Historisch Archief 1877-1940
l
f-;
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
va»*n van «n woekeraar M» Charancon-.m liet
twwdu hetR«lukkige liuiweun van \ ader M.rtun,
het doyr o* schulden van «oouljalief ten
wordt gericht. De grondgedachte u juist
maar <le moriuil wordt bedorven door allerhande
tocvalliaheden waarmede de schrijvers «en
?bcviedifreiid" slot («in hun «tuk trachten te makrn.
Mailiin c*el't zich voor don »pcler uit; ZH> «<>on
8«*at uaar xee. In het lastste bedrijf vinJen we
nlluii terug de» knecht inelnii. Moor w het
aannoroiJük dat juut da chainpaguehcld Aruiaud het
M:tii|> U-houden torugb engt, dat do slimme
ui'ou er zoo doin inloopt; il net
IJC.VWHdut Martjjn in de oogon van «yno Trouw
nog do schuldige blijft V 'i l* jammer,
betondcrwerp had beter behandeld kunnen worden;
het slc.t ia e*n oubfhaaglttke-uitwM. .
llo hoer D. liaspols speelde «oor Jlavtnn en,
zojftlg we dat vuu dien kunstenaar gewoon züu
? voortioflVljjk. Spel en *tem waren uitmun
tend evenals grime en kostuum. In
nauwgezetheid wordt hij door weinigen geëvenaard.
In de U-ötdo plaati dieacn do heen n Muttcr»
(Clwancon) en Lcmmeni (FélicUu) geprezen;
lieMen weren zeor goed. de eerste als de
unicheh-ndo schurk, do tweede al» de jeugdige losbol.
Ook'do dame» Faasson, van Eykeu,
BurlageYernrocrt eu du heer de Voi kweten Zich
vcrdiciutelük van hunne Uak; de laatsto is steeds
e*mo aangename verschijning, maar mut nog do
uoodigo leffgingïkracht.
l)o hoer Lo Gras heeft go«d gedaan SltH te
vertalen; het is een uitstekend imuikj*, wel wat
overdreven maar die klip is moeilijk te venvü'ien.
De h'or en mevrouw Poolman on ISosi rl'aa.sren
i>pecldeu met veel animo; Thibandicr was wel
wut erg bleu; Frémisiin frémissait assez!
Xwatlf. Griet heeft hier voortdurend enorm
fuccès; Dinsdag a.s. lle opvoering. Bravo l
Rotterdam, 9 Jan. 18.3. Jean.
EES EN ANDER OVER ÜE VOORSTELLING
Eu
VAST
DER RING DES NIBELUSGEN.
zoo hebben wy Amsterdammers dan
eindtlyk ook iets gehoord en gezien van do
vcolbosprokcn Trilogie.
I»e indrukken, die Wagner» werk liij ons pu
bliek hoeft achtergelaten, «ijn natuurlijk even ver
schilleed, als de doelen, waaruit dat publiek is
No. 290
de weroUlheerichanpy wordt afgespiegeld in z(iue
Lti ünnhildo. Itoor
Lvcuala de meeste andere woikcu van kunst
wordt ook Der Hing tlti 2fibelungen niet door
een bepaalde klasse van mensctien. niet door
eeu behaalden stand of leeftijd goed- of afgekeurd.
Niut oud of jong, geleerd of ongeleerd, muzikaal
of o;imuiikaa!, geeft den maatstaf aan voor do
beoordceliug ^a^ dit werk, maar de eigenaardige
g.--iuocdsgesteldh.L'id vanden individu,7Jju verlangen,
*4jne opvatting van knn«t eu van «are verhou
ding tot het Teven, veelat ook zijn
oogenblikkelyke fitemming, in het kort:zynuieerdere of
mindcro la'.biarheid gedurende de voorstelling.
Achteuswiiardigo bejaarde mannen, dio men niet kar.
ves deuken a toit et & trams een Wagneria^n te
willen sp Icn, hebben my verklaard, nog nooit
zooxet-r geboeid te zijn geweest door
eeudramatisca-muzikale voorstelliug; jongelieden hebben uiU
do verzekering gegeven, dat zij zich nog nooit
zoozeer verveeld hadden. l)e een vond de mu
ziek pruchtisr, maar besehnuwde de handeling als
een inrce', de ander beweerde, dat die. muziek
eigenlijk geen muziek was, maar dat het gedicht
vele schoonc itukkken bevatte. Ik heb er gezien,
die bü Brünnhildc 's afscheid van Wotan tot
schrciens toe bewogen waren; anderen, die
RHdurende dat tooneel de couruut laten. Mevrouw
A luisterde met gespannen aandacht, da heer B.
? gaapte. Mon zou, geloof ik, niet te veel van de
?waarheid afwijken, wanneer men zoid& dat bet
werk op niet twee toehoorden den zelf den indrnk
heeft gemaakt, maar dat het getal van hen, die
gunstige indrukken hebben ontvangen, veel
grooter is, dan dat van hen, die zich onaangenaam
voelden aangedaan.
Slechts voor twee aoorten van kunstliefhebbers
moet de voorstelling van Der Ring des
Kibclunycn volstrekt ongenietbaar zijn geweest, lo
voor hen. dio gehoopt hadden ecne ?opera" in
den bekt nden styl te hooren, Üo voor diegencu,
welke de voorstellingen bezocht hebben met uen
vooroordeel tegen het stelsel, waarop Wagncrs
werk gebouwd is.
Wil mon Der Ring des Nibflnngen
booordeelen, dan moet men het «tautlpant der oude opera
Tcrlatcn. Van d« opera onderscheidt Wa^neri
werk zich hierdoor, nat het gedicht doel, de
mu«iek middel is; do oragckejrdc verhouding be
staat. zooals men weet, in de opera: düüi- u het
tekstboek (librretto) voor den componist in vcr^
re weg de meeste gevallen slechts een
voorwend?el om dramatischo muziek to schrijven.
Over bet stelsel von Wanner is meer dan der
tig jaar gestreden, en de strijd is nog niet ten
einde. \Y$ zvllen het aautal strüdcndeü niet
vermeerderen, maar willen alleen opmerken, dat
wio om de een of andere reden meent dit stelsel
te moeten veroordeelcn en de voorkeur t-e
uioetei geven aan de oude, hctzj] Franschc, Diiituclio
of Italiaansche opera, reeds n priori z\jn vonnis
heeft uitgesproken over Wagners
duimatisctimuzikale werken. Een dergelijk ' toehoorder,
overtuigd dat de grondslag dier werken niet
deugt, betreedt den schouwburg niet den m ia
of meer duidelijk uitgesproken wil, om z!ch niet
te laten meesleepon. I)e machtigste genius dor
wereld, tot hem sprekende, cal voor doovooorcn
preeken, voor een omgekochte rechtbank pleiten;
Ëïj zal z\jno zaak verhezen, want het vonnis was.
geveld, voor dat hy den mond had opooffedaan.
Slechts diegene, welke het stelsel van Wagner
goed-, of althans niet aficeurf, en het voor uit
voering vatbaar acht, heeft het juiste ktandpnut
ingenomen om Der Ring des Nibclwtgsn te
beoordeelen. Ilü zal zich in de eerste plaats moeten
afvragen, of het werk voldoet omn de vcreischtcn
van datgene, waarvoor het uitgegeven wordt, m.
a. w. of het een .drama i». Maar ook hu vergote
niet, dat deze trilogie geen litteratnurdraina is,
maar een werk, dat eerit door de innige
samcn?raelting der drie oorspronkelijkste knus ten: Dicht-,
Toou- en Danskunst (Mimiek) een drama zal
worden. De gedrukte tekst, dien hy voor zich
hwft, is dus ? iets meer dan het geraamte, dat
eerst door de hulp van muziek en mimiek
?vloesch en bloed zal verkrijgen. Uit den tekst
cal alleen kunnen blaken, of het Wagner gelokt
is, een poëtische gedachte in een oiiberispolijken
drnoiatischea vorm to gieten.
Wat is na do poëtiscne gedachte van fttr Rtng
dts Nibcluagcnï
Ik meen te mogen onderstellen, dat de lezer
den inhoud dor trilogie, hetz", uit tekstboeken,
hetzü uit een der vele commentaren, hetz(j nit
dognladartikelen, heeft leeren kennen. Vatten
wy dien inhoud in eooiffo korte zinnen «amen,
dan valt ont van zelf ?der langen Uede kurzor
Sinn," de grond^edtchte van het werk, in het oog.
De held van het stak ia Wotan, die, door Loge
verlokt, de eerste stoornis in de wereldorde brengt,
Togtlijk met de Reuzen en Dwergen haakt h\j
naar de wercldheerichappji en verkrijgt door
list den machtverleenden Ring, dien hy echter
weder aan anderen moet a&taan. Zjjne rast is
wnff, sedert hy dit kleinood, waaraan
eenvreeteIliki vloek kleeft, heeft aangeraakt; de zorg ver
teert hem, en al zyno pogingen om den Ring
weder meester te worden en te verhoeden, dat
zijne mededingers er onheil mede stichten, strekken
slechts om nem in nieuwe verwikkelingen te
brengen. In bittere smart erkennend, dat het
geluk niet in bezit gelegen is, geeft wotan zy n
werk op en zegt alle goddelijke pracht vaarwel
Zyn grooUch besluit om a&tand te doen ra»
'
dochter Lh unnhildo. Door han»
beid aan haar vader volbrengt de Walknio uit
vrqon wil de diwd, die Wotan uiet volbrcugcu
A'«», cu offert vol vreugdo haar leven eu dat vau
haar goliefdcn Siegfricd op voor (ie verlossing
der wordd, Uet vuur, dat lirunnhilde en Sicgfried
verteert, breekt den vloek van den Ring, die tegeiyk
niet do a<ch van het belden i mar aau do golven des
Uyns teruggegeven wordt. De elementen z\jn
verzwml, du racuechhcid is bevrijd, de Hcideu*ehe
godenwereld stort ineen, en op de puinhoopen dier
woro'd verrijst het r<jk der Lietde, der worc,
oliristulyk* heide. En dit ruk de*' lief e, dat hier
slacht* met eukeld «ooi-d.su aangekondigd wordt,
vinden wij aanschouwelijk voorges'cldin vVngucr's
laatsto drama: i'ursifal.
Stemt meu tos, dut dezo poëtische gedncbto
waardig i» aU drama behandeld to worden, d<m
zal niou ecu blik werpen oji den vorm vau dit
drama.
Uet wa* do noodzakelijkheid, en ni«t do nicht
om excntri«k to zfjn, d'o Wagner den vorm voor
zijn werk aan dn hand deed. Aanvankelijk h.id
brj niet het )<lnn gehad von zoo uitgebreid werk
te scheppen. Toen hij in Itf-lö xijn drama
Stegfried'i Tod, thans bot luiste godc-elio de*
tnlog.'o, ontwierp, liacl hij «laarniedo 'ffai'tt nndcro
bedoeling, ilati den inythisdirn hnld Sicgfrivd, die
voor dt1 (ici-wnati'i'h;1! v-!U''ii ongevoel' dezelfde
betrekfnis lnelt, al^ IK-nnil'-i vuor il n Grieken,
tot. onderwerp van ce:i diwnatiii'h muin-ik-inktu
iniiketi. Ihirh bet vi'i-lniig-n oia eeu r.i o dirdeliik
mogelijk beeld v.ni i:ijn hi»I'l 11; provcil (ii hem in
' ', nier zijn jjiulil'iijkn YOomten voor te
bad lieiü gvnoo.lKii.ikt, in »iju drama-
hovIIIMI iu tu hsidieu, «lit%
uil. era ilranKiti'A-h-mtuiki^uu^riiTit beïchi«uwJ,
onbruikbaar wiirou. \Yittlo b:j xiju diiima lat«n
fcrei, d.iu moest datgene, wut nis vertelling wa*
ingevlochten, tot een/.elistantligtooi'.oelituk uitge
werkt worden; KOO ontstond Ju»g Sii'/ifrietl, thans
het di-rdc gedeelte vnn Jen nHing." DoaM ook m
het uieuwe stuk bleef to ve.-l vertrlling over;
dientengevolge zag Wngner zich geuoudxuakt,
nog tweu nieuwe si ukken aan zyn drama toe to
vofg-n: Die WtMiïrc en Dus llttcingold'. Nu
was do' mythe gulu-el iu het di-aiini opgegaan.
Doch met Bet uitbreiden vaa het werk was Sicg
fried de tweede persoon geworden, eu Wotan
was op den voorgrond getrodcn. Het butste
gedeelte van den ?Hing" hect.to vroeger
Siegfried's Tori, doch heet nu GOttertlümmcrimy (:u
de Noorseho mythologie Jingnai'ökr), daar het
di;u oijder^aug vsin duii trajjischen held Wotau
en vao zijn stam voorstelt. Wotiin ia de hoofd
persoon. Bij de vcrdceliiig der rollen moét men
hier op letten. Is Wotan onvoldoende, dan kan
het drama uiet den indruk maken, welken de
dichter-componist zich het'l'D voorgesteld.
Mui hoeft do aanmerking gemaakt, dat Wotan
niet in allo opzichten een edel karakter genoemd
kan worden. Volkomen jüiit. Haar dat is gnsn'
fout van het stuk. Edolu karakters komen bij de
grootste Jr.imn-ilk'hters zvMeu voor. In alle
stukken vau Sliukufpcare te z.imcn vindt men
hoogstens drie of vier edele, iets meer goede,
maar vele zwakke en slechte karakterft. Het is
ook niet het doei der tragocdie, edele karakters
voor te stellen. liet dool der tragocdip is, in
dr&uutischcn vorm den strijd -van deu individu
tegen de onverbiddelijke wereldorde zoodautg
voor to stellen, dat diu voorstelling beurtelings
vrees on medelijden by den toeschouwer opw.-kt.
i»it doel heeft Wiijjner, naar mün inzien, bereikt,
en wauneor de rol van Wotan naar oisch vervaid*
wordt ? zooals o.a. to Ifayreuth het geval was,
waar Franz IJetz deu ?herrischen Gott" voorstel
de ? dan ssal het hoofd, der goden in een geheel
auder licht verschijnen, dan wanneer hy, zoonis
na, door 'middelmatige'zangers, wordt voorgesteld.
Dan zullen wy zijn bittere smart begrepen, wan
neer hy aau UrUnnhilde de oorzaak van Kijn
lijden mededeelt, en wij zullen een gevoel van
verlichting hebben, wanneer hcirvaders edele
dochter op het einde van Götlerdilmnicrwig hom
toeroept: ?Kuhe, ntlie, tlu dott\"
Ofschoon 'h«t niet: in mijne beiloeling ligt, in
dit artikel eene kritiek van het werk te leveren,
maai' wel een en ander over do uilvoering van
het werk dooi' het pczebrhap Nou manu mede te
derlcn, heb ik toch gemeend voorop te moéten
stallen, wat Dsr King des Nibdungcn eigenlijk
is: eerst wanneer wij ons dit duidelijk gemaakt'
lii't>b?D, knnnm wij bsnorflcnl: n, of dis
knusteiiaurs, die het -werk uitgevoerd bobben, op de
hoogte hunner taak ziju geweest.
Wnaner vcrl«ii;;t, dut do ve.r.olkers a^ner dra
matische karakter.? niet alleen zangers, maar ook
tooncelapclu's xijn. Dc-naiti van zijn werken brengt
mede, dut mea hun de^s cisnh' moer, tiloilcn.
Twee lodou vul) Jifct gcKi-lgc'up Xuuni'inii heb
ben in alle opziclitv» aau dien ciach voldaan:
Mevr. KeichfT-uiudorm.'iiin en de heer Lieban.
Ilidwijr lU-icher-Kindcü-iiuuii, üo'chtcr van don
nititekcnden'xaager Aiipust Kinli-rmannencoht*
gonooto vnu dea toonecIsfoU'i1 ltcich>r, is in alle
opzichten voo:- de rol vnn 1'i-iinnliilJo.geschikt:
item, at'Uat, gestalte, alles verraadt bij haar hot
gcdotkind. Nva*. echter hnar voonliucht zoo
btwonderetiswaardig maakt, 'n niet, alietu haar
tneestorscluip over do zaugvormcii, niet haar korrekte
\iJLvooriHK van <lc niLCilijlistu tigiiren Of de hel
derheid en zuiverheid harer trillers, tnanr vooial
hare opvatting vau het kuruktcr der WnlUüie.
/ij heeft ons do Urilnnhildo voorgastcld op ecne
ï, dat <|<s tt-nffifchc gednchto van liet .werk
o» volkomen duidclijl: werd. Meu dttnkü aau
haar optreden in--/'ie Wulkiirc, a:iu haar van
vrougdo stialend gelaat, wauneor zij hei r vaders
oproep ten strijd met deu ?Juuchzer" beant
woordt ; aan het toonccl, waarin \Yotan haar
zyne smart mededeelt en zij deel neemt in het lijden
van den god ; nan het oogenblik, waarop zij voor
SiepmuutT vïrfchijnt en liciu plechtig den dood
aankondigt; aan naar medelijden met den held:
aan hare profetie van Siegfried, die door ?z«ge
?vrcdo" zul brongen; aan haar angst, wanneer
zy voor, Wotan vlucht.; aan hnrojoeelezelfopoffe
ring, wanneer zij Siegliiide redt en alleen ach
ter blijft, opdat Wotsn's toorn alleen barvt' zou
treffen, en haar innig emecken o ui uiet aan den
eertten den buiten lafaard prijngescvcn te worden. Men
herinner» zich voorts haar plechtige woorden V ij
haar ontwaken: ?Hctl dn; Sonnc! Heil dir,
Licht!" Men denke aan baar meesternjk i-pcl uu
haar enthciii'iasme verwekkenden zang in het laat
ste bedrijf van Siegfried; man rocpe zich do vel
schillende tooneelen uit GtiJlterdümmcning in het
gebeugeu terug en men zal met ons instemmen,
wanneer wy Mevr. Iteicher-lundermaim een even
zeer in zang als in spel uitmuntende tragiiche
heldin noemen
(SM volgt,) U. Viotta.
HILMAN'S MEDAÏLLON-PORTllET.
Tal van redenen zyn er waarom er by ons te
lande op een tentoonstelling van beeldende kun
sten honderd schilderwerken worden gevonden
tegen een voortbrengsel der beitelkunst.
't Geen er te vinden ia beperkt zich veelal tot
eenige borstbeelden in pleister; de in marmer
nitgevoerden zyu witte raven. Bestelde of aan
gekochte werken zyn nog meer zeldzaam dan
een lelieblanke roofvogel.
Dat prof. Albordingk Thy m 't Initiatief nam om
Hilman's beeltenis te doen beitelen vernam ik
met genoegen, ook dat hu in De Amsterdammer
van 7 Jan. jl. holde bracht aan den kunstenaar
die dit werk uitvoerde.
Voor zoo ver 't mt) vergund zij mee te praten
moet ik erkennen dat dit relief groote ver diensten
heeft
de.vrghett om
't noemen van
liet grooto publiek noemt als maker van
HUm»u'a purtrut (d. w. *. als du vervaardiger van
't utodel in klei ? de marmeruitvoeritig had in
IMgio plaat») iemand anders dmi Prof. 'il.ym deed.
Is dit ten onrechte, dan ilieat dit gerucht te
worden tegengesproken. Xoo ciot, dan moet t
prijken met oona a:idcrraans veóreu, het
exploiteoren van don werkelyken kunstenaar door den
markUrhreeuwer. hot oediiegen vau 't
NoordMederlandtck publiek laugüauiorhatid een einde
nemou.
\7. B. G. Molkenboer.
MU is niets bekend, dat den lieer Colitiet de
«an»l>nwik op do eer het model van Ijiltuans
teliüi-porlret gemaakt te liu-bboi;, zoo als ik hem
het uiuaker op het hjk zag afwisten, behoort te
durn vt-rbeurcu.
Alb. Th.
OVER DR VKRIIOUÏÏÏSG VAN' HET MUZI
KALE TOT H KT (JBSl'UOKENK ,
IX DEX XAN(i.
Een brief vau Uvnjainin
l''r*nkliiuianv.ynbroeder John Frauklia te Nuwpurt (Auiui i :a).
Het zal niet van belang ontbloot KÜU den
volgmtden brief nin do vergetelheid to ontrukken;
niet alleen omdat hy vau een beroemd geleorde
ca staatsman afkomstig is, maar tevens omdat, bij
wellicht nog iu onze dagen uut Unu aanbrengen.
?Yr'nardoÜH'ocdor,
«Uwe ISallado bevalt mi,i, r n ik vind, dat zij
nau baar doel, om do ueigiiijr tot ilwnzu
torkwii»tingcu nf to kcuicn en tot vlyf. «?«
huithoudeljjkhciU aantemop'lixcu, voütomeu bi-tintwoordt- In
dien Rij het uoover kunt breng'-,», dut KO in uwe
provincie algemeen gezongen wordt, dan moet zij
over 'c alrieineuii.dntgeue bewerken, wat Rij van
haar verwacht. Daar gü vuhtcr op het OOK hudt
haai' voor icde-.cou tougnnkclijk to maken, zoo
verwondert het mij to inner, dit pij «nik een
ongewone suoit van vorKPii goko^on hebt, die
uioeielijk passen voor een lied, dut door een ieder
zil gezongen worden. Indien gij het Metrum
r.aar een umie, wolbekende z.tngwüze bad inge
licht, dan KOU ze zeker voel spoediger zijn ver
spreid- geworden, dan nu zelfs met Je beste
melodie, oj> welko #ü haai' coinponceren kunt,
nauwelijks het geval zal zijn. Ook meen ik, dat,
indien gij uwu Uulindc aan ecu jong
booreiiniui.ojo uit eeu der valleien van Massaehusets
zoudt geven, dat behalve aio kerkgezaugen,
jaehtliederon, tlio ehilderen iu the woud, la liame
Espaniolo of ecu ander eenvoudig lied, nooit van
imiciek gohomd, in;i;ii- vnu n.itum ecu goed ge
hoor had, zij waarschijnlijk ecu aaugenamero
en voor het dool vau Uw dichtst uk meer
Repaste volksmelodic KOU kiezen dau oen van onze
grootste virtuozen. Dit dool zou natnelylc veel
voloi-.iakter bereikt worden, iudien men, bü het
hooren zingen vau die Ballade, niet allecu geen
woord daarvan zou verliezen, maar tevens bij
het zingeu evenals bij hot lezen, den klemtoon,
dien gij op zekert' woorden wilt gelegd hebben,
zou kunnen waarnemen. Van dezo omstandig
heden imiv.O'S is de kracht en do uitwerking, om
eau gi'ift' g voortlebreugrn, grootcndecls alhaii- j
kelijk. Ik wil evenwel tracutun, om het stuk op
ee:ie zooveel mogülijk gepaste wij«, op muziek ie
doen bieiigou.
«Geloof echter niet, dat ik de bekwaamheid
van onze componisten tracht tu verkleinen. Ilunuo
werken zjjn voor kenners voorlreftolük en zij
verschaffeu zich wcderkeen'g het grootste genot.
Alleen in ho1. eompo:ieeie:i van do volk^gezaugen
schijnt de «maak geheel buiten de natuur, of
vecloor tegen de natuur te zya; desniettegen
staande laten zij zich allen, met uitzondering van
een of twee, door den stroom mcdoslcpen.
?Gü tracht geheel in den geest der oude wet
gevers, door aeof invloed, der Poëzie, gepaard
met do toonkunst, weldadig op de zeden van uw
vaderland te werken.
Voor zooverre men over de oude gezangen
kan oordeclcn, was henna mnziok eenvoudig en
stemde van zelf in maat, rhythmua, klemtoon enz.
met de gewone uitspraak der woorden overeen,
zonder ooit door verkorting van lange of verlen
ging van korte lettergrepen do taal te verkrach
ten. Het zingen was bij hen niets nnders dan
eenc aangenamere, melodische w ij zo van spreken.
llun zang was vatbaar voor alle bekoorlijkheden
van declameerende Proza, waarmede tevens het
aangename dor harmonie verbonden wal.
Daarentegen vallen b'j een nieuw zangstuk al
deze hoedanigheden en schoouhciltn van den
gewonen «preektrant weg, wier plaats vervangen
wordt door gebreken' cu kinderachtige anukchjeu,
die voor bevalligheden vt'rkcchl worden- Daar
het u wellicht moeilijk zou vtillea, wij op mijn
woord to geloovcu, zoo moet ik een formeel
bavrijsi ar.nyoercn. Ziedaar het eerste het bojto
lied, dat mij iu handen valt. Het is gecomponeerd
door éi!U onzer grootste meester*, den
onstcrfelijkcn Hilr.clel, en niet som* «en juugdige proef,
-vóuulat zijn smaak gerijpt was, neen hy had het
gecomponeerd, toen hij reeds het toppunt van
zijn roem bereikt had. Allo navolger» vau dien
kunstenaar bewonderen het-, en inderdnad, het
is in zijn eoort voort rcfl'elijk. Ik bedoel don
beroemden zang uit het byvoegsol tot Judas
Maecabaeas. Onder do vele fouten en zonden
tegen do taal, wil ik slechts de volgende aan
stippen",
lo. don slecht geplaatsten klemtoon, die op
weinig beteekenende woordeu, ut' «p vahchelijk
gebruikte' lettergrepen ligt ;
2o. het '-slecpan, w.iarcloor de uitspraak der
woorden en lettcrgrccpcn boven hunne natuur
lijke maat gerekt wordt;
3o. het stamelen, waardoor by uit ecne letter
greep verscheidene mnnkt ;
4o. do onduidelijkheid door samenwerking dier
drio opgegeven omstandigheden veroorzaakt;
Do. de tautologie of ounoodige herhaling; en
eindelijk
(Jo. do volle uitbarsting der instrumenten
zonder doel.
?Men geve eon grooten zanger een van onze
schoonste liederen en late het hem in een gezel
schap aingcn, waar men het nog niet kent; zoo
zal men zien, dat de mcnschcn van de tien woor
den zeker gocn drie verstaan. Vandaar de ge
woonte, dot men in concerten en ppera'a in de
handen van hen, dio gaarne willen verstaan, wat
de beste zangers zingeii, boeken ziet, Neemt men
daarcntcgeii t'oa van <iio schoone met noten
ovcrvnldo gezangen eu leest do woorden 'zonder de
herhalinjieu, zoo vindt men hun getal zeer gering,
maar overladen met een vloed van noten. Wel
licht zult gü het mot my eens zyn, waar d R broe
der, dat m do oudo gezangen do woorden de
hoofdzaak waren, terwUl men in de nieuwere
waar zij als 't ware slechts als aanleiding tot de
compositie van eon zangstuk beschouwd worden
ze nauwelybs gadeslaat. Ik ben onveranderlijk
Uw U teeder beminnondo broeder
B. Franklin.
de toonkunstenairs in, om instrumenten te maken
die de luensohelüke etein nabootsten; thans doen
zjj juist het tegenovergestelde, daar ie van de
stem gaarne een bloot instrument souden willen
maken. Zoo maakte mon aanvankelijk de prui
ken om schoon, natuurlijk hoofdhaar
natefiootsen; nadat ze echter gedeeltelijk onder zeer
onnatuurlijke vormen iu twaug ware* gekomen,
toen beleefde meu het, dat de natuurhjlce haren
zoo upjfemaakt werden, dat mtu ie voor pruiken
aou houdt n.1'
Den l Men of 13dea dezer maand cal te
Brosnel de Mvfistofele van Boito opgevoerd worden.
De rol vau Grotenen in deze Faust-beiverking U
?eer gering; veel grooter U de party aanHelena
toebedeeld, de heldin van het tweede gedeelte
van Faust. De twee partyen worden door eene
zangeres vervuld, Mlle. Duvivier.
Do Duitsche Kegcering beeft voor het museum
te lierlijn het Jajiansch inu;eum van dr. Gicrko
te Livswu aangekocht, liet geeft een oversicbt
van de Japansone »childcrkun*t van de 13e eeuw
tot op onzen tyd
De onkoopers van jilwitsbil.ietten hinderen de
directie van deu Yiiudeville to Pui-gs zoo erg, dat
zy do hulp van d« pief eet uur van politie heelt
ingeroepen, welke echter niets van zien heeft doen
hooren. Deze week stoordon zy den chef van
do verlichting iu nijnu bemoeiingen met het gas;
do ninn beklaagde xich eu werd door dezo
iuduftueclen inUhiindeld en bjjna vermoord; de
bodionctc'ti nioeiteü hem onf/etten.
Do ondernemers van het nieuwe Parjjsche
Edcn-Tltéi'ilro bebbt-n root den directeur van het
Genootschap der schrüvérs, componisten en
mur.iekuitgovers eeu contract gesloten voor
20,00 j iratica 'sjuars.
To Londen is dere week miss Geneviüve Ward
voor de 720ste maal opgetreden in Fort/et-me-not,
veno Engelscbe orawerking van Emilo Augiers
Arenturtcrc.
De Engelsclio opera in Drury-Lano-Tliéütre,
onder directie van den heer Carl Uosa, zal dezo
icason tweo tiicuwo opera's van Engeleche com
ponisten opvoeren. Do eone is Colomba van den
heer Mackenxio, do tekst naar eouo novelle van
1'ro.ipoi- Mcrinu-e: de andere Esmeralua van
Thouu-» Goriug, de tekst naar Victor I-lugo's
roman Kotre-Dame de Paris.
Ilofmth Zieglor te Ruhla heeft nan den aldaar
wononden Professor Kugel opffodrngeu om een
gedonkteoken te vervaardigen voor deu predikant
ijotto, dn componist van den mtlodie by het lied
van Arndt: ?Was ist des Deutschen Vatcrland?"
Het zal te Bern gegoten eu te Hulüti geplaatst
worden.
Sedert eenigen (ijd mnakt een nieuwe
vioolvirtuose, Mndeleine Godard. een anstei' van den
componist Honjamin Godard, to Parys grootfen
pgiing. Madlle Godard moet een aan het
ongeoofolyke grenzende techniek bezitten; en met
lijzondere voorliefde Paganini spelen.
Een groots teleurstelling voor de
Amerikaancho «eologen en paleontologen wordt door de
"s'ew-Yorker bladen vermeld. De groote
masto[ont, dia ia Albany gevonden en tob nn toe
leschouwd werd nis het eenigo exemplaar uitliet
waar historische tydvak in Noord-Amerika, blykt
onecht" to zün. Hoe zulk een
?mastodonten?ervalsching" in z(jn werk kan zyn gegaan, wordt
niet gemeld.
Ik naam eoht
te steun of «r
-P.S. Ik had nog de onduidelijke uitspraak
onder het getal der fouten tegen de taal kunnen
vermelden, welke in de nieuwe gezangen voor
schoonheden doorgaan. Alleen daar dit meer
een fout der zangers dan der toonzetters schijn
te zyn, zoo heb ik hiervan, waar ik slechts over
do compositie sprak, geen gewag gemaakt. Een
smaakvol, d. i. een modisch zanger, dien ik ken
laat alle harde medeklinkers weg en verzoek
alle harde lettergrepen der woorden, die er toch
voer dienen, om ze van elkaar te onderscheiden
Op die wijze hoort men niets dan ecnebewonde
i«r de vraag renswaardige keer en verstaat men het gezongene
'- naam dei evenmin, als wanneer het zangstuk op oani|
d; ^L instrument gespeeld wordt E«
ectgds spanden zJol
?_ ? Prof. Michelet te Berlijn
lield dezer da»ea ia d«n WUsensohaftlwhar
K.unstverein te Berlijn eeue voordracht over den Apollo
van Belvédère, en ontwikkelde daarbij de volgende
;heoric: Deze Apollo is het werk vnnemRomejn;
lij moet -voorstellen den triomf vnn hot
Romeinsche volk over de veroverde natiën. De god
baschouwt de wereld oor met. verachting dan met
ooi-n. Het wapen rust in de eene hand omdat
do overwinning volkomen is, do krijgsmantel hangt
achteloos .af van schouder en arm. Toch stapt de
jod vooruit, want de Romeinscho hcorschnppy
rordert nog steeds. De andere hand rust op eeu
olijfboom, omdat Augustus JB deuren van den
;empcl van Janus gesloten hoeft Dd diadeem dio
iet voorhoofd van den god bekroont, is, volgons
den liooglocraar, wel hut sterkste bc wijs voor deze
zinncbooldigo uitlcgfjinj». De koizciR lieten zich in
Home goddelijko eer bewijzen. Du s]aft van Atrium
word, nnar htt volksgeloof, gewonnen door do
mli) van Apollo. Wnt is dan natuurlijker,
waarsch(|uiyker, zekerder, dan dat keizsr Augustus
zelf1 zich hoeft laten uitbeelden in den vorm van
god Apollo,"nis veroveraar der wereld en versierd
net den koninklijken diadeem?
Zelfs in de reine openbaring der grieksche kunst
moet een Duitsch professor teiidenü leggen.
Eene reis om (Ie Wercltl in vierhon
derd cntaeMin Jaaen, door G. Vci schuur.
Haarlem, II. D. Tjeenk Willink, 18S2.
Als ik mij niet vergis waren reisbeschry vingen
vroeger meer gezocht dau tegenwoordig. Toen
er minder boekeu waren las men meer dan eens
hetzelfde om zich te onderrichten. Nu neemt
men hot eene voor en het andere na ter hand
om aich to verstrooien en oischt gedurig sterker
stukken, telkens pikanter waar. Misschien was
het vroeger voor de reizigers ook gemakkelijker
boeiend to schrijven; men kon hen niet zoo goed
controleeren, en alzoo discuten zy wel eens won
deren op, waarvan de lezer versteld stond, maar
dio niet al te best navraag konden lydoo.
Een goede reitbcBCbryving to leveren is zeer
mocieiyk; wat den inhoud betreft, komt het er
op nnu een goedo keuze to doen nit den rijken
voorraad van merkwaardigheden, die men heelt
mee te deden, en wat den vorm aangaat, heeft
men zich to wachten voor de eentonigheid, die
een dagboek zoo licbt eigen is. En nu spreek ik
nog niet eens van het voornaam»te: de reiziger
naoet in de gelegenheid geweest zijn bet meest
belangwekkende te zien en goed uit de oogen
gekeken nebben.
Het komt mij voor? en het is my aangenaam
het to mogen zeggen ? dat de Heer Verschuur
als ervaren reiziger er uitstekend slag van had
te maken, dat hy er by was, als er opzijn reis' iets
belangwekkeuds by te wonen viel. Hg wut als
ontwikkeld man in den vreemde het goede te
waardeeren en is humorist genoeg om niet een
optelling van feiten to leveren maar zyne indruk
ken zóó weer te geven, dat een beschaafd mensch
met hem meereizen on meeleven kan.
Alleraardigst vertelt hy van oen reisgezel naar
Wcst-Indiü, een fransen officier die in ons land
eenigen tijd op een kostschool doorgebracht en
eenigo hoïIandHche uitdrukkingen onthouden had,
waarvan hö er van tot tyd een te pos bracht
Wanneer hy bijv. 's morgens den schrijver in
cabine kwam ?goeden morgen" wensohea
aandacht vestigen op i|jne indrukken ia onze
O.-I. bezittingen opgedaan. ZU zgn over 't alge
meen ongunstig, wat betreft de gastvrijheid van
de lieden aan wie men hem had aanbevolen: z^/
onthaalden beun btyna zonder uitzondering op eea<
manilla-cigaar en een glas jjiwator om hem ver
der aan zyn lot over te laten, terwyi in Engelsen*
Indië iedereen hem bohulputam wa» en zien liet
wat er te zien was.
Ook verklaart h\j overal sporen van ontevre
denheid gevonden hebben.
Een gouvernemcntsinilelling op Java mag Ir
niet bezichtigen dan na de belofte van niet < >
inllen beschryven wat hfjajzoo mocht opmerkoi
hjj goeft dan ook Reen critiok, maar 't was wei
.iets curieus" wat hij zag, iets wat hem blijkbaar
deed begrepen, waarom men hier en daar in
Indië minder op openbaarheid gesteld ii.
Misschien heeft de lezer het recht tot de op
merking: dat de Heer Verschuur minder kwade
vrrmoeaens bad moeten wekken of duidelijker
had moeten beschuldigen; maar hn geeft enkel
reisindrnkken, on treedt niet als politicus op.
Eon kort overzicht van het boek te goven Ui
uit den aard dor zaak onmogelijk, 't Vinde veel
lezers, want het i* instructief en onderhoudend
tevens, aangename lektunr voor jongen en ouden.
V.H.
Set testamtnt van mevrouw de Tonncltt,
door G. Keiler,
Eeno prettig geschreven novelle, los en natunij
l;jk, gely'k alle novellen en verhalen, waarinodo
do hoor Keiler, wiens werken meerondeols het
onmiskenbaar teeken dragen van den altijd jeug
digen, altijd lovenslustigen geest d:s schril verg,
siuds jaren onze letterkunde verrijkt; men moet
bier echter niet aau humor danken, zooals
Dickens, en b ij ons, Beets en van Lennep ten toon
«preidon; dio vindt men, althans in deze novolle,
slechts zeldzaam, maar roude en gulle
vroohjkheid des te meer, en, zooals een onzer «roote
letterkundigen ? een man van zeer fijne
kunstsmaak, die den hoer Keiler zeker niet onbekend
zal zijn ? mij nog onlangs zeide: het is ecuo
groote verdienste in den tegenwoordigen tijd, een
roman to schrijven die tot vrpolijkneid sttmt,
hot leven van do aangename zijde eens laat be*
uien en doet lachen, zonder laf plat of dubbel*
zinnig te zijn.
Hoewol ik raiüSchian het genot van velen, die
de novelle des hcoren Keilers zullen lezen, ga
bederven, (waarvoor ik bovenal de geëerde leze
ressen allcrocdcrigst om versohooning bid) zoo
wil ik hier in het kort deu lojp mededeelen vaa
dit verhaal, en aantoonen wat, volgens mij» be
scheiden meening, den lezer minder bevredigt,
en minder beantwoordt aan de eisenen, die msn
den novellcuschrijvor als schepper, en bestuurder
van de lotgevallen der helden, wion zUn schep
pende geest het aaniyn gaf, kan stellen, want
geluk de oude Hellenen a»n Zeus het Noodlot
en hflt Recht in het weroldbestaan toevoegden,
zoo moeien waarheid en waarschijnlijkheid da
beschikkingen ? op het papier ? van den
dichtar (in de oorspronkelijke betoekenis van ver
dichten, verzinnen, scheppen met den geest) voor
lichten en geleiden.
Ik zal by deze korte schets van den inbond
der novelle, dit beloof ik mijne lezers en
lezeresoen, wol oppassen om alles mede te dcelen, neen,
veel vnn hetgeen het meest de nieuwsgierigheid
opwekt, z*l ik stilüwiigendvoorbygam. Mevrouw
Lucio de Tonnette Urnntonr, eene deftige dame
vnn ouden franschen adel is do laatste
nfstammolinRe van de familie Tonnette, die den naam
van dit geslacht voert; haar oeiiigste wensen is
hare nohtcrnicht Lina Ochten die by haar in huis
woont; ?in het huwelük te zien treden, en aan
den zoon van deze, deu naam, zooal niot den
barciiuen titel van dé Tonnette te kunnen
overdragen. Met den naam zon hy ook haar aan
«ieulijk fortuin, althans voor e«ra groot -doel be
komen1', tante heeft nog twee volle neven, Pieter
Botman, een deftig hoofdambtenaar, (en in het*
beschrijven van dezen echten buvéaukraat toont
do heer Keiler vooral zyn kantkterkunde) en
Anastliaso van Sterren, een geniale pianomeester,
die zeor veel verdient, maar nog neer schulden
maakt. Duor een klein toeval komt Botman te
weten, dat hot testament van tanto niet gunstig
ia voor hsre beide neven, ook van Sterreu wordt
door hem hiermede bekend; beide besluiten nu
bij zicli zelven om nichtje liina te trouwen; hoe
wel zy van «Iknara plannen niets afweten, treffen
zy to (hiesbnch, eenfl badplaats, waarheen het
nichtje niet eene bevriende familie was vertrok
ken, elkander anu, beiden met het doel bezield,
)in hi>ar. gfluk te wenschcu op haar verjaardag
den vreemde, en zoo haar hart, op eon
gepunt te treffen.
kort voor het vertrek heeft nichtje te
s Gravenhago een student ontmoet, door zyne
collega'*-.als Tonnctta aangesproken, tauto heeft
dit vernomen gaat haar neef bezoeken (want
uter blijkt het, dat het een neef is') en geeft
tem aanstonds geld om een reisje naar
Duitsch:.iwl t.ry maken, ton einde mot nicht Lina kennis
te maken en haar gewichtige papieren over to
reikfii. ?Zulke tantes moesten er meer zyu!"/.al
mi-iilgcou uitroepen; 't is jammer dat zij ?oo
zeldzaam ziju; doen vreemd is het dat ba Ie
neven, al is net uiet met hun nicht, toch 100
goed als geüngngecrd terugkomen, terwijl eon
neef, ofschoon in eer en dengd zyn
huwelijksreisjn voor, in plaats van na d« inzegening beeft
volbracht, en do andere, om zich te bevrijden
voor hel gevaar van een duel mot; een
bolcedigden Duitscher (van wion hy de dame op onbeleefde
wijze onder het spreken heeft nfgetroond) hw
als zgn bruid voorstelt, hoewel de damo zelvo
daar nog niets van weef. Nog vreemder is het
dat da zwager dor beide aanstaande dames Bot
man en v. Sterren (gezusters), dadeiyk geueigd
ia zijne zusters af to staan; Toimtttc is, togen
de gewoonte* op zyu verkenningsreis naar nicht
Lina, door twee medestudenten vergezeld, die
hem als panmympben byttaan en geleiden; de
liefdo is anders zoo mededcolzaam niet Waarlijk
voegde hy er een v
?goeden morgen" wenscnen
.?? v .'ohm by die hetn in het ge
heugen was gebleven en op hoUandscne toestan
den betrekking had, nu eens: ?het is verboden
in te rijden met karren en kruiwagen»", dan
weer: ?de lantaarnopsteker wensoht u veel zegen
in het nieuwe jaar," of ook wel: 'ïhigr gaat.mea
uit schoften."
Tevens Mag ik om do astaaliteit «rel da
..*-.. *?***' ' '
machtig heeft Venus in de oudheidgewcrkt, maar
hier overtreft zy zich zelve, en ik stel vóór de
Venus van Griesbach voortaan eeno plaats to
gunnen naast die vanKupro». Zou do heer Keiler
zelf hebben ingezien, hoe machtig Irij zijn
Venus heeft toegerust? ik zou het naast den
ken, als hy zoo schalks getuigt: en Gieabach
kreeg eene groote reputatie onder do jonge
?dames in den Haag? Ik voor mij beu van
moening, dat z(]no novelle een beter einde waar*
dig is, on dat ? voor zoover zy ons de ontwik
keling mededeelen ? de laatste bladzijden niet
de gemkkiRsto zyn; ben ik lastig met miju kritiek,
de neer Keiler u zelf de oorzaak er van, want
zün ontegensprekelijk talent als novellonschrjiver,
dat nit zoovele andere bladzijden duidelijk blijkt,
noopt my aan hem hoogere eischcn te stellen
dan aan de velen, die zicli den laatsten tyd be*
ijveren, om onze roman-literatuur tot berstens
toe to verrijken; nochtans ook bier g«ldt de
spreuk la critique est aisée, maisrarteatdirncile.
Amsterdam. T. M.
BETWISTBARE LAUWEREN
.NttunriykhelJ zij de eer der ktt'ist
,VBn einvoud hitr vermosenl
pïf»»r zondtr eenvoud on natunr
?Is &1 w»l luHit beet JtfenT'
, In het nummer van Janaan 1.1. van dit Week*
blad, publiceert Prof. Albcrdingk Thijm, een go>
dicht van Mejuffr. Stratenu'.clatinden weditrnd,
uitgeschreven door de directie vanhetVolksbuUl
rDe Echo", do pi-gi belwalda als Volkslied. Vatl
dit grdicht zriui;, yul^i'iii ?Ho Echo" eeu der
Oorami^üick'dcn: .Wr.t 'o>jrsprenkciykhe!d van op»
vattingt frischheid van gedachten, v/armte van se'
No. 210
D E ' A M S T E R D A M M E R, WEEKBLAD YOOB NEDERLAND.
voel et» n)***tcn«tiap ov«r don vorm betreft,
ttaat dit pwiraat botvnaa». Ik btb al! «B eerbied
vuur d« uiUpraak di«r ?OMIUIUUM, maar UB pr.
Alb. Tii., a ? lid daarvan g«UMeud tc«ft. ook in
cit blad, *|jn eoidcel o»« dat -Volkslied"
opeab)M- to uoe'.en maken ea het den volko
aaukoadigt als ?baiwuxtioiocn fraa4J", ocl»t ik tn|j ? itf
hut dan ook aU let h ? verplicht, die meening
crustig, to bcstryUen en te verklaren, dat dit
gftilicbt, van hoe cru o te verdiensten ook, deu naam
vuu ?Volkslied'1 uict verdient! Waar tocli vindt
men in dit lied ? veeleer een ode of lofaana ?
htt natuurlijke, hot bevattelijke, maar vooraTnet
ware, dar een volkslied moet heamerkeu? Nergens
ccnige coUtichte of nitdrukkiug, die da geest van
bet volk woêigeuft! Deuoknnttelde verhevenheid
vau hot gauscho gedicht, naakt hot voor de
menigte totaal onbegrijpelijk en Mlfs voor hem,
diu iu de gohoimon der dichtkunst is ingewijd,
moeilijk Vditittuinbaar.
Ik vind het daarom zoo byzouder vreemd, dat
cuu wclbovoogd en geacht kuustj echi w als Mhr.
Alb. TIL, de grovo feilen niet hoeft
kuunouonldekken, dia uudcr do indeidaad vcrhovano
geJ.iohUu VAD dit «iiohUtuk verschulen liggou. Hut
een: o oouulut, dat veirxweg het fraaisiü is van
Uo vi-»r, is wanrlijk ala aanhef aecr schoon en
iliuhtni'lük, duel) heluas, in tagüuepraak met de
vaivheia, want hoe kan een land, dat lager ligt
dun de oppervlakte van hét water der sec,
verrijxe»? Veniukt dit niet veeleer eu verbergt zich
ü.it ?toovciï^k d«r K«d«rlandeu" niet schuchter
achtur do duinen V
Daai'ffelaten dat do geheele vcrsiCcatie ni«ts
hcitll van eon volkslied, hoe tegenstrijdig zijn dun
looh t.' e l»ntsta woorden van bet «eiste, met den
iuuviing \au het tweede couplet: »Yry woogtgü
aiui züu aan natuur.'
Verbeeldt U, een toovtirijk, dat arm is aan
natuur! Kan het erger V Neen, do cehoele
voorKielliua, hoe verheven dichterlijk ook, is onwaar!
NoJerlnnd is noch een too»wi'uk, noch een land
<Ut ui m is aau natuur. liet heeft züne eigenaar
dige schoonheden even goed als elk au dor land
i,-n wil de sclirüf^cr die leeren kennen, zy bezoeko
d ui ons beerlek Uelderland, het Gooi en Kenutr
mcrluud, om uitts meer to noemer», dan zal z$
ztkcr wel lot -andere godothteii komen.
.tri) BOOgt Bi) UB 1^0 M
enz, tot
.Gij
t «?»
Hel vuur
die van tilniica
Prachtig mooi nitgedrnkt, >ondi>r twijfe), maar
ik vraag *)«*hta: ia dase vergelijking op hare
plaats in een volkulied en begrhpeiyk voor de
mus», het volk ? Ik geloof het niet «n donk wel
dat de Nederlanders te tellen sullen zijn, die we*
ten wat een aeistr is.
Ook zou Mhr. Alb, Th. i*ker menigeen aan
v.ich verplichten, eens te neggen in welk bollandsch
woordenboek deze benaming te vinden is,
,GU »yi ecu geiler, tlie van binnen
? Hei TUUT bewo.irJe; maar dien gloed,
Stortte in du ]£££ flcr ccmoed,
Bun burg«xre«bt ben d«cd TCiifinncn."
B*grijpe dit wie kan, het volk, voor welk dit
lied bestemd i», zeker niet! De woordschikking is
.hier zoo gebrekkig en willekeurig, dat bet voor
iedereen zeer moethjk ra hun onderling verband
te vinden en dit gedeelte getuigt «aker wel het
minst van ?meesterschap over den vorm". Volgens
do rektinkatio van Mhr. Alb. Th. spreekt de
schrijfster hier tot Nederland, volgens de tekst in
de ?Kcho" van het land. De opvatting van Mhr.
Alb. Th. komt ook nuj het beste voor, doch veel
duidelijker wordt de bedoeling niet. Er wordt
hier waarlijk v«el t« veel va» het publiek gevergd
en weer dan gewone letterkundige ontwikkeling
vcreifloht, om er uit wijs te worden. Vooral die
Iceiijke slotregel:
?Hon ImrgerrocM hen ilccil verwinnen".
Hebben wij hier te doen met enn ?luitenptmeen
irauil volkslied?" la dat taal? Is dat verzen bou
wen? Als bier geschreven ware, »Di>ed hen hun
burgerrecht vërwinnen"l de duidelijkheid zon er
voorzeker door gewonnen, waar nochtans zou
liet toch nog du vraag gebleven zyn, van wier
ImruciTecht hier civetiujk iprako ia. Even
raadlelachtiif als dit «lot is wederom de aanvang der
volgende regelen :
?Zoo litMitn zij op zco ra wal
?BW ilrlo.klonr iaautf lalin cri-tn."
?7,oo!" IToe? Daar wordt niets van gewaagd!
.,'Zij!'* Wie V Daar wordt niemand genonmd, !
immer laten ccr«n," is dat geen on ?
c^nmatil r
hoofd
fout? Ik kan er mij niet Konof'i' o/i<r
dat. Mr. Alb. ? Th., toen
'trekiificci-en u as, dit
hij i oc-h
heeft
ovogezien. Uier bal moeten stoeit ?00i<"
?uf ^iiltljd'' maar in geen geval ?immer", wanf.
,lieblH;n laten i-ernn" wij-*t op hctgetn geschindt
w, innnf.r, mor.t altijd slanu op hqtgOFii wordon
;.al of kouwn moet. U. v.: ?NVIo heeft, \\etalti]<l
«T ooit (.ezögd cu zal het immer volhouden.''
Kn in unt kunnende zin: ?ik heb het. nooit
ge«laan en w\\ hot nimmer doen."
Mhr. Alb. Th. vorgove roij dcae kleine,
schoolnvucsterricbtigi! yernianinp, «naar een dichter mag
f/ich uan deigelykc vergrijpen niet £chnldig
mak«u: Luzcn \vy verder:
?Kn nan Eiirop» xclf dnnn l«cr«n,
?Wal HoUnnil ira» en blijven Kul."
liet zij verre vnn mij. dichterlijke verdiensten
in ' deze, verzen ie ontkennen! Met warmtu en
gevoel uitgesproken, Hinken ze waarlijk zeer
si-lioon, maar meer dan de klank hebbon zy ook
niet; bctcekniis en waarheid missen ze alle.
Wat bctcekent dit? Dat Holhmd biyven zal
wat het is of ccwccst i.» ? Dat is geheel en al in
ttrijd met den geënt des tijdg en do wenachen
iles volks ! Neen, ala recht geaard Nederlander,
lioop. ik van hart», dat Holland niet blij ven moge,
wat het is of WAS voorheen, maar dat het voor
waarts gaan zal op den weg dien leidt tot
alge-raccnc welvaart! Dat het zich moge ontwikkelen
tot eeu Staat, gegrondvest op gelijke rechten
voor alle burgers; dat het door toenemende
gei!*tkri\cht. der nntio, mogen geraken tot nog
ongokendcn bloei; dat óns, zoo diep vervallen
volksleven xich mogen verheffen nit die zco van
jamniei- en ellende, waarin het dreigt onder te
puu; wnnt ja, daar wordt vrcl geleden in dat
:,toovenyk «Ter Nederlanden!" ? .Moge dan de
\veosch \;m onzen do GénBstet vervuld worden
'i\ er een vol'i«diol)t"r on stian, die de
groot'<\-\ vau Kijn vaderland, dn room van zyn volk
vftroveiing hnnnrr nitrgerreohten, naar
d hczirgt! Dan. eerst dan zal de Itjdrijp
vuur liederen als het gedicht van Mejnnron w
Stialeuus, hetwelk, ik durf dit in volle
overfiging te voorspeller-, nimmer een lied zal
n-u; den voor het SfeJerlindscho vulk.
.Als tegenhanger laat ik hier volgen een
gedicht, van een harer mededinger», T>y dezelfde
wetls'rijd ingrtchreven onder het Motto : ?Votiloir
'?'est ponvoir." Ik mhrttf dit af zonder eenige
conimantaar of rectifikatie het aan per», publiek
«n Mhr. Alb. Tb. overlatende hierin uitspraak
tv doe», '
Ik twijfel ook niet of oué strydlnstjge
Profcaror, wien wij zoo menige geestige en kritische
beschouwing te danken li ebben, zal zieh zeker
»>? t onbetuigd laten en ook dit gedicht een
enkel woord waard'g hwren !
De naam van het lied is:
GOD tU MBT OK8.
htlfit MMtdrifl
In Trods en s&yj b«t 1M
CM s{| ?«* Oas, la bals «n
Xoo «oen «fl tw» »n«n
Cooiaec eai «to«4 ia 4e tJfnm
AU 'tTMleiUa4 woiUl
Door TiMmdia ot«.M»«.v
Dtn Kottlou wfl d« 1«M gent»nd
WJ SIM d*a gtn f*rmar
BH wttln BMI ?Oatf,
Oas g«ld «D g«ed «n Uo«d «a tevea
?oor om* ditib'ra viylitid f*v«at
Ooi «y n«t «at, «u.
01 Meileriandl «oo «lam Mkoebt
H «i Mo«Ml bl<Md Iwttuld,
W«lk Uod, dal voor «ijn rrflheU
Bo«fi ooit n v ro*n beliulily t
O4Mf dut uo t MagetUebs, |
DuulCioa laooil oo knelit,
Het bollijj vaar la hut in *d'roa.
Den wakS'r*n gmtt tu «oio Y»d'«0l
tiod 20 teet OM, enz.
r. v. a
My dunkt, dat de dichter er op uit moet zffn,
niet tot het volk of te dalen, maar het tot zich
te verheffen, liet spüt mj) voor don Heer D. V.
H., dat hy hot zorr alledaagse!» lied God tjf mei
ons by do hcorlijke scbèjipini{ van Mej. Stratenos
achtorstclt. Op vcló punten vergist hij zich ook
in de fei'on. Niemand heeft tot dus veire aan
Wilhelmus van 2faisomten<lenonnn
ronVojkslied onthoudc-n; toch is do volkstoonerverinte
zoeken. Het Noordsche Volkslied lm
Rozenduft is ook niet vonr da algemeenheid des volks
bcutcmd. ?Toovcrrhk" is jmst een praohtigo uit
drukking voor ons door kunst geschapen land,
dat voor onze verbeelding grootsch verrot van
anhtcr de duinen, ondauks zyn la?e ligsing. Met
het beold van d(-n üeUer dienen do landgouooten
der Koordpoolrcizigcrs vertrouwd te au n. MQ
was veraoclit da penfout ?der uwon" m Bder
zijnen" te veranderen. De' verandering met hot
?burgerrecht", door den Heer V, D. H. voorge
slagen, is oazin. Dat meu in 't verleden» niet
imm!»r zeggen kntv zuiut de Hoor V. D. H. uit
z(jn duim. Uij had oeznijiever moeten gebruiken
om er wat steekhoudender argumenten mee te
bootseercn, un de ?ahebloeaidie w^ise van
uitdruukiugh niet zoo neuswijs behoorcu te ziften."
Alb. Th.
Sesclireilfndcs VerteieJntiss tier Wcrhs
aclttrcr Meinier in der
GrotSitcrsoalicfanüetuültle-Galierieat SchitcriH. Von
Dr. F Scalie, Ditector der
lïruNdierzogU.hon Kunst-S«muiluugon. 1S82.
Dr. Schlia geeft in dit boekdeel van hijtm
800 bladzUdcu uieer dan men van een Catalogus
van. een Museum verwachten uiag. De schilder
rijen zgn allercauwkeurigsttbeschi-cvcu, allo mo
nogrammen zijn uitstekend in houtsnede
wt>Grgogeven. Welk eeu arbeid het den ijverigen
Directeur gckoat heeft, dio ruim GOD ftcsunilés to
neiueu, begrijpt l<y tleubts, die mot zulk eeu werk
zelf vertrouwd is. Do toeschryvingen van een
groot nantnl ongemerkte stukken zijn met grooto
voorzichtigheid gcschkd, cu niet dm na een
aantal kun-tkenuers daarover geraadpleegd te
bobben. Met grooto tronw wordt ecu ieder'a
meening geboekstt-nfd; waai' sommigen onaf
hankelijk van elkander tot' hetzelfde resultaat
kwamen, werd de waarborg voor zulk eene
tCKüwtirpvinff d*-BJfljtrw>t«%,ïovexid|en bezocht
Dr. Scblie een groot aantal Musea in
Duitschland, Frankrijk, Nederland en Uelgie, uit sluitend
met het doel vergelijkingen met werken to
Schwerin te maken. DebragraGen dor schilders
zyn uit de nieuwste bronnen geput; ik weet by
ervaring hoe Schlie elke gelegenheid waarnam, op
dit gebied het be-te en nieuwste tekvercu. Óók
hier geeft hy, met eeu bijna overdreven nauw
gezetheid elke bron, elke mondelinge of
suhriftcIqko mededeel ing wcCr. Uet book ia niet alleen
een goede gids door de belangrijke Scliweriner
gallcrij: hét is een aangename, nuttige legger
voor een ieder, die zich net de geschiedenis der
Nederlandsche schilderschool bezig houdt.
A. Bredius.
SCHOOT*.
K«mt. UaO'rm van fc«i
Wel klein, mww noot door moed t
Ta n OiMtcnrrejM tot WMtaMtHHtd
Doapro^é sul heUoablotd J
' KoniUK, vciMad vin ib,
In woörVs t>Ki*d*mtafe
'DiDAöKALlA.
Jl
't Nienwcjaar is in jjnlri-tleii eu liroft oa» -p
onderwijsgebif^l noir i:n;t vuo: n'r-.iT.i gebracht;
trouwons het wm.lc w.ie'ilcn. Nu i!o 2i)kinuer
opnieuw gescheiden en t(o begroot ing-afgehan
deld is, Vilt er voor or.s niüt veel bijïouuura tn
viiit.cllen «-n zullen wy vooi' gi'üjtii-;'.»!ton wel
moeten wachten op J« <l<«r <l*n minüter beloof Jo
wijziging van het Mid-.lulbaar ondorwijji; 't zal
ccj praehtixo gelegenheid, voor alle pm-tijcn zijn
om werkelijke ot vormeeiule gueveu uu te disacheu.
Do 'geneeskundige raad van ürouitgen ca
Friesland, welke oulang* zya bekend rapport
uitgebracht heelt, heeft in züu uajaarszitling, even
vóór ïïifeuwjnar rog wederom iets van zich doen
ho o r en dat itls vervolg op 't bedoeld verslag gel
den leun: met 11 tegen 5 stemmen wei d daar
nnmi-iyk de navolgende motie aangenomen: ?liet
Gijn nas' .al eu Middelbaar i-ndertrijs mocht voor
verbciciing vatbaar zün, ook wat do zorg voor
de lichamelijke ontwikkeling dn- leerlingen be
treft, reden om «act het sijsteen to breken bestaat
er op hygiënische gronden niet" Ëe'ne
voruiakelijko motie! er wordt ilecbts als mogelijkheid
verondersteld dat er wel verbetering zon kunr.-eo
ingevoerd wordrn, alsof dit niet b{j
allepoedagegen als een paal boven water stond, dat er ver
betering komen moet. ? Uet onlangs verschenen
iiommcr van ?Olyoipia" heeft zich ook aanlig, druk
ov-rhet rapport geipsakt: mon zegt dut er bin
nen .?<> ?t ook een rapport van den geiiecaknndigcu
. .Mi van Geldt-rland Jktt. licbt zal zien, roogelük
is liet er al, doch 'k heb hut nog niotge/.'cn: züu
de geruchten juist, dun moet het van eeno geheel
audore gebulte %yn dan het bovengenoemde verslng.
Het Handelsblad had voor eeu paar' dagen een
vry uitvoerig stak over don ichool«trjjd en komt
tot het bef luit dat dezo nog moet blijven bestaan,
al schijnt, er neiging te zijn om langzamerhand
het openbaar vóór 't bijzonder, onderwijs te doen
plaats maken, waarmede zelfs liberalen instem
men, blijkens liet door sommige op 12 Dec. U.
nepen ?neen t" toen aan den Heer Borgosius
B Kamer gevraagd werd ofhyuitnnamzyntr
part(j sprak. ?Bezint eer gü begint!" roept het
blad der liberale narty toe. .Uet is voorzeker
?schoon alle partyen recht te doen, maar boven
?het partybolaug itaat dat van het vaderland.
?Ziet toe, dat gQ niet door een theorie misleid,
?e*n toestand in net leven roept, die aller
ellenBdi«tis".
Weinige dagen geleden, 4 Jannari, was de
kwestie vsn art. 194 der grondwet op «ene
vergadering der Ideavei-oeniging .Üurgerplicht"
te Amsterdam aan de orde, waar Mr. L ALevv
op zeer welsprekende wtfze do vraag behandelde
ot bü eventueel* jprondwetbeniening dit artikel
al dan niet moest worden prijsgegeven. Hykwam
in z^jn rede tot de conclusie dat men art. 194
niet moest loslaten, omdat de «taat behoefte had
aan neutraal onderwös als af weringssokldel tegen
misbruik van macht .der kerk. Velen warm't net
hem eens, atUen werd btt doof ten viertal beerea
bestreden, OMbr wte fwep bo«gle<raien der
> Universiteit Br. Biflaar Sprayt «n Mr. L. dn
Bartog. Alle oaderw«aUadesi aeadea zieh in dea
Uatatea t«d aut die vraag beslg, daaronder
i» vergeten het .Nieuw Seteottted", waarvan
aeaer dagea bet eetete aaauaer ander rvdaotie
vaa denbeke&den naeÜagaeg L Vetataie aitkwaai.
De heer Venluia viAdt L» ajja ialajdiagtaiiikel
dat er nog wel akate i* we* een okderwfiiUad;
wfl kopen bet voor bant ea den uitgever dat bij
aioh aiet vvrgiit beeft, deck er werdt andere al
heel wat over oaderiiye ia epeeiele bladen vaa
allerlei richtingen op dat geÜed geeehreveal
fea merkwaardig incident bad wamige dagen
geleden te Groaiagen plaats: de baerLeopeld,
lid van den Raad aldaar, vroeg overlegging van
de stukken betreffende bet sehriftelük werk, dat
by eea vergeiykead examen veer twee vacaturen
van hooiden vaa schelen was geleverd. Dit werd
aan dea dUtuete-Mhoolopzienei? officieaj gevraagd,
doch even offickel geweigerd; eene missive met
netcelfde venoek aaa den minister vaa
BiaaenUndsehe Zaken werd beantwoord methetberiebt
dat de schoolopaiener gelijk bad. Wat aa? Du
raad weigerde benoemingen to doen: eea athooa
geval voor de wetgeleerden om eeae dergeujke
ezceptioneele zaak volgfin» de wet L. O. op te
louen; de Groninger bnrg«-meester evenwel, om
alle inooieiykaedea te voorkowes, bad een
effiaeus gesprek net den miaister. en toen hu met
net bericht terugkwam dat bet vootakiioht ge
geven wet d dat er later door ëtregeering jgeen
böiworoa zonden worden gemaakt, legde do K-uul
zich er bij near ou benoemde de beiüe
schoolboofden, de hcervn Beekman te Wildervank en
uonvema te Kampereiland, waren de gelukkigen,
wier namen uit de Groninger stembus te voor»
schijn kwamen.
&n standje van geheel anderen a*rd heeft in
t' Oosten plaats. Wiutcnw$k, dat in den
hiatsten tijd aooveel van aich heeft laten hi oren door
do Tvijïo waarop de, thans op *yu verzoek ont
slagen Bargein.-ester zioU over 't middelbaar
onderwijs nitlict, i* wederom de plaits der his
torie : 't geldt thans het gebied van het Inger
onderwys; oen onderwijzer, Popnink. is daar een
In bét u noire; of-hy andersdenkenden iu hunne
diursto belangen be'.ecdigd, of zyn schooljongens
klappen om de ooren bedt gegeven, kortom of
hy tegen de wet gehandeld heeft sul moeten
worden uitgemaakt; xulko dingcu gebeuren zeker
bier of duar wel eens m«er, doch aan behandelt
men ze volgens het bekende spreekwoord van
f a eer son linge, enz.
Te Winterswijk echter schijnt, eenpcHny-a-finer
te wonen die «aarne courauteu berich jes ver
zendt en daardoor die zaken aanstonds
wuruidkuudiff waak'.
In Delft sc1i|jnt men wat van de kook te zyn,
doch daar op 't Gymnasiaal gebied, want het
eenzamen!ijko Cnratorcncutlogo nam zijn ontslag.
Yerrcoedo.ijk tullen wy bitinonkort nog wel meer
van dien tak van 't onderwijs hooi cu, uu de
Kumer f 10.000 goschrapt hecfr, van d« som voor
du GyniDosiöD bestemd: welke inrichting, n het
uni&geldeu moeten ?! Ken üïeii grcote kom werd
aan do Kijk» Uoogero Uurgerscholeu octnoiuon,
w.iavdoor de begroutin^en vau kosten voor het
onderwys van die t'.vintig inrichtingen vermoede
lyk zeer zullen inkrimpen. . Na actie komt re
actie, en zoo is het ook hier; vroeger had uien
H!les over voor bet troetelkind do natie; doch
t haas breekt het onweer van beiuiiiJKing over
de daken dier inrichtingen los; b«t kind ia wat
grooter en ouder geworden en men vindt het
uiet zoo lief méér ah toen mei: er mcdo kon
fpclvn en sollen. liet gaat soms iu du huishou
dens uiet andera S
Eon treurig bericht kwant . uit Leiden: de
'Oofilceraar U. P. A. Doiy is ernstig onge-teïd;
moge de geleerde en gehelde'leermeester nog
lang voor de wetenschap en zgn leerlingen ge
spaard blijven! Met dezen wouseh EOUÜO ik dit
maal mijne missive kunnen eindigeu, ware het
niet dat ik do lezers nog opmerkzaam raak'-n
wilde op den mantregcl door den
miimter.Kèuther en enkelen zijner collega'» genomen om met
l Jan. in alle stukken de olüoicele apolLn^ in te voo
reu. Vergis ik my niet dan bestoml er reeds eeno
dergelijke aanschrijving van Nov. 1ST3: er schijnt
tnen althimd geen gevolg «an gegeven te zijn.
't Is evenwel vreemd dat mon nu eerst een
rouatrepel vu a rege«iiugswege neemt, welke het
l>elgiscbe gouveruemunt reeds zooveel jareu geleden
vuorsclucef.
Q. N.
WENKEN VOOR DAMES.
I.
DF MOPK,
Daar
Joh. v. Syduw, door Bei-the.
liet schijnt ons niet zeer moeilijk toe <le vlnclit
die dé teg^nwoirdigi: modo nomen val, te
berckcii.;ii. Aiuüilijkcr Kal litt 7ijn do
onjrvlocdige voruion ia ti guau. wiiimoile du mode
met de tradities der la-.it-tc jiiien wil Li'c-ken, cui
cus ste ds iet* nieuws aan do Iiatid te doen. Wuut
de hedcnduagi'clii} modo hou-tt i;iet van het ge
lijkvormige; honderd nieuwe toiletten kan~ui/jr
teoonkonicu, die toch aUe \an elkander
verkchilleu. In het algemeen bestaat het volgen der
mode reeds in het gadeslaan haver nieuwe vin
dingen. Haar grootste nouveauté is toch do
crinoline, vervolgens let zij zeer op gocdu
klourschakecringen in het geheele toilet.
De crinoline bestaat immers heden weer in
werkelijkheid. Zelfs daar waar da tournure haar
noj? op dtiu achl crarond schuift, zal hut volgende
seisoeu beslissing bi-euxcn, en het zal uiet lang
meer dmcu dat zü de gevrceide, de zoo dikwerf
belasterde crinoliue, waaruuor dit voorjaar reeds
angstig uitgekeken werd, een uieuw tydpcrk van
roem intreedt. Vooral by de avond-toiletten zal
«jj weldra onmisbaar cyn; tot heden toe bleef
zy echter nog slechts ren schrikbeeld. Tot nog
toe volmaakt de tournure de elegantste salon»
toiletten. ?
De É mode laat tegenwoordig ieders eigene
vcrbeeldia^ vi-y »py), «n?? nimmer BOtfen wy meer
vcncbeidcnb-id in het garoccicu der costumcs.
De gladdo rok, slechts vaa onderen druk
go«avneerd, met de korte paniera om do 'heupen, do
ge^louide tok niet het lange schpotiyf niet Viltje
vnu andere stof, de puntige tnnieka met blouse,
alles wordt beurtelings gedragen. Gaarne ziet
men ren donker jacquet van een kleor, met een
anderen rok. Zolfs ziet uien grooto schotscba
ruitcu iu solide schakccring vau lontor bruin tnet
russüch gioen, hetzelfde groen met marine blauw,
juist ouder deze donkere wicqtt'-t», wier kleine
basqnes ia do zwaie plooien dor draperie
uitIOOJXJD. Wandelcostumeft byua steeds nit oen kleur
draagt men gaarne rart sontache vorsiei-ingen en
kooi den op jacquet en rok. In de
adrabeshencharivari, die de teekeooar hier ontwerft, wordt
eene afwisseling gebracht, door met koorden van
dezelfde ea ?outacbe van een endere kleur to
garuecrcn. Een meer elegante decoratie kou mtn
echter op de huis- en wnudeltoiletten vau ver
schillende lakensoorteu aanbrengen, als daar zQn,
bordnunels net de lange steek u allerlei kleuren,
git cu kralen garncorsel, ook satyn op rok, jacquet
en monwcn. De opvallende neiging rflk en elegant
te gameeren valt natanrljjk net meest by het
avond-toilet ia het oog. Ook de cigeaaardijiheid der
verschillende kleuren tot een geheel te verbinden,
vindt kier een rijk veld. Dat is een gelegenheid
voor het edele brocaat. dat eens door Durer en
Bolken een zoo meeiterlgk geschilderd werd, voor
bet pmebttg flaWeel dat iu zoo rtfce plooien ge
legd wotdt, vaa daaust z«de, sat*n en earlke
die aieb aoa gaarne met floweel tot een aebooa
geheel late» vercaaferefr Vooral daar, waar aun
op een fraaie kleurschakeering Tot, maken deze
stoffen «tot
wiitter inffu
?ffeiL Al» ftooWawW
rea w^ ata .taüat vaa doaker groen
flnwaalaaa. Nkti paM brtar b« daM stiUa graad.
stof waaruit da hoogi, «BgatoUad jaeqoet var*
vaardigd ia, oit w*Uu ragpaadtm ia bratda ptooka
de sk«p aiah oatwikkaKTda» bat ajilgrouw awt
geblouad flaweal dooreen gatlingstii sarah, waar
uit da voor- aa agbanea van dan rok bastaaaan
de hoog gepafte paniers waarop da korte voor
panden vaa \et jacquet nutra. BH dit tufl*A saag
ook d* tooratue nut ontbreken. Da oada kant,
die ander het plooistnk der pankrt gaaat h en
die de atjtAoen vaa dea itirahrok garaeena.de
halflaoge vaa boven ingerimpekiemoawca,eBbet t«ede
halabandje hrengw» iemand In da saasaing dat
dit oostume nit eea oada schilderij gatatdea i*.
Ea toch ii het modera bordnunel op dea
gladden rok die het best bj da zware ttoffan
past, veel firaier dan brocaaUQde of geblo«md
damast. Op den achtergrond vaa wit sat^a of
Ucht gekleurd» zflde ziet mea toch taKeawootdig
de sierlijkste «n smaakvolste patronen alsof een
schilder te met vaardige hand ontworpen had.
De zachte colorittische overgang der fijne ohenille,
kleuren tot het kni«che wit oer waspawlen, waar
mede men tegenwoordig gaarne werkt, doen het
oog met waigovalten op bovangeaoemde-pairoaea
Naten.
0"k draagt men nog raarne bonte kralen,
vooral claire de lune en ook veel git Overvloe
dig garneert meu hiermede zwarte satynon eost omes,
ae zyn door de kanten g«itro0id die aan de strooken
wapperen en aelfs handschoenen en laartjta ifiu
er meu bezaaid, ook maken z# een goed effen
op de breede kragen, dia tot op don mouw af
hangen, die men thans in alle moderne magazijnen
kan vinden.
Ook op hoeden >gn kralen en git geliefkoosde
sieraden. De van voren booge boedhol, dia naar
achter lager toeloopt en die meestal met fluweel
overtrokken is, wordt dikwijls geheel m«t git en
kralen bezet. Om do eeutoonigheid van dit
oarneersel te voorkomen wordt ooit veel se' otsch lint
en gekleurde voderen en vogels op hoeden ge
dragen.
Ouk in het wandelt oilct heeft de tournure
eecigo verandering gebracht Door de groute
plaats die zjj beslaat moet het geheele costume
ook ruimer woi-dcii, ja wy zien zelfs den pauier
in omvang toenemen.
Qoewvi ouk zeer veel korte wintermantels een
plaats veroverd hebben, zoo voert do redingote,
lange mantel uiet aangezette rukpanden, toch
nog steeds den boventoon. In tricot al»
regeamantel wurdt dit fatsoen zelfs het liefst gedragen.
Ook in luantelstofieu is dit jaar een ruune keus
en daar men ook hier oven ala b{j costumes ver
schillende stoffen tut een geheel verneniROn kan,
treft mi-u hierin een groote verscheidenheid aan.
liij voorbeeld neemt- men thans gaarnn pnluche
of fluweelua luantcls, roonweu van zwaar z^dea
rip); dj vcor- en zijpaudeu hebben nóg steeds
hut aausluiteudo palctotfutsoen. Eleffante
nvmtels worden hoofdzaktlijk roet kant, dikke zijden
koorden on git gKgnrueerd, eenvoudiger «ioffen
als cbeviots, diagoiuals eu tiicots uieestul mot
wollen tressen au jicluc'.ie inulle mogelijke kleuren.
Ook o var liu^ciies dient nog gesproken te wol
den. Door de nuuwo mouwin is ouk hierin
verncdcriiiï ontstaan. Zeor fraai weet do moderne
industrie do oude veiietiaaiwhe s eek te copiewn
iu borduursels op batist, tulle of liimen, en die
guipure-achtigo steek levert voor brcedo kragen
en over de mouw gedragen manchetten de
schoonste patronen op, waardoor het vroegere
fatsoen geheel op deu achtergrond geichown
worden. Jierst by deu ovarvto«dig«n rWcdom
aau kaarslicht iu <!<? groote taloiu, komen de
verschillende kautsoortcn voerd»«h'JT talm woTBea
dio daai-om meestal op avondtoiletten veel ge
dragen.
LOSSE HOOFDSTUKKEN OVER
LEVEMSVERZKKEIIING
Boon
J. E. SLISGCUVOBT RAUOKBT.
I.
? SPELEN ES SPABEN,
Niemand zal in.ü, geloof ik, tegenspreken
wannefr_ik ze^ dat spanr.ianiiiheJJ ? zoowel iu het
individu al", collectief butracht, iu eene untie ?
ecuo groute deugd'i-. Eouo d-u-{d, welke 't haivn
lieoüfr-udiu- ,ver dott brengen iu de wereld",iets
dat uien \vaar':jk niet van al hare sust eren mag
zejigei». Spvarz i.iinhfid g:ia* noodziljolijk gepaiird
\ntst andere di'Ugilen: zij ii ilo onaf-chcidrljjko
/ust>r viin matigh"iil icn tevredenheid, en
xonde:lutar zouden arijtiJztianiueul, urdelieveiidheiit en
vo.huidicy «iec'its wuinij pr.'iktisuhe wumde heb
ben. De n «Kaart, van het individu ii vour een
7' r-.r (ji'uot deel .ifHrni)n«!Klï v.m siju xin votir
«paren, en de wolva;iit der individuen maakt
deu bloei ecner ui'.tio,
l:i lijuri chtuti strijd met spaai-zlamheid staat
fpcehuclit. E-u ap'Acr, om 't even of h.y züu
geld waagt in l)ijur.'S[w?ulati?n. bij kaart- of
JobLélspcl of in loterijen, kent d« waarde van het
fpareu niet. Hy wil xiüh veii-ijken
ni«tdoorini;gïutuen, gestadigen aanwas zijner bcaittingeu, maar
door ecu plotselinge gelukskans. Het spreekt
van zelf; dat hy tegenover die kans de tegcnkans
moet rhqiu'tren van zyn inttt te verlicieo, zyn
vermogen dus to zien vei minderen in plaats van
toenemen.
Dat de man, in wien de zin voor sparen sterk
ontwikkeld is, voor alles wat hem met verlies
bedreigt moet terugdeinzen én derhalve eeu nfkeer
nit et hebbi-n van. alle kansspel, is m. i. daidelyk.
Furticulicre instellingen .hebben sedert hing de
gelegenheid tot sparen gcniakkchj'fc gemaakt, en
ook de Nederlandsche Wetgever heeft, door de
oprichting der Rükg-past*paarbank. getoond van
hoeveel belang de aanmoediging ea ontwikkeling
der dengd Spaarzaamheid wordt geacht
Ziet men naast ds Jtyti-postapaai bonk, nog
altyd de Stóate-loterjj voortbestaan, dan vraagt
mon zich wel af, of eeue Regecring en een Parle
ment, dio beide instellingen onderhouden, uiet
met zichzelf in tegenspraak zyn, daar zy
erncrzijds tot sparen aanmovdigcn en aan deu anderen
kant de voor het sparen vcrderfeiyko
speelzucht in do hand werken. Uet ontbreekt dan
ook niet, zooals men weet, aan bevrijders en
tcgenstandois van de Nederlandselu) Staatslot ei*y
eu dat deze instelling in beginnel als onzedelijk
is veroordeeld zullen weinigen betwisten. Hare
verdedigers beroepen zich dan ook meerendeels
op utiliteitseronden. Een vijand van de volkson
deugd speeuucht kan met d« staaUlotor^ allatu
vrede hebben wauneor hy haar beschouwt als een
noodzakelijk kwaid, ? ah een middel namelijk
om het pohlifik van deelneming in andere, miader
rerlyke of minder goed gecontroleerde
geldloterijon terug te bonden.
Behalve geldloterjjen »\|n er evenwel lot?ry«n
van anderen aard, welke bnitea het gebied der
stiatsberaooiitg vallen. Ecne
overbekejidespreeVwrjze verklaart: ,hot htiwtlyb m eeoe loterji."
Het ligt op dit oogeoblik volstrekt niet «p mv»
weg, t« onderzoeken of die swo grif aangenomen
nitspraak onomatootelQk waar is. Daarentegta
gebiedt my mUn oadèrwérp, dan leur t* doea
opmerken, dot Itet iae«»dWi* teeen Mdfm*
loUrö is.
Het U atne loterö, waarin wQ allen, rtfk of
arm, ond of jong, w$* af dwaaa, goed-of kwaad
schiks moetaB ataMpclaa. Sowmigea vaa OM
behalen aen boogon ouderdom «a kaanasj da»
geacht worden eea hoofen prfla «tt da
lavaaalotextt te trakien: velenbamfcan ssacato M»
gelaiddeldtJl,V»afl«jd «o hehbea aap Vmvw
to aauweraood tenggowoaaaa, wat «4
loveasmosd, hoop ea kraefat MAum ingaset; ?
aog andaraa itama joag. haa tot komt uit m«t
een aiet. Da grootere of gariagwo hooroelEeid
W dia den aardwhan BMaxontea deelvatt.
vormt ia daas oavrttwaiigo lotarfl de winst, waarop
w(j, gedwongen BMdMpeun, allan met de grootsto
gretigheid asen.
? En goea wonder, dat wQ er gretig op *Qaf
Immers <f*T, dat is alles voor oa»; dat M geluk,
genot, deugd voor den «Va; ellende, misdaad,
wroeging voor dea ander; maar voor QOM aliea
il tfd aflas, waat tja m ons eigen ik l
Ea ook: Ttêitfddl
Deso waarheid geldt aiet alleen voor de
Engelseheo, al wordt ?? vaak by voorkeur in haa
praktische taal verkondigd. Zy ia waar voor allen,
«e ia de groote t$dk>terQ dos levens moeten
meespelen.
"Wie door bekwaamheid, werkkracht, energie
?n spaarzaamheid zgn tQd vruchtbaar went to
maken tot het verkregen van de middelen, dio
hem én ?$> gezin tot verhoogd» welvaart bron
gen, hy zal in '?levens tfyiloierQ nooitakolHker»
wyze tevens «ene geldlotery vinden- l««eft hu lang,
dan zal hy voel tjfd hebben om zich te verrjiken.
zoodat hy z|jn geain in weelde ea overvloei kan
achterlaten; wordt hy op jongen leeltQd wegge
nomen, dan heeft hem de t§d ontbrokta dlouaQ
in geut mon hebben kumtn omzotlen, en na zjjb
dood vinden zyne weduwe en kinderen flechts een
sober bestaan, misschien zelfs nijpend aebrek?ia
elk geval een mueieiyker tot daa gedurende het
leven van den man en vader, den kostwinner,
wiens tyd geld was.
X>« onzekerheid van 'a mensohen Ieren w*g te
nemen vermag natunriyk itiemaad, De wetenschap
nioge langzamerhand vele verbeteringen brengen
in nygieïiche toestanden en hierdoor, in verband
met toenemende beschaving en ontwikkeling, den
gemiddelden levensduur eeniguins verlangen, maar
altyd zal op den doodenakker de afgeleefde grfls*
?ara te rutten worden gelegd naast den pasge
borene, de krachtvoHo ma» na ist de jonga moeder.
De overpeinzingen, waartoe deze onzekerheid
van z^jn bestaan den mensch moet leiden, en do
handelingen waartoe zy hem moet opwekken,
hangen voor een groot deel teuuren met zijn
innerlijke gemoedsleven en rynö godsdienstige
begrippen. Deze zflde van de quaestie wit ik
voorliet oogenblik laten rusten, hoe.v el ook een
beginsel van zedelyken p'icht, gelijk ik later hoop
aan to toonen, den mensch in dezelfde lichting
moet leiden, waarin ik wil trachten hem to doen
gatn. Than* roer ik alleen de stoffelijke belangen
aan, welke door de onzekerheid vau 'a meascnea
leven in de waagschaal worden gesteld.
De brave, vlijtige en tpaarzaroo huisvader
zorgt niet alleen voor de onmiddellijke behoeften.
van zyn gezin, maar doet ook zijn best om een
toekomstig vermogen te vergaren, of wel het
reeds bestaande kapitaal zooveel inogeUJk to ver*
grooteii. In dit lofwaardig streven wordt bij
echter maar al te dikwijls teleurgesteld door den
onverbiddelijken -dood. Wie ia er onder ruyus
lezeis, die niet een tal van voorbeelden nit eigen
omgeving weet op te noemen?
Welnu, er bestaat, en sedert lang, een middel
om die wreede teleurstellingen to voorkomen,
om aan die onbarmhartige Ie venslot er ij, welk»
met allo voorzorgen van dan Bp.iarzamo dm spot
üryft, te ontsnappen. Dat middel heet
Luïensverzekering.
De levensverzekering is de samenwerking van
velen om voor den enkele de geldelijke'* uadeelca
van een vroegtijdige» dood te veigonlvii. ^y
is de veilige en cukere, naar ook de eeiiiga
weg, langs welke iedereen de vruchten van zijne
spaarzaamheid kan onttrekken aan de dreigende
cXnsen'der in dit hooftUtnk besproken laven»*.
loterij. De levensverzekering is de eenige zekert
en veilige wqze van sparen, dat wil zeggen
de eenige wffze van sparen, waarbq men vooraf
met zcker'<eil weet, w.lfc doel mea met zyn
Rporcn zal bereiken. En men mag zich zeker ver*
wonderen, dat by het om zijn spaarzaamheid ge*
roemde XederlandEche yolk de heilzame instel
ling der Lorensverzekering betrekkelijk nog zoo
\vemig wordt gekend en gewaardeerd.
Want dat het met deze kennis en waardeeriog
2eer trcur!<? is gesteld kan iedereen getuigen,
die in 't publiek voorde qir breiding der
vcrzokeri.ags7.aak werkzaam is: Overal en bij alle klassea
der bevolking van ons land ontmoet by do zon»
d^rliagatc en bedroevendste vooroordcelcu tegen
do Levonsverzekcriiig, vooroordeelen die alleen
in onbekendheid niet den aard dor instelling hun
ounprong vinden. In de groot c steden, waac
men in i)!la opzichten meer godronReu en
gedivongen wordt,', de yoorvaderlyko begrippen en
mefningcn naar de cïsrhen van den nieuwen-tijd
te wijzigen, leurt bet publiek gaandeweg, op het
voo spuur vnn andere iia'iün, de voordeden dor.
Levensverzekering erkennen. Daorentegeji si! men
er in do provincie-t-tedcn nog weinig van weten
f n op het. platte iaiid houdt de grooto
mrerdev,heid der bc tolking de Levensverzekering ? voor
xoovcr deze hanr by naain bekend ia? voor
nlots anders dau hnuibug.
Deze wnnbo.^rippeu te bestrijden ra bet nnt
der Lcvrusverzekering in alle LlaSBen dtr
maatschappy mcjr bekend te maken, is een schoon*
taak, waartoe etm dag- of wooVblad voor Neder
land met ingenomenheid zijne kolommen mag
lei-i-en pn wnoraan het my eene eer is, te mogtu
medewerken.
TVVEE BEROEMDE HAMEN.
ALEXANDERDUMASenTIJlOTrIÉETniMNE.
Naar het Duitsch van Leo Warren.
Een kleine schets die ik onlangs in ?Uoher
Land und Heer"* las, heeft mij den ouden Alexan- .
der Dumal recht leiendig wcucr voor den gwst
geroepen, en met hem die gehevle litterarache. .
wereld van het oude Parjjs, dat vrel nimmer we
der in zulk een glans zal op'redefc, als het ont
wikkelde, toen de KeizerlUko adelaar eijh vleugels
(.?vor de Ëuropcesrche hooldsteden uitstoe?.
By de zoo fraaie .schets, dio ik dan. onlang*
over de JaaUte woorden van Duuios la», ontwaakte
«o oude herlaneringeu machtig* iu n>ij, en ikkaa
my hut genot aiet ontzeggen u daarover te ba- ?
(lorhouden, te moer nog daar de groote
romanschryver iu die schets in het we£mo«diz avond
licht lijner wegzinkende ea btervende kracht
vertchijnt.
In de eerste ea volle kracht «ijner jen?d h«b
ik hem, wel ia waar, ook tiet meer uexVn, hy
had het toppatit van zijn loem reeds bereikt,
toen ik het geiuiejteu had. nadrr met bem in
aanraking to komen, en mQ op i(jn vriendschap'
Ie mogen beroemen. Alexander Dnmas hee.'tveel
litteraiische zonden begaan, dair kj, zoo te ieg- .
gen litterariseh fabrickawrrk h cft gelererd, «laar
Bij de afzonderlijke hoofdstakken vin een roman,
volgens een algemeen plan, door jong* nog
onbekeude sohrgTers, liet nit werken, en dun het.
geheele, door aulk verdeeld werk bijoengebraeht,
onder aUn naam, de wereld inzond. Dat veraa*
dert echter niet liet minst aaa de groot*
b«tpekcnit tn de booge waarde vau c|)n eigen
werken.
Alexandev Damas heeft den hiitorachea roman
m Frankrijk geschapen, ea nkmanJ heeft hem
op dit gebied overtroffen. Wanneor het, sooali
ik het «loof. het wezea en de taak van de*
historisobea roman ie, oa» de daarin optieiUinie
penonea even waar en geeculedkondiit ie doen.
?preken, gevoelen en handrlen ok vty irr den tQd
waarin htt werk speelt gevoeld, gebandvtd rn
gesproken aondeB hebben ? soo U Dames do
Hoeeter van het Spel ia proaa ? dit j«U, wat
de hiitorisoko romaa moot «tja.. Het u>
otwogegeliik den MJd va» den kaïdiaa»! Mnsarin «traa .,
e^u voorganger Biekefiea tot ia do Itjtitte
itoII;'