De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1882 7 mei pagina 3

7 mei 1882 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

i DAMMER, WEE K -B L AD VOOR N E D E R-L A-N--D. li Dat wa« een Heldere maneschijn. ? Pur roerae -loof noch water ? KMT onder loerde po~é»je-Trijn, Haar IMKen piepte He kW Miangl ang! *ng, raiang! ? Ea kreet o ' ??».?? mogen hun Tw«e PK»L . .riiu blonken. Van under op, van boven neer, En LUD» sag, hoe, looi «n teer, TWM ?taarten gougen, gongen! Dat w*s een heldere maneschijn! De kater, Tan liefde beraeesterd, Streek board en knevel glad en fijo, En tonsr, als een Ziener begeesterd: ?AhU ahil ahü ahü Do, liefste ?ichwanz!" die 'k immer ?!«, Die ooit iu hoe ruundo krulde, Dyne oojr»n f<<nk'l«u als sterrenglansl Descetidu > a n uwen toreutrans.... 'Je Aanbid ui... neem my'n hulde!...* Dat was een heldere maneschijn l _ Poes-Try», die 't spel bekoorde, Kneep d'oogskens dicht en 't ttnoeltje fijn, En deed of cjj Kees niet hoorde. ' Maar ?hol en hil miauw l miauw!" Steeds zong de kater: ?pand en trouw MUn al, geheel mijn leven: Twee korenmuisjes verscu geslacht, Twee waterratten morgen nacht, Gansoh de aarde wil ik u geven!*1 ?Dat 's mooi! ? zoo HkkebaardeTry'n!-? best! bestl... maar tot u daleu, Dat kan voor een matroon niet zy'n.., De buren zoü'n er op smalen." En nrom l rom! rom l «n r om," Zy keerde en wende henr tongsken om, - En liet faet staartje kronkelen. M Klimt" zei ie... en m den zoldergoot onken dien stond, half groen, half rood, Vier oogen... als echte karbonkelenl Daar zat ???< <le knter nevens heur... Du Hvu jgden samen. Zy stoottei» een*... z(j na, hjj vettr» Geen beider deed zich pramen l En hip! en hap! en hap T en hip l Daar likten beide, met tong en lip, Malkander hals en ooren. ,My dearl" «prak zy. ?Ma joiet" streek hjj. En linkend lonkend kooeden zij, En ronkten er by', naar behi nooren. Doch, rom en rom l Daar valt ons paar In slaap... Geen blad «dierf suizen. Daar wippen au hippen, een vroolyke achaar, De ratten en straks ook de muizen. *? Piep l piepl wit! wit! piep! piep! wit! wit! Gry's-brniue, zwartjes, zelfs een wit, ? Daar komen er allerhande. Tan achter eiken balk springt een, Dat krielt en krevelt als mieren daar heen: Een wilde sarabande! Toen schoot ik wakker op 't gerucht. ?Wat duirelsoh holderdebolder!" En woedend neem ik een emmer, en vlucht Dof grommelend naar den zolder. En... husch! en pUtsj! en platsj! en klntsj! Daar stort ik 't nat, iu éénen drataj Plots uit! Een woest geklater Gaat op... Een ziedend baargedrujjch l En suizelend bollen nu rat ende muis ? Naar onder, in stroomen water. Miauw l miang I gokrijt. geklag, ? ?Zy't go het, Jïn, myu kater?" Daar lagen d* armzalige «cbepula, ach l Te spartelen, midden in 't water. Miauw! miang! miangl miauwt Daar zwommen ze, offer» van liefde en trouw, De staartjes dicht bij elkander... En droef begluurde van aan den trans De bleeke* tiekly'ke maneglans Die Hero... en dien Leandef l Alastor. BlNGEX. (Ma'Üsenthurm). Te Rotterdam tyj de Uitgevers-Maafsebappö ?Elsevier" is de Ie afl. verschenen van De eerste jaren der Nederlanfachc reeolutiè, 1555?1568. Portretten en tafereelen, door dr. Jan ten Bnnk, met ongeveer 10 houtgravures naar oorsprong tjke teekeningen. Het kompleete werk zal nage noeg 14 vel beslaan en / 3.50 kosten. Deze eernte aflevering maakt, zoownl door den druk als de boutgravuren, een goeden indruk. De bewerking van den tekst is in uitnemende hatideu. Dr. Jan ten lirink verstaat de kunst om onderhoudend en "met «maak te vertellen. Later komen wy' op deze uitgave terug, De flollandsche Afrikaan is een nieuw week blad, ter bevordering van kennis aangaande .. Jlnid-Afrika, vooral met oog op dn toenemende emigratie. Uut blad zal bevatten: lo.3Iededeeiingen, berichten eui. ingeleverd door de hier bestaande Commissie voor de emigratie, benevens die- voor de Sroomvaartly'n naar Zutd-Afnka. 2o. Ingezon den stukken uit Zuid-Afnka. 3o. Bydr.ipu(i van belangstellenden in de emigiatie en stoomvaartzaak. liet Weekblad zal zicb zuoveel mogtlijk houden buiten alle politieke «n godsdienstige b«Srekiugen; het zal trachten hen, die besloten n te emigreeren. by voorkeur den weg naar de Transvaal te wrjzen, ? du minst k .ntbare wijze van overtocht, ? de uitzichten die emi granten aldaar aangeboden- kunnen worden, ? wenken betrekkelijk de uitrusting, ? in één woord, alles wat strekken kun, om do belanden en net voordeel van emigranten naar Zuid-Af'rika hevorderlyk te zyn. De prut is voor Nedeilaiid f 1.50 per kwartaal franco pt r post. Uitgever is de heer H. W. Fischer, farm» M. Scbooneveld en Zoon te Amsterdam. Het Correspondenïublad No. 3 (15 April 1882), van het Nederlandsen Ünderwyze,r»genootschap .bevat: eerste jaarly'kïch verrtag van de Hoofdcommissie voor het ondertsteuning-fondsj door het Genootschap opgericht; rekening en verantwoording van. de Leveus verzekering-maatschappij; beschrg'vitigsbrieven voor de vergaderin gen oer gewestelijke vereeuigingen Overvielen Noord-Uollaud. . De heer M. J. Ijzerman schreef een zeer bruik baar boekje over de xegchiedeiiH onzer Staats inrichting ; geschikt zoowel voor onderwazen als voor leerlingen, ook voor hen die reeds lang de schoolbanken verlaten hebben. Deze geschiedenis is verdeeld in vy'f afiteelingen naar de verschillende tijdvakken, die door een bijzonderen regeeringavorm zich kenmerkten. Het Ie tijdvak loout r w 1000?1588 Grafelyke tijd: 2» ttyirak va» 1588 tot 1700, d« Repnbljek; 1795? -1810 ovi-rgangstyd tot de const itut ionvele monar chie; 1814?1648, de grondwettige monarch»; 6e tydvak, van 1848 tot lieden. Da 5e afl. van het Nedcrlandsch Mogne$n bevst: Jacob -van Heemskvruk. z^n leven en streven herdacht, door J. Hendrik van Balen, redacteur van dit tijdschrift; twee bloemen op 6éo stengel, poSzQ van Leo; de Uochehmr, door Hilda en het slot van Op een badplaats, door Cornelie Huyg'hens. Dr. u. J. Betz heeft in een brochure ?het Spiritisme, een toogcn'ocmd wetenschappelijk rraagrtuk, bestreden. Kaar wy meenen zuuder vrucbt, want de logica van een splritisb is een (nheel andere dan die van een niet-o*«rtuigao. Allarmiiist cal het iets .baten het apmüan* uiaterialistiioh te noemen, De heeren Spiritistcn zul len hem antweónten: als gU maar eeVst eens ocder dan invloed der geesten hodt gestaan, zoudt gü inzien dat het penspiitsche materialisme het schoonste is, wat de laatste eeuw aau de den kende menseliheid geschonken heelt. ? Wanneer men het eens is met Kant over de werking van ?ein hypochoudrischar Wind," kan men zich van elk ?wetenschappelijk" betoog spenen. Da Heer J. L. Beüers te Utrecht zal weder rene by'ïouder belangryke bibliotheek verkoopt», die van Ds. M. D. de hruyi», te Utrecht, lnj»» 5000 nummers bevattend. Voorn! de theologische studiowerken ruim IttX) nummer», vunueii eene kostbare verzameling, van welke het misschien jammer _ is dat niet liet een of «tuier penoottcUap zich haar hcei't aanx«trokken. Ook over andujo vu k k vu z|jn tal run dergelyke werkcu voorhanden. No. 5 van De Zte, trjdschriit gewüil aan <le belangen der ncderlnudsclie stoom- ou zvilvnart, bevat o. a.: Aiui'i'ika'd ftoomvuart; «te torprdolioot Datum; dr. P. U. Kaiscv, korte beschruving van den Clinometer, ter beproeving gegeven aau lioord van Z. M. stoomschip Alktnuar; nieuwa methode ter verkenning van stoouiacüvpen by nacht. Van het fraaie werk van Arrnund von Schwcip;er-Lerchenfi-ld, der Oriënt, get'ft do Kot.terdamsclie firma Ny'i;h en van Ditmar eene NedoiliuulRchu bewerking uit: Het Oosten. De uitgave getcbifldt in öU ani<veringcn a OU cents; het boek zul 210 platen bevatten, zoowel t.us-ichrn den teki-t, »U ook grootere op zwaar papier, benevens. 12 plattegronden. De Gids voor Mei bovnt: Hendrik Ibsen door T. Terweij; Sunthorst door Dr. J, liartog; llamlrt door A. C. Löflelt; Een daq Ie Wtenen, door J, II. Uuoyer; Summa der Godliken scritturen, door Trof J. L. Doedes; Dramatisch ovwzicM (l'ossart) door Mr. J. N. van Hall en een BMioyralisch Album. In No. 5 van Nederland vindt men eene no velle vnu W. F. Margadant: Nooit spekulter ik meer!; eene van Mej.. JÜ.E Cool: Eene weet uwe en ftn weduwnaar *n eene vertelling van W. Otto; T?it onten tifd, benevens eeue Nalezing op Georn ?/i» *?'***??