningen
des viedes. Zij weet, dat elke veiandeung haar
op gioote ofter& zou te staan komen. Te
Yeisaslles weid dan ook weer een gematigd re
publikein naar de Kamer afgevaaidigd.
Ook in Dmtschland heeischt kalmte. Helaas
hiei en daar ook nijpend gebiek; o. a. m
Sile<iie, waar men de behoefügen, die hulp noo
dig hebben, op 400 000 zielen schat.
(Slot)
Dagen gaan voorbij, maar geen woord uit
Parijs! Eerst zat ik met zenuwachtig ongeduld
op den langzaam voortstappenden postbode
te wachten, maar mi er een heele week-
verloopen is zonder tijding, schik ik mij in mijn
lot ea beschouw ook dit als een deel van mijn
welverdiende straf. Maar zie toen rnija hoop
vervlogen was, kwam de brief; het adres was
echter niet aan Hortense. ,Terwijl wij samen
aan het ontbijt zitten, zien wij aan Ma
dame Lebrun's gezicht, dat de brief, dien zij
in de ,hand Houdt, mij betreft.' Zij zegt eerst
van neen, en wil de kamer uitgaan, met het
'kostbare dokument, dat Marianne haar ge
bracht heeft. Maar wij Hortense en ik
zetten onzen wil door, en krijgen onzen zin.
Zy zal dan den brief lezen, hardop lezen, mits
Uk plechtig beloof dat ik'?kalm" aal luisteren
en mij, niet zoo overstuur maken als ,ik nu
al weer begin te doen. Ik beloof, ik bezweer
alles wat zij maar wil. Ik zou kalm en rustig
blijven, n niet beven nu ik eindelijk
eindëfyl, iets hooien zal van mijn echtgenoot,
naar vaen niijn ziel -verlang^ aan wien ik denk
nacht en dag, dag en nacht l Mijn hart is
altijd by hem en met hem; zonder hem is het
leven mets dan veimoeienis en ellende. En
nu moet ik onbewogen blijven, bij 'hetgeen ik
van hem hooien ^al! Toch span ik al mija
krachten m om myzelve te beheers'cb,en en
Madame ziet het. Mijne oogen alleen zeggen
het haar, hoe ik snak naar lafenis voor mijn
ziel: met de onverstoorbare kalmte van een
heelmeester, die snijdt om te genezen, ontvouwt
zij uu den brief en leest, terwijl ik luister,
zwijgend, onbewegelijk, met vrees van een
enkel woord te verliezen. Wat nu volgt is
een woordelijke vertaling van den brief mijner
stiefmoeder, niet het verslag van alles wat er
in deze rampzalige maanden gebeurd was:
Geachte Mevrouw Lebrun!
Met een mengeling van verrassing en smart,
ontving ik het schrijven mijner vroegere leer
ling Hortense. Wat de vraag omtrent een
plaats in mijn instituut betreft, behoef ik' u
niet te zeggen, lieve Mevrouw, dat er van mijn
kant geen 'bezwaren zijn, als gij mij het een
of ander meisje aanbeveelt. Miju kondities
zijn tengevolge van de tegenwoordige duurte
van alle levensmiddelen een weinig veranderd;
dat zult gij wel niet onredelijk vinden. Maar
mijn hart is vervuld met iets anders, en ik
stap van dit onderwerp af om mij te bepalen bij
het droevigste gedeelte van -Hortense's brief
Gij herinnert u, zeker nog wel haar vriendschap
voor mijn stiefdochter Felicia? Helaas, ik heb
u omtrent dat dwaze kind de wonderlijkste
dingen te vertellen. Zij had mij dikwijls n
op allerlei manieren onrust en Last veroorzaakt,
en ik meende dat ik zoo goed mogelijk voor
haar gezorgd had, toen ik'haar en haar keurig
uitzet aan een jeugdig Engelschnian toever
trouwde, een bijzonder aangenaam mensen,
van ? goede familie. Fee toonde haar liefde
voor dien jongen man Alleyne is zijn naam
- veel. duidelijker dan een Fransche moeder
haar dochter zou toestaan. Een paar malen
onderhield ik haar daarover, maar het kind
antwoordde met een vloed van woorden, da"t
haar liefde haar leven was, enz. In'weerwil
van die sentimentaliteit leefde .het jonge paar
drie jaren lang in een paradijs van huwelijks-:
geluk. Fee schreef zulke opgewonden brieven
over haar geluk, dat wij werkelijk meenden
dat zij nu eens een veilige haven had bereikt
in dit stormachtig leven. Plotseling echter
verschijnt,er op het tooneel dezer-voorbeeïdige
ménage een ietwat avontuurlijke dame, die
Mijnheer Alleyne in vroeger jaren gekend heeft.
Deze dame, Mevrouw Balfour noemt zy. zich,
heeft' een góéden man en aardige kinderen.
Toch kan zij het niet laten om den vrede van
het jonge paar te gaan verstoren, en Mijnheer
Alleyne is, als alle mannen; niet onvatbaar
voor vleierij. De mooie Mevrouw Balfour
neemt- allerlei attenties en geschenken van hem
aan, en het arme vrouwtje vergaat te huis van
wanhoop .en jaloezie, dubbel hevig, omdat zij
hem zoo afgodisch liefhad. Zij wordt ziek en
ik vermoed dat ook haar verstand gekrenkt
iSj door ,dat toegeven ^aan haar teugellooze
hartstochtelijkheid. Maar luister verder. Door
een samenloop van omstandigheden zijn Mijn
heer Balfour de echtgenoot der dame
en Felicia te gelijk afwezig. Er wordt ergens
in -Londen een publiek bal gegeven, voor het
een of ander liefdadig, doel. Ook weer zulk
een echt Engelsche manier van doen, niet
waar?
? Nu heeft Mevrouw' Ualfour, als de. laatste
gunst, die ,zij ooit van. hem ..vragen zal,
geischt dat Mijnheer Alleyne haar daarheen zal
begeleiden, en na lang aarzelen geeft de goed
hartige, maar zwakke man om des lieven
vredeg wille eindelijk toe. Hij hoopte zich daar
door vrij. te maken van de sla-vernij, waar
onder hij diep 'gebukt ging, want slecht was
hij niet, 'en' het bitter vei diiet van zijn jong
vrouwtje had hom plotseling de oogen geopend.
Maar. hij had den prijs zijner viyheid met
góéd berekend. Fee hooit van zyn plan en
wordt half krankzinnig van smait Te gelij
kertijd heeft de eea .of andeie grdien fage
vriend Mijnheer Balfour, die pog altijd in
Schotland is, gewaarschuwd en hem ingeht-ht
omtrent .het gedrag zynei viouw, en de zaken
worden zoo beschikt dat hy aan de deur van
de balzaal staat, en de hand van Mevrouw
Balfour met geweld uit den ai m van haar
cavalier rukt. ;Deze bevindt z'ch nu m een
alleronaangenaamste positie en is m den
volsten zin des woords de trop. Daar schiet b em
te binnen dat hij nog met den laatsten trein
naar Brighton kan. gaan, en zijn vrouwtje ge
ruststellen. Hij gaat, maai helaas! het is
te laat! Terbeeld u zijn schiik. toen hij na
middernacht in het hotel teiugkeerend, zyn
vrouw verdwenen vond, zonder -dat zij een
enkel woord, mondeling of schriftelijk
achteigelaten, zonder dat zij de noodzakelijkste
toiletbehoeften en Meeren had meegenomen'
Niemand in het hotel wist iets omtient haar
vertrek of - het doel van haar reis. Al wat
hij van - de slaperige kellners te weten kan
komen-is, dat: Mevrouw Alleyne om "vier uur
een telegram ontvangen had, en daarna te
voet uitgegaan was, zonder een boodschap
achter te laten. De arme man biengt een
angstigen nacht door'! Hy weet met waai hij
informeeren, wa'arheen hij gaan zal! Hij kan
niets doen dan wachten op den moigen' Hij
^dwaalt overal rond, en kan maar geen op
lossing vinden van dat raadselachtig gediag
zijner vrouw. Hij voelt dat jaloezie haar tot
den een of andeien ovenjlden stap gedieven
moet hebben, maar v in de droevige waarheid
vermoedt hij mets, tot hij z^ch c1 en andeien
moigen naai zij u woning, even buiten Londen
begeeft. Daar is zij gefeest, maar ook weer,
heengegaan, zondei iets te zeggen of te laten
gissen. Zij heeft haar daigsche Llceien aan
gehad want die mist hij en zoo l
eschryft hy haai a^n al de bureaus van politie.
Gy zult het tei nauwernood kunnen gelooveu,
maar al zyn pogmgen zyn viuchteloos ge
bleven en tot op dezen dag heeft hy ttodl
zyn vtottw, nocli eemg spoor van baai ge
vonden! Ik schnjf dat alles aan u, geachte
Madame Lebiun, omdat ik \iees dat al die
dioe\ige bijzondei heden cn^eschikt zijn >oor
de ooien onser lie\e Hoitense, maar eij zult
ha&r wel m^jn daiik willen overbiengert vooi
de genegenheid, die zij mijne aime Felicia altijd
betoond heeft, en haai zooveel van de leiten
meedeelen, als gij voor een jong meisje goed
ttcht. Een sluier ^an geheimzinnigheid ligt
over de geheele geschiedenis vei&pieid.
De ontstelde dienstboden, die haar
dooc*ehjk bleek gezicht gezien, maar geen spoor
van haar teiuggevorden hadden, zeggen dat
het haar geest is geweest, k voor mij geloof
vast dat het ongelukkige kind zich in de
Theems verdionken heeft' De ai me Karel
wil daai echter met van^ hooien. Heihaalde
malen is hij hier "by mij geweest, om o~ver
zijn leed te praten en mijn raad m te winnen.
Maai wat zal ik hem zeggen? Hij
kaniieigens lu&t of viede vinden, Fee heeft haai
juweelen meegenomen. Dat gaf hem eemge
hoop natuuilijk en hij heelt overal ondeizocht
ten einde te ontdekken waar zij ze veikocht