De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1882 30 juli pagina 1

30 juli 1882 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

"t f i f: DE AMSTERDAMMER, W.E EKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 265 K-pens de intniiilingen ter Int riixlionale k >!oni«le Uiitoonstelling melden du dugbi.uleu hut ei,-ii uu ander, dat hoop geeiV op slagen. Kngi'lacutt, framclie, sjmsiischo regeerinff*peraonen bevorderen de iuiöiidnigcu hunner uyveren. lluitaohlaui, 100 woidt ber.i'lit, staat uan het hoofd wat bet getal anuvui^en voor de klussen: werktiiiykimde, inuubele-s nnizink en vordingsmidd>-leu botruft. Celgiache inzenUers zoudon reeds l^.i'UO mettr* b<-8piüken hfbbm. Mot vcnoAgon zal men <)at a-es vernemen. Do lioofdvraa.4 echter U, hod staat Ne Ierland iu ve.houding tot de overigo mogendheden? liet zou zoo to bejammeren zun> ftl* ^Üop »ua eigen terrein totaal verslagen werden. Do schadn zou groot kunnen wezen. Zgu er ook blijken d*r de Nedorlandsche rrgee1, ring aan de eer der nedeiliuid-ohe uy verheid in dexe zich iets gelegou laat liggen? UIT DE HOFSTAD. No. 103. De Icgra/ettis van Iu tenant Borci. ?? Voor miju open mam gezeten 't ia 9 uur on vuurwerk te-Scueveniugva zie ik iu do verte «en vuurpijl opgaan. Welk een treurige herin nering moet zulks bij oua nllen opwekken. Op den on dezer toch xat( een' schipper ook eer vuurpijl, a*t by zuelieilen bekende Doodsigunn! ointdlaten door d» rampzalige bamauniug van dt Adtler. Do kerel zag hut en bood geon hulp of maakte onmiddelijk rapport! Laten we over 7.00 ieiuanit zwij?pn; hij ver dient geen druppel inkt. Er zijn inen-chelyke adders, die 't dood trappen niet waard z(|n. EU het ter aai-di) bestellen van het ttotTelyk overschot van den zrcolïicier Uorel, kwam on willekeurig de gedachte by my op: liet bloei van hem en de G'2 andere sUchti ffor» vau het vreesselyk drama, spat iu het aangezicht der nat ie en wy mogen vegen, wasschen en boenen, de vlekken, door dat bloed veroorzaakt, zijn on uitwischbaar zoolang als.onze herinnering itrekf, aooUng onze geschiedenis spreekt. Slachtoü'ers zijn het! nicii moge zooveel commi^iou van onderzoek naar de oorzaak van de i:»mp benoemen als mcuwil, men moge zooveel vei'schoonbaars voorwcmien als uien kan, het blijft echter ecu feit dat deze 3 landsdicuaren niet uit vryen wil zee kozen, dat zij niet voor hun genoegen van IJ muiden naar llellevoet sluis gingen, maar ala afhankelijke mannen gecom mandeerd werden om deze zeereis te maken. En nu is de Adder niet gestrand, niet lek ficstooten niet overzéild, neen zu is gezonken, omdat lut schip niet zeewaardig w»s. Al moge nu ook be weerd worden dat dergelijke schepen, en ook dat schip reeds meer dan eenmaal zulk ceno reis ge maakt hebben, het kan hen, die wisten of kunden weten dat de monitors tiiet gebouwd zijn om de volle zee te kiezen, niet vrijpleiten van de schuld, die on hen drukt 63 jonge en ervaren wannen te hebben gewaagd aan een ouzekerru tocht. Laat het een les zyn, onvergeet baar voor hen, die de macht er toe hebben, om in het vervolg het leveu van onze zi nen en broeders niet roe keloos op 't spel te zetten. Welk een naamloos leed werd er door d»ze ramp niet besohoren'over de hoofJen van familie betrekkingen en vrierden van do verongelukten! Wat atond die ongelukkige vader vau den veelbelovenden liorel, als d^or smart verstomd, we zenloos van onuitsprekelijk zielvulued te staren op de baar, die bet stoffelijk overschot van zijn lieveling bevatte, en 'wn die het atih«chou«deu, ?wij leden met hem, deelden zijne smart en werden tot tranen toe bewogen over zooveel blijken van liefde en vriendschap, die uit den bloemenschat spraken, waarouder de kist begraven werd. En om ona heen, was 't anders gesteld en 't strekt 't volk tot Bcbaiide, Jat het iu uog>mblikken, waarop ene plechtig» stilte te virwuchten zou zijn, xich ouder, het voorwendsel vau belangstelling durft gedragen zooala htt d«ed. Welk uut toch, ik vraag het allsn a'', die op t kurkhof tegenwoordig -waren, heeft do tegen woordigheid van den huL-'fücominissaris van politie als zijne maatregelen zoo slt-clit genomen worden, dat l niet mogelijk was om tchaiidelyke tooneelen te voorkomen. 5'.et enkel dat het. volk dermate om 't g i', i i' geii'Ongeu was, dat officiereu iu unifuim, die l>üden stuet behoordrn, de groeve iiiet kuilden bereiken, maar de oneerbiedige menigte, waarouder een groot aantal airautji>ngeui, ontzag zie!) uiet om veciitauJo eene godtiu plaats te ver01 eren en op de impeiïaala vutt de volgkoetsen te klimmen. Neen, mijnheer van Schermbeek, gühebt u alweer vr\j onhandig vau,.uwe taak, die echter Uwe tuak niet ia, gekwofeii. ? Een commissaris yuu liohtie, die bewijst zoo weinig pouvpii' over 'tvoik te hebben su m geb^vke wa* omiich door -eeu ? vohloüud aantal iigeirttn , te laten bijatnin, deed beter om stil on zijn bureau te blijven en m-t het ordo houden by zulk eene menselieuope'iihoopii;g liever eeu ferm inspecteur van politie te belasten. Nog schandelijker was de hun-y aan 't station vau du llollandache SpoorwegiuaatachAppij. liet duurde d*il ook geruimcii tij t eer de begrafenisstoet zijn droeven tocht nuar do laatste ruatplaata kon uaiiVuiiguu. Spoorvigelantes, ti-amwug-'n-, h^ndookarmu en kalkwagcus schenen om strijd deu. doortocht te willen beletten eu de slippen. Oragei-a-zeeofdcierên in uniform, koude'n met 1 moüitu nabij de lijktoet' btyven, 't Was in een woord M& jeba&deiyk tooneel . van wanorde eu oneerbiedighuid. De politie ver mag daartegen niets, als zühare maatregelen . uiet te vnreu neemt on met overleg eu doorzicht handelt Op 't kerkhof lag de groote fout daarin, dat tiet publiek'eerat slechts b(j troepjes de toegang werd verschaft, terwijl by 't aankomen van den stoet, honderden tegelijk binnenstroomden en uit nieuwsgierigheid ooi de groeve te zien een achandulyk gedi-ag veroorzaakten. Had men d* hekken steeds opengehouden, dan waren de tooneelen V4ii verwarring zeker voorkom h. Hoge da hoofdcom. midsaiij van politie uit d«?ïe waaiauhynlykheidpanij i rekken voor de toekomst en doordrongen wor den van het voldoeud bewezen feit. dat al was zyn oranjesiienstliüt nog 'drieinaal breeder, dit enkel geen baudelooza mënijfte in toom houdt, als de drager van dut lint goen ontzag weet in 'te boetcmm ol eerbiod afdwüigt door de waar digheid zyner handeliageu. 'nllage,. J, A. de Bèrgh. 20 Juli 1082. UIT DE BISSCHOPSTAD. We zjin in de volle kermia, 't is van daag de uitga»n»dag van de chique lui. Maandag de hoveuieis, Zaterdag de meiden en knechts, Donderdag de fijne familie.». De kermis is zoo besmettelyk Jat zy ieder aanpakt Birounen en baronessen, joukheeren en jonkvroawen, ly' waren van avond uit als lUandag d« groenvrouwen en de groenboeren. Een bepaald onderscheid aan te wijzen tnas'-hen Maandag en Donder.log, tuischen Don dei d -g eu Zaterdag is niet mogelyk. 't II altijd hol z -li Je, omdat ziob otider de hoveniers ook jonk heeren, en onder de jonkheeren ook boeren mengen, t Is voortdurend een geschreeuw, een een gebrul om hooren en zien te verlezen, waut bn alles beeft bet volk den boventoon, 011 hut vulk heeft geen pleiiier ali hot geen l*wwu maakt. Ons volk heeft geen pleizior als het niet mag zingen. Zinjren ia een zeer slawht voord vuor )ietge»u no« vont norm t h«t zoo. Uet kermiagezang is altot beh>lv« wat welluidr, maar en dat is ojmerkehet kormiageung heeft -ieder jaar iet* Vuiwdeu jaar had ieder e«n oude taote dio met kranten liep. Er schijnt ouder die oude tiintes eeu gioote tterfte plaats geliad te hebl>cu; een heel enkile heeft uu nog maar xoo'u tante. D.t jn;ir «vertelt iedereen dat hy een wandeling g'iiit doen, al in het jeugdig groen met een mvUje vau fatsuen. Dat jeugdig groeu sc'uyut alleen tp liet Yreebiu'g te bo taan, waar uu-u meorla.it hevi'c vau Hof en iiofTorgeur ditu vuu juug >ig groen. Ook tio nuü^jea van fatsoen zien er, wat latsocn buiivft, h. el apokrief uit, on all ik eea wanuehug iu het j»iigüig groen moest guau doen uu ik tiiiiur liever coii iueisj« hebtien zonder fatabeu, dan een die haar fatsoen zoo luid den volke verkondigt. Natuurlijk ia op de kcrm!s van alles te zien en belialve ii» kennin hebben wy nog de tentoon* btolling van nijvorhoid. Dio tentoonstelling U klein maar lijn. Art, l van het programma zi'j(t dat alleen t-.ntoonpe-trld zullen worden voorwerpen van nijverheid uitsluitend in de provincie Utrecht vervaardigd. Ik heb nu wel gezien dat eene spe ciale Utrecht-cbtt nijverheid met b.-staat. \an Uirechtsche iheórniuljcs mng men b.ijveu spreken, maar uiet van Ulrei-lrsche i.y'verhuid. Het maken VHU thec'rsiuljos schijnt ni-'t tut de uijvei-lie.d te behoomt, uithing er ia op de eutoonatelling geen theeiaudje to bekennen. Trouwen* wij mi-Beu op di« tentoonstelling zeer veel dat wij er verwacht hadden, on wij vonden er Kaken tentoongesteld die aan alle* bohitlve aan nijverheid doen deuken. l'oatiegolrnozalk ia zek-r ten zeer vreemde nij verheid; en iu welk opzicht geweren met nijvurhtiiti iu verb. n l rtaan is my ook niet iluuielyk. uier ia vertegcnwuoiiliffd duor 8 halve il-sebjes; sigaren door cv n iuzeuauijr; boeken vu dat in eeu aciidemiest ><1 z.ig ik er totaal zeven, die aU proeven uvu uitgave zijn inge/.ondeu. Utrecht heelt zulke voorti-i H'elyku dru'Kkeijjcu, men ziet er niets vnn op die tentoonstelling dun de uit gave .het Nieuws. E«n Utree itsoho uitgever wions ui'gaven her haaldelijk gero md v,'i-rdon door letterkundige tijdïcliiil'ten sch.iut vuu do tunroonatelliug ver dwaald te zyn naar den Ii.terijli0fk,d:o ook al in hetzelfde gt-bouw wordt gehouden. Ouder dn tentoongestelde, boekeu zag ik een boe'; getiteld een Onberaden btnp en ik moest erkennen dat het eeu onberaden stap wns om zulk ee.i boek ala Proeve van uitgave ten toon te stellen. Ik klaag over h< tgeeu er niet is, maar dan zou ik het moeit moeten k!a^en over het gebrek aan menscheu. IJy van Koppen verdringt men zich iu e»n onmogelijk warm vertrek, o:n onmogelijl; Jeelijküir.iuiek te genieten ouder het genot van een glas latiw en duur b:er. Op do tenloouatelling »g ik in er oppassen dau nu-uscheu. En al nvst er veel, er u tocli zo weel mooU on nuttigs en fraai* to Ifijif. En volgende waek <leel ik eeuL'o hjjxo: dcrh-fiU-b mede, maar nu iejds wil ikied'-r aaniadeu de tentooiis'ellhig t n gaan zinu 't Ia j*ecn wereldtentoonstelling, zelfs geen nationale tentoon-telling: maar op velerlei gebied is er veel fraais. Een wat mij vooral trof w^ de fraaie etalage m schikking. Tentoonstelling, vau Nijverheid ia teen titel om meii^htju te tre-Kken; dekermislui verstaan dit beter. Pak de teuning! Z'tdna-riets i echt kennis:ichtigs, iets nieuws, iets nautntkkeiijks, w.iursrliijnlijk omiiU iiicm ind h-'t begrypt-. JLn die leuuiiiKpakkerij hoeft zjo'u suco^ dat, ik my' heden verbausd« hoe ied r zich beijverde om dia leuuiucr te pakken. De directeurs v:»n de leuuingpalikerijeu zagen er allen zao opgeruimd uit, dat HH-II het hen kon aanzien, dat zj tevre den waren dat zij het Utivchtsche publiek zoo inpakten. Trouwens een kermis brengt m«dei dat ieder er tevreden uirziet. leder scliy at slechts voor zyn pleizier op de wert-ld te 2;in, -r- 'tisoi er ge^-n ougu!nkkigon meer zijn. Alles doet men voor zijn pleiz er of voor bet j'lt^iiinr van eeu ander, llalub reken de toeren doet men met een iipnuiirinig lachje; men guat ia het hok van een l er u w met eeu glimlach; men zweint onder water; mou kraipt d-or leuningen van stutlen, men doet allerlei onmogelijke eu onnoniiije dingen, ollea met het pleizierigite gezicht t»r wereld. Vertooijei-s eu kijker*, geen van uilen hebben z >i gen, schijnan zorgen te kennen of ooit gekend ie hebben ... Scliijnen, ja! 't is alles schijn ,? 't ia alles koortsige opwinding. Die glimlachen zyn wellicht nog onnatuurlijker dau al de sprongen eu kun sten. Achter dat tentje zit een moeder met eeu ziek kind. Een woonplaats kan men bet niet heéten, nl doen die planken eu dat zeil ook al w»t zij vermogen om er een woonplaats van te maken. D.ifc diep bedroefde gelaat van die moeder, dat ziekelijke gezichtje van dat kind ziedaar natuur, die zich tracht te verschuilen achter pen vuil zeil. Een woeste horde komt nla razcndeu aanrennen, onder het brullen van: Kom laten wij ecni vroo'iüjijijk wezen, Kom laten wij eens vruolyijijyk zijn. Met ondenkbaar vele ij'a. Als do kermiakoorts voorbij is daiïmoge die moeder weer vro<>lijk zijn bij een'hersteid k'nd, dau mogen ook dia zangers en zangeressen vroolijke gezichten kunnen vertoonen. Dat zij zoo! Jan de .bisschop. Leeuwarden is vooruitgegaan, het is een or gaan11 rijker. Wy' kunnen i;«; int iu dien zin nog wat tn««r georgnn'seerd woid-n, wniit voor hut bv-prekon -van 'gemeentezaken h<liheu wc reen enkel blad. De Lwutviirder (Jounittt, uus dagblad, houdt zich tloohts met n:eunsb«ricbten «naJverliea op; dtfl»at>tüu kriigi xeu:t. geheel Friesland in ruime inate toegezonden, want niemand iu de provincie wordt geb.>reu, trouwt, sterft, verkoopt of verhuurt ieia, of htjr. moot oeniga malen iu de Lecitwtinler te lezen staan. Do enkele weekbla den die Itier vcrs-jliijneii worden zeker ui-t door overvloed van advertentiea gedrongen de b«>pre king der gemeentcbu'iingen to laten ruitun; een enkele maal ook wordt wel eens eeu gemeente raadszitting er in besproken, ninar het is eeu zeldzaamheid. Of nu dit r.ieuwi Idad 0/i< }f»nrden anderi zal handelen? J'e drio thans vcr^clienen uumm-irs wnkken in dit. opzicht n et, -veel iwachlingnp. Uni hoorden wil ^yn eennNieuwseu advertentieblad voor ('« Nourd'lijke piMviui's en orgaan van den Frieschen Kutholicken bond". Wint onze gfiueent^ niet. door h«t blad, wie wret hoc de kat.liolieke partij t-r dcor- 't-.t oatiecualuiting gebracht, wordt. J Iet jrn-i t ile belij der» vaji dien goda.fter.st in onze «tod toch inden laatiten tijd bij^')Dd-r coetl. Ken kerk ia elanic-. rgk vergroot, de andero wordt dour een groote nieuwe vervangen; een monumentaal arm- «n weeshuis il pas geopend, tot. d« oprichting vau een roomsehe jong/JiiaRcbool i<beslote«, de i'ooulsclie meiajeasohool i« «enigen t d geleden belangrijk, uitgebreid en nu. terwijl de andere bladen bun bureau op weinig bezochte nloati-on hebben; prijkt, malden in de stad, op de Vlee-olnurtrk', een groot bord met: De Nieuwe Drukk«ry, Ijureau van Ons Noorden dat ly kt iets. Do eerste nummers van het blad versch|jn*n iufat iu de kermis, een tyd waarin de Leetiwarlen het vrij zeldzame genot, hebben van tiet xjoneel te kunnen genieten;'maar Ons NonrdM vil daarvan niet weren, en spreekt, by geleyenleid-van do vermelding van een schouwburg3 rand, over: de onschuld en zeden verwoestende uit»p>ittingen .van het veelal zedeloos slechte tooneel." Miaachien vibdt men het niet geheel over-' eenkoraatig de tradities dat het bind na een schouwhurgbrand niot ala een straf Goch be?chouwt, manr vooratelt om nde tallooze wetten lis, in onze'dagen-uitgevaardigd, heéten bestem:! ;e zyn tot'heil van het menachdom, met n te vermeerderen, waardoor rameen als de hier beSULJKSSW S593SSC (Dt3{ni^& worflea voorKomen." Doen coniequent is deze nieuwe «ourant toch, want terwijl het juist n» gemakkelijk zou zijn een reeks van kermisvermakelykhodett te krijgen, wordt