«. f* tf L>bers, door P. Een nieuw Daitsch tijdschrift zal ouder den titel van Hemt fitr diegelttdete Welt; redacteur U K. Ivouiolatach, te Weeueu. Duitsèhe -balladen. Van Gravin Euphemia Balie -trem en Hermann Liogg, de eerste te Hiischi'cld iu Silczie, de Inaitte te Muuchen woiicud, stellen zich voor eene verzameling Bal laden van i>og levende Duitsche dichters uittegeven, oui ook dit genre, dat in de bloemlezingen zoo dikwijls wordt veronachtzaamd, recht te doen wedervaren. Het werk zal een iiantnl reeds versohrnene, maar ook eenige notf onuitgegeven bal» Inden bevatten. Eenigzins bedenkelijk is het, dat uitgevers nfct zelf zullen kiezen, maar de keus ian de dicbters willen oveiiaten. Dichters zenden in zulk geval, gelijk de ondervinding geleerd heeft, gewoonlijk niet het beste hunner voortbrengselen, maar dat wat naar hun meeuing niet genoeg de aandacht getrokken heelt. Veda's. Iu da Arische afdeeling van het laatite internationaal Oriëntalisten-congres hield Prof. IJenssen, van Berlün, eene mei-kwaurdiga voor dracht over het un'geerig ttelse) der Vedanta. [Jrof. Deusien zal thatia in het Duitsch een groot werk over dit onderwerp in het licht geven, beitaaiide uit vyf deel en, bandeleud owr de theoogie, de kosmologie en de psychologie vati het /edanta stelsel, en de leer dezer «^begeerte omrent de zielsverhuizing (Samsoia) en de verlosing (Mokstra). Zooals men wret, U de wyabegeerte van de .Vedantistea op dit oogenblik voor en groot deel het. geloof van dé meest beschaafde onder de UindoejchB bevolking van Indië. Fransche Universiteiten. Het is niet onhengi-yk te zien welke colleges en door wie lit jaar aan de Parijsche hoedescholen gegeeii worden. Ieder dezer colleges wordt twee maal per -week gegeven; hierby zyn niet opgeno men de eigenlijke examen-colleges. College de trance: Ad. Franck, De rechten an het individu en van den Stant. ? Laboutaye, )e politieke theoriën in de 18de eeuw; Cicero's )e legibus. ? Leray-Bemdieu, lint CollüCtivisme ; Staatsinkom^ten «n belastingen. ? Al/red Muury, De geschiedenis van Engeland en de verhuizin genvan z\jne bewoners. ? Atbert Hêvitle, De gods dienst van Mexico, Midden- Am.-iika, Peru on Cliili. ? Cltarlex Jttiinc, Decoratieve kunst ; De Renaissmnca iti Italië. ? J.cnn Rén>er, Lat^jnsche iii-criptien. ? O. ftayef. Grieksche inscriptien. ? (riéhtiuf, Egyptische oudheden. ? O fi/^rt, \afyri-sclie oudheden. ?liman, Semitische iuscriptien; De Psalmen. -- HefrétKcri/, Arabisch. ? Harburdclrtcy.nttrrf, Perzisch. ? Paoet de. dnirMUi'., Turkse».. ? /?. rvy duSdinf Denis, Uhincesche letterkunde. '' Ni«UTro Uitgaven: Dr. JAN TEN BltltVK, D« «»nte J»r«n J «r Nmlerlindsch« revolutie 15W-1JU8. Portretten t-nT»l*reelop. Mot un(«v«er 70 boatgrtvvires nur ounprowketyke to«keuiagta. Per »U. f 0.50, Jlir Mr. B. A. KLEHCK, Frankryk'i buitoiilaua*ck« politiek Dï'Urt d« bcvi-ydiuj; v»n ijju grondgebiod. f 1.15. CE HOLLAND30UK A.FU1KA.AN, WaukbUd, ter *«vordtriny T»n kvauii a»ugMnde Zniti-AlVik». l'tt S uiuuidaa f 1.50. T. O. VAN D£ft Kt'LK. 8uci»!o toaitondun. Ecu craütig woon) hit b«t NuitorUiiduhe volk. /' 0,30 OVEK/IGT il»r uaouilooze Vfnti(iotH"li»p|ii't> volgeu» de i>xtentrtj;i<tera over do jiveu l SU l CJ?IbSr^l. f l. U. A. l'KUK, In de lelgUi'b* Ardriiuctl. f l.'JÜ 80FUOCLKS, Vkiluktoto». TtigoJi*. f 1.? ^.W. ITlilUalrc Xukt-it. EEN EN' ANDER OVER DE UNIFOUMEN VAN HEI' NEÜERLANDSCHE LEGER. Euripides' lleruclcidaa, ? Muw.Cicuro. ? fi f Joi atius. - (Jh. Lei ê/w, Plnto'x le.-es. ? y MH, lio nieuwe 'theoriën ov«r i.iituur on l*v«n ; Si<ino7a. ? üa-i/W Par >s. De romans üer 'i'a!>lo ronde. ? / eschanrl. De i'raiischn letterkunde der X\ lid-» eeuw. ? C/t. Gtfitnt, Shnkc^pearts'» histor schu dnuim's. ? fuut Mrfffr, Dunte'» Iiifurno; De Piov eiiraatsche poëzie. -1 C/i<tilgko, De touneellotti'i'kiinde onder d« Slaven. ? - MicHtl lirétil, Verge lijkende tualuiudio. Sorbonn«: Jnli/ (waarnemer voor Cnrn), De methode en beginself n der vergelijkende zielkunde; Plikto'n Timaeu'. ? WititaiiMjtii», Grieksche wijsbe geerte. ? Jatte! ', Spinoza's wijsbegeerte ; De ethica. van Kant en Ficlite. ? Egtjf.r, (rrieksche letter kunde. ? Girard, Apollonius Rhodiu* ; DePerjae van jEj-chylus. ?Sturttut. De Rotneinsclie rede naar* onder de republiek ; De linibus van Cicero. ? He»oit, JEiitoü, bock 13C; Lacretuis. ^- Crfltutf, De fransche moralisten. ? Lestent, De frnnsche poëzie iu de.XIXdöeeuw. ? Lichtenberger, GütWs too-. neëlwerken. ? Gebhnrt, liet godsdienstig drama in Italië Jn de middeleenwen ; De Orlando furioso. ? Houché Leclercq, De godsdienstige instellinaen van het oude Rome. ? Lnfisst, De vorming van den Pruuischon »>tnat ; De Koninklijke maclit in Fran-ryk in de Middeleeuwen. ? Pnjeonneau, De staathuishoudkundii der Fransche Koningen se dert Hendrik IV, ? Himli). Aardrijkskunde van Amerika. ? Perrnt, Oudheden in Klein- Azië en aan dn kusten der Zwarte Zee. ? Rnimbaud, Diplomatisclie betrekkingen tusschen Fr»nkryk en Kunland in de XVlllde eeuw. ? Bi-rgaigtie, Banskriot:. ? D/irm steter, De Franse lie letteren iu de Middeleeuwen. . REVUE DES^ËÜX MONDES. Maxime du Camp (de Acud), Ie tléeret da 17' Février; les revenants. ? Othcnin d'HmtssOn?j'dle, A travers les Etats-tJnis. ? A. Duponchcl, 'ugrioulture extnn-ive et les nlluviuns artifieieleg. ? Albert Del/iit, la marquise. ? C. Cogtte'in, l'Arnolphe de Molière. ? Charles Richet, i'ai'cruisïement de la popubvtion franchise. ? F. Brunetiére, la sociéié précieuse au XVIIine siècle JOURNAL DEi"ËCONOMISTES. E. de Fovilte, Ie budget d« 1883. ? Lton Amét HéKociations cominerciales avec l'Angleterre. ? Emile Oilioter (de l'Aaad.) De la liberté de. so ciale*. ? Jacquet Valserres, Ie credit agrieole et la baoque do France. ? Le rachat dea ehemint du fer en Prusse. Betrekkelijk veel beter is het net de cavalerio gesteld; evenwel zijn ook bij d.v wapen eonige verbefuiin^eii iu de tinifonii iiuu te brengen. Du kolhik toci) is ounoodiif huog on daardoor nwnar, v.e broeit in de üoruennaninJea op hot hoofd en belet ? nltyd n.1» hy' model U en gedragen wordt ? de» ruiter, naast, het ooi ook hrt uor van den bevelhebber, het hooreu. De attilla ? mits üoo ruim gtuomen, dat de stolkiol «r ten allen ty'de onder kau ? is eeu goed kleediiigstuk; waarom echter óón regiment de veel duurdei e roodu trewen heeft behouden, nu de beide andere donkerblauwe hebben, is eene vraag die alleen uit een oogpunt vau onverschilligheid kan worden beantwoord. Wel wordt beweerd, en dat is uift geheel onjuist. ?dat de kleurige uniform meer viywilligers trekt," maar op eene goedkooper umuier kan deze Spaausche vlieg behouden worden, zonder dat de rekening van den vrijwilliger noodeloos wordt bezwaard en, bij vertrek der milicien*, de schuld hooger dan hot behoefde ten laste van het Kijk wordt gebracht. Do rybroek ? hier raken we een teedere snaar aan ? alias ?harmonica" met do laarzen daar onder en de bijgevoegde souspied*, gelukt in alle opzichten naar niets. Er zit te voel laken en le der aan en daarum is zy duur; nasienoetr ieder ruiter moet zich in eene nieuwe, ten koste van schtnmruen en wonden, eerst inrijden en, zpodra nmar eenipfozins by manoeuvre» als anderszins de werkelijkheid intreedt, rotten de souspieds en de daarvoor aangebracht* knoopsgaten af door den modder ot' dóór de mest dor koestallen, die aan de ruitery ter wille der paarden in plaats van het bivak worden toegetleold. En zelfs op bivak laat do langwijlige manier van aantrekken niet toe, zich een oogeub.'ik aan het goddelijke genot over te geven, om voor eon paar uren de laarzen tot ruften uit te trekken. De overjas der cavalerie is een goed en flink «tuk in nagenoeg alle op zichten en wy kouden dus, alles te samen geno men, met grond verklaren, dat op het punt van uniform de cavalerie heel wat beter bedeeld is dan de infanterie, Eer wij, zooals wy beloofden, ook hier opgeven, wat daorby toch eveneens te wyzigen valt, een enkel.Inader woord over de ?topic of the doy:" de rybroek. Voor wien 't nog niet weet, diene tot naricht dat in het Nederlandsen» leger de bereden offi cieren sedert den len April jl.?een zeereigenaardig gekozen datum ? ten allen ty'de zyn gecostumecerd ia een wijde broek (van welk mo del kunnen wy niet opgeven), met hooge laarzen; dat de troep, waarbtf rnn diezelfde officieren dienen, is gekleed, of met de harmonica met lederen manchetten van' onderen (cavalerie), óf zonder deze (rijdende artiHerie), óf rondom met lider tot de knie (veldarlillerie) eu dat aan de onderofficieren' en manschappen is toegestaan ? omdat, het loopen met. zoo n hoeveelheid leder niet direct aangenaam is ? er buiten dienst een lakensrlie pantalon op na te houden. Ciinsiquentie zit er niét veel in al die modellen en toch, om aangenaam en daardoor goed t j ry'den, kan één vast en doelmatig model niet worden ge mist. Maar zoek eens consiqucntie daar, waar in hetzelfde Recueil.ter wille der eenvormigheid, de giherne der officieren van ?het regiment" veldartillerie wordt afgeschaft, omdat de troep ze niet meer heeft, en op dezelfde bladzijde aan die officieren rybroek en laarzen als model worden voorgeschreven, welke op die van den troep ge lijken als de nieuw model marinesabel op een oorlogswapen. Maar op rijden en doorrijden komt het zeker zoo nauw niet aan; de Hollandschs kop is hard, waarom zou de Hollandache waarom zou een Hollandsen lichaam niet overal hard wezen ? Maar wij dwnlen te laag af. Voor de cavalerie is het, noodig: Ie. Den kolbuk aanmerkelijk te verlichten en te verlagen, zoodat hy' de ooren niet meer bedekt, of r\'ia beter ook haar de door ons voorgestelde kepi te pevxn, die bij de attila zeer goed klef den zou. Daar door vervalt toch ook hy' dat wapen de kwnrtiermuts wi knn, wat. eveneens het geval zou zyu hij alle ?wapens, de onoogelijke veldwachterspet der of ficieren vordtvynen. Een enkel woord over dezo, att-e.ls wc -r als ze model is. In dat geval toch is ze op marsen zoo cocd als niet mee te voeren; van daar. dat men .bij eene colonne in den ma* noenvratijd vele van baleinen ontdane huitenmodellftjes op do ransels van oppassers of onder eeu pukriem <f er bereden officieren kan opmerken, tenzy deze soldaat genoeg zijn om ?model" te hiyvon en met de modelpet het vierde gedeelte van hun moileJkoffert.JB te vallen en zoodoende, in hun k wat tier komende met de ichako blijven rondloopen en er geheel van afzien, op de voorposten als anderszins', er vnn gebruik te maken. 2e. Vervangiug vnn de roode tressen bij het 3e regiment en het ordonnansen-eskadron door don kerblauwe. / . 3e. Vervanging, -en dit geldt voor slle bereden officieren en minderen, vnn de talry'ke bestaande modellen door één nagenoeg sluitende ryliroek'en laarzen van ht-t model van de duitsehe lichte cavalerie. W|j zeggen ?nagenoeg sluitend" omdat de oorlogspndervmding, naar ons door duitrfche officieren is medegedeeld, heeft bewezen, dut de bitnaalde ?collant" bij veel regnn onprak tisch is. En wanneer w(j de genoomiTe modellen voorstaan, dan K^jn wjj een uitleg schuldig aan den .bepaalden ?ruiter . Wn toch beamen met hom, dat da positieve hartslcderen .collant met hooge Ianrz>*n, die het beeutje, waar het op aan komt, voor tie aansluiting ? do ?condylus interims ossis ft-moris" zouden de Lat ynen zeagen ? be dekken, het Eldorado voor den manogeruiter zyn. .Maar wy bespreken hier den veldsoldant, die zich. niet mac doorryden, die de laarzen tot rus ten gemakkelijk moét kunnen uittrekken en even eens om te vechten móet kunnen aanschieten, wy' bespreken den soldaat, de geen onnondlge t« hoog'i rekening op het eigen' boekje of ten koste van het ryk mag hebben en die tegelyk, al ii het niet om als. held van verouderde romans op' te treden, met het voordeel van zijn gespierde en flink geknooktu b«enen, toch goed en net ge kleed kau en moot zy'n. 4e. En hier gaan wy eenigszins buiten, 'oni hoekje, omdat we aan het leergoed raken, afschaf fing van de hoogst onnoodige, tot niets dienende, dure en onpraktische sabelta-ch. N» het bovenitaande kunnen wy kort sijn over de uniform der artillerie. Deze u goed, -snitt VU worde en allen do (ch&koSerwistalen voos, da lichte 'k»pi. Dat de rödende artillerie gchaei on mogelijk gekleed is naar de eisohan, tegenwoordig aan eene doelmatige uniform gestald, waet ieder. De zware en, hooge kolbak, de sluitende dolman, de veel to "zware loauteljos, de sabeltasch, sjerp, enz. zyn oenc lidiouliaatie op het hakende refreiu; ?C'est rartillgrie leKere." ' De geuietroepen willen wy niet vergeten, «e v;dlen grootendeels in de termen van de voorge stelde verundeiiügeu b\j de infanterie: dat vuor hen vooral donkere pautalons e^n eisen ryn, zal z 'ker oieuiMid kuiüien tegenspraken. J.NOUB y voili" wat butrelt de vier wapens. ?Kn g y," hooreu wij ons toeroepen, ?dieaanvaakolyk te vel-J o trekt tegon de levoi'ancifr*, wat treuiige cousoqunnt o op tiet punt vau hunno en oiae bc'urzcu." 't Is waar, \vy ktaan ecu tol vsn verai.deringen voor, waar dan ook gelooren wjj, dat op den duur gij e > uwe soldaten beter, netler, praktischer on gocdkooper zult gekleed z^n. 't Surcukt wel vnn zelf, dat«4e leveranciers in dfn beginne by al die veranderingen zijde zouden npinneu, op den duur echter zouden en het rijk én gij «r beter mede af *\j». Gjj begrijpt boven dien wel, dat wij u eeene wijzigingen op den dag al zoudtn willen opdringen, zooals onlangs by de de bereden artillerie de beanbakl«ading l»e*i «n «i*U vent**t ? %*" crUU (ko&vcrtio) l geveu invoering van de bovou<rcuoemde rybroek c.a, htt gevul is geweest. Wij weten te goed, én dat uwc traktementen niet berekend zyu op zulke ouverwAchti! t lagen, én dut het ofticierakorpx er te veel pry'i op stelt eoed gekleed te xyn om b|j zulke maatregelen niet verschillende Rtukkru onversleten, ja nieuw t« moeten wepgooieu. Uf KOU er weer worden geschipperd en één oog worden toegeknepen? Zou er met de van hooger natid gegeven modellen^ worden getramigeeru en aan de dito dito positieve be«luiten en aanschrijvingen, althans buiten de residentie, slechts vau verre worden gevolg gegeven. Wij hopen het niet, doch vreezen net nianr al te zeer. Wy vreczeu liet, omdat alleen dan wanneer alle chefs strengen zonder onderscheid het dragen dier modellen en de na volging dier besluiten vorderen, weldra de be hoefte zou worden gevoeld om diep eerbiedig, maar tevens niet klem op verandering of wijzi ging ann te dringen. Aan wieu of aan wie, vroegen wy, dragen wy deze beschouwingen op? Is het ann den generalen staf, die uit een, iaat ons zeggen, ?taktsch" ooppunt. te waken heoft, dnt ons kleine leger nog geen verliezen lijdt ten gevolge van minder doelrrmtiicfl klceding en uitrusting? Is het aan de intendance, die dient te zorgen, dat do verple ging des lagers zoo goed, maar ook zoo goedkoop mugelyk geschiede? Is het nan de inspecteurs der wapens, wien do goido geest van het leger en vooral van het oflcierskorps het naast aan het hart moet liggen? Wy blyvén het antwoord schuldig, maar verrueencn, dat die goode geest, óók wat betreft het besproken onderwerp, lijdt tengevolge van onverschilligheid en willekeur. Als bewijs hiervoor zyn tal van kleine gri ven op te.noemen, als: de zware sabels, die nagenoeg H'tyd moeten meegesleept worden; de onnoodige uitgaven aan de bereden officieren opgelngd dopr het in marschtenue dragen van kwasten, die dubbele en overtollige distinctieven, die daarby1 een even onnoozcl als onnoodig prestige xyn tegenover de ontareden officierea; .da daarente gen ontbrekende onderscheidingsteekonen op de overjassen, waardoor geen kolonel van eon on deradjudant is te onderkennen; dn onzichtbare sterren op de mouwen der generaals, waardoor gewillige, arme drommels strafschuldig worden, de ?Maar eindig toch met al die wy'zigiogeu, als alles zoo precies en gemakkelijk wordt, is t gedaan met de buvgerkleeren." ?Daar. waarde tegenspreker, zit de quintessence dus?" Ongelukkig genoeg moeten wy het u toegeven, in liet officierskorps wordt geschipperd en het zul voortgaan zich te bewegen in w*lko modellen dan ook, omdat men het steeds den boeman voor houdt: ?klaag niet, of ook na vier uur, het uur der vervallen wachtparade, wordt het dragen van politiek verboden." In ernst, is dat waar? Maar eveneens in ernst, is dat waardig? Ongemerkt hebben wy' verder «n meer geschre ven dan onze bedoeling was en zoodoende wel licht te veel gevergd van de beschikbare ruimte in dit blad en van het geduld der lezers. Aan allen een woord van verontschuldiging, en het van ouds bekende: ?Een vrind, die my' my'n feilen toont...." B. 1. N. DE HERZIENING DEE ACADEMIEWET IS DRINGEND NOODZAKELJK. Behoudens eene kleine wijziging van Art. 9 der vigeerende wet, is door de Regeering een wetsontwerp ingediend om de wet vnn 30 Mei 1877 (Staatsblad No.'141) eerst definitief vóór dfn laten September 1887 te herzien, m. a. w. die herziening nog G jaar uittestellen. De redenen van'dat uitstel zyn: lo. Dat 'de bestaande regeling van het onder wijs bjj de Koninklijke Militaire Academie over het algemeen en inzonderheid wat de bepalingen betreffende de toelating van jongelieden tot de Academie aangaat, aanvankelijk goed werkt; 2o. Dat de tijd nog te kort geweest is, om een afdoend oordeel te kunnen vellen over de wer king van het stelsel der wet, en 3o. Dat de wet op het middelbaar onderwas nog niet is herzien, op welke herziening in den con«iderans dei' academiewet wordt Bedoel j. Voorzeker all» drie geld'ge redenen. Toch vragen wij, of het niet .beter zoude zyn nu reeds de wet geheel te herzien en de beginselen vasttestellen voor eene regeling van het geheele mili taire onderwys. De zaak is van te groot en te al jemf en ? belang dnt hare regeling vijf jaren kan worden uitgesteld. Wij hopen dan ook, dat de Volksvertegenwoordiging hare goedkeuring aan het ingediende wetsontwerp zal onthouden en er op aandringen, dat eene commissie van militairen én burgers worde benoemd, om de zaak te on derzoeken en dat zy binnen een eeKerenlfjdhnro voorstellen, aangevuld door de beschouwingen der Regeering mogo vernemen. Zal die Commissie in de haar opgedragen taak slagen, zy ondervrage. het personeel der Academie zelf; dut personeel is het meent bevoegde om haar de noodige inlich tingen' te geven. Van het hoofd der inrichting alleen zal z|j geen voldoende gegevens ontvan gen;, die kunnen slechts worden verstrekt door die dagelijks met ? de cadetten ora&ian en zoodoende in staat zyn veel te tien en veel te honrtn. By dat ond rzoek dringe zü zoover mo gelijk door in details, betrefieude de regeling van hot onderwUs en de leefwijze; z|j zal alsdan be vinden, dat tal van zaken eene verandering behooren te ondergaan. Werd reeds in No. 243 vad dit. weekblad gewezen op da slechte teeoldiging der leeraren, thans gaat men er al toe over officieren tegen hun tin als leeraar te doen optreden; voorzeker in het belang van het on derwijs. Arme Koninklijke Militaire Academie! Is dit de weg om u to doen zijn, wat wij zoo gaarne wetischen, namelijk eene inrichting, waar de beste elementen zich wyden aan do vorming van wetenschappelük ontwikkelde ra voor hun werk* kring geschikte militaire ambtenaren? Herziening der wet is o. i. dringend noodzakelijk; zU kan tfeen uitstel lijden. Men bedenke evenwel daar bij, dat het voor de aanvulling van het officierspersoneel noodzakelijk is d« bestaande bepalingen VP.D toelating tot de Academie te behouden, doar terugkeer tot die der Wet van 17 Juli 1869 (Stsbl. No. 141), opnieuw'.zoude leiden tot het gevolg, dat voor 3 plaatsen slacht* l adspirant 'wordt verkregen. M«n raadplaga varder NOS. 245 « 350 van & WeekMad. J. i» veredelen; maar au uut met uut utrecnuuu i iunueujuueiu UMM»g--.. B0EK6ESCHOÜWING. Ala deJUdaotie van de Militaire eenexeaphnr v»n d¥2e onf f "? -?"?-f"~~ "?« w» «? WMTWI IUM-WKU, aunnvn wy; baar tot ons genoegen mededeelen, dat deltiingJêr VMI beUugrgke opstellan rcr ? -? .,in#tn«*»en in.diuk by on» Iteeft acatery ! ' oMidegeb. \ Luit-G*ii. Knoop een o vu- u het jwyiö l merkwaard'go werk v»u den Bolaijchen generafl ,' Brialuuoüt, dat in uiem'g opaioht UolTariakche toestan den voor den Re«t bren«t endied«not>ki)«oro*n«tn , geuemal besproken worden, waurly hy voorna- . aehjk. het vraagstuk van den persoonlijken dienst plicht en het nut van ve>tmj. n op den voorg; ond doet treden, de kapitein-intendant va a UeLdt levert een bucld van den intemlnnce-dieint by onzo üa.;a»i«manoeuvres. Hy' wgst d-taiby' op enkele leemten in dien dienst eu np wtlko «u'zx die oefeningen dienstbaar zond'» 'ai' w: worden gemaakt om adspirant-kwortitf.iiKvsi..» ou inten danten te bekwamen voor hunne tiink, om proeven te nemen met reserve-rations leveiisniiddtffeh voor meusch en paard en om jfegevens te vorznme.'tn omtmit verschillende zak«n, die zoowel voor de aanvoerders als voor de verplegers van den ti oen nuttig zlin te weten. De Ie luitenant der infanterie Neeteson vestigt op nieuw de aandacht op de oefening in hut pionieren on geeft tevens aan hoe die oefeningen geleid dienen te worden, om ze voor ied^i eon viuchtdragend te doen vyn. Het znl hom wellicht aangenaam zyn te vernemen, da» n-d- bij enkele kurpsen de veldversterkhigskunat , ei.v voorname plaats in de oefeningen van den tioep inneemt en dnt daaiby zeer verrwsaetide uitkomsten met de Linneronnnschoj) zy'n verktegen. Recht iüteressanté mededeelüiijen levert ons de Ie Lt.-ïngenieur Onuen omtrent de genomen proeven met straat locomotieven; wy zyu overtuigd, dut z\jn opstel de aandacht op deze nmchiuos zal vestiovn en uiten met hem den wensch, dat weldra ook by ons proeven daarmede zullen worden genomen. Is hot te betreuren, dat de Uutiactie wegens gebrek aan ruimte geen p'ait« h»"'> '?linnen in ruimen aan verschillende fincle i . ij liupen, dat^zy weldra in stant zal weuon Uuur ?Amalgama uit te breiden en hare lezers op de hoogte te houden van de nieuwste pennenvruchten op milif-nir gebied, waardoor aan dczon de gelegen heid wordt aangeboden kennis te maken met de bronnen, benoodigj voor de uitwerking van eemg onderwerp. Zeer vereerd door het uitgesproken oordeel ovrr de rubriek ?Militaire Zaken1* van dit blad, be sluiten wy' ons overzicht met eene aanbeveling tot lezing der hierboven besproken opstellen aan allen, die belangstellen in ons krygswezen, en met den wensch, dnt de inhoud der.volgend» afleveringen .even deselyk moge wezen als die der beide eerste. BIBLIÖGRAPIIIE. Militair Blad. No. 8. Sperfurten. ? Opleidingsscholen. ? Nogmaal» ?Het vizier by het Nederland.che klein kaliber geweer". ? Meten met ongely'ke maten. ?In de laatste jaren gehouden cavalerie-manoevres. -*? De Üuitsche getrokken mortier van 9 cM. ? Db Duitsche Vereeniging tot bevordering der lucht vaart. ? Marino van China. ? Boekbeschouwing. Benoemingen, enz, By en naar het Regiment. Brieven aan mijne kameraden van het Instructie-Bataillod, vóór hun vertrek naar de Regimenten Infanterie door een kameraad, f 0.75. SCHAAKSPEL No. 19. Y»n den Oud-Redacteur van .81»»»". ZWAKT. a. b. o. d. c. f. g. h. ,.. WIT. TTU spoelt voor en geofl ia 9 zotten nut Oplossing van Schaakprobleem No. 17, i r o ? y 7 c s ? a s (» 2 E 3 ? DS O 8 ? O 8 3 F 7 nt O 8 D of n&»rmato zwitt npe»lt F 7 ? F 8 p»»d of D 5 ? O 7 nut. (a) V l D « ? D 5 (b 3 F 7 ? F 8 D Onverschillig. 9 Koningin zot mat (b) l ..... O 8 at E 3 9 F 7 ? ï 8 paard mat. BHIEFWI89ELINO. Üonri l V!(\ doelen uwe opinie niet, Mevr. t. K. Wordt beproefd. Variant A Is .font by l iwrt O 8 ? P 8. Op den SdoB zet nt B 8 het paard. Met z'n vloroa. Uwe oplosiing conform met de onze. nu volgt weldra de opname. INGEZONDEN OPLOSSINGEN. Juist waren die .van: Trio te Wagenlngen no. 16; van no. 17 T«Ü H. te Belft; B. v. W. te Cniembofg; Jferr.t K. te Kampen; Torn; Een paar liefhebbers; j. J. B. H on Met z'n vieren te Amsterdam. (Ingezonden oplos singen tot éin bmqtal venaiaMd, worden eens p. week. tot onderzoek un.denrod. d. sohuknbrlelc toegezonden). EINDBTELLING van eene i pirty, gespeeld to BotWrdam 38 April 188J, tnisschen de H.H. v. W. (Wit) en D. (Zwart) ? door hun belden opegdngtn aan dan Redacteur der Solmknibriek in D» Amittrdomnicr, Weekblad voor " " " " ZWAftT a. l*, o. d. e. tg. h. 1 .. . WIT. Wit, dia remise tr»eht U maken, i» aan den xet .Zwart wintWU culUa ds oplosalnf vier «ek*n t>rn|koaden. No. 254 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOH NEDERLAND.^* Be Oppasser van den ?Lui'nt," Eene schets door A. A. BEEKMAN. IV. ?«-i .Een maand la*er was de Forton non-actief gawiTvder vonr óti.i jaar, eon vooraichtighuidsinant ivfffll slechts, om over een jaar ot'reed* wellicht zijl) ontslag aan to vragen, iiog'vóóntn zyn huwelijk m.-t. troulo Jlpitense'vnn der Well zou wolden voltrokken. En drie maanden later toen do diensttijd vr.n Loos vurstriku» was, HAK deze /.li p.ispoort. Ualoorijriicid overliet vortrol VHII zy i li.iU'iwnt, de lu'rluitldü Hineekiugen Jeiun.t, voornl toen hij nogmaals in persoon 01 Eist-hutu jjeweoat w.w, om tUi Forton,.voor 't. Itiiits hi-laas! luj ile verhuizing i'u d* ruis to helpen de mogelijkheid van een onbezorgd be.itnan, da all01 had hom tot don slap gebracht,dioulujnpj kort geleden niet Z'>u hebben kunnen doen, uit' voor al het andere wat hum tor wereld lief WHS /.es jiwr onafgebroken had men Loos hety.eltdi paard (er verzorging en by do oefeningen toe VIT trouwt, q-'ii der eervolste ondersclioidingeii die den rauil<.'ri*t kunnuii te beurt vullen on Wiiaroj hij n'.'«r trot.sch is. Jan heette liet, nog krachtige dier, dat hij l/uigznineHmm! ;:oo lief had gekre gen on dat. hij nu de hemel wist m wclko handen achterliet., 't \Vns op een mui "en dnt de miii)Bchajipen benig waren iu de utaileu met poetsen enz.; er weru (gezongen, gi'tlotea, gulauhun on kwinkslagen van ullerlei allooi klonken nu on dan boven hot vroolijku tumult uit. Danrkwam Loos in groot tcnue den stal binnen; /óó mot dien gesloten ivtilla met donkere treaacu, don collont pantalon, do spierwitte handschoenen cu deu kolbuk met roodun zak, wan 't «on Hchoonc ge stalte. De muiiüchuppen stootten elkaar aan o iluUtorden wat, gezang en golluit worden mindei daar waar hij voorbijkwam: men wist wat Loos gevoelde en wat hy doon ging. Een ongevoelige stein riep hom toe: ?Duur heb je de polstiek, jongens ! Loos, krijg ik je sporen, als jb weL'aaat?' Muur twintig stommen verdoofden die spoedig: ?Houd je mond, leelijkert, of ..,.!" Looi deed of hij niets bemerkte; hij gins? recht op zijn Jan aas, en toon Juy in deu panrdustund hem ter zijde kwam on het goedige dier nis naar gewoonte zyn hoofd naar hem boog en Loos hem op zyn luila klopte «n een gchoolo handvol klontjes tegelijk voorhiold, toen hoorden zy'ne kameraden, die de borstel» en roskammen een wijle lieten rusten, hem kortaf en een weinig binnensmonds zeggen: ?Kou ga'k straks hy'den K'rnelatVrejenteeK'U (3), ouwe jongen, ? eu dun is 't tus^chen ons (jflad uit, ja ? glad uit ... en dan krijg jij eenandere baas." Een vloek volgde en moer ltincht.de oude baas zelf er niet meer uit. 11 y wierp plotseling de rest dor klontjes in de ruif, greep naar zijn róodeu zakdoek, drukte dien styt tegen zyn ge laat en liep met groote passen van zyn Jan weg en don stal uit. "t Was doodstil in den stal, toen hij hpnonging, Hier en daar slechts klonk eeu op de lippen ge smoorde vlook, de ruwe uitdrukking van een diep gevoeld medely'den van uiet zeer teergevoelige harten. Wy zijn ongeveer tien maanden verder. In de groote lesidcntiestad ging, in den stroom menachen die van het spoorwegstation kwamen een groote, zware man met eentiooge zijden pet op, naar het uiterlijk te oordeclen een werkman die niet to klagen heeft, op zijn Zondagsoh. In het drukke binncngedeelto der stad gekomen, ging hij een groot koffiehuis binnen, nam plaats, bestelde een glas bier en een adresboek. De kastelein, de Jan's en eenige bezoekers keken hom wel wat schuins aan, omdat de werkman .in den regel niet hier in dit café kwam. Een1 vreemdeling dus ? Een bediende ontving den last, ?dien vrind ginds" goud iu 't oog te houden. Toen deao een half uur op allerlei wijzen in het adresboek geblaard had, nop hy: ?Aannemen!" ' ?Wat blieft u, mijnheer?" ?Dat adresboek deugt niet" "Niet?" . * . ?Neen." ?Zoo! Waarom niet, als ik vragen mag ?* ?Omdat: de lui'nt_de Forton er niet iu staat." ?Misschien .Nou! asjeblieft!" en hebt U niet goed gezocht." Kan jij 't beter V Zoek jij d dan eens Jan ging aan 't zoeken. ?Neent kwam hij ein delijk ; staat er niet iu". ./ie jo wel l" hernam Loos triomfantelijk. ?Maar weet jo heer de lui'nt iluu nit't te wonen ?" Jo heer ? kwam de Jan bij zich zelven eu vraagde 't züu patroon, Koen, do kastelein wist 't ook niot; maar hij meende, dat een officier van dien natim reeds lang geleden uit den Hang vertrokken was. ' .??$Tu ja", antwoordde Loos, ?dat weet ik ook wel. M:uir io is uu sedert eenige weken weerom", en hij verliet, hut koffiehuis, misnoegd dat die kastelein met al zijn bedienden niet eens wist waar ?de lui'nt" woonde. Dan ma;ir wat verder geloopei), naar do kazerne! kwam Loos by' zich zelven en hij lichtte zijn schreden derwaarts. ?Zeer een*", zoo begon Loon tot dmi schildwacht aau de pülit.iewacht, die deu toegang tot ? het terrein der kazerne bewaakte, ?zeg eens, waar woont de lui'nt de Forton V" ?Dat weet ik niet", antwoordde de schildwacht een weinig verimasd over deu familiaren, zelfs ietwat hoppen toon van den vrager. p Weet- jy dat niet ?" vraagde Loos alles 'behalve vriendelijk on met nog eenige tusscheuwernsels er l)\j. De schildwacht, eon nog jong milicien, keek nog verbaasder dnn b\j de eerste vraag j hy dacht : wat moet hier die bl ... polstiek ? En deze zelf dacht : och, dat komt er van, ik heb1 irauiers iiieta meer in te brengen als-polstiek.' Gelukkig kwam de commandant dor wicht naar buiten ou Loos herkende hem.'nl was 't schemer donker. ?(romlKÏiavond wsohtmoaster '" ?Drommels! Loos, bon jïj het?". En op het hooren van die naam kwamen een brigadier en nog eenige huzaren naar buiten vliegen, Hand drukken links en rechts, alle goed gemeend. Zjj deden Loos zoo goed. . . Loon moest er oven in komen en zyn weder varen vertellen. Hij had wel niet veel tijd, zcido hu, maar even dan ginp hij mede in het wachtlokaaltje, eon klein bergplaats,!*» voor mensclien. iets ge'.ijkende op een stoenknliMihck met eon licht gloeiende kncliel in het midden met knpotto nijp, die verüchrikkclijk rookte De wachtcoruinniuluntnn hadden sedert hot jaar '66 elke vier' er. twintig uur gedurende wt-lke zij on .wacht' waren, een ejcrra-rnpport over het rookcn van difi kachel ^geschreven maar tot nu was er ?van het biii'tuiu met* op (/oed gedn.'in". Misschien dat men het opzettelijk 200 liet blyvcn, om de Com mandante» te oeicni.Ti in het schryven van extrarapporten; ? . ?llê!" kwam Loos en hij snoof eens, ?die rook doet. me goed ? in lang ' * "«rooken. ? En die kapotte kolenschop ? «? ' ?-1-' Jongens een enkel wachtji willen maken!" ?Je zult toch 700 gek ?. leekenen?" zeido de wachf ?Wel wis en blikslager Keker teeken ik weer. Al ?Maar Loos, wat verzin boel. Nou, ze zullen mij geud JMT als m$n t{jd 01 ?Wachtmeester, ik waarschuw je. Iedereen moppert. Maar er is geen baantje ellendiger dan dat van polstiek, Ik verdien geld genoeg en kan meer dan rondkomen, maar zóó kan ik 't niet langer uithouden, Ik ban in mijn eigen land, iu Friesland; ik kan er zelf t-en smederij gaan bcgiuueu, muur ik wil niet. Ik verveel me, 'k heb «een nioasch om moa to praten, die polstieken hegi'üpeu je niet. Rijden U uit, pecrdun zie ik in t guliecT niet . . . hod i^ 't mot Jan?" ?Dut «s immers No. f*l)2? 't üaat nog al; hy is er in'ut beter op geworden." ?'tStoinnio dier! Wacht maar ? do K'rnel heeft me beloofd. Ata ju weerom komt, Loos, fceit. io tijden me, toen 'k verlet» jnar b:j 'ui afpresontrcnU', d»u kryg jo jo poerd wo»r, zt'it ie. Kn ik sul weeroiukoiiieii." ?Nou, jij moet 't weten, zeide du warlitmcosfcr Mam1 ik dacht, dat je getrouwd waart met die ijiuid, diiiiriiit . . . liott hiet 't ook Wi-er?" ?Nee, wauhtmeester , ik hub eerst dj kat. eens uit den boom yodeki-ii." Ik hel) d'r voorloopig daar iiuuir stil laten zitten; au x:«t or warm. Ik dacht:, in één jnrutjo voii-fiiiminolt üo niet. 't Iu al xuover geweuüt, dat /.ij overkwam nivir Friesland on dat wy oen luii.i gi-lmurd hadden den en wat iiiuuhola gekouht, imur ik giwf o r do weerga of! Ik kan 't zoo mot liinger uithuilden. Maar /.eg eens, do lui'nt moet in du ttad züu." ?Wie V* ?Wel do lui'nt do Fort on; ze hebljen 't me gciichrcvon uit Kuchate. Ik moet hem spcckon, van avond noj;; weet niemand waar hij is V ?Ik geloof dat do lui'nt l>ij eeu van oiuu oiTiciurH logcott, «lat lu-b ik ten minste' ecu van do oppa.tsers hooren zvgg(>u. Maar wioV Kr n nu niemand in di- K-uzenie. ik zul een* gaan hooren." Maar op 't' oogenblik wist nieniund te zejfgen Ijj.i wieii du Forton lojsfowdu en xoo ging Loos henen on besloot m du groote stad bij idlo oltiuieriMi te jfiiaii informeeren. Ken uur reeds hud Loos loopen zoeken, 't w.'vs reed.t iii'gi'ii uur in de\j avond geworden en nog had hy hem met gevoiulon ditn luj zucht, zeli'si had hij noi{ geen oliku1 ofïiaur thun getruileii. Hij werd bevreesd; do an^st van Forton van avond met inter te zullen aprvkcMi bekroop hem til meer en meer Dat zou versciinkkclijk zijn, want. vau die ontmoeting kon zooveel nfliaiiKi-ii, Zij kon met uitijesteM worden, zij moest plaats hebben ? van avond nog, ? Eindelijk heelt r-eii welwillende hospita, uit meely ui<;t '«in.ins wan hoop, hom t'eu huis schuins togonriver ttewi-zen, ftlwitur volgens haar bvwoivii feil ofticior woonf; Kiju naam kent 741 niet. Gelukkig bli-rk ht-t ditt dut een jong officier, dien Loos vroeger niet meer gekend liad, daar wnond« on dat do Fortun hij hum logeerde. .? ?JIyn>ieer do Forton," zeidu de hosuitii ?hij 't volk stond ie niet." ?Ja, waarachtig wel!'' antwoordde Loos, ?offi cier is jo noij; lui'ut is ie, nou! 't Zou er anders mooi uitzien'" De juffrouw begreep dit niet al te host en kwam 'weldru met do boodschap terug, dat dio man mnar boven komen moest. Hetgeen zy ook al niet te best begreep. ?Dag Loos!" klonk het .ihi uit één mond, toen hij de kamer binnentrad. Do Forton rtikte den gewezen dit'iinnr de hand rHoe gaat liot?'' ? Loo.i drukte die hand een weinig; 't U do oude goede lai'iit nog, goddank! dacht hy. ?Eu u lui'nt, als ik vragen mag V" Loos deed deze vraag met opzet witt langzaam on zijn gowczeu heer strak in de oogen ziende. Die oopen zagen er ilecht uit, anders dun vroeger, of er moest zoo juist iets mede gebeurd zijn. Ook de tongere pfhcier stak Loos de hand toe, toen de ''oiton zich niet haiistte om te antwoorden: ?Loos ken je mij niet meer?" ?liowaar met Wachtmeester Box l Is u officier geworden? Dit wist ik niet. Nu wachtmeester. ?. hm, neem me niet kwalylc ... lui'ut Bax ... och, mag ik een oogcubhk wachtmeester zeggen, lui'ntV" ?Ua jo gang maar," antwoordde deze glim lachend. ?Bij welk eskadron is u?" ?Uy het vierde." ?Een best eskadron; nog altyd dezelfde ritracester? En ?neem me niet kwalijk... maar... bevalt het u als officier?" ?Uitstekend, zeker!" ?Dat dacht ik wel," zeide Loos, en zich daarop weer tot de Foiton wendende., noc steeds met kunnende besluiten om te gnan zitten op den stoel, die hem was aangeboden: ?ik wilde u iets heel gewichtigs vragen, lui'nt." ?Mng lui'nt uax hét hooren?" vraagde de Forton. ?O jawel, Ini'nt." ?Eu dar is?" vraagde de Fortou weer, de oogen niet opslaande. ?Of u morgeri weer in ?effectieven diewst'1'erusrkeert, lui'ntr' ?Hoe weet je zoo, dat juist margtin muil tijd m is?" ?Ik heb 't /oowat uitgerekend PJI de-o-opper heeft mij bovendien gezuld, dn t u margen weor'in de sterkte komen moet, lui'nt.'1 ?/oo! Manv, ot ik mi nl of niet terugkom, heb je dan eeu verzoek, Loos?' ?Een verzoek? Ja, maar dat is eigonly'kdezaak niet. Ala u morgen weer dienst (Loot., zou ik u vragen uw oppasser weer ti*mogen worden, lui'nt; dat gebeurt anders wel zoo dadelijk niet, maar de K'ruui heeit mij lij 't ufpn'si'nü'eri'n gezegd, dat, nis ik weer teekende, ik u eu mijn pecrd weerom zou krygen." ?Maar, jij gaat dus weer huzaar worden, Loos? Ik dacht ..."?.? ?Waarachtig, lui'nt, morgen nog ga'ik op't rapport om tien uur. l'olstiek 'tp zijn is guen leven, de lui'nt ? aecra me niet kwalijk ? zal dat nu ook wel weten. Als ik me nog zoo'n jaar vervelen moest, was ik kapot, 't Rapport is om tien uur, lui'ut, bij de K'rnel aan huis, niet op aót bureau in de k'zerne, lui'nt. Mnar do lui'nt... zal dat wel weten.., nie'waar. lui'nt?" ?Vertel mij eens watje: wedervaren is, Loos, en ja maar even zitten." Dat ontwijkend antwoord beviel Loos maar half; ook wilde luj mut «aan zitten Maar hij verhaalde, wel wat onsamenhangend en gejaagd, hoo't hem legoan was. Maai mut rijden, geen peerden, geen iomcradun, polatiekén die je niet begrijpen, dat gaat niet voor 'n soldaat met 'h hait in zijn ly'f, zon eimlifftl* lig'. ?En zal de lui'nt dus weer ?bleekenen?"" ?Hoor eens. Loos," zeide de Porton, een weinig op gedempten toon, ?ik l»en... besloten... den militairpii dienst te gaan vaarwel zeggen." Loos keek strak voor zich uk op den grond, en zeide niets, ?Er boütnan voor my gewichtige redenen, die k ie moeilijk kan verklaren, die my dit besluit lelihcn, duen nemen Ik hub wol lang er meo area!ud, omdat my ook in 't soldatenleven veel lief s, wat ik iu 't burgerlijke niet vind, maar.... t was brter zoo! lic heb er zelfs zoolang mee gedi aold, dut ik nog geen antwoord op myh aanviagc om ontülng heli gekregen en dus wellicht iog voor eon paar dagen dienst zal moeten doen. k weet zeer goed Loos, dut dit je erg zal spijen. niet alleen om je zelven maar zella grootenleelï voor mij. Maar je moot je dat zoo erg niet 'oorstellen Den dienst verlaten is voor jou geicel iets nndcrs dan voor my: ik kan toch rijden, net peerden omgaan en zoon) meer; zie je... dat is dus geheel iets anders..." Eh... 't spijt me erg, heel er?, lui'nt,1' sprak -"i'iaat dof, ?heel erij." En zyn pet ne.iij voort: ?Kan ik dan nog iets voor orgenóchtend, voordat u uaar 't rapof...?" ik noff hier in den Haag ben, mag \sser zyu, Loos, zoo jo wat" t van Loos helderde-een weinig op iet hoofd wat omhoog. ?Dank n, lui'nt. t moet ik u morgen wekken?" ItMtlft ? WT- *? ?Om zeven uur." ?Nog iet* van uwe orders, meneer?" ?Duukjc, Loos," ?U, wachtmeester Das... lui'ut, wil ik zeggen ?" ?Daukju." ?Of ja!" riep do Fortou den vertrekkende achterna; doo Uezeu brief op de bus; maar van avond no;; hoor! Loos stapte met loomc schreden door do drukke, helder verlichte, straten der stad. Hoezeer hom 't vooruitzicht ook toelachte vnn morgen weer huzaar te zy'u, mompelde hij: ik heb nop nooit zóó 't land gehad. ? Hy ging de Spuistraat en VlainingNtrant door, ttmchen zooveel wat hu in lang met gey.iou luid, hy zng het niet. ?Niks meer «an te doon," bromde hy telkens hoofdschud dend, ?nik* meer aan te doen." Hy kwam by do Gi'ootü Kerk on zou er oven achterom loopen om don brief op 't grooto postkantoor to doen. D.'VHIu-.is hij 't best bezorgd, meende hy. ? Toen hij vóór do bus Blond vielen do lichtstralen vau een l:i)il.iarn vnn iml>ij op hut uduv* v;i« denkfouten brief on onwillekeurig bv^on hy to loze». ?Aan zijne Execlli'iitit! deu -Minister van oorlog," ? Hij si'lirikU'. Met oen ruk trok hij plotseling de hand liTujf, diw reeds w.m vourtiitgchraclit om du» brief in de gleuf to orhiiiveii. . . ?Dat \i nij:i aanvraag om ontslag," zeido hij hij zichxulvi'ii. lly ging ond.-r de lantauvn statm om nog eens to lezen, 't Stond er duidelijl:. 'i'ofi> wwrd or daar ton hevige stry'd gesti y.lon. Kv n braaf soltlatenhart zat in de klom tabellen plicht-.betrachting on lieldo voor zijn be roep, 't /on niet helpen, al hield hij liieiiliriof achter ? dij had no^' nimmer dienst geweigerd, dat was iimiborditmtio. Als hij er ten, twee dugoii meo wm-lttte, «ie wi'rt wat nog gebeuren kon ? hij had ini<t nimmer zijn nieerdere bedrog1!!. ï)e luituimiit. kon met moor veranderen Jia ln-t schrijven van dieil brief ? misschien evenwel /ou hy berouw krijgen ? maar als dit niet zoo w.ic, dan .... 't Kon Loos niet schelen of hij veertien daag ?hak" (4) zou krij'?<<Mi, maar bon zou de lui'nt liet opnemen 'f ? Dit alles on nog voel meer doorkruiste in eènigc seconden het. brein van dwi trouwen dienaar. Toen ? liep hij hard we# met den brief en zeitlo vast bnsloton bij zich zelven: er gebeurt wat er wi', ik houd hem een das* m don zak eu als er ttan geen wonder gobt'iird i* ? zal ik hem op de pust doen. Eu aan de hoop op zulk eon wonder zich vast klemmend al» een drenkeling; aan oen stroohalni, holde hij voort naar da kazerne (wam- hij reeds van nacht zou logeeren) ia angstige spanning wat du diijj van niorgun ffeven zou. Deu volgenden dag waren de Forton on zijn oppasser reed» vroeg in de weer en op stront. D« Fortou moest nog een en ander iinn üijn uniform 'laten maken en er van bijvenzoeken, teneinde st.riiks behoorlijk op het rapport bij den Kolonel t« kunnen verschijnen en hy hop du« nog in politiek op straat. Lood een paar Dassen schuins links acht«r hem. Toon -wij de hoofdwuclit pussc-erdeii, vhis-'n plotseling eon wachtmeester en oen tii-nt.il nuznreu, die tlaar zaten, overeind iu de nvlitaire positie 011 de wachtmeester salu eerde; zij hadden hun ouden officier herkend. l>ezo groette PII Looi, die 't een oogeublik weer dubbel gevoelde wat do luitenant zou paan mis sen, nt.ce.uT het bloed naar de wangen en hij salii'enh' mede. Te deksel! 't was zoo jammer ? niks meeran te doen! 't Was negen nur, nog een uur voor 't rapport. Loos was bezig op de kamer van de Fortou en deze zelf nam een hoek en ging voor het raam zitten, Bax was-niet thuis. I)e Forton lus niet, maar keek nu eens naar buiten dan weer naar Loos en draaide onrustig op zijn stoel. Loos borstelde. ?Kijk eens, meneer",zeide hij, dezen een militaire rijpiintalon voorhoudend, ?dat gaat stuk. Daar moet leer tejren gezet worden voor de knoopsgaatjes van de tous-pieds ? dat gaut zoo met, dat zal^op den duur niet houden". De Fort1"» *»i»1.niw n.»ri met, een droeven glim lach en z ed het er t . jlf to zien n . w. kwalijk; iw fuimlie o ' ?Dankj sn het zeer ?En d ik vrnyoii n . ?Daiikj. ?Ik hè ? si, ik heb ve ni met de fr ,,.!>», Lo . rü zon' dat j'y re... ...0 . 0.......-d zijn ? ik lieb zoo iets vernomen, zij was reeds lunj£ geleden niet erif iu haar schik ? mij dunkt alt< je nu weer in dienst gaat dun laat j'erleehjk zitten." r Ja ... ik weet nie't wat er van komen zal... ik deuk wel niet veel. ? Maar wat kan 't mij fcheloii... of liever... Nee, meneer, ik heb tegen d'r gezegd, doo wat je niet laten kunt, zeg ik; wil je vau me af... best, neem een ander. Voor 'ii weid laat ik den dienst niet loopen. Ik had iu Friesland al een huis voor een eigen smeden.] gehuurd en meubels... moor ik r,eg: ik geef 3'r de pocrjig af, zeg ik' Zie mooi- dat jij 't ate.lt sweleke, zeg ik tezen d'r. Maar al was 't een engeltje uit den Hemel:.. voor geen tien engeltjes, meneer. Wat zegt u ?" DB luitenant zeide niets; hij stond op en tuurde het raam uit. ?'t Is by half tien, mynhèer, u moet n klaar maken." ?Ja," zeide de Forton, maar zonder zich te bewegen. T Eu do pendule hier is achter, meneer.'" De Forton antwoordde niet meer en maakte ook geen aanstalten. 't Was een oogenblik .doodstil in de kamer; Loos stond dicht hy liet andere raam. Buiten hoorde men zacht doch naderbijkomeud geroffel van trommen. Hun dof geluid werd allengs dnidelyker; de tamboers sloegen den «Utigen doodonmarsch. Een groote, dichter wordende menigte daarbuiten werd eindelyk door de tamboers en de muziek en een peloton infanterie gevolgd. De grenadiers begonnen den treurmarsen. De lijkwft«en kwam, de_ slippen van het kleed werden gedrogen door vier officieren en op de lykkist prijkten hot hoofddeksel, de wapenen en de eereteökoiien van den gestorven soldaat. Een groote stoet officieren en minderen volgde te voet. Dnai-na kwamen de de koetsen. Nog weerklonken uit de verte de indrukwek kende toonen der prachtige muziek. De luitenant en. zyn oppasser btanrd-n nog sprakeloos naar buiton. ?Zoo zullen' ze my ook eens begraven," 8]>rak de soldaat met een paar schitterende oogen. De officier keerde zich Italf om en dood of hu iet» zocht in den hoek by'het raam. ?My'n sabel? vraagde hij, huif luide Hier, mijuheer!" , Heb jo inyn brief gisterenavond op de post gedaan ? Die vraag trof Loos als een bliksemstraal. Hrj werd rood, bleek, alles te gelyk. Eindelyk hak kelde hy: ?Eh... ja... milnhoer." ?Zeg eens, Loos, lieg j*y'?" vraagde de Forton. Loos trok een beenliy' en nam de militaire positio aan. Zyn. plotseling bleek geworden gelaat vertrok wonderlyk, zy'n lippen begonnen te tril len, hy heet op zilu snorreDaard, hoog het hoofd een weinig en zeide zeer zacht: ^Dc h»b gelogen, my'nheer.ir Heb je den brief dan vergeten ?" Loos streed met zich celven. .Neen, mijnheer maar .... ik wilde hem achterhouden, nog één dag.." r\Vaarishy?" ?Hier, niynheer." Loos haoldo den brief gerolt ii: drie, vier papieren uit de borst van zyn mouw vest eu gaf hem de Fortou over, du Fortou be zag het gewichtige stuk nog een opgenbük; toen ? scheurde hy hut doormidden, wierp het in det open haard on verliet weldra zonder een woorc te zeggen in marschtonue de kamer. En Loos zag het papier in het knetterende vuur lustig optlikkeren en hy kon zijn oogen nog niet aelooven en vertrouwde de zaak uoj niet. IIy liep haaatig naar de kazerne en reedi op do Linnonphat» zuide de opperwachtmeester \wm, dut de lui'ut de Forton weer ?op heden, i September, voor jfoed in ile utorkte was getreden' en dat hy dou Kolonel reeds om Loos als oppas;vr verzucht had, ? En dn Kolonel ontving den ijerouwvollen wederkeeretideu zoon van het eska dron met upuu armen, ou gaf hem lui'nt de For ton als «heer" «n Juli uU /.ijii paard terug! En hij werd gevoerd in de sterkte van en met 3 Sep tember voor broad eu HoUlij, Wat was Looa verrukt! De luitenaut ging dien tlag nog voor aclit dagen naar Ksschatc terug, mnnr'Luos heeft 't audufs aangelegd. 't Was juist Zondag, liet goheele eskadron heeft hy getrakteerd en dut wilde iets zeggen, want de sterkte WHS bij deze gelegenheid veel grooter, dan wanneer het voor de oefeningen uitrukte. En ze hebben allen bl.... veel pleiisier gehad, en alle maal hebheri 7.0 extra Apatjua op Loos zyn ge/oinllieiil gedronken en van ay'n sigaren gerookt t-n zij hebben, gedachtig aan ?de samenwerking der wapens," du iiifutitrie* voor dtrze keer «ena niet uit de kroeg gegooid en in samenwerking inct <kze hier eu duar de poktiekvu op hun gezieht geülagcn en nooal meer. Dc-n volgenden dag bij 't. ja?.10:1 (5) hndden zij 't er nog over en zeiden een.iU'mmi<; dat Loos een gode korel was. Nog in luter tlagen word er gewaagd van den dag toen Loos weer bijteukende Dat w nu nl lang goleden. De Forton ia rc-ud* cenige jaren ritnu-ester en zij'i vrouw is Ilortuu&e van der Welle. Want rcedü eenigii maanden na het besluit van haar teyenwooriliafen man om weer in actif-vetl dienst te treden, Iu eft Papa moeten zwicht1:» voor den sterken bond van twee elkaar minnende zielen. Eti Loos is oppasser van don ritmeester, iets wat in zyu oogen veel meer beteekcnt dan MiuisterPix-mier vun het Cabiiwt. Hy gevoelt zich dcii gelukkigste aller stervelingen, ui wordt ie wat stijf, want hij loopt reeds tegen de vyïtig eü zijn vrouw heet ?Sjane." Want op een tfoeden dag was hij op 't rapport geroepen en had de K'mei hem gevniajjd :'rLoos, ie staat No. l op den rooster: wil je ook trouwen?" Toen was Loos plotseling ieU te binnen ge.ichuten, daar hy nog al meelij dend van aard was en had gezegd: «Asjeblieft X'rnel, Ik zal zien ... vau daag..." ?Nu goed; maar van a v oud uiterst moet ik 't weten." ?Ik zal d'r voor zorgen, K'rnel!" En zoo gebeurde het ook, want Loos telegra feerde naar Esschatu eu Jeanne had onmiddelyk «euntwoorxh ?Ik heef u soo lief. Ik koin bij u." Jeanne heeft hem zes kinderen geschonken, waar van drie reeds dood zijn en zij kan 't met haar Loos best schikken. Zij wasclit en strijkt voor Mevrouw de Forton en houdt nu voor twee maan den de cantine. Een enkele maal moet Loos wel eens .tusschenbeideu treden, als zij 't met andere dames collega's aan den stok heeft, moor dan bijt ie maar wat harder op zijn pruimpje en denkt: ?Van die kleinigheden trek ik mij niks au. Ik ben de oppasser vau den ritmeester." 3) Voor dea chef verschijnen vóór vertrek. 4) Pro-oost. 5) Bet uclülJen der aardappels. PRAATJES OVER BOUWKUNST. III. Centraal-Stations-Gebouw. Wanneer wy voor een oogenblik onze wandeling staken, vindt dat zyn oorzaak in liet verschijnen van de plannen voor het nieuwe Centraal Fersonen-Station alhier, dat op het stations-eiland, met het. f i out naar het Damruk gekeerd, op de thans voltooide fundeering zal word«n opgetrokken. Het \erachyiien van dio plannen is een hoogst belangrijke gebeurtenis voor onze goede stad, want liet Ceutraal-fttationsgebonw, waarover jaren lang is geschreven en Kedi-cu-neerd, zaleindelyk iu een onzer dringendste behoeften voorzien. De houten loods, tham met den naam van stationsgebouw bestempeld, is der hoofdstad ten eflneiiQiale onwaardig, Men keut de .geschiedenis van de statiolespro jecten. Daar de Uegeeriug huiverig was, zulk een oinvangrykeii houw op te dragen aan de StaatsSpoorweg-ingenieur*, die tot duiver op dit ge bied niets dan wangedrochten schenen te kunnen leveren (men deuke o. a. aan Rotterdam), werd het wenschelyk geacht een meer esthetisch per soon er mede te belasten. ' Hoewel het in een dergelijk geval voor de hand zou gelegen hebben, een openbare prijsvraag uit te schriiven, hetgeen in het buitenland reeds zoo dikwerf met den besten uitslag plaats vond, kwam deze gedachte by de Itegeering niet op. Immers, sedert dé Kunst ten onzent regerings zaak werd, bezittrn wu aUchts ëén Architect, die in sUat in een behoorlijk ontwerp te leveren, en die eene is de bouwmeester van ons Ryks-Museuni. In alle stilte, zonder dat een haan ernaar kraaide, werd dien uitverkorene dan ook de opdracht gegeven. Daar man hem echter op con structief terrein niet al te be*t scheen te ver trouwen, werd een praktikus aan den esthetikuc toegevoegd, om zy'n vlucht wat te breidelen. De vrucht van den gecombineerden arbeid ligt thans voor ons. Reeds de eerste blik op de plannen doei u zien, dat de ontwerper van dexe plannen voor het, Centraal-Station, dezelfde is, als die van het Hijk»-Museum; gtf vindt er dezelfde kruiskozijnen, dezelfde torens, dezelfde droge nuchterheid. Voor wy ons echter -meer met bizonderheden bezig houden, komt het ons niet ondienktig voor, een korte beschrijving v*n de indeeling te geven. Door de vestibule binnentredende bereikt men de plaatsloketten, die in yry grooten getale zün aangebracht. Rechts en links daaraan grenzende vindt men lokalen tot afgifte en aanneming van bagage, dia door middel van een tunnel, onder het Rnheele eerste perron doorloopande, met elkander in gemeenschap zijn gebracht. Behalve de vestibule, .die door de verdieping heenschiet, hebben overigens allo lokalen op den beganen grond een betrekkelijk, geringe hoogte, hetwelk zy'n oorzaak vindt in dé verhoogde lig ging van het perron. Deze verdieping bevat verder verschillende dienstlokalen. Langs twee breedë trappen bereikt men res pectievelijk de wachtkamer III klas'e en die der I an II klasse, die op de eerste verdiepinggelykvloers met het perron gelegen zjjn. Op deze hoogte treft men verder behalve eeniga ondergeschikte lokalen, als retirades enz., ook een Restauratiezaal en een Wachtzaal voor da Ko ninklijke Familie aan. Déze laatste wordt door een afzonderlijke trap bereikt en heeft ook een eigen uitgang op het perron, Aan de beide uiteinden der perrons vindt men lokalen voor Bestelgoederen. Voor da aankomende reiziger* zlja twee afionhjka trappen naar de straat aangebracht Op da 2e verdieping zijn behalve een groote ?aal boven da Vestibule verschillende dienstver* .. ? ?? ? * ' ? ' > i trekker, woningen eu. Aan den voorgevel vinden rfj ten jlotte mar* . van \jier en glas, om de retsigeri gele» genheid te geven, droog voet» bunna lyiuigrn te kunneu verlaten. Daar wy bij hot leveren van kritiek omlrcnt de indeeling van het gebouw te zeer io technische bizonderhoiien zouden motten ticdvu, weus'.'lien wü er ons thans van te oatbvuden. uy het ontwerpen vnn hel uitwei.digo vnn het gebouw word de arclu'tect l»)ykbaar beleid door do zucht, «oovi-el mogelyk wuur te zyu eu hij gebi nikte slechts ech'.« materialen, bak»teen eu bergsteen, wat voorzeker te pry'zen valt Doch wat wy by eeu vroegere gelegenheid opmerkten, geldt ook hier: Waarheid i» wel ecu dor hoofd voorwaarden voor een werkelyk goed gebouw, doch dient tevens gepaard te gaan mot schoooe lyuen, gopsste verhoudingen, edcld viriiciin.ijon, slouto prolileui ingcn. Voldort nu liet out werp van hotStatious-Goboaw ook aan dezo l.mis'e ei«clion? Nanr onze mecning met! lint geheele gebuuiv it oen triumf voor de j-echte lijn, allei is door rechte luiiou begrensd. Govehoppen, rninon, deiirtn, toivus, allen /.y« rocbtlyiiix. Slechts tteelsjjewijie is boven een paar rnamkoijjiis eeu boog autigebracht; ovurJgciii in alles zoo vierkant uioxelyk. G we u fomh uit*prinn[end(i cordonlijst, die cemg rclitf geefr, zelfs geen kroonly'st tivft men na». Io plaats van dit alles een paar nietige bandjes vau bergsteeu, en ettelijke ijzeren anker'. In schier oueii.dig anutal staan de kruiikoxynen in hot gelid, ïojdat men eer zou ineunen, uen kazerne dun een station tozieu. Het beeldhouw werk, dat ann liet Itijks-Museum boven dcratncn is aangebracht en dnt ze althans een gazins reloveert, ia aan her stut on weggebleven, de veiiolers zyn dus niets dan gaton in de m ure u. De middenpartij vau het gebouw, die er z:ch zoo uitstekend toe leeuen zou, om wat werkelgk sehoons vourt te bre»g«u, is al byzondar arm v«n conceptie. Een hoofdingang wordt uit t aangetruffeu, ? vijf ingangüourtje», buiten alle ver houding tot net overige, zy'n daarvoor in du plaats gekomen, zoodat, al* het station gereed is, het l'aleis op den Dam niet meer het eenige ge bouw te Amsterdam zal zyu, waarop spotlustigen deu naam van ?huis zouder deur" zuilen kunnen toepassen l Dd buitengewone hoogte der vestibule zal die deurtjes nog üespottelyker doen schynen. Büven deze vijf deurtjes vindt men weer de onvermijdelijke vierkante kruisramen on hier boven nog twee kruiskozijnen een drietal kerkramen! Tot versiering van de middenpartij moeten ver der nog dienen vier uiterst mager J, op verrekgktH-4 gelykende spitsen, eenigu middaleeuwiche schilden i<n een met zeer heraldisch N ederlandich wapen. liet middenfront wordt geflankeerd door twee zeer zware torens, wier houfdbestemmitig schönt te zyn, een schoorsteen te moeten diageu. Een er van is van een wyzerplaat met uui wijzers voorzien, terwyl aan den anderen toren, die eigen lijk overbodig was, een dergelijke wijzerplaat ia aangebracht, die de waterstand te imuideu of iets ^dergehjks zal aangeven. Wat toreus met een station te makea hebben, zal wel niemand begry'pen. By' een raadhuis of nddur burcht of kasteel waren zy' beter op hun plants geweest. Misschien bestaat wel het plan ze aan een Maatschappij te vei huren, die de reizigera er tegen betaliug met een lüt naar boven brengt, om ze vau het fraaie vergezicht te doen genieten, 't Zon zeker een ?great attraction" zyn l Dé onderste verdieping der torens bevat geen vensters, maar drie maten met beeldhonwerk. Kaar de teekening te oordeelen, stek dit legen den van heiligen Voor. Dit zal echter wel abeet Vergissing van den teekenaar, die misschien veel aan religieuse architectuur gedaan heeft, moeten geweten worden. Het gedeelte van het gebouw, waur de Kouingszaal wordt aangetroffen, springt ecnigszins meer voor, dan het overige. Koninklyk is bet karakter van dit onderdeel' van den houw echter niet. Op een zeer nuchtere wijze wordt het door e«n pakhuisgevel gekroond. De hoofd deur vertoont dezelfde kolomorde, als die van de Directeurswoning van het museum, een kolomorde die Vignola en Palladio zeker in hun graf doet omkeorén.Tochscliijutditkoloinmenpaaraaagebracht, om aan het gebouw een Keuaissance-karakter te verlvenon. Behalve deze twee kolommen is alle Reuuisaance aan het gebouw vreemd ? hier en daar vindt men wat hwt-Gothiek, voor de rest mets dan nuchterheid. f Hoe fraai had echter ons nieuwe stations-gebouw niet kunnen worden, als men werkelyk de vormen der Hollandsche Henaissauce had toegepast, 't Is waar, de zware torens hadden dan misschien niet aangebracht kunnen woidén, duch zon dit verlies (?) niet ruimschoots zyn opgewogen door de geestige topgevels, da fijne pilasters, da rijke kroonlijsten, het karaktervol ornament, dat w£ dan te zien zouden gekregen hebben? Wie het prachtige kasteel Oud-Wassenaar kent, zal het ons toestemmen, dat de Hollandsche Re naissance zich zeer goed aan moderne gebouwen laat toepassen. Wat uien ons echter thans voor Oud-Bollsndich te zien wil geven, zou Hendrik de Keyzor ett zyne Kunstbroeders de baren te berge doen ry'zen. Hoeveel schoone monumenten de Vaderen on* ook hebben nagelateo, hut laat den ontwerper van het Stationen Ryks-musenm blijkbaar koud, want die monumenten passen niet in zyu kader. Al wat niet bet karakter der middeleeuwen draagt verwerpt hij geheel. Mogen wy net na als een aanwinst voor onze stad beschouwen, dat zy eerlang een stations gebouw zal verkrygen, e«n kloosteibonw gelijk? Is het niet te bek euren, dat wy'door het dry'ren van een zekere richtii g iu de officieele knust,. thans weder worden begiftigd met een gabouw, dat de verbazing van landgenoot eu vreemdeling zal opwekken en dat iu geenen decle zal kunnen wedjj veren met een der vele monumentale station* iu den vreemde? Men deoke slechts aan Weenen, Berlijn, H»nnover, Maagdenburg, Frankfort en zoovele andere. Tnant, nu binnen weinige dagen de aaubestediua ? aal plaats hebben, kunnen nut'jurlijk geen wy'ugingun in de plannen meer worden gemaakt.- ? Kr bestaat echter in Nederland een maat?chanpQ, die n'ch teü doel stelt de Bevoideriiig der Bouwkunst, en waai-van allen die naam heb ben op architectonisch gebied, lid «jjn. ? . Waarom niet haar advies gevraagd, alvoreni de plannen definitief vut te stellen, zeker zou haar getond oordeel het veto ever eeu dergelijk ontwerp hebben uitgesproken l Wy ontkennen hiermede niet, dat de Bouwmeester van het toekomstig Centraol-stntion . Êroote verdiensten heeft ten opzichte van den . erkbouw hier te lande en als Restaurateur onier oude monumenten. Doch toon hu het reli gieus terrein verliet, om zyn theorieën ook op den profaanhouw toe te pasien, kon hot wu niet anders of hy moest in botsing komui mei de eischen van den hedendangschcn tyd. Met den hem eigen Qver heeft by getracht, da klippen om te zeilen, doch zijn eenmaal geves tigde overtuiging maakte hem dit hoog»t bezwaarlyjc. Het U jammer, dat hjj niet ry'n krochten uit sluitend is blyvén wy" den aan de religieuse ar chitectuur, waarvoor hy een zoo groote h«r taafdlieid toonde, getuige de fraaie kerken in e Vonde1strant en Uouttninen, alhier, die t* Ouderkerk, te Bovenkerk, teAlknuar, te'fHage, be Eindhoven en nog veel anderen meer. Laat OM hopen, dat het hem genven moge ty'n, nog vele dergeUjke gebouwen daar té ?tel' [eu, die meer tot roem van den Bouwmeester ?uilen b(jdrajjen dan het muMum, en het ttation. ? Jhiplez. ha* niet ? tvjwter ut! . üö ? , dan

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl