De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1883 14 januari pagina 2

14 januari 1883 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

l f-; DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. va»*n van «n woekeraar M» Charancon-.m liet twwdu hetR«lukkige liuiweun van \ ader M.rtun, het doyr o* schulden van «oouljalief ten wordt gericht. De grondgedachte u juist maar <le moriuil wordt bedorven door allerhande tocvalliaheden waarmede de schrijvers «en ?bcviedifreiid" slot («in hun «tuk trachten te makrn. Mailiin c*el't zich voor don »pcler uit; ZH> «<>on 8«*at uaar xee. In het lastste bedrijf vinJen we nlluii terug de» knecht inelnii. Moor w het aannoroiJük dat juut da chainpaguehcld Aruiaud het M:tii|> U-houden torugb engt, dat do slimme ui'ou er zoo doin inloopt; il net IJC.VWHdut Martjjn in de oogon van «yno Trouw nog do schuldige blijft V 'i l* jammer, betondcrwerp had beter behandeld kunnen worden; het slc.t ia e*n oubfhaaglttke-uitwM. . llo hoer D. liaspols speelde «oor Jlavtnn en, zojftlg we dat vuu dien kunstenaar gewoon züu ? voortioflVljjk. Spel en *tem waren uitmun tend evenals grime en kostuum. In nauwgezetheid wordt hij door weinigen geëvenaard. In de U-ötdo plaati dieacn do heen n Muttcr» (Clwancon) en Lcmmeni (FélicUu) geprezen; lieMen weren zeor goed. de eerste als de unicheh-ndo schurk, do tweede al» de jeugdige losbol. Ook'do dame» Faasson, van Eykeu, BurlageYernrocrt eu du heer de Voi kweten Zich vcrdiciutelük van hunne Uak; de laatsto is steeds e*mo aangename verschijning, maar mut nog do uoodigo leffgingïkracht. l)o hoer Lo Gras heeft go«d gedaan SltH te vertalen; het is een uitstekend imuikj*, wel wat overdreven maar die klip is moeilijk te venvü'ien. De h'or en mevrouw Poolman on ISosi rl'aa.sren i>pecldeu met veel animo; Thibandicr was wel wut erg bleu; Frémisiin frémissait assez! Xwatlf. Griet heeft hier voortdurend enorm fuccès; Dinsdag a.s. lle opvoering. Bravo l Rotterdam, 9 Jan. 18.3. Jean. EES EN ANDER OVER ÜE VOORSTELLING Eu VAST DER RING DES NIBELUSGEN. zoo hebben wy Amsterdammers dan eindtlyk ook iets gehoord en gezien van do vcolbosprokcn Trilogie. I»e indrukken, die Wagner» werk liij ons pu bliek hoeft achtergelaten, «ijn natuurlijk even ver schilleed, als de doelen, waaruit dat publiek is No. 290 de weroUlheerichanpy wordt afgespiegeld in z(iue Lti ünnhildo. Itoor Lvcuala de meeste andere woikcu van kunst wordt ook Der Hing tlti 2fibelungen niet door een bepaalde klasse van mensctien. niet door eeu behaalden stand of leeftijd goed- of afgekeurd. Niut oud of jong, geleerd of ongeleerd, muzikaal of o;imuiikaa!, geeft den maatstaf aan voor do beoordceliug ^a^ dit werk, maar de eigenaardige g.--iuocdsgesteldh.L'id vanden individu,7Jju verlangen, *4jne opvatting van knn«t eu van «are verhou ding tot het Teven, veelat ook zijn oogenblikkelyke fitemming, in het kort:zynuieerdere of mindcro la'.biarheid gedurende de voorstelling. Achteuswiiardigo bejaarde mannen, dio men niet kar. ves deuken a toit et & trams een Wagneria^n te willen sp Icn, hebben my verklaard, nog nooit zooxet-r geboeid te zijn geweest door eeudramatisca-muzikale voorstelliug; jongelieden hebben uiU do verzekering gegeven, dat zij zich nog nooit zoozeer verveeld hadden. l)e een vond de mu ziek pruchtisr, maar besehnuwde de handeling als een inrce', de ander beweerde, dat die. muziek eigenlijk geen muziek was, maar dat het gedicht vele schoonc itukkken bevatte. Ik heb er gezien, die bü Brünnhildc 's afscheid van Wotan tot schrciens toe bewogen waren; anderen, die RHdurende dat tooneel de couruut laten. Mevrouw A luisterde met gespannen aandacht, da heer B. ? gaapte. Mon zou, geloof ik, niet te veel van de ?waarheid afwijken, wanneer men zoid& dat bet werk op niet twee toehoorden den zelf den indrnk heeft gemaakt, maar dat het getal van hen, die gunstige indrukken hebben ontvangen, veel grooter is, dan dat van hen, die zich onaangenaam voelden aangedaan. Slechts voor twee aoorten van kunstliefhebbers moet de voorstelling van Der Ring des Kibclunycn volstrekt ongenietbaar zijn geweest, lo voor hen. dio gehoopt hadden ecne ?opera" in den bekt nden styl te hooren, Üo voor diegencu, welke de voorstellingen bezocht hebben met uen vooroordeel tegen het stelsel, waarop Wagncrs werk gebouwd is. Wil mon Der Ring des Nibflnngen booordeelen, dan moet men het «tautlpant der oude opera Tcrlatcn. Van d« opera onderscheidt Wa^neri werk zich hierdoor, nat het gedicht doel, de mu«iek middel is; do oragckejrdc verhouding be staat. zooals men weet, in de opera: düüi- u het tekstboek (librretto) voor den componist in vcr^ re weg de meeste gevallen slechts een voorwend?el om dramatischo muziek to schrijven. Over bet stelsel von Wanner is meer dan der tig jaar gestreden, en de strijd is nog niet ten einde. \Y$ zvllen het aautal strüdcndeü niet vermeerderen, maar willen alleen opmerken, dat wio om de een of andere reden meent dit stelsel te moeten veroordeelcn en de voorkeur t-e uioetei geven aan de oude, hctzj] Franschc, Diiituclio of Italiaansche opera, reeds n priori z\jn vonnis heeft uitgesproken over Wagners duimatisctimuzikale werken. Een dergelijk ' toehoorder, overtuigd dat de grondslag dier werken niet deugt, betreedt den schouwburg niet den m ia of meer duidelijk uitgesproken wil, om z!ch niet te laten meesleepon. I)e machtigste genius dor wereld, tot hem sprekende, cal voor doovooorcn preeken, voor een omgekochte rechtbank pleiten; Ëïj zal z\jno zaak verhezen, want het vonnis was. geveld, voor dat hy den mond had opooffedaan. Slechts diegene, welke het stelsel van Wagner goed-, of althans niet aficeurf, en het voor uit voering vatbaar acht, heeft het juiste ktandpnut ingenomen om Der Ring des Nibclwtgsn te beoordeelen. Ilü zal zich in de eerste plaats moeten afvragen, of het werk voldoet omn de vcreischtcn van datgene, waarvoor het uitgegeven wordt, m. a. w. of het een .drama i». Maar ook hu vergote niet, dat deze trilogie geen litteratnurdraina is, maar een werk, dat eerit door de innige samcn?raelting der drie oorspronkelijkste knus ten: Dicht-, Toou- en Danskunst (Mimiek) een drama zal worden. De gedrukte tekst, dien hy voor zich hwft, is dus ? iets meer dan het geraamte, dat eerst door de hulp van muziek en mimiek ?vloesch en bloed zal verkrijgen. Uit den tekst cal alleen kunnen blaken, of het Wagner gelokt is, een poëtische gedachte in een oiiberispolijken drnoiatischea vorm to gieten. Wat is na do poëtiscne gedachte van fttr Rtng dts Nibcluagcnï Ik meen te mogen onderstellen, dat de lezer den inhoud dor trilogie, hetz", uit tekstboeken, hetzü uit een der vele commentaren, hetz(j nit dognladartikelen, heeft leeren kennen. Vatten wy dien inhoud in eooiffo korte zinnen «amen, dan valt ont van zelf ?der langen Uede kurzor Sinn," de grond^edtchte van het werk, in het oog. De held van het stak ia Wotan, die, door Loge verlokt, de eerste stoornis in de wereldorde brengt, Togtlijk met de Reuzen en Dwergen haakt h\j naar de wercldheerichappji en verkrijgt door list den machtverleenden Ring, dien hy echter weder aan anderen moet a&taan. Zjjne rast is wnff, sedert hy dit kleinood, waaraan eenvreeteIliki vloek kleeft, heeft aangeraakt; de zorg ver teert hem, en al zyno pogingen om den Ring weder meester te worden en te verhoeden, dat zijne mededingers er onheil mede stichten, strekken slechts om nem in nieuwe verwikkelingen te brengen. In bittere smart erkennend, dat het geluk niet in bezit gelegen is, geeft wotan zy n werk op en zegt alle goddelijke pracht vaarwel Zyn grooUch besluit om a&tand te doen ra» ' dochter Lh unnhildo. Door han» beid aan haar vader volbrengt de Walknio uit vrqon wil de diwd, die Wotan uiet volbrcugcu A'«», cu offert vol vreugdo haar leven eu dat vau haar goliefdcn Siegfricd op voor (ie verlossing der wordd, Uet vuur, dat lirunnhilde en Sicgfried verteert, breekt den vloek van den Ring, die tegeiyk niet do a<ch van het belden i mar aau do golven des Uyns teruggegeven wordt. De elementen z\jn verzwml, du racuechhcid is bevrijd, de Hcideu*ehe godenwereld stort ineen, en op de puinhoopen dier woro'd verrijst het r<jk der Lietde, der worc, oliristulyk* heide. En dit ruk de*' lief e, dat hier slacht* met eukeld «ooi-d.su aangekondigd wordt, vinden wij aanschouwelijk voorges'cldin vVngucr's laatsto drama: i'ursifal. Stemt meu tos, dut dezo poëtische gedncbto waardig i» aU drama behandeld to worden, d<m zal niou ecu blik werpen oji den vorm vau dit drama. Uet wa* do noodzakelijkheid, en ni«t do nicht om excntri«k to zfjn, d'o Wagner den vorm voor zijn werk aan dn hand deed. Aanvankelijk h.id brj niet het )<lnn gehad von zoo uitgebreid werk te scheppen. Toen hij in Itf-lö xijn drama Stegfried'i Tod, thans bot luiste godc-elio de* tnlog.'o, ontwierp, liacl hij «laarniedo 'ffai'tt nndcro bedoeling, ilati den inythisdirn hnld Sicgfrivd, die voor dt1 (ici-wnati'i'h;1! v-!U''ii ongevoel' dezelfde betrekfnis lnelt, al^ IK-nnil'-i vuor il n Grieken, tot. onderwerp van ce:i diwnatiii'h muin-ik-inktu iniiketi. Ihirh bet vi'i-lniig-n oia eeu r.i o dirdeliik mogelijk beeld v.ni i:ijn hi»I'l 11; provcil (ii hem in ' ', nier zijn jjiulil'iijkn YOomten voor te bad lieiü gvnoo.lKii.ikt, in »iju drama- hovIIIMI iu tu hsidieu, «lit% uil. era ilranKiti'A-h-mtuiki^uu^riiTit beïchi«uwJ, onbruikbaar wiirou. \Yittlo b:j xiju diiima lat«n fcrei, d.iu moest datgene, wut nis vertelling wa* ingevlochten, tot een/.elistantligtooi'.oelituk uitge werkt worden; KOO ontstond Ju»g Sii'/ifrietl, thans het di-rdc gedeelte vnn Jen nHing." DoaM ook m het uieuwe stuk bleef to ve.-l vertrlling over; dientengevolge zag Wngner zich geuoudxuakt, nog tweu nieuwe si ukken aan zyn drama toe to vofg-n: Die WtMiïrc en Dus llttcingold'. Nu was do' mythe gulu-el iu het di-aiini opgegaan. Doch met Bet uitbreiden vaa het werk was Sicg fried de tweede persoon geworden, eu Wotan was op den voorgrond getrodcn. Het butste gedeelte van den ?Hing" hect.to vroeger Siegfried's Tori, doch heet nu GOttertlümmcrimy (:u de Noorseho mythologie Jingnai'ökr), daar het di;u oijder^aug vsin duii trajjischen held Wotau en vao zijn stam voorstelt. Wotiin ia de hoofd persoon. Bij de vcrdceliiig der rollen moét men hier op letten. Is Wotan onvoldoende, dan kan het drama uiet den indruk maken, welken de dichter-componist zich het'l'D voorgesteld. Mui hoeft do aanmerking gemaakt, dat Wotan niet in allo opzichten een edel karakter genoemd kan worden. Volkomen jüiit. Haar dat is gnsn' fout van het stuk. Edolu karakters komen bij de grootste Jr.imn-ilk'hters zvMeu voor. In alle stukken vau Sliukufpcare te z.imcn vindt men hoogstens drie of vier edele, iets meer goede, maar vele zwakke en slechte karakterft. Het is ook niet het doei der tragocdie, edele karakters voor te stellen. liet dool der tragocdip is, in dr&uutischcn vorm den strijd -van deu individu tegen de onverbiddelijke wereldorde zoodautg voor to stellen, dat diu voorstelling beurtelings vrees on medelijden by den toeschouwer opw.-kt. i»it doel heeft Wiijjner, naar mün inzien, bereikt, en wauneor de rol van Wotan naar oisch vervaid* wordt ? zooals o.a. to Ifayreuth het geval was, waar Franz IJetz deu ?herrischen Gott" voorstel de ? dan ssal het hoofd, der goden in een geheel auder licht verschijnen, dan wanneer hy, zoonis na, door 'middelmatige'zangers, wordt voorgesteld. Dan zullen wy zijn bittere smart begrepen, wan neer hy aau UrUnnhilde de oorzaak van Kijn lijden mededeelt, en wij zullen een gevoel van verlichting hebben, wanneer hcirvaders edele dochter op het einde van Götlerdilmnicrwig hom toeroept: ?Kuhe, ntlie, tlu dott\" Ofschoon 'h«t niet: in mijne beiloeling ligt, in dit artikel eene kritiek van het werk te leveren, maai' wel een en ander over do uilvoering van het werk dooi' het pczebrhap Nou manu mede te derlcn, heb ik toch gemeend voorop te moéten stallen, wat Dsr King des Nibdungcn eigenlijk is: eerst wanneer wij ons dit duidelijk gemaakt' lii't>b?D, knnnm wij bsnorflcnl: n, of dis knusteiiaurs, die het -werk uitgevoerd bobben, op de hoogte hunner taak ziju geweest. Wnaner vcrl«ii;;t, dut do ve.r.olkers a^ner dra matische karakter.? niet alleen zangers, maar ook tooncelapclu's xijn. Dc-naiti van zijn werken brengt mede, dut mea hun de^s cisnh' moer, tiloilcn. Twee lodou vul) Jifct gcKi-lgc'up Xuuni'inii heb ben in alle opziclitv» aau dien ciach voldaan: Mevr. KeichfT-uiudorm.'iiin en de heer Lieban. Ilidwijr lU-icher-Kindcü-iiuuii, üo'chtcr van don nititekcnden'xaager Aiipust Kinli-rmannencoht* gonooto vnu dea toonecIsfoU'i1 ltcich>r, is in alle opzichten voo:- de rol vnn 1'i-iinnliilJo.geschikt: item, at'Uat, gestalte, alles verraadt bij haar hot gcdotkind. Nva*. echter hnar voonliucht zoo btwonderetiswaardig maakt, 'n niet, alietu haar tneestorscluip over do zaugvormcii, niet haar korrekte \iJLvooriHK van <lc niLCilijlistu tigiiren Of de hel derheid en zuiverheid harer trillers, tnanr vooial hare opvatting vau het kuruktcr der WnlUüie. /ij heeft ons do Urilnnhildo voorgastcld op ecne ï, dat <|<s tt-nffifchc gednchto van liet .werk o» volkomen duidclijl: werd. Meu dttnkü aau haar optreden in--/'ie Wulkiirc, a:iu haar van vrougdo stialend gelaat, wauneor zij hei r vaders oproep ten strijd met deu ?Juuchzer" beant woordt ; aan het toonccl, waarin \Yotan haar zyne smart mededeelt en zij deel neemt in het lijden van den god ; nan het oogenblik, waarop zij voor SiepmuutT vïrfchijnt en liciu plechtig den dood aankondigt; aan naar medelijden met den held: aan hare profetie van Siegfried, die door ?z«ge ?vrcdo" zul brongen; aan haar angst, wanneer zy voor, Wotan vlucht.; aan hnrojoeelezelfopoffe ring, wanneer zij Siegliiide redt en alleen ach ter blijft, opdat Wotsn's toorn alleen barvt' zou treffen, en haar innig emecken o ui uiet aan den eertten den buiten lafaard prijngescvcn te worden. Men herinner» zich voorts haar plechtige woorden V ij haar ontwaken: ?Hctl dn; Sonnc! Heil dir, Licht!" Men denke aan baar meesternjk i-pcl uu haar enthciii'iasme verwekkenden zang in het laat ste bedrijf van Siegfried; man rocpe zich do vel schillende tooneelen uit GtiJlterdümmcning in het gebeugeu terug en men zal met ons instemmen, wanneer wy Mevr. Iteicher-lundermaim een even zeer in zang als in spel uitmuntende tragiiche heldin noemen (SM volgt,) U. Viotta. HILMAN'S MEDAÏLLON-PORTllET. Tal van redenen zyn er waarom er by ons te lande op een tentoonstelling van beeldende kun sten honderd schilderwerken worden gevonden tegen een voortbrengsel der beitelkunst. 't Geen er te vinden ia beperkt zich veelal tot eenige borstbeelden in pleister; de in marmer nitgevoerden zyu witte raven. Bestelde of aan gekochte werken zyn nog meer zeldzaam dan een lelieblanke roofvogel. Dat prof. Albordingk Thy m 't Initiatief nam om Hilman's beeltenis te doen beitelen vernam ik met genoegen, ook dat hu in De Amsterdammer van 7 Jan. jl. holde bracht aan den kunstenaar die dit werk uitvoerde. Voor zoo ver 't mt) vergund zij mee te praten moet ik erkennen dat dit relief groote ver diensten heeft de.vrghett om 't noemen van liet grooto publiek noemt als maker van HUm»u'a purtrut (d. w. *. als du vervaardiger van 't utodel in klei ? de marmeruitvoeritig had in IMgio plaat») iemand anders dmi Prof. 'il.ym deed. Is dit ten onrechte, dan ilieat dit gerucht te worden tegengesproken. Xoo ciot, dan moet t prijken met oona a:idcrraans veóreu, het exploiteoren van don werkelyken kunstenaar door den markUrhreeuwer. hot oediiegen vau 't NoordMederlandtck publiek laugüauiorhatid een einde nemou. \7. B. G. Molkenboer. MU is niets bekend, dat den lieer Colitiet de «an»l>nwik op do eer het model van Ijiltuans teliüi-porlret gemaakt te liu-bboi;, zoo als ik hem het uiuaker op het hjk zag afwisten, behoort te durn vt-rbeurcu. Alb. Th. OVER DR VKRIIOUÏÏÏSG VAN' HET MUZI KALE TOT H KT (JBSl'UOKENK , IX DEX XAN(i. Een brief vau Uvnjainin l''r*nkliiuianv.ynbroeder John Frauklia te Nuwpurt (Auiui i :a). Het zal niet van belang ontbloot KÜU den volgmtden brief nin do vergetelheid to ontrukken; niet alleen omdat hy vau een beroemd geleorde ca staatsman afkomstig is, maar tevens omdat, bij wellicht nog iu onze dagen uut Unu aanbrengen. ?Yr'nardoÜH'ocdor, «Uwe ISallado bevalt mi,i, r n ik vind, dat zij nau baar doel, om do ueigiiijr tot ilwnzu torkwii»tingcu nf to kcuicn en tot vlyf. «?« huithoudeljjkhciU aantemop'lixcu, voütomeu bi-tintwoordt- In dien Rij het uoover kunt breng'-,», dut KO in uwe provincie algemeen gezongen wordt, dan moet zij over 'c alrieineuii.dntgeue bewerken, wat Rij van haar verwacht. Daar gü vuhtcr op het OOK hudt haai' voor icde-.cou tougnnkclijk to maken, zoo verwondert het mij to inner, dit pij «nik een ongewone suoit van vorKPii goko^on hebt, die uioeielijk passen voor een lied, dut door een ieder zil gezongen worden. Indien gij het Metrum r.aar een umie, wolbekende z.tngwüze bad inge licht, dan KOU ze zeker voel spoediger zijn ver spreid- geworden, dan nu zelfs met Je beste melodie, oj> welko #ü haai' coinponceren kunt, nauwelijks het geval zal zijn. Ook meen ik, dat, indien gij uwu Uulindc aan ecu jong booreiiniui.ojo uit eeu der valleien van Massaehusets zoudt geven, dat behalve aio kerkgezaugen, jaehtliederon, tlio ehilderen iu the woud, la liame Espaniolo of ecu ander eenvoudig lied, nooit van imiciek gohomd, in;i;ii- vnu n.itum ecu goed ge hoor had, zij waarschijnlijk ecu aaugenamero en voor het dool vau Uw dichtst uk meer Repaste volksmelodic KOU kiezen dau oen van onze grootste virtuozen. Dit dool zou natnelylc veel voloi-.iakter bereikt worden, iudien men, bü het hooren zingen vau die Ballade, niet allecu geen woord daarvan zou verliezen, maar tevens bij het zingeu evenals bij hot lezen, den klemtoon, dien gij op zekert' woorden wilt gelegd hebben, zou kunnen waarnemen. Van dezo omstandig heden imiv.O'S is de kracht en do uitwerking, om eau gi'ift' g voortlebreugrn, grootcndecls alhaii- j kelijk. Ik wil evenwel tracutun, om het stuk op ee:ie zooveel mogülijk gepaste wij«, op muziek ie doen bieiigou. «Geloof echter niet, dat ik de bekwaamheid van onze componisten tracht tu verkleinen. Ilunuo werken zjjn voor kenners voorlreftolük en zij verschaffeu zich wcderkeen'g het grootste genot. Alleen in ho1. eompo:ieeie:i van do volk^gezaugen schijnt de «maak geheel buiten de natuur, of vecloor tegen de natuur te zya; desniettegen staande laten zij zich allen, met uitzondering van een of twee, door den stroom mcdoslcpen. ?Gü tracht geheel in den geest der oude wet gevers, door aeof invloed, der Poëzie, gepaard met do toonkunst, weldadig op de zeden van uw vaderland te werken. Voor zooverre men over de oude gezangen kan oordeclcn, was henna mnziok eenvoudig en stemde van zelf in maat, rhythmua, klemtoon enz. met de gewone uitspraak der woorden overeen, zonder ooit door verkorting van lange of verlen ging van korte lettergrepen do taal te verkrach ten. Het zingen was bij hen niets nnders dan eenc aangenamere, melodische w ij zo van spreken. llun zang was vatbaar voor alle bekoorlijkheden van declameerende Proza, waarmede tevens het aangename dor harmonie verbonden wal. Daarentegen vallen b'j een nieuw zangstuk al deze hoedanigheden en schoouhciltn van den gewonen «preektrant weg, wier plaats vervangen wordt door gebreken' cu kinderachtige anukchjeu, die voor bevalligheden vt'rkcchl worden- Daar het u wellicht moeilijk zou vtillea, wij op mijn woord to geloovcu, zoo moet ik een formeel bavrijsi ar.nyoercn. Ziedaar het eerste het bojto lied, dat mij iu handen valt. Het is gecomponeerd door éi!U onzer grootste meester*, den onstcrfelijkcn Hilr.clel, en niet som* «en juugdige proef, -vóuulat zijn smaak gerijpt was, neen hy had het gecomponeerd, toen hij reeds het toppunt van zijn roem bereikt had. Allo navolger» vau dien kunstenaar bewonderen het-, en inderdnad, het is in zijn eoort voort rcfl'elijk. Ik bedoel don beroemden zang uit het byvoegsol tot Judas Maecabaeas. Onder do vele fouten en zonden tegen do taal, wil ik slechts de volgende aan stippen", lo. don slecht geplaatsten klemtoon, die op weinig beteekenende woordeu, ut' «p vahchelijk gebruikte' lettergrepen ligt ; 2o. het '-slecpan, w.iarcloor de uitspraak der woorden en lettcrgrccpcn boven hunne natuur lijke maat gerekt wordt; 3o. het stamelen, waardoor by uit ecne letter greep verscheidene mnnkt ; 4o. do onduidelijkheid door samenwerking dier drio opgegeven omstandigheden veroorzaakt; Do. de tautologie of ounoodige herhaling; en eindelijk (Jo. do volle uitbarsting der instrumenten zonder doel. ?Men geve eon grooten zanger een van onze schoonste liederen en late het hem in een gezel schap aingcn, waar men het nog niet kent; zoo zal men zien, dat de mcnschcn van de tien woor den zeker gocn drie verstaan. Vandaar de ge woonte, dot men in concerten en ppera'a in de handen van hen, dio gaarne willen verstaan, wat de beste zangers zingeii, boeken ziet, Neemt men daarcntcgeii t'oa van <iio schoone met noten ovcrvnldo gezangen eu leest do woorden 'zonder de herhalinjieu, zoo vindt men hun getal zeer gering, maar overladen met een vloed van noten. Wel licht zult gü het mot my eens zyn, waar d R broe der, dat m do oudo gezangen do woorden de hoofdzaak waren, terwUl men in de nieuwere waar zij als 't ware slechts als aanleiding tot de compositie van eon zangstuk beschouwd worden ze nauwelybs gadeslaat. Ik ben onveranderlijk Uw U teeder beminnondo broeder B. Franklin. de toonkunstenairs in, om instrumenten te maken die de luensohelüke etein nabootsten; thans doen zjj juist het tegenovergestelde, daar ie van de stem gaarne een bloot instrument souden willen maken. Zoo maakte mon aanvankelijk de prui ken om schoon, natuurlijk hoofdhaar natefiootsen; nadat ze echter gedeeltelijk onder zeer onnatuurlijke vormen iu twaug ware* gekomen, toen beleefde meu het, dat de natuurhjlce haren zoo upjfemaakt werden, dat mtu ie voor pruiken aou houdt n.1' Den l Men of 13dea dezer maand cal te Brosnel de Mvfistofele van Boito opgevoerd worden. De rol vau Grotenen in deze Faust-beiverking U ?eer gering; veel grooter U de party aanHelena toebedeeld, de heldin van het tweede gedeelte van Faust. De twee partyen worden door eene zangeres vervuld, Mlle. Duvivier. Do Duitsche Kegcering beeft voor het museum te lierlijn het Jajiansch inu;eum van dr. Gicrko te Livswu aangekocht, liet geeft een oversicbt van de Japansone »childcrkun*t van de 13e eeuw tot op onzen tyd De onkoopers van jilwitsbil.ietten hinderen de directie van deu Yiiudeville to Pui-gs zoo erg, dat zy do hulp van d« pief eet uur van politie heelt ingeroepen, welke echter niets van zien heeft doen hooren. Deze week stoordon zy den chef van do verlichting iu nijnu bemoeiingen met het gas; do ninn beklaagde xich eu werd door dezo iuduftueclen inUhiindeld en bjjna vermoord; de bodionctc'ti nioeiteü hem onf/etten. Do ondernemers van het nieuwe Parjjsche Edcn-Tltéi'ilro bebbt-n root den directeur van het Genootschap der schrüvérs, componisten en mur.iekuitgovers eeu contract gesloten voor 20,00 j iratica 'sjuars. To Londen is dere week miss Geneviüve Ward voor de 720ste maal opgetreden in Fort/et-me-not, veno Engelscbe orawerking van Emilo Augiers Arenturtcrc. De Engelsclio opera in Drury-Lano-Tliéütre, onder directie van den heer Carl Uosa, zal dezo icason tweo tiicuwo opera's van Engeleche com ponisten opvoeren. Do eone is Colomba van den heer Mackenxio, do tekst naar eouo novelle van 1'ro.ipoi- Mcrinu-e: de andere Esmeralua van Thouu-» Goriug, de tekst naar Victor I-lugo's roman Kotre-Dame de Paris. Ilofmth Zieglor te Ruhla heeft nan den aldaar wononden Professor Kugel opffodrngeu om een gedonkteoken te vervaardigen voor deu predikant ijotto, dn componist van den mtlodie by het lied van Arndt: ?Was ist des Deutschen Vatcrland?" Het zal te Bern gegoten eu te Hulüti geplaatst worden. Sedert eenigen (ijd mnakt een nieuwe vioolvirtuose, Mndeleine Godard. een anstei' van den componist Honjamin Godard, to Parys grootfen pgiing. Madlle Godard moet een aan het ongeoofolyke grenzende techniek bezitten; en met lijzondere voorliefde Paganini spelen. Een groots teleurstelling voor de Amerikaancho «eologen en paleontologen wordt door de "s'ew-Yorker bladen vermeld. De groote masto[ont, dia ia Albany gevonden en tob nn toe leschouwd werd nis het eenigo exemplaar uitliet waar historische tydvak in Noord-Amerika, blykt onecht" to zün. Hoe zulk een ?mastodonten?ervalsching" in z(jn werk kan zyn gegaan, wordt niet gemeld. Ik naam eoht te steun of «r -P.S. Ik had nog de onduidelijke uitspraak onder het getal der fouten tegen de taal kunnen vermelden, welke in de nieuwe gezangen voor schoonheden doorgaan. Alleen daar dit meer een fout der zangers dan der toonzetters schijn te zyn, zoo heb ik hiervan, waar ik slechts over do compositie sprak, geen gewag gemaakt. Een smaakvol, d. i. een modisch zanger, dien ik ken laat alle harde medeklinkers weg en verzoek alle harde lettergrepen der woorden, die er toch voer dienen, om ze van elkaar te onderscheiden Op die wijze hoort men niets dan ecnebewonde i«r de vraag renswaardige keer en verstaat men het gezongene '- naam dei evenmin, als wanneer het zangstuk op oani| d; ^L instrument gespeeld wordt E« ectgds spanden zJol ?_ ? Prof. Michelet te Berlijn lield dezer da»ea ia d«n WUsensohaftlwhar K.unstverein te Berlijn eeue voordracht over den Apollo van Belvédère, en ontwikkelde daarbij de volgende ;heoric: Deze Apollo is het werk vnnemRomejn; lij moet -voorstellen den triomf vnn hot Romeinsche volk over de veroverde natiën. De god baschouwt de wereld oor met. verachting dan met ooi-n. Het wapen rust in de eene hand omdat do overwinning volkomen is, do krijgsmantel hangt achteloos .af van schouder en arm. Toch stapt de jod vooruit, want de Romeinscho hcorschnppy rordert nog steeds. De andere hand rust op eeu olijfboom, omdat Augustus JB deuren van den ;empcl van Janus gesloten hoeft Dd diadeem dio iet voorhoofd van den god bekroont, is, volgons den liooglocraar, wel hut sterkste bc wijs voor deze zinncbooldigo uitlcgfjinj». De koizciR lieten zich in Home goddelijko eer bewijzen. Du s]aft van Atrium word, nnar htt volksgeloof, gewonnen door do mli) van Apollo. Wnt is dan natuurlijker, waarsch(|uiyker, zekerder, dan dat keizsr Augustus zelf1 zich hoeft laten uitbeelden in den vorm van god Apollo,"nis veroveraar der wereld en versierd net den koninklijken diadeem? Zelfs in de reine openbaring der grieksche kunst moet een Duitsch professor teiidenü leggen. Eene reis om (Ie Wercltl in vierhon derd cntaeMin Jaaen, door G. Vci schuur. Haarlem, II. D. Tjeenk Willink, 18S2. Als ik mij niet vergis waren reisbeschry vingen vroeger meer gezocht dau tegenwoordig. Toen er minder boekeu waren las men meer dan eens hetzelfde om zich te onderrichten. Nu neemt men hot eene voor en het andere na ter hand om aich to verstrooien en oischt gedurig sterker stukken, telkens pikanter waar. Misschien was het vroeger voor de reizigers ook gemakkelijker boeiend to schrijven; men kon hen niet zoo goed controleeren, en alzoo discuten zy wel eens won deren op, waarvan de lezer versteld stond, maar dio niet al te best navraag konden lydoo. Een goede reitbcBCbryving to leveren is zeer mocieiyk; wat den inhoud betreft, komt het er op nnu een goedo keuze to doen nit den rijken voorraad van merkwaardigheden, die men heelt mee te deden, en wat den vorm aangaat, heeft men zich to wachten voor de eentonigheid, die een dagboek zoo licbt eigen is. En nu spreek ik nog niet eens van het voornaam»te: de reiziger naoet in de gelegenheid geweest zijn bet meest belangwekkende te zien en goed uit de oogen gekeken nebben. Het komt mij voor? en het is my aangenaam het to mogen zeggen ? dat de Heer Verschuur als ervaren reiziger er uitstekend slag van had te maken, dat hy er by was, als er opzijn reis' iets belangwekkeuds by te wonen viel. Hg wut als ontwikkeld man in den vreemde het goede te waardeeren en is humorist genoeg om niet een optelling van feiten to leveren maar zyne indruk ken zóó weer te geven, dat een beschaafd mensch met hem meereizen on meeleven kan. Alleraardigst vertelt hy van oen reisgezel naar Wcst-Indiü, een fransen officier die in ons land eenigen tijd op een kostschool doorgebracht en eenigo hoïIandHche uitdrukkingen onthouden had, waarvan hö er van tot tyd een te pos bracht Wanneer hy bijv. 's morgens den schrijver in cabine kwam ?goeden morgen" wensohea aandacht vestigen op i|jne indrukken ia onze O.-I. bezittingen opgedaan. ZU zgn over 't alge meen ongunstig, wat betreft de gastvrijheid van de lieden aan wie men hem had aanbevolen: z^/ onthaalden beun btyna zonder uitzondering op eea< manilla-cigaar en een glas jjiwator om hem ver der aan zyn lot over te laten, terwyi in Engelsen* Indië iedereen hem bohulputam wa» en zien liet wat er te zien was. Ook verklaart h\j overal sporen van ontevre denheid gevonden hebben. Een gouvernemcntsinilelling op Java mag Ir niet bezichtigen dan na de belofte van niet < > inllen beschryven wat hfjajzoo mocht opmerkoi hjj goeft dan ook Reen critiok, maar 't was wei .iets curieus" wat hij zag, iets wat hem blijkbaar deed begrepen, waarom men hier en daar in Indië minder op openbaarheid gesteld ii. Misschien heeft de lezer het recht tot de op merking: dat de Heer Verschuur minder kwade vrrmoeaens bad moeten wekken of duidelijker had moeten beschuldigen; maar hn geeft enkel reisindrnkken, on treedt niet als politicus op. Eon kort overzicht van het boek te goven Ui uit den aard dor zaak onmogelijk, 't Vinde veel lezers, want het i* instructief en onderhoudend tevens, aangename lektunr voor jongen en ouden. V.H. Set testamtnt van mevrouw de Tonncltt, door G. Keiler, Eeno prettig geschreven novelle, los en natunij l;jk, gely'k alle novellen en verhalen, waarinodo do hoor Keiler, wiens werken meerondeols het onmiskenbaar teeken dragen van den altijd jeug digen, altijd lovenslustigen geest d:s schril verg, siuds jaren onze letterkunde verrijkt; men moet bier echter niet aau humor danken, zooals Dickens, en b ij ons, Beets en van Lennep ten toon «preidon; dio vindt men, althans in deze novolle, slechts zeldzaam, maar roude en gulle vroohjkheid des te meer, en, zooals een onzer «roote letterkundigen ? een man van zeer fijne kunstsmaak, die den hoer Keiler zeker niet onbekend zal zijn ? mij nog onlangs zeide: het is ecuo groote verdienste in den tegenwoordigen tijd, een roman to schrijven die tot vrpolijkneid sttmt, hot leven van do aangename zijde eens laat be* uien en doet lachen, zonder laf plat of dubbel* zinnig te zijn. Hoewol ik raiüSchian het genot van velen, die de novelle des hcoren Keilers zullen lezen, ga bederven, (waarvoor ik bovenal de geëerde leze ressen allcrocdcrigst om versohooning bid) zoo wil ik hier in het kort deu lojp mededeelen vaa dit verhaal, en aantoonen wat, volgens mij» be scheiden meening, den lezer minder bevredigt, en minder beantwoordt aan de eisenen, die msn den novellcuschrijvor als schepper, en bestuurder van de lotgevallen der helden, wion zUn schep pende geest het aaniyn gaf, kan stellen, want geluk de oude Hellenen a»n Zeus het Noodlot en hflt Recht in het weroldbestaan toevoegden, zoo moeien waarheid en waarschijnlijkheid da beschikkingen ? op het papier ? van den dichtar (in de oorspronkelijke betoekenis van ver dichten, verzinnen, scheppen met den geest) voor lichten en geleiden. Ik zal by deze korte schets van den inbond der novelle, dit beloof ik mijne lezers en lezeresoen, wol oppassen om alles mede te dcelen, neen, veel vnn hetgeen het meest de nieuwsgierigheid opwekt, z*l ik stilüwiigendvoorbygam. Mevrouw Lucio de Tonnette Urnntonr, eene deftige dame vnn ouden franschen adel is do laatste nfstammolinRe van de familie Tonnette, die den naam van dit geslacht voert; haar oeiiigste wensen is hare nohtcrnicht Lina Ochten die by haar in huis woont; ?in het huwelük te zien treden, en aan den zoon van deze, deu naam, zooal niot den barciiuen titel van dé Tonnette te kunnen overdragen. Met den naam zon hy ook haar aan «ieulijk fortuin, althans voor e«ra groot -doel be komen1', tante heeft nog twee volle neven, Pieter Botman, een deftig hoofdambtenaar, (en in het* beschrijven van dezen echten buvéaukraat toont do heer Keiler vooral zyn kantkterkunde) en Anastliaso van Sterren, een geniale pianomeester, die zeor veel verdient, maar nog neer schulden maakt. Duor een klein toeval komt Botman te weten, dat hot testament van tanto niet gunstig ia voor hsre beide neven, ook van Sterreu wordt door hem hiermede bekend; beide besluiten nu bij zicli zelven om nichtje liina te trouwen; hoe wel zy van «Iknara plannen niets afweten, treffen zy to (hiesbnch, eenfl badplaats, waarheen het nichtje niet eene bevriende familie was vertrok ken, elkander anu, beiden met het doel bezield, )in hi>ar. gfluk te wenschcu op haar verjaardag den vreemde, en zoo haar hart, op eon gepunt te treffen. kort voor het vertrek heeft nichtje te s Gravenhago een student ontmoet, door zyne collega'*-.als Tonnctta aangesproken, tauto heeft dit vernomen gaat haar neef bezoeken (want uter blijkt het, dat het een neef is') en geeft tem aanstonds geld om een reisje naar Duitsch:.iwl t.ry maken, ton einde mot nicht Lina kennis te maken en haar gewichtige papieren over to reikfii. ?Zulke tantes moesten er meer zyu!"/.al mi-iilgcou uitroepen; 't is jammer dat zij ?oo zeldzaam ziju; doen vreemd is het dat ba Ie neven, al is net uiet met hun nicht, toch 100 goed als geüngngecrd terugkomen, terwijl eon neef, ofschoon in eer en dengd zyn huwelijksreisjn voor, in plaats van na d« inzegening beeft volbracht, en do andere, om zich te bevrijden voor hel gevaar van een duel mot; een bolcedigden Duitscher (van wion hy de dame op onbeleefde wijze onder het spreken heeft nfgetroond) hw als zgn bruid voorstelt, hoewel de damo zelvo daar nog niets van weef. Nog vreemder is het dat da zwager dor beide aanstaande dames Bot man en v. Sterren (gezusters), dadeiyk geueigd ia zijne zusters af to staan; Toimtttc is, togen de gewoonte* op zyu verkenningsreis naar nicht Lina, door twee medestudenten vergezeld, die hem als panmympben byttaan en geleiden; de liefdo is anders zoo mededcolzaam niet Waarlijk voegde hy er een v ?goeden morgen" wenscnen .?? v .'ohm by die hetn in het ge heugen was gebleven en op hoUandscne toestan den betrekking had, nu eens: ?het is verboden in te rijden met karren en kruiwagen»", dan weer: ?de lantaarnopsteker wensoht u veel zegen in het nieuwe jaar," of ook wel: 'ïhigr gaat.mea uit schoften." Tevens Mag ik om do astaaliteit «rel da ..*-.. *?***' ' ' machtig heeft Venus in de oudheidgewcrkt, maar hier overtreft zy zich zelve, en ik stel vóór de Venus van Griesbach voortaan eeno plaats to gunnen naast die vanKupro». Zou do heer Keiler zelf hebben ingezien, hoe machtig Irij zijn Venus heeft toegerust? ik zou het naast den ken, als hy zoo schalks getuigt: en Gieabach kreeg eene groote reputatie onder do jonge ?dames in den Haag? Ik voor mij beu van moening, dat z(]no novelle een beter einde waar* dig is, on dat ? voor zoover zy ons de ontwik keling mededeelen ? de laatste bladzijden niet de gemkkiRsto zyn; ben ik lastig met miju kritiek, de neer Keiler u zelf de oorzaak er van, want zün ontegensprekelijk talent als novellonschrjiver, dat nit zoovele andere bladzijden duidelijk blijkt, noopt my aan hem hoogere eischcn te stellen dan aan de velen, die zicli den laatsten tyd be* ijveren, om onze roman-literatuur tot berstens toe to verrijken; nochtans ook bier g«ldt de spreuk la critique est aisée, maisrarteatdirncile. Amsterdam. T. M. BETWISTBARE LAUWEREN .NttunriykhelJ zij de eer der ktt'ist ,VBn einvoud hitr vermosenl pïf»»r zondtr eenvoud on natunr ?Is &1 w»l luHit beet JtfenT' , In het nummer van Janaan 1.1. van dit Week* blad, publiceert Prof. Albcrdingk Thijm, een go> dicht van Mejuffr. Stratenu'.clatinden weditrnd, uitgeschreven door de directie vanhetVolksbuUl rDe Echo", do pi-gi belwalda als Volkslied. Vatl dit grdicht zriui;, yul^i'iii ?Ho Echo" eeu der Oorami^üick'dcn: .Wr.t 'o>jrsprenkciykhe!d van op» vattingt frischheid van gedachten, v/armte van se' No. 210 D E ' A M S T E R D A M M E R, WEEKBLAD YOOB NEDERLAND. voel et» n)***tcn«tiap ov«r don vorm betreft, ttaat dit pwiraat botvnaa». Ik btb al! «B eerbied vuur d« uiUpraak di«r ?OMIUIUUM, maar UB pr. Alb. Tii., a ? lid daarvan g«UMeud tc«ft. ook in cit blad, *|jn eoidcel o»« dat -Volkslied" opeab)M- to uoe'.en maken ea het den volko aaukoadigt als ?baiwuxtioiocn fraa4J", ocl»t ik tn|j ? itf hut dan ook aU let h ? verplicht, die meening crustig, to bcstryUen en te verklaren, dat dit gftilicbt, van hoe cru o te verdiensten ook, deu naam vuu ?Volkslied'1 uict verdient! Waar tocli vindt men in dit lied ? veeleer een ode of lofaana ? htt natuurlijke, hot bevattelijke, maar vooraTnet ware, dar een volkslied moet heamerkeu? Nergens ccnige coUtichte of nitdrukkiug, die da geest van bet volk woêigeuft! Deuoknnttelde verhevenheid vau hot gauscho gedicht, naakt hot voor de menigte totaal onbegrijpelijk en Mlfs voor hem, diu iu de gohoimon der dichtkunst is ingewijd, moeilijk Vditittuinbaar. Ik vind het daarom zoo byzouder vreemd, dat cuu wclbovoogd en geacht kuustj echi w als Mhr. Alb. TIL, de grovo feilen niet hoeft kuunouonldekken, dia uudcr do indeidaad vcrhovano geJ.iohUu VAD dit «iiohUtuk verschulen liggou. Hut een: o oouulut, dat veirxweg het fraaisiü is van Uo vi-»r, is wanrlijk ala aanhef aecr schoon en iliuhtni'lük, duel) heluas, in tagüuepraak met de vaivheia, want hoe kan een land, dat lager ligt dun de oppervlakte van hét water der sec, verrijxe»? Veniukt dit niet veeleer eu verbergt zich ü.it ?toovciï^k d«r K«d«rlandeu" niet schuchter achtur do duinen V Daai'ffelaten dat do geheele vcrsiCcatie ni«ts hcitll van eon volkslied, hoe tegenstrijdig zijn dun looh t.' e l»ntsta woorden van bet «eiste, met den iuuviing \au het tweede couplet: »Yry woogtgü aiui züu aan natuur.' Verbeeldt U, een toovtirijk, dat arm is aan natuur! Kan het erger V Neen, do cehoele voorKielliua, hoe verheven dichterlijk ook, is onwaar! NoJerlnnd is noch een too»wi'uk, noch een land <Ut ui m is aau natuur. liet heeft züne eigenaar dige schoonheden even goed als elk au dor land i,-n wil de sclirüf^cr die leeren kennen, zy bezoeko d ui ons beerlek Uelderland, het Gooi en Kenutr mcrluud, om uitts meer to noemer», dan zal z$ ztkcr wel lot -andere godothteii komen. .tri) BOOgt Bi) UB 1^0 M enz, tot .Gij t «?» Hel vuur die van tilniica Prachtig mooi nitgedrnkt, >ondi>r twijfe), maar ik vraag *)«*hta: ia dase vergelijking op hare plaats in een volkulied en begrhpeiyk voor de mus», het volk ? Ik geloof het niet «n donk wel dat de Nederlanders te tellen sullen zijn, die we* ten wat een aeistr is. Ook zou Mhr. Alb, Th. i*ker menigeen aan v.ich verplichten, eens te neggen in welk bollandsch woordenboek deze benaming te vinden is, ,GU »yi ecu geiler, tlie van binnen ? Hei TUUT bewo.irJe; maar dien gloed, Stortte in du ]£££ flcr ccmoed, Bun burg«xre«bt ben d«cd TCiifinncn." B*grijpe dit wie kan, het volk, voor welk dit lied bestemd i», zeker niet! De woordschikking is .hier zoo gebrekkig en willekeurig, dat bet voor iedereen zeer moethjk ra hun onderling verband te vinden en dit gedeelte getuigt «aker wel het minst van ?meesterschap over den vorm". Volgens do rektinkatio van Mhr. Alb. Th. spreekt de schrijfster hier tot Nederland, volgens de tekst in de ?Kcho" van het land. De opvatting van Mhr. Alb. Th. komt ook nuj het beste voor, doch veel duidelijker wordt de bedoeling niet. Er wordt hier waarlijk v«el t« veel va» het publiek gevergd en weer dan gewone letterkundige ontwikkeling vcreifloht, om er uit wijs te worden. Vooral die Iceiijke slotregel: ?Hon ImrgerrocM hen ilccil verwinnen". Hebben wij hier te doen met enn ?luitenptmeen irauil volkslied?" la dat taal? Is dat verzen bou wen? Als bier geschreven ware, »Di>ed hen hun burgerrecht vërwinnen"l de duidelijkheid zon er voorzeker door gewonnen, waar nochtans zou liet toch nog du vraag gebleven zyn, van wier ImruciTecht hier civetiujk iprako ia. Even raadlelachtiif als dit «lot is wederom de aanvang der volgende regelen : ?Zoo litMitn zij op zco ra wal ?BW ilrlo.klonr iaautf lalin cri-tn." ?7,oo!" IToe? Daar wordt niets van gewaagd! .,'Zij!'* Wie V Daar wordt niemand genonmd, ! immer laten ccr«n," is dat geen on ? c^nmatil r hoofd fout? Ik kan er mij niet Konof'i' o/i<r dat. Mr. Alb. ? Th., toen 'trekiificci-en u as, dit hij i oc-h heeft ovogezien. Uier bal moeten stoeit ?00i<" ?uf ^iiltljd'' maar in geen geval ?immer", wanf. ,lieblH;n laten i-ernn" wij-*t op hctgetn geschindt w, innnf.r, mor.t altijd slanu op hqtgOFii wordon ;.al of kouwn moet. U. v.: ?NVIo heeft, \\etalti]<l «T ooit (.ezögd cu zal het immer volhouden.'' Kn in unt kunnende zin: ?ik heb het. nooit ge«laan en w\\ hot nimmer doen." Mhr. Alb. Th. vorgove roij dcae kleine, schoolnvucsterricbtigi! yernianinp, «naar een dichter mag f/ich uan deigelykc vergrijpen niet £chnldig mak«u: Luzcn \vy verder: ?Kn nan Eiirop» xclf dnnn l«cr«n, ?Wal HoUnnil ira» en blijven Kul." liet zij verre vnn mij. dichterlijke verdiensten in ' deze, verzen ie ontkennen! Met warmtu en gevoel uitgesproken, Hinken ze waarlijk zeer si-lioon, maar meer dan de klank hebbon zy ook niet; bctcekniis en waarheid missen ze alle. Wat bctcekent dit? Dat Holhmd biyven zal wat het is of ccwccst i.» ? Dat is geheel en al in ttrijd met den geënt des tijdg en do wenachen iles volks ! Neen, ala recht geaard Nederlander, lioop. ik van hart», dat Holland niet blij ven moge, wat het is of WAS voorheen, maar dat het voor waarts gaan zal op den weg dien leidt tot alge-raccnc welvaart! Dat het zich moge ontwikkelen tot eeu Staat, gegrondvest op gelijke rechten voor alle burgers; dat het door toenemende gei!*tkri\cht. der nntio, mogen geraken tot nog ongokendcn bloei; dat óns, zoo diep vervallen volksleven xich mogen verheffen nit die zco van jamniei- en ellende, waarin het dreigt onder te puu; wnnt ja, daar wordt vrcl geleden in dat :,toovenyk «Ter Nederlanden!" ? .Moge dan de \veosch \;m onzen do GénBstet vervuld worden 'i\ er een vol'i«diol)t"r on stian, die de groot'<\-\ vau Kijn vaderland, dn room van zyn volk vftroveiing hnnnrr nitrgerreohten, naar d hczirgt! Dan. eerst dan zal de Itjdrijp vuur liederen als het gedicht van Mejnnron w Stialeuus, hetwelk, ik durf dit in volle overfiging te voorspeller-, nimmer een lied zal n-u; den voor het SfeJerlindscho vulk. .Als tegenhanger laat ik hier volgen een gedicht, van een harer mededinger», T>y dezelfde wetls'rijd ingrtchreven onder het Motto : ?Votiloir '?'est ponvoir." Ik mhrttf dit af zonder eenige conimantaar of rectifikatie het aan per», publiek «n Mhr. Alb. Tb. overlatende hierin uitspraak tv doe», ' Ik twijfel ook niet of oué strydlnstjge Profcaror, wien wij zoo menige geestige en kritische beschouwing te danken li ebben, zal zieh zeker »>? t onbetuigd laten en ook dit gedicht een enkel woord waard'g hwren ! De naam van het lied is: GOD tU MBT OK8. htlfit MMtdrifl In Trods en s&yj b«t 1M CM s{| ?«* Oas, la bals «n Xoo «oen «fl tw» »n«n Cooiaec eai «to«4 ia 4e tJfnm AU 'tTMleiUa4 woiUl Door TiMmdia ot«.M»«.v Dtn Kottlou wfl d« 1«M gent»nd WJ SIM d*a gtn f*rmar BH wttln BMI ?Oatf, Oas g«ld «D g«ed «n Uo«d «a tevea ?oor om* ditib'ra viylitid f*v«at Ooi «y n«t «at, «u. 01 Meileriandl «oo «lam Mkoebt H «i Mo«Ml bl<Md Iwttuld, W«lk Uod, dal voor «ijn rrflheU Bo«fi ooit n v ro*n beliulily t O4Mf dut uo t MagetUebs, | DuulCioa laooil oo knelit, Het bollijj vaar la hut in *d'roa. Den wakS'r*n gmtt tu «oio Y»d'«0l tiod 20 teet OM, enz. r. v. a My dunkt, dat de dichter er op uit moet zffn, niet tot het volk of te dalen, maar het tot zich te verheffen, liet spüt mj) voor don Heer D. V. H., dat hy hot zorr alledaagse!» lied God tjf mei ons by do hcorlijke scbèjipini{ van Mej. Stratenos achtorstclt. Op vcló punten vergist hij zich ook in de fei'on. Niemand heeft tot dus veire aan Wilhelmus van 2faisomten<lenonnn ronVojkslied onthoudc-n; toch is do volkstoonerverinte zoeken. Het Noordsche Volkslied lm Rozenduft is ook niet vonr da algemeenheid des volks bcutcmd. ?Toovcrrhk" is jmst een praohtigo uit drukking voor ons door kunst geschapen land, dat voor onze verbeelding grootsch verrot van anhtcr de duinen, ondauks zyn la?e ligsing. Met het beold van d(-n üeUer dienen do landgouooten der Koordpoolrcizigcrs vertrouwd te au n. MQ was veraoclit da penfout ?der uwon" m Bder zijnen" te veranderen. De' verandering met hot ?burgerrecht", door den Heer V, D. H. voorge slagen, is oazin. Dat meu in 't verleden» niet imm!»r zeggen kntv zuiut de Hoor V. D. H. uit z(jn duim. Uij had oeznijiever moeten gebruiken om er wat steekhoudender argumenten mee te bootseercn, un de ?ahebloeaidie w^ise van uitdruukiugh niet zoo neuswijs behoorcu te ziften." Alb. Th. Sesclireilfndcs VerteieJntiss tier Wcrhs aclttrcr Meinier in der GrotSitcrsoalicfanüetuültle-Galierieat SchitcriH. Von Dr. F Scalie, Ditector der lïruNdierzogU.hon Kunst-S«muiluugon. 1S82. Dr. Schlia geeft in dit boekdeel van hijtm 800 bladzUdcu uieer dan men van een Catalogus van. een Museum verwachten uiag. De schilder rijen zgn allercauwkeurigsttbeschi-cvcu, allo mo nogrammen zijn uitstekend in houtsnede wt>Grgogeven. Welk eeu arbeid het den ijverigen Directeur gckoat heeft, dio ruim GOD ftcsunilés to neiueu, begrijpt l<y tleubts, die mot zulk eeu werk zelf vertrouwd is. Do toeschryvingen van een groot nantnl ongemerkte stukken zijn met grooto voorzichtigheid gcschkd, cu niet dm na een aantal kun-tkenuers daarover geraadpleegd te bobben. Met grooto tronw wordt ecu ieder'a meening geboekstt-nfd; waai' sommigen onaf hankelijk van elkander tot' hetzelfde resultaat kwamen, werd de waarborg voor zulk eene tCKüwtirpvinff d*-BJfljtrw>t«%,ïovexid|en bezocht Dr. Scblie een groot aantal Musea in Duitschland, Frankrijk, Nederland en Uelgie, uit sluitend met het doel vergelijkingen met werken to Schwerin te maken. DebragraGen dor schilders zyn uit de nieuwste bronnen geput; ik weet by ervaring hoe Schlie elke gelegenheid waarnam, op dit gebied het be-te en nieuwste tekvercu. Óók hier geeft hy, met eeu bijna overdreven nauw gezetheid elke bron, elke mondelinge of suhriftcIqko mededeel ing wcCr. Uet book ia niet alleen een goede gids door de belangrijke Scliweriner gallcrij: hét is een aangename, nuttige legger voor een ieder, die zich net de geschiedenis der Nederlandsche schilderschool bezig houdt. A. Bredius. SCHOOT*. K«mt. UaO'rm van fc«i Wel klein, mww noot door moed t Ta n OiMtcnrrejM tot WMtaMtHHtd Doapro^é sul heUoablotd J ' KoniUK, vciMad vin ib, In woörVs t>Ki*d*mtafe 'DiDAöKALlA. Jl 't Nienwcjaar is in jjnlri-tleii eu liroft oa» -p onderwijsgebif^l noir i:n;t vuo: n'r-.iT.i gebracht; trouwons het wm.lc w.ie'ilcn. Nu i!o 2i)kinuer opnieuw gescheiden en t(o begroot ing-afgehan deld is, Vilt er voor or.s niüt veel bijïouuura tn viiit.cllen «-n zullen wy vooi' gi'üjtii-;'.»!ton wel moeten wachten op J« <l<«r <l*n minüter beloof Jo wijziging van het Mid-.lulbaar ondorwijji; 't zal ccj praehtixo gelegenheid, voor alle pm-tijcn zijn om werkelijke ot vormeeiule gueveu uu te disacheu. Do 'geneeskundige raad van ürouitgen ca Friesland, welke oulang* zya bekend rapport uitgebracht heelt, heeft in züu uajaarszitling, even vóór ïïifeuwjnar rog wederom iets van zich doen ho o r en dat itls vervolg op 't bedoeld verslag gel den leun: met 11 tegen 5 stemmen wei d daar nnmi-iyk de navolgende motie aangenomen: ?liet Gijn nas' .al eu Middelbaar i-ndertrijs mocht voor verbciciing vatbaar zün, ook wat do zorg voor de lichamelijke ontwikkeling dn- leerlingen be treft, reden om «act het sijsteen to breken bestaat er op hygiënische gronden niet" Ëe'ne voruiakelijko motie! er wordt ilecbts als mogelijkheid verondersteld dat er wel verbetering zon kunr.-eo ingevoerd wordrn, alsof dit niet b{j allepoedagegen als een paal boven water stond, dat er ver betering komen moet. ? Uet onlangs verschenen iiommcr van ?Olyoipia" heeft zich ook aanlig, druk ov-rhet rapport geipsakt: mon zegt dut er bin nen .?<> ?t ook een rapport van den geiiecaknndigcu . .Mi van Geldt-rland Jktt. licbt zal zien, roogelük is liet er al, doch 'k heb hut nog niotge/.'cn: züu de geruchten juist, dun moet het van eeno geheel audore gebulte %yn dan het bovengenoemde verslng. Het Handelsblad had voor eeu paar' dagen een vry uitvoerig stak over don ichool«trjjd en komt tot het bef luit dat dezo nog moet blijven bestaan, al schijnt, er neiging te zijn om langzamerhand het openbaar vóór 't bijzonder, onderwijs te doen plaats maken, waarmede zelfs liberalen instem men, blijkens liet door sommige op 12 Dec. U. nepen ?neen t" toen aan den Heer Borgosius B Kamer gevraagd werd ofhyuitnnamzyntr part(j sprak. ?Bezint eer gü begint!" roept het blad der liberale narty toe. .Uet is voorzeker ?schoon alle partyen recht te doen, maar boven ?het partybolaug itaat dat van het vaderland. ?Ziet toe, dat gQ niet door een theorie misleid, ?e*n toestand in net leven roept, die aller ellenBdi«tis". Weinige dagen geleden, 4 Jannari, was de kwestie vsn art. 194 der grondwet op «ene vergadering der Ideavei-oeniging .Üurgerplicht" te Amsterdam aan de orde, waar Mr. L ALevv op zeer welsprekende wtfze do vraag behandelde ot bü eventueel* jprondwetbeniening dit artikel al dan niet moest worden prijsgegeven. Hykwam in z^jn rede tot de conclusie dat men art. 194 niet moest loslaten, omdat de «taat behoefte had aan neutraal onderwös als af weringssokldel tegen misbruik van macht .der kerk. Velen warm't net hem eens, atUen werd btt doof ten viertal beerea bestreden, OMbr wte fwep bo«gle<raien der > Universiteit Br. Biflaar Sprayt «n Mr. L. dn Bartog. Alle oaderw«aUadesi aeadea zieh in dea Uatatea t«d aut die vraag beslg, daaronder i» vergeten het .Nieuw Seteottted", waarvan aeaer dagea bet eetete aaauaer ander rvdaotie vaa denbeke&den naeÜagaeg L Vetataie aitkwaai. De heer Venluia viAdt L» ajja ialajdiagtaiiikel dat er nog wel akate i* we* een okderwfiiUad; wfl kopen bet voor bant ea den uitgever dat bij aioh aiet vvrgiit beeft, deck er werdt andere al heel wat over oaderiiye ia epeeiele bladen vaa allerlei richtingen op dat geÜed geeehreveal fea merkwaardig incident bad wamige dagen geleden te Groaiagen plaats: de baerLeopeld, lid van den Raad aldaar, vroeg overlegging van de stukken betreffende bet sehriftelük werk, dat by eea vergeiykead examen veer twee vacaturen van hooiden vaa schelen was geleverd. Dit werd aan dea dUtuete-Mhoolopzienei? officieaj gevraagd, doch even offickel geweigerd; eene missive met netcelfde venoek aaa den minister vaa BiaaenUndsehe Zaken werd beantwoord methetberiebt dat de schoolopaiener gelijk bad. Wat aa? Du raad weigerde benoemingen to doen: eea athooa geval voor de wetgeleerden om eeae dergeujke ezceptioneele zaak volgfin» de wet L. O. op te louen; de Groninger bnrg«-meester evenwel, om alle inooieiykaedea te voorkowes, bad een effiaeus gesprek net den miaister. en toen hu met net bericht terugkwam dat bet vootakiioht ge geven wet d dat er later door ëtregeering jgeen böiworoa zonden worden gemaakt, legde do K-uul zich er bij near ou benoemde de beiüe schoolboofden, de hcervn Beekman te Wildervank en uonvema te Kampereiland, waren de gelukkigen, wier namen uit de Groninger stembus te voor» schijn kwamen. &n standje van geheel anderen a*rd heeft in t' Oosten plaats. Wiutcnw$k, dat in den hiatsten tijd aooveel van aich heeft laten hi oren door do Tvijïo waarop de, thans op *yu verzoek ont slagen Bargein.-ester zioU over 't middelbaar onderwijs nitlict, i* wederom de plaits der his torie : 't geldt thans het gebied van het Inger onderwys; oen onderwijzer, Popnink. is daar een In bét u noire; of-hy andersdenkenden iu hunne diursto belangen be'.ecdigd, of zyn schooljongens klappen om de ooren bedt gegeven, kortom of hy tegen de wet gehandeld heeft sul moeten worden uitgemaakt; xulko dingcu gebeuren zeker bier of duar wel eens m«er, doch aan behandelt men ze volgens het bekende spreekwoord van f a eer son linge, enz. Te Winterswijk echter schijnt, eenpcHny-a-finer te wonen die «aarne courauteu berich jes ver zendt en daardoor die zaken aanstonds wuruidkuudiff waak'. In Delft sc1i|jnt men wat van de kook te zyn, doch daar op 't Gymnasiaal gebied, want het eenzamen!ijko Cnratorcncutlogo nam zijn ontslag. Yerrcoedo.ijk tullen wy bitinonkort nog wel meer van dien tak van 't onderwijs hooi cu, uu de Kumer f 10.000 goschrapt hecfr, van d« som voor du GyniDosiöD bestemd: welke inrichting, n het uni&geldeu moeten ?! Ken üïeii grcote kom werd aan do Kijk» Uoogero Uurgerscholeu octnoiuon, w.iavdoor de begroutin^en vau kosten voor het onderwys van die t'.vintig inrichtingen vermoede lyk zeer zullen inkrimpen. . Na actie komt re actie, en zoo is het ook hier; vroeger had uien H!les over voor bet troetelkind do natie; doch t haas breekt het onweer van beiuiiiJKing over de daken dier inrichtingen los; b«t kind ia wat grooter en ouder geworden en men vindt het uiet zoo lief méér ah toen mei: er mcdo kon fpclvn en sollen. liet gaat soms iu du huishou dens uiet andera S Eon treurig bericht kwant . uit Leiden: de 'Oofilceraar U. P. A. Doiy is ernstig onge-teïd; moge de geleerde en gehelde'leermeester nog lang voor de wetenschap en zgn leerlingen ge spaard blijven! Met dezen wouseh EOUÜO ik dit maal mijne missive kunnen eindigeu, ware het niet dat ik do lezers nog opmerkzaam raak'-n wilde op den mantregcl door den miimter.Kèuther en enkelen zijner collega'» genomen om met l Jan. in alle stukken de olüoicele apolLn^ in te voo reu. Vergis ik my niet dan bestoml er reeds eeno dergelijke aanschrijving van Nov. 1ST3: er schijnt tnen althimd geen gevolg «an gegeven te zijn. 't Is evenwel vreemd dat mon nu eerst een rouatrepel vu a rege«iiugswege neemt, welke het l>elgiscbe gouveruemunt reeds zooveel jareu geleden vuorsclucef. Q. N. WENKEN VOOR DAMES. I. DF MOPK, Daar Joh. v. Syduw, door Bei-the. liet schijnt ons niet zeer moeilijk toe <le vlnclit die dé teg^nwoirdigi: modo nomen val, te berckcii.;ii. Aiuüilijkcr Kal litt 7ijn do onjrvlocdige voruion ia ti guau. wiiimoile du mode met de tradities der la-.it-tc jiiien wil Li'c-ken, cui cus ste ds iet* nieuws aan do Iiatid te doen. Wuut de hedcnduagi'clii} modo hou-tt i;iet van het ge lijkvormige; honderd nieuwe toiletten kan~ui/jr teoonkonicu, die toch aUe \an elkander verkchilleu. In het algemeen bestaat het volgen der mode reeds in het gadeslaan haver nieuwe vin dingen. Haar grootste nouveauté is toch do crinoline, vervolgens let zij zeer op gocdu klourschakecringen in het geheele toilet. De crinoline bestaat immers heden weer in werkelijkheid. Zelfs daar waar da tournure haar noj? op dtiu achl crarond schuift, zal hut volgende seisoeu beslissing bi-euxcn, en het zal uiet lang meer dmcu dat zü de gevrceide, de zoo dikwerf belasterde crinoliue, waaruuor dit voorjaar reeds angstig uitgekeken werd, een uieuw tydpcrk van roem intreedt. Vooral by de avond-toiletten zal «jj weldra onmisbaar cyn; tot heden toe bleef zy echter nog slechts ren schrikbeeld. Tot nog toe volmaakt de tournure de elegantste salon» toiletten. ? De É mode laat tegenwoordig ieders eigene vcrbeeldia^ vi-y »py), «n?? nimmer BOtfen wy meer vcncbeidcnb-id in het garoccicu der costumcs. De gladdo rok, slechts vaa onderen druk go«avneerd, met de korte paniera om do 'heupen, do ge^louide tok niet het lange schpotiyf niet Viltje vnu andere stof, de puntige tnnieka met blouse, alles wordt beurtelings gedragen. Gaarne ziet men ren donker jacquet van een kleor, met een anderen rok. Zolfs ziet uien grooto schotscba ruitcu iu solide schakccring vau lontor bruin tnet russüch gioen, hetzelfde groen met marine blauw, juist ouder deze donkere wicqtt'-t», wier kleine basqnes ia do zwaie plooien dor draperie uitIOOJXJD. Wandelcostumeft byua steeds nit oen kleur draagt men gaarne rart sontache vorsiei-ingen en kooi den op jacquet en rok. In de adrabeshencharivari, die de teekeooar hier ontwerft, wordt eene afwisseling gebracht, door met koorden van dezelfde ea ?outacbe van een endere kleur to garuecrcn. Een meer elegante decoratie kou mtn echter op de huis- en wnudeltoiletten vau ver schillende lakensoorteu aanbrengen, als daar zQn, bordnunels net de lange steek u allerlei kleuren, git cu kralen garncorsel, ook satyn op rok, jacquet en monwcn. De opvallende neiging rflk en elegant te gameeren valt natanrljjk net meest by het avond-toilet ia het oog. Ook de cigeaaardijiheid der verschillende kleuren tot een geheel te verbinden, vindt kier een rijk veld. Dat is een gelegenheid voor het edele brocaat. dat eens door Durer en Bolken een zoo meeiterlgk geschilderd werd, voor bet pmebttg flaWeel dat iu zoo rtfce plooien ge legd wotdt, vaa daaust z«de, sat*n en earlke die aieb aoa gaarne met floweel tot een aebooa geheel late» vercaaferefr Vooral daar, waar aun op een fraaie kleurschakeering Tot, maken deze stoffen «tot wiitter inffu ?ffeiL Al» ftooWawW rea w^ ata .taüat vaa doaker groen flnwaalaaa. Nkti paM brtar b« daM stiUa graad. stof waaruit da hoogi, «BgatoUad jaeqoet var* vaardigd ia, oit w*Uu ragpaadtm ia bratda ptooka de sk«p aiah oatwikkaKTda» bat ajilgrouw awt geblouad flaweal dooreen gatlingstii sarah, waar uit da voor- aa agbanea van dan rok bastaaaan de hoog gepafte paniers waarop da korte voor panden vaa \et jacquet nutra. BH dit tufl*A saag ook d* tooratue nut ontbreken. Da oada kant, die ander het plooistnk der pankrt gaaat h en die de atjtAoen vaa dea itirahrok garaeena.de halflaoge vaa boven ingerimpekiemoawca,eBbet t«ede halabandje hrengw» iemand In da saasaing dat dit oostume nit eea oada schilderij gatatdea i*. Ea toch ii het modera bordnunel op dea gladden rok die het best bj da zware ttoffan past, veel firaier dan brocaaUQde of geblo«md damast. Op den achtergrond vaa wit sat^a of Ucht gekleurd» zflde ziet mea toch taKeawootdig de sierlijkste «n smaakvolste patronen alsof een schilder te met vaardige hand ontworpen had. De zachte colorittische overgang der fijne ohenille, kleuren tot het kni«che wit oer waspawlen, waar mede men tegenwoordig gaarne werkt, doen het oog met waigovalten op bovangeaoemde-pairoaea Naten. 0"k draagt men nog raarne bonte kralen, vooral claire de lune en ook veel git Overvloe dig garneert meu hiermede zwarte satynon eost omes, ae zyn door de kanten g«itro0id die aan de strooken wapperen en aelfs handschoenen en laartjta ifiu er meu bezaaid, ook maken z# een goed effen op de breede kragen, dia tot op don mouw af hangen, die men thans in alle moderne magazijnen kan vinden. Ook op hoeden >gn kralen en git geliefkoosde sieraden. De van voren booge boedhol, dia naar achter lager toeloopt en die meestal met fluweel overtrokken is, wordt dikwijls geheel m«t git en kralen bezet. Om do eeutoonigheid van dit oarneersel te voorkomen wordt ooit veel se' otsch lint en gekleurde voderen en vogels op hoeden ge dragen. Ouk in het wandelt oilct heeft de tournure eecigo verandering gebracht Door de groute plaats die zjj beslaat moet het geheele costume ook ruimer woi-dcii, ja wy zien zelfs den pauier in omvang toenemen. Qoewvi ouk zeer veel korte wintermantels een plaats veroverd hebben, zoo voert do redingote, lange mantel uiet aangezette rukpanden, toch nog steeds den boventoon. In tricot al» regeamantel wurdt dit fatsoen zelfs het liefst gedragen. Ook in luantelstofieu is dit jaar een ruune keus en daar men ook hier oven ala b{j costumes ver schillende stoffen tut een geheel verneniROn kan, treft mi-u hierin een groote verscheidenheid aan. liij voorbeeld neemt- men thans gaarnn pnluche of fluweelua luantcls, roonweu van zwaar z^dea rip); dj vcor- en zijpaudeu hebben nóg steeds hut aausluiteudo palctotfutsoen. Eleffante nvmtels worden hoofdzaktlijk roet kant, dikke zijden koorden on git gKgnrueerd, eenvoudiger «ioffen als cbeviots, diagoiuals eu tiicots uieestul mot wollen tressen au jicluc'.ie inulle mogelijke kleuren. Ook o var liu^ciies dient nog gesproken te wol den. Door de nuuwo mouwin is ouk hierin verncdcriiiï ontstaan. Zeor fraai weet do moderne industrie do oude veiietiaaiwhe s eek te copiewn iu borduursels op batist, tulle of liimen, en die guipure-achtigo steek levert voor brcedo kragen en over de mouw gedragen manchetten de schoonste patronen op, waardoor het vroegere fatsoen geheel op deu achtergrond geichown worden. Jierst by deu ovarvto«dig«n rWcdom aau kaarslicht iu <!<? groote taloiu, komen de verschillende kautsoortcn voerd»«h'JT talm woTBea dio daai-om meestal op avondtoiletten veel ge dragen. LOSSE HOOFDSTUKKEN OVER LEVEMSVERZKKEIIING Boon J. E. SLISGCUVOBT RAUOKBT. I. ? SPELEN ES SPABEN, Niemand zal in.ü, geloof ik, tegenspreken wannefr_ik ze^ dat spanr.ianiiiheJJ ? zoowel iu het individu al", collectief butracht, iu eene untie ? ecuo groute deugd'i-. Eouo d-u-{d, welke 't haivn lieoüfr-udiu- ,ver dott brengen iu de wereld",iets dat uien \vaar':jk niet van al hare sust eren mag zejigei». Spvarz i.iinhfid g:ia* noodziljolijk gepaiird \ntst andere di'Ugilen: zij ii ilo onaf-chcidrljjko /ust>r viin matigh"iil icn tevredenheid, en xonde:lutar zouden arijtiJztianiueul, urdelieveiidheiit en vo.huidicy «iec'its wuinij pr.'iktisuhe wumde heb ben. De n «Kaart, van het individu ii vour een 7' r-.r (ji'uot deel .ifHrni)n«!Klï v.m siju xin votir «paren, en de wolva;iit der individuen maakt deu bloei ecner ui'.tio, l:i lijuri chtuti strijd met spaai-zlamheid staat fpcehuclit. E-u ap'Acr, om 't even of h.y züu geld waagt in l)ijur.'S[w?ulati?n. bij kaart- of JobLélspcl of in loterijen, kent d« waarde van het fpareu niet. Hy wil xiüh veii-ijken ni«tdoorini;gïutuen, gestadigen aanwas zijner bcaittingeu, maar door ecu plotselinge gelukskans. Het spreekt van zelf; dat hy tegenover die kans de tegcnkans moet rhqiu'tren van zyn inttt te verlicieo, zyn vermogen dus to zien vei minderen in plaats van toenemen. Dat de man, in wien de zin voor sparen sterk ontwikkeld is, voor alles wat hem met verlies bedreigt moet terugdeinzen én derhalve eeu nfkeer nit et hebbi-n van. alle kansspel, is m. i. daidelyk. Furticulicre instellingen .hebben sedert hing de gelegenheid tot sparen gcniakkchj'fc gemaakt, en ook de Nederlandsche Wetgever heeft, door de oprichting der Rükg-past*paarbank. getoond van hoeveel belang de aanmoediging ea ontwikkeling der dengd Spaarzaamheid wordt geacht Ziet men naast ds Jtyti-postapaai bonk, nog altyd de Stóate-loterjj voortbestaan, dan vraagt mon zich wel af, of eeue Regecring en een Parle ment, dio beide instellingen onderhouden, uiet met zichzelf in tegenspraak zyn, daar zy erncrzijds tot sparen aanmovdigcn en aan deu anderen kant de voor het sparen vcrderfeiyko speelzucht in do hand werken. Uet ontbreekt dan ook niet, zooals men weet, aan bevrijders en tcgenstandois van de Nederlandselu) Staatslot ei*y eu dat deze instelling in beginnel als onzedelijk is veroordeeld zullen weinigen betwisten. Hare verdedigers beroepen zich dan ook meerendeels op utiliteitseronden. Een vijand van de volkson deugd speeuucht kan met d« staaUlotor^ allatu vrede hebben wauneor hy haar beschouwt als een noodzakelijk kwaid, ? ah een middel namelijk om het pohlifik van deelneming in andere, miader rerlyke of minder goed gecontroleerde geldloterijon terug te bonden. Behalve geldloterjjen »\|n er evenwel lot?ry«n van anderen aard, welke bnitea het gebied der stiatsberaooiitg vallen. Ecne overbekejidespreeVwrjze verklaart: ,hot htiwtlyb m eeoe loterji." Het ligt op dit oogeoblik volstrekt niet «p mv» weg, t« onderzoeken of die swo grif aangenomen nitspraak onomatootelQk waar is. Daarentegta gebiedt my mUn oadèrwérp, dan leur t* doea opmerken, dot Itet iae«»dWi* teeen Mdfm* loUrö is. Het U atne loterö, waarin wQ allen, rtfk of arm, ond of jong, w$* af dwaaa, goed-of kwaad schiks moetaB ataMpclaa. Sowmigea vaa OM behalen aen boogon ouderdom «a kaanasj da» geacht worden eea hoofen prfla «tt da lavaaalotextt te trakien: velenbamfcan ssacato M» gelaiddeldtJl,V»afl«jd «o hehbea aap Vmvw to aauweraood tenggowoaaaa, wat «4 loveasmosd, hoop ea kraefat MAum ingaset; ? aog andaraa itama joag. haa tot komt uit m«t een aiet. Da grootere of gariagwo hooroelEeid W dia den aardwhan BMaxontea deelvatt. vormt ia daas oavrttwaiigo lotarfl de winst, waarop w(j, gedwongen BMdMpeun, allan met de grootsto gretigheid asen. ? En goea wonder, dat wQ er gretig op *Qaf Immers <f*T, dat is alles voor oa»; dat M geluk, genot, deugd voor den «Va; ellende, misdaad, wroeging voor dea ander; maar voor QOM aliea il tfd aflas, waat tja m ons eigen ik l Ea ook: Ttêitfddl Deso waarheid geldt aiet alleen voor de Engelseheo, al wordt ?? vaak by voorkeur in haa praktische taal verkondigd. Zy ia waar voor allen, «e ia de groote t$dk>terQ dos levens moeten meespelen. "Wie door bekwaamheid, werkkracht, energie ?n spaarzaamheid zgn tQd vruchtbaar went to maken tot het verkregen van de middelen, dio hem én ?$> gezin tot verhoogd» welvaart bron gen, hy zal in '?levens tfyiloierQ nooitakolHker» wyze tevens «ene geldlotery vinden- l««eft hu lang, dan zal hy voel tjfd hebben om zich te verrjiken. zoodat hy z|jn geain in weelde ea overvloei kan achterlaten; wordt hy op jongen leeltQd wegge nomen, dan heeft hem de t§d ontbrokta dlouaQ in geut mon hebben kumtn omzotlen, en na zjjb dood vinden zyne weduwe en kinderen flechts een sober bestaan, misschien zelfs nijpend aebrek?ia elk geval een mueieiyker tot daa gedurende het leven van den man en vader, den kostwinner, wiens tyd geld was. X>« onzekerheid van 'a mensohen Ieren w*g te nemen vermag natunriyk itiemaad, De wetenschap nioge langzamerhand vele verbeteringen brengen in nygieïiche toestanden en hierdoor, in verband met toenemende beschaving en ontwikkeling, den gemiddelden levensduur eeniguins verlangen, maar altyd zal op den doodenakker de afgeleefde grfls* ?ara te rutten worden gelegd naast den pasge borene, de krachtvoHo ma» na ist de jonga moeder. De overpeinzingen, waartoe deze onzekerheid van z^jn bestaan den mensch moet leiden, en do handelingen waartoe zy hem moet opwekken, hangen voor een groot deel teuuren met zijn innerlijke gemoedsleven en rynö godsdienstige begrippen. Deze zflde van de quaestie wit ik voorliet oogenblik laten rusten, hoe.v el ook een beginsel van zedelyken p'icht, gelijk ik later hoop aan to toonen, den mensch in dezelfde lichting moet leiden, waarin ik wil trachten hem to doen gatn. Than* roer ik alleen de stoffelijke belangen aan, welke door de onzekerheid vau 'a meascnea leven in de waagschaal worden gesteld. De brave, vlijtige en tpaarzaroo huisvader zorgt niet alleen voor de onmiddellijke behoeften. van zyn gezin, maar doet ook zijn best om een toekomstig vermogen te vergaren, of wel het reeds bestaande kapitaal zooveel inogeUJk to ver* grooteii. In dit lofwaardig streven wordt bij echter maar al te dikwijls teleurgesteld door den onverbiddelijken -dood. Wie ia er onder ruyus lezeis, die niet een tal van voorbeelden nit eigen omgeving weet op te noemen? Welnu, er bestaat, en sedert lang, een middel om die wreede teleurstellingen to voorkomen, om aan die onbarmhartige Ie venslot er ij, welk» met allo voorzorgen van dan Bp.iarzamo dm spot üryft, te ontsnappen. Dat middel heet Luïensverzekering. De levensverzekering is de samenwerking van velen om voor den enkele de geldelijke'* uadeelca van een vroegtijdige» dood te veigonlvii. ^y is de veilige en cukere, naar ook de eeiiiga weg, langs welke iedereen de vruchten van zijne spaarzaamheid kan onttrekken aan de dreigende cXnsen'der in dit hooftUtnk besproken laven»*. loterij. De levensverzekering is de eenige zekert en veilige wqze van sparen, dat wil zeggen de eenige wffze van sparen, waarbq men vooraf met zcker'<eil weet, w.lfc doel mea met zyn Rporcn zal bereiken. En men mag zich zeker ver* wonderen, dat by het om zijn spaarzaamheid ge* roemde XederlandEche yolk de heilzame instel ling der Lorensverzekering betrekkelijk nog zoo \vemig wordt gekend en gewaardeerd. Want dat het met deze kennis en waardeeriog 2eer trcur!<? is gesteld kan iedereen getuigen, die in 't publiek voorde qir breiding der vcrzokeri.ags7.aak werkzaam is: Overal en bij alle klassea der bevolking van ons land ontmoet by do zon» d^rliagatc en bedroevendste vooroordcelcu tegen do Levonsverzekcriiig, vooroordeelen die alleen in onbekendheid niet den aard dor instelling hun ounprong vinden. In de groot c steden, waac men in i)!la opzichten meer godronReu en gedivongen wordt,', de yoorvaderlyko begrippen en mefningcn naar de cïsrhen van den nieuwen-tijd te wijzigen, leurt bet publiek gaandeweg, op het voo spuur vnn andere iia'iün, de voordeden dor. Levensverzekering erkennen. Daorentegeji si! men er in do provincie-t-tedcn nog weinig van weten f n op het. platte iaiid houdt de grooto mrerdev,heid der bc tolking de Levensverzekering ? voor xoovcr deze hanr by naain bekend ia? voor nlots anders dau hnuibug. Deze wnnbo.^rippeu te bestrijden ra bet nnt der Lcvrusverzekering in alle LlaSBen dtr maatschappy mcjr bekend te maken, is een schoon* taak, waartoe etm dag- of wooVblad voor Neder land met ingenomenheid zijne kolommen mag lei-i-en pn wnoraan het my eene eer is, te mogtu medewerken. TVVEE BEROEMDE HAMEN. ALEXANDERDUMASenTIJlOTrIÉETniMNE. Naar het Duitsch van Leo Warren. Een kleine schets die ik onlangs in ?Uoher Land und Heer"* las, heeft mij den ouden Alexan- . der Dumal recht leiendig wcucr voor den gwst geroepen, en met hem die gehevle litterarache. . wereld van het oude Parjjs, dat vrel nimmer we der in zulk een glans zal op'redefc, als het ont wikkelde, toen de KeizerlUko adelaar eijh vleugels (.?vor de Ëuropcesrche hooldsteden uitstoe?. By de zoo fraaie .schets, dio ik dan. onlang* over de JaaUte woorden van Duuios la», ontwaakte «o oude herlaneringeu machtig* iu n>ij, en ikkaa my hut genot aiet ontzeggen u daarover te ba- ? (lorhouden, te moer nog daar de groote romanschryver iu die schets in het we£mo«diz avond licht lijner wegzinkende ea btervende kracht vertchijnt. In de eerste ea volle kracht «ijner jen?d h«b ik hem, wel ia waar, ook tiet meer uexVn, hy had het toppatit van zijn loem reeds bereikt, toen ik het geiuiejteu had. nadrr met bem in aanraking to komen, en mQ op i(jn vriendschap' Ie mogen beroemen. Alexander Dnmas hee.'tveel litteraiische zonden begaan, dair kj, zoo te ieg- . gen litterariseh fabrickawrrk h cft gelererd, «laar Bij de afzonderlijke hoofdstakken vin een roman, volgens een algemeen plan, door jong* nog onbekeude sohrgTers, liet nit werken, en dun het. geheele, door aulk verdeeld werk bijoengebraeht, onder aUn naam, de wereld inzond. Dat veraa* dert echter niet liet minst aaa de groot* b«tpekcnit tn de booge waarde vau c|)n eigen werken. Alexandev Damas heeft den hiitorachea roman m Frankrijk geschapen, ea nkmanJ heeft hem op dit gebied overtroffen. Wanneor het, sooali ik het «loof. het wezea en de taak van de* historisobea roman ie, oa» de daarin optieiUinie penonea even waar en geeculedkondiit ie doen. ?preken, gevoelen en handrlen ok vty irr den tQd waarin htt werk speelt gevoeld, gebandvtd rn gesproken aondeB hebben ? soo U Dames do Hoeeter van het Spel ia proaa ? dit j«U, wat de hiitorisoko romaa moot «tja.. Het u> otwogegeliik den MJd va» den kaïdiaa»! Mnsarin «traa ., e^u voorganger Biekefiea tot ia do Itjtitte itoII;'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl