De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1880 16 augustus pagina 2

16 augustus 1880 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

STERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. D K A M S T K H D A M M E R W E K K B L A D V O O U N E D E R L A N,D. Let weder op het kamp onzer vijanden. Niet slechts, dat zg uit den aard der «aak flauwe voorvechters van Kappeyne moesten wezen, ook de strijd tegen Gleichman kon hun niet uit het hart komen. Ia de tweede uitgaaf hunner advertentie wordt gezegd, dat zy hun nen tegen-candidaat niet zullen bet t r ij Jen. Het is volkomen begrijpelijk, want van het stand punt der liberalen kan inderdaad tegen Gleichman niets worden ia het midden gebracht. Hij behoeft derhalve tegen geen aanval te worden verdedigd, hetgeen niet mag weerhouden met een enkel woord in het licht te stellen, waar om hy een der hoofdstad volkomen waardige candidaat moet geacht worden. Gleichman is een man van toe wijding aan de publieke zaak. Een man van karakter en zedelijken moed. Naar het model en uit de school van Thorbecke. 1. Gleicbman is een man van toewijding aan de publieke zaak. Haar zoekt hy, niet zich zelven. Zy en zij alleen deed, hem tot de opoffering besluite», een eervol en winstgevend ambt vaarwel te zeggen, oin eene betrekking te aanvaarden, die in wisselvalligheid hare wederga niet heeft. Door 'skonings vertrouwen met de portefeuille van finantiün vereerd, heeft hy niet by uit «luiting het middel der redevoeringen gebruikt, om van zijnen «ver en goeden wil to doen Mijkea. *??" flinlf» fcfft K«at r<li.|?ln pelyk overleg. Kn dat wel in do Kamer, hetzij! dun by het schriftelijk of bij het mondeling j debat, maar nltyd in de Kamer, niet in de kot'-; tiukamer. Deze achtte hij do minder onngowe-! zette plaats voor de behandeling van zakenen] van daar dat er spoedig ot»n klove ontstond tusscheu hem en de helden der coulisse. Otu deze redenen moeten de liberalen hunne, stem geven aan Oleiehman, ook zy, liet ver wondere nifuiaud, die naar ingrijpende hervor ming uitüion. Immers is hervorming ondenk baar zonder toewijding, zonder kartokter en*edelykeu moed. Maar tuvena m '/.ij alleen te \vacliten vau hen, die zich van Thorbccke's geest doordringen «n zyn« methode getrouw blijven. Wie zich naar ThorLecko noemen, eu geen schrede verder willen gaan dnn hy, verdienen liunueii naam eveu weinig, als wie den naam dor geuzen in den mond voeren, maar blijven staali. neen wensclieu tenigtekeeren tut het standpunt, waar deze stonden. Keno vergelijking voltooie de uiteenzetting onzer bedoeling. Ken «root rechtsgeleerde en uitstekend be oefenaar van het Komeinsche recht in Duitschland, Rudolf von Iheriiig, beklaagde zich over de rechtsgeleerden van onzen tijd, die xich voor doen als bewonderaars van het llomeinscho recht, maar niet inzien, dat naar ile methode van dit recht, de rechtsontwikkeling evenredi gen tred moet houden niet de. ontwikkeling en de behoeften iler maatschappij. Bij do leerstel lingen van dit rerht ten allen tijde te zweren. noemde hij onromeinsch, omdat de maatschappij. van welke z\i de uitdrukking was, voor goed is verdwenen. Hij 'drong aan op het behoud dei'ine«\r nnly gers van Kappeyne gerangschikt. Met de en kelen, buiten de Amstcroamsohe leden is royaal gerekend de party Kappeyne tien sterk. Net genoeg voor een fioo/'d\ rijpt altyd m stilte. Len luidruchtige aan- j en. gei,ioat. de leerstellingen van dit recht in de .kondiging is meestal de onmiskenbare voor- hjn. eeuw voor andeven prijstogcvon, en deed bode harer misgeboorte. Gleichman zette zich l het met dezo woorden: 'Duren das Komische Een onoprechte leus. Vóór 3 Augustus werd door het Handelsblad ter bevordering der candidatuur van Mr. Kap peyne, de naam gebruikt van den Burgemees ter van Amsterdam, die begreep, dat zijne ? positie, hem verbood in den verkiezingsstrijd openlijk party te kiezen. D«ze praktijk mocht ', in hooge mate ongepast, onkiesch en in strijd met de goede manieren worden gerekend. i Erger is het, wat thans] gebeurt. l Voor weinige weken werd de heer Kegtdoor( zee, de candidaat van Burgerpligt," voor de Provinciale Staten, door het Handelsblad met felheid bestreden, ten behoeve van een jongen koopman, die ook volgens het oordcel der kiezers te weinig had fiepraesteerd, om nu reeds als vertegenwoordiger van Amsterdam in de Provinciale Staten op to treden, ' ! Thans is de leus van het Handelsblad, Regtdoorzce eu nog eens Kegtdoorzee. De bedoe, ling is duidelijk. Den heer Kefttdoorzee op hemelende, speculeert het Handelsblad, de le den van Burgerpligt'' tenaanzien van den strijd . tiisschen Uleichman eu Kappeyne teverdeelen, j Van gansclier harte hopen, zonder aarzelen i voorspellen wij, dat de heer Kegtdoorzee in l Augustus den zetel zat erlangen, die hem, ten gevolge der oppositie van het Huudelablud iu Lemiup op politiek gebied weinig gezag. Wel op dat der letteren, vooral op dat der Oud heidkunde. Wie herinnert zich niet met ge noegen de jaren, toen hij aan het hoofd stond van het Oudheidkundig Genootschap? Wie vergat, met hoeveel energio hij als Voorzitter dezer Veroeniging een protest richtte tegen de opheffing dei- Ryks-Commiseie van Kunstad viseurs'r1 De minister, die deze opheffing voordroeg, en tegen wien do Heer van Lennep z^nu weiversneden pon richtte, heette Kappuvue van de Coppello, en ia naar wij vernemen, icerna verwant aan den thans door den Heer van l.eimep aanbevolen candidaat. Een Alphabctische Retraite. Met trots werd er vóór 3 Augustus op ge wezen, dat du Oud-Burgemeester van Amster dam bovenaan stond in do advertentie, die dagelijks vooraan in het Handelsblad geplaatst, ! de candidatuur van Kappoyue aanbeval. j X:i de nederlaag van den derden Augustus l schijnt X.E.A. zijnen bevoorrechten rang in da 'lijst der ondertcekonaarsgaarne aan eenander ! te hebben willen afstaan. 1 Ken alphabetisehe Retraite werd uitgedacht, ten gevolge waarvan een ander hooggeacht ingezetene, die vroeger achteraan stond, thans n", l is geworden. ' Of het dezen volkomen naar den zin is, een plaats in to cemen, die door den Oud-Bnrgemecster met reden werd prys gegeven, mag Recht, i'iber das lïtiuiische Recht hinaus. De toepassing der vergelijking is niet moeilijk. Rij Thorbecke mag . niet -angstvallig worden stilgestaan maar Kijiie methode moet tot icileren prijs bewaard of waar van haar werd afgeweken, tot haar worden teruggekeerd l'ebcr Thorbecke hinaits abel' duren Xhorliockc, zy de leus der liberale kiezers te Amsterdam, aan welke zy' ontrouw zonden worden door de keus van Kappeyne, die deze methode in woord en daatl bespotte welkezij'ooroziillon aandoen, door hunne stem te geven aanMr. OLEICIIMAX, den waren volger vun Thorbecke. J. C. DE MARCZ OVESS. Amsterdam, 14 Augustus 1880. dadelyk aan don arbeid. Hij bracht de jongste leening eu de successiebelasting tot stand, en droeg een knpitaalbelajting voor, bij welke gelegenheid de man- van het zoogenaamd stroeve karakter, bewees voor argumenten vatbaar en tot samenwerken met het Parle ment in staat te wezen. Voorzeker, de door hem voorgedragen belastingen vielen niet in ieders smaak. Maar Ook aan hen, die deze belastingen afkeuren, mag de vraag worden gericht, of zy. alle verschil van fiscale begin selen een oogcnblik buiten spel latend, niet moeten erkennen, dat Gleichman zich een ijverig, parlementair man, vol toewijding aan de publieke zaak heeft betoond? 2. Gleichman is een man van karakter en van zedelyfcen moed. BQ geeue gelegenheid is dit schitterender ge bleken, dan toen hij zich, nu eenige weken geleden, tegenover Kappeyne candidaat durfde te stellen. Hoe weinig berekend waa dit op treden I Hoe oneindig voorzichtiger ware het geweest, zich niet tegenover Kappeyne in het Velu te wakren! Zich ditmaal terugtrekkende, ?ware Gleichman by een aanstaande verkiezing zonder slag of «toot verkozen. Gleichman ge voelde, dat dit niet mocht. Den lande moest het duidelijk worden, dat Kappeyne in het Parlement een gevaarlijk man is, het geloof worden uitgeroeid, dat bij de leider is of im mer wezen kan van de liberale partij, bovenal worden verhoed, dat door eene verkiezing te Amsterdam in 1880 op de avontuurlijke poli tiek van 1679 het goedkeurend zegel zou worden gezet. Flink weg en met opoffering van eigen voordeel, wenschte Gleichman de vraag gesteld en beantwoord te zien : Zal de liberale partij de methode getrouw blijven van ernstige behandeling vnn zaken om harer zelf wil of voortaan onder aanvoering van Kappeyne de politiek beschouwen als een spel met de Ka mer, met het land, desnoods met de Kroon? Het antwoord i? gegeven. Op ondubbelzin nige wijs, na een hevigen verkiczingstrijd. bij de stembus. Men danke het aan het karakter en den zedelijken moed van Gleichmnn. 3. Naar het model en de school van Thorbecke, zeiden we. Zoo is het. Hadden do kiezers liet advies van Thorbecke kunnen inwinnen, geen. Vóór 14 dagen beweerde het Handelsblad twijfel, dat deze de keuze van (Heicbman in dat Mr. Kappeyno als het hoold door de libeovereenstemming met liet belang van liet va- rale partij werd verlangd. Daarin schijnt eene derland had geoordeeld. Gleicbman heeft zich ; wijziging te zijn gekomen, waarschijnlijk nadat bij gelegenheid der onthulling van Thorbccke's tegenspraak niet is uitgebleven. Thans wórdt standbeeld als zijnen volger verklaard on zich i Mr. Kappeyne door de Atnstcrdetmsclie afgein zijne publieke loopbaan als zijnen leerling / vaardigden als hun hoofd verlangd. Eerst dns de leider van vijftig, thans van nes, want Mr. Godefroi wórdt onverdiend onder de aauhanJuli werd betwist. Maar dit óéne betreuren wy, dat deze candidaat, wiens familienaam zijn , karakter teekent, thans wordt gesteund door ' een orgaan, dat door zijne houding in dezen, ? het recht heeft verbeurd, de leus Regtdoorzee, i om hoog te. houden. AunU-u betwijfeld uu hul JL.I! ; , «leren, wanneer doze heer, om voor dergelijke verrassingen in het vervolg to zyn gevrijwaard, zijnen familienaam, die, begon bij niet met een A., hom door ieder zou worden benijd, er aan l geven en aan 7.. M. den Koning vergunning 1 zal aanvragen, dezen veiligheidshalve bijv. in 'Zola te veranderen. Het Handelsblad en Rotterdam. Met reel ophef heeft het Handelsblad 'm der tijd aangekondigd dat Kappeyne door invloed rijke kiezers uit Rotterdam zou aangezocht zyn om zich voor dat district verkiesbaar te stellen, maar geweigerd zonde hebben om de hoofdstad de eer te laten van zijne keua! En wat gebeurd nu? Door de beide liberale kiesvercenigingen te Rotterdam Orde" en Sitrgcrpligt" wordt Otto van Rees aanbevolen, de man die met Gleichman uit het Ministerie Kappeyne trad en daardoor wordt deze keus in meest beslisten zin gericht tegen Kappeyne! Mét bijna algemeene stemmen is n in Orde" n in ., Burgerjiligt" Kappeyna veroordeeld. Uit dit eene staaltje kan blijken hoo het Han delsblad do kaart van het land kent en hoeveel waarheid er is in de bewering van dit blad,i dat de liberale party Kappeyne terug verlangt.! De Kandidaat der Binnenkamer. Reeds by vroegere verkiezingen werd er! over geklaagd dat Amsterdam van uit den Haag zijn kandidaten voor de 2do Kamer ontving. l In den Haag werd de verkieziagstryd voor-j bereid, die hier gevoerd moest worden. De Amsterdammers wisten dat niet, en zij kozen' hun afgevaardigden ondanks deze Kapp ynianen waren, of zonder te vermoeden dat zy het waren. Vandaar dat de meeste amsterdamsche af gevaardigden, zelfs onze roemrijke. Froycr, evenals de Meyier, die te Haarlem door den Ilaagschen invloed werd verkozen, hem harte lijk aanhangen. Dit Kappeyne-clubje meende zich nu door de herkiezing van Kappeyne zelf te moeten versterken. Kappeyne kwam op con avond bij den heer Zimmerman aan huis om de vrienden te be groeten, dio hem die weldaad wilden bewijzen. Daar waren o. a. ook de bestuurders van Burgerplicht genoodigd, die -echter voor de eer bedankten, daar zij Volstrekt geen behoefte gevoelden aan een kennismaking met den man, j wiens staatkundig verleden nog door niemand was vergeten. Daar werd de zaak tot rijpheid gebracht. Ziehier de verklaring van de uitdrukking: kitndidatuur der binnenkamer. In hoeverre zij juist is moge de lezer zelf beslissen. HOOFD? doen kennen. Zelfstandig in zijne meeningen en daden, was hij te vinden Voor gemeens, chap; De wonderdadige bekeering van j den Heer Mr. Herman J. van ! JLennep. Rekening houdende met den illustren nnfim. dien deze Xco-Kappeyniaan draagt en in eere houdt, was eenige vreugd over zijn dienstnemeo in het Kappeyne-leger.begrijpelijk. Hyper overleg had er echter tou moeten leiden, deze vreugde zooveel mogelijk geheim te houden. Immers, heeft de naam van den Heer van De ex-slachter vouwde het. blad open en zag haastig de advertentiën .der verschillende Kiesvereenigiagen na. ; ' Boks geeuwde, strekte zijnpantoffels zoo ver mogelijk onder de tafel envroeg lusteloos: Heb je er al een?" .. Da... die motten wir' hebbon, da schtaat het van Poeteren kijk! hij wird aanbe volen door een heele schliert namen hoor! Blikken, Romlag, Bruin, Marthis, Schlemmer, Vliering, Brodders, Akkerling, dat binnen namen als Klocgen?meist allemaal vroegere klanten van mijn. Die Brodders moest altyd 'n lendeuschtuk mit de haas hebben 'n fijne vleeschkenner?-oend Matthis, die kwam altyd selbst, oend sei: Baas Haoerle laat my een kalbsbroest bezorgen, maar je 'moet 'm selbst schnyeD. Dat bin allemaal fijne lui, die daaroenter schtaan oend van Poeteren aanbevelen-" Zoo, dos jij zon denken dat we van Poeteren moeten hebben, Hüberle. Ik las anders van mor-ttist, dat diévan Poeieren de rechte man niet 's. De kiesvereeniging?Raadtelkander"schryft dat hij, toen hy vroeger minister was, den boel in de war schopte en toen zyn biezen pakte.'1 So, das wischt ik niet, dat is 'ne gemeinheid nein Poks t dan moeten wirvon Poeteren weer nicht hebben? Want in die kiesvereeniging eind ooch knappe lui, daar heb je zoem beispiel de president Klaverhof,'n knappa.'n aehr knappe kop, die ken ich gen au, die heb 'k twaalf jaar bediend, ala die bank voor 't jeld, 'n «rechte lief hebber von kallbskopf, óp jeld sag by nicht as 't maar 'n jroote was. Hoe zou jij denken over Mantinga! de candidaat van Raadt elkander" vroeg Boks aarzelend. Joetl Joet! dan nemen wir Mantinja;. abgemacht, heb je- pennen oend inkt dan vullen wir gleich samen: oenzere biljetten in oend bringen ze weg 'k bin expres só vroeg jekommen, dan is 't nog nicht so druk an 't Raadhuis." Boks was opgestaan, en had uit zyn secr taire Let stembiljet, een fleschja inkt en een pen opgezocht, Iliiberle breidde zyn briefje op tafel uit en keek met aandacht naar de letters die er op stonden. Nog was Boks bezig om met wat warm wa ter uit de theeketel, de inkt ia't flescbje vloei baar te maken toen plotseling de deur open gedaan werd en 't kleine meisje, dat juffrouw Boks. in de huishouding hielp een paar strooibiljetten op tafel legde. Baas Habérle nam er een van in de hand en begon te lezen. Boks was eindelijk klaar met zyn chemische proefneming en doopte zyn pen in 't drabbige vocht on Mantinga's naam op zijn stembriefje te zetten. Halt!" riep Hiiberle op eens. Kottorie Poks l daar hadden wir beinahe 'u schtomme scktreek Het Handelsblad jraat met den Tijd met-. De Itameelen, dio vroeger dienst deden, zijn afgedankt. Zij slepen de schepen niet meer over Pampus, thans gaan zy recht-door-zce naai- onze haven. Ook het Handelsblad dankt ei/n kameelen af. Den Beer Portugael, Herman J. van Lennep, Aug. Philips, J. Boissevain, de Burgemeester en Oud-Burgemeester zijn buiten dienst gesteld: alles is nu RECHT-DOOR-ZEE. Of bet candidaten-scheepje echter op die wijze de haven bereiken zal, is de vraag. Helaas er zyn nog altijd schepen, dio niet voor Amster dam kunnen komen. Een woord van Prof. Buys. Prof. Buys, wien niemand zal ten laste leggen dat hy onrechtvaardig oordeelt, zeido in de Gids van Jan. 1879 omtrent Mr. Kappeyne: Het getal uwer parlementaire triomfen is legio maar de reeks uwer nationale triomfen moet nog geopend worden." Overgezet zijnde luidt dit: Mooi spreken kunt gij, maar tot stand gebracht hebt ge niets. ? . Na Jan. 1879 heeft dat oordcel niets van zijn kracht verloren. Ook al een argument. De heer Gleichman, voorgesteld ala iemand die het tegenwoordig ministerie zou bestrijden, legde de volgende verklaring af: Alle my'ne vrienden in en buiten de Kamer, met wie ik in de laatste twaalf maanden over Staatkunde heb gesproken, weten volkomen wat er waar ia van de bedoeling vanoppositie tegenover Minister Vissering, welke mij door sommigen mijner tegenstanders wordt toege dicht. Mijne waardigheid en artikel 82 der grondwet verbieden mij e,r meer van to zeggen." jetaan, die Mantinja moéten wir in 't jeheel nicht hebben, dat's 'ne kletschmajoor die waait ooch al mit allen winden, lies, daar schtaat het gedroekt." Boks legde zuchtend de pen neer en ant woordde: Wie kan. daar nu. wijs uit worden, nu deugt die Monteno of Hantana ook al niet meer, 't is een vervelende boel. Wie moet 't dan toch in godsnaam zijn V" Mier ia 't einz, wenn 't noer nicht de cantitaot van de burjemeisier ischt." En myn is't precies onverschillig, zet er voor mijn part jouw eigen naam op." Baas Hüberle vertrok zijn breeden mond tot een lach. en met de vlakke hand op tafel slaande, riep by luid : Dat's nog zoo'n schlecht idee nicht Poks. Ha, ha, ha l geef hier die dinte ich zet jou naam en jij zet myn naam op die biljetten." Wat blief? . Waarachtig dat 'a ein cchöner jedanke icb schtem joaooudjg schtemtmijn dan heft niemand er wat an oend wier haben doch oenze burgerplicht gethaa." Lachend antwoordde Boks, Keen Iliiberle dat is nou toch onzin, wat zouën wij in de Kamer doen. O! ho! ich zou mijn moend wel roeren vcrscbta je 't abbattoir ten minste zou' hier in Amsterdam nooit nicht kommen daar geef Toch schrijft het Handelsblad, (waardig en tegen verdaohtmaken gekant) veeleer zal de verkiezing van Gleichman wegens zyn6 vijandige houding tegenover de grondwetsher ziening van bet vorig jaar grieven doen her leven." Van de sa liberale kamerleden syn er minstens 46 die Kappeyne om jjn onvoorbereide grond wetsherziening niet terug willen zien.' Van wie is nu vardeeldhcid te wachten: van Kappeyne die dete grondwetsherziening wilde, of van Gleichman die met de veertig anderen haar alleen mogelyk en wenschelyk acht, als ui) behoorlijk is voorbereid?! Een eerlijke strijd. De warme yver waarmee de voorstanders van Gleiohmau's kandidatuur die verdedigd hebben, wordt door het Handelsblad gegispt. Het spreekt van verwoede aanvallen," ver dachtmaking van karakter of verkeerde uitleg ging van daden," het aanwenden van domme krachten als men aan de andere zijde beneden zich Achtte te gebruiken," verkleining van verdiensten," goiepige ttrooibilletten." De gniepige strooibilletten, bevatten drie dagbladartikeleD, die feiten behandelden; een ander, dat van nEen bankier," behelsde een getrouw overzicht van Gleichman's daden, en voor dat alles bad het Handelsblad geen weer legging gereed of over. Een openhartiger polemiek ia zeker nooit gevoerd, dan in die ik je mijn woord op maar alle jekheid op 'n stokje ik schrijf jon naam hoor?" en Hüberle greep naar de pen. Baas! Baas! wat ben je weer aan den gang, zei op eens juffrouw Boks, die na opgeruimd te hebben, wér bij 't edele tweetal was komen zitten breien, . Waaroem jpeffrou?" Wel man .als je die biljetten zoo invult kun je net zoo goed thuis blijven, dan hoef je toch waarlijk niet dat eind naar't Raadhuis te loopen". Daar heeft Mientje gelijk in." antwoordde Boks toestemmend knikkend.?? Eigentlich ja, maar wir moeten doch ttnrere staatsbnrgerliche plficht doen en schtemmen, wir sijn noe einmal kiezers maar enfijn joeffron! Sie haben doch am ende ganz recht. Niet waar?'1 zei Boks met een tevreden lach.?, Jawohl, janz recht, loss schtemmen was schtemmen wil, kein mensch weet toch dat wir nicht mit doen. ? Geen sterveling Haberle--!" . Oend,voor die wereld blijven wir doch kie zers, dat kreuzjen in 't adresboek oend, de hooge betasting kan memand oens afnemen. Weet je wat Poks! haal 't dominéspiel, oend laten wir jezellig mit zen drieën 'n spulletje maken, De joeffrouyr spielt doch ooch mit, hé!" Zoo vroeg dominospelen, dat'g me nog nooit billetten welke nu gniepig" heeten. Kappeyne's karakter werd niet verdacht gcmoakt, dat hu sputzick, weinig ernstig is weet ieder, en heeft Kappeyne zelf vol doende door daden bewezen. Zijn verdiensten als kundig advokaat, en geleerd jurist werden door niemand ontkend, of verkleind. Wil men nu Burgerpligt, dat met algemecnc stemmen den guvierden Regtdooi-zee tot kandi daat voor de Provinciale Staten verkoos, terwijl het rechtschapen Grondwet slechts O van de 10 stemmen op hem uitbracht, een dommekracht noemen, dan mogen de kiezers de waarde van zulk een kwalifikatie zelf beoordeelen. Voor zoover wij weten ging men zoo eerlijk maar tevens zoo openhartig mogelijk te werk. Personen geen Beginselen. Men heeft gezegd dat deze verkieningastrijj over personen, niet over beginselen liep. Men wilde daarmee te kennen geven, 't komt er niets op aan wienfmen^kiest, beide personen vertegenwoordigen dezelfde beginselen. Kappeyne is liberaal en Gleichman is liberaal, en daarmee is de zaak uit. Dat is geenszins het geval. Liberaal denken is een zaak van verstan delijke overtuiging. Liberaal handelen vordert wil, gemoed en karakter. In 't eerste staan Gleicbman en. Kappeyno gelijk, in 't laatste is Glcichmau verre de meerdere. Wat heeft men aan een beginsel, ook aan het dengdelykste, wanneer de kracht Of lust ontbreekt, om voor dat beginsel te leven, en te strijden? Zichzelf ter wille van zyn beginsel te bclicerschcn, volhardend en ernstig zyn beginsel te dienen, ziedaar wat wij in Kappeyne te veel missen. Een woord van Potgieter aan de vrienden van Gleichman. Worstling kenmerkt onzen tijd * Hebt er oog voor allerwege, Slechts wie deelneemt aan den strijd, Smaakt de vruchten fan den ecgc. gebeurd Iliiberle," antwoordde lachend juffrouw Boks, die 't doosje met steenen ging opzoeken. Schad aichts, domioéspieleo kan 'n mensch altijd, want 't is ein plesierhjke tydpassieroeng. 'k Mag het graag doen," zei Boks, die intusschen het doosje op tafel omkeerde en de steenen meieerde. ' . 't Drietal domineerde erg gezellig en de stem briefjes verden gebruikt om «r de appèllen op aan. te teekenen. Waarom behooren wij Mr. J. G. GLEICHMAN te kiezen. HijnJiter de Redacteur! Vergun mij van uw gastvrijheid gebruik te maken, en de redenen te ontvouwen dio deze keuze boten elko andere wensehelyk maken. Immers velen, die Gleichman niet gevolgd hebben in de verschillende pbasen van zyn werkzaam leven, zyn onbekend met zijne per soonlijkheid, on onbekend maakt onbemind. 't Zyn niet meer de aanbevelingen van an deren die voor hem moeten getuigen. Hij zelf moet sprekend optreden, niet onder den in vloed van het oogenblik, maar zooaK hy ge dacht, geschreven of gesproken heeft in ver schillende ty'dperken van zyn nuttig en werk zaam leven. Slechts een kort woord tot inleiding. Het oogenblik is ernstig. Do uitvoering van groote werken, als spoorwegbouw, is bereids beslist, terwijl het kanaal vau Amsterdam naar den Hoven-Waal de verbetering van den water weg van Ilottcrdam naar zeo tot staud moeten komen, welke aarzeling omtrent bet eerste, welke onzekerheid omtrent het laatste ook thans nog mogen bestaan. De onderwijswet wordt door Minister Slx uitgevoerd en zal jaarlijks uiillioetien vorderen. Belasting-hervorming is noodzakelijk, zal de Uitbreiding Kulykuu tred houden met het draag vermogen der natie. De grondwetsherziening vraagt ernstige, veel. omvattende voorbereiding. Rijpende in den geest van het volk zal de tyd daarvoor aan breken zoodra de gewichtige finantieelo vraag stukken in kalmte zijn opgelost. Ze te overhaasten ware haar onmogelijk maken; dat ware ontijdig het veld openen voor de be geerten en wcnschén der kerkelijke partyen, dio in het vrijzinnige Nederland slechts staatkun digen invloed kunnen uitoefenen als do liberale party verdeeld is. Wij hebben dus behoefte aan finantieële kennis, aan kalm overleg, aan verzoenende staatkunde by vastheid vau begin selen, aan hoogen ernst onverdeelde toewij ding van de zijilo van hen die namens ons naar liet wetgevend lichaam worden afgevaardigd. In tegenstelling met hot bekend woord van Louis, dienen wy te zeggen : Faites nous de bonnes uanccs et nous vous ferons de la bonne politiquo. Want met het ruimer, gemakkelijker en economisch juister vloeyen onzer geldelijke hulpbronnen, klimt de mogelijkheid van het uit voeren der groote werken die eenmaal tot stand gebracht, in welvaart en ontwikkeling van handel, scheepvaart en nijverheid ruim schoots zullan betalen wat zij, onvermydelyk, aan offers gekost hebben. Is nu Mr. Gleichman do man die geschikt is aai) dat grootsohe en waardige mandaat te voldoen? Hy spreke zelf. . Do eerste eisch om een toestand to verbete ren, is dien te kennen. raden uitgaven op dat gebied wel uitsluiten, maar eene meer langzame voltooiing van het eenmaal bepaalde zou mijn inziens te kort doen aan hit welbegrepen belang dos lands. Honden,' mag ik vragen, de rnim vloeiende middelen geen verband met da openbare werkun, die wij hebben tot stnnd gebracht? Zou de meerdere opbrengst dier middelen daaraan niet voor een groot deel to danken zijn? Eu ia het niet onze taak die openbare werken, voor zoover zg zijn geraamd eu vast' gesteld uit te voeren? Gebroken is met het denkbeeld, dat met ieder openbaar werk, aan n streek van'het land gegeven, zou te kort worden gedaan aan een ander openbaar werk in een andere streek. Gebroken is met het denkbeeld, dat wat den bandel ten goede kwam aan de nijverheid en den landbouw werd onttrokken. Meer en meer gevoelt men zich ook uit een materieel oog punt n, en is raeu zich bewust dat da geheele beweging vau bet land, commercieel en industrieel, ook met het OOR op het belang van de schatkist, niet is zOOnU men zich vr"oeger voorstelde een fixum, waarvan ieder slechts eou deel kan bekomen, maar dat dio beweging vatbaar is eu blijft voor uitbreiding, terwijl het de taak der regoering is om die uitbreiding zooveel mogelijk te steunen. Heeft hy «U Minister zich rekenschap gege ven van hetgeen zyn plicht medebrengt, ook zelfs dan wanneer do impopulair te maken? uitvoering hem dreigt Leest wat hy op 22 Alfli 1S78 zegt bij het verdedigen van de Wut op het Recht van Suc cessie en van Overgang by overlijden in de 'rechte linie. Pag. 83C Handelingen der Tweede Kamer: Voor een minister van financiën dio voorde BH de ualio komt meteen vrnag om meer geld, is het oen zware taak als by niet daaraan eerio wyziging of verlich ting op andere punten kan verbinden. Ik zeg ronduit: die wijziging .en verlichting op bet oogenblik voor te spiegelen «vare mij waarschijnlijk onmogelijk geweest; maar het 's iu ieder geval «en middel waarvan ik mij u de gegeven omstandigheden niet zou willen bedienen. Ik tfensch der kamer eu het volk klaren ivijn te schenken, en dan zeg ik, dat, ook wanneer men de leening door de Kamer gevoteerd, ter zijde laat en het oog vestigt op do Vs millioun dia de gewone middeleüvan de gewone uitgaven scheiden, de tijd dringt tot versterking der gewone middelen, niet naar verplaatsing alleen. Wij betreden dan nn, de geachte afgevaar digde uit do residentie heelt het opgemerkt, ccn gebied vaarop alles ons tegenstaat, alles ja, behalve ons gevoel van plicht, dat bij deze zaak van naby betrokken u. Indien er iets is, dat een minister het hoofd omhoog kan doen houden onder alle beslom meringen die voor hem zijn weggelegd, dan is het alleen dat gevoel van plicht. En daaraan heb ik voldaan door aan de kamer dit voorstel :e onderwerpen. Ik erken volkomen dat men zeggen kan ook een gevoel van plicht is te idealiseren; ook uit gevoel van plicht kan men te ver gaan op het gebied van theoriën. Ik voor mij verklaar, dat wanneer ik, dit voorstel doende niet ge dekt was en gesteund werd door liet bewust zijn van mijn plicht te vervullen, ik het voor stel mot het meeste genoegen aan eene ver sliger dan bet eerste het gevaar dat men stilzittend met de handen in den schoot, een deel van den buit trachtte te vermeesteren, gereed ieder die een grootur deel was machtig geworden, te benijden en te vervolgen. Ook op dit punt zijn er iu den jojigstcn tyd keuteekenen aanwezig waaruit ik meen te kunnen opmaken, dat met dien esprit de clocher door de natie als geheel genomen, wordt gebroken. Kn het ergste gevaar van alle was dit, dat in don tijd van materieelcn voorspoed, dien wij genoten, liet volk in moreleo en intellectuelen ziii zou zyn achteruitgegaan, dut andere onderwer pen eu belangen dan znivur materieelo de be langstelling van de natie niet meer zouden ge trokken hebben. Ook in dit opzicht hebben wij tot nu toe geen reilen van klagen. Wanneer men de belangstelling in geestelijke zaken, in den ruimsten ziu genomen, -gade slaat, zooals die zich openbaart in de pen, ondar het volk, in deze vergadering zelve, dan hoeft men ook te dien aanzien stof tot tevre denheid. ' Zou evenwel op den duur het Nederlandsen volkskarakter bestand zijn geweest tegen den verslappenden invloed van de Indische atmospheer? Dat meoii ik aan den anderen kant evenzeer to moeten betwijfelen. Ik las onlangs in een dagblad een verbaal van een bijenzwarni, dieu men getracht bad in Australiëte accli matiseren. De bijen hadden het eerste jaar behoorlijk gewerkt; het tweede jaar iets min der, maar in het derde jaar hadden zij in het geheel geen honig gegeven, want zy hadden Ik geloof «lat, zoo wy waren blijven verkevren iu de atmospheer van de Indische baten, ook wy eigen werkkracht cu inspanning gevaar hadden zien loopen. Wilt gij zijne staatkundige geloofsbelijdenis. Ziet pag. 559 Beraadslaging van de wet op de middelen. SO Pee. 1S7K terdam zal verkozen worden, dut de vermeer dering, gesteld z(( is te wachten, uitsluitend haar weg over Amsterdam nemen zal? Mynheer de Voorzitter, dat heb ik müniet verbeeld. Ik heb my op een ruimer standpunt gesteld. Ik blijf van meening dat in het alge meen, waar men nieuwe wegen schept en het wrkeer gemakkelijker maakt, voor een land abi het onze, dat de voorhoven ia van groote gewesten achter ons gelegen, de vruchten van die verbetering niet uit zullen blijven. Ik sta vast in mijoe overtuiging dat, wan neer het kanaal door de Geldersche Vallei tot stand komt, de som der bundelsbeweging over ons geheele land daardoor zal stygen. Men kan daartegenover stellen dat er inter nationale belemmeringen in bet verkeer kun nen ontstaan, en dat kunstmatige beletselen aan de beweging kuupen worden in den weg gelegd; maar zeker is het dat eenmaal de natuur hare rechten zal hernemen en de haudelsbewegiug 'zelve haar weg weer zal kiezen, namelijk de gemakkelijkste en minst tastbare. weten hoe hy' begrijpt dat het Parlement dient te handelen waar het zijne gewichtigste handelsbelangen geldt. Zie pag. 070 dierzelfde debatten: Acht men de voorgestelde werken te groot of overbodig, meent men dat het illusiën zijn En wilt gij Xederlatidsche zijn v.-at voor het weliijn van het land van die ^verken venvacht wordt; welau, ieder die daargemerkt dat op den zomer geen winter volgde. | van overtuigd is, stemme deze wet af. Maar ii. i...1.* -i-i. - >.'- '-- - i men doe het niet op grond dat de NederlandFcbe Staat de uitgaaf niet zou kunnen lijden. Ik herinner mij dat ook in ongunstige tyden, en dan soms het meest, dat ook dan, wanneer de welvaart, tijdelijk aan het tanen was, de nationale wakkerheid hier te lande het hoofd heeft opgehouden. Ik herinner mij dat men Daar-is een politiek, die er op uit is om slies wat van zekere zijde komt te bestrijden; j:_ -:_u beweging van den dag ontdie zich rekt en zich door ontEouding van medewer king vrijwaart van alle verantwoordelijkheid van hetgeen geschiedt. Dit is n zeergemaki__i;:,__ _-i'i:JL. ... l -r. f , . . voorheen ook in donkere .. . ar is blijven wc na den dag van heden de dagen niet hooft 'tniifd lint dag van morgen kwam, die de inspanning beloocen zou. Gaan ook wij op onze Wirt voort met boradenhairl, zonder luchUiartigheiil, maar zonder angstval-, liglieid tevens, op dc-n toestand dien wij zoo-' ,i;,.....in u~i i .1 i ;j i M . ' van zelf beheersching, van moed, waarbij de schitterendste rol, op het wereldtooneel ge speeld, verbleekt en een ijdele vertooning wordt. Ze zijn er oek in ruimer kring. Het woord van Luther op den Rijksdag; het woord, waarmee onze voorouders hun dienst en hun trouw aan den Spaauschen dwingeland opzeiden; het woord van Mirabeau: Allez dire ii votre maitre het waren zoovele daden. Soms resumeert zich de volheid der tijden In «eu woord, en dan is dat woord een daad. Maar dan heeft het ook in den vorm niots, dat aan een pbrase doet denken; sober en kort ia het dan: een kreet van het gewete», een teeken van den tyd. Zietlüer Gleichman zich zelven gevend. Vast beraden, onwrikbaar in zijne overtuiging en er pal voor staand, eerlijk man bovenal vry en wars van staatkundige knoeieryen, bekwaam, voorzichtig, beredeneerd in de redeneering, aandacht gevende aan het kleint, maar den breeden blik op het groote gericht. Een man van beginselen, met een schoon en Buttig ver leden, met een groote toekomst. De hoofdstad geve den Lande een schoon voorbeeld. Zij vaardige den waardigsten af als een aansporing tot politieke zedelijkheid, den werkzaamst en als een aansporing tot af doening van zaken den man van verdraag zaamheid en van vrede, als een voorteeken van een wellicht nog lang verwijderd, maar, hopen wij. niet onbereikbaar tijdperk, waarin eensgezindheid zal heerschen tusschen al de zonen van het allen zoo dierbaar Vaderland. 15 Aug. 1860. A. C. WEBIHEIM. de Redacteur.' Den Haag 13 Ang. 1880. Ofschoon ik u nooit geziaii heb, zie ik u doende aVn'heUan'd'TereM^ v°01' jc f'^oeulyk aan, om ook niet aan andere term passen dan die van noodlottig. l ben, diu den lieer Kappeyne hoogelyk waarI dwren, een extra plaatsje in uw extra numIlerinnert gij u wat hjj nog onlangs per brief ] uler to°*e staan. Eu dan moet ik u zeggen, kely'ke politiek ; men heeft zich zoodoende van hetgeen tot stand kwam niets te wyten, en men kan zich en anderen doen gelooven, dat men j ju Burgerplicht verklaarde omtrent L'roridwots-' Mijnheer do Kedaéteur. dat wy onder OM in beter zou gedaan hebben. Maar het schijnt , . . r . . . \ . tt;?n?l,?i- ? * i ?? i ? mij tegelijk een wmhortige politiek, wantik' herziening, ook vooral met het oog op de h(* R»<"""l'n( ??, ,?n,?i,? ?» voor mij stel Been prijs op rust of gemak, door ! geheimhouding die tegen hem wordt ge xploi, zoodanige onthouding'verkregen; voel liever i tcerd ? beb ifc deel aan den strijd, deel ook min del ibuten, aan het lijden van myn tiyd. Het stelsel i GrontlKetsiiertieniny. In beginsel ben ik ran dcnigrement, door den geachtsn afgemat-1 daarvan geenszins af koerig. Meer dan ooit bedigde- uit de residentie zelf in 1871 zoo wel- j treur ik thans do Reheimhouding van de nota's sprekend aan de knak en ten toon gesteld i en rapporten, die daarover iu Juni en Juli van dat is geen beginsel van regeering «n kan j ne.t vorig ja»r werden gewisseld. Ik vind geen evenmin een beginsel van'oppositie zyn. (vrijheid, d» geheimhouding, ook zelfs voor wat Do geachte afgevaardigde uit Dordrecht, i ?yn. advies betreft, te verbreken, maar mag .r.ó,r?" nrrt.v.o^i«l. :» Al?.-l~ t?f.. I.:?'*?.K - v«.M.~« .!-* U-'. .?..?.?? i'--r ?L.L ,P vroéger afgevaardigde uit9 Almelo, heeft hier eens herinnerd aau den legertrein, dien ziat Ueentrekken; liberalen, conservatieven ne men daarin hunne eigenaardige plaats: genen gaan voorop of bevinden zich in het corps van het leger; dezen bewaken allereerst denlesurtros, en by de bagngowagens zocht men hen nooit te vergeefs. Mijnheer de President, er. zyn nog anderen dio elders worden aangetroffen. Met do poli tieke partyen als zoodanig hebben zij niets te maken, en ik maak dus vau de plaats die zij ,'nT.on.ttT. frftnrt «..U .1- »..i*.f 4.^MAU -- I ~ t^ ; D1U verklaren , verleden jaar van ondersteuning Biunenhot' tegen zoo'n n«an als Kappeyne zoo, als ilc liet oo zeggen mug. geporteerd knn zijn. Waarlijk, dat is miskenning! Indien gij eens zooals ik jaren lang aan 't Departement van Binnenlandscho Zaken waart geweest en daar gedurig als 't ware als vin aiiderjotmbe koorts den eenon minister voor, den anderen minister na hadt zieu binnentreden, waarvan ieder naar zijne bizondere eigenaardigheden (ook weleigenhet nig motief, hetwelk onaardigheden bediend wil worden, ge zoudt an onderseuni l was aan den toestand7waariD~zic dit Kabinet bevindt. bet anders over tv.appeyne nu eens een minister naar mijn hart! Terwijl zijn voorgangers, ons van 9 tot 3V« uur dagelijks 's avonds zijn we natuurlyk vrij met het Of wel zijne verklaring toen men hem toe- oog op Scheveniugen geregeld dwongen dichtte dat by den Minister Vissering bjjdiens op bet Departement te zijn, bestond er Wetsontwerp tot heffing eener rentëbelosting' toen Knppeyne minister was, veel meer waarzou tegenwerken? Alle mijne vrienden in en buiten de Kamer, achtige liberaliteit. Tegen die slaafsche bureau cratie was Mr. Kappeyne altyd gekant en DLCl U1UU KUb uiCGOIjüUGlluful:" IktUl OV1IT? »cl - l liuurfcv f l, dl llv ulnUJL UU3 VQI1 U*J UlaütS U16 Zlli_..~4. ...IA it^ : .. l l i l L ir ^ï"'i L* werping zou abandonneren. Politioko kansbe- innemen geen enkele grief tegen eenige party, It'tkuYde heb" ^w'l^JLZ?"?* «? sel rekeningen,'mea zal het gelieven te erkennen, Maar daar zijn er enkelen, wien het, niet ^^^°,?^\.^8^^J^mJolko^'m zijn aaii geen voorstel mér vreemd dan aan leden van eenige party, maar als individuen, i,~*«r,?An':.\*n v6- ^oehng van oppositie | ml1 te ,.eg * rekeningen, men zal het gelieven te erkennen, zijn aan geen voorstel mér vreemd dan aan dat. eener verhouding van belasting. Het volk zal rekenschap vragen van hetgeen wy doen. Volkomen juist. Maar wanneer men Maar leden van toelacht zich en evenmin . te zoeken _ en daarom"?alleen dus uit deedacteur; _ Kwam '? aj?'indfydu$n' l tegenover Minister in 08 roorfipcde, j sommigen niyncr tegenstanders wordt 'toegemaartoevlucht:.^,-?i,f MJ;«?j:-i._.-j -..i-,-., <?..-. ?__ irb7dóeiïng7an'oUpposltiëi ""«"«ter i>f geheel niet !>t hoogstens tegen twaalf s, ook zonder'en ' ' jne waardigheid «n artikel $2 der verbieden mij er meer van te zeggen." ZÏet waTGleïchm'an'als minister van finan- hP\ volk in zijn geheel neemt en iets verder j voor dat bekomen wonden daartoe ~d~wmffen" j .... i i ?? j <j(.?4. i f « lik Zle' dan den dag van heden of morgen, dun Hetzij ze zyn aangetast door hetgeen de sol- nr.». ? <. ?? j L .., i- ??'».? l tien sprak by de Staatsbegroting van het aa, mm zich uief ontTei?zen dat dat volk do daten kanonkoorts noenwu, hete? ze slechts JI»ar W11 SU de staatkundige overtuigingen j meest ernstige rekenschap vragen zal, dan,! toegeven aan een t gevoel van afmatting, vau ? Banden man ah eenvoudig staatsburger kennen? j se."èT>eu! dienstjaar 1878. (Handelingen dor Tweede Kamer pag. 154, l December 1877). Wanneer nu de geachte spreker zegt: Haak geene grief aan de vorige regeering van al te groote \veelderipfheid by de uitgaven voor hier en Indië, dan antwoord ik hem daarop noch in mijn voornemen, iiocb voor zoover me bewust is. in dat van een mijner ambtgenootcn ligt het pm eenige vorige Ifegeering aanspra kelijk te stellen voor den weelderigen voet, waarop de Staathuishouding is ingericht. Ik geloof, dat, waar wij allen ons zelven moeten bekennen, niet altijd te rade zyn ge gaan met OUEO fiunntieële krachten, wij daarbij moeten erkennen: Wij hebben allen gezon digd, Regeering en Natie beiden; en «taan nu aan het einde eencr periode, waarin wanneer rende Voor de vertegenwoordiging, ge >r de behoeften van den S tevetis in de middelen voorzag om daaraan to nimmer vrijwillig plaats. eld notee- j wanhoop, van somber wantrouwen iu de toe-' Leest wat hij sprak pp 18 Mei 1876, bij de "taat, niet (komst nevens hen neem ik in dien wogen j onthulling van het standbeeld van onzen groobet ons gcmakkclyk . viel, te bestrijden, wij bei,uuu uu zumen nieuwe periode in te gaan en te zameu ona daarop voor te bereiden. De Regecring heeft in do gewisselde stukken trouwens reeds gezegd, dat zy in het gebeurde geen reden zocht Tot verwijt maar een les voor de toekomst. Do geachte spreker doet verder opmerken, dat wy wel dubbel 'naar dio middelen moeten omzien, waar deze Regeering niet zekere lucht hartigheid gewaagt van Indische baten, waarop . niet te rekenen valt. Wanneer ik als Minister nu en dan do Indische baten moet wegdenken, dan wensen ik niet dat men danrait nfleide, dat of op ons recht op. die Indische baten, of aan de kans om die baten voor het vervolg ons weer te verzekeren, door my getwyfeld~wordt. Wanneer ik mi) stel tegenover de toekomst uit een imantieël oogpunt, dan dunkt het voldoen. Wat de natie uitgeeft moet de natie kunnen dragen. Heeft hij het bewustzijn van hetgeen den staatsman voegt als by te strijden heeft in 't algemeen belang tegen du opvatting van het oogenblik. > . Leest Pag. Sll dierzelfde discusaiën: In het bewustzijn dat eeno goede belasting is voorgedragen, zal ik mij de hardo woorden en onverdiende beschuldigingen, diéin do. dis cussie aan de Refleering zijn toegevoegd, gegroote uitgaven | troosten. Dat de Belasting fmpopflair is, 'kan, uu zumen eene f naar myn inziens £eep nrmnrinnt-win. Wi»?i,.li ten staatsman Thorbecke, dien hij zich tot 'voorbeeld hteft gesteld : Weet hy die als minister van finantien voor ' de Omvangrijke en bezwarende taak staat, de Laat ons niet 'enkel vragen, of het beeld gemiddplen op te sporen om groote werken ciiz. lykend is. maar vooral met welk oog znlteu ie bekostigen, zijn ambtgenoot vnn Waterstaat 2Ü, die na ons fcomeu, . het aanzien 'f Zal het een 'rustige tyd! Ik ben dan ook zeker, [dat van den hoogsten tot den laagsten ambtenaar, zonder onderscheid, Mr. Kappeyne gaarne \ïcer «der terug Terlangt. En nu zult Jan werd er toch m dien tijd aan ais mede ?vertrouwd worden? Zal Thorte waarderen die ze met onvermoeibare n ijver schept en voorstelt? v , > , , i -? ~ CG *ittin8 van 6 Mei ls70 jouren zijns VOIKS gemeen heelt, een popuiaby de behandeling der kanalen wet: riteit van oogenblikkclijken indruk, die niet ? , i . ' blijvend ia. Maar een populariteit, die niet met Indien ik let op de klcmmoedige stemming, den volkswaau vanden dag verloren gaat. de die hier en daar omtrent den algeuieenen populariteit van den man, die het goede iu de stemmen die het volk tot zijn 'recht doet komen, die d< ' 't departement weinig gewerkt! Och mijnheer de Kedacteur! dat is nu zoo'n echt ouderwetsch idee! Het zit 'm iet in het werken r waar lijk niet! Alles loopt toch wel rond. De hoofd zaak is maar in het Parlement te kunnen purteren eu dat kon Kappeyne, en daarom steun. ik en al myn ambtgenooten met volle over tuiging . , Mr. Kappeyne van de C'oppello. F. Wonen* Hz. Commies bij 't Departement van Binnenlnndsche Zaken. .niet het oog en wij zien gebeuren, . voorzichtig eene berekening eondcr die Indi sche baten te maken. Met het feit voor oogen, dat over 1876 de 4 miUioen, door mijn ambts voorganger verwacht, niet . uitgekeerd worden, dat van betaling der bijdrage van -1877 nog geen sprake is, zelfs niet voor een deel en dat op de begrooting voor 1878 de bijdrage voor memorie is uitgetrokken, zon ik gelooven te kort- te doen aan my'n plicht, wanneer ik mij nu ging vleien met bespiegelingen over Indi sche bijdragen die in de aanwezige tekorten zouden kunnen voorzien. Ik blgf hopen en mogelijk achten dat de bijdragen later niet zullen behoeven te ont breken;, maar wanneer het budget van de toe komst, zoonis wy dat óp bet oogenblik onder de oogen moeten zien, moet worden opge maakt, rekene men niet op onzekere baten. Maar heeft die kennis van den toestand hem ontmoedigd en doen .versagen" waar het het ontwerpen on de uitvoering van groote werken, betreft? Oordeelt zelf naar hetgeen hy iets verder zegt : Een tweede punt van verschil tnsschen den gëachten spreker en déRegeering bestaat hierin, dat de geachte spreker wenscht, zooal uitstel van of stagnatie in groote open werken, althans eenige matiging iu de ten uitvóerlegging der plannen. De finantiè'ela toestand zal van zelf onbeteermir . syn lorjrovoegci, ge- toestana aes lunas Bestaat; op de stemmen die het volk tot zijn'recht doet komen, diefde dra-l jelastmg impof ulair is, kan, opgaan om aan te sporen aangevangen werken gcr is vall ile deugden zijn volks, de popuia-' Been argument xyn. Wie zich zoo niet to staken althans langzaam uit te nU-it in de historie! Zij valt »lloeu ten doel; K lioofd van het. Ministerie van ^-ucreii; op den raad. die van zekere zijde aan mannen uit wn stuk, maniiPii die liet volle l OT voorstelt aan het hoo^ _ . , Finantiün geplaatst, alleen populaire maatre-'gegeven gelen te kunnen ontwerpen, wie zich voorstelt met behoud van ccne goede conscientie, zich het genot te kunnen belooven van eene popu lariteit van don dag, aan den zoodanige KOU ik den raad geven: verlaat hoe eerder hoe béter den zetel, dien gy ter kwader ure hebt ingenomen. te neer wy een niet hadden, . Op het gevaar af opnieuw eten booren dat ik bat NeKent en waardeert hy don kloeken geest van het Nederlandeche Volk ? Leest iets verder bij diezelfden debatten: Er zyn twee goede eigenschappen dia ons volk onderscheiden. Op *-"? -*?;' het verwijt to moeten _?. . derlandsche volk en de standen te hoog stel, ?wil ik die twee eigenscbsppen noemen die ons onderscheiden hebben zoolang wij een zelf standig volksbestaan hebben gekend. Ze zijn eene groote mate van gezond ver stand en eene groote matp van gevoel van' recht. Is hij óf verblind door 't geen Indie eenmaal heeft bijgedragen tot Neerland* ontwikkeling of wel ontmoedigd door het uitblijven dier baten. . . Ziet wat hij, by het verdedigen der geldleeniog op 16 Mei 1878 (Pag. 772 van het Bijblad) beeft gesproken: Op nieuw a in deze discussie de vraag ge moveerd, of die Indische baten Nederland met hebben gedemoraliseerd? Ik geloof dat die vraag in ontkennënden zin moet worden be antwoord, ' dat er wel groote gevaren waren, maar dat die zijn to boven gekomen. Er waren gevaren in dezen zin, dat men pot tende uit de Indische schatten, eigen veerkracht en energie prijs gaf, dat men indommelde. Maar er zgn juist in de allerlaatste jaren een aantal bewijzen van de herleving van eigen moed «n eigen initiatief op meer dan ton ge biedEr was nog een gevaar, een gevaar, wanneer mea het-geheele volk oveniet, nog ernwordt, om toch vooral mets nieuws licht kunnen verdragen. Onbuigzaamheid van wil, m, dan zou ik mcencn, dat wan- goede trouw, diep gevoel, strengheid voor anMimster van Waterstaat als dezen Sei-en maar vooral voor zich zelf, eu daarby , -----. wft hem aan het bewind zouden n hart dat liefhebben kan en liefde uitlokt; mooten brengen. Het is toch m een tyd, waarin vooral de huiselyke deugden, die het Xcderde algemeene toestand des lands niet zoo gun- laiidsche volk sieren, die .deugden sierden stig is als vroeger, voor het belang van het ook den grootcn man. Daarom deelt het volk Jand wenscbeUjk en goed, dat in den boezem Opk in Oen weemoed, welke Thorbecke's kinder Regering eene stem worde vernomen, die deren bezielt, wanneer zij op dit feest toch ook er op aandringt de werken te voltooienen hof gemis gevoelen vxin hun grooten vader, voor zooveel noodig to ondernemen, die tot wiens nagedachtenis by de natie heilig zal bevordering der algemeene welvaart noodig zyn. blijven. ? Kent en waardeert hu naar eisch de be-l En eindelyk, de keuze is zoo ruim, dat ze niociëlijk ia, kent gij do schoone verheffende woorden waarmede bij de moedige kordate daad tegenover praatiucht en breedsprakigkeid stelt Die geachte afgevaardigde vraagt nog, of! el> den l?8* d.M 'evens ,sch?tst- fe^ in z«f het zooveel geld waard u om den BhyShan- rodevoering gehouden als voonsitter van de del te verleggen van Rotterdam naar Amstor-' 91sta Algemeene Vergadering der Maatschappij dam? Ik aal niet treden op het terrein, waarop } Tot Nut van 't Algemeen op Dinsdag 8 Augusmyn ambtgenoot van Waterstaat uit den aard tus 1676 bot volgende: en waardeert hij naar eisch de be hoeften v»n Amsterdam als eerste handelstad van het Ryfc? ? Ziet by dezelfde discussie» pag. 9C9.De phrftsemakerü, de breedsprakigheid, het parl/ige kosten geld. Wie zal. de honderdduider zaak beter te huis is dan ik. Maar ik mag toch .vragen, of het hier geldt de verdeeling van een zeker fixum van beweging, waarmede ons laad zich heeft ten-eden te stellen, van - s«.-, =-?? eene zekere eens bepaalde, .niet te vermeer-1 zundtallen van riemen papier tellen, zonder deren hoeveelheid, die haar weg zal nemen ^ucht of nut geschreven en gedrukt? ? over ons land? ldt het de vraag of dat be- i **L kosten tijd. Aan Methusalem, wij zeggen drag zal stagen veor Amsterdam, in verhou- P8* den ouden Steele na, aan Methusalcm stond ding dat het afneemt voor eene andere streek?) "et "'fl' fen "<»« uur te gebruiken om te zegIk geloof dat de vraag in ruimer zin dient te'Sen noe laat het was; maar óns leven is daarworden opgevat. De handelsbeweging is geen!vo,°r*°kort. fixnm waarmede wüOBB tavreden ViaKhpn tal Ze kosten ze «B» nog meer dan geld en tyd ons te staan op verlies oan ernst. f . or foort v?.n ernst, gil gevoelt het, heb trachten 3e handelsbeweging, voor zoover die!1? op .het Oofil1 "ïZlch P.ost m **" s°mj)e? niet over ons land loopt, daarheen ie leidan, i stemming en een lang gezigt, - ..... DM is de bedoelina van het R*oMrin«. l «*" den ernst, die waarheid c fixnm waafmede wy ons tevreden nebbeli te stellen. Wy moeten de bakens' verzetten vóór! v. . dat het «ety verloopt. Wij moeten daardoor! ?let - - "ik on net ooa. oio zien omosi _?____ _....?maar ik denk de bedoeling Van het Reeeërïnm- iaan den crnst' &°«?"»rheid en oprechtheiden B 6 B ? ' veerkracht tevens a. Die ernst loopt gevaor, wanneer wy woorden voor daden aanzien. ? Daar is een doen door laten mafer daar is geen doen door praten. Zyn er dan nooit woorden, die daden mo gen heeten V Zo zy'ti er. Een weloverwogen ja, ceh wBlberadcu neen »- in het leven van Hen nederigste onder ons zoozeer boven den bestaanden weg van Rot-1 kunnen feiten zijn, daden vau goede trouw, Dat is voorstel, en op 8 Mei, pag. 909. De geachte afgevaardigde heeft gezegd: toegegeven dat de handelsbewegiflg geen is, hoe kunt gy u verbeelden dat de nieuwe vaart van Amsterdam naar den Rhün i j, * . « ?*». Wij herinneren onzen lezers, dat de heer KAPPEÏNE wórdt aanbevolen door de vol gende Heeren: MB. E. J. ASSER. G. BLO'KHUIS Waf. A. A..BIE5FAIT. J. BOIS6EVAIX. 'A. H. SIEPMAN VAN DEN BERG. J. G. BUNGE. . ' C. EUGES-G. BUNGE. G. A. CROOCKEWIT. P. VAN EEGHEN. Mr. J. G. A. FABËR. J. H, G. PERMAN. E. FÜLD. L. A. H. HARTOGH. GERARD A. HEINEKEN. Dr. C. E. HEYNSIÜ8. Mr. P. M. G. VAN HEES. Prof. S. HOEKSTRA Bzn. E. R. HOOGLAND!. J. A. L. KRÜSEMAN. J. A. C. VAN LEEUWEN. Mr. HERMAN J. VAN LENNEP. j. TER MEULEN Jr. . C. N. J. MOLTZER. A. D. ZUR MüHLEÏ. M. B. NIJKERK. Mr. F. H. VAN NOTTEN. M*. AUG. PHILIPS. D. J. PRINS. F. J. W. H. SCHMITZ. ? P. TEGELBERG. Jhr. Mr. C. J. A. DEN TEX. N. TETTERODE. Dr. I. TEIXEIRA DE MATTOS. W. A. TOBIAS. H. VAUPEL. Mr. L. A. A. VAN WENSEN.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl