De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1882 5 maart pagina 2

5 maart 1882 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

r DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 245 Omtrent de onderhandelmfren tusscb«n Bhmarek «o het Yatikaan, door r. SchJöwr gevoerd, luiden d* berichten ongunstig. Men schijnt ta Rome zich neer Woofd t« hebben dan men t* Berlgn ge?bd is U peven. V* ukratwonUansche p*rtjj ia Beieren heeft In eou britjf van den koning aan ron Lüts een waanobaw.iiA ontvangen. De koning Mgt daarin, dat h(i steeds den godsdienst tal beschermen, ?kaar w»t geduoffen wil dat de kerk inbreuk auukt op de rechten der kroon. Te Jbrlijn heeft men het nog altijd druk over SoubaUfTs rede. Diens terugroeping naar Petorsbnrg kan natuurlijk het feit niet uitwisschen, dat 4e generaal heeft uitgesproken wat millioenen BntMn denken. Over eaète en Weenon i* luj naar Petersburg gereild. De oosteurijkscbe Kamer keurde het nieuw tarief goed en de hongaarsohe gaf haar toestemmiug voor het buitengewone Krediet, gevraagd voor de expeditie in liosniöen de Herzegowin». Kopens de krüjpverrichthigen der ooftcnrijkscho troepen in het opgedane gebied, komen alleen offiuettle tijdingen voor, die wel bewijzen, dat de leger-afdeelingea na een reeks schermutselingen het middenpunt der woelingen naderen, maar niet dat het doel gemakkelijk te Weiken cal zijn. De verschillende afdeelingen toch kónden tenge volge van de hindernitsen, die het terrein bij eneeuwval aanbood, niet »ch te Kalinovio vereenigeu en du* ook de opstandelingen niet voldoeode insluiten. Trouwen* de toevloed van sympathiseerende Slaven uit de omliggende streken, tot uit Rusland toe, i» zoo groot, dat er langzamerhand «ich een nieuwe oorlog knn ontwikkelen, gelijk die, welke tot den turkichruuischen krijg aanleiding gaf. Po oostenrijlucho troepen Ijjden zeer door ziekt* en de opstandelingen ?elf moett-n zich de grootere ontberingen getroosten. De ellende in sommige doelen van de Uerzegowina en Bosniëmoet verschrikkelijk zijn. liet Heerenhuis heeft, en dit kon het «eer gemakkelijk,, de wet, volgens welke Dahnatie met buitengewone gorechUhoven wordt begiftigd, aangenomen De Dalmatiër» schfluen reeds eenigermate ont moedigd, immers eene deputatie nit de Crivoscie heeft generaal Jovanovioi de ondarwerping dar opstandelingen aangeboden. Een onvoorwaardeKke onderwerping werd door den generaal «eHcht. Deze center vrezen de opstandelin gen af. Be tnrksehe regeering heeft troepen naar het Limgebied gezonden' ten einde van die zijde den opstand toevoer van hulpbenden af te ragden. Dit is een bewjji, Eooal» het heet, dat Turkije gaarne met Duitschland en Oostenrijk op eon goeden voet staat, maar meer nog van de vrees der Porte, dat de Zuid-Slavische beweging uit breiding zal erlangen. De Sultan zelf is, naar men meldt, weer aan bet overwegnn van hervormingen. Duitsche ambte naren en duitsche organisaties schijnen hem het meest belovend voor de herleving van zjjn ?uitgeput rijk. . IQ bet Tylland, waar Arabi-bey, na volkomen meester is, heeft de Sultan den Kkedive in de schaduw gesteld. Men beweert althans dat de Minister in overeenstemming mot de instruktie< van den Sultan handelt. ' Amerika, het land der verdorven ambtenaars, Onthaalt de oude wereld weer op nieuws schan dalen. Het Buis der Verteitenwoordtging achtte het noodig e«ne rechterlijke komissie to be noemen om te ouderzoeken of hooggeplaatste personen, men spreekt van Grant on Bl&ine. van de peruaansche troebelen cebruik hebben gemaakt, om voordeeleu nit hunne staatkun dige betrekking te slaan. Enkele daarmede in verband staande dokumenten zouden uit hot archief van het departement van buit«nlandsche zaken verduisterd zfyn. Blaine hield eene redevoering ter herdenking. van Garfield. Canckling werd tot opperrechter benoemd en Sargent tot gezant te Berlgn, Beide bnn«»min[r-n werden door de republikeinen zeer sterk veroordeeld. Voorstellen tot verbetering van de vloot zijn door da communie voor marine zaken, ingediend. Eoo do«jn schepen van verschillend kaliber zal worden aangebouwd, als het kongres zich met deze plannen vereenigt. Allerlei. Hot veelsprekend" parlement om er met professor JUuy's niet meer van te zeggen is «roer bijeen. Als of de Tweede Kamer den leidschen ho<>xle«ruar terstond acte beeft willen geven van zqn juist gevonden qualiCcatie zyn op den eersten dag den beste drie interpeLUtiëaangekondigd. On zichzelf peen fout Sommigen hebben wel met zekeren angst ge wagen op dit naar vreemden trant alfekwUtig paltruikou van het recht van interpellatie, maar tn ons oog kan het geen kwaad als de Kamer het tot gewoonte maakt te spreken als haar iets Op het hart ligt. Prof. Bugs en niemand zal de Kamer ver wijten veel to vragen als er wat gedaan moet worden, maar wel honderd uit te redeueeren om tot nul te komen. Begint -de Kamer het recht van interpellatie drukker toe to passen, de natie krijgt hoe langer 8oo uwer besef van de deugdelijkheid' van -'t petitioaeuwmtsrecht. Toch moet ook daarin door het volk met voor zichtigheid worden gehandeld. Als middel van reaktie tegen de Wet is het recht van petitie een groot govaar. ' Zeo hebben thans een aantal banketbakkers zich tot de Tweede Kamer gewend om een wijziging te verzoeken in de drankwet in dien zin, dat hun vergund worde h\j bun gebakjes en ijs ook een likeurtje te tappen zonder patent als verkooper van sterken drank in het klein of dat de vereniging van deze artikelen in hun winkels altlian* uut als gekombineerd bedrijf worde beWij gekioven dat de Kamer wil zal doen met aou deze adressen geenerlei praktisch gevolg to Beven. De banketbakkersltej%ngen hebben bu d ehaudtliug der dfankwet een zeer belangrijken factor van de discussie uitgemaakt en let beeft toen een nitneraenden 'inaruk te weeg gebracht dat mrn de dames, ..die op haar middagwandeling een pastcitfe gingen snoepen, met de dieustbode of werkinansvrouw bjj den kruiienier op n Ityn heeft gesteld wat betreft de verleiding om, zoo er ook spiritualiën werden verkocht, van de gelegenheid gebruik te maken. Als men thans voor de dames op flo wet terug kwam, en de gelijkheid voor de drankwet op die wijze weer beperkte tot do mindere klassen, dan zon dit ongetwijfeld een allertrenrigsten induik en aan de Kkmér geen aanspraak op hoogere waardeering goven. En de Kam r moet op de waardeering der natie zuinig z^jn. Den hemel zfl dank het fronsche handelttraotaat is tot 15 Mei e. k. verlengd. Gelukkig voor onzen handel, die het gevaar ontloopt van na de verwerping vaa het nieuwe o Ji'erp, door de Tweede Kamer, aan de zware n.e*.iun van het nieuw fronzen tarief te worden onderworpen. " Maar eigenlek toch een bétje jammer voor do Begeeriag, die zonder voldoende redenen al de goden van don Olytnpoi en al de schrikbeelden vau een vernietiging onzer eommercieele betrek kingen met Frankrijk tegen de oppositie heeft aangevoerd. 1 £o aüenneeat jammer TOOT . J i . de£ent« .Kamer, die haar applaus en haar ongevraagd votum van vertrouwen voor een Uag'atul heult verspild. Tant de bnut poue une omekttel t Wa* reeds lang beslist' dat de Tweedo Kamer weldra een voorstel tot wjjsiging van het reglement v* n orde xqpi ontvangen, tot invoering van het steltel van Belittaudige rapportettrs. De mannon. vau het im'tiatief*zün echter traag in Nederland; het voorstel, dat g«vo«gfll\jk in een kwartier uurr gereed is te makeu en zich zou kunnen bepalen tot de permanente invoering van de voorschriften, die b|j het straf wetboek hebben ge golden, Uat zich nog wmohton.. Men heeft nu voor . de militie- en tchuttcry ontwerpen, die weinig kans bobben zouder over dracht van de zelis-aodightiid der meerderheid ttaar de commissie van rapporteurs wetten te worden, nog maar eens een t^dolyko proefnomitig voorgesteld. De Miuitter van oorlog mag van geluk spreken. D» dagbladen bevitton Hot Handtlttilad: Theologie en kr\Jg«knn(]o (door Mam). Is da t{jd nog niet gekomen ? (Koloniale z»k«o). Htt Ninivt nn d*» Dag: D» Tolkureeding Lu NcJotlsuJ. Courant: Een verwmarlwstlo bczitttug Uirtehtietn Cottra*t: Een gotnigosili v» eigen onop rechtheid (WagoningieU weokblud). Een en auder over ?poonfegen. Onse Tfprb»»rh*iJ vwrboogJ, AnmtrAamttht Courmt; \crvotoo gecohlodontg (NieinfZeelmd). In do kool De »fsehtffing dor iiitvootiftcbtén uit Indiëbetproken in tl» vergadering d«r EMgsobe tfdoolioft tut berctdtrüig t»n ' Da spoorwegen in do Vorocnitfdk» BUten T»n N Vit do Kuier. Meer licht! (Atjoli). Standaard: Is otisto at«»t»j>art\| konfo»»ionncol. OTorbeidatoezloht op da vorplogiutf tin krankzinuig«o. Dl Tijd: Qoriogt-kontnbuido (het frtnsche bandelatnktaat en de itooakolen door TSi' Faruoombo Staden). D» aocUde WToluüo voor do uaiaou (Floriou). GEEN PREMIE. De voordraclit om / 't 000 als premie van »Arlis", voor vervroegde oplevering, te aan vaarden e'n / 5.100 uit de onvoorziene uilgaven to bestemmen ten einde een gedeelte der Plantage vóór 15 April te bestralen, vond, gelijk men verwachten mocht, eeu zeer slecht onthaal. Do Heer FuM noemde hanr Amsterdam onwaardig, de lieer Mendes veroordeelde hnar, als deed zij denken aan een soort van omkooperrj, de lieer Ilcineken meende dal de hoofdstad Koning en Koningin te lief had, om een premie van ? 10ÜU te willen ver dienen, aan het begaanbaar maken van een weg, die, met hel oo'g op hun aanslaand bezoek, verbeterd moest worden, en noemde die uittebetalen ? 1000 een woekerrente, welke Amsterdam niet mocht aannemen. Men was het er over eens, dat de gemeente voor bestrating behoorde te zorgen, zonder te vragen, wie zij daarmee genoegen deed. De Voorzitter gaf te kennen dat hij niet zooveel achter deze voordracht had gezocht. VViJ gelooven het inderdaad. De Voor zitter had alleen gezocht naar hetgeen vóór de voordracht te zeggen viel. Wat er tegen pleitte schijnt geheel aan ztjn aandacht ont snapt te zijn. Marlde hij of de wethouder ook dat bedacht, B. en W. zouden zulk een voor stel zeker niet hebben ingediend. Hei genoegen konslateoren wij dan ook, dat de wethouder geen poging heeft gewaagd om de premie te verdedigen en de Voor zitter gevoelende, hoezeer de voordracht af gekeurd werd, zich niet warm maakte voor het beginsel. Alleen de heer Schmilz liet zich een paar woorden ontvallen, die wij nog even ver melden moeten. Ilij meende dat men de voordracht wel kon aannemen, daar nliet genootschap N. A, M. op een standpunt van eenheid met de gemeente stond." Voor ecu raadslid is dit een zeer gevaarlijke theorie, een beginsel vertegenwoordigende, dat lol bedenkelijke gevolgen leiden moet. Wanneer N. A. M., A. 0. M. of eenig an der Genootschap of Maatschappij van belee* kenis, voor een raadslid op »een standpunt van eenheid" met de gemeente komt te staan, moet voor genoemd lid de vraag: is iets nuttig, voor de gemeente, hetzelfde beteekenen als: is iets voordeelig voor het Genoot schap of déMaatschappij. Voor dit eenheidsslandpunt kan men onzen raad niet genoeg waarschuwen. Toen wij verleden week de wenschelijkheid uit spraken dat de Burgemeester, door eene inter pellatie den gelegenheid zou geschonken worden de politie tti zuiveren van don blaam door den Heer F. D. Nicuwenhuii uit 's Ilage op haar ge worpen, konden wy niet bekend zyn met net schreven van den He«r J. A. Stork in hetl'alew van Justitie van 27 Febr. jl. Uit dien brief blykt. reeds voldoende, dat de Heer Stork zich onschuldig acht aan do daad waarvan b$ beticht werd. Nu bovendien do Hcor v. Tienboven verklaard hooft, dat de politie zich op geenerlei wpt aan het recht vw vergaderen vergrepen heeft, mag men aannemen, dat de lieer Nienweohuis zich heeft laten misleiden. Hoezeer wjj dat laatste bejammeren, het zal ieder weideukende verhengen, dat het in Nederland op zoo hoogen pnjs nestelde recht van spreken en ver gaderen, in de hoofdstad niet geschonden werd. Terecht bepaalde de Heer Hemeken zich in zyn interpellatie niet tot de vraag of de politie den Heet* D. N. nit 's Hage bemoeilijkt had, maar bracht hy den toon van des Heeren Storka schrij ven ter sprake. En al weder had men reden van tevredenheid, nn de Voorzitter mocht mede deelen, dat' de Heer Kommissaris aan de Oude brug zelf zfjn leedwezen over do door hom gebe zigde taal te kennen had gegeven. W y zullen daarom den brief uit het Paleis van Justitie niét ter kennisaévan onze.lezera brengen en spreken den wensch nit dat de inhoud spoe dig door ieder, die er zich aan geërgerd heeft, moge vergeten worden. Toch wagen w|j het n paar vragen te doen. In dien de Kommissaris van de Oudebrng, die een zoo delikate betrekking vervult, iu staat is dergeujke onbeschofte taal tegen eeu borger te chrfoen, welke woorden zullen hem over delipn stroomen als iemand, na zyn toorn gewekt ebben, het ongeluk heeft, ut levenden lijve voor hem te sUan? En wanneer een boozöKommissaris ticb uit drukt op Eulko onvoegvame w^w, boe'moeten wy ons voorstellen, dat een gewoon agent, die wat slecht gehumeurd is of zioh op de teeiien getapt aobt aan oen weentreveud burger «y'n opinie zal mededeoleu? Waarlijk de opvoeding enzsr politie is nog verre vut voltooid. UIT DE MAASSTAD. Rotterdam, 2 Maart. Zou er wei een doeltreffender middel weien om iemand van zjju gebrekkige kennis on onvoldoen de wetenschap to overtuigen dan door h«m dag blad correspondent te maken of redacteur ecner courant met niet al te ruime middelen? Meerma len heli ik mij die vraag , c-ateld en ze steeds ont kennend beautwoor J, alt^d op voorwaarde dat dio -iemand" een «enigszins cotmcèntiöiw man is, SVaub dat er meaecbon cyti die dag aau d&g root het gewicht v<ui deskunditfon hun vonnis stryken over allea en nog wat, eu die in den zonderlin gen wa>n schijnen te verkeeren dat men «lechts journalist behoeft te worden, om terstond uit de hoogte vn niet keuiiis van zaken over alles oen oordeel te kunnen uitspreken, ook zonder crco+e scherpsiiiuigheid zal iedereen dit getnakkeiyk iu Kijuo uaasto omgeving kunnen opmerken. Maar voor een ernstic man is er nauwelyks een racxNÜjker butrekking (lunkbaar. lieden moet lig zyne meening uitspreken over een muziekwerk of schildcry, worgen over een ingewikkeld werktuig of eene brug van nieuwe constructie, uu'eens over de lettorkuiidige waarde vau oen iiieuwon rorifao, dan weder over do vruchten dei* vslcstudio van een wetenichappel\jk specialist of over het fiuuticicel beheer o»ner naivmlooze vennoot»chap, enz. enz. alles ton gerieve van hot publiek en, niet het minst ook, ten plcbiore vau de naaste bolaughobband>>n, die hitu werk nfttuni'lijk in't openbaar pej,rrvzeu en annbevolen-willun zien en dit vaak als een recht bo ckuuwen tegenover den ongolutkigen omr.is homo, die het voorrecht heeft vuor dun inhoud aansprakelijk to zija van eeu vcvn'Hcbtor" t tolk" der openbare -meeging. Uit den grond my'us h&rton beklaag ik dio ongelukkigfii, eu ilik\vijlj reeds heb ik er tuy har telijk in verheugd dat mijn omW van corrcupondeut vau do Amsterdammer niij vergunt den stel regel a«n te nemen: in dubitu abmne! dat wil zeggou: brüud je viiig«r<i niet en zwijg. Deza gullo bekentenis vnuet ray van 't hart, uuikoeno zaak moet aanroeren, voor onze 'stad van groot gewicht, maar waarover ik steeils gezwegen heb, omdat ik my' niet op glad (js durfde w.iRej). Ik budoi.4 don woudorbaarlijken voorspoed" (dozs woorden zyu niet van mij) van de Aieuttre Afrt' kaanscAc Handelsvennootschap, welke, gelijk boketid is, werkt met een kapitaal iu aauueolen, wa-trvan elk stuk herinner ik my tfood no minaal 17 pCt. vertegenwoordigt van du oUigaties ten luote van do oude Afrif:attnscl>e Handelsvcr~ eettiging van Pincoffs, treuriger nagedachtenis! Ik wil wel bekennen dut hot niet alleen eon govocl van verbazing wa», dat bij mij guwt-kt. ia tuun 't bekend wei'd, dat na afloop van het'ccrfcta exploitatie jaar, ondanks zeer bulan^rjjlte afschi-yvio^eu, tx-uo winst KOU worden uitgekeerd van omstreeks l,'* van 'het nominaal bedrag der nieuwe itandeelcD, en dat er Lij het zien van dozen wpnderUiarlijkou voor?poed" ecu gevoel \no ja, ik zal maar zuggen meJolijdon by my oprees met de volkomeu gedepossedeerde iiandeelhtiudon der oude vennootschap. Maar ik heb er my wel voor gewacht om toen dia ge voelens aan het papier top-te vertrouwen, omdat als m ij n u verbazing cu myn medely'deu.eeus vol komen ongerechtvaardigd mochten z»n, wat ik volstrekt niet in staat was tp beooraeolen, het Iwlnng van Rotterdam er moeilijk mede gediend kon wezen eene handebitiricktiug aan verdenking bloot te stollen, welker bloei zulke rijke vrachten voor onze »tad beloofde ali van een levensvatbaren handel op de onmetelijke en nog zoo weinig ontgonnen Afiikaanaohc markt verwacht zou raocen worden. Thans ochtv, geloof ik, is 't niet meer noodig die reserve in/acnt to nomen, uu uiij van gelooiwaardige zyd« is verzekerd, en trouwens door liet in de vaiirt brengen van een eigen stoomschip het bewy's geleverd sahüut, dat aio handel op Al'rikfl's westkust niet Blechts levensvatbaar is, maar zelfs grdöte winsten afwerpt, als do daarvoor noodzakelijke ikounia maar uièt ontbreekt. Vóór drie jaren zou niemand het geloofd hebben, maar voor niemand, eenigszins m de rottei-damscho handelswereld bekend, is 't moer een goneim dat PincoHs die kennis volkomen miste, en er zelfs tuut het flauwste denkbeeld van had, zoo werd iüalthans verzekerd voor welke artikulea aldaar een willige markt was to vinden. Daar door heeft de groote voorspoed der uieuwo veuuootsekap natuurlyk zyno wouderbaarjy'kheid" verloren, en bly'ft nog alleen de vraag over of bet actief der oude vennootschap niet buitenge- . woon voorzichtig op slechts 17 pCt. geraamd in? Doch wat' daarvan zij, net verblijdende 'verschijnen van het stoomschip Afrikaan aan onze kaden wijst eeu weg aan, dien de voort varende industrieel cu koopman zeker met meer kans op BUCCÖS kan inslaan dan hun te boort vallen zou, indien de regeoring aan spmtniger drijven toegaf, om aan eeno kasplant-industrio Bekere winsten te verschaften uit de beurs van de consumenten. Moge doze eerste Afrikaan DOR door yele gevolgd worden. Men ZQÜzoo zoggen dnt elk Rotterdammer, ja elk Nederlander inet dezen wensch zou kunnen instemmen. Maar jawel, dat zou buiten do kleingeeitige partitachap aijn gerekend, welke in ons land zoo vaak de vaderlandsliefde en den ge meenschapszin in don schaduw stelt. Het Uotterdamsch orgaan eoner oud-coDservatieve party, dia er Uier overigens uiet is, beweerde dat er onbeschaamdheid en onhandigheid toe behoort om juist den handel op die streken aau te be volen," alsof dan reeds vergeten konden g^n -de treurige ervaringen, waarvan onze stad juut door dien handel in de laatste jaren bet «lachtoffer wast" Partijzucht en logica schijnen niet te kunnen samengaan, omdat do directeur eener naamlooze vennootschap, welke op Afrika handel heette te drijven, gebleken is een faiseur iu bankzaken en een roekeloos speculant te zijn, en niet de ksndige koopman; waarvoor-men hem hield, zou 'ffonbetena&md ea onhandig zjjn de aandacht vW den voortvarenden en bekwamen bandelaar On het Onontttbiuura Afrikaansche ar beidsveld te vestigen! En zulke wy»heid uit' den Haag acht & redactie waarljk nog waard, om op in 't oogïrfopende wQze gedrukt te worden l Uit eene tweede en béter geslaagde stylproevo der finanoiedte ? commissie voor de opéra, beden ochtend onder de advertentiën in de plaatselijke bladen geleverd, is de treurige gevolgtrekking te maken dat er aan de som, vereischt voor het voortbestaan der' opera gedurende het volgende sowoen, nog boel wat ontbreekt.' De commissie .vertrouwt'^dat de onmisbare steun van alle belangsteUenden .uiterlijk morgen" nog zal biy ken. Daar de dagteekening in de advertentie ontbreekt, is bet niet duideujk hoelang jj zal bleven ver trouwen", maar zelfi afgezien daarvan, zou ik haar vertrouwen niét kunnen deelen. Ik vrees dat zQ op de eerstdaags te wachten vergadering weinig bemoedigende mededeelingen te doen zal hebben. Zou, nn bet couponstelsel, het laatste eristuk van Pinooffs, zijnölevenskracht schijnt verloren te hebben, niet eens de proef met eene premieleening genomen kunnen worden, waardoor hét voortbestaan der opera voor lange jaren gewaarborgd werd? Ik ben dan volkomen leek op financieel gebied en maak er allerminst aanspraak op eene financieele commUne te kunnen verbeteren, maar nli men , hoort hoe gretig hot publiek op de obligatie:) der Kotterdamsche ichotjwburg-veïeenJging m»ch:-\jft, dan komt men er wol toe m eene premieloening den tooverstaf te zien, waarmedo de fiuancieele nood van alle nuttige en aang<»nami> imfellingen bezworen worden kan. Wout de relatief grootste kans om na 70 jurun den kleinzoon /S.?te doen teragwinnen vodr de 2,50, dio do groot vader als offer aan de kunst (V) gebracht heeft, schgnt een buitengewone aantrekkingskracht te oefenen. Eu waarom cou na de weerbaarheid niet ook de kunst een» vau deze mouscheliiko ?wakheid part*} trekken? Van weerbaarheid gesproken: kortgeleden heb ik weder uiyu peuningsktm geofferd voor het behoud vau mijn «tamnummer in de lodonlyrt van hot anti-dieoetvorTitnjnngsbom], welk» Rotterdaiutoho oi'ilcoUng vijf of zes jaar geledon ongewoon succes had tnot eene openbare vergaderiag, die bij groote uitzondering zeer druk bezocht was. Nu weldra de wetsontwerpen betreffende miJitio en schutterij in behaudulwg sullon komen, hoop ik dat zij zal tooncn, dat ui de sedert genoten kalme rust zg hare krachten heeft verzameld oui uit het liberale" Rotterdam eon luid protest te kunuon doon opgaan tegen de handhaving van het privilege dor dienstver.vanging. Ik nt»b al dj» jaren, tor wille van Kot begiusèl, niet gemord dat de afdeeling, ondanks haar onvei-stoorbaruu slaap, geregeld myno coutribuüo b!oef vragon, maar daarvoor mogen do leden dan roch waarlijk wel eischen, dat zjj cu althans wakker worde. G. UIT GRONINGEN. Hoor eens, m'nheer -?de Amsterdammer!" Ik wil u altrad eu overal gaarne aan 't woord laten; bijna in elk geval geef i k n 't recht om uw oor deel uit to «preken, maar over Groningen wou 'k liever dat gij nooit spraakt, tcuzjj vragendor wijze. Ziot ge, .Annterasmmer,'1 van doio at.id bobt ga nu geen half begrip, zelfs niet, indien ge do beachrnving van dmoüdo de Amicis gelezen hobtl En daarom zou ik u nu in du geheimen" moe ten inwijden? Beste vriend, deukt ge dat ik eon geni* ben. Maxr -ge verlangt slechts dat ik u nu en dun by wy'zo van 'n praatje" bezighoud, om zoodaeudo althins cerriycrHiate aau tiw onbekendheid te gemoct ie kommi! Welnu, dat met liefde. Alleen waarschuw ik u vau te vorou, dat ik eau schrijver van den koudon grond beu. Ook moet ik u bepaald vooruit melden, dat ik er geen volgoruo op ca zal huudcn on uiaar aanvat wat on der myn onmiddellijk bereik ligt. Waar ik het in 't biJMnder over hebben zal, ia iny nog 'n raadsel, doch zeker weet ik, dat ik ia zooverre vau da andere stads-kromekgchrijvers zal afwijken, dat ik nimmer zal schrijven over «het tooueel", onze letterkunde" of onze" Harmonie eu slechts btj groote zeldüuamhedeu over moord of diefstal. Wulnu dan. - Ileereplein t Ik zon niyn kroniek met geen auder Woord durven beginnen. 'VYauneor tnen, vau het spoorwegstation af, Groningen binnentreedt, zal da te vsAgon weg instinctmatig naar 't Ileeieploin siy'a. Binnen betrekkelijk korten tijd, zul het voor elk vroomduliug got'aden zyn, ulidan niet verder te gaan. Al wat Groningen grootsch. on odels iu srich heeft verhuist met nierkbarcD spoed naar liet lleere plein eu ds omliggMida liuuweu aanleg. De Bur gervader gaf 't voorbeeld, door daar ter plaatse «en kolossaal woonhuis to doen bouwen (zijn Edelachtbare dro«g gedreven duor de zucht naar hooger kunstgenot het maken der ontweipcu aan een middelmatig bekwaam Duitach architect op) en de volgelingen bleven uiot uit zoodat mettertijd kan gezegd worden: Groningen ia het Eeere plein eu omstreken de rest is aanhang. De ondernemende geest die d» gemeente Gro ningen, gesteund door .hnar krachtig bestuur tot uitbreiding dwingt, wijst met onverbiddelijkheid naar 't Zuiden! Indien dit toeval i», is 't toeval de schoonheid gunstig geweest; de Zuidzijde'der stad leent zich uitmuntuud tot een fraaie uitbreiding. En naar het zich laat aanaien, wordt er op doelmatige wijze party van getrokken. Do geslechte vestingftroaden wordeu voor een groot deol opzeervardienstelyke wijze, tot watidelplaatsen ingericht, bruggen tot vergemakkelijking der gemeenschap zij u ia 't vooruitzicht, terwijl nog deze zomer eon groote fontein, in hot midden van het Ileere plein gopl&atsr, Groningen een aantrekkelijkheid to meer zal verschaffen. Waarlijk (ik poet. mijn Gro ninger hart ocus lucht ou) daarbij komt Amster dam nog veel ten achteren, 'i; la waar, do Am sterdammers hebben kerkelijke hooglecraren voor hun geld en frisch water in da neothat hche burgwal len, maar andoi's .... een flinko fontciu zou in de hoofdstad ook niot misplaatst zijn. Maar laat'ik ewlijlc yo. In vela andere zaken kunnen wij hier veel van Amsterdam loe ren. Zoo hebben ook wij bijv. een grenskwestie" nl. tusschen Groningen en Haren '(ik kom later hierop uitvoeriger terug) doch voor zoover mij bekend is, hebban er nog geen pastoors er redevoe ringen over gehouden, trouwens er zijn ook gean Groningers belastingontdiukers in do pemeuute Haren woonachtig vier schuilhock bedreigd zou kunnen worden. Om tot het Koere plein terug te keeren. Onlangs werd daar grond verkocht: ecu stukje groot 16' areu bracht / 22,500 cu een groot Li aren f 22.80. op. Dat zegt genoeg! want als er geld voor grond is, is er geld voor inéór. 't Ia nu uiaar te wenschen dat de te bouwou huizen cu villa1!) wat meer do ? huizen-architectuur en wat minder (zooala tot heden) de koekbaicket's-arcliitec t uur mogen weergeven. Op architectonisch gebied is Groningen trou wens armzalig bedoeld en de nieuwere" Ironwkunst mankt het, even als in de meeste Nader' landsche steden, bitter treurig. Dikwijls dringt zich den wensch op, dat onze Groninger bouw meesters zich toch maar tot eenvoudige muren, met vierkante ramen eu deuren zouden bepalen, wout hunnp karaktervolle aesthetikaf! och ze kunnen zulke liovo figuurtjes tegen de murcii plakken!.... Maar jong-Groningen znl zich naar alle zijden ontwikkelen, en als gevolg daarvan schreef de alhier gevestigde studenten- sociëteit Mutua Fidea" 1 ~ - --'-L '- '--1- te verbouwen socieeen prijsvraag uit voor teitsgeuouw-. Er sebijut by ? het uitechrijven van dia prijsvraag iets aan' den v.ortn ? gehaperd te hebben, althans, er n een ?pénneslrnd over ont staan tusscbun leuken" en duakvndigen". Doch hoe o'ok, e prijsvraag1 i» uitgeschreven en 58 ant woorden knn er ingekomen, wanrby zelfs uit Bel^i en' waaronder zeer verdienstelijke ontwerpen moe ten zjjn. 't Is téwenschen! Ook het Gemeentebestuur noemt, uit een aesthe' tisch oogpunt beschouwd, zy'u taak ernstig op, blijkbaar uit de bêbandeldo punton in de raads* zitting van 18 Februari, waarvan een genaamd is het doen vallen van Vier hoornen aan het Studentengad" en een ander: vier of tCS rijen hoo rnen aan de Zuiderringel". M^n eerste brief zou hiermee kannen eindigen, doch een enkol woord lijkt mQ niet ongepast naar aanleiding vau de alhier, heersehende werkeloos heid. Het aantal gezonde, oppassende werklieden dat slenterend langs de wegen gaat ia nog ajtjjd ongeloofclijk. Het blijft voor mtfaltgd een raadsel waar die monschen van bestaan. Ik kan my voor stellen dat iemand bij gebrek aan vleesch, geen vleefloh eet, of bij gemi* van boter, daarvan geen gebruik maakt, ma*r indien ook het brood ont breekt wordt het mij te sterk. Er zjjn in de Provincie vooral in Drenthe plaatsen waa/ de werklui in gewonen tijd veertig centt daags verdienen. Die menschen verdienen thans nitta ea daar zégeheel onbekend schijnen met de Portspaarbank, bobben ie niets van hunne verdien sten vau den rorigen zomer overgehouden! Doch d«t redt zich allo jaren en zal dezen win ter dus ook wel tot een einde komen! l^aten wij, ten minste, er ons geen aiekte door op den buts bidon 't is altijd *9b geweest en aal altijd zoo blijven. J. R. HET GESTOLEN KIND. Raoul do Navery's .L'Enfant volü" is, voor zoover 't nit de bewerking van dun heer \V, M. Terwogt (1) valt op te maken, te vergelijken uiot .La drüve dos Forgerous" van C op pee. Uvae laatite alleenspraak, als de Werkstaking door do soliitterendo wyto waarop de Heeren J. L. Wortheim en Louis Bouwmeester aau de vertol king en de vertooning hunne beste krachten hebbon beproefd, ten onzent algemeen gewaardeerd, ovcrtrt<Tt ,L'Enfabt volé". Dn Wer/ntaking is vol loven en bevat een duidelyka on sehorp nitgovperde kAraktor-teebeDing. Tot in bijzonderheden is dit gedicht nauwkeurig on zorgeljjk afgewerkt Uet beeld vau don braven door siiait vemlotterden oude, dien slechts duldoloozo hoon tot "bloedige wrake kou drijven, beeft de dichter met fijne, sohoun krachtige trekkun gemaald; een schilder(J vol treffende handeling. liet Gestolen Kind staat niet «Heen in dichter lijke uitdrukking bjj do Werkstaking ten achter, maar het werk van Coppéo bovat geheel een * drama, en dat van de Navery is maar een schets. Een vader, een hard werkende ttukkor, heeft slecht» n dochtertje. Na den dood zijner vrouw gooit dit kind aan ziin inoeite-vol bestaan een wrjjJiug: haai- geluk, hem oen levensdoel. Vyf jaar oud, wordt z\jn afgod hem ontstolen. Door dit verlies schier met waanzin geslagen, dwaalt hij het I.iu4 rond om haar te zoeken, lljj vindt haar terug in eon gezelschap van kermi»-vage-' bonden. Drie jaren zwervens met eeu lioderlyke bondo hebben naar geest, gelyk miphindeling en ontbering haar lichaam, deorlyk geteisterd. Hét is een verdorven landloopster, vroeg oud en met dioveutaal in den moud het schoone, la chende, teer-geliefde kindje, den vader ont roofd. Hy werpt zich op den dief en den moordenaar zijuar dochter en geniet de wellust door zyn bloed te wordwii overspats Gegrepou, dout hij deii rech ter dezo modedeelingen. ? De jury spreekt hem yrQ. De behamkelinx van dit onderwerp verheft zich nuuwelyka boven het middelmatige. Konventionecle inkleeding scbyut uiot versmaad. Déin druk, door de lozing achtergelaten, is niot diep. De uitingen van harttóocht schieten te kort m kracht cu innigheid. Goed vertoond echtev, zou het Gestolen Kind de moeite van den vertaler belooneu. Een proefje van zjjn fraaie verzon:. Gij weet het niet.... gji kunt niet weten neen l hoe vurig ik dat kind beminde I.... Ziet l Des avonds, in myn arm gekneld, dicht aan mijn hart, wiegde ik haar zachtkensoan inslaap, en 'a morgens dacht ik weer het eerst aan haart Bedenkt het wel: niets bleef mij over dan dit kind, aan wie 'k mün liefde schonken kon l Hoe lieflijk vleien ona die englenl.... 01 't eenvoudigst' geven zy zoo'n lieven naam l Zacht glanst hun voorhoofd als het rozenrood van hunne lippen, en hun voetjes zijn zóó klein, dat men ter nauwernood de helft slechts van eeu kus kan drukken op het paar).».. Amsterdam, 2?3-'82. F. v. d. G. (1) Het Gestolen Kind, dramatische nchota mar aan leiding van Idool da NiTery's l'Eniuüt volé," door W M. Tervrogt, Auuitordam 1382. , DE MILLIOENEK-JDFFROUW." net bloed van bet oorspronkelijk drama kruipt door de aderen vau grove kluchten, vaar het iu fijnere en ernstige werken niet of nauwelijks gnati kon. Uet welslagen van De Millioen nJufffouw goefb inheemsche tooneelschryvers een veelbcteekenden weuk, on slechts een opp rvlakkigo beschouwing der oorzaken van dien opgang, kan hom in den wind doen slaan. Ten tillen tijdo toch hebben de blijspeldichters de puien van hun ceest gericht op do woudo plekken m het lichaam der samenleving. Gebeurtenissen van den dng, mflatachapjielyko toestanden, het streven cu do nuigingen ecner bepaalde klasse, of van eer.ig beroep of stand niets van dit alles i» den komediedichter van vroeger óf lotor eeuwen ont gaan. Niet alleen zichzelf, maar ook wat hy in zijno omgeving aan eigenaardigs opmerkte, heeft hij in tal vun werken onsterfelijk Keuiaakt. Wellicht door een minder ou-alleJa'igscho begFCfte gcdrovon, beeft da Bamüiistelltr van de MUliocnen-Juffrouw begrepen, dat iii do verhülon omtrent de dame, die haar bijnaam tot den titel van dezo klucht moest afstaan, stof te vinden zou zyn voor een zoer aantrekkelijk tooneel-stuk. Hij kou zeker 2\)u van opgang, zoodra do veel besproken jufiYousv en hare gezellen ten tooneele xon verschijnen. ,To spreken hadden z(j niet nooxjig: ieta te doen evenmin. Vandaar oen noberheid in dialoog en handeling, dio in elk aud'ir stuk duldcloos zou zijn. Wat zij zeggen of uitvoorcf) raakt don toeschouwer niet. De tuillioencajuffi'onw"opde planken te zien een genot, 't wolk L-cn belangrijke hoeveelheid geest ca intrige zou behoeven om. vorgoeJ te worden, en dour het gemis aan beide geunszinu wordt vergald. l)e pogin^nn tot vernuft 2 ij u zeldzaam; cu hul ia den sehryver niet ingevallen zijnn personen een kleine verwikkeling to doen nfspeloii uoch ouder hen ecnige komieke typen Optonoruen. Dat zy' tot hot gevolg der millioéuen-julïi'ou^ behooren is den toeschouwer cpüoe#: eu renda hut spul met do woorden miuiocnen en «idnenc» is vuldoonde om teekenen der uitbundigste Vrcoljjklieid te ontlokken. ? Uet ia niet alleen dit gobrck aan gpost en hande ling dat mijdootaarzelen VeMHUoenen^Jtifffmiui te vergelijkeii met The, Mid Summcr niyht V JJrcam of l?» J*réciaises ridictilw. Immers,- terwijl Shakcspearo en Müliore zich hier wel bepalen tot het zwaaien van den g?esel dor satire boven de hoofden van ecu' beperkt groepje menschen, brengen zij tevens etni-,'« algomoene nienschelijko e&enRchappuii zóó,helder aan het licht, dat beide klucht-guelcn den stem pel van tueesterstukken dragen. De schrjjvor der Millioeiten-Jti/fro to nfcmtait den volksmond zijn onderworp, on als dez<i dien naam niet meer zal noemen, yeraierft ook du her innering aan de tooneel-rnatigövcrtfcliüuing >vau zjjn draagster. ; .. l-2-'82. F. v. <L . De Maatschappy' Caeoilia heeft reden om mot zelfvoldoening op hot 40ste jaar vau huar -be staan terug te zien. Het getal haver d muwirs verojeerderda met 33. Niettegenstaando da M>>r-tBcbappjj sedert hare oprichting luim 225,000 gulden als toelage aan trekkende leden, hunne weduwen en kinderen uitkeerde, heoft zy' uo;{ eene som van ruim f 100,000 op het Grootboek kunnen doen inschrijven. Legaten, dotntion, rle opbrengst der beide. Concerten (netto f 1124,38 en f 1141,62) leverden een goed jaar ofschoon ook de uitgaven vele waren. Na den vorkoor vun hot Parklokaal vond men het gebouw der Vrijo Ge meente het geschiktst, wier bestuur toch eene ruime estrade Het bouwen voor do repetitieii, m »ar alleen tegen belangryke vergoeding. De H H. W. Stumpff, voorzitter en Joh. J. II. Verhuist muziek directeur, werden herkozen, de hoer Daniül do lange is Secretaria. 845. DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. UIÏDE BOTTERDAMSCHE TOONEELr WERELD. In 1668 was de RoUerdamsehe polftiénofl met zoo uitmuntend ingericht ils die nnis; deiny» rial <u-AMOCiation zorgde nog niet op «oo uit «tekende wü«e voor de straatverlichting; vanden tram, die uu man bet vroegere Boymansplein thans flogendorps-pleio, soltc een drakaauiieu got-ft, was nog geen sprake en aan een drankwet dacht men nog niet Al die omstandigheden maakten het mogelijk, dat op genoemd plein o' een avond m bovengenoemd jaar 1808 hot vol geude plaats gteep: twee voormalige akademievrieudeii loopen elkaar in den letterlijken «n vai 't woord tegen het lijf; ze herkennen elkaar nie dadelijk; dau volgt een verhaal hoe 't beiden gfg«an is sinds ze elkaar niet meer gezien hebben waarbij een der twee de schooue mededeeling doet, dat hy op 't punt is te trouwen, eon goed piiitjj, doch beducht is voor overlott vnn ecu niel'jo, dat bij zyn ouders langen tyd diende, dat hy met dat meisje in intieme betrekking heeft gestaan, dat daaruit een levend bewijs is voort Sospruten; laten verschijnt het verleide meicje ie huren verleider, dien z\j ook niet dadelijk her kent, een aalmoes vraagt; als ze hem herkent on nim zijn beloften van trouw en Helde herinnert bio.lt hy haar twee muntjes; als «e die weigert dreigt hy met do politie, en eindelijk gooit bi haar op <le straatsteenen. Een vroegere vriendin dio hnar ook al niet dadelnk herkent, vindt haai tb ar liggen. Verder kon uien daar dicozelfde: g.'dcnkwnardigen avond van l SM eezion hebben, lloo een monder haar kind te vondeling lei, hoe zij zelve zich gaat verdrinken, hoe een bruiloftsparlij zich op do straat vermaakt, waarbij de .nvloud van oen neef van Bacchu», wnntBacchu:zulf stant te hoog om speciaal Schiedam to protcgofrcn, duidelijk merkbaar is. Diezelfde bruiIpttspartij heeft hot genoegen de vondelinge te vinden en een der feostvrienden om een vrouw uit hst water to zien .halen. Niemand denkt «i aan dat tusflchen het een en het ander verbauc zou kunnen bostnan. Dat hot in 1853 zoo met de politie en met de verlichting gesteld was, gaf den heer Hosiei Faassen gelegenheid ons in lift eerste bedrijf van Zonder AÏaam die reeks van roerende en tref fende gebeurtenissen te doen aanschouwen, die bij een politie en bij een gaiverlichtiog en bijeen drankwet als we m 1832 bezitten onmogelijk zouden zijn geweest. Paassen heeft zich bij bet schrijven van zy'n Zonder Naam do ontwikkeling der moraal ten doel gesteld reeds door Alfi-ed Touroude iu zijn Ml ar d neergelegd, dat de man, die een meisje verleidde, en haar daarna verstiet, later peen aanspraak heeft op de liefde van het kind. JTayant pas accefiéde devoirs, je nc saurais réclamer des droifs f zegt Duversy, de vadci zelf in de Bastaard den oneclitcn zoon Armand Daltin na. Over de schoonheden van dat work van den to vroeg ontslapen franschen tooueel sohry'ver nit te wijden, 't is er hier de plaat» niet voor. Op n punt wensch ik echter te wijzen, namelyk Op de ontknoopinp, die by' den franschman grootscher is: Armand Bartin, de Bastaard, wijst ook zy'n vader af, en blijft alleen met zyn zielolecd en zyn tweestrijd: Et pourlant, si 1u l'aurats voulu, je serais Je fils d'uri honnêtc hommel" Met dezo woorden zinkt hij ne£r, na 't vertrek zyns vaders. B j Faasion wijst Hcnriëtte ook haren vader F f, onder het uitspreken der zeer pathetische woorden: ^*k wreek mijne moeder." Dat is alles heol mooi, maar z\j blijft niet alloen en vindt ver goeding voor haar leed in een huwelijk met den man. van haar hart, die haar bovendien den naam goeft, onder welke zij by do wereld bekend is. Le Edtard is hier te labde bekend, door de opvoering eerst door het Antwerpsche gezelschap vnn Leroaire, waarbij dostyda Hendricx on ficersmans do hoofdrollen vervulden; later door de voorstelling er vau door liet gezelschap van albregt en van Ollefen, voor een benefiet van laatstgenoemde. Doen laat ik niet verder over de Bastaard uitwijden; men zon allicht meenen, dat het met do bedoeling geschiedde, om tiiischcn dattooneelwerk on Zonder Naam een al to groot verband to zofcken. Rosier Faassen heeft dezelfde moraal als motief gekozen voor een yolltsstuk; met zyn grooio kennis van liet tooneel, niet zijn gave om effect to berekenen en te bereiken hoeft hij een werk geleverd, wat ja kost geeft voor alle monden, maar waarbütoch juist aan de volksklassen wat al tf> sterk do letiu rvlc is toegekend. Schoone tooneel)jen in de huiskamer van den hup^erniiin wisselen, soms, gerokte dialogen in de mlo:i vau den ry'ke af. En d*t verschil is een iKi'nnrlijfc fj.';volg van P'ua^sen's eigcnaardiif talent tot typeeren onzer volksklassen, waarbij liyJustus van Msvurikbijna evenaart. Zoodra Faasson iemand of ict-j uit het volk hoaft te teeltenen, worden het typo:i dat is Fua-B*»II'S talent, zyn groot talent, wat hem vnn gof-n^rlei nut is als hij personen van rt;n hoog.ircn stand zal schetsen. De uitvoering was over 't Algemeen de gclukKJLji-to, welkfl de Hotterdamsche aftiteling van het. fö'tcrlandffik. Toancd to zi«n gaf; nnmcii te nueinon waar do boioUing over 't, gehcol zoouitBU'kcnd was, acht ik oniioodig" alleen zij vermeld dut Mcj. Jpjinnu Ju Groot, eorst als hot verleide meisje, tluarim. als liet kind van deze, oozenblikl;on h;vd, die van pevcel en studio getuigden;dio lofspraak komt ook deu hoor SpoormaTis toe, dio «ls,i/rt» Bloem mot veel innigheid speelde en niet VCB! meer losheid dan men tot nog toe van hem zag. De heer Victor Faassen gat' als Lcónard Ilitrtliamp zeer verrassend blyk van komisch . Hot oordeel elders over do heer van den Heuvel nl-i Jonüer fiinkcrshuieen uitgesproken, dat htj yermakelylc was" is volkomen juist De geheelo j-nlcur-cluli op de Plaats in den Haag zou 't vol* mondig bci'.mon. Den auteur werdon Zondag-avond tol van Knvnf-en vereerd. Kosicr Faassen verdient dio in elk geval, maar m?n had zijn toonoclarboid den opgeschroefden toost moeten besparen dien men er elders op geilugen hoeft. Ik zon woarly'k do opvoering van den Kuif Wan Vrijdag jl. door hetRotterdanMohóTüonco gezelschap van Willem van Zuylea niet onbe'pvoken mogen laten; dat sou te gropto onbillukheid zijn omdat die opvoering gegeven werd! ter beuefice van den heer Chrispijn, een der veraiensteiykste leden van dit gezelschap en bovenuica een der jongere kricbten in de NederlandRdie tooncelwereld, die veel beloven voor de toe komst In aanmerking nemende dat onze acteurs en nctriccs hoe langer hoe minder optreden in werken van dien aard, verdient do uitvoering in vele opzichten grooten lof; aan miae-en-scène was uaaihg grooto zorg besteed. Van de uitvoering sprekende, noem uc in de eerste plaats..2faria vanNeulurg, Koningin van Spanje, door mevrouw «o Graef?Verstraete naar ik meen goed opgevat. .t Komt bjj het weergeven van dat karakter niet in de eerste plaats aan op het koninklijke der r; voor alles i» Maria van NcitbUrg, een nieiVjo, gewoon met haar zusters in Doftschto spelen on te dartelen in Gods vrije schepping; dat dartele kind, wier hart behoefte heeft aan helde en dat in Dnitschland in haar thuis vond; d.U kind wordt plotseling overgeplaatst to midden v&n het «ty've, verstikkende spoansche hofleven en overgegeven aan een gemaal, die haar verwaar loost. Terwijl men .baar hoofd met da koning» kroon siert, blijt haar hart in Duitochland. Zfl h«eft behoefte aan liefde, aan een mannenhart dat bou begrijpen, aan era man, dien jachten kan; d* behoeft* beeft sti b^uonbawiut, totdat au met Ruy Bias in aanraking komende, tot bewustheid komt van wit in haar uaimert; wat wonder dat do vrouw Li haar d«n boventoon voert «a btfna de koningin vergeet l Ware Maria van Nembur meer Koningin, dat fe minder vrouw, gewee ?U zou de tengels van het bewina haren i wakken gema .1 hebben ontwrongen «n de geheel* Ruy Ulo» ion een onmogelijkheid zjjn geworden. Juist dat Mevfouw de ffraef-Verttraeie 100 vit* stekend dat echt vrouwelijke in Maria's karakter deed uitkomen, geeft haar aanspraak op grooten lof. Ook Ghritpti* had van de zware rol van Buy May veel studie gemaakt, onderscheidde zich wer kelijk in de toespraak tot do Mini ters, din met kracht en gloed werd voorgedragen. Ik wil my1, door al te uitvoerig te worden, niet blootstellen aan 't gevaar, dat van deze voorstelling in dit nummer van de Amsterdammer geen melding zou worden gemaakt. Daarom bepaal ik my er toe te vermeiden, dat Witlem van Zvglen den ?chooier-edelman Don César de Satan met veel verre speelde en dat Alexandcr Faassen een misschien wat al te sterk geacoentueerden, maar toch van groote studie getuigenden Do» Saüiuttu to zien gaf, met de meedeelmg, dat Chrispjjneen paar ichoone kransen eu van eenige kunstvriendon «en fraai geschenk ontving. Uotterdam, 22 Feb. 1882. H. V. P. FRAXSCHE OPERA. LE CAPITAINE NOIR. Met veel belangstelling werd deze noviteit in de opera-litteratuur tegemoet gezien. Als vlaamscho opera, onder den naam van de J)e tuwrli; kapitein, word zjj enkele jaren geleden hier opgevoerd door eon gezelschap, hetwelk de componist Joseph Jlertens expreseefijk had saamgcstvld, ten eindo deze en n\jno vroeger gecom poneerde opera Licdcrik by het nederlandsche publiek te introdncecrcn. Na dien tyd heeft by zyn Zwarte Kapitein omgewerkt tot groote opera op frantcheu tekst, eu do verschillende dialogen, die ia het vloamsch gesproken werden, in recitatieven veranderd. ut' daardoor do compositie een* verbetering heeft ondergaan, meeiion wy' te moeten betwijfelen. Het ii niet to miskennen, dat verschillende scènes eene gerekt heid hebben verkregen, dio vroeger niet was waar to nemen, terwy'l ook het effect van do een of andere intrede vroeger veel grooter was. Behalve deze fouten, die onwillekeurig hot werk zyn binnengeslopen, kunnen wij het tot on:< groot genoegen met, zeer veel sympathie bogi-oeten. Hot is vloeiend ca zeer raelodious van etyi, terwy'l ook do tooncelmatige bearbeidiiig zeer veel goeds bsvat. Do eerste acte speelt in een taveerne von Vlis«ingcn, in April 1572. Watergeuzen zon om do tafels geschaard, tcrivyl een yerrnder, Casper, ter zijde zit. Deze laatste bemint llartha, dochter vun Gertrudo, do kaateleiues, ea zuster van Johao, den zwarten kapitein; zij heeft echter een af keer vnn hem om zijn boosaardig karakter, en maakt hem ton atimchouwa van het gansche ge zelschap belachelijk. Do burgers venvjjdoren zich langzaam en ook Caspor gunt nn. ecuige woordenwisseling heen. Anna, de dochter van yifcsingen's burgemeester van Cuyk, komt haro vi-ieadin JSfartha bezoeken, en verklaart haar broeder Johau. to beminnen. Een zeer schoon duo, waarin de componist op voortreffelijke wy'ze de violoncellen laat accora agneercn, volgt thans, om gevolgd te worden oor het optreden van Van Cuyk, die z\jne doch ter komt halen. Juist groet hn echter Claud* WiHemsen, den hoofdman van de burgerdienst, als don Pedro, de Spaansche gouverneur, binnentreedt. Duzc, liij ieaereen oin zijn wreed karaktsr ge haat, verbittert eerst in hevige mate Claude en geelt vervolgens Mcrtens hot onderwerp voor een acer schoon duo tuuchen Van Cuyk en Pedro, waarin de een voor la liuertüen do ander voor la royautézyn leven veil heeft. Hierna gaan al len at', terwy'l do burgers van Vlissiagen wederbiunenkomeu. Ook Casper ia onder hen. Hy slin gert juist bclecdigingcu naar het hoofd van Johan, als deze binnenkomt eu hem het zwegen oplegt. Casp.er wordt vervolgens de taveerne uitgedrougeu, en Johau verbreidt in goode gespierde muziek de mare van de iuueuiiug van Briello door do watergeuzen. B|j de phrase : Malgrc la tyrannie, x Malgró les Hots et les destina, Dieu gardera la vie De DOS vailtants marins, treft de componist ceucn toou, die zeer goed als volkslied kan gekenmerkt worden. Da tweedo octo wordt geopend door eene aria van Anna in het huis hanrs vader?, waarin zij den spoedigen terngkci-r van den geliefde hoopt. Cuyk komt weldra bij haar un Ktgt dut zij VHU Ochaiaud,' mot Johan zal vereenigd worden, w:iurop een schoon duo deze sei'iie besluit. Martha komt 'daarna tcu tuoueele til meld', do aankomst van Joh;iii. Spoedig echter nadert ? CaspcrOm don IVlro ann te dienen. D«üe, met Van Cuyk alleen gelatnn, oi>kt dcii Inirgutnccster tt) oveiredun te» {{uu*tB vun den Koning en ten uudccln der Geiucu te six-ckcn l'ij het volk ; ducli op fiere wijüe antwoordt Van Cuyk: Commo Egmont, je ttanrais, méprisant . / Ochai Mounr pour la patrio! Het volgende tooneol geeft ons een liefdes-duo tnsschen Anna en Johan to genieten;, daarop komt Van Cuyk by hen en heft aan hot: O Sninte Libertó! Uno commune flammo A oonfondu iiotre ame Et pour l'Eternité", lietwelk als eeu der hoofdnummcrs van het werk moet beschouwd worden en later meermalen voorkomt. In de woning van Van Cnyk vervoegen zich vervolgens oenige burgers onder aanvoering van Claude. Zy' worden echter gealarmeerd door de nadering der Spanjaarden. Johan, diézyn leven nog ten dienste der vrij heid moet gebruiken, vlucht daarop uit het ven* ?ter, zoodat, als Pedro de kamer binnenstormt, het voorwerp van z{jn woede niet meer vindt meent den Gons echter nog in de verte te «en loopen en lost een pistoolschot op hem, lietwelk echter t jjn doel mist. De aanwezigen heffen zegekreten aan, terwiil het Malgró hT tyrannie" weerklinkt. De derde acte speelt in den kerker van Vlisain* gen, waar Van Ciüjk u neergezegen op een stoeaen bank, Casper, die thans dienijt doet ala cipier, brengt tem voedsel en bespot hém. Vervolgens komen Anna en Mortha den gevangene bezoeken en verkrijgen slechte toegang, door den cipier MO goed gevolde geldbeors toe te stoken. Anna echter gaat alleen de cel bmnen en legt laren sluier op een bank aan den ingang van de cel. Als na Pedro komt om Van n|jk nogmaals tot verraad te overreden, «et hfl den sluier liggen in vraagt op hoogen toon wie daar binnon ia. )p züne woorden komt Anna-inist de eel nit en t haar vader slaapt. Btf hare nadering Hit Pedro op haar toe en vraagt ban hand, meïde i bergeven. lelofta haren vader da vrijheid te «ull*n l Plotwh'ng komt eehter Van Ootjk tentooneeleen ?egt nimmer B$oe dochter aan mik een ?noodaard m- huwelijk to «uilen geven. Na «en goed gesehreven teio boort mao 0ra kanonschot en komt Qajpfr^da nadering aan kondigen van de vloot dn Watergmuwn. Alsdan traeht Pédro den borgemMstw nog maals te bewegen, het volk tot bedaren te brengen en gaan allen naar d« wallen dar «tad, om bet volk toe U spreken. Op eens springt de «warte kapitein ven uitijjn Mblp, gevolgd door «One m*naohappen, allen met oranieylaggen in da band w bübet spelen van het Wilhelmns-liad worden déJSpaaJaardtn over rompeld en roet Pedro «a asper van het tooneel gevoerd. Tot slot wordt bét Malgréla tyranni»" gespeeld, hetwelk daardoor het karakter verkrijgt als hoof dnummer van het werk téiyn bMcEonwd door den componist. De voornaamste decer plaat»en s^jn teer melo dieus geschreven; celden echter ontmoet men eene oorspronkelijke gedacht*. Zeer frisch «n levendig klinken de tangen; men hoort echter onmiddellijk dat i|j niet bét eigendom zjjn van den oomponist. Wars van alle gezochtheid is M rtens hier in eeu onder uiterste vervallen nl. van bloote navolging. Op schier ieder tafereel zy'n deze opmerkingen van toepassing. Het neemt echter niet weg, dat bet werk een levendigen indruk ta weeg kan brengen. De opvoering was behoudens eene enkele uit?ondenng voortreffelijk. Den cerepalm kennen w|j toe aan Mlle Van den Bergho, als Anna. Zeer schoon was do scène io de tweede acte met baar vader en 'de XHe scène van dezelfde acte als zij baar geliefde afwacht. Ook do Van Cuyk van den Heer D«lrnt was voertxeffollik. Hot O Sainte L'bortó" vond in hem een ver tolker, waartegen do kracht van het orkest niet bestand was. Ook wsa zijne houding steeds fier en krachtig in alle omstandigheden van ziine rol. De Heer Selrack was niet l>Uzonder goed gedisponeerd. Hij voorzag echter Ie capitaine noir van oen vereischt«n hartstocht, zoodat aan voordracht vergoed werd wat den Heer Selrack Aan sternmiddelen ontbrak. Zyn voorkomen maakte echter geen buitengewouen indruk. Hy' had meer weg van een hoflulyken Balonheld don van een koenon watergeus. Do Martha van Mm. Fronty was in verschil lende opzichten bevredigend; terwijl ook Mm. Sbolgi ons als Gertrudo beter dan in eene harer andere partyen yoldetd; dat zij hare stem in het hoogo register niet behoeft te gebruiken is voor haar ongetwijfeld een groot voordeel. > Do Heer Pons als Don Pedro- Pachcco wal onvoldoende. IIij was noch edelman, noch Span jaard, uoch een wrcedo woesteliug en last'iiot least noch een goed zanger. Do Heer Cabannes pastu niet in zyne party. Hij zong den Casper zoo beschaafd en netjes, dat het karakter daardoor verloren ging. De koren waren goed en het orkest was, in aanmerking genomen dat het een nieuw werk onder vreemde directie moest uitvoeren, over het algemeen zeer voldoende. Zeker was do bijval, die den componist-directeur Mei t ons ten duclo viel, ten volle verdiend; do schitterende ovatie, die hem op het eind der laatste acte door publiek en oi-kost gebracht werd, doed icdercn toehoorder, wiens hart warm klopt voor het. belduntydvak oiwer geschiedenis, goed. Der directie van de frausche opera ooien dank voor do moeite eu zorg aan de opvoering ton kosto gelogd. Zouder haar zou hot uoff lang guduurtl hebben eer wy De ewartc h.apite-n nogmaals hadden kannen hooren. Ui' zou de t|jd niet meer vei-ro z|jn, waarop wij eene eigene Nederlandsche opera zullen bezitten? Aan steun Zil het werkelijk niet ontbreken. ' Tor gelegenheid van het dertijg.irijr jubllévan den verdienstelijken toonkuuEtenaar Joh. M. Coenen had Donderdag 23 dezer in het Paleis voor Volksvlijt eon conceit plaats, waarop ecnige zijaer werken werden uitgevoerd. Eene nieuwe feest-overture werd zelfa voor het eerst ten gehoore gebracht. Het werk is in goeden styi geschreven en geinstruraenieerd op eene wijze zooals men dat van Cocncn verwachten mag. Door verschillende solo-fragmenten treedt het echter eenigszins buiten de perken eener ouverture. Mej. Beihl, van de Kotterdamschc opera, droeg voor eeno aria uit Ada van Holland en een Avz Maria, eveneens van den jubilaris. Behalve dat het genre van Mcj. Beihl meer in de opera thuis behoort, wna zij niet volkamen meester van hare zaken, zoodat aan die beide werken slechts eene middelmatige vertolking te beurt viol. Als eerate nummer werd dooi- het orkest op voortreffelijke wijze Beethovens achtste symphonio uitgevoerd, terwijl de Heeren Jos. Cr.imcr, violist en do Heeren Schuëcker on Snoer, harpiaten, door ecnige solo voordrachten aftvhicliag aau het programma verleenden. Eene welverdiende ovatie viel den Hcor Coenen ten deel, waarmede voorzeker allo aanwezigen hebben ingestemd, f,a dtinic JR7*i«c7ie. Boieldicu's lieve oporn diende Dinsdag 12S Februari tot beneliaj-voorstelliiiff voor den heer Charles de. Beer, wiens zoer goea Mitgcvcu'do photogrnphie 'de progi-amma's«ierde. Zu^-fn ',vy' den trial dezen winter nop weinig in Amsterdam, d<; volle zaal getuigde '.üo\vel van de i;unst waarin de oude Da<: c Bltmchc nog steeds stsuit, als van de sympathie voor den heer do Beur. Do sangor Vitoux zong heerlijk de party wil luitenant George, Mlle. Aruaud cvcnzoo die van de witte duino zulvo. Do beueüciant als do pachter, de heer de Gravéals G.avestou, ook de dn mes Dufuu en Granier iu do Romance en het Spiuuelied, waren zeer voldoende. Tooneel in Dult»fJtlaitd. De hcrlop van Mciniagen. heeft ter gelegenhbid van de lUÜOste gastvoorstolling, die zy'n hofcicleurs gegeven lieblien, cone zilveren medaille doen sluuu uri de/,e doen uildeelen aan al do Jtiden van zy'n gezelschap die by de'- duizend gastvoorslcllingeu hebben inedegcwcrkl. _ Te Bcrly'n is in het Victoria-theater een fanlaatisch tooversprookje oogevoerd, Anahna. Na ecnige uilstapjes op het gebied van het klassieke drama heeft deze schouwburg weder trachten party te trekken van züne reusachtige ruimte en prachtige raachincrien. De tamely'k ingewikkelde handuline van liet stuk speelt in Indië; dedecoraticschilders en costumiers licbbcn al hunne fantaziein 't werk gesteld en den vrnen teugel gelaten aan hun ver beeldingskracht. Ook vooral wordt de muziek van den kapelmeester Hcnnann Zumpc, een leerling van Rieliard Wagner, geroemd, welke muziek eigen lijk liet libretto m het ^enre der groote opera over brengt, maar zoo fraai en treffend geïnstrumen teerd is, dat men over den al te ernstigen toon niet kan klagen. Te Weenen ztfn het vooral de liefdadinheidsvoorstellingen (en voordecle der nagelaten Betrek kingen van de slachtoffers van den brand in het Ringtheater, die nog de schouwburgen vullen. Overigens doet de paniek zich nog lang gevoelen. Zelfs in de opera, die voor het veiligste gebouw doorgaat, kan men vermindering der recette be merken. Het Burgtheater is gesloten en het ge zelschap speelt nu in het Karntherthortheater de klassieke stukken; men is met Antigone begonnen, met redelijk succes, vooral omdat het tooneel zich tot eene rg'ke inkleeding dezer stukken leent: Daarna gaf men Wühélm Teil. met den acteur Sonnenthal voor de eerste maal in de hoofdrol, eindelijk OikeUo met denzelfden held. Nieuwe «tukken werden nog niet opgevoerd; Genees nieuwe operette kon geen bgvol vinden. Toch beloon men te Weenen H een en ander. Het Theater «n der Wien heeft een nieuwe ope rette van Helmesberger aangenomen, Der tehont Kurfürit, terwjjl het Hofoperatheater eene ope rette van Sehubert, Die - Zwülmgsbrüdtr instudeert, en het ballet Y«Uak van Leo DeUbes onder den titel van Naila xal opvoeren. Het duitsche theater te SL Petersburg » bet slachtoffer geworden van de rusrahe betuinigingen. Het ad niet langer KeiserUjk" heeteo, geen subsidie meer ontvangen, noch van den SU«t, noch van de Vorstelijke familie en bet ii cel& d« vraag of aan de tegenwoordige duitscbe troep bet monopolie dat z|j gevraagd beeft, namelüfe het recht om voor een zeker aantal jaren den schouw burg te mogen bespelen, wel sal gegund worden. DE »VIJP ZINNEN" door Hans Makart. Op de »gebruikeUjke" buUnraren is, ter dezer stede, de uitnoodiging aangeplakt in het gebouw der Maatschappij Arti de »wereJdberoemde schilderyen , van den Heer Makart te komen bezichtigen, die reeds door verschillende voorlichters der publieke mee ning in bescherming zijn genomen tegen de Franscbgezinden, die den Weener meester talent ontzeggen, en tegen de iTartuffes", die zich bezwaard zouden achten wegends het paradijskostuum, waarin het i Gevoel", het »Gehoor", het »Gezicht", de »Keuk" en de »Smaak" hier opgevoerd worden. Dankbaar» heidsplicht, ten opzichte der Maatschappij. die ons de gelegenheid geelt met deze vijf penantfchilderingen kennis te maken, en be langstelling in elke nieuwe vrucht van hel machtig palet des Heeren Makart lokken na tuurlijker wijze de kunstliefhebbers en ook de genen, die er gaarne voor doorgaan, naar deze ten-toon-stelliog. liet is jammer, dat noch de kunstenaar noch de Maatschappij Arti het trompetgeschal heeft kunnen voorkomen, dat ons in de ooren schettert van het blaadtjen, 't wel k in de kunstzaal verkocht wordt. Ter toelichting van de tafereelen brengt het bhadfjen niets bij; het schrijft alleen wat imperiöus de bewonde ring dezer vijf «naakte gestalten" voor, en herinnert (wat trouwens niets dan lof ver dient) welke andere werken min ann den te Salzburg geboren kunstenaar verschuldigd is. Do beoordeelaars schijnen er den Heer Makart eene bi zonder e verdienste uit tema ken, dat hij »alleen de plastische zijde van zija onderwerp heeft willen geven";het»in dringen lot in de binnenste verborgenheden der gedachten blijft bij hem geheel en al bijzaak". Dat is toch iets heel zonderlings, dat men ccn schilder, die «ene allegorische voorstel ling geeft van zekere krachten, dh dus het gebied der zich plasliesch openbarende fllozofie betreedt, een komplimcnt maakt over hot uitsluitend beoogen van een uiterlijk eflVjkt. Behoudends de aanmerkingen, die op de teckcning van sommige onderdeden en op het ongelijkmatige der bearbeiding dier onderdeden, wel eens gemaakt zijn, is mij niet bekend, dat iemant, hier te lande, het groote talent vau dezen kolorist in twijfel getrokken heeft. Ilicrin stemmen alle be oordeelaars over-een, dat de lichamen van schoone jonge blonde vrouwen met groot meesterschap 'door den Heer Makart geschil derd worden. Men kan, bij de aanduiding eijner voortreffelijke eigenschappen op dit gebied, verscheidene kolommen van het woordenboek der schilderstermen uitschrijven; men kan spreken van dunheid en p'tte, van koele en warme tonen, van malschheid en transparenee, van clair-obseur en glacis, in n woord: men kan, ten dezer zake, het interessant bewijs leveren, dat men zich bewust is schilderijen en geen beelden noch gedichten te beoordeelen; en de Heer Mnkart kan, met volle eerbiediging der waarheid, ongedeerd te voorschijn treden uit de méle'e der technische volzinnen, waarin men zijnen Yijf zinnen" naar hartelust recht heeft gedaan. Maar is zulk eene behandeling der zaak van cenig nut voor deguó gemeento, dio de stukken komt zien, en voor de kunst, die door de kritiek in mindere of meerdere male vooruit of achteruit wordt gebracht? Mij dunkt, dat men den schilder onrecht doet, waar hij een filozofiesch onderwerp aankondigt, alleen maar te vragen, of die beenen en die heupen en diésr.houders en die... liutcs goed dat is naar den eisch der lijnen en den cisch der tinten, meester lijk geschilderd zijn? Zulke vragen stelt men aan de studies van leerlingen, die zich niet aanmatigen voldragen kompozilies ter waereld te brengen. ? Ik spreek niet bloot van ordonnantie; ik spreek van kompozitie. Kompozitie?dnt is samenstelling van geest en slof, van gedachte en vorm. Het is duidelijk, dat een kunstenaar, die de vijf krachten of vatbaarheden, welke men verkeerdelijk met den naam van > zinnen" betitelt, wil afschilderen, zich de moeite dient te geven eenige vinding aan die kompozitie ten koste te leggen. Het is de onnoozelheid zelve, te denken, dat men de »vijf zinnen" op waardige wijze in beeld heeft gebracht, wanneer men een schoone jonge vrouw, die geen rechter arm heeft, zich behaagziek kronkelen laat en haar in de linker hand een spiegel geeft, waarin het hoogst ordinair ge laat een blik zou kunnen slaan; wanneer men eene andere en profil stelt, raeteenigs zins praadomineerend onderlijf, en men laat deze de rechter hand achter het rechter oor houden, zoo als de dove, maar eerbiedige, btmk-opsluiter het doet, onder de preek van den geliefden kanselredenaar; wanneer men drie andere naakte jonge dames min of meer met haren rug naar den toeschouwer keert, om hetzij een kind wech te dragen, belzy aan een roos te ruiken, hetzij in een appel te bijten. Is dat komponeeren? b dat uitvinden, dichten, de geheimzinnige middenevenredige zoeken lusschen gedachte, en vorm 1 Zyn dat voor stellingen, die een denkend mensen, toegankelfjk voor de flikkering van het vernuft, voor de trilling van het zielsgevoel, voor de vlocht van het genie, voor de betooveriog der echte kunslschepping, eenigermate kunnen voldoen? 't Is beiiegeMwa*rd%, dat men meent een groot schilder, die het terrein dep vleeschgeworden Gedachte heeft willen betre den, een lauwer te vlechten, met te getuigen, dat die naakte jonge vrouwen met de noodige «orMfeua gepenceeM zijn. Ken jeugdig schoolmeester zond eens aan een dichter een veer tien-regelig vaers, geti teld »Sonnet", en beweerde daarin, dat men altoos de deugd moet betrachten. De regel, waar de laatste op rijmen moest, luidde: Geen eerlek man krijgt katviscb tot zijn vangst," en de laatste regel luidde: .Wees altüd braaf: want eerlijk duurt het langst" Voor het overige, was er geen enkele ge dachte in dit sonnet neergelegd: maar op het getal lettergrepen en de afwisseling van betoonde en onbeloonde viel geen aanmer king te maken. De dichter gaf niet veel lof aan deze be rijmde redeneering, hoe zedekundig zij ook ware. De jeugdige schoolmeester beweerde, dat, aangezien geene fouten in zijn sonnet vielen aan te dulden, bij als genie behoorde gehuldigd te worden. Is er iets gecharakterizeerd in dit vijftal blonde of rosse jonge vrouwen? Is ereenigo poging gedaan, om de werking van het Zin tuig tot de uitdrukking te maken van eene ZieTshoedanigheid? Voor twee en een halve eeuw leefde Rembrandt, voor drie en een halve Albrecht Durer. Hebben zij vele tafereelen geschilderd, waarin men zich zóó ontslagen heeft gerekend van de moeite de kloppingen van het menschelijk hart aan Ie duiden, en zoo ontzettend opper vlakkig geenerlei geheimzinnige bedoeling heeft gelegd in de stoffeering van het tafercel? Vindt men de kleur van den Heer Makart zoo veel voortreffelijker dan die van Titiaan of van Rubens, dat men, uit dezen hoofde, hem vry stelt van de eischen, waar later lijd recht toe geeft? Hebben wil voor niet de laatste twee eeuwen geleefd, om heden een kunstenaar ten hemel te verheffen, die door niets goedmaakt, wat hij bij de meesters der XVI' en XYll' Eeuw te-kort-schiet? En dan de quajslie der voegzaamheid. Vindt men, dat een vader met ztjn dochter, een broeder met zijn zuster, een Hoer en Dame, bühoudends alle betamelijkheid, zich samen kunnen plaatsen voor de nymf, die het»Ge zicht" verbeeldt, al vervangt eenig de hemel weet waar geweven bedelaaislijnwaad hel vijgenblad en de dierenhuid der H. Schrift? Ik beslis niet. Ik zou niet graag hebben, dat de Heer J. G., de «gewone korrespondent" van bet Handeltllad voor kunstzaten, mij van. inkonsequentie beschuldigde, door op te merken, dat de vertaler van Molières meesterstuk nu het bewijs geleverd heelt zelf een iTartjtfTe" te zijn; maar ik vermeet mij toch wel in alle zedigheid te betuigen, dat ik liever allén, dan als begeleidend eaealier, deze penantnymfen beschouwen ga. Het zijn »penantnymfen"; en dat strekt tot hare ontdchuldiging. Geplaatst tusschen de vensters in een receptiezaal, lost het storende zich op in de schittering der andere iorraen van weelde en comfort; en daarom voffue la galere l Ik beslis niet. Zoo lang echter kunst iets met onze ziel, met ons hart, met ons schreven, met ons jube len, met onzen humor en onze verrukking ? met geheel ons rijk geschakeerde leven te maken heeft, dunkt mij, dat de «Vijf zinnen" van den Heer Makart niet tot de allereerste kunstwerken te rekenen zijn. 2 Maart 1882. Alb. Th ? NOG IETS OVER EGERS' BÜKGEMEESTEaSVUOUW." Ia de letterkundige, historische kritiek vnn dezen roman in het vorige iiniuiner, wordt EbcrJ beoordeeld, als historieschrijver en getoetst aan Motley on Schiller. l)e Duitsche schrijver zou da eerste zyn, hiertegen protest aau te teokeneii en te wijzen op z\jne voorrede, waarin hg de goRcbiedebis, als het latwerk gebruikt, waarom de ranken züner verbeelding zich slingeren." Hoo weelderiger deze ranken zyn, des te meer bedekt hun bladerdos het latvrork, dat hun tot onzichtbaren steun dient. Niemand zal dit der plant verwaten l Ebers is de geschiedenis trouw gebleren, waar zo h«m noodig was tot achter grond voor zjjne figuren. De dienaresse zijnor verbeelding was z|j, niets meer! Weinigen zullen dan ook dit werk ter baud nemen, om de geschiedenis van het beleg te lezen, die is overbekend. De tfcl beloofde dit ook niet, on Ebers was vrii geweest, de Burgemeestersvrouw vóór of n<t het beleg ten tooneele te vooren. Haar karakter, haar persoon boezemen ons belang in. Zijn wjj voldaan of teleurgesteld?" U de vraag en het eenparige antwoord luidt Teleurgesteld." Het denkend en lezend publiek, en allermeest de ontwikkelde vrouw, verwachtte een krachtig figuur, eene hollandsehe Bent-Anatim vinden een kind-vrouwtje" totwie niemand zich aangetrokken gevoelt. Mana is noch als vroiw,noch als moeder op hare plaats! Tot dit oordeel komen wij bij het sluiten van het boek, maar het kinderlijk gemoed, zóó vatbaar voor indrukken, is ons vóór ge weest; hét beeft dit by inttiitie gevoeld en in n trek geteekend. De indruk van het kin» derljjk gemoed was juist en zuiver. De jeugdige Adriaan, na zjjnen strijd met den Spaonschen jonker, vreest het meeste voor eenon blik van zyne jeugdige stiefmoeder, omdat cjj hem de goede Fee nit zijne sprookjes schönt, dia naar zgne meening te eachL te fijn, te bevallig voor bun eenvoudig, burger huis it." .Te fijn, voor dit buryerlgke huis; dat vindt ook Maria, als haar de reuk van hét leder hin dert n zij reikhalzend verbuigt naar de Delflsche vrienden en het voorname huis harer ouders. ,Te bepalUff n weder hare gedachte den 16n Mei, als zfl voer hét eerst een disch ial ordenen en het tofelservies en glaswerk te gro£ te bur gerlijk vindt l Zij doet haar best dit onder bloemen fe verbergen, .nét tegen den zin van haar echt genoot, (De verdrietig uitroept: Laat het na zoo maar blyven, maar wfl hebben eene ernstige boraadakunng en gtf bobt eene bruilofUdifcS toe bereid P Het kinderlijk gemoed gevoelt net al* bH ingeving: De Fe e is niet op bare plaats! Wjj kunnen het huwelijksleven van Maria, voor Booverre het bier geteekend is, in vier perioden verdeelen. t ; » l i

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl