Historisch Archief 1877-1940
* 'a>
i ..i
i
ii
l -S
\l
te
derworpen. De breed opgezette Uak heeft do
Mhrijver met nauwgezetheid, oordeel «n, wat
Wotdaaktlgk in aanmerking koint,eritisQhen blik
vervuld. In drl» tijdvakken verdeelt hy de «toffe.
Het oudrt» omv*t net eigenlijke eoatumier-reoht;
bet volg«tide bet placoaten-reeht; het laatste bet
?Ututair-recht. U*t einde der achttiende eeuw U
teven* de grens, die de schrijver aioh «telt Het
dit ttidvak , «egt hy, eindig ik myn arbeid ; voor
de geachieuenis van het vierde (dat der door de
wetgevende macht voor het gehuele land
vsstpe?lelde codificatie) U de tijd nog niet gekomen"
(bU. 12).
Hoe kort ook uitgedrukt, de juistheid dezer
?telling laat aioh «oo geafweg niet bevroeden.
Evenmin mag worden verheeld, dat dit punt
Binder onschuldig il dan het er L itziet. Ik wentoh
aan te wijzen hoezeer het, wel verre van onder
geschikt, in nauw verband staat tot geheel het
karakter van den Arbeid.
Dat het oud-vaderlandsche recht zoowel by d«
samenstelling van a!a in de ontwerpen tot ons
tegcnwooidirf handels- en zeerecht werd geroad*
pltei(d. taui.it niemand. Vooral het ontwerp van
1009, (Wetbofk van den koophandel voor het
koningrijk Hulland) vervaardigd op laat van
Lodtjwyk Napoleon, kenmerkt *ich in dit opzicht
door eeiie attluns betrekkelijke zelfstandigheid,
waaraan wüvoorwaar niet- KJJU verwend. Verge
leken niet de sUafsohe zucht tot navolg>n?, onzer
w«tg«viugskuust van oudsher eigen, steekt *y
gunstig af. Toch ia het zaak voor overdrijving
?ich te hoeden, «ril nieu het ge* oor ontwijken,
dat uittil si belangrijke momenten onzer
reclitage>cliiedonis in de schaduw wuvdeu gestald.
De i>ii dit punt beslissende vraag, zoo kort
mog.-lyit aiiMngevat, luidt: welke is niet juistheid
de v. rhouding, wxarin de zeerechtelyke
bestauddct-Un van h«t ontwerp van 180U «taan tot
het i'ud-vaJerlaudacho recht?
Kot b«ho«ft geen betoog, dat deze vrnaff
Remakkelgker gesteld dan opgelost is. Duidelijk
echter ia het tevens, dat in eeoe geschiedenis vnn
hei bestaande zeerecht, tot welks bronnen hudoeld
ontwerp ontwijfelbaar behoort, dit punt niet met
stiLiwyuen kan worden voorbygeijaan, Vooral niet,
hieromtrent de meeningen vi-y wel lijnrecht
Pothier et Verwer" 7). D« ?t*»lkaaH van namen
toont, dat het wellicht verkieslgker war» gewewt
op ttofottattfeft wat minder te stoffen. .
Ik meen derhalve, dat eene gescbiedews Tan
het Kederlandiche «eewoht de ordonnanhen
binnen haren geiichUkriog behoort te trfk'ten
en betreur de lelfbeuerking de» goeerden
sehrttver», juist op grond' van den arbeid, diM» bfl
toverde. Dewu ielf immers acht ik eene bevend*
aanwinst voor ome rechtslitteratuur. De oudste
seereohtabronaen geven, wat herkomrt,
reohUkraoht, uitlegging en strekking betreft, tot menig
geschilpnnt aanleiding. Geen enkel daarvan gaat
Qoudsmit uit den weg. Ondunk» het nu en dan
microscopisch onderzoek bujft er gang m bat
betoog en valt het den lner gemakkelijk een
totaalindruk lich te vormen. Aan ieder deel van
des schryvers triu gaat «rne inleiding vooraf,
na
e:i elkander indruisan.
i'y hebbeu vooreerst onvoorwaardelijke
lofKanueu. Iu 1815 schreef J. D. Meijer: Er s geen
deel onzer wetgeving, waarop wij meerder ivdeu
hebben ons gfootsch te toouen, dan het ontwerp
van Wetboek voor den Koophandel, in 1809
vervoiirdigd. Wat het zeerecht aangaat, getuigt de
volledigheid van het Wetboek vnn de langdurige
ondervinding der ontwerper», en het oordeelkun
dig gebruik, dat zy daarvan hebbeu weten te
mukeu; eb ofschoon weinig-hunner beschikkingen
op zich zelve nieuw zijn (hetgeen ti ouwen s in een
Wetboek niet wordt gevorderd) kan ik echter
gerust verklaren, dat my nimmer over eene zoo
ingewikkelde en voor velerlei verschillende ge
vallen vatbare stof, een wetboek is voorgekomen,
hetwelk zoo vele rnogelyke combinatiën voorzint,
en zulke billijke en tevens algemeen aan wendbare
begiuselan »t*lt; zoodat ik weutchen zou, dat dit
geÜB'lte letterlijk en zouder de minste verande
ring by onze aanstaande wetgeving wierd over
genomen. 1)
H t een beroep op deze plaat j wordt de boog
ietwat sterker nog gespar.nen iu een ongeteekoud
opstel, welks schryver willens schijnt in het ont
werp van 1809 niets dan de belichaming van
oud-hollttndsch recht te zien: In onderscheiding
van wat met den code Napoleon had pluats ge
vonden, had de commissie voor het wetboek van
koophandel (te weten, de commissie van 1808)
zioh op een eigen standpunt geplaatst en voor
het meereudeel een zelfstandig werk geleverd,
dat zyn oorsprong ontleende, niet aan net jeug
dige Fransvhe wetboek, maar aan de nationale
gewoonten en gebruiken, die zich in Holland
onder de oud-vaderlandsche ordonnautiën, zoo
als b.v. die van Karel V en Filips II oi.Uyikkeld
hadden. Die zelfstandigheid gold wel niet het
gel/ede concept; maar zügold volkomen hetzee
en afsurantierecht". 2) Daar nu, steeds volgens
denzelfden scluy'ver .het werk van 1609 de kern
geweest en gebleven is van den lateren arbeid"
(Vamelyk onze beitaande zeerechtswetgeving),
z-o deelt deze laatste iu gelijksoortige
waardeeriiig van mi» of meer voucomvn zelfstandigheid.
Tt.genover dit getuigschrift betoont zioh de
hoogieeritiir de Wal reeds tamelijk sceptisch. Hy
ze>(t: Voor de verklaring' en toelichting der
h':dendaajjrche NederUindsche wetgeving i» geen
gedeelte onzer voormalige rechten van zon
recht?treeksch belang als de reeks der verschillende
cost.ume* en statuten, die het vaderlandsche zee
recht beheerschte. En toch blyt't het den
onpartydigen beoefenaar der Nederldndsche
rechtsge.schicdenis twijfelauhtig, of de wetgever zich daarbij
wel die moeite getroost heeft, die het belang der
zaak eischte". S)
... Zonder omwegen evenwel laat de hoogleeraar
Holtius zich uit. Eerst over het ontwerp 1809:
llftiuby was wel de vrijheid gelaten, um het
vaderlaudsche recht en de.behoeften van onzen
handel niet over 't hoofd te zien; maar men ziet
ter-tond, dut dit ontwerp op dezelfde leest als
het tegenwoordig geschoeid is, die van den Code
de commerce." 4) Daarna en meer in het bijzonder
over onzn bestaande maritieme wetgeving: Zoo
nograns blij 11 de fransche Code altoos de grond
slag, gelyk van dezen de Ordonnantie, ea beide
kunnen ons, by de verklaring van menige
bepa' liug, behul> zaam wezen." 5) Züne slotsom Tii>t
dan ook voor da hand: Zoo lijdt het, geene tegen
spraak dat dn geschiedenis van deu Code ook
die vnn het Wetboek is, en dat de ander» bron
nen van eerstgeuoemden hy vele artikelen den
sleutel geven. Die bronnen dienen derhalve, voor
alle dingen gekeurd te worden." 6)
Dit oordeel is ook het niyne. Men onderschat
de heteek*nis eener machtige codificatie gelijk do
franscbe ordonuantiën van het einde der
zevmitieude eeuw, indien men waaut haar by de histo
rische be*ch>'uwinz van ons zeerecht buiten reke
ning te kunnen laten. Mmder dan eeuig ander
gebied laat het wereldverkeer, laten zyne
grondaligen en leidende rechtsbeginselen in volkomen
af^-.nderlijke deelen zich splitsen. Vau de
fran?che oudere wetgeving, door beknoptheid vau
vorm en klaarheid van inhoud aantrekkelijk,
moest een stoot uitg»ao, die ook hier te lande
zich deed gevoelen. De onsamenhangende, frag
mentarische, ongelijkmatige en ongelijksoortige
gfftteldheid der wetgeving op het stuk van zee
recht ten onzent moest hoogst ongunstig abteken
by een werk, dat eenheid van aanleg en lijnen
bezit. Het centrale steunpunt, dat geenerlei re^ht
on beren kan. zocht KI) ? oud men in een vorm van
uchtïoii t wikkeling, d.e van nature aan
territorialen eindpaal niet gebonden U: het
juristenrecht, doctrine en rechtspleging. Ook daarvoor
echter waren de fransohe ordonuantiën legger
en richtsnoer. Om haar heen groepeerden zich
wei eldberoemde sohry' vers: Savary, Valin, Em
rigon. Al ontbrak het ook ten onzent niet aan
speciale verhandelingen van erkend gezag gelyk
'die van \Veytsen en Verwer, het zeerechtely'k
gebied in ayn geheel betrad nienand. et
juriiteorecht, van fransche bestanddeelen door
trokken, was dus hier vaak rechtsbron of voor
p.rt minst gewichtig hulpmiddel en by uitstek
bruikbaar surrogaat
liouwens op de plaats zelf, die Gondsmit aan*
vort t, ten betooge, dat onze wetgerers van 1838
hebben Reput uit de ryke bron onzer vader*
landsche rechten" (blz. 8) blijkt, dat zy de
fraasche rechtsleer geenszins uit het oog verloren.
Een lid der commissie van reductie, Barthé'lémy,
verklaart, in n adem: En rentrunt aveo
orgueil dans notre domainenousavonsprisnotre
nivt ionalitéponr base. Nous nous sommes aidés
des auteur*, dont la répntation ent enropéenne,
telt que Grotius, Valin, Büakershoek. mérigon,
A^DVU1«»KV1...H «VWOTÜw^w .«...
^-zy'ne bedoeling in den weg. Het statutair tydvak,
dat b^ hem tot opschrift heeft: het municipaal
recht, leent zich bet minst tot eene
afzonderlyks betchouwiug der rechtsbronnen. Deze cy]n
vervat in een aantal keuren, «en gewas, dat m
de zeventiende en de achttiende feu w ten onzent
welig tierde. Die keuren wrr>'en uitgevaardigd
door schout en schepenen, een college, tot op
zèktre hoogte tevens met rechtspleging belast.
Uit dieu hoofde is de heer Ouudsmit met
bedoolde vruchten van oud-hullandich wetgevii
ggtalent nog al ingenomen. Uy zegt: Ann die
dubbele taak hebbon de koureu haar vO'
rtrcffely'kheid tu danken, De rechter is door zijn ambt
by uitnemendheid in staat, om de leemten in <ie
wetgeving te beoordeolen on na te gaan, wellen
punten verbetering behoeven, (blz. 2S'J).
Ik knu noch dit algemoeno hfginsel, noch z|jne
concrete toepassing boatncn. Brengt men wetge
ving over by hen, die niet wetstoepassing zijn
belast, er dreigt een gevaar, waurvuor de keui en
metterdaad tot waarschuwend voorbeeld strekken.
liet vaarwater der be#iu<r>len namelijk verlaat
men alras om te belanden by casuïstiek. Dit. ia
piet meer dan natuurlijk. De rechter, nis zoodanig
immers, i? gewoou t» uOrdeelcn pro re nata, naar
den eisch van het oogenblik. en levert peen waar
borg, dat hy, wetgever, die geneigdheid vaarwel
zeggen znn. Wellicht moet hit hieraan worden
toegeschreven, dut men in de keuren n'et veel
meer dan lapwerk, brokstukken eener regeling;
(nu en dan van uiterst slordige redactie) heeft
te uien.
Hce dit, zy, dat de keuren al* rechtsbronnen
slechts een uiterst rlanw,ja onkenbaar beeld van
den rechtstoestand geven zouden, is natuurlijk
den heer Uoudsmit niet onbekend. Immers, hy
acht het onmisbaar bij de scliryvers eu de recht
spraak ter school te gnau, als men een volledig
overzicht wenscht te hebben van bet zeerecht in
de zeventiende en de achttiende eeuw" (blz. 292).
Waarom laat hy' dan achterwege, hetgeen hy',
geschiedschrijver van het zeei echt, zelfnnmü&aar
acht? Naar luid zijner verklaring: Omdat dit
gedeelte van my'n werk aan de hisforia externa
n gewijd" (blz. 222). Aldus tyranniseert de eigen
methode den mau, die zeer goed inzag hoe
noodzakelyk het wni, ann hare kluisters te ontsnappen.
Gelukkig echter is het, blijkens des schrijvers
mededeeling, met hare heerschappij gedaan. In
het tweede gedeelte namelijk van zy'n werk stolt
hy zich voor, de geschiedenu der leerstukken
(hiatoria interna) te bearbeiden (blz. 16 en 291).
Hetgeen dus voorloop!g nagelaten werd, zal bij
de behandeling der dogmen worden aangevuld.
Het hier aangelegde keurslijf zal daar noodwen
dig moeten verdwynen. L)e vaderlandoche rechts
wetenschap heeft reden van ganscher harte te
hopen, dat de belofte spoedjg worde vervuld.
Amst., November '82. J. A. Lovy.
1) Briofffissollog van eonige CochtsgoleordtB, liU. 403.
3) H»g. van andtilsr. I 1S59, Mengel, blz. 71.
3) J. de Wal. Hindolsr. II. blz. 11.
1) HölUus. Hindelsr. I. blz. 20.
6) Holtius. Zeerecht n. blz. 3.
6) Holtius. t. e. a. p. blz. 20.
7) VourJuia Oescli. en Beg. VIIL Inl. bla. 31.
gelijkheid. Tot dei* behoort onder anderen het
aantal hoogleeraren waaruit iedere faculteit
best»»t. D»l aantal is inderdaad over de vier uni
versiteiten seer ongeluk verdeeld. Staan wfl
nllsluitend stil büdelheolojiische faculteit, dan nen
wU dat den te Amiterdam 6, te Leiden 5, U
Utrecht en te Groningen i hooglejraren te».
Geen wonder dat de theologische faculteit, te
Utrecht verlangend is naar wne specialiteit voor
de geschiedenis der godsdiensten in het Algemeen,
en dat, «oo ean dft verlangen wordt voldaan,
ook de theologische faculteit te Groningen noh
zal laten hooren en misschien ook in dezen ge
hoor s.il vinden.
Of bödeze vermeerdering van hoogleeraren
de wetenschap gebaat wordt, is een vraag wier
beantwoording vroeger reedi meermalen iu
twdfel is getrokken. Wat toch voor de eene faculteit
gewenscht ja noodzakelijk is, wat daar verdeeling
van arbeid en vermeerdering van personeel eisoht,
behoeft volstrekt gren vereischte te zy'n m een
andere faculteit. Prof. Spruit heeft dit overtuigend
aangewezen in zi.in Gidsartikel een Doctoraat
in de geschiedenis" (April 1882). Al i» men het
toch ook niet geheel met den hoogleeraar eens
dat een doctoraat inde geschiedenis af keuring ver
dient, en al tclia<»t nvm zich in dezfn aan de zijde
van den Utrecht-chen h"0gleeraar Wyune die het
betreurt, dat de Niewe Wet op hst II. U. geen
dootorn K t in genoemde wetenschnp vorkrvJBbsar heeft
gesteld (»B1. Dr. J. A. \Vyne, De \Vet van 8 April
187«> en de Algemeen» Oeschiedeni*. Groningen
1877) heide hoogleevarenen iederren die eem^ssins
de methode van het H. O. weet te wa»rileeren zal
toesiemroen dat grondige heoefrïiiaurs der historie
uit de brornen zelf puttan; wikt met andere
woorden zeggen wil dat philolofie, historie en
plulo-ophie, niet maar vau elkander gescheiden
kunnen worden nis byv. mathesis, physica en
chemie.
Op lagere en middelbare scholen moge geschie
denis onderwezen wordoii uit, leerboeken die
pronken met deu titel van nljjemuene
Keschiedei.is," door leeraren «liu geen woord Latyn,
Griek&ch of' Ilebrpeuwsch verstann daar moge
men er voorshands niets aau kunnen veranderen
dat. de docenten in de algemcene historie een vak
onderwyzen dat seHikt op eene verzameling van
geloofs- of ongeloof sart ikelen, nl naar dat ze
zweren by de/.e of .gene autoiiteit wiens resul
taten z\j smakelyk maken voor do jeugd op
de hooge scholen waar wen minder «Iwetund is, en
winder van algemeenheden houdt, is peen
gescniedeuis dcukbuar zuuder grondige taal-, letter-, land
en volkenkunde. Reden waarom er wel t« ««ara
hoogleeraren in de algemeene geschiedenis zyn,
maar inderdaad ieder hooeleeroar die dit vak moet
onderwijzen een bepaald deel heeft wnarin hij uit
munt en waarbinnen zijn gtschietivorschinRen zich
beperken. Het is bijv. algemeen bekend dat Prof.
Do*y een uitstekend Arahicus is, en 7.ijne
histonentudie als het ware gej^rond is op zyn taalstndie.
Leest men zijn Islamisme, don weet uieu derhalve
dat men eene godsdienstgeschiedenis heett door
desknudige lieschreven, al bly'ft het ieder ook
tot inhoud kMfU U vo»Mn b(j
dl* in IM blinder d» ??«?hUd*? 'M» f*
UtiMiht *n ChrisUltfke godsdienst behandelt,
geluk in d* MwÜMÜT ftevit^t jO«raie*M en
pedale pathologie, wel ondfneheidaa nuar nM
gWheideV worden i* dien «in dat jen van beidm
niet tot d* )ren*e»kund»g«»cht wordt tabehoowii.
D* geiohiedenis van d* wét op het H. O. g**ft
ons llan ookjn deien licht. Torn m*n .nog eu
ontwwp had waarin de th«ol. faculteit met voor
kwam, was er een doctoraat m de godsdienstwe
tenschap verkrijgbaar in d* faculteit der letteren.
Ouder de vakken van bet eerste examen voor
dit doctoraat kwam o. d* «Jgemeene
godtdiemtgeschiedenis voor. In dit geval had de
godidienstgeschiedenis door een Profewor u de lett*r*n
gedooewd kunnen worden geHJk vroeger byv. t*
Lflidon door Prof. Kern gi-schüdde, die ten mmrt*
op de Series de geschiedenis der godidteniUn
behalve dio van Israël annonceerde.
Toen men de faculteit der godgeleerdheid
wederom in het ontwerp opnam wa» in het
amendement der commissie van rapporteur!
sprake van de geschiedenis der godsdienst." Die
naam waa echter te modern, gaf ten minste aan
stoot aan den UtrechUcben hoogleeraar Doedeg,
diu bo Moert: dat de godsdienst geen geschiedenis
heeft. De commissie van rapporteurs veranderde
later haar amendement dan ook in geschiedenis
der godsdiensten" en zoo werd dan emdelnk het
vak geboren dat. de wetgever gehoorzaam aan
Srof. Doedes onder den naam van Geschieden»
er godsdiensten in het algemeen, to» leer- en
exxmenvak aan de Universiteit heen verheven.
(Woorden van prof. Tiele, Theol. Tyd«cbr., 13e
Jaargang, p. 420). \V' are de godsdienstgeschiedenis
ouderdeel geworden van de faculteit der Letteren
er zou kans be»ta*n hebben dat de geschiedenis
van iedere godsdienst door een bepaalde specialiteit
ware behandeld geworden. De fioogleeraar in bet
Grieksoh zou du n de godsdienst der Grieken, die in
het Latyn de godsdienst der Romeinen enz. behan
deld hebben, wanneer de belangstelling het gevor
derd had. Thans is dio kans verkeken. Ja nog er«er,
thans richt men leerstoelen op terwijl de
hoogleeraars die dezen op waardige wijze kunnen
bezetten nergens te vinden zgn. Van de eene
dwaasheid moet men zoodoende vervallen in de
andere. Da gebrekkige wet op het Hooger
Ondervy's bezorgde ons eerst al de zoogenaamde Ker
kelijke UooRleeraren straks volgen Hoogge
leerde specialiteiten van het wanbegrip. Het u
treurig zulke feiten te aanschouwen en er niet»
aan te kunnen veranderen. Voor drn treungen
toestand de oogen te sluiten of dezen te vergoe
lijken komt echter allerminst te pas. Dat de oogen
?v.m enkt-len. die nog blind zyn_in dezen, door
dit schrijven mogen geopend worden is de wensen
van Angwilla.
Militaire Zakcit.
De Nieuws- en Handels-Courant, een Week
blad, grootendeels in 't Ilollaudsch geschreven,
komt sedert Donderdag 19 October dezes jaars by
J. van 't Woud, 3 Bowling Green te New-York uit.
Salon-Blumen, uitgave Btthrmann en Roothaan
te Amsterdam.
Er bestaat eenig vooroordeel, tegen de .salon"
muziek; de Prière d' ««e vierge en f Absence,
proefstuk van alle meisjes die vau de kostschool
terugkwamen, hebben bet voor een geheel ge
slacht bedorven. De hh. Bührmaun en Roothaan
beproeven haar te rehabiliteeren in een reeks van
albums, die nu eens het echte genre volhouden,
dan weer er beneden, vaak er boven gaan. Vóór
ons liggen aflevering 17, 18 en 23. In een dezer
vulden we oude salon-muziek weer, iu een ander
meer het zeer populaire (Cl. de Corneville, Stranss.
Offenbach, air Louis XIII), in een derde vooral
zeer geachte en vaak zeer zware, eer concert- dan
salon-stukken. No. 17 toch bevat o. a. da tweede
Shupiódte van Liizt (gemakkelijker gezet),
Elfenspiel van Carl Heymann, Schlummerlied van
Schumftnn en den meest geliefden der Ungarische
Tante van Bnxhms; No. 18 biedt Oiseau de Paradis
van Sydney Stnith, (het echte salon-genre),
Vieuxteraps, Rêverie; Spindler, Wellenspiel; Lege,
Klünge der Sehnsncht, echter ook Reineoke,
Manfred. Voor wie goed speelt en gaarne alle
genres vlug doorloopt, is de geheele verzameling
uitmuntend; wie echter moet studeeren en moeite
doen, raadplege wel den catalogus alvorens
zyne keus te bepalen. J'apinr en mtvoerinir z(jn
keurig, de prtyij f 1.?per afzonderlijk deeltje,
(8 d 10 stukken) binnen ie<ien bereik. il.
Het Nidirtaniteh May m ij n, iSor. 10, hond t In: t! il Aa,
Oorlof. Wilhrlmina. Do twualingttMtfi'a. M.C.H.
, Hiibtr, HodedoeUngon nit il u nuUti doo» op ouliUir
gebied. liibliugrogi'aUo: Tlio literai'y Heuler.
RtcM inor Ztr, voor November 1881, bevat: Rudolf
Chnrltt, Hut »Bspotl»me. bpero, Leef ea hoop t
lh: Avtting, De ziel als eene vorrlchtiiijf v»n hét
z«nnwStelieL Dr. Snea, De Oodidlenitigbold.
tftdtrhuii, van Horember bevat: W. Mathol de Jongh,
Boa* miand te Palenno; TrouilUrt Haosaen, Kleine
steden; Jan Steen, «Slechts eene actrice": Duid
Klndomiendt, Het «neeuwkind- (£en BUvfach ipruokje);
L. vu Oeyssel, Twee schryfetera van hoont venobvideu
gehalte; O. OanlMD, Hertitlied; Jut 0. d* Voe, A*n
mtjne ov*tzjj «n Bet bonquet.
De Novemtwr-aflevering V*A i» Qli* bevmtt Prot
J. A. MlnnH*ffIt Tli#mt Het woordenboek der
Nederlandsche tul; da Inleiding van Dr. de Vries. Hr. J.
A. Sillrm, Jota Derck v»n dar'Cftpelldn tot den Pol.
Jokt. Ityterintli, De vrijstelling van den eed voor de
Doopsgesutdea. D. Yttftni, De Boioh Kempen
Qesohledents van Nederland na 1880. C. Rmigk, Zoo
werd Bornholm verd»n*t «n «ne wolk. Mr. B.
Jfucflattr L0Hp, Politiek ovenicbL Bibliographisoh
album, door Prof. J. H. GalUe, Ui. P. B. FiiOt, M»»
Stottt, J, t, L, tt., en J. S. C. Htyn.
Nlenwe TJUgkvent
D. B. PBUIN, TIen jaren uit dea TaohtiglulMn oor
log. 1588-1598. f 4.90
Mr. a. J. OBABHDIB, Esndlelding voor h«t aftnleeran
van bet UoendanMsoh LeUenobriA. t ?/ 26
ONDERWIJS IN DE GESCHIEDENIS DER
GODSDIENSTEN.
D* .Nieuwe Profisuoraten" die tedert de Nieuwe
Wet op het Hooger Onderwijs nog maar steeds
uit den grond voortiproiten, schijnen geen einde
to nemen. De naUver dar Universiteiten doet de
minder bevoorrechte het oog slaan op de mee»
? " ^ -!i-~t«Jt
een v«.?^.B, _.
geraden die mee wil spreken over de- codsdieuet
der Muzelmannen op een andere wij/.e dan
tchoolmeesters en niet gegradueerde leeraren eerst
Arabisch te leeren, om uit zijn eigen cowen te zien.
Op de Uoogeschool U het om weten" niet om
gelooven" te doen. Donr moet en mag van geen
geloof of ongeloof sprake zyn. Daarom moet de
student aan de hoedeschool leeren watbotbetee
kent «yn eigen autoriteit te zijn. Op lagere en
middelb ire scholen kan dit niet. Daarom is daar de we
tenschap van minder ui ver allooi, schuilt hier achter
de tiifuette van wetenschap vaak uiet veel anders
dan geloovery". Maar juist omdat de docnnten
?aan lagere en middelbare scholen, die geen Hooger
Ouderwys hebben genoten, gaarne bij dezen of
genen hooggeleerde die in hun schuitje vaart,
zweren, is het van dubbel belang dat zuivere
en geen vervalsirhte wetenschap aan de
Hoogescholen worde onderwezen, opdat de kruimkens
die van de tafel van het H. U. op die van bet
middelbaar en lager onderwijs vallen ten minste
nog eenige voedingnkracbt bezitten.
& men in drzeu nu op deu goeden weg met
Specialiteiten «au te stuileu vóór de algemeéne
godsdienstgeschiedenis? Kan n enkel hoogleer
aar dit vak omvutten, en er grondig collega over
geven? Zyn de knapste studenten in staat dit
met vrucht te volgen, zoo züde kennis der talen
minaen van de volüen wier godsdiensten besproken
woideu? Het is te dwaas om vau te spreken. Iu
dezen moeten autoriteit un geloof zich veel meer
laten gelden dau de nuchtere wetenschap en het
eenige gezag der waarheid. Dr. Chantepie de
la fcaugjaye, hooftleeraar in de geschiedenis der
godsdiensten te Amsterdam, geeft het volmondig
toe wanneer hy zegt: De moeielijkbeid is deze,
dat hu die zich aan do studie der
godsdienstgCKchiedenis wy'dt, niet onmiddellijk uit de eerste
bronnen -kan putten.".... Goede vertalingen,
werken van Specialisten voor een of ander
gebied, berichten van reizigers die van
vooringenomenheid vrij gtnoeg waren om goed te zien
en zuiver terug te geven, ziedaar de voornaamste
bronnen voor d'-n oeoMeuaar der vergelijkende
«godsdienstgeschiedenis." (Studiën, Theol. Ty'd&ehr.
IV, pag. 51.) Let wel. geen bronnen uit de eerste
hand, vertalingen in plaats van grondteksten,
berichten van reizigers in plaats van autopsie.
Op die wijze wordt het Hooger Onderwijs ver
in agd tot don rang van middelbaar; en als Prof.
Chantepie de la Sausiaye elders terecht opmerkt:
dat het onderw^ in de godsdienstgeschiedenis
op middelbare scholnn en op catechieatiën mis
plaatst is" (Studiën VIL p. 180). dan verwondert
het ons dat hy niet heeft ingezien dat dit aller
eerst zoo is, omdat het vak evenzeer misplaatst
is hy het Hooger Onderwijs.
Men zal misschien wijzen op Prof. Tiele, de specia
liteit by uitnemendheid in ons vaderland waar het de
geschiedenis der godsdiensten geldt. Met allen
eerBied voor de geleerdheid van dezen hoogleeraar, mut
name voor zyn kennis van het Latijn, Grieksch,
Hebreenwsoh, Arnbisch, Sanskriet. Perzisch, enz.
waarin hy evenzeer als Max Muller getoond heeft
geen vreemdeling te z\jn, by alle hulde die wy
brengen aan zy'na belezenheid waarvan ry'n boekje
Geschiedenis van den Godsdienst" de meest wel
sprekende getuigenis aflegt zoo weten we
toch zeker dat ZHgL de eente cal weeën om te
erkennen dat zyn kennis van het Chineesch,
Aegyptiich enz, te wenschen overlaat, en hU dus
by de behandeling vanden godsdienst der
Chineezen en van die volken wier taUra hij niet of niet
voldoende verstaat, aanstonds van het gebied van.
het weten overgaat op dat van het gelooven. Zyn
benoeming tot hoogleeraar in de geschiedenis der
godsdiensten in het algemeen, moet daarom be
schouwd worden al« eene eerste schrede op een
pad, dat al naarmate men verder gaat,
verderfelyker blijkt te züo. In de eente plaats omdat in
ons kleine land Prof. Tiele door zUn geleerdheid
een eenige plaats inneemt, en met liet aanstellen
van vakgenooten aan nndere Universiteiten de
kennis van dezen geen gelijken tred houdt; maar
in de tweede plaats niet minder, omdat al waren
alle hoogleeraren in de godsdienstgeschiedenis
mannen als Tiele, het leervak zelf voor n man
te veel omvattend is. ?
Of dan de'godsdienstgeschiedenis geen vak van
.Hooger Onderwijs is? Als een man als Littr
aantoont dat ook op het door hem ingenomen
wysgeerig standpunt de geschiedenis der godsdien
sten als een wesenhjk bestanddeel van het
Hooger Onderwijs moet worden erkend" (vgl
Theol. Tijdschrift 16e Jaargang p. 483) zal het
moeieiyk vallen dit te weerspreken. Maar als
Littrénog leefde zon hij dit leervak niet hebben
ingelijfd by de Theologische faculteit. Toen
men eenmaal de font begaan had om deze facul
teit by de Universiteiten te handhaven, sprak
het van ielf, dat men er. toe kwam
omeenleerVERGOED11CG WEGENS REIS- EN
VERULIJFKOSTEN.
II.
Voor de officieren, die in een commissie van
examen zitting nemen, bly'ft zelfs nog geldelijk
nadeel bestaan, niettegenstaande aan hen f 2.1 K)
per dag boven hunne vergoeding wegens
verblyfkosten wordt toegekend. Dit zal uit onderstaande
opgtuvf duidelijk worden, waaruit tevens zal blijken,
dat er hoegenaamd geene verhouding bestaat
tueschen da vergoedingen die aan de officieren
tn de burgerleden eener examen-commissie word'in
toegekend, en ten slotte dat alleen de
burgerleden geheel in overeaimtetnining met hunne hoogst
gewichtige diensten kunnen declareeren.
VKRBLIirKnSTBX
f" ***
Vtttül Bij'"* *»»'
nl"l*ln
'dtccnti T
14 dttftn. H dft(<n.
Gener., voorzitter ?8
v. het examen ?5.33
Kolon.,Luit.-Kol. 6
ot Majoor 4
Kapiteins of j 4
Luitenants ) 2.66
ttld»
v»r lidin dii la
burftr* de i; ilbmljt.
lan Itdtn. Tftn
11
fitting
Dtrnin.
l
?10
. 7.33
't
bq«U. l "?? -u, j| |g
:8
Uit bovenstaande cyfers biykt 'alzoo, dat de
Generaal, f^ooreUter van eene examen-commissie,
nog geen 2/3 van het gemiddelde der vergoeding
geniet, welke door de burgerleden'van Zulk eene
commissie gedurende de eerste 14 dagen wordt
genoten, en dat hem iets meer dan de helft van
hunne vergoeding is toegelegd, wanneer het
verhly'f der commissie op dezelfde plaats, langer dan
14 dagen duurt. De ongunstige verhouding van
de overige militaire leden tegenover de burgers,
hebben wy niet aangeteekend, vermits zulks w-t
een oogopslag blijkt, en Ook, omdat ons doel
niet is, om aan te toonen, dat de burgerleden
eener examen-comraisaio uieor vergoeding wegnns
verbluf genieten dan de officieren, maar wel, om
te bewijzen, dat deze laatsten niet behoorlijk ver
goed worden,
Op grond nu van het hiervoren vermelde, waar
uit wellicht het verouderde stelsel in de toeken
ning van reiskosten wordt erkend, en uithoofde
de vergoeding voor verbly't bewezen is onvoldoende
te zijn, en zelfs in een enkel geval niet tot een
?«lijk bedrag en alzoo onregelmatig wordt
to>>geend, tichteu wy het noodig, dat er betere en
tevens meer eenvoudige verordeningen omtrent de
vergoeding voor reis- en verblijfkosten in het Ie
ven worden geroepen, waaromtrent wy onze
nieeuincr uiteen zullen zetten.
Thans wordt de vergoeding voor de reis We
kend naai' daarvoor vastgestelde afstandstafelen,
zoodat, - wij toonden het hiervoren reeds a»n
voor groote afstanden het laeeit wordt vergoed.
Omdnt die Vergoeding, zoo zacht inogeiyk uitge
drukt, onregelmatig in, zouden wy het beter achten,
dat vóór iedere reis in het belang van den dienst
gedaan, vrij vervoer mét de bestaande middelen
van publiek transport werd gegeven, terwijl
op die plaatsen waar zoodanige middelen niet
ling det nto- n verbUJfkoeUn bestaat daaite, dak
de wflae waarop die vergoeding ia rekening wordt
gebraoht, niet eenvoudig uuIWt nllen w<j nog
traehten aan te toonen.
Thans worden voor de meerte reisen deolara*
tien, in duplo, opgemaakt, welke stukken,
hoo£a?akeiyk door het opioeken van afirtanden.sxio veel
handigheid in de vervaardiging vereischen, dat
veledeeUrantendaarim moelffehêden ondervinden.
Nadat nu die deolaratiftn b(J de betrokken auto»
riteiten z^jn onderzocht, worded au böhet D. T.
O. nog eens nagetien, om vervolgens b j de Alge
meene Rekenkamer, na verificatie te worden ge
valideerd.
Het behoeft dus wel niet geiegd te worden,
dat het nazien en herzien van de honderde
declaratien bfl gezegd Departement en eollegie veel
arbeid vordert; wQ honden ons zelfs overtuigd,
dat daarvoor de dageiyksohe dienst van n per»
soon voor een groot gedeelte in bes'sg genomen
wordt
Om deze redenen wordt het tevens wensoheiyk
geacht, dat er, by een anderen maatstaf in het
toekennen van de vergoeding wegens reis- en
vnrblijfkosten, ook andere regelen weiden vastgesteld,
om die vergoeding op eenvoudiger wjjie aan het
Ruk in rekening te Brengen.
Indien de door ons voorgestane wtyze omtrent
de onderwerpetyke vergoedingen tot stand werd
gebracht, zou het onzes inziens wel doenlijk zijn,
om die vergoedingen op de maandelijkse)»
traktementaiysten bij de korpsen en op de afreke*
ningitaten van de intendanten t* verrekenen, en
zulks onder overlegging van de reisorder», de
kwitantien van vervoer en met omschrijving van
het verblUf en, desgevorderd, met aanhaling van
het betrokken begrootingsartikel.
Hoewel wy in dit stuk alleen ten aanzien van
de officieren hebben trachten aan te tooncn, dat
de vergoeding wegens reiskosten volgens de thans
bestaande bepalingen onregelmatig moet worden
toegekend, en dat de verblijfkosten ontoereikend
zjjn om daarvan buiten het garnizoen te leven,
moet uiet worden verondersteld, dat alleen in het
belang van deze categorie van ambtenaren de
pen is opgevat. Integendeel; wjj wenschen eene
algemeene oiligke regeling der reis- en verblijf
kosten ingevoerd te zien, waarby officieren en
burgerambtenaren overeenkomstig hun betrek
king of rang, by het doen van reizen in het
belang van het Ruk of het verrichten v»n dien
sten welke vreemd aan hun werkkring zyn, op
eene behoorlijke wy'ze worden vergoed.
B»
1) D»ze vacatiegelden worden ook genoten door Rijks
ambtenaren, wier betrekking na kit in werkiag tredea
van het in het hoofd van dit itnk vermeld besluit is
gecreëerd.
9) Niet wanneer de militaire leden In de plMti. waar
zty garnizoen houden, in de commiule zitting nonen.
MUTATIËN BÏTHET LEGER.
van 27 Oct.?3 Nov- 1882.
Gepensioneerd de kapt. W. 0. Piepen van het
6e regt. inf. (f 782 's jaars), de ritm. W. H.
Nolthenius van het Ie reg. hnz aren, op zijn aanvrage
(f 1474 's jaars); overgeplaatst bühet leger in Ned.
IndiB de Ie luit der inf. G. E. Roier en de 2de
luits. van dat wapen C. J. van Dort en J. A.
Houbolt, benevens de Ie luit. kwartiermeester
A. W. van der Meer.
Gedetacheerd voor den tyd van 3 laren by het
leger in Weit-lndiS d« tweede luit P. J.
Kouwenberg van het Instructicbataljon.
BIBLIOGRAPHIE.
Militair Slad. No. 20.
De Annv and Navy Coöperative Society te
Londen. Opleiding en oefening van het levend
materieel b{j de veld-artillerie. Het voorschrift op
deu pi'tnierarbeid door infanterie. Het vizier bq
het Nederlandtrhe geweer. Een paar vragen
betreffeude de opleiding tot officier. Afschaffing vaa
den ajoorsrang. Artilleriebedekking. Iets over
den jongsten oorlog in Egypte. Electrische
verlichtinec van de kust versterkingen in Rusland.
Electrische verlichting aan de Fransche kusten.
Extinctenrs van Jos. Beduwéte Luik. Bockbf
schmiwing. Benoemingen, enz.
De Militaire Spec'ato*. No. U.
Versterkinfrskunst en gevecht^leer door C. L.
van Pesch. Nog eens de mtendance-dienst by de;
veldmanoenvres door F. J. Hinrichs, kapt.-iat.
Boekaankondii{ingen. Overzicht van
buitenlandsche tijdschriften. '
SCHAAKSPEL
No. 45.
TM» Sim. Loyd (Ch. Btraiégy).
ZWART.
aanwezig waren
aanwezig wtuau, UB WG»»U«..WWV>.»
leggen van zekeren afstand, bj]v.
terug, gerechtigd was, op grond v
l, 22 en 26 der wet van 14 Si
? ?? - .~«v J_ !__l.i
d e
WIT.
TOt «peeh voor en geert la 9 zetten raat
Oplossing van SchaakpreblMBi Ni. 43,
Prokfout: Paard g 7 moet zwart Fit» zijn.
l B 8 07 ES PU- (a
3 D 8 nt. f i nat.
W
E S nt B « + (k
minder bevoorrechte het oog staan op ae meer t «? ??-?? - .
bevoorrecht* en nuntteu «treven na«r niterl^ke_l vak dat de geschiedeait der
de belanghebbende, by het
af,2 uur heun en
van de artikelen
September 1866
(staatsblad no. 138) de vereischte, tot het doel
geschikte middelen van vervoer by het gemeente
bestuur aan te vragen en de kosten deswege aan
het Rijk in rekening te brengen.
Ten aanzien van de verbiyfkosten toonden wQ
hiervoren aan, dat die vooral voor officieren rn
ambtenaren, welke in de 3t» klasse van het tarief
?yn (gerangschikt, ontoereikend genoemd moeten
?worden, terwijl de hierbèdoelde vergoeding voor
portonen, die naar de Ie of 2e klasse kunne»
deolareeren, niet in verhouding zijn met de betrek»
kingen en rangen dóór hen bekleed.
Daarom zonden' wy het eene verbetering achten»
?dat in de gevallen, waarin thans verbiyfkosten in
rekening gebraoht kunnen worden, aan de belang
hebbenden dubbel traktement werd toegekend,
met dien verstande eohter, dat het traktement
voor de vergoeding wegens verblijf holten de
standplaats tot geen hooger bedrag dan f 18,
per dag en tot geen lagere som dan ?6,?daags
in rekening mocht worden gebraoht.
Eindeljik zou het O. i. nog overweging verdie
nen, dat ook aan officieren die in hunne
garnizoensplaatsen in eene Commitsie zitting
moe-ton nemen, welke vreemd aan hun
eigftntyken dienst is, vacatie-gelden werden toegekend.
" een beiwaar van de tegenwoordige
regaHo.
l
a
i
9
l
9
l
l
l
9
48
D 7 nt B mat
f»
? ? ? ? ?
A. 4 nt C 6 mat
W
B B D «mat.
. (d)
? ' * « * ' *
l i B 3 mat.
W
» » 9 " »
D 8 B 4 mat.
O 7 «peel».
D 7 F * nat,
is juist epgelo-t door W. v. H. t- Delft;'N*
E S »od«rs. (o
O 6 speelt, (d
O 4 nt D S (e
O 3 speelt (f
'/T!
43 «n 44 «oor G. A." t. H. te Lelden, .Kr. P. A. L. kt,
White is the Klng en J. L., allen te Amsterdam; N»
43 door Pro«U qnartet «n H. N. d. Y.; en 44 door Benti,
3. V. B. TT. n J. P., W. d. V.; Het i'o vieren, allen Is
Austerdam, »l»mede W. v. H. to Delft.
BRIEFWISaEHNG.
W. d. V. te A. D* verleidingïzetten maken het goei.
PU*Uing volgt
N. O. P. te A, TJwe vraag ui in het volgend Nr. be
antwoord wórden.
W. v. B. Onze taxi in de bedoelde party UJoUt. D*
ie Mt vaa wit U A 8 nt B 8 -t- (niet d 9) en dtn vnlrt
(wart Dame O 8 O 8; 5 B 8 nt O 8 +. K nt D; *
D 9 f 8. H 7 H 8; (») 7 f 6 D 8-+-.CB D8!
8 D 6 Dl t 7 -t-, D 8 E 8; 9 f 7 nt B 8, S B ut («l
10 H 8 6 eaz.
(») Speelt xwart 8 K b 7 volgt 7 t B
B7ntA6;8O7iitHA «».
Ittt *'» eitri*. Wo ulleo ilen.
AMSTERDAMMER,
FEUII.I.BTOlf.
SAMSON.
HL
siiu in het jaar der afbranding van het
n, 1818. Sausen kierde te-iug naar Parü»
en hud 't oojj op den post van eersten komiek
uu het nieuwe Qdéon, thands, door toedoen van
LoJewijk XA'III, tot tweede Théiti e- Francais
verheven, waardoor het geoorloofd weid, ook
daar u du tragedie n de komedie te spelen.
Thé-! ai d, Custigny en lonrose schitterden in de
bly'K«*»tigo lolleu aan het eerste Théatre- Francais
en SJUMOUS eersucht ttiekte lich niet tot een
mvdediiigeu met dese sterren in het blüspel uit.
Picard, irekteur van het Odéon, deed Samion
in vier voorname rollen debateeren en 't geschiedde
met uitmuntend gevolg. Pioard trok aioh
Sasasons lot bisuuder aan en toen de schouwburg
herbouwd was en de nieuwe spelers voor een
jury de lepetitiën der openingsstukken hielden,
was 't hoiidzakéiyk door By'u toedoen dat bet,
door Sauisous nog altyd onoverwonnen groote
verlegenheid oj.gewvkto mistrouwen, w<>rd onder
drukt eu men tot ua de debuten wachtte om
?iuh een oordeel over Sausons talent te onderstaan.
Met allu leden van zon gezelschap was Picard
op ? een aangenamen voet en verscheiden reizen
liet hy' Samson zy'o leedwezen bemerken hier
over, dat by *\jn beroep van komediant tegen
dat van lid der Akademie had geruild. Picard
werkte ontziichly'lt veel. Des ochtends verliet hg
op een ongewoon vroeg uur cyn leger, las en
schreef tot de klok van achten en ontving daarna,
terwijl hg gich schoor, hen die hem bezoeken
wilden. Dan, al pratende, zegt Samson, vergat
hij gantsch iün baai d en de zoop verdroogde.
VYarvn zijn gaat en vertrokken, dan begon hg op
nit uw, tut weer andereu hem kwamen storen. . . Na
de repetitién, bemoeide hy zich mot de
aangeIeg«nheUen van administratief belang van zynen
schouwburg en zoo kwam de avond, met zyn
voorstellingen.
?30 September 1819 opende het nieuwe gebouw
me eeu jir-loog van (ïaoimir Delavigne, de
Fencettas V4ii Rotr ju en l'EMle dei mar is van Molière,
waar Sainsuu voor Ergaste opkwam. De Vêprcs
Sitilienmss van Uelavigne warun voor het nieuwe gezel
schap het eerste duurzaam succes, ofschoon dit stuk
dooi hst Théatre-FrancaU geweigerd werd. Joannv
WUB een door 't publiek aangebeden akteur, op dit
tyd>üp; maar Tulma eu nog anderen,
wiereigenUefde by dit oordeel wellicht minder in 't *pel
wa-, schivtteQ hem lang niet hoog. Samson
getuit|t dat hy veelal mank giug aan gruwzame
overdryving, hetgeen vooral duidelijk aan den dag
kwam, toen h\) eens, O rest e voorstellende in'
A'idininaquf, zich hier ouverbeterlyk van kweet
aangezien hy oen weinig ouwel was en niet ge
heel over zy'ue stem beschikte.- Later speelde hy
de zelfde rol in normalen gezondheidstoestand en
de eerste voorstelling was tienmaal voorti ef ly'ker
dan de anderen. Lafargue, (Jhazel en Duparay
teldou ouder de beste spelers aan het hereteld»
Qticon,
Tegen het einde van 1821, gaf men voor 't eerst
e. no v>oi^ti.-lling vau den Purta, door Delavigne;
m»ar dit waüdtn ook het laatje lukratieve stuk,
tii loati, hft volgend jaar. F oole den Vieillnrds
mut ^'iifmcene stemmen door hel groote Th
atretiftf; iis werd tiangeuomen en TsJma en Mars
da ii m de hoofdrollen vervulden, h'ep het slecht
met de nanün van Picards troep. Up raad van
Sani>on, legdt! deze z\jn pust van direkteur neer
en werd opgevolgd door Gentil, den vriend en
g wo .en mi-dewei-ker vnn Dé^augiers. Het eente
stuk, thaods opgevoerd, schoon onder Picards
re.otrinR aanvaard, was getiteld: De Reis naar
Inc/ipc, en van de haud der Heeren Waflard en
Fulx'ence. et vond buitentfewonen byval. Dien
winter ging alles verder goed, 'tgeen vooral te
dunken w«ti aan de gemaskerde daniparty'en, die
gttdureiide den carnaval in den schouwburg plattts
vonden ; maar toen de lente kwam, verdween de
voorspoed. Gentil maakte plaats voor GimmeL
Di- troep stond onder het hooge beschermheer
schap vau dun markies dr* Lauriston. In Uépagnys
Luxe et Ind/gnnce speelde Samson alsdan voor
efcn knecht-bidrieger, welk spel zoozeer beviel,
? dat voornoemde markies Samson zyn speciale
gelukweiiBühett zond en Duvicquet in het. Journal
dts tJcbiils hem alleen om laflu persoonlijke rede
nen geeu lauwerkrans aanbood.
Kutuixu en Provoit waren, op 't oogenblik
Bamsons i>aauwste betrekkingen en hy beleefde zgn
vrooiyksten tud.
' latuischeu begon er al meer en meer sprake
te ziiu van Sumsons toetreden tot het Th
atre-rran(ais. Men bood hem ech'cr, in plaats
van fr. 10000 salaris, als hij tot dusverre by hei:
Otléon genoot, Biecht s fr. 4.000 inkomen oun, welke
venucei dcrd worden door de hoop op een
beUydouswaai-de toekomst. Daar Sauisou, wiens
moeder vour eeniue jai en gestorven wac, zich in
bet vaderschap uver vier kind-Ten had tct verheu
gen, Wueu hy voorloop!^ dit amiKoek van <!« hand,
hoewel by, bij een i>e/coek aan den ,,[ta*d van
Bohe«r" gebmcht. den indruk kreeg dat delcdt<u
daarvan huiu »vel^e<;ti,d waren. 15 Jiinuari 18:24,
M>iltèica guboortedHg, vcrviiardigde onze held zyn
eerste dram «t sche proeve, Uut ites: vnn Molière"
gedoopt, eu dk> d» goedkeuring, ja het applaus w«g
mocht drogen vnn Alfrod da VVailJy, Picard en
deleden van liet leeskmuité: Andrieux, Kayraond,
Auger, Dioz eu Loi-.ax. 15 Januari 1825, kwum
het stuk vour 't Voetlicht rn behaalde een groot
succes. Den leii April -van het volgende jaar,
beg.m Samsons glorievolle loopbaan aan de
Uomediö-Fianjai-e, waar hy, door nog andere toe
lagen, een inkomenbekwnm ongeveer gelijk aan
dut by het. O'icon. Vóór dien tyd had Bamson
echtfr nog een tooneelspel de waemld ingezonden:
la Helle M'-re et Ie Gendre, dat aanvaard werd
door hut 0'énn. Pro vos t, Féx Huart en Duparay
hadden de voornaamste rollen. 23 April 18'Jb'
had de eente opyoönngplaaU. ?
De auteur miste den moed daar zelf by tegen
woordig te zijn. In koortsachtige hatut, liep hy
buiten de poorten van Parijs, door de velden n
bniteuwegen, in utilte de verschillende tnoneelen
herhalende eu een pauze wakende by| de
zinsi eden, die hem schenen handgeklap uit te zul
len lokken, Tueit hy laat in den avond thuis
kwam, gautsch doorweekt .van den regen, was xy'n
Rade nog niet van den schouwburg te-ruggekeerd.
Na uiet groot geduld haar gewacht te hebben,
fogda hy zich ta bed om, 100 mojreiyk, wat kalmte
te herwiun»u. Daar klonk plotsoling de huig»ohnl,
op utrn toon die Sanis.«n een goede voorbode
icheen. Wanneer mijn stuk zondor succe< van
stapel was geloo|ien, zou Thérèse zachter bellen".
ducht hy. Daai- kwam Thérèse binnen, gevolgd
van een vriendin, 'en onder den uitroep: succes,
succes!" viel zy in z\jn armen.
Sninson had in Lts deux Anglnis en Les deux
Ménages afscheid «enotnen van het 0<f ^On-publiek,
wnar steeds de jongelingschap van het Qiiaiiier
Ltitm" de levendigste vertege nwoordijjer was.
Ook in de GomédiH-Francaise debuteerde Samson,
zonder' zwier, altijd om de oude reden van
verDaar bestond een zekere redakteur van een zeker
dagblad, met wion onze komiek het maar niet
vinden kon. M*"* Boucgouiii, een der Sodé'
tuirea van rie Comédin-Frantaife, noodigde hem
nn eens ten gostuiaal en hy vond onder gun
medegenoodjgden, behalve deu Graaf van Torren o,
wnd-minister v»n Spanje, Duvicquet van het
Journml det Debat», Evariste Dumoulin, redakteur
van den Ct<n*titutionnrl, Lafon, professor ann het
(hiuenmtoire en een de Boisy, ook den bewusten
v, den held Tan 't btwket Na
tafel, in den tuin de koffie gebruikende, bemerkte
Samson dat men pogingen in t werk wilde stel
len, de klove tosMhen hem en den redaktenr te
doen verdwynen, door een openlyke verzoening.
Heel het gezelschap omringde hem en droug er
op aan dat h|j dsa redaktenr vriendehjk soft gaan
toespreken. Samson bleef pertinent weigeren,
betoogende dat dese heer in lijn koerant arti
kelen aan sjja adres had geplaatst, van een aard
als wutke het hem onmogeljk msakte den eersten
stap ter bUlegging te ondernemen. En Taluia
ra Mars lyn wel gcabonneerden van den U eer
X", voegde men hem toe, en sy ontvangen hem
ten hunnen huize en rekenen cleh niot onteerd
door hunne naauwe betrekking tot dien Heer."
H Ik BOÜte gelukkig lyn", andwoordde Samson.
indien ik, wat de Kunst aangaat, het voorbeeld
van Tal ma en Mars kon volgen en, celfs van
Keer verre, hun spoor betredeu; maar 't betreft
hier geeu Kuntt-quaettie en voor mtyn wijze vau
doen als menich, ga ik slechts te rade by uiün
geweien".
IV.
In dit «elfde jaar, 1826, blies Talmaden laatsten
adem uit, op KHan'aen ieeftyd, van welke 63 hU
n het Théatre-Fraucai
,
cais verbonden had
aar aan
geleefd.
En nu breken voor Samson de roemryke dagen
aan van zyn lange carrière, waarin hy naar waar
heid geschat werd door allen die wisten wat fijn
gevoel en juist wtergeven was. liet belangrykste
deel zy'aer geschiedenis hebben wy achter deu
rug. Boe hy geworden is, wat iedereen hem ge
kend heeft, dit hebben wij willen meèdeelon.
Iiy was zeer gelieerd met Dumas père, wien hij
by het eerste openbaar optreden van dezen
vruchtbaren romantikus, diensten bewees in ruime
hoeveelheid. In 1028 werd Samson, plaatsvervan
gend leeraor aan 't Ctinservatoirc en een z(jner
eerste leerlingen was mevrouw ArnonId-PleMy,
toen een meisjen in de kindei schoenen. In 27 kwam
Victor Hugo, aan 't hoofd der jonge letterkun
dige beweging, llcrnani aan de Gom
die-FrancRise voorlezen. Het stuk werd aanvaard. De
hoofdrollen verdeelde men aldus: JDotio Sui-Mars,
Charles- Quinf-Michelot, /fcrnani-Firmin,
EuyGomet-3<iiMty. De eerste voorstelling van
Hcrnani", sobryt't Samson, «was een echt letterkun
dig gevecht. De party der romantiek was in
o ver vlood ige meerderheid tegenwoordig en de
weinige klassieken die hier en giuds gezeten waren,
voelden zeer wel hoe zy zich onder het gestrenge
toezicht der vrienden van Ilugo bevonden, wier
woeste toejuichingen en hooren en zien doodende
by'ütemtuingen geheel het kenmerk der razernij
droegen. Mevrouw Uugo ontving een ovatie in
haar loge."
By de volgende uitvoeringen van Hernani wa
ren meer klassici tegenwoordig en de hevigheid
der afkeuring, uitgedrukt . door het schelle ge
fluit aan alle kanten der zaal, deed weinig onder
voor die der goedkeuring in daverende
applandissementen aan dou dag gelegd. Michelot was
vnn Karel V, die gedeelten over te slaan, waar
de storm der vijandige gevoelens los pleegde te
barsten.
De staatkundige gebeurtenissen hadden grooten
invloed op Samsons geldelijk vermotten, daar met
het opkomen of verdwy'uen van de een of an
dere regcenngsform. ook de traktementen van
wege den koning of keizer of de republiek zich
staande hielden of weggenomen werden. Eens
klom de nood hoon in Samaona woning en, om
den wille van het brood voor gade en vier kin
deren, nam hy zy'ne demissie bij de Com
dieFranc,aise en verbond zich aan net Théatre du
Palais-Koyal, waar Dormeuil toen aan 't hoofd
stond. Lepeintre de oudere, Déjazet, Paul,
Sainville, Derval en Lhéritier vormden de kern der
spelers. Acht maan-leu slechts vertoefde Samson
by' dit gezelschap, waarna hy weer tot de Com
dieFrangaiae toetrad, tegen welke hy een proces had
verloren.
Na 1830 kwam het Théatre" onder de voogdjj
van Thiers. minister van koophandel en openbare
werken. Terwijl deze va o zyn kant de meeste
zor.j droeg voor de welvaart van den schouwburg,
stelden Gwirair Delavigne en Eugène Scribe Les
enfants d' douard en Bertrand et Rnton voor
't voetlicht, waardoor de toeloop van belangstel
lenden wederom meer en meer begon aan te
groeien. De eerste opvoering van dit laatste
tooneelspel was n der voor Sarason gelukkigste
feiteu van zyn loopbaan in de dramatiek en be
vestigde nog slechts zyne reputatie.
. Na Bertrand et Katon, verscheen Scribe met
F Ambttteux, waarin Samson ook een rol vervulde,
doch even weinig succes had als 't stuk zelf. La
Camaraderie maakte echter alles weer goed. Ook
Alrxandre utnai kwam en voyue en na de voor
stelling van C'aligula, werden «r, bij den ingang
van den schouwburg, medailles verkocht, aan de
eene zijde Let borstbeeld van den held van 't'
stuk, aan de andere den datum van den avond
vertuuncnde.
Van 1840 tot 1SG3 bleef Samson aan de Com
die-FranjuiKe a's akteur en na.n h.-t Conservatoir?
als leer na r verbonden en trad nog iu een Otu!
voon ame roUYn op; het laatat den SUtun .M mr,'
1863 in Mlle df la Sciglièrc «n li IMlt Mem
et (f. Gendre en de eniliuziiinton.die hi-ui toen
zesmaal te-rug-riepen, en de metiigtodin hem toen
mul on eliiüie hravokreten, /y'n kransen ei: rui
kers draif-nde, hniswaurt» geleidde, jij hest-ften
sjioedig wolk K«nix ili do dramatiek voor her. had
o|<gèbouden te b*»taan, welke grootu koü'iscne
kracht zij hadden verloreu l Op zijn reis ia
Hulland kreeg hy den eersten aanval der ziekte,
waar by later aan bezweek. Wil men weten
welken indruk h (j ten onzen lande ook by'
onze eerste tooneelkrachten achter heeft gelaten,
meu vrage er mevr. Kleine Gartman maar
eaus naar.
Wat het niterlyk betreft, was Samspn van mid
delbare gestalte, bezat bjj kleine en welgevormde
handen on voeten, fijne gelaatstrekken, een
leveudigen blik, een wipneus .en tot spot geneigden
mVnd; veidiT natuurlyk krullend haar, op 't
lautat van zon laven sneeuwwit. Wat het
innerlnk« aanaaHt, was hy t-en edelman in hart en
daden, edelmoedig, zich nooit een lage daad te
verwijten b-bbende, belangstellend vriend, goed
huisvader eu welopgevoed mansch. Om ziln geestige
zinsneden was h|] algemeen bekend, en de
tooneelstukken van zijn hund hebben uitnemende brokken,
meer uit een oogpunt van gedachte ,eu rbetoriek,
dan van dmmatiesch leven en beweging, Samson
mxakte zich wel eens woedend, maar scherpe en
koele ironie was t och eenzy'ner hoofdgaven, Hy' kon
er niet goed tegen, in 't ongelijk gesteld te worden.
Dit was zyn grootst, gebrek. Hij overleed 29 Maart
1871 te Pary'f, om zeven ure in den avond, omringd
van zUn kinderen en kleinkinderen, na honderd
maal de Pruisnen, wier overwinningsjaar dat was,
gevloekt en zyn arme. landgeuooten beweend
te hebbon.
Hy heelt echter Mémoirts nagelaten, door z^n
dochter, mevrouw Tonsaaint-Samson, onlangs uitr
gegeven en reeds vier editien beleefd hebbende.
Daar ? treedt h i) weer op in zyn kinderlijke
naïveteit, in gloedvollen kont en met heel de nj
.hetd van zyn rechtschapen geest
Deze Mémoires bevatten een schat van allerbe
langrijkste opmerkingen en geschiedenissen, ra
kende de voornaamste, personen en toestanden
uit het tboueelleven vau de eerste helft onzer eeuw.
Amst., 3 Juni '82.
L. Tan Dsjue1
EEN LAATSTE WOORD OVER DE
EXCES, 8EN DEK DIERENBESCHERMERS.
Lieden, die door een* meer dan gewone mate
van gemoedelijkheid uitmunten, zeggen alligt,als
ge uwe meeuing over een of ander onderwerp
krachtig uitspreekt, dat ge u aan .everdrijving"
schuldig maaKt. Zyn ze het ia den grond der
?aak wel met u eens, dan lengen ze, na het
?acht verwet van overdrijving uitgesproken te
hebbeu, met een vloed van woorden uw betoog
aan, en ziet ge tot uw spy't een kraehteloose soep
toedienen, waarvan uwe tegenstanders zonder veel
moeite de dungezaaide oogen sullen afscheppen.
Kunnen se sich daarentegen niet met u vereenigen,
dan roepen ze (eveu heusch, maar alleen iets luider)
uit dat ge schromeluk overdrijft, eu dan zijn ze
zoo breedsprakig in nun onhandige pogingen om
u te bestrijden, dat ge er uiet gauw toe besluit,
hun te antwoorden; indien ge tóen repliceert, komt
ge daartoe, doordat menig lezer zich door hen
Iaat inpalmen, omdat n zoo hélegoeiemenschen"
ayn eu 't toO hél goed" meenen. En het ergste
is nog, dut ge iiiut altijd weet, of ze uw mede
dan wel uw tegenstander» «(jn, en iu welke hoe
danigheid ge hen alaoo te vreezen hebt; zy
pronpuceeren zich liefst nk-t bepaald vóór maar ook
niet bepaald tégen u, want dat zou natuurlyk weer
overdiyvüig wezen.
leuiaiid, die klaarbly'Ulük tot deze gemoedelijke
en welwillende personen behuurt, de heer F. H.
Boogaard, heeft in het vorig nummer van dit blad
het betoog van my'n stukje tegen de excessen der
dierenbeschermers in enkele opzichten gezocht te
rectificeeren. Dat ik hier even tegen hem opkom,
zullen onze lezers mg niet kwalijk nemen,
aangezieu myne repliek zeer kort kan wezen.
Ik behoef den heer F. U. B. slechts op te merken,
dat hy inyu stukje meer dan waarschyuiyk zeer
vluchtig gelezen en dus niet goed begrepen heeft.
Tegeu het beginsel der dierenbescherming, voor
zoover het dierenmishandeling als
menschouteerende ouzedely'khfid beschouwt, ben ik niot opge
komen; ik zeido uitdrukkelijk, dat ik daarmede zeer
goed instemmen kon. Ik heb er niet stegen, dat elk
m zynen kring tegen onzedelijkheid en dus ook
tegen dierenmishandeling waakt, en ook op deze
wijze eenen zachteren geest zoekt, te wekken. Ik
ben er zelfs voor, dat de wet tegen dierenmishan
deling in M openbaar straf bedieigt Ik heb dim
ook niet zoozeer de Ned. Ver. tot Beech van Die
ren be-treden, noch vooral haar een Monument
von unbrer Zeiteu Schande" genoemd, maar ben
alleen opgekomen tegen de excessen, waartoe haar
streven heeft aanleiding gegeven.
Het Ned. Toeyl. voor Noodl. Dieren, (welks be
stuur thans pogingen doet om een pensioenfonds
voor paarden in 't leven te roepen), noemde ik een
.Monument von nnsrerZeiten Schande", en ik heb
dat oordeel gemotiveerd. In d«n waarlyk nog niet
idealen toestand onzer maatschappij verdient elke
geldverspilling strenge afkeuring, en wie zou in
de bewuste stichting ge«n erxerly'ke geldverspil
ling zien ? Onze krachtige vaderen waren Keker
uiet wreeder van aard don wij; maar zy zngrn er
gelukkig nog geen kwaad in, om oude en
nuttelooze dieren op de snelste wijlt en met de minste
kosten af te maken.
Ingrijpende wijziging van het met alle begrip
van recht strijdende art. 254 in het nieuwe straf
wetboek heb itc aanbevolen. et is eene verwar
ring van denkbeelden, dieren met mennchen geiy k
te «tellen, en met de heeren Modderman eu Van
der Hoeven van de rechten der dieren te spreken.
Tegen wottelyke maatregelen tot wering van
het misbruik der vivisectie heb ik mij verzet. Niet
de wet, en nog minder de een of andere
admininistratieve ambtenaar, kan eene juiste onderschei
ding maken tusxchen gebruik en misbruik van vi
visectie en tussihen de tot vivisectie bevoegden en
onbevoegden. -Mea late deze aangelegenheid ge
heel aan het. oordeel der individuen o ver; men werke
beschaving en humanisme iu do hand, en
noodelooze wreedheid jegens dieren zal gaandeweg op
houden,
Dat ik, juridische onderwerpen behandelende,
begon met de aloude tegenstelling van personen
of rechtssubjecten en taken of rechtsoojtcten te
maken, kan men mg' niet ten kwade duiden; het
gold, aan te toonen, dat dieren juridisch taken
zijn en in het recht dus steeds als zoodanig moe
ten behandeld worden. Dat do heer F. H. B.
daaraan absurde gevolgen vastknoopt, bewijst al
leen, dat hij de portee van juriduch» termen niet
verstaat. Als men zegt, dat dieren taken zijn,
geen rechten hebben, maar objecten zyn van het
recht, ontkent men nog niet, dat de meusch te
genover het dier zedelijkheidiplichten kan hebben.
En als men weigert, het dier als zyu gelijke te
beschouwen, beweert meu niet, te hoog te staan.
om voor het dier eenigr sympathie te koesteren."
Voor het overige verhijs ik hen, die langzaam
en goed lezen, naar mijn vorig (tuk.
Nog dit ten slotte. De h«ttr F. U. B. klaagt
over mijn met vreemde woorden doorweven
batoog." ik kon echter ongelukkig nist voorzien,
dat. ieninnil, die zelfs het woord?urbaan", zoodra
het, ironisch uf sarka-tisi-h gebruikt wordt, ave
rechts blijkt te verstaan, «n dio zich dus vleit
(??n:!) BS'-|''i urbane l-uonv.lwünj? uitgesproken
tu liüb.ieo." do pen zou w.l.'cn opnemen, oni mij
t» .bestrijden. Ik iioe dtiaioiii nederig amende
lioiioiab!» ' voorde r.uniilekciinirec-n naar ik hoop
s!ec!vt3 voor UI-H lirt-r F. 11. ii. beaUande
dmsterlieid vau iiiijn vr.iig utuk.
Utreiht, 2il Octol«r 1833.
H. J. B.
KATOEN
Sedert ons laatste bericht zyn de
hoofdmarkten zeer flauw geworden en de soolang hoog
gehouden pryzen sterk gedaald. Wf) wezen er
herhaaldelijk op, dat de gunstig» oogst berichten
en ongunstige toestanden U Manuliester en op
de overzeesche markten pnvermijdeiyk eene da
ling der kunstmatige prijzen van bet ruwe pro
duct moesten veroorzaken. Merkwaardig is ech
ter, dat. die daling in October plaats had toen de
voorraden in Europa zeer klein waren geworden,
en dat de haussepartij, die op prijzen van 71/jd.
en daarboven gerekend had en voor weinige we
ken October levering d 6 */< nog goedkoop vond,
plotseling, van front veranderde en tot pryzen
van 6 V» en daaronder ging verkoopen. De spin
ners trokken zich toiug en kochten de laatste
weken zoo min mogolyk, terwül Amerikanen zoo
wel op hunne markten als to Li Verpool a tont
prix verkochten en daardoor in korten tijd de
prijzen bijzonder sterk deden dalen! voor loco
liepen zy nl. te New-York ongeveer 2 1/4 oents
en te Liverpool 3/4 d terug; op levering daalden
da prij en te Liverpool ruim 5/8 25/32 d
zoedat October levering, waarvoor in Augustus
615/16 betaald werd, den 27 October slechts 65/8
gold en levering in de wintermaanden reedt
voor even d te kragen was.
Heden kon men deze zelfs daaronder koopen,
en dringt zich thans na zulk eene daling: de
vraag op, óf de prijzen niet even overdreveulaag
zouden geworden zyu als >y de vorige maanden
overdreven hoog gehouden werden.
Men heeft een oogst in N.-Amerika van meer
dan 7 millioen balen gedisoonteerd, terwijl er
tot heden geen gegevens zfjn om aan te nemen
dat de oogst zoo groot zal zijn.
Het doorsneèoyfer der eonditiï, volgens de be
richten van het Landbmwdepartement, duidde
ten doorsneaopbreigst per acre aan, terwijl er
eeae vervindafing van 3 . 7 pCt tegen IL Jaar
in de aanpunting nu i|n.
In de vier attte jaren bedroegen
dsatapU*ting *n opbrengst:
1S81/M: U351.000 asrM
1880/11: ie,U3.0M .
187» 10:1M28.0M . s »,7»T,OM
: is,aoa.c«> .
i,i»«.OM bal. ef ?> aste «JM
? ? « ??*W
_ . . O.J»
acres beplant ajn,
ik aan die van 1880/1*1
gewaeat is) zou 6,768,000
Thans zouden er 16,
en een opbrengst (
(de grootste welkeer
balen geren.
Een rendement gelijk aaa 1878/79 zon daaren
tegen slechts 6,370,000 balen geven en eene pro
ductie gelijk aan de doorsnede der zes laatste
jaren ruim 6'/i raillioen balen. Tot nog toe luiden
alle berichten gunstig, doch niet beter dan vóór
twee Jaren, toeu alles tot zelfs in Januari gunstig
bleef en meewerkte out de grootste productie te
verkrijgen. Het komt er dus op aan of deze
oogst, die Tan 1880 sal overtreffen of evenaren,
en moet men de vergelijkingen met dat jaar maken.
De ontvangsten zijn nog een paar honderd
duizend balen ten achteren by die op denzelfden
datum van 1880, doch daar tegenover staat dat
deze oogst laat is.'
Van dien grooten oogst bleven er aan het eind
van het saizoen ongeveer vnf honderd duizend
balen over, terwijl w(j thans het saizoen meteen
700,000 balen k'eineren voorraad van
Amerikaauscu dan 11. jaar begonnen. De zichtbare
voorraden daarvan bedroegen nu tegen het eind
van October nog bclargrgk minder dan in de
laatste jaren, n.l.
ongeveer 1,200000 balen
tegen 1,700.000 . in 1881
en 1,600,000 , 1880.
terwijl do pryzen thans reeds veel Isger gewor
den zyn.
^ Bijzonder interessant is nu hetgeen de heeren
Ellison en Co., in hun belangrijk bericht over
hft laatste saizoen, aangaande de vooruitzichten
vau het artikel, schrijven. Zy geven voor de
consumptie van Europa de volgende cijfers, ge
bracht op uniform gewicht in balen van 400 KG.
Gioot Brittanniu:
1881/82 3,666,000 of 70,500 balen per week.
togen 1380/81 3,572,000 . 68,ó92 ...
en 1879/80 3,350,000 63,blO , . ,
en het Continent:
1881/62 3,120.000 60,000 balen per week
tegen 1680/81 2,1)06,000 . 5G.S46 . .
en 1879/80 2,750,000 " 02,381 l ? "
In doorsnee bedroeg dus het laatste saizoen de
consumptie van Europa 130,500 balen p»r week.
Daar de groote oosterxche markten nog veel
voorraad van goederen hebben, meenen genoemde
lieeren dat de engeUcbe spinners niet ve«l meer
noodig zullen hebben dan in het laatste saizoen;
voor geheel Europa rekenen zij op een
doorsiieecijfcr vau 134.000 balen per week, of 6,968,000
buien voor 1882/83.
De consumptie van N.-Amerika wordt door de
Clironicle" op ruim 2,200,000 balen geschat.
Nu becijfert het bericht, na aanhaling van de
boveu gegeven oogstcyfers een oogêt van 6,800,000
balen als maximum «innemende, dat zulk een
oogat (na uitrekking van hetgeen er voor de
consumptie en aanvulling der gereduceerde voor
raden in Amerika uoodig zal zijn) voor export
naar Europa 4,393,000 balen zou laten tegen
4,558,000 balen in 1880/1-1.
Het -s dus mogelijk dat Europa met een oogst
van 6,800,000 balen, minder Amerikaansch zon ont
vangen dan iu 1880?81, terwijl het zelfs met een
oogst van 7 millioen niet veel meer dan in dat
saizoen zou kunnen krijgen. Aannemende dat
Europa echter 4"t millioen balen van N. Amerika
zou ontvangen en ongeveer 2Vi millioeu van Indië,
Brazilië, Egypte enz, dan blykt uit débere
kening in dat bericht, dat hij de tegenwoordige
consumptie de voorraden v»n Europa aan het
eind vau dit saizoen wel in het algemeen het
cy'fer van 1831 weder zouden bedragen, doch dat
er van Amerikaansch nog ongeveer 100,000 balen
minder dan toen voorradig zouden zyn!
Een oogst van by de 7 millioen balen
Amerikaan*ch zou dus zonder moeijelijkheden gecon
sumeerd kunnen worden, tcrwy'l er minstens 61,2
millioen balen noodig zyn om matige prijzen te
houden. De doorgneêprüzen voor Middling pland
bedroegen de drie laatote saizoenen respectievelijk
63/4?61/2 en 631/32 d. en em lagere
dooruneépry's wordt voor dit saisoen door genoemde
heeren wnarschynly'k geacht; terwijl de prijzen
na de sanhoudende daling der laaUte weken thans
een veel lager staiidpunt bereikt hebben eu er
by de minste aanleiding licht eeue reactie in de
stemming kan ontstaan.
l November 1862.
De galerij belooft e«n sieraad onnrstad te sak
lea worden en wij wensehendwoBderneiaiaffs>
luk met de flinke uttvoerin-j TM dit wejktu|k
Igrootsohe plan.
4* Van de Hol landsche «aatsehappy van Fraai*
Kunsten en Wetenschappen, *!<?>? l MR .Vmsterdasv
?s.1 d* rente leesreigadering t>iauts hebben of
Maandag 8 November a. r. in bet gebouw 29
Nut «M 1 Alffemten, K. Z. VWbargwk 8prek*t
is voor dese eerste maat Dr. H. Pierton, van Zet
ten. In de volgende Vergaderingen sullen de let*>
beurten vervuld worden door de HH. WiUem Otte,
M. A. Perk, C. L. LötkebnU Jr- Dr. Jan ten
Brink. Taco H. de Beer, ProL B**ts, Dr.£ La-r
rillard, Justus van Maurik Jr., Ds. J. J. L. tesj
Kate, 0. J. Hansea, van Antwerpen ea A.
Wemmens Bnning.
In Ontt gevederde vrienden, het tijdschrift vow
de vogelliet hebben komt een aansporing voer
om in deu winter onse zangvogels, die het toeh
reeds hard te verantwoorden hebben, niet to
laten verhongeren. Voeder strooien hier en daar,
niet te dicht by de huizen, het opveegsel va»
hooi- en graanzolders, kruimels brood, aardap
pelen, kan misschien menigen kleinen vogel be
houden; ze hebben zoo weinig noodig. Ook het
bereiden van slxapplaatsen door bonen rijsbovt
los op te stapelen, wordt aangeraden. Misschien
zon de Vereeniging tot bescherming van Uier-a"
wel doen door van het welsprekend manifest, dat
-y, als onze ruimte het toeliet, gaarne in zfia
eneel zonden overnemen, eeoige tienduizend*
Ontegenzeggelijk behoort hetFrefleriksp'.ein met
omgeving tot da schoonste k wan ieren van oi:üe
staa eu is dit plein, na tic snelle uitbreiding d. r
stad a*n de Amsti'lzij.le, een centrum vnn druk: c
en beweging gewoi deu, zoo.ils men dit weinig jaren
geleden niet had durven verwachten. Dit. heef:
dan ook aanleiding gegeven tot bet stichten iu dat
kwartier van. een inrichting, waarvan het welsla
gen vóór weinig jaren zeker nog zeer problema
tisch had mogen genoemd worden, doch waaraan
wij thans een schooue toekomst durven voorspel
len.
Aangenaam was het ons door de directie der
Amsterdamscbe Galerij Maatschappij in de gele
genheid gesteld te worden e«us een voorloopig
kijkje te nemen van de vordering der werkzaam*
heden aan de Paleis-Galerij, en kunnen wij niet
anders zeggen dan dat, voor zoover het thans reeds
te beoordeelen valt, die Galerij, het ontwerp van
den bekwamen architect A. L. van Geiidt, een
zeer fraai geheel belooft te worden.
Zooals men weet zullen deze winkelgalerijen,
geheel in den trant van het Palais Royal te Parijs,
zich uitstrekken langs 0. W. eu Z. zijde vau deu
tuin van het P. T. V. en daarvan gescheiden zyn
door een fraai ijzeren hekwerk. Heeft men dus
aan de eene zyde een onbelemmerd uitzicht in dien
tuin, aan de andere zy'do bevinden zich een vijf
tigtal winkels van verschillende afmeting, doch
welker grootte over het algemeen de meerte win
kels in de stad ver beneden zich laat. Deze win
kels toch hebben by eene.breedte van bijna 6 M.
een diepte van 41/2 tot 61/2 M. en zjju er dus
verscheidene bij die men gerust flinke magazijnen
noemen kan. Voorts bevatten zy allen een en
tresol met een en twee kamer*, een groote» kelder
en zolder. Wanneer uien in aanmerking neemt dat
de gezameiyke galerijen een lengte bebbenaran ruim
250 M. dan is het zeker dat zy een scBoone en
flinke gelegenheid tot flaneeren zullen aanbie
den, waarvan bet genot des zomers nog dikwy'ls
>al worden veboogd door de tonen der muziek.
Zeker zal de attractie worden vermeerderd door
inrichtingen, waar men zich eenige oogeublikken
zal kunnen nedervleien als daar «y'n, oonditoreien,
oesterwinkels, cafe's en tutti quant i die in een
dergelyke gelegenheid niet mogen ontbreken en een
aangenaame afwisseling moeten vormen in de
schitterde etalages der overige winkels. De talrijke
bewoners van dat gedeelte der stad zullen des zo
mers een koele, en des winters een goed beschutte
gelegenheid tot wandelen hebben verkregen; wy
gelooven dat vooral voor magazynhouders in
ome stad zich hier een eenige gelegenheid
voordeet, ook in dat, gedeelte du stad «en winkel to
openen.
ge ,
afdrukken ter verspreiding te laten mak>-n. N*
de Italianen onze kleine trekvogels bümillioenen
afmaken, is het zaak op de overblijvenden zuinig
te zijn.
De dochter van een beroemd Keizer
8onloiitiue van Haïti heelt onlangs eenigen tyd
te Parijs doorgebracht ; baar echtgenoot werd op
een goeden dag door zyn schoonvader tot Hertog
van Pvthionyille benoemd, maar bij wilde zich
niet belachelijk maken en behield eenvoudig zyn
naam Lubin. Zooals bekend is omringde
Soulonqne of Faustin I zyn troon met ern reeks va*
schitterende namen; hU benoemde Hertogen van
Limonade en Marmelade, een graaf Nommertwee)
enz. Eens toen hy inspectie hield over zyn met
berenmutsen getooide lyl'wooht by een klimaat
als op Haïti l kwam by dsarby tot de
ontdoJtking dat zyn zwarte kriignrs dringende behoefte
hadden aan een blinkende kokardes vooraan hua
berenmut-en. Oogeublikkelgk ontbood bjj
Hofmaarschalk, den Hertog van Anamn, en dre.?__
hem met zy'n vorstelijke ongenade, indien hu niet
zorgde dat de kokardes des anderen daags pre»
sent waren. De Maarschalk was in vertwflfehag.
Waar zou hy.op Haïti kokardes van daan halen?
Een slimme Fninscbman, die de betrekking va*
Ocpei hofmeester bekleedde, redde hem uit d*
verlegenheid ; deze sneed de deksels en medailles)
van de blikken bussen met geconserveerde groen*
ten, visch en vruchten nf en liet die aan de sol*
dnti nmutsen vasthechten. Een Europeaan, dit
later tot een inspectie der keizerlijke troepen nit>
genoodigd weid, las met de grootste verbazing
de opschriften : Kreeften, Ansjovis, Erwten enz.
waarmoêde hoofddeksels van de lijfwacht ver
sierd waren en nam in den geest syn hoed af
voor dien vindingryken Fraoschiuan.
Stichters van schoten in Japan. De geschie
denis leert ons dat in de middeleeuwen tel va*
leerlingen kwamen toestroomen, om da lessen
by te wonen van den een -et anderen beroemde*
meester, die zoodoende het middenpant van
eeazekere groep en langzamerhand de stichter va*
een school werd.
Dit gebruik, dat reeds lang verouderd is, wordt
in Japan nog in hooge eer gehouden. De roem
van een enkelen meester is voldoende om hon
derde studenten, uit alle oordnu des lands, op
hetzelfde punt te vereenigen. Tegenwoordig ia
het een zekere professor Tukasama, die onder
de studeerende jongelingschap het meest gezien
is. Deze geleerde woont te Tokio en heeft ver
scheiden europeesche boeken in het Japansch
vertaald, waardoor hy zich grooten roem heeft
verworven. ,
Tukavama t staat aan zijn volgelingen groote
vrijheid toe in denken en handelen. Zij hebben
een vaderlandslievende vereeniging opgericht ea
geven een weekblad uit, waarin zij zich niet ont
zien om de inzichten en handelingen der regee
ring aan een scherpe kritiek te onderwerpen.
Deze jongelieden scharen zich niet. «lechrsin hun
studietyd rondom zulk een geleerde, dikwgls
keeren zy na atloop daarvan niet naar hun vader
land terug, maar blijven iu zyu buurt gevestigd,
om onder zyn leiding de een of andere gewich
tige taak te volbrengen. .
Den 26sten September is te Stuttgart de pas
gebouwde ,,01ga-Heil>in*tn|t" geopend. Hitia««n
model-hospitatil von r kind -ren. Da inricht in.' be
antwoordt aan alle vere achten der gezond la
kisleer on koningin Ole* h ' uit ha-ir eigen fond
sen 300.1100 3lk. tot' den bon w b igeilr w», terwijl.
de --tuit kosteloos den liei.oi lieden t{i oud at'stoiid.
Beleefde '?riti'lt. In rlen eersten 'Inik van fUfPs
s;iiur^e4jhichte für Kinder" ver'plt i ? 'i-i- d:^r
z'in jT"i"'hïeden;» z»!'" Krig-h'-r recenseerde liet
boek met het volgende gedicht:
-In dit boi-k spreekt af en toe
Het ThMp, de geit en nok d<> kon;
De ezel is niet aan het woord kunnen komen:
l)ij:.« rol heeft de schrfivcr voor zich' ge omen".
Koning Hendrik IV VA n Frankrijk was zoo
gtk met zyn miniatuurhondje, dat hy het in een
tasohje om den hals droeir. Een koningin in het
rijk der kunst, de bekende klavier virtuóno Pop*
per- Mentor koestert een dergelyke vporliefd-- voor
haar mooi wit poesje. Het diertje is uliy'd in
haar nabijheid, behalve wanneer sfj op de con*
certen speelt Het vergezelt haar np al haar .
kunstreiaen, en beeft gedurende de laatste jaren
Rusland, Duitsehland, Frtnkrijk, En«eland,
Scandinavifi, Spanje en Oostenrijk roet h», meestere»
bereisd. Zeker kun jyen enkele Enr»pee«uhe poe*
in dat opzicht met Sophia Menter's lieveling wed
ijveren. ..
De Londensche Vrouwe* Vereenio.
for promoting th« emplo't'nmt of ____ ...
London) ? stelt zich ten do l om voor vrouwe*
nieuwe middelen van bestaan te vinden, waarbij
de concurrentie nog niet zoo overgroot is. Zq
laat onderricht geven in ziekenverpleging, In
patronen teekenen voor weverijen en dame»»
naudwerken, in het ontwerpen van
felicitatiekaartjes, in schilderwerk van allerlei aard, in het
kappen, maar in de eerste plaats in het
taieidieuen, met alles wat daartoe behoort, by par»
tyan en alle feentelyke gelegenheden. In plaata
van de dure gehuurde knechts, die gewoonlijk
gebruikt worden, ite'.t de Vereeniging ?"* gr* .
klecde, .fatsoenlijke en 'welgemanierde burger»
meisjes ter betchikking van belanghebbenden.
Deze meisje* weten met snaak en naar den ei eh
een tafel te dekken en ordelijk en stil te bedie
nen. Het manneiyk personeel blijft voor d*
heerenvertrekken en garderobes bwchikbaar. D«
Londensche dienknechtit" zijn berucht wrgens
hun onmatigheid, zoodat het gebruiken van jonge
meiijes niet enkel veel loon, uaar vooral VM
v>i/n uitspaart
.Een van de duurste, soo niet hnt allerdnnnte
bosk is zeker een in 1873 1>Ügelegenbeid van een
auctie verkocht, op perkament gedrukt exemplaar
van den bybel, waarvoor «cht en-zeztig iluucnd
mark betaald werd H«t was een van de oudste 'l- or
Oktenberg, Faust en Schöffer vervaardigde by'lel*.
l
?. ? TIJ
:'f'