De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1882 19 maart pagina 3

19 maart 1882 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

DE -3*. M S T EE D A M M E*f W EEK B'L A D :V O O B N E DE $ L -A ??» No. 247 l 't . -J HOÜGDUIT3CHE OPERA. Orphcva vmd Eurydice, Van zeer groote beteékenis in do musiekge?ebiedenii b het standpunt, hetwelk Chr. von luck inneemt , Hy is de eerste operacomponist geweest, die de vrijheden van zangers en zangeressen wist te beperken en, in veretniftiog met zyn librettist CjUabigi, meor dramatische Kracht aan den zang wist by te zetten. Bovengenoemde opera is all eerste proeve op dit terrein aan to merken. Hare eente uitvoering to Wevneu op 5 Oct- 1762 vond niet zouder bijTal plaats. S'olgeus Gluck zelf bestemde hu dit werk om het publiek langzamerliand met «ijae richting bekend to maken, terwyl later in zyne Akeste, Iphiyenie in Atilis en Artnida zyn geo»t onbewimpeld voor den dag zou komen. OntegL'iizeprgelyk is het werk voor ons licdendoogsch tcoueel veel verouderd; doch de zuivere, reiue gclu-yfwnie, de schoone stemvoering in bet koor en de delicate orkestbegeleiding trekken iiog zoer de aandacht. Do vooitrttffcly'ke tilt van de Rottardamsche op-i a, Mevrouw Jaide, vervulde evenals voor ttvec jaren du Orpbcus-party. Haro dramatischo voordracht in de recitatievou, da edelo toon in haro aria's en do schoon heid har er standen wedijverden met elkander oin deu Onheus zoo voortreffelyk mogelyk te doen zijn. Ook mej. Beihl was abj Eurydico eene lieve verschijning, hoewel zij by bare zuster iu de kun-,t nog de mindere is. Mt«j. Kauer vonden wg als Amor niet meer dau voldoende; misschiuii maakt zy by' minder geduchte rivalen beter figuur; hoe dit nu, hare voordracht klonk ietwat mat en flauw. Koor eu orkoat hebben geene inoeily'ke taak te vervullen; Yanda.tr dan ook waarschijnlijk dut zy' zeer schoouo oogeublikken gaven aan te wijzen. ? POSSAUT. Zeer velen al te velen bobben zich een voortreffelijk kunstgenot ontzegd door de beide repruzoiitatiën van Possart Donderdag, Die Süuler, Vrijdag,Nathan der \feise;?pnbezocbt te hiten. Op Marie Seebach na, is hy wellicht de eerste ouder de vreemde ai'tisten, die in de laatste jaren iu het Graud-Theatre lijn opgetreden. De kennismaking was te oppervlakkig, om reeds aanleiding te kunnen geven tot een uitvoerige beschouwing van Possarts gaven. HU schynt den Heer Bouwmeester verru te overtreffen m fijnbeid van opvatting en vastheid van spel, on niet Toor dezen onder te doen in rijkdom van mid delen. Reeds hem te hooren spreken is een uit gezocht genot Zyn gelaat is vol uitdrukking, en ovenals hot gebaar eu do stem, geheel ter beschikking van den kunstenaar. , Van Possart wordt bericht dat hy een beschaafd, en aan het Beiersche hof gaarne gezien man is. Op het tooneel behoudt hy steeds een waardig heid die a*n de kracht der uitdrukking, noch aau de levendigheid eenig letsel doet, doch hem voor ?Vulgaire uitspattingen behoedt Vooral zyn Nathan deed hem een schoenen triomf behalen, en de verwachting is niet onge grond, dat de Plantage-Schouwburg hedenavond te klein zal blgken voor de dertigduizend zoneu Yan Germanje, die men in de hoofdstad heelt geteld, .,..'? .G. Ewistministerit. De pas benoemde minister van schoone kunsten in Frankrijk, Autouin Fronst, die tegelyk met zijn schepper, Gambetta, nonfülief 13 geworden, beeft in de Revue Politiqiie et litteraire «ene reeks artikelen tot verdediging Tan het afgeschafte ministerie aangevangen. Het eerste artikel behandelt nog alleen de organisatie. In den loop der maand April zal in het Salon des Variétes, Amstelstraat, een oorspronkelijk blyapel in vy'f bedryven worden opgevoerd, ge titeld ; De Snf/tn'mtrgers, door Cb. de la Mar. waad." Eene liefde in net Zuiden, Gedichten door Fiore della Neva. Sneek, H. pyttersen Tz. 1881. WU hebben hier te doen met een echten dich ter. Jeugd, gevoel, vinding, eeue, by ona te lande, niet gewon* mate van belezenheid (eigenlijk gezegd propaedeutische kennis, zonder welke ? nieuaant een pen'in de hand moest nemen) leve ren de stof aan een reeds vry geoefend talent om de 48 nommers, waaruit dit bundeltjeu be staat ter waereld te brengen. Ik maak er de bloem" geen grief van, dat zij nog geen rijpe vrucht U. Haar geuren en kleu ren verdienen genoten te worden, eu naar mijpe meeniug is. vau beden af, den auteur eene gedis tingeerde plaats onder onze kunstenaars verzekerd. Ieder-een heeft de getn-eken vau zyn deugden: ook de jonkheid. De auteur is my volkomen onbekund; maar hy moet nog jong zyn. By het klimmen in leeftijd, als by voortgaat zich te oefenen, ook door lektnur, zal zyu smaak rusti ger eu stelliger worden: zy'ne kunst zich niet meer met schetsen te-vrede stellen Al aanstonds, en het is een jeugdig gebrek aan takt, brengt ons de titel on een verkeerd terrein. Iemant, die zich Fiore della nette (sneeuwbloem) tot psendonym kiest, is een vrouw. Welke man zal zich-zelf by een bloem vergely'ken M»ar ueeu: op blz. 5 wordt VAT> een guller" g"SJV?uen'. 'n ^-» '"Ü*<iöe «iBen ge«onièdenii T*j^"',-i nicnands op het stramien zyner lotgeval len met vlugge band znne poéetische bloemen borduurt, blykt ona to over, dat er eeu troebadoer voor ons optreedt, geene chanteuse. Is de Heer F. d. N. een troebadoer? Al zetten wjj ons over den eersten iudrak heen, door de onderstelling te laten varen, dat we een dicht»-re* zullen zien, eene poöetische mannelyke figuur wil ons toch, by bet lezen der eente bladzijden, niet duideiyk genoeg voor den geest treden. De auteur heeft ons aan 't redeneeren gabraehtV Fiore della aeve? Neen, geen TTOUW. Kbsaura's KBchtfluweelen lip (enki'ir.) beeft fijne wangen gestreeld:" ten minste, zoo niet Erinn'nngsharp door 't rnischend loover snuf '. tune Fan* tatie" (ook.Fancr" genaamd,, .... , ?*? ««n, dat by deze gunst genoten heeft Hy bepaalt Utmiezer by' het onderzoek der vraag, of hij hier een ware geschie denis tebuek stelt, dau of by eenvoudig, in bezie ling, verdicht De konsciëntiönze lezer gaat hierover nadenken, en voor zyn oogen treedt iemant op, bleek Tan dichterengelaat waanchjjniyk, maar gekleed in bramen paletot en grazen pantalon; vermoedelijk met een ring aan den. vinger en een zwarten flambard op bet toeristenhoofd. Zoudt ge dat beleefd hebben, ja of neen V" vraagt de lezer, en ziet den jongen reiziger, niet v van Valenoia, aan de groenende kust der i»* zyn aehtlooze blikken" op een boot liaan, . .ai iu zich een drietal senora'a" bevindt »U« iongsta der drie, op de roerpen gesteund, Scheen vorst'iyk als Dido die Tyra» ontvlood." ? '*******??*'«*?? * * ? A) mflmerend dwaalde baar blik naar den kant, Waur 'k turende bleef met bewonderend oog; Z0 blooede, was 't waarheid, dat in bare hand Om mij zich de waaier thans sneller bewoog J" De opmerking getuigt TSA ?chranderheid;'t is aatnuriflk, dat men ze gaarne aitapreekt. Maar de b*a«r gaat er niet ia mei. Bad de Heer F. d. N. goed kuDDea TJadün (in den trant Taa ' de door hem boadveron gevoelen eaz> aan «en derden persoon toe te kennen, of bad bU gezorgd niet al te duidelijk metXlX*-Eeuwscne paletot en pantalon voor den dag te treden, men zou hem geloofd hebben. Nu heeft zgue meddealing iets biiondor naïefs, en ook door bet geheele verhaal heen maakt de held een eenignins zwak figuur, ea het verwon dert niemant, dat Rosaura, hoewel onze toerist haar het leven gered beeft, eindigt met van htm wech te loop*n. Hy teekent zich-zelf als iemant, die voUtrekt geen Hertog is, noch Grande van Spanje ; maar hy beeft toch ecu aurU" en een ..titel" (blz. 141) Zou hy iu de Ridderorde der Eikenkreon reeds eeuu plaats veroverd hebben V Zuübühut -ambt" vau eersten klerk op een Haagsoh bureau bekleeden? Gaarne zou ik een attaché, des npods een secrétaire d'ambawade van hem maken; maar zóó introduceert hy zich iiiet En de ont knoping is niet geschikt om hem te doen rijnen. Ziehier het geraamte vau het dichtstuk, dat uit verscbilleudo epische eu lyrisch*» rhapsodièa (in den edelen zin des woord») is samongvstold. De dichter doet u eoue siüsta awn de Westkust vau het Iberitwch schiereilaud by wonen. Allus sluimert. .Alteen, door den golfslag gewiegd en gesust, . .(. Dreef langwam oeu boot uuar de (jroeneuilo kust; in die boot, gelyk ik boven reed» verhaalde, bevindt zich eeu jonkvrouw : Haar donkere lokken gestreeld door den wind, Omlijstten al golvend het edel gelaat, Een roos, door het zonlicht met purper getint, Viel neer langu den boezem vau 't luchtig gew.ft rt /l " By 't aan land stappen stort zy in zee: een worstling, een kroet. . . . Ik zie haar verzinken,,., «u 'k werp uie in den vlood..." Gered!... 'k Heb baar gered!"... Myn God!.., Wat is zy schoon.,.. Als eeu manuren Madonna U 't bleeke gelaat, Ala eeu heiligenbeeld, op welks sneeuwwitte koon Aanbid! ' geschreven staat . . ." Hy weet niet zeker, of hy baar, zy hem bemint. Hy ontmoet baar op een bal, eu wordt onder scheiden ; toch vreest hy, dat by zich iu haai1 be driegen- zal. Niet-te-miii, hy vraagt haar. De sterreu hoorden 't antwoord, Do zefier droeg het voort, Door 't rits'len van de blaren werd zacht haar ja" gehoord; De bloemen geurden stiller ' 'en lispten om ous heen, Het moskloed straalde zilver . waar vrieudlyk 't maanlicht scheen." Een kreet van den nachtuil jaagt hem echter weer vrees aan. Zy ontmoeten elkander nog al eens; maar beur vader, een Hertog, heelt het ver staan, en haar verwyderd naar eeu kasteel, door Rodngo gebouwd" (met deu klemtoon op -fio). Zy schryft heru, en hij .besluit haar hand ook aan den vader te vragen; er is wel veel verschil van stand, maar het is oen eerlijk bloed, dat warm door 't hart [hem] vliet, En 'k draag met fier gemoed, Den naam zoo braaf eu goed Dien uiy' eeu vader liet." De lezer stelt zich hier iets voor als Mc fier of Smit, en door hoe wakkere Nederlanders die na men ook gevoerd worden, 't heeft iets komioscb, ze met een Castillaanecke Hertogsdochter in verband gebracht te zien. Hy' richt haar een sonnet toe, om hoor heur woord te-rug te geven. Maar heengaan kan hij nog niet, en gelukkig ! want een bode van 't kasteel brengt heul 't beric.it, dat Rosaura zeer ziek is. Zy verkwijnt om hem. Ily snelt er heen; Vader eu moeder willen hem als heur bruigom aanvaarden, mids zühun kind maar in 't leven zien bly'ven. Hier plaatst de dichter een uitnemend fraaye schildering van het verslaan der Saracenen door den Cid, nog na zün dood.. Deze held toch, gelyk ik zeide, had het kasteel gebouwd. Vole tooneelen uit de Spaansche waereld worden voor ons ont rold: herinneringen van de Mooren, het Rid derwezen, de Kloosters, de kerken, en dat alles te midden van een ryke natuur. Zelfs wordt er nog eeo pyl afgeschoten op de inquisitie, en Spanje een machtlooshaid toegeschreven, die het gevolg is van den ondergang der Arabische cersubappy'. Ondertusschen is onze held zoo vél met zy'ne Rosaura, dat de dichter zich-zelven en haar vergelijkt met Dantes Francesca da Rimini en haren minnaar, eu het beroemde gezegde ge deukt: Quel giorno piunon vi leggemmo avante." Nu neemt de lezer toch uiut meer aan, dat 's dich ters duister voorgevoel bewaarheid zal worden. Weer schildert hy een balzaal. Waarschynly'k munt hy' hier niet uit; maar erger wacht hem: een stie rengevecht. Het slot is, dat lioaaura zich uit het vaderlyk paleis ontvoeren laat, door... den Matador uit het stierenperk! 't Is heel treurig: Zy vlood dan heen. . , . en by het bruidsgewaad Liet zy den brief, bekent'uis harer tchaud, Gezegeld met den ring dien ik haar zelf Gepast heb aan de kleine witte haud." Treurig! maar wat behoeft zoo'n eerlijke. bureauklerk ook te verlieven op een middeleeuwach Vorsttmkind j ?En nogl [ haddej^bt^^, « maar'ta den - _.. persoon behandeld! Het lot van den dichterlykeu molenaarsknecht, die op de schone MUllerüin" verslingerd raakt, boezemt, onvermengd. ons diepe deernis is, terwyl We booglyk gemeten van de knust. Die buer ia zelf de dich ter niet; dat voelt men: al wordt het niet ge zegd. De zaak is zoo draniatiesch opgeiet, dat die half lummelachtige, half fij «gevoelende figuur 'daar «Ja eene schepping naast den dichter komt te staan. Dit objektiveeren beeft de Heer F. d; N. niet vermocht. Dat is de fout vau zyu stuk. Het u zoo ly '.? oh, dat men niet anders denkt dan: die holinndsche jonkman heeft een reisjeu naar het vaderland van Velasquez en Lope de Vnga gemaakt, en beeft daar een dwaasheid gedaan. De afloop is, dat Rosaura door haren toreador verlaten wordt; zy heeft een kindijen, dat Tan koude en hongersnood" sterft Zy danste .... Toor wat brood!" Dat is óók min juist gezien: van dat fiere kind van Valencia, eene atraatdangr-res te maken. Zulk een beroep moet vroeger begonnen worden. Zy sterft in 'a dichters armen. De auteur beeft mij déeer gedaan naar mijne meening te vragen. Ik heb myne aanmerkingen onomwonden uitgesproken; maar, zoo als ik in den aanvang zeide: ik loop boog met dit talent; en ik waardeer ten zeerste zoo veel studie enden eerbied voor de kunst, die daaruit spreekt Gaan we, met de pen in de hand, het bun deltjen nog eren door. Iu de eerste plaats een kompliment aan den Heer H. Fyttenen, Tz. te Sneek, die een onder nemend nitgever bbjkt te zijn, en voor bet ter perse leggen Tan de zangen onzer jongere Muzen aanspraak beeft op onzen dank. Het tegenwoor dig bundeltjen' n wér netjens gedrukt; maar het Omslag, boe wouW-Je-modern ook, beandwoordt weinig aan de Toprscbriften eener redelijke orna mentiek. Het omlijato '£«? t«rt>z un HBT ZoiDUf valt bflv. buiten , den titel, staat op een ander plan dan gedichten" ene. Blz, 6 staat neêrvleit'V dat neêrrUjt" moet anders eenparige strofen na eens 4. dan eens 5, dan eens 6 vooten. Ik waardeer, dat de dichter de woorden gratie" en taille" durft gebruiken. Bis. 13: Den glimlach, door valschheid gewrocht". Blz. 15 ryuit .refrein" op Jasm«a'T, blz. 81 .grijs" op paleis", blz. 82 schwden' op lüden". liet slotkoeplet vau blz. 10 munt wat sterk. Bl. 13 staat -Gelukk'ge tyd!" Blz. 19 met 't vuur", blz. 28 .tlit 't beeld", blz. 68 mVt strijdperk". N*. X is wat moeilijk van maat Ook u*. XII. N . XIIl is ryk vau vormen zuiver van gedachte; all««n het woord droomeu", dat in strofe 3 een hoofdrol are j) t, bad iu str. l vermeden moeten wordeu. Blz. 31 komt uest'leu" my bedenklyk voor. Ook is bet heul vie«md dat in deze reeks gedichten, dio aau allo eischen vanzedeiykhcid uu kitijchhoid beandwuorden, gezegd wordt, dat de dichter Rosnura iedreu nacht op 't mollig oovergras zag neet'leninjzynl arm". Hot smakeu vau homöUuaten" op die bl«. (de 34e) ia ook wat ]>romp uitgedrukt. Da laatste regel van N,. XYIH ia liiiOüdfr zwak. Ulz, 33: niet 't". N». XXIV, XXVI, XXV11, XXXII, XXXIII, XLI, XLII, XL1V, behooren tut de zeer fraaye. Bl. 44 ia uiokerprwf vroeiuii Bl. 48 is bizondür ryk gedacht, Bl. 62: Murilloos maagden" te schetsen ah laukerui In Uaccliantiech hefdevuur" is wel wat kras, Blz. 53 zon du Inquisitie Spanje in een graf" hebben dosu verkeeren. Men zal dau echter moeten bekennen, dat do kerkhofschimwen zich, in 't bogiu dezer eouw, viy uadruklyk tegen da Napoleontische lüveusvolle troepen ge\\vcrd hebben. Op b!. 57 wordt al to argloos gezegd, dat Rosaura en haar minnaar niet ver der voortlazen", Die uitdrukking heeft by Datite een speciale beteekoüis, dia do Heer F. d. N. er niet ineó bedoeld kan hebben. De eerste regel vau die lautste strofe ia ook te kort. Bl. 58, reg. 2 en O, bl. 73, reg. 13, hiaten. Bl. 70 «Uat: durft-/c. Bl. 73, reg. 5 v. o, 'u to kort. Bl. 74 is iivondlijk" te wraken. Ik meende, dat we aau nachtty'k" reeds genoeg hadden. Wij gaan anders naar ochtendlijk" en uamiddaKlük cuz. toe. Bl. 81, dtr. 5, lu rog. t« lang. 131. 83 wordt aan den maUdor" van ttr. 4 te veel eer gedaan. Het woord trekt te veel licht, 't Is (reen scheldwoord, als balatlin of liistrion. Bl. XLIIIis verschi otien iu 't zilte nat" vreemd. Enkole drukfouten zal de Heer F. d. N,, zelf wol ontdekt hebben. Ik wilde de lust mijner vitteryen niet to lang maken. Zij is reeds te lang: want het schynt, ondanks my'np eerste woorden, ilat ik niet met deze poëzie ben ingenomen, eu toch is het van het schoonste dat ik m de laatste jaren in 't Ilollaiidsch gelezen heb. By al do nanschouwly"khcid, waar do dich ter sich op heeft toegelegd, by het hartstochte lijke wat zich in zoeten roystischen toon, hier en daar, uitspreekt, is ook ten hoogste de kieschheiil te waardecrcu, waarmeu het vrouwlyk schoon bezongen en de liefkozingen geschetst wordeu; maar ik moet wel bekennen, dat de portretten hier en daar wat levendiger gccharakterizoerd hadden kunnen wordeu. Hot uiouschbeeld, de lyziouomio, de profielen, verdienen nog wel wat meer studie. Ik hoop hartelijk, dat wo den auteur van dozen buudcl spoedig op-nieuw mogen ontmoeten. 9 Mrt 1832. Alb. l h. Te Leipzig by Gresner en Schramm verschijnt: 1848?18/1. Geschicbtéji der Neuzoit von Corvin. Coi'vin nam in 1878 deel aan don opstand in Baden en aan de verdediging van Rastatt, bracht langen tyd in Frankrijk, Engeland en Amerika door eu streed mede in den oorlog tegen de Zuide lijke Staten. Z|ju werk belooft een echt volksboek te worden, waarin een vrije toon en levendige voor stelling dei- feiteu tot wzen uitlokken. Het werk zal bestaan uit ongevwfr 25 afleveringen. Zedenbescherming. Het Openbaar Ministerie te Berlyn heeft zich niet laten afschrikken door het slecht succes dat zyne vervolging van Spwlhagen's Angela gehad heeft, maar zal thans weder we gens onzedelijkheid een beschuldiging indienen tegen een roman van Geusicheu, Felicia. Braeiliê. Te Rio-Janoiro ia in December eene tentoonstelling geopend van al wat op de ge schiedenis van Brazilië1 betrekking heeft, uit de openbare bibliotheken en de verzamelingen van bijzondere personen byeengegaard. De Braziliaansche regeering is van plan aau de Kamer een krediet te vragen tot het vestigen eener nationale universiteit, welk plan reeds veel besproken . . De Persac van den grooten tragicus zal to Weimar worden opgevoerd mot. muziek Tan den erfprius lan Saksen-Heiningen. Etfuscisch. Prof. Rugge van Christiania, wiens meeningen omtrent den oorsprong der Noordsche godenleer zooveel bespreking m de geleerde' wereld hebben uitgelokt, is, naar men zegt, thans met Etruscische onderzoekingen bezig. Zyne vrienden verzekeren dat hy volkomen het geheim heeft opgelost van de plaats die deze taal iu de familie der talen inneemt, van hare verwantBehappen en afleiding, dat het hem gebleken, is dat haar oorsprong Indo-Germaansch is eu in de verte overeenkomend met het Latijn eu de andere dialecten van oud-Italiê. dienst. Verbeteringen by bet dietüleeren ea rectificeeren Tan alcohol, meereudeab met af beel* dingen. . Verg. ook UaV 23. Op blz. 8 gaan Tan de 2 rijmende woorden 20 uit op de tandletter. IB IM. IY (Uz. 9?U)b*bbendeJaaUte,regel*der ^ . « "beer Buslaieff -OTI een werK'Qoen verschijnen over de ontwikke ling der godsdienstige begrippen in Rusland. Eerst zal 1MJ een overzicht Beven van de gods diensten en denkbeelden ju Rusland; dau al wat het gemeenschappelijk erfdeel der enropéesche volken uitmaakt daaruit afscheiden om te komen tot dat wat het strikt karakteristieke van Rusland vormt De conclusie waartoe de beer Buslajeff komt, is dat de geest van den Rus sterker aan getrokken wordt door, eu eeu dieperen indruk ontvangt van -de vraagstukken van den godsdienst dan die van eenig ander volk. Inbond Tan No. 8 Tan Taalstudie: L. M. B. Eustache Deschamps I: C. A. Hofman, Les jphis anciens monuments de k' langne francaise ; O. M. Robert, Lez degré» de comparaison et lei.looutions comparatives; L. M. B^ BnUetin bibhographiqne: Qaestioni et réponses; C. J. Voortaan, Remarks on rednplioatien andafewstrong verbs; O.-Stoffel, Sball and Will : Frantzen, Znr xamenfroge en Ueber die Dechnation der Snbstantiva. In de 2e maand-afleveringvan Eigen Haard wordt verrolgd: Het kasteel WesthoTen op Walcheren in Zeeland, door Mevr. A. L. O. BosboomTouisaint (met illnstratiën) en komt een novelle voor van Martin Kolff: Potvertereu.' Verder e.a, een opstel van Mr. 8. Muller: o ver het Spanjaard gat te Utrecht; Tan F. Najrtglas: over een paar, merkwaardige gevels te Middelburg; Tab Dr. E. T. d. Ven: over Electrische schellen; Taa J. A. Bientjea, met 't opschrift: Vóór allei een gezond lichaam, enz.; Portretten Tan David Hirsch en F. J. Stamkart; gravurei o. a, naar Israël* en Quinn Brekelenkamp. Inbond Tan aflevering 8 Tan de Natuur. Iets over struisvogels en hun kuituur in Zuid-Afrika. Het elektrisch licht De gloeüampran Swan. Ook iets over bet vegetarianüme. Het trekken der dieren. De eenvoudigste spreek-telefonen. Een nieuwe wfiz« Taa verwarming. Oe kolibri's. De mikrofoontalefoon Tan Blake. ? De elektrische ameltovan Tan Dr. W. Siemens. Het poollieht. MeteorologUche waa U Amjtardam.-Be, elaktort«kkkv militaire Kaken. EEN SLECHT SCHUTTER SCHIET HET BEST MET EEN REPETEER-GEWEER. In 't laatst van 't vorige jaar zag in Duitsohland een uitmuntend werk bet licht, dat den volgenden titel (Vaagt: .Die Repetir-Gewehre. Ihre Getohiohte, Entwiokelong, Emrichtung und Leistungfahigkeit. Unter besonderer Ber cksichtiguug amtlicher Schieasverauohe und mit Benutzung von Originalwtiffen dargestellt" Dit werk, opgehelderd door 56 boutaneden en vele tabellen, u ia ons land te verkrijgen tegen den prijs vau ?4.70. Eene eigenaardigheid er van ii, uut de schrijver zyn naam niet bekend maakt, of.choon deae vernioedely'k in Duitachland een goeden klank tal hebbeu, en aldaar tbani geen geheim meer zal «ijn. De titel van het boek geeft den inhoud joint weder. Achtereenvolgens worden er in behandeld: 1. De ontwikkeling der repeteer-geweren tut de invoering dor patronen, waarbij ilo gasafsluiting door middel vau de huil wordt tot stand gebracht. 2. De ropeteer-geweren gedurende den Amerikaanschen burgeroorlog, en hunne invoering in Europa tot het jaar 1871. 3. De repeteer-geweren sedert den FranichDuitscheu oorlog. 4. De niet zeli'werkende, benevens de zelfwerkendo snellnders. liet geheelo werk is belangrijk uit een militair oogpunt beschouwd, terwijl bovendien tal van gegevens en beschouwingen, ook voor ons land, een publiek belang hebben, ten minste voor hen, die er prijs op stellen Nederlander te zyn, en voor wie het dus waarde heeft te weten welke maatregelen er ten opzichte der bewapening ge nomen kunnen worden, om ingeval van oorlog ons volksbestaan te verzekeren. De krijgsgeschiedenia toch geeft menig voor beeld aan, waarbij verschil in vuur-snelheid tusschen twee wapenen een beslissenden invloed' hoeft uitgeoefend op het lot der strijdende par tijen. Om een dezer voorbeelden aan te halen: in don veldtocht van het jaar 1866, waarin, tusscho do geweren vnn Oostenrijkers ea Pruisen, een verschil in vuursaelheid bestond van l tot 4 of 5, is dt'üe verhouding terug te vinden uit eene ver gelijking van de grootte der wederzndsche ver liezen ; deze verhielden zich namelijk als 4,43 tot 1. Velen meenen zeer ten onrechte, dat het geen nut heeft om bijv. meer dnn 8 schoten ia de minuut te kunnen doen, aangezien een grooter aantal munitie verspilling zal wezen, of wel dat het geen waarde heeft een minder geoefend schut ter een juist-schietend en anel-vurend wapen in haudun te geven. De praktijk heeft echter hot tegendeel bewezen, en theoretisch is het laatste door den Beierscheu Majoor Mieg op de volgende wijze aangetoond. Wanneer men drie geweren A, B en C heeft, waarmede men respectievelijk 12, 15 tot 16 en SU tot 22 schoten in de minuut kan doen, heeft men voor ieder schot ongeveer 5, 4 en 3 seconden nóodig. Wil men nu mot alle drie geweren slechts 8 schoten per minuut doen, zoo heeft men hiervoor respectievelijk nóodig 40, 32 en 24 seconden: voor het richten by ieder geweer blij ven er dus 20, 28 en 36 seconden over of 2's, 3Vüen 4'/s seconde per schot. Met het snclstvurend geweer heeft men bijgevolg den meesten tijd over tot richten, wanneer men genoemd bepaald aantal schoten per minuut wil doen. Een geoefend, zoowel als een minder geoefend schut ter zal daarvoor met het geweer C het beste schieten. Van alle landen in Europa, waar gehecht wordt aan eene goede bewapening, staat het kleine, maar vrijheid» lievande Zwitserland bovenaan. Daar heeft men steeds erkend, welke voordeelen er aan eene bewapening met uitstekende geweren verbonden zün, en ook thans weJer met juisten blik de voordeelen ingezien, die repeteer-geweren hebben boven eenvoudige achterladers. Na tal van proefnemingen is daar voor de bewapening van het geheele leger het Vetterli repeteer-geweer ingevoerd, een wapen, dat een kaliber van 10,4 m.M. heeft, en een magazijn dat 12 patronen kan bevatten (model 1875). Het geweer, geladen met 13 patronen (én in den loop), weegt slechts iets meer dan ons Beaumont-geweer, bovendien verschilt de prijs niet veel. In Frankrnk is by de marine een repeteer-ge weer, fttelsel Kropatschek, ingevoerd, dat nage noeg dezelfde patroon heeft, die by bet leger in gebruik is. Men ging daar van hekdenkbeeld uit, dat voor den dienst ter zee een repeteergeweer zeer gewenscht is. By landingen, ge vechten in sloepen, enz. komt do marine in toestanden, waarin bet overwicht der bewapening moet aan vullen, wat aan het gering getal der manschappen ontbreekt. Tengevolge van deze invoering worden thans by het leger proefne mingen op groote schaal genomen met repeteergeweren. In Oostenrijk heeft dit laatste «veneeus plaats vnorüMnelyk tusschen de s'eliels Kropatschek en Bpitalsky. Eerstgenoemd stelsel zal aldaar ver moedelijk ingevoerd warden. Wat er in Duitschland op dit gebied plaats grijpt, is grootendeeh gehuld in esn waas van geheimzinnigheid. Men kan echter zeker zjjn, dat in 't vooruitzicht van een revanche-oorlog met Frankrijk, daar ook niet stil gezeten wordt. In Zweden en Noorwegen is sedert 1677 by de marine het minder goede repeteer-geweer KragPetterson ingevoerd, terwijl in 1881 voor het leger ia aangenomen het zeer goede, stelsel Jarmaun. Met laatstgenoemd geweer, dat een kaliber heeft van 10.15 m.M., kan men zelfs tot opeen afstand van 2800 M. schieten. In Spanje, Italiëen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika worden proeven op groote schaal genomen met repeteer-geweren. Ia eerst: genoemd rijk ondar andere met het geweer stelsel Evans, waarvan het magazijn 26 patronen kan bevatten. . Wat Turlqje betreft, d» enorme verhezen, die de Ruisen voor Plewna leden, fijn bepaald toe te schreven aan de goede achterladers en repe teer-geweren, die de Turken toen reeds hadden. In 't vorige jaar heeft, ten behoeve TUI Tur kije, .weder eene bestelling TUI 32000 repeteergeweren plaats gehad. ? Het ii hier niet de geschikte plaats om over dit alles, en nog meer, beschreven in gemeld werk, langer uit te weiden, evenmin om van andere luiden te inreken, waar hetzelfde streven heersoht om repeteer-geweren of «nelladers in te voeren. Slechts doelen wfl nog de slotbe schouwing van den schrijver mede, die aldus Itüdt: De infanterie TBS dat luid, alwaar het repe«teer-geweer voor het eerst in verbinding met eene goed werkende kartets-patroon ingevoerd .wordt, ui op het slagveld der toekomst hètselfde overwicht bezitten, dat da Pruisische infanterie, in het Jaar 1866, bad tegenover d* met trompladert bewapende Oostenrijkers en Zuid-Duit.tcherf." Slaan wl) thans een blik op onl land. Hier hebben in 't afgeloopen jaar, büde NormaalBebietwbool, «el proefnemingen pUats gehad met repeteer-geweren en melladeri, maar daar dit op eene kleine schaal geschiedde, komt de geweer-quaestie blijkbaar voereertt niet aan de ed* TM. den. dag. MflUóeawa wwden besteed om forten te bouwen, doch al dat geld is weg* geworpen, wanneer er ge«u goed geoefeude en gewapende mannen xün om die forten te verde digen. Ons leger alleen is hiertoe te swak, terwjjl onze infanterie langzamerhand achter raakt wat de bewapening betreft. Onze schutterij is ongeoefend, en gewapend met een geweer, dat men te vergeeft «elft bij de Turken zal ?ooken. Bovendien bestaat er geene eenheid. van patroon by leger en schutterij. Wanneer men vergelijkt, hetgeen er op mili tair gebied in andere landen plaats grijpt ntet wat Dij ous geschiedt, cal menigeen tot net be« sluit komen, dat iaën elders veel oorlogtuchtiger, dus slechter, is dan wij, of wel, dat «non daar vrüdom is, terwijl wij natuurlijk de wijsheid in pacht hebben. Het oordeel, dat onze naburen over ons vellen, zal daarentegen vermoedelijk wezen, .dat wij slapen, of Kiende bliud züii, hoe wel zy, op onze woorden afgaande, nooit aan onze vaderlands- en vruheidshefde zullsn twijfe len ; want hebbeu wij niervan niet steeds den mond vol? J. R. C. MEDEDEELINGEN UIT DEN VREEMDE. Het plan bestaat, in het DuiUche rijk, om in het jaar 1882?1653, even als zulks ten vorige jare plaats had, de tienweeksche oefening der ss. g. .Ersatz-reservisten", gedurende de herfst maanden te doen plaats hebben, en wol op zoo danige wijze, dut iy in het begin van November, wanneer do rekruten-oefeningen beginnen, zal afgeloopen zijn. Verder is men voornemens de in dit jaar eveneens plaats grijpende tweede vier weken-durende oefening, zoo in te richten, dat zügedurende de laatste vier weken der tienweeksche oefening plaats heeft, terwijl de oefeningen van hen, die het beroep van ach pper uitoefenen, eerst in het winterbalfjaar 1882 83 zal plaats vinden. Wat betreft de tienweeksche oefening der Ersatzreservisten \yordt de wensch uitgedrukt, dat. deze niet, zooali ia het afgeloopen j Aar bij enkele leger korpsen het geval Was, langer zal duren dan tot tiet begin der oefening van de rekruten. Men merkt op, dat de daardoor veroorzaakte gelijktijdige oefening voor Enatz-reterviaten en rekruten niet alleen oorzaak is, dat door de gelijktijdige afgave van het noodige voor de oefemug benoodigde kader, zoomede van de voor het oefeningsdoel dienende terreinen en lokalen nauwliïks te over winnen zwarigheden, ontstaan, maar dat daardoor aan de goede en doelmatige oefening van beide eategoriën van militairen' benadeeld wordt. Als toelichting op het bove-xtaande diene m 't bijzonder voor onze nie* militaire lezers, dat de Eraate-reserve 'm Duitschland, bestemd is om, by ongewone behoefte, het leger voltallig te maken. De Ersatz-reierveplicht is derhalve ai plicht, by zulke buitengewone behoefte in het leger te treden. Hy duurt van af het oogei.blik van overgang in de Ersatz-reserve tot aan het voleindigd» 61'" levensjaar. De Ersatz-reserve wordt verdeeld in tweo klas sen ; de Ie klasse dient om het leger voltallig te maken in geval van mobilisatie en ter vorming der Ersatz-ti oepen. Bij deze Ie klasse worden jaarlijks zooveel manschappen ingedeeld, dat na vijf jaren, onder alle omstandigheden, in de be hoefte' een er eventueele mobilisatie kan worden voorzien. By voorkeur worden daarvoor die per* sonen genomen, die degelyk genoeg gevormd zijn, maar als overconipTeet niet ingedeeld kun nen worden; verder die dienstplichtigen, wier huiselijke' omstandigheden, in geval van oorlog, eene bijzondere toegevendheid rechtvaardigen, e slechts voorwaardelijk goedgekeurden en ein delijk zy, die slechts tijdelijk onbekwaam *ün de wapenen te dragen. Alle dienstplichtigen, die tot de Ersatz-reserve zouden moeten benooren, maar als minder ge schikt of overcompleet niet bij de E.-R. Ie klasse zyn ingedeeld, worden ingedeeld bij de E.-R. 2e klasse. De manschappen dezer 2e klasse zyn in tyd van vrede, van alle militaire verplichtin gen vrij. In t»d van oorlog eouter kunnen zij, in geval van buitengewone behoefte, gebezigd worden om het leger voltallig te maken. Tot deze klasse behooren bovendien de manschappen der E.-R. Ie klasse, die gedurende vyf jaren by de Ie klasse ingedeeld zijn geweest Si BIBLIOGRAPHIE. Militair Blad. No. 5. Opstellen. Regeling van het mil bij de wet liet aardappelschilwerktuig. Mededeelingen van verschillenden aard. De formatie van het leger in -Nederlandsen Indi (Vervolg). De benoeming van aapirant-officieren en de regeling van bet militair onderwijs in Kederlandsch Indië. Berichten, Benoemingen enz. SCHAAKSPEL. No. 18. V»n Ace Perdn ta Jlidretto. aWABT. a. b. «. d. e. f. g. b. WIT. ? WU speelt toor eo geeft In 8 zetten rott. Oplotting van Schaakprobleem No. 10. l D 8 D i H 8 O 5 3 D D 8 ad Ubltam 8 A 5 1)3 of A 5 D 8 mat NAGEKOMEN OPLOSSINGEN, Tan No. 9. Goed waren dia van H. E. E, an O. M. D. ta Amatardam (van No. S tie opmerking; ondsr onze oploaslng); E. ta Brlelle; v. D. ta Honsholred(jk; K. O. te'» H*«e en H. te Delft. Van No. 10. Juist» oplosalcmn van Taoqaas; Mej. H. O. B.; Henrli Duo: Een paar liefhebber»; Mr.ïJLL.BL; Ben onarvaran aohaakapalar, allen te Amatardam; Jtr. A. L. . t» Z.j B. te Leiden (Termoedeljjk da letter gebroken ondar 't afdrnkken); X. F. D. ta Helder; T. F. O. M Bottardam; llavr. K. t, K. te Kampen en H.B.E. te Amaterdam. . . _ Tan No. 10. Goed waren dia vaa Anna ta Veenendaal;Lltavr. B. ta 'sHaga (Btj No. 8 ontglipt U de iel 8 T t 8 D 8 mat); R, B. te Dolft; B. v. W. te Colamborgi B. ta Br.; B. ta Zwartalols; H. ta Delft; C. K. D.; da bolde W'«; H. P. K.; Kat a's vieren, an J. J. B. H. No. 9 an 10, ta Amatordam. No. 11. Een bekroond probleem kan baxwaarUJk door aan plattt oplewilng ontknoopt worden. Er ia nog t|jd voor W. an een paar liefhebber», om bat jolato tegenapal ta coakan. Hanri jolat. maw ta weidt: varia&taa. K. B. goed, (Er ataat abnrief No. It). BEIEFWI88ELINO. H. S. E. No. 13 cal ow probleem rfln. Mevr. i K.,?No. 14 ia roos U bastand. Ko. 247 DE AMS-T-BRD A M M B B, -WEEKBLAD VOOK KEDERLAND; (Sohefs uit Jutland door Alexander Eieüand). Er wal een» in de herberg van Krarup een meiije,' genaamd Karen. Zy zorgde geheel alleen voor de bediening de gatten, want de kastelaines liep by'na altijd rond uanr baar a'.eutela zoekend. En er kwamen velei in de herberg Tan Kramp, zoowel menschen ui de buurt, d-e zich daar Tereenigden wanneer h donker begon te worden op herfstavonden en in de gelagkamer koffie-punch zaten te drinken, zonder een bepaald doel, als reizigers en wande laars, die blauw van de koude en doorwaaid, me de voeten stampend binnentraden om zich iets warms door de keel te gieten, zoodat zy het weer tot de volgende kroeg konden uithouden. Karen echter kon het alleen wel af, hoewel zi heel kalm heen en weer liep en nooit haast scheen 4.o hebben. Zij was klein en tenger, nog bijna een kind ernstig en niet spraakzaam, zoodat de handels reizigers geen behagen in haar vonden. Maar de bedaagdere lieden, voor wien bet bezoek aan de herberg een zaak Tan belang was en die er 01 gestela waren de koffie, die zy hadden "besteld spoedig eu kokend te kry'gen, hadden Karen te liever, En wanneer »y tusschen-de gasten door gleed mot haar presenteerblad gingen de welge dahe in baai gekleede gedaanten uit den weg men naakte plaats voor baar, het gesprek stokte een uonenblik en iedereen keek haar na; ze was -'- -oo bevallig! en had van die groote grijze oogen, die n ju aan te zien en tegely'kerty'd ver, zeer aan gericht schenen, en haar wenkbrauwen . sterk gebogen, als of ae zich in hooge over iets verbaasde. omden dachten soms dat Koren niet goe< ind wat zy besteld hadden. Maar zij hoorde en vergiste zich nooit Ze had alleen iets srlyks, alsof ze heel in de verte naar iets of luisterde, of wachtte, of droomde. wind.kwam uit het westen over hetvlakk Hy bad breede, dikke golven over do zee iteld; vol zout eu vochtig van den schuim jy zich op de kust geworpen. Maar in de > duinen met het lange helm was by droog ( eu eeu beetje moede geworden eu toeu ) herberg Tan Krarup bereikte had hy noj kracht genoeg om de poort Tan den sta ;n openspringen. de poort sprong open en de wind vulde de i rttmte en drong door de keukendeur, die i kier stond. En ten slotte werd de drukking e lucht zoo sterk, dat ook de pooit aan dei an Jiant van den stal opensprong. Eu nu de weatewind triomfantelijk er door heen de lantaren, die onder de zoidenng hing en. woer zwaaien, rukte den stalknecht de ?yan het hoofd en wierp die naar'buiten in oistemis, smeet de paarden do dekkleedeu den kop eu woei een kip vau de kippenladi deu wuterbak. En de haan hief een vreese«schreeuw aan, de paarden werden onrustig den vonken uit de steenen spatten, zelfs d< die zich dicht by de kribben op een hoopje ?eneateld, om dadelijk er by te zyn wau?' haver werd neergeworpen, begonnen te en de wind loeide met oen helschlawaai, ju paar mannen uit de gelagkamer kwa..ch met den rug tegen de deuren van d< klemden en die deden dichtgaan, terwy m uit de groote tabakspypen hun iu den vlogen. deze daden te hebben volbracht, wierp de zich op de heide, vloog langs de diepe alool hudde de postkar, die ny'ongeveer een halve van de herberg tegenkwam, geducht door at beeft hij toch altyd een vreeselyke haast de herberg van Krarup te komen" bromde istillon Anders en liet do zweep over de ende paarden gaan. vnt wel voor den twintigsteu keer had de icteur het raampje laten zakken om hem toe te roepen. Eerst was het een vriend? ' ;opely'ka uituoodiging geweest op koffie, punch, , 'echter was de gemoedelijkheid steeds vermin:: J, het raampje, werd rinkelend naar beneden .ten en eenige korte opmerkingen werden paarden en koetsier toegeduwd, die ten minste ? ?i< laatstgenoemde niet zeer vleiend konden : 'e wind echter streek langs den grond en ), onheilspellende zuchten stegen uit het i heidekruid op. Het was volle maan, maar raren dikke wolken aan de lucht, zoodat .ts een flauwe lichtsohyu over den nacht lag :.u-otpreid. l ;hter de herberg van Kramp lag het donkere :?'( met de zwarte turfhoopen in de diepe, ge. -.'..-iijke kuilen. Eu tusschen de bosjes van heide kruid slingerde zich een streep gras, die er uit zag als een weg, maar het was geen weg, want hy eindigde plotseling in een kuil, die grooter en dieper was dan de anderen. In het gras lag een vos plat uit op den grond «u loerde, «n de haas Irapuelde Tjiig over de heide. De vos kon gemakkelijk nagaan dat de haas 200 laat in den avond niet ver in het rond zou loopen. Hy stak zyn kop Voorzichtig in de hoogte en maakte zijn berekening, en terwijl hy' in de richting vau den wind terugweek om een goede plaats te v|uden vanwaar tuj kon zien waar de haas den cirkel zou sluiten en zich neerleggen, dacht hy by zich zelf met zelfbehagen, dat de vossen toch steeds slimmer en de hazen steeds dommer werden. Daar binnen, in de herberg, was een buiten gewone drukte w»nt een paar handelsreizigers hadden een gebraden baai besteld, de kastelein was voor een verkooping .naar Thisted gereden en zyn vrouw was niet gewoon zioh met iets anders te bemoeien dan met de keuken. Nu trof het ongelukkig dat de advocaat den kastelein wilde spreker, en daar deze niet thuis Was moest de Trouw een lang relaas aanhooren n een lioogst gewichtigen brief in ontvangst nemen, het geen haar heelemaal Tan streek bracht. By den haard stond een vreemde man, in een geteerd matroze&pak, en wachtte op een flesch Sodawater"; twee vischhandelareu hadden voor den derden keer cognac by hun koffie gevraagd, de knecht van den herbergier stond met «eu lantaren iu de hand en wachtte op een lichtje, en een lange magere boer volgde Karen met angstige blikken: hij noest 63 oere terug hebben van een kroon. Karen echter kwam en ging, zonder zich te reppen en zonder een abuis te maken. Het was xjnbe-dry'pelrjk hoe ze alles uit elkaar wist te nouden. De groote oogen en de gewelfde wenk brauwen deden denken dat *ti in spanning ver keerde; het schoone fijne hoofd hield ze stil, alsof ze zich niet in de war wilde laten brengen door alles waaraan zU moest dunken. Haar blauw wollen japon was haar te nauw geworden; bet balsboordje senrynde een beetje de huid en vormde een smalle streep laan den bals, onder de haren. ,l»o meisjes van Agger hebben zulk een blanke nmd", zeido de eene vfachhandelaar tot den ander. Ze waren jong en aprakeh als kenners over Karen. Iemand stond aau bet raam; by keek uaar de luok en zeide: de post is vroeg Tan avond." ?Men hoorde de kar rollen over de straatstee»sn; de staldeur werd geopend en de wind icbudde weer aan alle deuren en joeg dwn rook uit de Haard. Karen kwam uit de keuken juist toen de deur Tan de gelagkamer opeu ging. De conducteur trad binnen en begroette de gasten met een Goedenavond". --? ? Hy wu een lange, mooie man met donkere oogen; een krullende zwarte baard omly'rtte zijn gelaat en golvend baar bedekte het kleine hoofd, Zyn lange geplooide mantel Tan prachtig rood deenicb laken was versierd met een breeden kraag Taa zwart hondenleer, die o ver de schoudert viel. Al het licht van de twee zwakke pannnelampen, die boven de tafel bingen, scheen ileh ver liefd op de roode kleur te werpen, die by al het grijs en zwart in het vertrek zoo scherp afstak. En de lange gedaante met het kleine gelokte hoofd, deu breeden kraag en de lange Aurpere plooien werd in deze lage, door den rook besla gen kamer tot een wonder van pracht en schoonheid. Karen kwam snel tut de keuken met baar pre* senteerblad: zjj hield bet. hoofd naar beneden terwijl zy Tan den eenen gast naar den andere snelde, zoodat men baar gelaat, niet zien kon. Zy zette den gebraden unas voor de vischhandelaara en bracht den twee handelsreizigers in het aangrenzend vertrek een flesoh sodawater. Toen gaf zy den bezorgden boer een vetkaars en terwyl zy weer heensloop duwde zy den vreemdeling büden baard 63 oere in de band. De kasteleines was wanhopig; wel bad ze geheel onverwachts haar sleutels gevonden, maar onmid dellijk daarop had ze den brief van den ndvokaat verloren en nu ontstond er in de gelagkamer een grenzelooze verwarring. Niemand had gekregen wat hij besteld had, allen riepen door elkaar, de handelsreizigers schelden onophoudelijk met de tafelschel, de vüchhandelaars lachten zich half dood over den gebraden baas, die voor hen op een schotel pronkte, de bezorgde boer klopte do kasteleioes met de vetkaars op.den schouder, hy' was _ zoo boos als een kalkoensche haan. Eu in al die verwarring was Karen spoorloos verdwenen. De postillon Anders zat op deu bok, de stal knecht stond klaar om de stalpoort open te doen, de reizigers in de postkar werden ongeduldig even als de paarden, hoewel hun goen genot wachtte, en de wind gierde en floot door deu stal. Kindelyk kwam de conducteur, waarop men wachtte. Hy droeg zyn grooten mantel over den arm, toon hij de kar naderde en verontichuldigde zich kort over zyn wcgblyven. Het licht viel op zyu gelaat, hij zog er zeer verbit uit, hetgeen hy zelf ook lachend toegaf, toen hy zyn mantel aandeed en naast den koetsier plaats nam. De poort ging dicht en de kar reed weg. Anders liet de paard on langzaam gaan; er was nu ook geen haast meer. Van tyd tot tijd keek hy schub naar den conducteur naast hem, die iiog stil in zich zelf lachte, terwyl de wind hem door het haar streek. De postillon lachte ook op zyn manier en mis schien dacht hy er het zyne van. De wind vergezelde de kar tot aan een krom ming van deu weg en streek toen weer over do vlakte en lange onheilspellende zuchten gingen door het dorre heidekruid. De vos lag op zyn post, alles was precies berekend, de haas moest gauw komen. Binnen in de gelagkamer, was Karen eindelijk weer voor den dag gekomen, en langzamerhand hield de verwarring op. De bezorgde boer werd van zijn vetkaars verlost en kreeg zqu 63 oere en de handelsreizigers vielen op den gebraden haas aan. De kasteleines pruttelde een beetje, maar be keef Karen niet; niemand had Koren kunnen knorren. Kalm eu zouder zich te overhaasten liep zy heen en weer en de gemoedelijkheid, die steeds haar schreden volgde, verbreidde zich ook nu weer over de gezelfioe, half verlichte gelagkamer. De beide vischhandelaars, die na hun eerst glaasje cognac, nog een tweede brjde koffie had den besteld, waren heelemaal van haar bekoord. Haar anders bleek gelaat was een beetje ge kleurd, eu verhelderd door den weeracbyu van eeu half bedwongen lach en wanneer zy de oogen opsloeg werden de mannen er raar van. Toen zrj echter merkte dat hun oogen haar volgden, ging zy naar de kamer, waar de haudelireiziegers gezeten waren en begon eenige theelepeltjes .aan het buffet om te spoelen. Hebt ge op een conducteur gelet V" vroeg de eeu der reizigers: Neen, ik zag hem maar eventjes in het voorby'caan; hy ging zeker dadelijk weer naar buitenr. antwoordde de ander met een vollen mond. Een verduivelde mooie kerel l Ik hab zyu bruiloft nog meegevierd." Zoo, is hy getrouwd i"' Ja, zyn vrouw woont te Lemvig; ik geloof dat ze twee kinderen hebben. Z\j was de dochtervan den herbergier te Ulstrupp, en ik kwam daar juist op den avond van de bruiloft. Nu dat was een vrolyke avond, dat verzeker ik je!" Karen liet de theelepeltjes vallen en ging naar buiten. Zij hoorde met wat haar in de g lagkamor werd achterna geroepen; zy ging over do plaat» naar haar kamer, sfoot de deur en begon ualf bewusteloos het bed op te maken. In den donker stonden haar oogen star, zy betastte zich bet hoof d,.'de borst; zy steunde, zy kon het niet beffrypen, niet begrijpen. ... Toen zy echter de kasteleines klagend hoorde roepen: Karen, beste Karen!" snelde zy naar de plaats achier het huis en naar de heide. In- bet halfcics&r fÜSZSrdd eieh ds «malle streep gras ttuschèu het heidekruid alsof het een weg -was, maar het was geen weg. Niemand moest bet voor een weg aanzien, want het leidde on verhoeds naar de groote kuil. De haas sprong op, hij had iets hooren plassen. Als bezeten rende hy' m lange sprongen voort; dan eens met opgetrokken, dan met onbegrijpelyk uitgestrekte pooten huppelde hy als een vlie gende nandharmonika over de heide. De vos stak zyn spitsen kop naar. boven en staarde verbaasd den haas na; hH had het plassen niet gehoord. Want volgens alle regelen van de kunst was hy dicht by een diepe kuil geslopen, en daar hy zich niet bewust was een f out te heb ben begaan, kon hy het gedrag van den haai in het geheel niet begrijpen. Lang stond hU met den kop naar boven en het achterlijf »aar beneden, de dikke staart in het heidekruid verborgen, en bj begon zich zelf af te vragen of de naaén dimmer, dan wel of de vossen dommer waren geworden. . Maar toen de westewind een grooten alstand had afgelegd ging by over in een noordenwind, daarna in een oostewind, dan in een znidewind eu kwam ten slotte weer over de zee als weste wind, wierp zich op de duinen en lange onheil spellende zuchten gingen weer door bet dorre heidekruid. Maar in de herberg Tan Krarut» miste men een paar verwonderde grijze oogen en een blauw wollen japon, die te nauw was geworden. En de kasteleuiws jammerde meer dan gewoonlijk, zy kon het nitjt bejmjpen niemand kon het be grijpen, uitgezonderd de postillon Anders en nog iemand. Wanneer echter onderen van dagen de jeugd ernstig willen waai schuwen, plachten zy' sonu aldus te beginnen. Er was eens in de herberg Tan Kramp een meisje, genaamd: karen". BRAK DE KOORZANGER. Voorheen had de grgBéveste van Gyabreoht, beer van Aematel, het voorrecht een Italiaansch operagezelschap te bezitten, by de Aeadtelbewonen beter bekend onder den naam Tan Italiaandert (Italianen). De onden van dagen zullen zich n berinneren, hoe de Damplinis, Donatelut en een maal de gevierde Signora Persiani aller harten in verrukking brtobten door bun heerlijk stem geluid. 't Was in van Lier1! Schouwburg en later, by J. Eduard de Vries zaliger" dat ae zangen en zangeressen Tan Italiëmet haan* grootste talen ten aan het nederlandsche publiek zoo vele onvergetelijke uren van rijk kunstgenot mochten verschaffen. By al dat ichoone was er steeds een ontvettend contrast, te weten: de Koor tang. De leden van beider kunne Tan dien zang, waren meest allen oude gedienden, welke in de kunst vele veldsla gen meemaakten nnd manchen Storm erlebten en, nnter Jceine Bedvngung zich met hunne Sint-Helena medalje Taa 't tooneel Maden heb ben teruggetrokken. De meesten van 't corpus delict! waren negooietnannen, den handel in zoete appelen drijvende, Destyds zeer winstgevend. De appelen wagen en 't tooneel-waren hun aller levens-bronnen. Les extremes se tonche.nt, mais ne ie reaemblent pas, zegt 't spreekwoord. De traktementen van den kooriang waren destüds zeer gemoedelijk. Een haantje de voorst* oi chef de file verdiende 4 zegge: vier a vul Bchollingen per avond en had bet recht om 't praedicaut van meneer te mogen voeren. De brigade-generaal was in die goode dagen tehrc Bram welke zeer taalkundig was. By Duitsche operas zong hij in Schillers taal. Büde Italianen voegde hy by 't Duitsch" een » ol een o om er de taal van Dante d'Alighieri van te maken, en, summa summarum, liet hy by de fraueche uitvoeringen de taal geheel en al weg en zong alleen de wijs. Bram was leuk in oogenblikken van tcunst-crtaia. De maestro-di-canella of orkertmeesser, had by zijn ambt als Chorfuhrer" de zeven plagen van Egypte klein to krygon, en, betreurde ecker dtkvijtis zyn vaderland eu de macaroni. De koorzang was destijds iets wat veel geleek op.... een moord; men had niets anders on men moeat het zich wel getroosten, 't Waren letterly'k osseu-dryvers welke op de planken kwamen. Houding en gang waren beiden onbeschaafd, en deden de Itauaannche Signori en Signorine nu en dan hartelyk lachen. lu lloasini's Suuiiramide schreeuwde Bram in 't ccrkte bedrijf onophoudelijk: Alla viva Weatfoli, la Westfolil hetgeen moest beteekenen: Leve ons feest, lev« 't feest. Een Keulsch handelsreiziger vroeg my, of de handeling der Ofeta plaats had iu West falen, en, toen ik hem daaromtrent inlichting gaf, zeide by lachende tot mij: So kapn Jedermanu Italienisoh aingen 111 De liaveliugsoperas van Bram waren die, waarin hij als ridder verkleed een degen mocht dragen, don deed hij zich te goed bij dezo of gene schermutseling en was als veldheer de evenknie van Julius Cesar. Dikwijls gebeurde het den fieren borst om op 't einde van een groot slotkoor (dat om 't leven werd gebracht zoo crimineel slecht als 't gezongen werd) met de punt van zyn degen in echte Furia de partituur van den orkestmeester om vertesteken. welke dan vry kwaad over die handelwijze een donderend sacramento liet hooren,- Bram gi&g echter voort en gaf aan het publiek een lichaamsgymnastiek te zien die menigeen hartelijk deed lachen. Alleen in de hemelache spheren (op de achellingsplaata) werd Bram's tragisch talent door een luid appUus gewaardeerd; m«& vond hem een groot ortist Wat meen je? Op zekeren avond vervulde hy in partibus infidelium" de rol van den bruidegom in Lucia de Lammermoor eu ontving toen van de PrimaDonna een rijksdaalder a titre d'enconragement. Destijds waren de dagen en de levensmiddelen goedkoop en stond ?21/» gelijk met een tientje 't Was wel geenhuweljj een uitxetie, maar de go nora vond algemeen approbatie onder het uit verkoren volk. Vau dien dag af werd Bram hoogmoedig, voor de collega's lastig, en, wanneer zy nan Bram im Judenviertel tegenkwamen, dan vroegen zy hem ironisch weg; Meneer, wie is 'U? Bram als solist hebbende meegewerkt,"geloofde thans den weg te kunnen bewandelen van Wat tier en Snoek, want men vond dat Bram goed speelde, maar zeer zwak was vau stemgeluid. Voor het eindigen van het speelseizoen had Bram op den Vy'genrlam door te veel twist en geschreeuw- by 't artikel Renet apptien, zijn stem verloren, tot algemeen genoegen der overige leden van Bram's koorpersoneel op Skouwburg*'en, na een hartroerend afscheid te hebben genomen van de kunstvrienden en vriendinnen welke hy allen -kammeraden van de ideljaaniche opera" noemde, keerde Bram tot 't dramatische en choregrapbische leven terug eu speelde op liefhebberij komediën den jeune premier in de roddevidljes (vradevillés) en den hai'likein (arlequin) in de boelletten (bal letten). ? Versta je? De Prima-Donna assoluta schonk aan Bram een cortumo complet, terwyl de nobili signori hem vereerden met half versleten jassen, broeken en hoeden. Die plunje maakte op sjabbes van onzen Bram een echten Impreseario, een tweeden Strctkosch. Rapenburg werd daarna te klein voor den groo ten man die zooveel in vreemde zangspelen had daargesteld, en, eens den bruidegom mocht spelen van Lucia de Lammermoor. Bram- was algemeen bekend. Zün gelaat had veel weg van den mandril van Natura-artis-magistra; zekere signora P.... noemde hem op de repetitie'^: Le repr sentant des tept péchés capüavx. Bram droeg op 't tooneel altyd kort goed om toch vooral in het oog te loopen. B|j de schutterij werd hy door kolonel A.... menigmaal als guide gebruikt, trant een goeden Toorgevel (neusjF bezittende, was hj van alle schutten" Ie pomt de mire. Riep de kommandant: Let op je Toorman, dan was de neus van Bram de wegwgier! Bram 's levensdagen werden geëindigd tn de Botermarkt, metteer lief l als boekverkooper, ter wijl een kwart Tan de 50,000 (vijftig duizend) op den oudendag veel suiker voor de roode kool gaf, dat wil zeggen: dat onze ex-zanger een zoeten dood tegemuet ging, Bram kreeg geen monument, doch op den dag ey'ner ter aarde bestelling vergezelde hem de geheele Atasterdamaobe appelenmarkt en een legio mannelijke en vrouwelijke atamgenooten, en sedert mj een kwart Tan .de 50.000 had getrokken noemde men bent een braaf man. Met Bram stierf'uit AmsttVt Journal poitr rire, genaamd: d' oude joodtohe koorzang der afwisselende opéra's opskouwburg. F. G. ook veel minder e wil der nobele sigAllerlei. De artikel* in Set Hanaehblad over Emigra tie en atoomvaart naar Zuid-Afrika" sim afaondertyk verkrijgbaar gesteld, om als brochure verspreid te worden. fifflkeni; en Toorwoord rekent de Commissie, die zich tot dat 'doel heeft gevormd, bij bare po gingen ook «p den steun dn Vereenigmg tot be vordering der belangen van Zuid-Afrika, welke met baar optreden onmiadelgk is in kennis ge steld. In antwoord beeft het beiftmr der ver* reniging bare warme sympathie betuigd voor elke onderneming en elk streven, dat strekken kan tot bevordering der belangen Tan Znid-Afrika en aan de Commissie den besten uitslag toegawenaeht Een inventaris van Gereedschap TOOT en ten behoeve der boerderij, is aan het vlugschrift toe gevoegd; büluidt ali volgt: Po Amen kaansche ploeg Tan Howard K*. 75 Wordt meestal in de Zuid-Afr. Republiek gebruikt (en minstens 12 ploegsebaren.) In de Kaapkolonie werkt men ook met drie- en viertchaars ploegen, en men zegt dat dezelve zeer goed beantwoor den. Stalen Graven en Spaden. Mengebruikt in Zuid-Afrika bijna nieta anderi daa de Graaf met breede punt. Stalen bolle «ehoppea Toor diverse zachte grondwerken enz. Ijzeren pen nen met Bohroefmoeren en verder y*er beslag benoodigd tot bet maken van Eggen. Alle soor ten van moestumgereedschap.?Kore Gaffels, (Dorschvlegels niet bepaald n» Als het kanookDorschmachinMenMiaimachinM niet toebehoorea. Enkele atukken ketting voor ploeggebruik, enz. Sikkels. Zeisen worden bijna nooit ia de Z-A. Republiek gebruikt ze zibn echter nuttig voor ben die er mede werken kunnen. Snoeimessen en dito Scharen voor boom- en tuinwerken. Bakkrui wagens; denke lijk zün ijzeren de besten.?Een molen om Mielies (Maïs) van den stronk af te maken (te doncben) Schroefhiimers, (Engelsche Sleutel). Hand- en Houtbyieu. Eén Mootzaag. Handzagen (fijne en grove). Omslag met Boren. Alle soorten van lange Boren tof een duim Rynlandsch breed, Frikboortjes. Alle soorten Spykers (klem en groot) en Houtschroeven. Allesoor ten Houtscfiroeven, groote en kleine met moeren en schroeven. Bank (of werkschroef). En kele Hamers (klein eu groot), Diverse By'tels en Vylen met hechten. Diverse Nyptangen (ook een paar Draadtangen). Eeu of meer Houweelon. Kogel- en Hagelgeweer met toebehooren. Zadel on toom en verdere toebehooren, (Halster, enz.). Mestvorkon en andere dito. Lettermerk om hoornvee, paarden en tchapen te branden. De voorgemelde goederen zijn allen zeer nuttig en noodzakelyk en kunnen misschien nog vermeerderd worden. Scharen om wolschapen mede te scheeren. Eeu goede Kam van kajatenhout, zou dcnkelyk zeer goed zyn om als model te dienen, daar, naar het schijnt, de in de Z.-A, Republiek gebruikt wordende kamen geen goed model zyn, en daardoor veel schade bij bet maken van boter plaats vindt. Tuinzaden en boomzaden naar verkiezing. Met het inpakken moet een deskundige worden belast en zo moeten niet met zeilschepen verzonden wor den. Een Bttseule of andere Weegschaal (klein) met engelsch gewicht Een Duimstok. Vooral ook eeu met engelsche maat Het Adres der Commissie is: D. H. Schmüll Rapenburg 67, Eene door de bladen niet genoeg te waardee reu bescheidenheid omtrent zyu verrichtingen is door het Ned. Israël, armbestuur iu acht geno men. Sedert 1874 verscheen geen verslag; en revanche - is nu dat over 1875?1881 een dik boekdeel geworden. Het Nederlandsch-Israelietisch Armbestuur te Amsterdam is niet eene zuivere diakoiiie, maar eene instelling van gemengdeu aard. Het voor ziet in de burgerlijke zoowel als in de kerkelyke armenzorg en heeft bovendien drie gestichten onder zyn beheer. Wat de burgerlijke armenzorg betreft, heeft het gedurende nu meer don een halve eeuw Tan de st&d Amsterdam tegen vergoeding overgenomen de verzorging van alle ehoeftigen tot de Nederlandach-Israelietische gemeente behowrende. Het verschaft aan die beboeftigen alles, wat zy als burgerlijke armen zou den genieten van bet Burgerlyfc Armbestuur. Het opvolgen der godsdienstvooschriften maakt een zoodanige regeling noodzakelijk. ? Geen won der dan ook, dat bfl Raadsbesluit van 28?29 November 1877 die armenzorg voor den tyd van tien jaren, ingegaan l Januari 1878, by vernieu wing aan dit bestuur werd opgedragen, dezen keer tegen eene jaarlyksche vergoeding van f 55,000 uit de gemeentekas. De Kerkeraad verleende yan zyn kant te dien einde eeu bydrage van f 18,000 's jaars. Daaren boven heeft het Armbestuur op zich genomen de bedeelingen van kerkeLgken aard, zooals: paaschbrood, tefilin, wakers bij zieltogenden, doodskleederen, lykenvervoer, onderstand aan rouwbedrijvenden, waarvoor het jaarlijks eene «om uit de kerkkas ontvangt. De staat der bedeelden was in die jaren: 1875 12084, 1876 12596, 1877 12768, 1878 13329, 1879 13644, 1880 13494, 1881 13608. Voor ziekenverpleging werd in elke der drie wy'ken n .persoon aangesteld, een arts, bevoegd tot het uitoefenen der drie vakken, genees-, heelen verloskunde. Verlaten kinderen en weezen werden behalve m de gestichten, pok te Gouda, te Zutfen, te Weesp, en elders besteed. Voor doofstommen werd te Groningen, en te Rotterdam plaats gevon den, voor blinden bestonden in bet gesticht al hier door de eischen van den Isr. godsdienst te groote bezwaren. Renteloos voorschot werd verstrekt op 12076 aanvragen, aan 712 werd niet voldaan. Met de beschrijving van verbouwingen en stichtingen Tan aanzienlijke nieuwe gebouwen, (ziekenhuis; oude mannen-en vrouwenhuis, terwyl de bouw voor een nieuw krankzinnigengesticht voorbereid wordt) en vermelding van een aantal giften en legaten (waaronder enorme) sluit het rerslag, dat van de doeltreffende inrichting der armverzorging en den tiver Taa het Bestuur de Tolkomenste bewijzen levert. Het verslag aan de leden der Vereeniging tot verbetering der Kleine Kinderbeicaarplaaüen rondgezonden, brengt in herinnering, dat bet in Juni van dit jaar tien jaar geleden zal zyn, dat dis eente bewaarplaats ia de Vinkenstraat geopend werd. Meer en meer wordt van de kinderbewaarplaataen gebruik gemaakt, en worden de moeden overtuigd, dat zy bare kinderen daar geruit kunachterlaten, als zy zelve uit werken ?aan. In 1881 werden ia de inrichting in de Vinken straat 14.142 kinderen opgenomen: in die in de Warmoesstraat 19.463. Het aantal kinderen onder de twee jaar oud, neemt da&r zoo zeer toe, dat er reeds naar eene gelegenheid uitgezien wordt, het lokaal uittebreiden, ter verkrijging Tan meer ruimte en frissche lucht beide zoo nóodig waar zoovele kleine kinderen by'een zijn. Met Teel. dank worden de goede zorgen der doctoren P. J. Bornonw en A. Vdute Jr. ver meld, die geregeld de inrichtingen bezoeken. Behalve de contributies der leden ontving het bestuur eenige groote giften, en de toezegging Taa eea legaat van f 1000 van den heer Jobs. Hilman. Het bestuur bestaat uit de dame*: Mej. F. G. H. Muller, presidente, mevr. Van Bosse-Fock, penningmeeatereise, mej. £. S.Cocd, secretaresse, mevr. Chantepie de la SanaiayeMartin, mej. E. Clausing. mej. M- E. Cool, mej. M. Tan Eeghen, mew. Tlartogh-Aater, mejTH. Heiaeken, mej. C.H. Joosten,mej. J.Tan Kampen, mei. C. Noyon, mej. C. Reynvaan, mei. C.RolahdHolot, mevr. Scholten-Commelin, mej.M. Suriogar, mevr. Testas-Van Gilse, mej. 8. van Toorenenbergea, mej. M. H. van der Vies, mevr. VdnteLamaison, mevr. De Vries-Da Vries, mei, H. E. de Vries, en mevr. Willink van Collea Vaafioaw. directeuren de bh. Z. O. de Boor en J. H /?40.000 barer aandeelen van fÜOO.?, flWÏ- of ?50.?. De gunstige uitkomsten, door de exploi tatie vin hef eerste badhuis Tan deze maatachippU verkregen, hebben het bewfie geleverd, dat door het tegen billijken prijs verkriMbaar stellen Taa baden m eene mnnlgke behoette hier ter stede wordt voonJen. Dit heeft het bestuur doen beeftdten, om. «ooals dit reeds bti de. oprichting Taa net eerste btdhnii in hare oedoeling lag, meerdere inrichtingen van dergelyken aard in andere gedeelten der itad tot stand te doen komen. Ter TerweienlijkiBg Tan dit plan wordt de ge legenheid tot deelneming In de 2e uitgifte van h« maatschappelijk kapitaal, ten bedrage Taa ?40.000, W) openbare inschrijving, in «andeelen Tan ?600.?, ?100.- of ?50.?opengesteld. De exploitatie Tan het eerste badhuis (Binnen-Amttel na 117), heeft de volgende resultaten opgeleverd: Van af de opening (5 Juli) tot SlDecember 1881 werden gebruikt 9935 baden, Urwyl van de 4498 verkochte abonnementskaarten nog 1852 op dat tyditip in circulatie bleven. De ontvang sten bedroegen /"4016.40Vj, de kosten van exploi tatie ?2818.59, gevende alzoo een voordeel» saldo Tan ni96.8li^. ' * Van Januari tot Maart 1882 werden 3334 baden genomen, zoodafr ook in het onvoordeèlig saiioen de exploitatie blijkt vooruit te gaan. Ntet alleen dus als bevordering eener nuttige onderneming, ook zelfs als geldbelegging schijnt het deelnemen aan de nieuwe uitgifte der maatschappij aan U bevelen. Den Wen Jfurt h«rcUcut d« heer A. Dekker, bouw opzichter dezer gemeente, sfjn ISjuiga tmbUbeiUening. Bnrgomeester en Wethonder» reroenltn don jabiluta e«n scbnjrgtmituu met illrer gemonteerd, tour ook ijjn Tikgcnooton mukten hem dien d«g tot een w»r»n feestdag. Dtt ook zijne verdiensten buiten »f op pril* «orden ge»t«td blgkt bicrnlt, dat do HH. J. C. TUI der Kleü, D. Cerlyn * Zn. * J. A. de Haan, Koper A Zwaan, en Crujjff A H. Schouten,, bouwondernemer» alhier, orertuigif vin ±yn >teeda Btrillt rochtviirdipe ndrieien, deh tot eene Commiiwie hebben geTormd. om hem een bljjreDd MDdeiikon uu te bieden, met den weoicb, dat hy nog jiren *Un, boewei moeilijke ttak, «teei» met dezelfde energie mag blaren vervollen. In het Nieuwe Verkooplokaal van H. G. Bom, Warmoesstraat by de St. Olofspoort, 35, Amster dam, zal op Woensdag 22 Maart 1882 en negen volgende dagen de verkooping plaats hebben vnn de Bibliotheken nagelaten door vrijlen de heeren Dr. G. J, Vloke, predikant te Amsterdam, Mr. J. J. Rochnisen, Oud Griffier by de Arrondissements Rechtbank te Amsterdam, Dr. J. Heppener, Geneesheer te Dwingeloo, Jt,h. van Baak, Heel- en Verloskundige te Oude Wetering, en der Mnziekverzamelingen van wijlen de heeren David Koning, G. C. R. Horksen, te Amsterdam en W. A. F. H. de Bas te Zutphen. Het steeds toenemend verbruik Tan een weeldeartikel als champagne, is misschien geen gering bewijs van de welvaart van een land. In de Vereenigde Staten van N. A. waar in 1878 126349 dozijn flesschen champagne inge voerd ajjn bedroeg de invoer in 1881, 260.209 , - _.y^ uv*«-> VVQ «>w ?&! T WW* J.AA it VA| AVfUlAX/j? dozyn fl.j de consumptie Tan champagne heeft zich dus in den ty'd van 4 jaren meer dan verdubuwu» ?**? AA« AUULUaU UU Wt VO XVCIUID &J1QVJ1 OltvQO dozyn flesschen, geiyk 976.260 flesschen dat bijna 1/3 jan den geheelen invoer geïmporteerd, dan volgen Piper-Heidsieck met 47.903 Pqmmery en Grene met 30.835, L. Roederer met 175C7 dozyli flesschen. Bovengenoemde cy'fers ontleenen wij aan het te New-York verscbynende blad Bonforfs Wine and Liquor Cirtular; i$ zullen voorzeker lief hebbers van champagnewijnen belang in boezemen. Mommécn. Zooals men weet is, twee jaar ge leden de villa van prof. Mommsen te Berlijn afgebrand) waarin o. a. ook een aantal manu scripten van de leidsche bibliotheek en de bijna voltooide geschiedenis van Rome in den Keizertijd, door de vlammen verteerd werden. Thans is prof. Mommsen naar Italiëvertrokken om nieuwe aanteekenlngen te maken en het werk opnieuw te beginnen. Victor Bugo. Men vertelt een anecdote Tan den grijzen bard, met Betrekking tot zün boste, die de heer Villain thans voltooidheeft. MetsMr veel moeite slechts heeft men hem kunnen over halen te dulden dat men hem met een lauwerkrans afbeeldde. Toevallig echter heeft David d'Angen hem in zyn jeugd met een lauwerkrans gebeiteld. Welnu dan, zeide de dichter, misschien hebt gif gelyk; daar David d'Augern my in myn j«ngd met lauweren kroonde, moet het ook niet schy'nea alsof ik ze onderweg verloren had." De IS f arts Stahl en Koning Frederik Wilhelm I. De voortreffelijke arts en chemicus Stahl, lijfarts van koningin Sophie Dorothea, was in onmin met den lyfmeaicUs des Konings, en had van dien in triganten man allerlei onaangenaamheden uil; te staan, waarover hy zich echter nooit zocht te wreken of liever hij wreekte zich op de edelste en grootmoedigste wijze. Zqn collega behandelde eens een generaal, een bijzonder gunsteling dei Konings, en had het ongeluk zijn patiënt te ver liezen. De familie, het geheele hof, de publieke opinie beweerde dat de overledene geheel verkeerd en onachtzaam behandeld was, en de koning war zoo verbitterd op den ongelnkkigen lyfarts, dat ty hem, ?terstond ztyn ontslag gaf en hem alle' verdere praktyk verbood. ? Korten tyd daarna werd Dr. Stahl bij de ko- >; ninffin ontboden, en vond den koning by haar. De Iconingin raadpleegde den geneesheer over een lichte ongesteldheid en toen dit onderwerp afge handeld was, sprak zij ietwat verlegen: M(jn waarde Stahl, nn heb ik n nóg een venoek te doen in de hoop dat gQ het mij niet ten kwade zult duiden; bet is wel wat Teel Tan u gevergd, maar misschien wilt gy het toch wol doen; Zie eens, mijn hondje is nek l Ik ben zeer aan het kleine dier gehecht, en mij dunkt het aal wel te verhel pen zun. Zonde gy hem iets voor willen sonryven?" Stahl lachte en schudde het hoofd. Dat ion ik heel graag .hebben willen doen all nwe Maje steit maar niet frezegd bad, dat het hondje een byzondere gunsteling van u was...." De Koning, die u de kamer. op en neer liep, bleef eensklaps stilstaan, en vroeg met eenige drift: .Hoe zoo, Stahl? Wat wilt gij daarmee zeggen? Verklaar n nader l" Ik ben aan my aelven en aan mQn huishouden verplicht om voorzichtig te atjn: nu weet ik uit ervaring hoe ongelukkig een dokter te pas kan komen, all een koninklijk gunsteling buiten ifjn schuld komt te sterren; en daarom...." O 100, bedoelt ge mün Marti? Welnu zeg mQ dan eens als eerlflk man, beeft die kwakzalver tjn generaal niet om het leren gebracht?" BMet uw Teriof, Majesteit, die ^jfarts is in zyn praktijk even knap als nauwgezet en oplettend. Ik heb m{j 100 nauwkeurig mogelük laten inlich ten omtrent, het ziekteverloop ep. de wijze van bebanddinB, en ik moet n zeggen, dat ikjnbt aoo gehandeld ion hebben." «Bedenk a goed, Stabl is dat nw oprechte en waarachtige overtuiging? Ja wel, Majesteit, dat wfl ik voor a en voor God beawerenT De Koning liep pensend de kamer op en neer. Eindelijk bleef hfl TOOT den geneesheer stilstaan: -Nu, het aal dan wél 100 iqnl Maar wat heeft lat verweoschte volk dan pok altUd te «eggen? Qml Ai* bet zoo gelegen is krijgt n zynbstrek>8 terug; ^jt (rf nn tevradao.SteJu? J»? Goed ?ooi Maar «e dan nu ook eens of gij het hondje niet. helpe» kont Mfln TTOUW houdt er toovee) Tan; a{j neeft het nog TUI haar broer gekregen.'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl