Historisch Archief 1877-1940
r
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 245
Omtrent de onderhandelmfren tusscb«n Bhmarek
«o het Yatikaan, door r. SchJöwr gevoerd, luiden
d* berichten ongunstig. Men schijnt ta Rome zich
neer Woofd t« hebben dan men t* Berlgn
ge?bd is U peven.
V* ukratwonUansche p*rtjj ia Beieren heeft
In eou britjf van den koning aan ron Lüts een
waanobaw.iiA ontvangen. De koning Mgt daarin,
dat h(i steeds den godsdienst tal beschermen,
?kaar w»t geduoffen wil dat de kerk inbreuk
auukt op de rechten der kroon.
Te Jbrlijn heeft men het nog altijd druk over
SoubaUfTs rede. Diens terugroeping naar
Petorsbnrg kan natuurlijk het feit niet uitwisschen, dat
4e generaal heeft uitgesproken wat millioenen
BntMn denken. Over eaète en Weenon i* luj
naar Petersburg gereild.
De oosteurijkscbe Kamer keurde het nieuw
tarief goed en de hongaarsohe gaf haar
toestemmiug voor het buitengewone Krediet, gevraagd
voor de expeditie in liosniöen de Herzegowin».
Kopens de krüjpverrichthigen der ooftcnrijkscho
troepen in het opgedane gebied, komen alleen
offiuettle tijdingen voor, die wel bewijzen, dat de
leger-afdeelingea na een reeks schermutselingen
het middenpunt der woelingen naderen, maar niet
dat het doel gemakkelijk te Weiken cal zijn.
De verschillende afdeelingen toch kónden tenge
volge van de hindernitsen, die het terrein bij
eneeuwval aanbood, niet »ch te Kalinovio
vereenigeu en du* ook de opstandelingen niet
voldoeode insluiten. Trouwen* de toevloed
van sympathiseerende Slaven uit de omliggende
streken, tot uit Rusland toe, i» zoo groot, dat
er langzamerhand «ich een nieuwe oorlog knn
ontwikkelen, gelijk die, welke tot den
turkichruuischen krijg aanleiding gaf. Po oostenrijlucho
troepen Ijjden zeer door ziekt* en de opstandelingen
?elf moett-n zich de grootere ontberingen getroosten.
De ellende in sommige doelen van de Uerzegowina
en Bosniëmoet verschrikkelijk zijn. liet Heerenhuis
heeft, en dit kon het «eer gemakkelijk,, de wet,
volgens welke Dahnatie met buitengewone
gorechUhoven wordt begiftigd, aangenomen
De Dalmatiër» schfluen reeds eenigermate ont
moedigd, immers eene deputatie nit de Crivoscie
heeft generaal Jovanovioi de ondarwerping dar
opstandelingen aangeboden. Een
onvoorwaardeKke onderwerping werd door den generaal
«eHcht. Deze center vrezen de opstandelin
gen af.
Be tnrksehe regeering heeft troepen naar het
Limgebied gezonden' ten einde van die zijde den
opstand toevoer van hulpbenden af te ragden.
Dit is een bewjji, Eooal» het heet, dat Turkije
gaarne met Duitschland en Oostenrijk op eon
goeden voet staat, maar meer nog van de vrees
der Porte, dat de Zuid-Slavische beweging uit
breiding zal erlangen.
De Sultan zelf is, naar men meldt, weer aan
bet overwegnn van hervormingen. Duitsche ambte
naren en duitsche organisaties schijnen hem
het meest belovend voor de herleving van zjjn
?uitgeput rijk.
. IQ bet Tylland, waar Arabi-bey, na volkomen
meester is, heeft de Sultan den Kkedive in de
schaduw gesteld. Men beweert althans dat
de Minister in overeenstemming mot de
instruktie< van den Sultan handelt.
' Amerika, het land der verdorven ambtenaars,
Onthaalt de oude wereld weer op nieuws schan
dalen. Het Buis der Verteitenwoordtging achtte
het noodig e«ne rechterlijke komissie to be
noemen om te ouderzoeken of hooggeplaatste
personen, men spreekt van Grant on Bl&ine.
van de peruaansche troebelen cebruik hebben
gemaakt, om voordeeleu nit hunne staatkun
dige betrekking te slaan. Enkele daarmede
in verband staande dokumenten zouden uit hot
archief van het departement van buit«nlandsche
zaken verduisterd zfyn.
Blaine hield eene redevoering ter herdenking.
van Garfield. Canckling werd tot opperrechter
benoemd en Sargent tot gezant te Berlgn, Beide
bnn«»min[r-n werden door de republikeinen zeer
sterk veroordeeld.
Voorstellen tot verbetering van de vloot zijn
door da communie voor marine zaken, ingediend.
Eoo do«jn schepen van verschillend kaliber zal
worden aangebouwd, als het kongres zich met
deze plannen vereenigt.
Allerlei.
Hot veelsprekend" parlement om er met
professor JUuy's niet meer van te zeggen is
«roer bijeen. Als of de Tweede Kamer den leidschen
ho<>xle«ruar terstond acte beeft willen geven van
zqn juist gevonden qualiCcatie zyn op den eersten
dag den beste drie interpeLUtiëaangekondigd.
On zichzelf peen fout
Sommigen hebben wel met zekeren angst ge
wagen op dit naar vreemden trant alfekwUtig
paltruikou van het recht van interpellatie, maar
tn ons oog kan het geen kwaad als de Kamer
het tot gewoonte maakt te spreken als haar iets
Op het hart ligt.
Prof. Bugs en niemand zal de Kamer ver
wijten veel to vragen als er wat gedaan moet
worden, maar wel honderd uit te redeueeren om
tot nul te komen.
Begint -de Kamer het recht van interpellatie
drukker toe to passen, de natie krijgt hoe langer
8oo uwer besef van de deugdelijkheid' van -'t
petitioaeuwmtsrecht.
Toch moet ook daarin door het volk met voor
zichtigheid worden gehandeld. Als middel van
reaktie tegen de Wet is het recht van petitie een
groot govaar. '
Zeo hebben thans een aantal banketbakkers zich
tot de Tweede Kamer gewend om een wijziging
te verzoeken in de drankwet in dien zin, dat
hun vergund worde h\j bun gebakjes en ijs ook
een likeurtje te tappen zonder patent als
verkooper van sterken drank in het klein of dat de
vereniging van deze artikelen in hun winkels
altlian* uut als gekombineerd bedrijf worde
beWij gekioven dat de Kamer wil zal doen met
aou deze adressen geenerlei praktisch gevolg to
Beven. De banketbakkersltej%ngen hebben bu d
ehaudtliug der dfankwet een zeer belangrijken
factor van de discussie uitgemaakt en let beeft
toen een nitneraenden 'inaruk te weeg gebracht
dat mrn de dames, ..die op haar
middagwandeling een pastcitfe gingen snoepen, met
de dieustbode of werkinansvrouw bjj den
kruiienier op n Ityn heeft gesteld wat betreft
de verleiding om, zoo er ook spiritualiën werden
verkocht, van de gelegenheid gebruik te maken.
Als men thans voor de dames op flo wet terug
kwam, en de gelijkheid voor de drankwet op die
wijze weer beperkte tot do mindere klassen, dan
zon dit ongetwijfeld een allertrenrigsten induik
en aan de Kkmér geen aanspraak op hoogere
waardeering goven.
En de Kam r moet op de waardeering der
natie zuinig z^jn.
Den hemel zfl dank het fronsche
handelttraotaat is tot 15 Mei e. k. verlengd.
Gelukkig voor onzen handel, die het gevaar
ontloopt van na de verwerping vaa het nieuwe
o Ji'erp, door de Tweede Kamer, aan de zware
n.e*.iun van het nieuw fronzen tarief te worden
onderworpen. "
Maar eigenlek toch een bétje jammer voor do
Begeeriag, die zonder voldoende redenen al de
goden van don Olytnpoi en al de schrikbeelden
vau een vernietiging onzer eommercieele betrek
kingen met Frankrijk tegen de oppositie heeft
aangevoerd.
1 £o aüenneeat jammer TOOT . J i . de£ent«
.Kamer, die haar applaus en haar ongevraagd
votum van vertrouwen voor een Uag'atul heult
verspild. Tant de bnut poue une omekttel
t Wa* reeds lang beslist' dat de Tweedo Kamer
weldra een voorstel tot wjjsiging van het reglement
v* n orde xqpi ontvangen, tot invoering van het
steltel van Belittaudige rapportettrs. De mannon.
vau het im'tiatief*zün echter traag in Nederland;
het voorstel, dat g«vo«gfll\jk in een kwartier
uurr gereed is te makeu en zich zou kunnen
bepalen tot de permanente invoering van de
voorschriften, die b|j het straf wetboek hebben ge
golden, Uat zich nog wmohton..
Men heeft nu voor . de militie- en tchuttcry
ontwerpen, die weinig kans bobben zouder over
dracht van de zelis-aodightiid der meerderheid
ttaar de commissie van rapporteurs wetten te
worden, nog maar eens een t^dolyko proefnomitig
voorgesteld.
De Miuitter van oorlog mag van geluk spreken.
D» dagbladen bevitton
Hot Handtlttilad: Theologie en kr\Jg«knn(]o (door Mam).
Is da t{jd nog niet gekomen ? (Koloniale z»k«o).
Htt Ninivt nn d*» Dag: D» Tolkureeding Lu NcJotlsuJ.
Courant: Een verwmarlwstlo bczitttug
Uirtehtietn Cottra*t: Een gotnigosili v» eigen onop
rechtheid (WagoningieU weokblud). Een en auder over
?poonfegen. Onse Tfprb»»rh*iJ vwrboogJ,
AnmtrAamttht Courmt; \crvotoo gecohlodontg
(NieinfZeelmd). In do kool De »fsehtffing dor
iiitvootiftcbtén uit Indiëbetproken in tl» vergadering d«r
EMgsobe tfdoolioft tut berctdtrüig t»n '
Da spoorwegen in do Vorocnitfdk» BUten T»n N
Vit do Kuier. Meer licht! (Atjoli).
Standaard: Is otisto at«»t»j>art\| konfo»»ionncol.
OTorbeidatoezloht op da vorplogiutf tin krankzinuig«o.
Dl Tijd: Qoriogt-kontnbuido (het frtnsche
bandelatnktaat en de itooakolen door TSi' Faruoombo Staden).
D» aocUde WToluüo voor do uaiaou (Floriou).
GEEN PREMIE.
De voordraclit om / 't 000 als premie van
»Arlis", voor vervroegde oplevering, te aan
vaarden e'n / 5.100 uit de onvoorziene
uilgaven to bestemmen ten einde een gedeelte
der Plantage vóór 15 April te bestralen,
vond, gelijk men verwachten mocht, eeu zeer
slecht onthaal.
Do Heer FuM noemde hanr Amsterdam
onwaardig, de lieer Mendes veroordeelde hnar,
als deed zij denken aan een soort van
omkooperrj, de lieer Ilcineken meende dal de
hoofdstad Koning en Koningin te lief had,
om een premie van ? 10ÜU te willen ver
dienen, aan het begaanbaar maken van een
weg, die, met hel oo'g op hun aanslaand
bezoek, verbeterd moest worden, en noemde
die uittebetalen ? 1000 een woekerrente,
welke Amsterdam niet mocht aannemen.
Men was het er over eens, dat de gemeente
voor bestrating behoorde te zorgen, zonder
te vragen, wie zij daarmee genoegen deed.
De Voorzitter gaf te kennen dat hij niet
zooveel achter deze voordracht had gezocht.
VViJ gelooven het inderdaad. De Voor
zitter had alleen gezocht naar hetgeen vóór
de voordracht te zeggen viel. Wat er tegen
pleitte schijnt geheel aan ztjn aandacht ont
snapt te zijn. Marlde hij of de wethouder ook
dat bedacht, B. en W. zouden zulk een voor
stel zeker niet hebben ingediend.
Hei genoegen konslateoren wij dan ook,
dat de wethouder geen poging heeft gewaagd
om de premie te verdedigen en de Voor
zitter gevoelende, hoezeer de voordracht af
gekeurd werd, zich niet warm maakte voor
het beginsel.
Alleen de heer Schmilz liet zich een paar
woorden ontvallen, die wij nog even ver
melden moeten. Ilij meende dat men de
voordracht wel kon aannemen, daar nliet
genootschap N. A, M. op een standpunt van
eenheid met de gemeente stond." Voor ecu
raadslid is dit een zeer gevaarlijke theorie,
een beginsel vertegenwoordigende, dat lol
bedenkelijke gevolgen leiden moet.
Wanneer N. A. M., A. 0. M. of eenig an
der Genootschap of Maatschappij van belee*
kenis, voor een raadslid op »een standpunt
van eenheid" met de gemeente komt te staan,
moet voor genoemd lid de vraag: is iets
nuttig, voor de gemeente, hetzelfde
beteekenen als: is iets voordeelig voor het Genoot
schap of déMaatschappij. Voor dit
eenheidsslandpunt kan men onzen raad niet genoeg
waarschuwen.
Toen wij verleden week de wenschelijkheid uit
spraken dat de Burgemeester, door eene inter
pellatie den gelegenheid zou geschonken worden
de politie tti zuiveren van don blaam door den
Heer F. D. Nicuwenhuii uit 's Ilage op haar ge
worpen, konden wy niet bekend zyn met net
schreven van den He«r J. A. Stork in hetl'alew
van Justitie van 27 Febr. jl.
Uit dien brief blykt. reeds voldoende, dat de
Heer Stork zich onschuldig acht aan do daad
waarvan b$ beticht werd. Nu bovendien do Hcor
v. Tienboven verklaard hooft, dat de politie zich
op geenerlei wpt aan het recht vw vergaderen
vergrepen heeft, mag men aannemen, dat de lieer
Nienweohuis zich heeft laten misleiden. Hoezeer
wjj dat laatste bejammeren, het zal ieder
weideukende verhengen, dat het in Nederland op zoo
hoogen pnjs nestelde recht van spreken en ver
gaderen, in de hoofdstad niet geschonden werd.
Terecht bepaalde de Heer Hemeken zich in zyn
interpellatie niet tot de vraag of de politie den
Heet* D. N. nit 's Hage bemoeilijkt had, maar
bracht hy den toon van des Heeren Storka schrij
ven ter sprake. En al weder had men reden
van tevredenheid, nn de Voorzitter mocht mede
deelen, dat' de Heer Kommissaris aan de Oude
brug zelf zfjn leedwezen over do door hom gebe
zigde taal te kennen had gegeven.
W y zullen daarom den brief uit het Paleis van
Justitie niét ter kennisaévan onze.lezera brengen
en spreken den wensch nit dat de inhoud spoe
dig door ieder, die er zich aan geërgerd heeft,
moge vergeten worden.
Toch wagen w|j het n paar vragen te doen. In
dien de Kommissaris van de Oudebrng, die een
zoo delikate betrekking vervult, iu staat is
dergeujke onbeschofte taal tegen eeu borger te
chrfoen, welke woorden zullen hem over
delipn stroomen als iemand, na zyn toorn gewekt
ebben, het ongeluk heeft, ut levenden lijve
voor hem te sUan?
En wanneer een boozöKommissaris ticb uit
drukt op Eulko onvoegvame w^w, boe'moeten
wy ons voorstellen, dat een gewoon agent, die
wat slecht gehumeurd is of zioh op de teeiien
getapt aobt aan oen weentreveud burger «y'n
opinie zal mededeoleu?
Waarlijk de opvoeding enzsr politie is nog
verre vut voltooid.
UIT DE MAASSTAD.
Rotterdam, 2 Maart.
Zou er wei een doeltreffender middel weien om
iemand van zjju gebrekkige kennis on onvoldoen
de wetenschap to overtuigen dan door h«m dag
blad correspondent te maken of redacteur ecner
courant met niet al te ruime middelen? Meerma
len heli ik mij die vraag , c-ateld en ze steeds ont
kennend beautwoor J, alt^d op voorwaarde dat dio
-iemand" een «enigszins cotmcèntiöiw man is,
SVaub dat er meaecbon cyti die dag aau d&g root
het gewicht v<ui deskunditfon hun vonnis stryken
over allea en nog wat, eu die in den zonderlin
gen wa>n schijnen te verkeeren dat men «lechts
journalist behoeft te worden, om terstond uit de
hoogte vn niet keuiiis van zaken over alles oen
oordeel te kunnen uitspreken, ook zonder
crco+e scherpsiiiuigheid zal iedereen dit
getnakkeiyk iu Kijuo uaasto omgeving kunnen opmerken.
Maar voor een ernstic man is er nauwelyks een
racxNÜjker butrekking (lunkbaar. lieden moet lig
zyne meening uitspreken over een muziekwerk of
schildcry, worgen over een ingewikkeld werktuig
of eene brug van nieuwe constructie, uu'eens over
de lettorkuiidige waarde vau oen iiieuwon rorifao,
dan weder over do vruchten dei* vslcstudio van
een wetenichappel\jk specialist of over het
fiuuticicel beheer o»ner naivmlooze vennoot»chap, enz.
enz. alles ton gerieve van hot publiek en, niet
het minst ook, ten plcbiore vau de naaste
bolaughobband>>n, die hitu werk nfttuni'lijk in't openbaar
pej,rrvzeu en annbevolen-willun zien en dit vaak
als een recht bo ckuuwen tegenover den
ongolutkigen omr.is homo, die het voorrecht heeft
vuor dun inhoud aansprakelijk to zija van eeu
vcvn'Hcbtor" t tolk" der openbare -meeging.
Uit den grond my'us h&rton beklaag ik dio
ongelukkigfii, eu ilik\vijlj reeds heb ik er tuy har
telijk in verheugd dat mijn omW van
corrcupondeut vau do Amsterdammer niij vergunt den stel
regel a«n te nemen: in dubitu abmne! dat wil
zeggou: brüud je viiig«r<i niet en zwijg. Deza
gullo bekentenis vnuet ray van 't hart, uuikoeno
zaak moet aanroeren, voor onze 'stad van groot
gewicht, maar waarover ik steeils gezwegen heb,
omdat ik my' niet op glad (js durfde w.iRej). Ik
budoi.4 don woudorbaarlijken voorspoed" (dozs
woorden zyu niet van mij) van de Aieuttre Afrt'
kaanscAc Handelsvennootschap, welke, gelijk
boketid is, werkt met een kapitaal iu aauueolen,
wa-trvan elk stuk herinner ik my tfood no
minaal 17 pCt. vertegenwoordigt van du oUigaties
ten luote van do oude Afrif:attnscl>e Handelsvcr~
eettiging van Pincoffs, treuriger nagedachtenis!
Ik wil wel bekennen dut hot niet alleen eon
govocl van verbazing wa», dat bij mij guwt-kt. ia tuun
't bekend wei'd, dat na afloop van het'ccrfcta
exploitatie jaar, ondanks zeer bulan^rjjlte
afschi-yvio^eu, tx-uo winst KOU worden uitgekeerd van
omstreeks l,'* van 'het nominaal bedrag der
nieuwe itandeelcD, en dat er Lij het zien van
dozen wpnderUiarlijkou voor?poed" ecu gevoel
\no ja, ik zal maar zuggen meJolijdon
by my oprees met de volkomeu gedepossedeerde
iiandeelhtiudon der oude vennootschap. Maar ik
heb er my wel voor gewacht om toen dia ge
voelens aan het papier top-te vertrouwen, omdat
als m ij n u verbazing cu myn medely'deu.eeus vol
komen ongerechtvaardigd mochten z»n, wat ik
volstrekt niet in staat was tp beooraeolen, het
Iwlnng van Rotterdam er moeilijk mede gediend
kon wezen eene handebitiricktiug aan verdenking
bloot te stollen, welker bloei zulke rijke vrachten
voor onze »tad beloofde ali van een
levensvatbaren handel op de onmetelijke en nog zoo weinig
ontgonnen Afiikaanaohc markt verwacht zou
raocen worden.
Thans ochtv, geloof ik, is 't niet meer noodig
die reserve in/acnt to nomen, uu uiij van
gelooiwaardige zyd« is verzekerd, en trouwens door
liet in de vaiirt brengen van een eigen stoomschip
het bewy's geleverd sahüut, dat aio handel op
Al'rikfl's westkust niet Blechts levensvatbaar is,
maar zelfs grdöte winsten afwerpt, als do daarvoor
noodzakelijke ikounia maar uièt ontbreekt. Vóór
drie jaren zou niemand het geloofd hebben, maar
voor niemand, eenigszins m de rottei-damscho
handelswereld bekend, is 't moer een goneim dat
PincoHs die kennis volkomen miste, en er zelfs
tuut het flauwste denkbeeld van had, zoo werd
iüalthans verzekerd voor welke artikulea
aldaar een willige markt was to vinden. Daar
door heeft de groote voorspoed der uieuwo
veuuootsekap natuurlyk zyno wouderbaarjy'kheid"
verloren, en bly'ft nog alleen de vraag over of
bet actief der oude vennootschap niet buitenge- .
woon voorzichtig op slechts 17 pCt. geraamd in?
Doch wat' daarvan zij, net verblijdende
'verschijnen van het stoomschip Afrikaan aan
onze kaden wijst eeu weg aan, dien de voort
varende industrieel cu koopman zeker met meer
kans op BUCCÖS kan inslaan dan hun te boort
vallen zou, indien de regeoring aan spmtniger
drijven toegaf, om aan eeno kasplant-industrio
Bekere winsten te verschaften uit de beurs van
de consumenten. Moge doze eerste Afrikaan
DOR door yele gevolgd worden.
Men ZQÜzoo zoggen dnt elk Rotterdammer, ja
elk Nederlander inet dezen wensch zou kunnen
instemmen. Maar jawel, dat zou buiten do
kleingeeitige partitachap aijn gerekend, welke in ons
land zoo vaak de vaderlandsliefde en den ge
meenschapszin in don schaduw stelt. Het
Uotterdamsch orgaan eoner oud-coDservatieve party,
dia er Uier overigens uiet is, beweerde dat er
onbeschaamdheid en onhandigheid toe behoort
om juist den handel op die streken aau te be
volen," alsof dan reeds vergeten konden g^n
-de treurige ervaringen, waarvan onze stad juut
door dien handel in de laatste jaren bet
«lachtoffer wast" Partijzucht en logica schijnen niet
te kunnen samengaan, omdat do directeur
eener naamlooze vennootschap, welke op Afrika
handel heette te drijven, gebleken is een faiseur
iu bankzaken en een roekeloos speculant te zijn,
en niet de ksndige koopman; waarvoor-men hem
hield, zou 'ffonbetena&md ea onhandig zjjn de
aandacht vW den voortvarenden en bekwamen
bandelaar On het Onontttbiuura Afrikaansche ar
beidsveld te vestigen! En zulke wy»heid uit' den
Haag acht & redactie waarljk nog waard, om
op in 't oogïrfopende wQze gedrukt te worden l
Uit eene tweede en béter geslaagde stylproevo
der finanoiedte ? commissie voor de opéra, beden
ochtend onder de advertentiën in de plaatselijke
bladen geleverd, is de treurige gevolgtrekking
te maken dat er aan de som, vereischt voor het
voortbestaan der' opera gedurende het volgende
sowoen, nog boel wat ontbreekt.' De commissie
.vertrouwt'^dat de onmisbare steun van alle
belangsteUenden .uiterlijk morgen" nog zal biy ken.
Daar de dagteekening in de advertentie ontbreekt,
is bet niet duideujk hoelang jj zal bleven ver
trouwen", maar zelfi afgezien daarvan, zou ik
haar vertrouwen niét kunnen deelen. Ik vrees
dat zQ op de eerstdaags te wachten vergadering
weinig bemoedigende mededeelingen te doen zal
hebben. Zou, nn bet couponstelsel, het laatste
eristuk van Pinooffs, zijnölevenskracht schijnt
verloren te hebben, niet eens de proef met
eene premieleening genomen kunnen worden,
waardoor hét voortbestaan der opera voor
lange jaren gewaarborgd werd? Ik ben dan
volkomen leek op financieel gebied en maak er
allerminst aanspraak op eene financieele
commUne te kunnen verbeteren, maar nli men ,
hoort hoe gretig hot publiek op de obligatie:) der
Kotterdamsche ichotjwburg-veïeenJging m»ch:-\jft,
dan komt men er wol toe m eene premieloening
den tooverstaf te zien, waarmedo de fiuancieele
nood van alle nuttige en aang<»nami> imfellingen
bezworen worden kan. Wout de relatief grootste
kans om na 70 jurun den kleinzoon /S.?te
doen teragwinnen vodr de 2,50, dio do groot
vader als offer aan de kunst (V) gebracht heeft,
schgnt een buitengewone aantrekkingskracht te
oefenen. Eu waarom cou na de weerbaarheid
niet ook de kunst een» vau deze mouscheliiko
?wakheid part*} trekken?
Van weerbaarheid gesproken: kortgeleden heb
ik weder uiyu peuningsktm geofferd voor het
behoud vau mijn «tamnummer in de lodonlyrt
van hot anti-dieoetvorTitnjnngsbom], welk»
Rotterdaiutoho oi'ilcoUng vijf of zes jaar geledon
ongewoon succes had tnot eene openbare
vergaderiag, die bij groote uitzondering zeer druk
bezocht was. Nu weldra de wetsontwerpen
betreffende miJitio en schutterij in behaudulwg
sullon komen, hoop ik dat zij zal tooncn, dat ui
de sedert genoten kalme rust zg hare krachten
heeft verzameld oui uit het liberale" Rotterdam
eon luid protest te kunuon doon opgaan tegen
de handhaving van het privilege dor
dienstver.vanging. Ik nt»b al dj» jaren, tor wille van Kot
begiusèl, niet gemord dat de afdeeling, ondanks
haar onvei-stoorbaruu slaap, geregeld myno
coutribuüo b!oef vragon, maar daarvoor mogen do
leden dan roch waarlijk wel eischen, dat zjj cu
althans wakker worde. G.
UIT GRONINGEN.
Hoor eens, m'nheer -?de Amsterdammer!" Ik
wil u altrad eu overal gaarne aan 't woord laten;
bijna in elk geval geef i k n 't recht om uw oor
deel uit to «preken, maar over Groningen wou
'k liever dat gij nooit spraakt, tcuzjj vragendor
wijze. Ziot ge, .Annterasmmer,'1 van doio at.id
bobt ga nu geen half begrip, zelfs niet, indien ge do
beachrnving van dmoüdo de Amicis gelezen hobtl
En daarom zou ik u nu in du geheimen" moe
ten inwijden? Beste vriend, deukt ge dat ik eon
geni* ben.
Maxr -ge verlangt slechts dat ik u nu en dun
by wy'zo van 'n praatje" bezighoud, om
zoodaeudo althins cerriycrHiate aau tiw onbekendheid
te gemoct ie kommi! Welnu, dat met liefde.
Alleen waarschuw ik u vau te vorou, dat ik eau
schrijver van den koudon grond beu. Ook moet ik
u bepaald vooruit melden, dat ik er geen
volgoruo op ca zal huudcn on uiaar aanvat wat on
der myn onmiddellijk bereik ligt. Waar ik het in
't biJMnder over hebben zal, ia iny nog 'n
raadsel, doch zeker weet ik, dat ik ia zooverre vau
da andere stads-kromekgchrijvers zal afwijken,
dat ik nimmer zal schrijven over «het tooueel",
onze letterkunde" of onze" Harmonie eu slechts
btj groote zeldüuamhedeu over moord of diefstal.
Wulnu dan.
- Ileereplein t Ik zon niyn kroniek met geen
auder Woord durven beginnen.
'VYauneor tnen, vau het spoorwegstation af,
Groningen binnentreedt, zal da te vsAgon weg
instinctmatig naar 't Ileeieploin siy'a. Binnen
betrekkelijk korten tijd, zul het voor elk
vroomduliug got'aden zyn, ulidan niet verder te gaan.
Al wat Groningen grootsch. on odels iu srich heeft
verhuist met nierkbarcD spoed naar liet lleere
plein eu ds omliggMida liuuweu aanleg. De Bur
gervader gaf 't voorbeeld, door daar ter plaatse
«en kolossaal woonhuis to doen bouwen (zijn
Edelachtbare dro«g gedreven duor de zucht
naar hooger kunstgenot het maken der
ontweipcu aan een middelmatig bekwaam Duitach
architect op) en de volgelingen bleven uiot uit
zoodat mettertijd kan gezegd worden: Groningen
ia het Eeere plein eu omstreken de rest is
aanhang.
De ondernemende geest die d» gemeente Gro
ningen, gesteund door .hnar krachtig bestuur tot
uitbreiding dwingt, wijst met onverbiddelijkheid
naar 't Zuiden!
Indien dit toeval i», is 't toeval de schoonheid
gunstig geweest; de Zuidzijde'der stad leent zich
uitmuntuud tot een fraaie uitbreiding. En naar
het zich laat aanaien, wordt er op doelmatige
wijze party van getrokken. Do geslechte
vestingftroaden wordeu voor een groot deol
opzeervardienstelyke wijze, tot watidelplaatsen ingericht,
bruggen tot vergemakkelijking der gemeenschap
zij u ia 't vooruitzicht, terwijl nog deze zomer eon
groote fontein, in hot midden van het Ileere plein
gopl&atsr, Groningen een aantrekkelijkheid to
meer zal verschaffen. Waarlijk (ik poet. mijn Gro
ninger hart ocus lucht ou) daarbij komt Amster
dam nog veel ten achteren, 'i; la waar, do Am
sterdammers hebben kerkelijke hooglecraren voor
hun geld en frisch water in da neothat hche burgwal
len, maar andoi's .... een flinko fontciu zou in
de hoofdstad ook niot misplaatst zijn.
Maar laat'ik ewlijlc yo. In vela andere
zaken kunnen wij hier veel van Amsterdam loe
ren. Zoo hebben ook wij bijv. een grenskwestie"
nl. tusschen Groningen en Haren '(ik kom later
hierop uitvoeriger terug) doch voor zoover mij
bekend is, hebban er nog geen pastoors er redevoe
ringen over gehouden, trouwens er zijn ook gean
Groningers belastingontdiukers in do pemeuute
Haren woonachtig vier schuilhock bedreigd zou
kunnen worden.
Om tot het Koere plein terug te keeren.
Onlangs werd daar grond verkocht: ecu stukje
groot 16' areu bracht / 22,500 cu een groot Li
aren f 22.80. op. Dat zegt genoeg! want als er
geld voor grond is, is er geld voor inéór. 't Ia nu
uiaar te wenschen dat de te bouwou huizen cu
villa1!) wat meer do ? huizen-architectuur en wat
minder (zooala tot heden) de
koekbaicket's-arcliitec t uur mogen weergeven.
Op architectonisch gebied is Groningen trou
wens armzalig bedoeld en de nieuwere"
Ironwkunst mankt het, even als in de meeste Nader'
landsche steden, bitter treurig. Dikwijls dringt
zich den wensch op, dat onze Groninger bouw
meesters zich toch maar tot eenvoudige muren,
met vierkante ramen eu deuren zouden bepalen,
wout hunnp karaktervolle aesthetikaf! och ze
kunnen zulke liovo figuurtjes tegen de murcii
plakken!....
Maar jong-Groningen znl zich naar alle zijden
ontwikkelen, en als gevolg daarvan schreef de
alhier gevestigde studenten- sociëteit Mutua Fidea"
1 ~ - --'-L '- '--1- te verbouwen
socieeen prijsvraag uit voor
teitsgeuouw-. Er sebijut by ? het uitechrijven van
dia prijsvraag iets aan' den v.ortn ? gehaperd te
hebben, althans, er n een ?pénneslrnd over ont
staan tusscbun leuken" en duakvndigen". Doch
hoe o'ok, e prijsvraag1 i» uitgeschreven en 58 ant
woorden knn er ingekomen, wanrby zelfs uit Bel^i
en' waaronder zeer verdienstelijke ontwerpen moe
ten zjjn. 't Is téwenschen!
Ook het Gemeentebestuur noemt, uit een
aesthe'
tisch oogpunt beschouwd, zy'u taak ernstig op,
blijkbaar uit de bêbandeldo punton in de raads*
zitting van 18 Februari, waarvan een genaamd is
het doen vallen van Vier hoornen aan het
Studentengad" en een ander: vier of tCS rijen hoo
rnen aan de Zuiderringel".
M^n eerste brief zou hiermee kannen eindigen,
doch een enkol woord lijkt mQ niet ongepast naar
aanleiding vau de alhier, heersehende werkeloos
heid. Het aantal gezonde, oppassende werklieden
dat slenterend langs de wegen gaat ia nog ajtjjd
ongeloofclijk. Het blijft voor mtfaltgd een raadsel
waar die monschen van bestaan. Ik kan my voor
stellen dat iemand bij gebrek aan vleesch, geen
vleefloh eet, of bij gemi* van boter, daarvan geen
gebruik maakt, ma*r indien ook het brood ont
breekt wordt het mij te sterk. Er zjjn in de
Provincie vooral in Drenthe plaatsen waa/
de werklui in gewonen tijd veertig centt daags
verdienen. Die menschen verdienen thans nitta
ea daar zégeheel onbekend schijnen met de
Portspaarbank, bobben ie niets van hunne verdien
sten vau den rorigen zomer overgehouden!
Doch d«t redt zich allo jaren en zal dezen win
ter dus ook wel tot een einde komen! l^aten wij,
ten minste, er ons geen aiekte door op den buts
bidon 't is altijd *9b geweest en aal altijd zoo
blijven.
J. R.
HET GESTOLEN KIND.
Raoul do Navery's .L'Enfant volü" is, voor
zoover 't nit de bewerking van dun heer \V, M.
Terwogt (1) valt op te maken, te vergelijken uiot
.La drüve dos Forgerous" van C op pee. Uvae
laatite alleenspraak, als de Werkstaking door
do soliitterendo wyto waarop de Heeren J. L.
Wortheim en Louis Bouwmeester aau de vertol
king en de vertooning hunne beste krachten
hebbon beproefd, ten onzent algemeen gewaardeerd,
ovcrtrt<Tt ,L'Enfabt volé".
Dn Wer/ntaking is vol loven en bevat een
duidelyka on sehorp nitgovperde kAraktor-teebeDing.
Tot in bijzonderheden is dit gedicht nauwkeurig
on zorgeljjk afgewerkt Uet beeld vau don braven
door siiait vemlotterden oude, dien slechts
duldoloozo hoon tot "bloedige wrake kou drijven, beeft
de dichter met fijne, sohoun krachtige trekkun
gemaald; een schilder(J vol treffende handeling.
liet Gestolen Kind staat niet «Heen in dichter
lijke uitdrukking bjj do Werkstaking ten achter,
maar het werk van Coppéo bovat geheel een *
drama, en dat van de Navery is maar een schets.
Een vader, een hard werkende ttukkor, heeft
slecht» n dochtertje. Na den dood zijner vrouw
gooit dit kind aan ziin inoeite-vol bestaan een
wrjjJiug: haai- geluk, hem oen levensdoel. Vyf
jaar oud, wordt z\jn afgod hem ontstolen. Door
dit verlies schier met waanzin geslagen, dwaalt
hij het I.iu4 rond om haar te zoeken, lljj vindt
haar terug in eon gezelschap van kermi»-vage-'
bonden. Drie jaren zwervens met eeu lioderlyke
bondo hebben naar geest, gelyk miphindeling en
ontbering haar lichaam, deorlyk geteisterd. Hét
is een verdorven landloopster, vroeg oud en met
dioveutaal in den moud het schoone, la
chende, teer-geliefde kindje, den vader ont
roofd.
Hy werpt zich op den dief en den moordenaar
zijuar dochter en geniet de wellust door zyn bloed
te wordwii overspats Gegrepou, dout hij deii rech
ter dezo modedeelingen. ?
De jury spreekt hem yrQ.
De behamkelinx van dit onderwerp verheft zich
nuuwelyka boven het middelmatige.
Konventionecle inkleeding scbyut uiot versmaad. Déin
druk, door de lozing achtergelaten, is niot diep.
De uitingen van harttóocht schieten te kort m
kracht cu innigheid. Goed vertoond echtev, zou
het Gestolen Kind de moeite van den vertaler
belooneu.
Een proefje van zjjn fraaie verzon:.
Gij weet het niet.... gji kunt niet weten neen l
hoe vurig ik dat kind beminde I.... Ziet l
Des avonds, in myn arm gekneld, dicht aan
mijn hart, wiegde ik haar zachtkensoan inslaap,
en 'a morgens dacht ik weer het eerst aan haart
Bedenkt het wel: niets bleef mij over dan
dit kind, aan wie 'k mün liefde schonken kon l
Hoe lieflijk vleien ona die englenl.... 01
't eenvoudigst' geven zy zoo'n lieven naam l
Zacht glanst hun voorhoofd als het rozenrood
van hunne lippen, en hun voetjes zijn
zóó klein, dat men ter nauwernood de helft
slechts van eeu kus kan drukken op het paar).»..
Amsterdam, 2?3-'82. F. v. d. G.
(1) Het Gestolen Kind, dramatische nchota mar aan
leiding van Idool da NiTery's l'Eniuüt volé," door W
M. Tervrogt, Auuitordam 1382.
, DE MILLIOENEK-JDFFROUW."
net bloed van bet oorspronkelijk drama kruipt
door de aderen vau grove kluchten, vaar het
iu fijnere en ernstige werken niet of nauwelijks
gnati kon. Uet welslagen van De Millioen
nJufffouw goefb inheemsche tooneelschryvers een
veelbcteekenden weuk, on slechts een opp
rvlakkigo beschouwing der oorzaken van dien opgang,
kan hom in den wind doen slaan. Ten tillen tijdo
toch hebben de blijspeldichters de puien van hun
ceest gericht op do woudo plekken m het lichaam
der samenleving. Gebeurtenissen van den dng,
mflatachapjielyko toestanden, het streven cu do
nuigingen ecner bepaalde klasse, of van eer.ig
beroep of stand niets van dit alles i» den
komediedichter van vroeger óf lotor eeuwen ont
gaan. Niet alleen zichzelf, maar ook wat hy in
zijno omgeving aan eigenaardigs opmerkte, heeft
hij in tal vun werken onsterfelijk Keuiaakt.
Wellicht door een minder ou-alleJa'igscho
begFCfte gcdrovon, beeft da Bamüiistelltr van de
MUliocnen-Juffrouw begrepen, dat iii do verhülon
omtrent de dame, die haar bijnaam tot den titel
van dezo klucht moest afstaan, stof te vinden
zou zyn voor een zoer aantrekkelijk tooneel-stuk.
Hij kou zeker 2\)u van opgang, zoodra do veel
besproken jufiYousv en hare gezellen ten tooneele
xon verschijnen. ,To spreken hadden z(j niet
nooxjig: ieta te doen evenmin. Vandaar oen
noberheid in dialoog en handeling, dio in elk aud'ir
stuk duldcloos zou zijn. Wat zij zeggen of
uitvoorcf) raakt don toeschouwer niet. De
tuillioencajuffi'onw"opde planken te zien een genot, 't wolk
L-cn belangrijke hoeveelheid geest ca intrige
zou behoeven om. vorgoeJ te worden, en dour het
gemis aan beide geunszinu wordt vergald. l)e
pogin^nn tot vernuft 2 ij u zeldzaam; cu hul ia
den sehryver niet ingevallen zijnn personen een
kleine verwikkeling to doen nfspeloii uoch ouder
hen ecnige komieke typen Optonoruen. Dat zy'
tot hot gevolg der millioéuen-julïi'ou^ behooren
is den toeschouwer cpüoe#: eu renda hut spul
met do woorden miuiocnen en «idnenc» is
vuldoonde om teekenen der uitbundigste Vrcoljjklieid
te ontlokken. ?
Uet ia niet alleen dit gobrck aan gpost en hande
ling dat mijdootaarzelen VeMHUoenen^Jtifffmiui
te vergelijkeii met The, Mid Summcr niyht V JJrcam
of l?» J*réciaises ridictilw.
Immers,- terwijl Shakcspearo en Müliore zich
hier wel bepalen tot het zwaaien van den g?esel
dor satire boven de hoofden van ecu' beperkt
groepje menschen, brengen zij tevens etni-,'«
algomoene nienschelijko e&enRchappuii zóó,helder
aan het licht, dat beide klucht-guelcn den stem
pel van tueesterstukken dragen.
De schrjjvor der Millioeiten-Jti/fro to nfcmtait
den volksmond zijn onderworp, on als dez<i dien
naam niet meer zal noemen, yeraierft ook du her
innering aan de tooneel-rnatigövcrtfcliüuing >vau
zjjn draagster. ; ..
l-2-'82. F. v. <L .
De Maatschappy' Caeoilia heeft reden om mot
zelfvoldoening op hot 40ste jaar vau huar -be
staan terug te zien. Het getal haver d muwirs
verojeerderda met 33. Niettegenstaando da
M>>r-tBcbappjj sedert hare oprichting luim 225,000
gulden als toelage aan trekkende leden, hunne
weduwen en kinderen uitkeerde, heoft zy' uo;{
eene som van ruim f 100,000 op het Grootboek
kunnen doen inschrijven. Legaten, dotntion, rle
opbrengst der beide. Concerten (netto f 1124,38
en f 1141,62) leverden een goed jaar ofschoon ook
de uitgaven vele waren. Na den vorkoor vun hot
Parklokaal vond men het gebouw der Vrijo Ge
meente het geschiktst, wier bestuur toch eene
ruime estrade Het bouwen voor do repetitieii, m »ar
alleen tegen belangryke vergoeding. De H H.
W. Stumpff, voorzitter en Joh. J. II. Verhuist
muziek directeur, werden herkozen, de hoer Daniül
do lange is Secretaria.
845.
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
UIÏDE BOTTERDAMSCHE TOONEELr
WERELD.
In 1668 was de RoUerdamsehe polftiénofl met
zoo uitmuntend ingericht ils die nnis; deiny»
rial <u-AMOCiation zorgde nog niet op «oo uit
«tekende wü«e voor de straatverlichting; vanden
tram, die uu man bet vroegere Boymansplein
thans flogendorps-pleio, soltc een drakaauiieu
got-ft, was nog geen sprake en aan een drankwet
dacht men nog niet Al die omstandigheden
maakten het mogelijk, dat op genoemd plein o'
een avond m bovengenoemd jaar 1808 hot vol
geude plaats gteep: twee voormalige
akademievrieudeii loopen elkaar in den letterlijken «n vai
't woord tegen het lijf; ze herkennen elkaar nie
dadelijk; dau volgt een verhaal hoe 't beiden
gfg«an is sinds ze elkaar niet meer gezien hebben
waarbij een der twee de schooue mededeeling doet,
dat hy op 't punt is te trouwen, eon goed
piiitjj, doch beducht is voor overlott vnn ecu
niel'jo, dat bij zyn ouders langen tyd diende, dat
hy met dat meisje in intieme betrekking heeft
gestaan, dat daaruit een levend bewijs is voort
Sospruten; laten verschijnt het verleide meicje
ie huren verleider, dien z\j ook niet dadelijk her
kent, een aalmoes vraagt; als ze hem herkent on
nim zijn beloften van trouw en Helde herinnert
bio.lt hy haar twee muntjes; als «e die weigert
dreigt hy met do politie, en eindelijk gooit bi
haar op <le straatsteenen. Een vroegere vriendin
dio hnar ook al niet dadelnk herkent, vindt haai
tb ar liggen. Verder kon uien daar dicozelfde:
g.'dcnkwnardigen avond van l SM eezion hebben,
lloo een monder haar kind te vondeling lei, hoe
zij zelve zich gaat verdrinken, hoe een
bruiloftsparlij zich op do straat vermaakt, waarbij de
.nvloud van oen neef van Bacchu»,
wnntBacchu:zulf stant te hoog om speciaal Schiedam to
protcgofrcn, duidelijk merkbaar is. Diezelfde
bruiIpttspartij heeft hot genoegen de vondelinge te
vinden en een der feostvrienden om een vrouw
uit hst water to zien .halen. Niemand denkt «i
aan dat tusflchen het een en het ander verbauc
zou kunnen bostnan.
Dat hot in 1853 zoo met de politie en met de
verlichting gesteld was, gaf den heer Hosiei
Faassen gelegenheid ons in lift eerste bedrijf van
Zonder AÏaam die reeks van roerende en tref
fende gebeurtenissen te doen aanschouwen, die
bij een politie en bij een gaiverlichtiog en bijeen
drankwet als we m 1832 bezitten onmogelijk
zouden zijn geweest.
Paassen heeft zich bij bet schrijven van zy'n
Zonder Naam do ontwikkeling der moraal ten
doel gesteld reeds door Alfi-ed Touroude iu zijn
Ml ar d neergelegd, dat de man, die een meisje
verleidde, en haar daarna verstiet, later peen
aanspraak heeft op de liefde van het kind.
JTayant pas accefiéde devoirs, je nc saurais
réclamer des droifs f zegt Duversy, de vadci
zelf in de Bastaard den oneclitcn zoon Armand
Daltin na. Over de schoonheden van dat work
van den to vroeg ontslapen franschen tooueel
sohry'ver nit te wijden, 't is er hier de plaat»
niet voor. Op n punt wensch ik echter te wijzen,
namelyk Op de ontknoopinp, die by' den
franschman grootscher is: Armand Bartin, de Bastaard,
wijst ook zy'n vader af, en blijft alleen met zyn
zielolecd en zyn tweestrijd: Et pourlant, si
1u l'aurats voulu, je serais Je fils d'uri honnêtc
hommel" Met dezo woorden zinkt hij ne£r, na
't vertrek zyns vaders.
B j Faasion wijst Hcnriëtte ook haren vader
F f, onder het uitspreken der zeer pathetische
woorden: ^*k wreek mijne moeder." Dat is alles
heol mooi, maar z\j blijft niet alloen en vindt ver
goeding voor haar leed in een huwelijk met den
man. van haar hart, die haar bovendien den naam
goeft, onder welke zij by do wereld bekend is.
Le Edtard is hier te labde bekend, door de
opvoering eerst door het Antwerpsche gezelschap
vnn Leroaire, waarbij dostyda Hendricx on
ficersmans do hoofdrollen vervulden; later door de
voorstelling er vau door liet gezelschap van
albregt en van Ollefen, voor een benefiet van
laatstgenoemde.
Doen laat ik niet verder over de Bastaard
uitwijden; men zon allicht meenen, dat het met
do bedoeling geschiedde, om tiiischcn
dattooneelwerk on Zonder Naam een al to groot verband
to zofcken.
Rosier Faassen heeft dezelfde moraal als motief
gekozen voor een yolltsstuk; met zyn grooio
kennis van liet tooneel, niet zijn gave om effect
to berekenen en te bereiken hoeft hij een werk
geleverd, wat ja kost geeft voor alle monden,
maar waarbütoch juist aan de volksklassen wat
al tf> sterk do letiu rvlc is toegekend.
Schoone tooneel)jen in de huiskamer van den
hup^erniiin wisselen, soms, gerokte dialogen in de
mlo:i vau den ry'ke af. En d*t verschil is een
iKi'nnrlijfc fj.';volg van P'ua^sen's eigcnaardiif talent
tot typeeren onzer volksklassen, waarbij liyJustus
van Msvurikbijna evenaart. Zoodra Faasson iemand
of ict-j uit het volk hoaft te teeltenen, worden het
typo:i dat is Fua-B*»II'S talent, zyn groot talent,
wat hem vnn gof-n^rlei nut is als hij personen
van rt;n hoog.ircn stand zal schetsen.
De uitvoering was over 't Algemeen de
gclukKJLji-to, welkfl de Hotterdamsche aftiteling van het.
fö'tcrlandffik. Toancd to zi«n gaf; nnmcii te
nueinon waar do boioUing over 't, gehcol
zoouitBU'kcnd was, acht ik oniioodig" alleen zij vermeld
dut Mcj. Jpjinnu Ju Groot, eorst als hot verleide
meisje, tluarim. als liet kind van deze,
oozenblikl;on h;vd, die van pevcel en studio getuigden;dio
lofspraak komt ook deu hoor SpoormaTis toe, dio
«ls,i/rt» Bloem mot veel innigheid speelde en niet
VCB! meer losheid dan men tot nog toe van hem
zag. De heer Victor Faassen gat' als Lcónard
Ilitrtliamp zeer verrassend blyk van komisch
.
Hot oordeel elders over do heer van den Heuvel
nl-i Jonüer fiinkcrshuieen uitgesproken, dat htj
yermakelylc was" is volkomen juist De geheelo
j-nlcur-cluli op de Plaats in den Haag zou 't vol*
mondig bci'.mon.
Den auteur werdon Zondag-avond tol van
Knvnf-en vereerd.
Kosicr Faassen verdient dio in elk geval, maar
m?n had zijn toonoclarboid den opgeschroefden
toost moeten besparen dien men er elders op
geilugen hoeft.
Ik zon woarly'k do opvoering van den Kuif
Wan Vrijdag jl. door hetRotterdanMohóTüonco
gezelschap van Willem van Zuylea niet
onbe'pvoken mogen laten; dat sou te gropto
onbillukheid zijn omdat die opvoering gegeven werd!
ter beuefice van den heer Chrispijn, een der
veraiensteiykste leden van dit gezelschap en
bovenuica een der jongere kricbten in de
NederlandRdie tooncelwereld, die veel beloven voor de toe
komst
In aanmerking nemende dat onze acteurs en
nctriccs hoe langer hoe minder optreden in werken
van dien aard, verdient do uitvoering in vele
opzichten grooten lof; aan miae-en-scène was
uaaihg grooto zorg besteed. Van de uitvoering
sprekende, noem uc in de eerste plaats..2faria
vanNeulurg, Koningin van Spanje, door mevrouw
«o Graef?Verstraete naar ik meen goed opgevat.
.t Komt bjj het weergeven van dat karakter niet
in de eerste plaats aan op het koninklijke der
r; voor alles i» Maria van NcitbUrg, een
nieiVjo, gewoon met haar zusters in
Doftschto spelen on te dartelen in Gods vrije
schepping; dat dartele kind, wier hart behoefte heeft aan
helde en dat in Dnitschland in haar thuis vond;
d.U kind wordt plotseling overgeplaatst to midden
v&n het «ty've, verstikkende spoansche hofleven en
overgegeven aan een gemaal, die haar verwaar
loost. Terwijl men .baar hoofd met da koning»
kroon siert, blijt haar hart in Duitochland. Zfl
h«eft behoefte aan liefde, aan een mannenhart dat
bou begrijpen, aan era man, dien jachten kan;
d* behoeft* beeft sti b^uonbawiut, totdat au met
Ruy Bias in aanraking komende, tot bewustheid
komt van wit in haar uaimert; wat wonder dat
do vrouw Li haar d«n boventoon voert «a btfna
de koningin vergeet l Ware Maria van Nembur
meer Koningin, dat fe minder vrouw, gewee
?U zou de tengels van het bewina haren
i wakken gema .1 hebben ontwrongen «n de geheel*
Ruy Ulo» ion een onmogelijkheid zjjn geworden.
Juist dat Mevfouw de ffraef-Verttraeie 100 vit*
stekend dat echt vrouwelijke in Maria's karakter
deed uitkomen, geeft haar aanspraak op grooten lof.
Ook Ghritpti* had van de zware rol van Buy
May veel studie gemaakt, onderscheidde zich wer
kelijk in de toespraak tot do Mini ters, din met
kracht en gloed werd voorgedragen. Ik wil my1,
door al te uitvoerig te worden, niet blootstellen
aan 't gevaar, dat van deze voorstelling in dit
nummer van de Amsterdammer geen melding
zou worden gemaakt. Daarom bepaal ik my er
toe te vermeiden, dat Witlem van Zvglen den
?chooier-edelman Don César de Satan met veel
verre speelde en dat Alexandcr Faassen een
misschien wat al te sterk geacoentueerden, maar
toch van groote studie getuigenden Do» Saüiuttu
to zien gaf, met de meedeelmg, dat Chrispjjneen
paar ichoone kransen eu van eenige kunstvriendon
«en fraai geschenk ontving.
Uotterdam, 22 Feb. 1882. H. V. P.
FRAXSCHE OPERA.
LE CAPITAINE NOIR.
Met veel belangstelling werd deze noviteit in
de opera-litteratuur tegemoet gezien.
Als vlaamscho opera, onder den naam van de
J)e tuwrli; kapitein, word zjj enkele jaren geleden
hier opgevoerd door eon gezelschap, hetwelk de
componist Joseph Jlertens expreseefijk had
saamgcstvld, ten eindo deze en n\jno vroeger gecom
poneerde opera Licdcrik by het nederlandsche
publiek te introdncecrcn.
Na dien tyd heeft by zyn Zwarte Kapitein
omgewerkt tot groote opera op frantcheu tekst,
eu do verschillende dialogen, die ia het vloamsch
gesproken werden, in recitatieven veranderd.
ut' daardoor do compositie een* verbetering
heeft ondergaan, meeiion wy' te moeten betwijfelen.
Het ii niet to miskennen, dat verschillende scènes
eene gerekt heid hebben verkregen, dio vroeger
niet was waar to nemen, terwy'l ook het effect
van do een of andere intrede vroeger veel grooter
was.
Behalve deze fouten, die onwillekeurig hot werk
zyn binnengeslopen, kunnen wij het tot on:<
groot genoegen met, zeer veel sympathie
bogi-oeten. Hot is vloeiend ca zeer raelodious van etyi,
terwy'l ook do tooncelmatige bearbeidiiig zeer
veel goeds bsvat.
Do eerste acte speelt in een taveerne von
Vlis«ingcn, in April 1572. Watergeuzen zon om do
tafels geschaard, tcrivyl een yerrnder, Casper, ter
zijde zit. Deze laatste bemint llartha, dochter
vun Gertrudo, do kaateleiues, ea zuster van
Johao, den zwarten kapitein; zij heeft echter een af
keer vnn hem om zijn boosaardig karakter, en
maakt hem ton atimchouwa van het gansche ge
zelschap belachelijk.
Do burgers venvjjdoren zich langzaam en ook
Caspor gunt nn. ecuige woordenwisseling heen.
Anna, de dochter van yifcsingen's burgemeester
van Cuyk, komt haro vi-ieadin JSfartha bezoeken,
en verklaart haar broeder Johau. to beminnen.
Een zeer schoon duo, waarin de componist op
voortreffelijke wy'ze de violoncellen laat accora
agneercn, volgt thans, om gevolgd te worden
oor het optreden van Van Cuyk, die z\jne doch
ter komt halen.
Juist groet hn echter Claud* WiHemsen, den
hoofdman van de burgerdienst, als don Pedro,
de Spaansche gouverneur, binnentreedt.
Duzc, liij ieaereen oin zijn wreed karaktsr ge
haat, verbittert eerst in hevige mate Claude en
geelt vervolgens Mcrtens hot onderwerp voor een
acer schoon duo tuuchen Van Cuyk en Pedro,
waarin de een voor la liuertüen do ander voor
la royautézyn leven veil heeft. Hierna gaan al
len at', terwy'l do burgers van Vlissiagen
wederbiunenkomeu. Ook Casper ia onder hen. Hy slin
gert juist bclecdigingcu naar het hoofd van
Johan, als deze binnenkomt eu hem het zwegen
oplegt. Casp.er wordt vervolgens de taveerne
uitgedrougeu, en Johau verbreidt in goode gespierde
muziek de mare van de iuueuiiug van Briello
door do watergeuzen.
B|j de phrase :
Malgrc la tyrannie,
x Malgró les Hots et les destina,
Dieu gardera la vie
De DOS vailtants marins,
treft de componist ceucn toou, die zeer goed als
volkslied kan gekenmerkt worden.
Da tweedo octo wordt geopend door eene aria
van Anna in het huis hanrs vader?, waarin zij
den spoedigen terngkci-r van den geliefde hoopt.
Cuyk komt weldra bij haar un Ktgt dut zij
VHU
Ochaiaud,'
mot Johan zal vereenigd worden, w:iurop een
schoon duo deze sei'iie besluit.
Martha komt 'daarna tcu tuoueele til meld', do
aankomst van Joh;iii.
Spoedig echter nadert ? CaspcrOm don IVlro
ann te dienen.
D«üe, met Van Cuyk alleen gelatnn, oi>kt dcii
Inirgutnccster tt) oveiredun te» {{uu*tB vun den
Koning en ten uudccln der Geiucu te six-ckcn
l'ij het volk ; ducli op fiere wijüe antwoordt Van
Cuyk:
Commo Egmont, je ttanrais, méprisant
. / Ochai
Mounr pour la patrio!
Het volgende tooneol geeft ons een liefdes-duo
tnsschen Anna en Johan to genieten;, daarop
komt Van Cuyk by hen en heft aan hot:
O Sninte Libertó!
Uno commune flammo
A oonfondu iiotre ame
Et pour l'Eternité",
lietwelk als eeu der hoofdnummcrs van het werk
moet beschouwd worden en later meermalen
voorkomt.
In de woning van Van Cnyk vervoegen zich
vervolgens oenige burgers onder aanvoering van
Claude. Zy' worden echter gealarmeerd door de
nadering der Spanjaarden.
Johan, diézyn leven nog ten dienste der vrij
heid moet gebruiken, vlucht daarop uit het ven*
?ter, zoodat, als Pedro de kamer binnenstormt,
het voorwerp van z{jn woede niet meer vindt
meent den Gons echter nog in de verte te
«en loopen en lost een pistoolschot op hem,
lietwelk echter t jjn doel mist.
De aanwezigen heffen zegekreten aan, terwiil
het Malgró hT tyrannie" weerklinkt.
De derde acte speelt in den kerker van Vlisain*
gen, waar Van Ciüjk u neergezegen op een
stoeaen bank,
Casper, die thans dienijt doet ala cipier, brengt
tem voedsel en bespot hém. Vervolgens komen
Anna en Mortha den gevangene bezoeken en
verkrijgen slechte toegang, door den cipier MO
goed gevolde geldbeors toe te stoken.
Anna echter gaat alleen de cel bmnen en legt
laren sluier op een bank aan den ingang van de
cel. Als na Pedro komt om Van n|jk nogmaals
tot verraad te overreden, «et hfl den sluier liggen
in vraagt op hoogen toon wie daar binnon ia.
)p züne woorden komt Anna-inist de eel nit en
t haar vader slaapt. Btf hare nadering Hit
Pedro op haar toe en vraagt ban hand, meïde
i bergeven.
lelofta haren vader da vrijheid te «ull*n l
Plotwh'ng komt eehter Van Ootjk tentooneeleen
?egt nimmer B$oe dochter aan mik een ?noodaard
m- huwelijk to «uilen geven.
Na «en goed gesehreven teio boort mao 0ra
kanonschot en komt Qajpfr^da nadering aan
kondigen van de vloot dn Watergmuwn.
Alsdan traeht Pédro den borgemMstw nog
maals te bewegen, het volk tot bedaren te brengen
en gaan allen naar d« wallen dar «tad, om bet
volk toe U spreken.
Op eens springt de «warte kapitein ven uitijjn
Mblp, gevolgd door «One m*naohappen, allen met
oranieylaggen in da band w bübet spelen van
het Wilhelmns-liad worden déJSpaaJaardtn over
rompeld en roet Pedro «a asper van het
tooneel gevoerd.
Tot slot wordt bét Malgréla tyranni»" gespeeld,
hetwelk daardoor het karakter verkrijgt als hoof
dnummer van het werk téiyn bMcEonwd door
den componist.
De voornaamste decer plaat»en s^jn teer melo
dieus geschreven; celden echter ontmoet men
eene oorspronkelijke gedacht*. Zeer frisch «n
levendig klinken de tangen; men hoort echter
onmiddellijk dat i|j niet bét eigendom zjjn van
den oomponist. Wars van alle gezochtheid is M
rtens hier in eeu onder uiterste vervallen nl. van
bloote navolging.
Op schier ieder tafereel zy'n deze opmerkingen
van toepassing. Het neemt echter niet weg, dat
bet werk een levendigen indruk ta weeg kan
brengen.
De opvoering was behoudens eene enkele
uit?ondenng voortreffelijk.
Den cerepalm kennen w|j toe aan Mlle Van den
Bergho, als Anna. Zeer schoon was do scène io de
tweede acte met baar vader en 'de XHe scène
van dezelfde acte als zij baar geliefde afwacht.
Ook do Van Cuyk van den Heer D«lrnt was
voertxeffollik.
Hot O Sainte L'bortó" vond in hem een ver
tolker, waartegen do kracht van het orkest niet
bestand was. Ook wsa zijne houding steeds fier
en krachtig in alle omstandigheden van ziine rol.
De Heer Selrack was niet l>Uzonder goed
gedisponeerd. Hij voorzag echter Ie capitaine noir van
oen vereischt«n hartstocht, zoodat aan voordracht
vergoed werd wat den Heer Selrack Aan
sternmiddelen ontbrak. Zyn voorkomen maakte echter
geen buitengewouen indruk. Hy' had meer weg
van een hoflulyken Balonheld don van een koenon
watergeus.
Do Martha van Mm. Fronty was in verschil
lende opzichten bevredigend; terwijl ook Mm.
Sbolgi ons als Gertrudo beter dan in eene harer
andere partyen yoldetd; dat zij hare stem
in het hoogo register niet behoeft te gebruiken
is voor haar ongetwijfeld een groot voordeel. >
Do Heer Pons als Don Pedro- Pachcco wal
onvoldoende. IIij was noch edelman, noch Span
jaard, uoch een wrcedo woesteliug en last'iiot
least noch een goed zanger.
Do Heer Cabannes pastu niet in zyne party.
Hij zong den Casper zoo beschaafd en netjes, dat
het karakter daardoor verloren ging.
De koren waren goed en het orkest was, in
aanmerking genomen dat het een nieuw werk
onder vreemde directie moest uitvoeren, over het
algemeen zeer voldoende.
Zeker was do bijval, die den componist-directeur
Mei t ons ten duclo viel, ten volle verdiend; do
schitterende ovatie, die hem op het eind der laatste
acte door publiek en oi-kost gebracht werd, doed
icdercn toehoorder, wiens hart warm klopt voor
het. belduntydvak oiwer geschiedenis, goed.
Der directie van de frausche opera ooien dank
voor do moeite eu zorg aan de opvoering ton
kosto gelogd. Zouder haar zou hot uoff lang
guduurtl hebben eer wy De ewartc h.apite-n
nogmaals hadden kannen hooren. Ui' zou de t|jd
niet meer vei-ro z|jn, waarop wij eene eigene
Nederlandsche opera zullen bezitten? Aan steun
Zil het werkelijk niet ontbreken. '
Tor gelegenheid van het dertijg.irijr jubllévan
den verdienstelijken toonkuuEtenaar Joh. M.
Coenen had Donderdag 23 dezer in het Paleis voor
Volksvlijt eon conceit plaats, waarop ecnige zijaer
werken werden uitgevoerd.
Eene nieuwe feest-overture werd zelfa voor het
eerst ten gehoore gebracht. Het werk is in goeden
styi geschreven en geinstruraenieerd op eene wijze
zooals men dat van Cocncn verwachten mag. Door
verschillende solo-fragmenten treedt het echter
eenigszins buiten de perken eener ouverture.
Mej. Beihl, van de Kotterdamschc opera, droeg
voor eeno aria uit Ada van Holland en een
Avz Maria, eveneens van den jubilaris. Behalve
dat het genre van Mcj. Beihl meer in de opera
thuis behoort, wna zij niet volkamen meester van
hare zaken, zoodat aan die beide werken slechts
eene middelmatige vertolking te beurt viol.
Als eerate nummer werd dooi- het orkest op
voortreffelijke wijze Beethovens achtste symphonio
uitgevoerd, terwijl de Heeren Jos. Cr.imcr, violist
en do Heeren Schuëcker on Snoer, harpiaten,
door ecnige solo voordrachten aftvhicliag aau het
programma verleenden.
Eene welverdiende ovatie viel den Hcor Coenen
ten deel, waarmede voorzeker allo aanwezigen
hebben ingestemd,
f,a dtinic JR7*i«c7ie. Boieldicu's lieve oporn diende
Dinsdag 12S Februari tot beneliaj-voorstelliiiff
voor den heer Charles de. Beer, wiens zoer goea
Mitgcvcu'do photogrnphie 'de progi-amma's«ierde.
Zu^-fn ',vy' den trial dezen winter nop weinig in
Amsterdam, d<; volle zaal getuigde '.üo\vel van de
i;unst waarin de oude Da<: c Bltmchc nog steeds
stsuit, als van de sympathie voor den heer do
Beur. Do sangor Vitoux zong heerlijk de party
wil luitenant George, Mlle. Aruaud cvcnzoo die
van de witte duino zulvo. Do beueüciant als do
pachter, de heer de Gravéals G.avestou, ook de
dn mes Dufuu en Granier iu do Romance en het
Spiuuelied, waren zeer voldoende.
Tooneel in Dult»fJtlaitd. De hcrlop van
Mciniagen. heeft ter gelegenhbid van de lUÜOste
gastvoorstolling, die zy'n hofcicleurs gegeven lieblien,
cone zilveren medaille doen sluuu uri de/,e doen
uildeelen aan al do Jtiden van zy'n gezelschap die
by de'- duizend gastvoorslcllingeu hebben
inedegcwcrkl.
_ Te Bcrly'n is in het Victoria-theater een
fanlaatisch tooversprookje oogevoerd, Anahna. Na ecnige
uilstapjes op het gebied van het klassieke drama
heeft deze schouwburg weder trachten party te
trekken van züne reusachtige ruimte en prachtige
raachincrien. De tamely'k ingewikkelde handuline
van liet stuk speelt in Indië; dedecoraticschilders
en costumiers licbbcn al hunne fantaziein 't werk
gesteld en den vrnen teugel gelaten aan hun ver
beeldingskracht. Ook vooral wordt de muziek van
den kapelmeester Hcnnann Zumpc, een leerling
van Rieliard Wagner, geroemd, welke muziek eigen
lijk liet libretto m het ^enre der groote opera over
brengt, maar zoo fraai en treffend geïnstrumen
teerd is, dat men over den al te ernstigen toon
niet kan klagen.
Te Weenen ztfn het vooral de
liefdadinheidsvoorstellingen (en voordecle der nagelaten Betrek
kingen van de slachtoffers van den brand in het
Ringtheater, die nog de schouwburgen vullen.
Overigens doet de paniek zich nog lang gevoelen.
Zelfs in de opera, die voor het veiligste gebouw
doorgaat, kan men vermindering der recette be
merken. Het Burgtheater is gesloten en het ge
zelschap speelt nu in het Karntherthortheater de
klassieke stukken; men is met Antigone begonnen,
met redelijk succes, vooral omdat het tooneel zich
tot eene rg'ke inkleeding dezer stukken leent:
Daarna gaf men Wühélm Teil. met den acteur
Sonnenthal voor de eerste maal in de hoofdrol,
eindelijk OikeUo met denzelfden held. Nieuwe
«tukken werden nog niet opgevoerd; Genees nieuwe
operette kon geen bgvol vinden.
Toch beloon men te Weenen H een en ander.
Het Theater «n der Wien heeft een nieuwe ope
rette van Helmesberger aangenomen, Der tehont
Kurfürit, terwjjl het Hofoperatheater eene ope
rette van Sehubert, Die - Zwülmgsbrüdtr
instudeert, en het ballet Y«Uak van Leo DeUbes onder
den titel van Naila xal opvoeren.
Het duitsche theater te SL Petersburg » bet
slachtoffer geworden van de rusrahe
betuinigingen. Het ad niet langer KeiserUjk" heeteo,
geen subsidie meer ontvangen, noch van den SU«t,
noch van de Vorstelijke familie en bet ii cel& d«
vraag of aan de tegenwoordige duitscbe troep bet
monopolie dat z|j gevraagd beeft, namelüfe het
recht om voor een zeker aantal jaren den schouw
burg te mogen bespelen, wel sal gegund worden.
DE »VIJP ZINNEN"
door Hans Makart.
Op de »gebruikeUjke" buUnraren is, ter
dezer stede, de uitnoodiging aangeplakt in
het gebouw der Maatschappij Arti de
»wereJdberoemde schilderyen , van den Heer
Makart te komen bezichtigen, die reeds door
verschillende voorlichters der publieke mee
ning in bescherming zijn genomen tegen de
Franscbgezinden, die den Weener meester
talent ontzeggen, en tegen de iTartuffes", die
zich bezwaard zouden achten wegends het
paradijskostuum, waarin het i Gevoel", het
»Gehoor", het »Gezicht", de »Keuk" en de
»Smaak" hier opgevoerd worden. Dankbaar»
heidsplicht, ten opzichte der Maatschappij.
die ons de gelegenheid geelt met deze vijf
penantfchilderingen kennis te maken, en be
langstelling in elke nieuwe vrucht van hel
machtig palet des Heeren Makart lokken na
tuurlijker wijze de kunstliefhebbers en ook
de genen, die er gaarne voor doorgaan, naar
deze ten-toon-stelliog.
liet is jammer, dat noch de kunstenaar
noch de Maatschappij Arti het trompetgeschal
heeft kunnen voorkomen, dat ons in de ooren
schettert van het blaadtjen, 't wel k in de
kunstzaal verkocht wordt. Ter toelichting van de
tafereelen brengt het bhadfjen niets bij; het
schrijft alleen wat imperiöus de bewonde
ring dezer vijf «naakte gestalten" voor, en
herinnert (wat trouwens niets dan lof ver
dient) welke andere werken min ann den te
Salzburg geboren kunstenaar verschuldigd is.
Do beoordeelaars schijnen er den Heer
Makart eene bi zonder e verdienste uit tema
ken, dat hij »alleen de plastische zijde van
zija onderwerp heeft willen geven";het»in
dringen lot in de binnenste verborgenheden
der gedachten blijft bij hem geheel en al
bijzaak".
Dat is toch iets heel zonderlings, dat men
ccn schilder, die «ene allegorische voorstel
ling geeft van zekere krachten, dh dus het
gebied der zich plasliesch openbarende
fllozofie betreedt, een komplimcnt maakt over
hot uitsluitend beoogen van een uiterlijk
eflVjkt. Behoudends de aanmerkingen, die op
de teckcning van sommige onderdeden en
op het ongelijkmatige der bearbeiding dier
onderdeden, wel eens gemaakt zijn, is mij
niet bekend, dat iemant, hier te lande, het
groote talent vau dezen kolorist in twijfel
getrokken heeft. Ilicrin stemmen alle be
oordeelaars over-een, dat de lichamen van
schoone jonge blonde vrouwen met groot
meesterschap 'door den Heer Makart geschil
derd worden. Men kan, bij de aanduiding
eijner voortreffelijke eigenschappen op dit
gebied, verscheidene kolommen van het
woordenboek der schilderstermen uitschrijven;
men kan spreken van dunheid en p'tte, van
koele en warme tonen, van malschheid en
transparenee, van clair-obseur en glacis, in
n woord: men kan, ten dezer zake, het
interessant bewijs leveren, dat men zich
bewust is schilderijen en geen beelden noch
gedichten te beoordeelen; en de Heer Mnkart
kan, met volle eerbiediging der waarheid,
ongedeerd te voorschijn treden uit de méle'e
der technische volzinnen, waarin men zijnen
Yijf zinnen" naar hartelust recht heeft gedaan.
Maar is zulk eene behandeling der zaak
van cenig nut voor deguó gemeento, dio de
stukken komt zien, en voor de kunst, die
door de kritiek in mindere of meerdere male
vooruit of achteruit wordt gebracht?
Mij dunkt, dat men den schilder onrecht
doet, waar hij een filozofiesch onderwerp
aankondigt, alleen maar te vragen, of die
beenen en die heupen en diésr.houders en
die... liutcs goed dat is naar den eisch
der lijnen en den cisch der tinten, meester
lijk geschilderd zijn? Zulke vragen stelt
men aan de studies van leerlingen, die zich
niet aanmatigen voldragen kompozilies ter
waereld te brengen. ?
Ik spreek niet bloot van ordonnantie; ik
spreek van kompozitie. Kompozitie?dnt
is samenstelling van geest en slof, van gedachte
en vorm.
Het is duidelijk, dat een kunstenaar, die
de vijf krachten of vatbaarheden, welke men
verkeerdelijk met den naam van > zinnen"
betitelt, wil afschilderen, zich de moeite dient
te geven eenige vinding aan die kompozitie
ten koste te leggen. Het is de onnoozelheid
zelve, te denken, dat men de »vijf zinnen"
op waardige wijze in beeld heeft gebracht,
wanneer men een schoone jonge vrouw,
die geen rechter arm heeft, zich behaagziek
kronkelen laat en haar in de linker hand een
spiegel geeft, waarin het hoogst ordinair ge
laat een blik zou kunnen slaan; wanneer
men eene andere en profil stelt, raeteenigs
zins praadomineerend onderlijf, en men laat
deze de rechter hand achter het rechter
oor houden, zoo als de dove, maar eerbiedige,
btmk-opsluiter het doet, onder de preek van den
geliefden kanselredenaar; wanneer men drie
andere naakte jonge dames min of meer met
haren rug naar den toeschouwer keert, om
hetzij een kind wech te dragen, belzy aan een
roos te ruiken, hetzij in een appel te bijten.
Is dat komponeeren? b dat uitvinden, dichten,
de geheimzinnige middenevenredige zoeken
lusschen gedachte, en vorm 1 Zyn dat voor
stellingen, die een denkend mensen,
toegankelfjk voor de flikkering van het vernuft,
voor de trilling van het zielsgevoel, voor de
vlocht van het genie, voor de betooveriog
der echte kunslschepping, eenigermate kunnen
voldoen? 't Is beiiegeMwa*rd%, dat men
meent een groot schilder, die het terrein dep
vleeschgeworden Gedachte heeft willen betre
den, een lauwer te vlechten, met te getuigen,
dat die naakte jonge vrouwen met de noodige
«orMfeua gepenceeM zijn.
Ken jeugdig schoolmeester zond eens aan
een dichter een veer tien-regelig vaers, geti
teld »Sonnet", en beweerde daarin, dat men
altoos de deugd moet betrachten. De regel,
waar de laatste op rijmen moest, luidde:
Geen eerlek man krijgt katviscb tot zijn vangst,"
en de laatste regel luidde:
.Wees altüd braaf: want eerlijk duurt het langst"
Voor het overige, was er geen enkele ge
dachte in dit sonnet neergelegd: maar op
het getal lettergrepen en de afwisseling van
betoonde en onbeloonde viel geen aanmer
king te maken.
De dichter gaf niet veel lof aan deze be
rijmde redeneering, hoe zedekundig zij ook
ware. De jeugdige schoolmeester beweerde,
dat, aangezien geene fouten in zijn sonnet
vielen aan te dulden, bij als genie behoorde
gehuldigd te worden.
Is er iets gecharakterizeerd in dit vijftal
blonde of rosse jonge vrouwen? Is ereenigo
poging gedaan, om de werking van het Zin
tuig tot de uitdrukking te maken van eene
ZieTshoedanigheid?
Voor twee en een halve eeuw leefde
Rembrandt, voor drie en een halve Albrecht Durer.
Hebben zij vele tafereelen geschilderd, waarin
men zich zóó ontslagen heeft gerekend van
de moeite de kloppingen van het menschelijk
hart aan Ie duiden, en zoo ontzettend opper
vlakkig geenerlei geheimzinnige bedoeling
heeft gelegd in de stoffeering van het tafercel?
Vindt men de kleur van den Heer Makart
zoo veel voortreffelijker dan die van Titiaan
of van Rubens, dat men, uit dezen hoofde,
hem vry stelt van de eischen, waar later
lijd recht toe geeft?
Hebben wil voor niet de laatste twee eeuwen
geleefd, om heden een kunstenaar ten hemel
te verheffen, die door niets goedmaakt, wat
hij bij de meesters der XVI' en XYll' Eeuw
te-kort-schiet?
En dan de quajslie der voegzaamheid. Vindt
men, dat een vader met ztjn dochter, een
broeder met zijn zuster, een Hoer en Dame,
bühoudends alle betamelijkheid, zich samen
kunnen plaatsen voor de nymf, die het»Ge
zicht" verbeeldt, al vervangt eenig de hemel
weet waar geweven bedelaaislijnwaad hel
vijgenblad en de dierenhuid der H. Schrift?
Ik beslis niet. Ik zou niet graag hebben,
dat de Heer J. G., de «gewone
korrespondent" van bet Handeltllad voor kunstzaten,
mij van. inkonsequentie beschuldigde, door
op te merken, dat de vertaler van Molières
meesterstuk nu het bewijs geleverd heelt
zelf een iTartjtfTe" te zijn; maar ik vermeet
mij toch wel in alle zedigheid te betuigen,
dat ik liever allén, dan als begeleidend
eaealier, deze penantnymfen beschouwen ga.
Het zijn »penantnymfen"; en dat strekt
tot hare ontdchuldiging. Geplaatst tusschen
de vensters in een receptiezaal, lost het
storende zich op in de schittering der andere
iorraen van weelde en comfort; en daarom
voffue la galere l Ik beslis niet.
Zoo lang echter kunst iets met onze ziel,
met ons hart, met ons schreven, met ons jube
len, met onzen humor en onze verrukking ?
met geheel ons rijk geschakeerde leven te
maken heeft, dunkt mij, dat de «Vijf
zinnen" van den Heer Makart niet tot de
allereerste kunstwerken te rekenen zijn.
2 Maart 1882. Alb. Th ?
NOG IETS OVER EGERS'
BÜKGEMEESTEaSVUOUW."
Ia de letterkundige, historische kritiek vnn
dezen roman in het vorige iiniuiner, wordt EbcrJ
beoordeeld, als historieschrijver en getoetst aan
Motley on Schiller. l)e Duitsche schrijver zou da
eerste zyn, hiertegen protest aau te teokeneii en
te wijzen op z\jne voorrede, waarin hg de
goRcbiedebis, als het latwerk gebruikt, waarom
de ranken züner verbeelding zich slingeren." Hoo
weelderiger deze ranken zyn, des te meer bedekt
hun bladerdos het latvrork, dat hun tot
onzichtbaren steun dient. Niemand zal dit der
plant verwaten l Ebers is de geschiedenis trouw
gebleren, waar zo h«m noodig was tot achter
grond voor zjjne figuren. De dienaresse zijnor
verbeelding was z|j, niets meer!
Weinigen zullen dan ook dit werk ter baud
nemen, om de geschiedenis van het beleg te lezen,
die is overbekend. De tfcl beloofde dit ook niet,
on Ebers was vrii geweest, de Burgemeestersvrouw
vóór of n<t het beleg ten tooneele te vooren. Haar
karakter, haar persoon boezemen ons belang in.
Zijn wjj voldaan of teleurgesteld?" U de vraag
en het eenparige antwoord luidt Teleurgesteld."
Het denkend en lezend publiek, en allermeest
de ontwikkelde vrouw, verwachtte een krachtig
figuur, eene hollandsehe Bent-Anatim vinden een
kind-vrouwtje" totwie niemand zich aangetrokken
gevoelt. Mana is noch als vroiw,noch als moeder
op hare plaats! Tot dit oordeel komen wij bij het
sluiten van het boek, maar het kinderlijk gemoed,
zóó vatbaar voor indrukken, is ons vóór ge
weest; hét beeft dit by inttiitie gevoeld en
in n trek geteekend. De indruk van het kin»
derljjk gemoed was juist en zuiver. De jeugdige
Adriaan, na zjjnen strijd met den Spaonschen
jonker, vreest het meeste voor eenon blik van
zyne jeugdige stiefmoeder, omdat cjj hem de
goede Fee nit zijne sprookjes schönt, dia naar
zgne meening te eachL te fijn, te bevallig voor
bun eenvoudig, burger huis it."
.Te fijn, voor dit buryerlgke huis; dat vindt
ook Maria, als haar de reuk van hét leder hin
dert n zij reikhalzend verbuigt naar de
Delflsche vrienden en het voorname huis harer ouders.
,Te bepalUff n weder hare gedachte den 16n
Mei, als zfl voer hét eerst een disch ial ordenen
en het tofelservies en glaswerk te gro£ te bur
gerlijk vindt l Zij doet haar best dit onder bloemen
fe verbergen, .nét tegen den zin van haar echt
genoot, (De verdrietig uitroept: Laat het na zoo
maar blyven, maar wfl hebben eene ernstige
boraadakunng en gtf bobt eene bruilofUdifcS toe
bereid P
Het kinderlijk gemoed gevoelt net al* bH
ingeving: De Fe e is niet op bare plaats!
Wjj kunnen het huwelijksleven van Maria, voor
Booverre het bier geteekend is, in vier perioden
verdeelen.
t ;
» l
i