bericht: .Behalve van concerten en muziek uitvoeringen worden in deze courant geene advortentiéu of verslagen opgenomen van publieke vermakelijkheden." Zulk een, iu strijd wet geldely'ke belangen volgehouden begüu«lvastheia is helaas niet ulgemeeu! Ous gemseuti-btstuur h inachikkoly'ker voor het tooueel. \'au Zuyleu hoeft de mooislo plaats die te viüdeu ia, juut voor het paltr.a de* Kouiugs thans de wouuig van Z. Jl.'s CommUüaria, en opdat het geraas der lytuigeu by de voorstelItugfU uiet zju liindereu, \t de «traat rondom de tent met ecu dikke laag. and boJukf, Jammer dut hot uu juist, vAcautio voor (Ie eclioleu itt, uiiJeis zoui^ft «jiker de udürwyzeressen vuu de iu de ouuilMtyltke naby'hfeid gulegen meisjesschool, wel zoozser do btilte roemen on het bevryd zyu .vau hut huteluke geratel, dut het gemeentebe stuur besloot het zimd er altyd te Utttu liggen, of een klein en:dje houtbeatratiug tea gerieve vuu het oudtrwya te scheukt.'u. Grout aoudon du kosten daarvoor niet zyu eu het opbreken vau de straat zou kunueu a.oneuvallen uiet hoc vorwy'deuderga>biuzeu dat tegeuwoordiüop roesv «.:au ceno plaats auu do orde is. Wiuit ouüe genu'futclijkög:wt'abriek bloeit, dooi' do ateods vormuerdorde cunaumiie vau haar product; maar 't uchyut dut .Burgemeester eu \Vetliuuiici-a het maar hall goedkemen dat uit zoo zoiiiier huimo directe b .mociing geschiedt. Want vurledeu jnarkwameuzy, maar te vergeefs, met h«t voorstel voor oen, geheel onnoydige, eu uu oulanga wilden ?.y°dat iu do ^uiimatiie voor Ue labntk buu collega iu vun door n lid, ala voorzitter, duortweu leden vertegenwoordig J -/Mu z\ju. JMuitr de li^ad vond duzcn nooit eldi-r<i vertoonden m.mtruxel zoo d waan, dut het voorstel uiet 15 tegen 'jstemmeu verworj-eu werd. . 011 \V. nullen nu dau toch wel overtuigd zijn dat zij niet. btner Uuuueu doen, dau <lo gajcouimiasa) op liair gewone wya t laten vuoriwerken ea de gemeente rustig do voordellen van da fabriek te luteu genieten. On.Ier du voordüoUu dio Le^uwaiden vau de dnnikwet geniet, bohouit dat we nu hatddrav «u ij u n zonder jen--va' bobben. Miiandug j 1. weid dat voor Lüt ei-rst goed gewaardeerd. Op de weide n.iast de liardaraverabaiiu waren een viertal tentjea eu tnleltjea met kuur vuu diank; melk, bier, sptiitwaier enz., muar zouder jenever en bi-audetvy'u, zoodut ook de jollge.ua ontbraken die mul ecu ileseh en een uiiuvi<ju roudloü[ end de liiugsdo baaugüschaaïdo buerrii op duu sciioudtJ!' tikten uiet eeu: eeu borreltje baa-;? liorrel'ijua weiden dus uiet verkocht, maar toch Wel hier eu daar geachimken, want enkele boeren h,tddea eeu Um ilcijhje klurtó' of bf.-jjüii" nirêvuu nuis guiiomeii on ni.iaktKii het de goed veivtigüiiwooniigde jjolitia in^eielyk om h«t vei'guude van het u.ct ver gunde te onderscheiden. Maar het uut vuu do draiikwet blijkt duidelijk zoowel daar uls in do (?oll'üiti' ski-aiutii], waar uu geeu al'i;<kkertje.i ? tökfy'^en xiju; 't. ia er op ouze kermis miud«r vrcolijk eu druk om. L1T GRONINGEN. Het verontrelukkon vnn de Adder heeft in onze ffemeentüeen zeer drotviyen indiuk trwoeg gebrachtr omdat zich ouder ite. vei-iuoedelijk \-crclronkcnen ook een aehteinwnardig eu veelbelo vend stadgenoot bc vindt de heer A. LoAcrs, ofriu. vau goi. 2u klasse. Natuiiriyk wordt or thans veel over de waarsclüjnlijko novzatik van da ramp gesnrokrii. Vergun Myuheer de Hedacteur! ook uweu .correspondent daarover eou woordje, dat emige. aandacht waardig is, omdat hy, 5 n 6 jaren ge leden, met genoemd vaartuig de Aaiter, een rei-je op de, soord Zee heel'c meegemaakt. Wy' b-vonden ons mat pracliiig zoe-weêr voor de ree vaÉTrssel, ea licluten het anker, om van on» reisje" verder huiswaarts te kcere'u, zynde Kiuuwediup! Op daC bel.ichelyk kleine toclitje kwam crn gifiiuge storm opzetten. Doch hoe klein ouk de reii en boa gering ook do storm do Adder was er ellendig aan toe! Vau koersZ'-tton \vtis geen spraak! Uoeronboeg waren by Mwusoiing vóór. AVtinhopigo middelen warden aauuoxvetid om ter bestemder plaats te komen ? wat ten laatste zoudor belangrijke schade g^schiodde. Onderwijl lmi> ik toen nauwkeurig waargeno men, hoe de bümnnning zich had moeten redden, indien de Addt-r liet er minder goed had al'gebnicht. Het bleek mij toe», dat van redding, zonder Indp van tindwn, gei'üppraak kou zy». Dij e^n vaartuig aU du Adder n het grootsto d<*ol van de bemanning gewoonlijk ondci-dek. Men weet, dat bn eeu uion tor alle beweging tusschen dek ge-cliiedt. Zelfs de stuuratoel be vindt zich beneden : hoewel er ook een nood hulp Etuuratoet aan dele ij. Ho mur.scuap be vindt zich dan grooreiideela in eu rond den toren. U in ich vau ihiar naar d;;k te begeven, zijn sleclils twee geringe opRUingeii bratt-md. Uewooiiüjk 'vooral in de vnart ia er maar n open. Bij gowouo verrichtingen a»n boord, ontstiiat er dan uok niecsitijda, »i aniiöar de niuuRüliiip- yi'ni <>1 naar dek most, groote veia'oppin?, omdat n man, hoogatena tivAa, tegelijk door do opening kunnen. Ala wij im nog weten, dat di.i opitiiini( moet bertikt worden, met een vyfsport ij/.M-en tmpjn van rondatanrijxer, don ia het, dunkt me, duidelijk, dat bij paniek aan doorkomen gcefi denken is. "Wnt nu verder de redding aan boord betreft, dat het nncltltoïk zwmngorile s il raagt, zoo als het Vailerliinif b'ewe.rd liecl>, i* my uooitgeblok>ui on yimit ook' iiiüeril u>d nimiuor plaats. Mi.i'ehien is 't w«-l vuorgeschruvcn, doch in werkriijki.eii lic') ik het nimmer zien tuuna-son. Wrl U het mij bek-iii-l, d*t A:t zwüigordelszich ook onder, in do t. reu bevinden eu ila.ir scoo uanltpurik' zi;n i;èl)i<ra^n, tu-ec'ieii i!e $/, ren i amen Viin den to.eu,.'tat uien ten y;ueile 15 min u-, t PU noDiliif lien t, urn e.- n^n n;t to trekken. In mijn .tijd "(i'< b.-do«!"d«. tijil toen ik nog aan do Mniine Vörboridt.'n w;*s» «-Are» «lio awniüjordels zoo gomt in urdi», rlut. eon otutroiH die dtarvau eeiH gebruik m.takto OHI z\vemtuou te lecren, iAimneilijk vunl'-iiijlc, Vfl^etl* Sommi^o berichten »ehijijt het volk te- kooi g«*reest ie zijn, te o n-iltt.jlen n»ar den toestand, waai in enkelu der i>ng-.-lukki|{eu evonden xijn. Indien dit wnar i', ij 't ung meer be^ry'póiijlt «il.it. alio miwschrtp vurdrouken ia. Hut iifiFchicten ''er kooien tui.'h lielennneit by de Addrr nlle [>af.si»^u! Vt'ant (i»ar het,eigenlijk* Miiin «f tuxtclic-i.dfk v«.-el te kl«iu ia, sluarit >ïe bemntining vtral, Xoowol r«i'd den toren ala in do dborgWugen. Hier- cti rinir bnindHii dan oeu paar lAn'iiama (k.iir.-.en) oin"te'voorkomen, dat men niet* kui z-en. lui nu iets! over de r-M linglmoten! Booten ei/n er, en goed'tiok. Zee-waanti^pr iii f ... geval dun d^ Adder., Sfuar er dient l»ij vnnurid t o 'worden, dat' ze gewoonüik zoo geir.tikkc'l'jY \ei'pla:itabair zijn, dit 'ir rfozy'u mamteu een kwart uur no.nlii; liublien om allea klu.r''?ikt ia: g^'.:e.l oui. noi-r te laten te dom zijn. Ecu cc'iiiiilanilin^, indertijd door ona beproeft met trcn/icuide h<>o'uu. duurde circa 'n halfuur voor wij t* wnter waren! Iiituaxchon blijifc het nog abij-l bóvrevmdend, hoi*, bij vewnntf xee-rimi;). du ullit-iei-on van de Adder ook nllen zyu om^ekoinoi). De^e toch, vin den in hunne onniiJ lelijke onigHvin^ oneindig botern en liieurdefe mi.ldulell tut It'diliug dau «ld manachap!'_ ? Eon onderzot-k, en het vinden van hot wrak, zou hierop nader antwoord kunnen geven! Den Sater, dezer'ia alliiwr een litad'besluit genomen, strekkende om DS,UOO gulden te beatederi (nog dit jnor) voor aarling van r>ieawa at rata n op de doniamg ronden. Veel woorden zijn in den luad over d«^o kweatio verbruikt, hu met veel grond tot waarheid ia o. a. beweerd, dat dit werk te haastig werd uitgevoerd, waar door kapitaal ouuut renteloos werd gemaakt. Kostbare straten aan te leggen, zonder net vooruitzicht dat daar spoedig huizen zuilen gebouwd worden, ja zelfs Kouder do wetenschap, dat de domeingroudeu binnen kortereu of Untjerau tyd, zoudeu worden verkocht, dit (zoo ->verd beweerd) gaat uiet aan! Men had evenwel ook kunnen zoggen dat het niot aan" ging, veel kapitaal te besteden aan toekomstige straten, ala het onder houd van vele bestaande straten looveel te weuschen overlaat l Straten van den derden rang en soms ook van den tweeden ? «ion er verregaand slecht wit. Men denkt zeker: de lasten eu moeiten, welke de bewoners van zulke straten moeten verdragen, zal hun hier-uamaals duizoudmalen vergoed worduu! Althans, anders, ia iets dergelyks vau ons (anders zoo ijverig) gemeentebestuur, niet ver klaarbaar. Er wordt hier nog niot eens de slechte bestrating op zich zelf bedoeld, meer in het bijzonder de afvoer van huis- en hemelwater, riekende uiodDesalniettemin gaan wy Groningers, In opge ruimdlioiddenjaarlijk aclmu foe-tda? (28 Augustus) ontctt dayl te gemoed. Het schynt dat met) ditmaal d«u ouden Barend, bisachop van Utrecht (1U72) 1103 eeus toonen wil, dat wy ook in het leo?tvieren nog niet zyn uitgeput, teu minste, er is sprake vnn vorjougde feurt vreugde l Mocht daaronder bMiooreu (er ia sprake van) oen groot concert, in do open" lucht, dan ware het wensclielijk eenigaziu* af te wykea van do minder poëtiacho gewoonte, bij de Zoudugscha concerten ni hat bterrebo<ch in zwang om n.l. den eersten raugtoe te konnsn aan diverse zanglustige kooplui iu ,,fuur, m~lfi, nottin, koek" kortom alles wat onmisbaar noodi:; ij voor hen, die by cca concert gcwoonly c het best g:mi<>t kunnen worden! Men vindt zeer dikwyls proiatnpoSzie in een band," maar zM hinderlijk a!s in dit geval is 't my nog nooit voorgekomen. liet gebeurt uiet zelden, dat de laatste tonen van een liefolyke Fantaisie wegsterven in een zangryk: twee voor 'n tsent zuur oclit noten voor 'u taent 'u taeut zoo'n brok!" enz. ALVAST. SATAXIELLA. "Uitvoering in Frascati. II. Oj) bet tijdstip dat Satamëlla" door het wondorlyk .\rusiitbaar Iweiu Uoj Heeren. De Saint(rüorffcj gebaard werd, eii in 1852 du Of cru JVoiioiiui btiur exploitatie ondeniam, luidden 30 jnar van rustelooiun arbeid haren schepper reods ten uropto bekendheid^ als romansclirjjvei1 en vaudeviliist verworven. Van het zedige 12°-tjen c]«r Suits terribles, een aensatie-romannetjanuit dat in 1821 weinig opgang vond en waarvan do sciu-iklijkln:.ien door do geesten dio zich aan Delille, Geoffroi, Dussault, Foutauei, Kiiynouard en L:iucival verzadigden, die Chateaubriand on Meviomv de SUel tot s ten u hadden en wacht ten op de romantiek, niet genoten werden, tot Le Val dAndorre, mot U«l«vy bewerkt, in 1875, ligt voor De Saiut-tteorges cun halïe eeuw Van vermnak-verschafting nan een publiek dat sterk gekruidde letterkundige spijzen vorderde, wilde het toegevend zyn. en 't welk dezen dra maturg het weer in eert) brengiiüyan döu utiam oplei, dien qofts Saint Ueor^e", de valacho Kapi tein der Hertogin de jtfjintesson, doorziju luuzikalo toeren en ffjiuaastisch*j oefa.iin^eüde opvroolyker der silous van 1770, in allerlei hemelsblaauwe en schril trillende romancen van dien tyd, had doen bezingen. Sataniëlla" biedt een weinig bevredigend dramaüesdi geheol aan, doch heeft zich in een schellen tne!odntniatitchen tint te verheugen. Het stuk bestaat uit een samenflaDaing en goed-te-rechtkoming van geen onaardige-elementen, waaranngaande het voor de hand ligt te verklaren dat er, door een omvangrijker talent dun dat des auteurs, heel iets beters van gemaakt had kunnen worden. Want men yindt er in-der-daad treffende elementen: De jonge Graaf Frederik verspeelt zijn vermogen en het «lot zijner vaderen, niet oen kokette aktrico, die hem van haar vleierijen om ringt. Een boerenmei-'jeii, ssyie zoogzuster, biedt hem, dair zij hem zeer lief héft, heur kostbaar heden ter redding. Ily weigert en aanvaardt fcleclits een rcueukrana, die, naar hij beweert, hem geluk geven zil. Uoodarm ala hy ia, blijft hem tot huisvesting niets dan een oude akelige duivelstoren" over,welken hij met zijn goeverneur betrekt. Hiel" roept. Inj, door den nood gedrongen, den vorst der duisterteri)i*3o (urn, die hem oen als paadje geklueden vrouweüjken hehcheu geast leent om hem te dielift». Jl.»e 01 k vaardig in .het beroep, als (-ca mannelijk bediende, en een zich sterk doende gelden toovei mucht bezitterige, is toch de vrouwtnnutuur Satauii'lla zo» b(j gebleven, dat zij weldra Imar meester hartstochtelijk gaat beminnen en zij er behagen in schept zich in een jonge schoone vrouw als weleer" to metamorfoseereu en zoo hem in zijn droom te omzweven en tn ku*sen.. Do pnadje toovert Frederik weder in 't bezit van 't verloren geld en goed, zij doet hem zien, hoo 'tPhoebe, eón veinzendevi'ouw.slechtspm'slleei-eu geld t9 te doen on, hoaw.-l in weerwil van haur zeli', komt hjj ook door haar te weten w«lk oen ruin en braaf kind Lilia. zyn zoogzutter, is. Deze besluit hij te huwen. Er wonle» echter door Plio -be r.eeroo vers omgekocht, d>e Lilia t e schaken eu naar de slnviniienmarkt iu Tunis te voeren hebbui. De paadjo doet Phoebe nu ook schaken en a\j vergezelt, iu boeien geklonken, Lilia l>üden Rchatiner. Hierop . doscüt Je vrouiv-pnadje zich in bruidsgewaad, met een sluier bedekt, en h ?Fmlerik op 't punt. haar als Lilia te huwen. \Yitiuieor 7.\\ de kerk zullen bionnngaan, komt er hevige donder en blikiem op, de priester schrikt ?te-i-u.^, de vrouw oolf, als z(j flka&r aanzien, want zij is d« booze geest en'hy de oiU?a;ant. Ue kiAi-.-cn wa»ien utf, de deurun d"r kerk aliivn tóe en Frt-dmik merkt.dat hij be<lrogen wordt. Te midden der onUtelroiiis onder de aanwezigen, wbi'ilt Sataniülla door den bliksem getroffen en zinkt, onder do uarde. Fredorik scheept zich in ooi lift r.-ov(*rs te vervolgen," en zijn Lilia te redilen." Uieiiui zien vty, op ecu kerkhof, ]JCKlscbnth"zyn ontrouwe dienare* oprorpen en wordt haar aange'xondi.-d d;it zij, na c-en maand, wederom een prooi der ho'sche vlammen gunt: worden. p de K\Uveiniiuikt. te Tunis koopt-do Sultan Lilia, hoe Fred-rüc. die dnat- ook is aangeland, ook tecenb 'f d'. Nu va «clignt Satjiniëlla wér, en biedt hem ei-n Icoiitriilct Van zielüverkonpiug tf'r' tf-ekening, op v.jürwna dedat zijheni LÜii terugbezorgt. 'Zoo, zi.''-t zij, zul zijn zie! eenwig met de uiyoe in de hel ven-eiiijfd- zyn^ Dij tofkent het, napier (of perkament.) metzUn bl<>tj.l. Ken oo{enhlik later komt SA>a'ni«1lanogmaals op, ia dex<*il»anio van f*p-nllei'l>ekoorlük«te vrouw, die dcumjltmi het hoof J >ziVo pliol inar,kt, dat de zieke mnn",anilcr« gewoon slcehti te bevelen hoezijn tei'iiil vermem-üeid zal worctfcn.al bevend voor haar op de kiün zinkt en haar smeekt de ?gno'te worden. Zy stemt toe, doch oiacht «Int Lilia' op vi\j-i voeten wor.ln itesteld. Dit cewluedtBldusenLiliavalt in Frederikju'uieu. Eindelijkzalhijhanrdan kunnen huwon! Maar neen, züwillen lich in den echtaoan verbinden, «IsSataniëlla weer-optreedt,eu Frederik ?jnikondigt dat het u»r'VflorTiet'in'W'i'king ko men v au 't koutvakt gealogeu ii. Lilia bemint h»ar brulwra echter 100 hevig, dat zy zich zelf niet een uolk wil doorsteken ten einde hem, alt zulfmoordtmavM, in bet helsche vuur te volgeu. Door soo Mn liefde getiofi'eu. oi>twiukt Sniuuillaaigroote bart en «ij verbrandt de overe*ukotu»t, waardoor züooge&blikkelük ktorl't en de heltulie Tlauimeu ten prooi valt. Frederik eu Lilia hangen haar uit dankbaarheid den rozenkrans om. £aUuiella ligt iu de hel. lieülzebuth" io«pt ha .r op ten einde do straffen te beginnen eunUle duit«l«n dauseu rondom haat; zy holt den rozeukraug in de hoogte en d» duivel deinst te-rug voor. da wacht van het Kruis. De vlammen der hol schei den zich eu t1) luidden van lint gejuich der cng«lon, wordt Salaniclla iu den hemel opgenomen, terwgl Frederik en Lilia vol vreugde eu oijtroeting tot staren. Over 't algemeen zgn do pasdua te weini* uitge werkt en treedt het «chitterpunt, do opoffcringadrad, niet genoeg iu al zyn grootheid op den voor grond. Ik weet «iet of m«i den oorsprüulculijk. u test hoelt gekoitwiekt, raonr de laatbte (afwoeien volgoa elknar niet te duixeliugw^kkende VBHI t op. Ook zijn Lilia en Satnniëlla te weinig in kontakt nit-t elknar geweest. Maar men Icau dai' operette" niet de hoogste eitehen stellen! Hut is een galüethaar ttuk, mot tallooze boeien.lo tooneeleu doorweven en niumand eal niet reden zijn avond verloren kunnen achten, die hem gebruikt tot bgwotiing van dit zangspel. De goede smaak on kiesohtieid worden hier niet batodigd. Alon treft noch boeikulades aan, die op grove lach spieren bestemd zijn invloed te oefeuen, noch valpartyen, noch iet» onvoegzaam*. De rnuaiek is verdienstolyk. Men denkt «iet aan het au-hiOulijk gdlaat van den toch weemoedigen Ottcuhach, met z(jn pela en lorgnet, evenmin aan den leukea Lecocq niet zyn brilleljeii, stijven iJomsd-t-kuiJ'en geknoopte stropdas; er bestaat eoii kiltclingvau originauieit iu deze melodie», die met vroolijkbeid ruischen, met liefde suizen, met woede bruischen. De heer.tirUar is outegcuzeggelyk oen komponigt van eenig talent. Jleu zal zich herinneren, hoe ons Amslerdam reeds vroeger op uitvoeringen van SutantiiUat een» ook IriMe betiteld, onthaald werd. Len woord ov*r do rpelera van thands. Mevr. Buderiuan,S<ttaniëlla,levcrde al wat menmaurverwiirli* ten kon. Iu haar spel huwde zioh du zuiverste gratie aan de innemendste schalkschheid; liaar oiviian ia vol, rnk en een broii van harmoiiische tooueu, voor ieder die maar hooren wil. Zi,j bezit een ongetwijfeld zeer benijde stem.. Ook wanueer zg eenvoudig spreekt. Daar is een klank, eenwelluidendheid iu! geene thands lovende Neder landsche schouwnpeelstcr, kan zich over een steui ala de hare verheugeu. Mejufvr. Coersen, Lilia. speelde met Jenzelfdcn zachten en zedigen gloed, die zij in dun Jongen llertog ten-toon-sproidt. Mevr. Bouwmeester heeft weer ferin gezongen, maar zümoet niet zoo onrustbarend gr»';i-us haar handen doon manoeuvreren in het Ie tafej col. Do lieer Kreeft, Graaf Fiederik, .kan op een plooibaar talent roem drngen. Ongeëvenaard als komiek, wist hjj ook deze rol met gematigd heid eu natuur te verruilen. Bij de hooge tonen scheen hij verkonden. Wanneer hij, 't geen ik , niet durf verzekeren, met verw zy'ne oogcu heeft behandeld om zo de ware expressie to doen nauiietnen, dan Jatp h(j dit in V vervolg na; 't flatteert hom niet. De Heer Kelly, och! de H.'er Kelly, hij staat ala 110. 2 op 't programma aangegeven en ttch zvvco^ ik zoo gaaruii over hem l hij spreekt goed uit wat hy te debiteeren heeft, maar hjj ia min ah komiek, te overdreven voor een soleren komiek, te matig voor een karikatuur. Hjj grimeirt zich te grof. De Heer Doró had gelegenheid' zij luid goed te doon uitkomen; mea n itig in hem deu verliefden boerenpt MasKotta. De'Heer' Andréheelt niet vaardigheid vervuld. Men vond bij al de spelers en flpei nig beweging, te weinig cntrain, te maar dit wil het noodlot eenmaal, s dag, bij allo premières der Hoeren Pröt. Het libretto gewangt soms van 't cca of ander stil spel", waar niets van gekomen is. Ja, het spel ala apel" verhief zich by de meesten, evenals (iet samenspel, niet veel boven het middelmatige. Men speelde alsof men geen tyd had to verliezen. Dit ia glad verkeerd. De pauze, en entre-uMen had den van korter, de tafereelen van lauger duur kunnen zijn. Wij willen hopen dat dit alles, zoo ook de chanyemenis a vue, de apotheose, du .verlichtingen, enz. met meer gemak eu minder stoornis bij latere voorstellingen gehanteerd zullen worden. Apropos der verlichtingen, hierover liggen raütwee bedenkingen op het hart. Vooreerst heb ik mij tevergeefs afgevraagd en mij or moe over gcpeif.st wanneer nu eigcnlyk gezegd de HydroOxygeen," wanneer de lilectio-Dynamische* ver lichting aan 't woord was Mij is niet ou'gaan a«t bij zekere indrukwekkende voorvallen op ee»n van uit de zolJering of vau uit de wulkeu een zilveruchtige schyn straalde, veel gelijkeuia aan biedende m t lautaarntJAns, waarmede inch nog steeds, ziilfa b'J kouinklyke tooneoltroepen, do maan, op h-t goweuachte oog<>iiliiik. met haar kuisch geziuhtjen door het venster laat kijken, om haar ier?tond, ua de uitwerking op het pu- . bh'ek, weer voor- a!t(jd te doen verdwijnen, iriaar wss dit nu Hydio-Oxygone" of Electrohet program la» ik: . . . verlicnting door M. Schakel." Ik zei tot niy zeiv*n :j:v, af! Schakel/' M. dat z^gt eigenlijk nog nicti. Is 't nu Manfred, Marinuf, Manrits of Jlai-tinus?- Duai- viel m»n oog op 's textboekjenatitel: lUuriuüa Sclia' kei," Goddank! (ieen Alnrtiuui, niaitr Marinus. Iteze naauwkeurighe\d is in geenun det-le IieluuheIjjk. Vraagt er da ware genealvgen, uit n stuk, en de noeste familielietrckking-ua-paurv'ttrd msiar een» na, ficMjk I)r. Schaepman. Over d» ko-turuen kan uien,zonJer veel mociie, djt oordnel vellen:. ..sy zijn zoo eu zo», gelijk uien dat van den lieer Prot gewouu ii", iu»ar om de lezers nu niet. het genoegen te geven i\ut hier ter plaatse voor de twintigste m»al onder déoogen te ki gen, waar alle dagbladen er zich steeds zoo precizceiend over uitlatrn, be grens ik-m ij liw? i-toe;. De haudelui;; heeft plaats o_p 't eind der IRe eeuw in llonauriio, du Il^ereu Ivjrenkniet eu Sulmttöro en l'iot & Zn. vertegen* woordigen onze stad loffelijk op h^t veld der koftuuuikunde." De vnerzen van tien neer J: Both JJzn., (ot leverde hy slechts het prozagedeelte dor vertol king?) gaan zoover aUt) grenzen van .wat nog maar eenigmni op t n al en stijl aiufpritnk Wl'N te buitet), dftt zij wellicht van den anJjren kiviit aan het' sublieme grenzen. D* nanm die de Heeren Prot ah H.-koratie«childura bezitten, wordt dóór deze hunne laat ste proeven slechts op de liechtute groudïla^rn bevestigd. Dat deze twee lleeren om te In-dan ken, inatf ik met deze lieHiiging mijn veel to lang gepraat eindigen??met oiituloote handen, i u huiselijk toilet, verschenen, ia zeer goed ge voeld. Zu namelyk dienen er. met op verdacht te zijn ten toonrele te wordeti gci-oepen; maar de regisseur,?'foei! . L. v. Dfyssel. DRIE TOONEELUITVOERINGE3S": Richai'd Moor", De p]f>cme»1ieU", ' b« 't?NeJ(irl. Touoaol". Prins Serge Panimi", bjj de Orout £ Comp. .Vóór de uitgave, in 1851 van the ino t attacked of hU prote works" vorachenen, sjhreef Lord Lytton; Ia point of coraposition Eugcc* Aiam , I . 1882, WEEKBLAD !? i i ui-^nM^^^^^^c^s^J^i 'i Verschijnt icderen Zondagochtend. t«Ye«:^BLLEHMAN, HARM8 & C». : Rokin 2. UitgeNHOÜDt IA OOBZJULK DKB ASABCHTB, door Aotonlo. KHK BVMBiraMBOBFR'JUkZ,, door Dr. A. a» Boer Ver»*orn. 8TAATKUNDIO OVBBZICHT. ALLBE' LBL aBMEBNTBZAKKN:KolonlaUT»Btoojui4«lUng. Uit d* Bofstad. Uit de BlMohopitad. Tan Zuiden van dra JtottA&t, door Enniin. EUNBT: uit de KotUrd«macb« TooneelweraH, door a V. E. TerBotterd»m»obe Tentoowitalllng, (itet), door Prof.Alb.TbtJm. LBTTEBKUNDB: Gntlika n. De adlecttv» In het Gotisch en hunne «ufflian, door Dr. J. H. Q»llóo, b«ooidMld door Dr. J. 8. SpeUer. EattW» Burgen. NoT^lle door Ann» v»n Hoge, b«o»rd«eld door V. H. MÜITAIIUE ZAKZN : Iet» over het retnltatt der oefe ningen bfl do Inflmtorie, Dravende B»ttertJen, door 8. N»J»re-llMio«nvr««. BibUograpie. MuUtiën, ena. BCSHAAKPBOBLEEït FEUILLETON: Mfln geheim, door Eunlna, filol). ALLERLEI. BRIEVENBUB. OVEBZICHT VAN DE EFFECTENMABHT. AKW kwinaohe Sporen, door J. v. d. Burg. Veilin gen. Bnrgerljjte stuud. Te hnnr «ijnde Woningen. VaMadaiiogea.?AWTERTENTIEM: Schouwburgen, enz' f' ' . De oorzaak, der anarclile» Het is waarschijnlijk, dat de toekomstige geschiedschrijver der Nederlandsche parle mentaire geschiedenis, althans wanneer hij aan zijn werk een meer systematische indee ling zal ten grondslag leggen, dan in de be langrijke Geschiedenis van Nederland na 1830" van mr. de Boseh Kemper te vinden is, bij het jaar 1866 een tijdperk zal afsluiten, om er een nieuw aan te vangen. Van dat jaar dagteekent de onbetwiste almacht van het Parlement, door de uitge breide opvatting der ministerieêle verantwoor delijkheid in den strijd over de benoeming van mr. Myer tot. Gouverneur-Generaal en de motie Keuchenius in- de Kamer gehuldigd. Want al moge de Kamer-ontbinding van 1866 deze nieuw bloed en het ministerie Baar de opmerking ..__.. , . dagen T), het feit, dat zooweF Thorbecke, als Groen van Prinsterer een motie ondersteun den, welke de zelfstandigheid der kroon wederstond, heeft op de praktijk van ons staatsrecht een beslist .democratischen invloed uitgeoefend. Sedert telt het parlementarisme een zóó groot aantal volgelingen, dat men verlegen slaat, wanneer men geroepen wordt tot het aanwijzen van' politieke kringen, in welke ten allen tijde, ook wanneer het met hun belang zou strijden, de souvereiniteit der ?kroon metterdaad zou worden erkend en (reöerbicdigd. De overtuiging, dat de minislerieüle portefeuille in de handen behoort van hen, die of deel uitmaakten der Kamer-meer' derlieid of, buiten haar staande, met hare richting volkomen overeenstemmen, is feitelijk de ovjj luiging van alle partijen en zoo alge meen, dat de vorst, die zich bij de keus zijner ministers om de Kamermeerderheid niei zou bekreunen, door iedere, mits door 's Konings -wil in het ongelijk gestelde richting, ccn incunstitulioneel monarch zou genoemd worden. v'porzcker mr. Heemskerk 2) noemt het pailemenlarismc een kwaad en hij vervolgt, »<>m het te breidelen, behoeft de Soeverein vasiheid van wil, indruk makende en inneme.idc vormen [sic!] voortdurende aandacht op de «erschljrisolen van het open bnre leven, bovenal eenparigheid m«t zich zeil" maar het mag gevraagd worden hoe de pnrtlj, als welker tolk mr. Heemskerk rang beschouwd worden zich zou gedragen, wanneer do in drukmakende en met innemende vormen begaafde vorst een beslist socialistisch bewind UD's vertrouwen schonk. Trouwens de hoog geachte schrijver zelf schreef » de invloed der Sinten-Generaal zat op het ontslaan en he rnemen der Ministers altijd zeer groot blij ven ; want, zoo de Grondwet hun elk dwang middel tegenover den Koning ontzegt, staat hel echter in hunne macht de ministers in het bflsiuur van 'slands zaken zoo te bemoeieli k m, dat dezen zich genoopt vinden hun VUL -lag te verzoeken." Met de macht van het Parlement hangt het bewustzijn van het gewicht der publieke opinie r, nu w t a 'nen. Vandaar, dal het parlemenlarisme ondanks al zijn feilen, door alle partijen tegen woordig wordt gesteund» Zonder een machtig phrlemcnt, geene machtige publieke opinie. En ofschoon deze laatste zich ten onzent nog maar te zelden uitspreekt, verdient het toch de aandacht hoe beslist zjj zich doet gelden, zoodra zij zich eenmaal iets heeft aangetrok ken. Om bij n voorbeeld te blijven, aan de geschiedenis van den dag ontleend. Wie heelt het onderzoek in zake de Adder bevo len? Wie anders dan de publieke opinie-, zich uitsprekende, het werd ergenp uitdruk kelijk gezegd, namens de thans niet verga derde Kamer? De stem van het recht, die uit het volk opgaat, is gewend om te wor den gehoorzaamd en het is geene te ge waagde stelling, dal deze gewoonte is aange leerd, in d» school van het parlementarisme. Wien deze zegen van een ontwaakt volksen rechtsleven niet ontgaat, voelt niet zelden ?enigen wrevel opkomen, wanneer hty deiolfde organen en deselfde personen, die het parleraentarisme hebben binnengehaald en het tot de zuivere toepassing der constitutioneel monarchie hebben verheven, zoodra het met hel parlementarisme niet langer vlot gaat, met een deftig gezien! oud-constilutioneele theoriön hoort verkondigen, welke men nu reeds lang tot de antiquiteiten mocht rekenen. Oeze verkondiging der oude leer geschiedt dan niet zelden met de woorden van Thor becke, d. w, z. van den schrijver der aanteekeningen en* den redenaar bij de begrootiogsdiscussiön van 184üen 1847, die de volle vrijheid der Kroon tot het benoemen en ont slaan van Ministers gehandhaafd wcnschtc en de zelfstandigheid der Kroon opgeheven oor deelde, wanneer zij moet regeren met Mi nisters, die men haar geeft. Het gaat ech ter, DU de tijden der Thorbecke-vereering met die der. Thorbecke-vrees voorbij zijn, niet langer aan, dezen staatsman voor te stel len als een profeet, die zichzelven zijn gangche leven door is gelijk gebleven. Thor becke was een mensen, die hoe uitstekend ook, aan de wet der menschelijke ontwikke ling niet heeft kunnen ontsnappen. Opge treden als kampioen voor de zelfstandigheid der Kroon, is Thorbecke heengegaan als de stichter en handhaver van hel meest besliste parlementarisme. Maar al ware het anders en een feit, dat het geslacht, dat op Thorbecke gevolgd ia, zijnen meester ontrouw is geworden, >des wel en uitdrukkelijk neen", dit zou niet be letten, dat men onder de nu levenden ter nauwernood nog iemand aantreft, die in leer maar ook in wandel onbesmet kan worden geacht van parlementarislische begrippen. De politieke moraliteit eischt de erkenning1 dezer toestanden. Maar ook het politieke belaag. Want in de miskoutina BW waarheid, dat het ' , ^.J,_,l_^i_|_!^.» . _Jfcl_ J.^.tJ&^-'^^^'fc.j. -.-fa^gJMÏJ -_Aj^-^a. t*.i^tf f~. .vlUUBfBB HWBBBp»'iBrwWBBTB(WtTÏ~UB»7 wel beschouwd, de oorzaak der regeeringloosfaeid, d. i. van de politieke ellende, die m ons vaderland de gemoederen verbittert en. de hoofden verbijstert AVat beteekent de stelling, het parlement, niet de kroon regeert en hoe openbaart zij zich in de praktijk? Het antwoord geve de nauwkeurige Thorbecke: >De kroon regeert met de ministers, dio men haar geeft. De vertegenwoordiging brengt het recht van be noeming en ontslag van ministers in het wezen tot zich over." Zoo is het. Het ministerie is als niets anders aan te merken dan als een delegatie van hel. parlement. Hier-uit volgt, dat een strijd tusschen ministerie en parlement on denkbaar is, behalve in twee gevallen. Al lereerst wanneer de Koning, die door zijne keus de delegatie tot een ministerie stempelt, zich omtrent den wil der kamer vergist heeft. Deze strijd berust dnn op een mis verstand, dat zeer spoedig kan worden op gehelderd, zoodat er namvlijks van strljil sprake kan wezen. . Hel ? andere' geval is van ernstiger narcl, 'sKonings keus berustte op den gebleken wil der meerderheid, maar de meerderheid verplaatst zich na verloop van tijd en de oude delegatie is niet langer die dei mtuiee meerderheid. Voordat zich deze nieuwe toestand in een dadelijk herken baren vorm vertoont, zal een parlementaire strijd moeten voorafgaan, welke normaal en nood zakelijk, heilzame vruchten zal opleveren. Wie den gang der redencuiing tot dusver ge volgd heelt, zal toestemmen, dat iedere andere bestrijding van haj, ministerie door de kamer ongerijmd en daarom ongeoorloofd is. Nu kan men natuurlijk in het belang des.lands niet eisenen, dat de kamer iederen maatregel die het ministerie voorstelt, steune alteen om niet met haar in conflict te komen, maar toch kan men vorderen, dat zoo vaak een voorstel der delegatie moet worden ver worpen, de bedoeling van het votum boven eiken twijfel worde verheven, hierin gelegen, dat slechts de maatregel desnoods nog zijn individueele, misschien onbekwame voorsteller, maar niet het ministerie er door getroffen wordt. Daar hel de kamer is, die > de ministers geeft" beteekent ministerieel dan ook niets anders, dan ordelijk en getrouw aan de eenmaal door de kamer zelve gegeven en bij gemis van geldige redenen van ontslag, gehand haafde volmacht . Onder vigueur van het parlementorisrne ia het behalve in de zoo even genoemde ge vallen doodeenvoudig onzin de i ministers in hel bestuur van 's lands zaken zóó te be moeilijken, dal deie xich genoopt vinden, hun ontslag te verzoeken." Deze woorden van Mr. Heemskerk betroffen het laatst» koninklijke ministerie. En nu moge men over de bemoeilijkende houding der Kamer tegenover een ministerie denken, gelijk men wil, zoolang een koninklijk mi nisterie zich aan het roer bevindt, is deze houding althans logisch op zichzelf ZONDAG 30 JULI. niet ongerechtvaardigd. Wanj dan staat de Kamer tegenover een macht buiten haar, die haar vriend, maar ook baar vijand kan we zen. Ia dit niei hel gevtl, «n i» hel Minis terie bij gebreke eener aoiilfUttaar moer getrouwe, toch nog altijd de delegatie der Kamer, dan ia die rtryd redeloos, omdat hij zich niet keert tegen eea macht daarbuiten, maar in eigen boezem woedt. En ziedaar de toestand van den dag en de reden van het gevoel vnn onrust dat ellen vervult, die van onze politieke toestanden kennis nemen. De Kamer voert een strijd met zichzelve, maar schaamt zich over deze waarheid en tracht voortdurend >hel air aan te nemen« van een Parlement, dat nog tegenover een zelfstandige kroon staat, want deze strijd is even eerlijk en opwekkend, ais de andere schandelijk en afmattend is. De Kamer meet met twee maten. Thor becke zeide: »De Kamer moet in haar eigen belang geen invloed willen hebben op de samenstelling van het ministerie. Zij neemt anders dt aantprakelijklttM op zich vooreen der gewichtigste deden van net bestuur, dat {'list, ten einde haar owdeel volkomen vrij lijve, onafhankelijk van haar moet worden geleid." De verantwoordelijkheid dezer uitspraak blljve voor rekening van dezen staatsman, maar toch is zij voor een deel inderdaad m onze dagen treffend toepasselijk. De advocaat der Kamer, de hcwr Diameter, vroeg of het parlement bij zijn wtÉm niet vrij behoort te blijven en. eiken maatregel op zichzelf moei beoordeelen, niet aansprakelijk als het is voor het leven of den val van het ministerie. Hel antwoord is: een pariemenlarislische kamer benoeft w«I niet in alles met hare delegatie mee te gaan, maar blijft wel deugdelijk aansprakelijk voor het lot van hel ministerie. Wanl indien niei op haar, op wien dan berust de aansprakelijkheid? Toch niet op de Kroon? Want deze regeert niet m$ de ministers, Indien men das vraagt, waar ligt de oor zaak van het politieke malaise, zoo luidt de oplossing, voor een goed deel in de halfalacliligheid, in het gemis aan logica, ia de onzedelijke gemakzucht der kamer, welke aan een verouderde sleur vasthoudende en met het doel zich van een zware, maar een maal aanvaarde aansprakelijkheid te ontslaan, de ministerien, die voor haar verschijnen, behandelt als koninklijke ministerien. Het geneesmiddel legen de kwaal ligt dan ook niet in groote weltelyke maatregelen, ofschoon de mode medebrengt, alles van her vorming op wettelijk gebied te verwachten. De kamer moet leeren inzien, dat iedere politieke crisis ten onzent is een parlementaire crisis. Zij behoort derhalve aan oude veeten in haren boezem het stilzwijgen op te leggen en hoe vernederend haar dit schijne, zoolanw zij geen belere delegatie kan aanwijzen, de beslaande te steunen, indien al niet in het belang van het vaderland dan toch uit eer bied voor haar zelve. Deze redeneering wordt zonder twijfel alledanfüsch geacht, omdat haar slotsom is, do noodzakelijkheid van krachtiger plichtsbesef en het herstel'der verbroken orde. Ook is het waarschijnlijk, dat men van een aan sporing tot discipline op grond der ervaring weinig heil mag verwachten. Wat hiervan echter zij, dit ne staat vast, dat do halve toepassing van het parlementarisme en de verloochening van dit stelsel, zoodra het lasten oplegt en zelfbaheerschipg eischt, tot zijne mislukking ' en misschien tot zijnen ondergang zal leiden. Want het is nauwlijks te ontkennen, dat wanneer de kamer zich niet spoedig be keert, de staatsman, die moed aan bekwaam heid parende, als formeerder van een koninglijk ministerie zou durven optreden,-zich van de instemming en den steun zal kunnen ver zekerd houden van velen, die betrekkelijk nog kort geleden, als waardige volgelingen van Thorbecke de tweede, het parlemenlaristne ais den dageraad eener heilr(jke toe komst hebben begroet. Antonio. Abonnement pw S/m / 1.?. fr. p. p. / l.lSr. Afzond. Nammera aan d» Kiosken Terkrggbiwr k » 0.10* Advertentiënvwal?wgds/l.?i*d*r* regel meer » 0.1 i» 1) Mr. J. HoouMkerk Azn. wet I blz. 86. 3) T. s. p. I, bis. 103. De PnlLt\jk onzer GrondEen Sp<M»rwegliosFptta«K . (Redevoering nlfgesprokén door Dr. A. de Boer Verroorn, ter opening va» de 8§t« algemeens Vergadering van Spoorwegartoen, gehouden den 27 Juli alhier.) M. M. Ik heb- wederom de eer u een hartelijk welkom te mogen toeroepen; ook ditmaal wil ik nUt afwijken van mijne ge woonte en zal deze vergadering Qpenen met eene korte reda, de belangen van den spoor wegdienst betreffende, belangen waaraan wy allen onze beste krachten wijden. In de vergadering van Oestetr. Eisenbahnbearabte bracht Dr. Grosamann den 17n April '79 een nieuw onderwerp ter sprake, van zeec groot jewicht, namelijk het oprichten «on een tpoorwegtofpitaaL Hieromtrent wenschte ik u eentge mededeelingen te doen, waarom ik u. beleef delijk voor eenige oogenblikken uwe wel willende aandacht verzoek. De verwezenlijking van zulk een schoon >lan laat ik over aan autoriteiten n menichenvrienden; voor mij zelven heb ik echter iet troostrijke bewustzijn de aandacht ge vestigd te hebben op eene zaak, die pp over tuigende wijze voor zich zelven pleit, want van de liefde tot den naasten, de edele op offerende zorgen voor onzen armen en lij denden medemensen, het diepe gevoel van medelijden mei ongelnkkigen, den innigen wenscii om te helpen, te troosten en te redden, werden in geen andere tijden rijker, jelangloozer en treffender bewijzen geleverd. De spoorwegwereld vormt eene vereeni;ütg van zeer groote beteekems en groot aanzien; de rijke middelen die haar ten dienste staan, de groote en zegenrijke invloed dien zij op bijna alles uitoefent, doen haar eene waardige en welverdiende plaats inne men; tevens berusten, op haar groote ver plichtingen om met macht en kennis het ilgemeen welzijn krachtig te bevorderen. Onder de schoonste en edelste verplichtin gen telt men de zorgen voor ongelukkigen of aan het ziekbed gekluisterde beambten en nimmer werd ook hier te lande bij onze spoorwegdirectien daarvoor die hulp te ver geefs ingeroepen. De geneesheer heeft het treurige voorrecht in de levensomstandigheden van zijnen mede mensen een diepen .blik te. kunnen slaan en kommer en ellende te kunnen waarnemen. Zoo ook meer in 't bijzonder bij spoorwegbeambten; daardoor wordt eea zeker recht ftrfcngw onM0 kunnen ,oordeda|uo«er jda meer of mindere doelmatigheid der bestaande inrichtingen. ? De eerlijke beambte zal bij het geringe inkomen voor het onderhoud zijner huishou ding zich zoo lang staande houden, als daarbij geen ziektegevallen plaats hebben. Bezield met de hoop dat er betere dagen zullen komen, maakt zulks zijne ontberingen dragelijker; maar eene onverwachte ziekte slaat op eens die goede verwachtingen den^ bodem in en ellende en armoede staan voor de deur. In zulk eene ramp leniging aan te brengen is de plicht van ieder menschenvriend en zij die bekend zijn met den ellendigen toestand van vele beambten in tijden van ziekte, zullen zeker gaarne medewerken de kiem dier ellende uit te roeien en op te ruimen. Men zal kunnen beweren: ondersteunings- en ziekenfondsen zijn er om in die gevallen hulp te verleenen; gedeeltelijk is dat zeer waar en wij geneesheeren van zie'kenfondsen der verschillende spoorwegmaat schappijen zullen dat volgaarne toestemmen, maar aan een ieder kunnen zij niet geven eene geschikte ziekenverpleging; zij kunnen hel vochtige, slecht geventileerde kamertje, dal tegelijk keuken, kinder- en ziekenkamer is niet verbeteren, zij kunnen niet de noodige voeding en verkwikking verschaffen, welke de zieke tot herstel dikwijls zoo hoog noodig heeft en bij minvermogenden, ontbreekt meest alles wal de genezing kan bevorderen en op hartverscheurende wijze komt dan het niet keiben lot bewustzijn. Alle krachten worden ingespannen om den zieke te geven wat hem toekomt, de ge zonden getroosten zich daarvoor de grootste ontberingen; meubelen, kleedmg, zelfs het armoedige kleedingsluk dat de verkleumde lichamen der hongerige kinderen nog tegen kou-Ie beschermt, dat alles wordt te gelde gemaakt om den zieke nog iets te geven tot lafenis en versterking; hieruit blijkt, dat de bestaande zoo nuttige en doelmatig inge richte fondsen meer van palliatieven aard zijn. Een dergelijk huisgezin wordt door eene langdurige ziekte lol eene armoede gevoerd, welke zij niet meer kan te boven komen. Dat lot is niet alleen den lageren beambten beschoren, maar hangt ook den hooger ge plaatsten ambtenaren baven hel hoofd; hun inkomen is evenmin toereikend om bij eene ernstige en langdurige ziekte te voorzien ra buitengewone uitgaven, wanneer zij van zich zelven geene middelen bezetten. Waarom ^aan zulke zieken niet naar. het ziekenhuis, kan mea met aJi« recht vragen? Wij alfen kennen, hoe verkeerd htj ook ia, den groolen afkeer van velen om naar n ziekenhuis te gaan, niettegenstaande de uit stekend* behandeling die zij dan» genieten. Wat is het dat zt} tegen een ziekenhuis heb ben? Zij vinden het onaangenaam met een dozijn zieken vaa verschillende beroepen de zelfde ziek«nk«n«r t* moeten eeten; afe de nood aan defl maft is, ate alle middelen uhgeput,.zijnr afa; g«ea aoderett,.uitweg meer overblijft, dan besluit de ladtagmeester, ma chinist, stoker, ja zelfs de minste arbeider, hoewel nog ongaarne,, met een gedrukt ge moed tot het ziekenhui* z^ne toevlucht t*. nemen. Ook mogen w(i niet vergeten, dat de meeste fondsen der spoorwegmaatschap pijen niet toelaten, dat hunne beambten geruinen tijd ia ziekenhuizen verpleegd wor den, ook dat voor ambtenaren, die niet ver plicht zijn lid der ziekenfondsen te zijn bij aan ernstige ziekte hunnft behandeling al spoft^ < dig hnnne finamieele krachten te boven gaat. , Geheel anders zoude bet zijn. indien dfr spoorwegmaatschappijen een eigm hosp/Uaal bezaten, dat alle gemakken en voordëelen. eener private behandeling opleverde, dal door ieder spoorwegbeamble beschouwd werd als een familiehuig, een waar tehuis, waartoe hij gaarne bij eene ernstige ziekte of ver wonding zijne toevlucht zoude willen nemen; want daar zou hij zijn in- de onmiddelijk» omgeving zijner ambtgenooten en takenden* daar zou hij geneesheeren vinden die ver trouwelijk en hartelijk met hem omgingen. Veel kommer en ellende zou daardoor kunnen voorkomen worden en stoffelijk zon de door het noodlot getroffene er niet door lijden. Alle voordëelen, welke zulk eene inrichting aanbiedt, u op te sommen, zon mij te ver voeren, slechts op enkele misschien' wat verwijderde gezichtspunten wil ik toch' uwe aandacht vestigen. Een ziekenhuis voor spoorwegbeambten, voorzien van alle moderne hulpmiddelen der kunst en wetenschap, zal ongetwijfeld veel bijdragen tot het welzijn en heil van zieken en gewonden, die binnen zijne muren zi]n opgenomen; het zou waarlijk een groot werk. der humaniteit zijn. De weldoende menschheid, die voor zulk eene inrichting zorgt, zal er met trots op kunnen neerzien. Neemt aan, dat er bij de hoogere beambten, dia vrij goed kunnen leven, een ernstig ziekte geval plaats heeft of eene gecompliceerde operatie moet geschieden, die de vruchten van jarenlange vlijt en spaarzaamheid ver zwelgen, dan biedt zulk eea hospitaal groote voordëelen aan, daar «oodoende menig nuttiglid der maaischappy kan gered worden en menig huisgeiin voor ondergang wordt bewaard. Wat baten in zulke treurige omstandig heden de geringe bijdragen die zieken en ondersteuningsfondsen kunnen verschaffen; hoe geheel anders, als de man in het zieken huis verpleegd wordende, de vrouw bij het geheele of gedeeltelijk traktement, zoo noodig nog eene uilkeering kreeg van het ondersteuningsfonds, dan werd zulk een ge zin, dat geene buitengewone uitgaven had te doen, voor armoede bewaard. In de zachtste kleuren heb ik slechts die treurige toestanden geteekend; zij verdienen echter de grootste aandacht en warmste deel neming en v< ij mogen niet ten achteren blijven om ons het lot van dat gedeelte der menschelijke raaaUcliappij ten zeerste aan te trekken. Het middel, dat leidt tot bereiking van dat humane doel, bestaat eenvoudig hierin, dat de spoorwegwereld, doordrongen van de noodzakelijke behoefte en overtuigd van de gemakkelijke uitvoerbaarheid, besluit tot oprichting van een spoorweg-hospitaal in eene der groote steden van Nederland. Het algemeen welzijn der. beambten wordt daar door bevorderd, de gezondheidstoestand van vrouwen en kinderen zal er bij welvaren, daar zij in staat zullen zijn zich beter te voeden, waar zij anders uit hun mond moes ten sparen voor hnn zieken echtgenoot en vader; en zulk een hospitaal zal bok zeker voor de spoorwegmaatschappijen eenegroole besparing van uitgaven ten gevolge hebben. Die uitgaven, hoe mildelljk ook ver?!rekt, konden niet voorzien in de ware behce'ten en zullen dan de grootste voordëelen aan ge zondheid ea welzijn der beambten en huis gezinnen aanbieden. De toekomst zal tec gevolge van de thans reeds plaats hebbende overbevolking der gewone ziekenhuizen er van zelf toe leiden om een eigen Spoorweg hospitaal'te stichten. Ik acht het ondenkbaar, dat er iemand kan gevonden worden die de doelmatigheid en het groote nat van een zelfstandig spoor weghospitaal m twijfel zal trekken. Ik beweer ook dat het ondenkbaar zoude zijn, dat wij niet spoedig zouden kunnen beschikken over toereikende hulpmiddelen tot de uilvoering van het plan en, dat alles aangenomen zijnde, ia bij de tegenwoordige groole uitbreiding van het spoorwegnet de tijd aangebroken, on met vereende krachten, bezield met bet edele gevoel om wel te doen, alle mogelijke pogingen aan te wenden om aan zulk eene zaak !«vei»vaibaarheid te geven. Wanneer het geldt wel te doen, zijn spoorwegdirectien en ambtenaren iramer in de eerste rijen en wanneer jaarlijks door ieder lid van het spoorwegpersoneel n gulden beUtM werd, zouden die bijdragen uker van jr-tegeu ezonde . tt licht ??:;Ü!kt »ou ' > Pit ?vod pa ften, dat fl'ewerd i' ren be' cal de t groot aanbelang worden; zulk een hospitaal

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl