De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1883 18 maart pagina 3

18 maart 1883 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

?&?: i ..,. 'ml ?»?" i DE AMSTERDAMMBR» WEEKBLAD VOO» NEDEELAND. begeerte naar den echteden staat. Doedee geToelt mwendig zijn boezem weèV blaken", en het «nd* ?pelUt^rBegint van , voren af. Al ipoedig hiioren w\j nu van een klove" : «ant Jïnaar) geloof en (zjjn) geloof «on onverWndbaar;" en Doedee vindt die kloof zoo groot, dat zelfs de hefdo" haar niet nveiwinnen'rkan. .Een huwlUksband ion hun dan ook voorwaar men t*g»n brengen.1' Iiy doet cyó geliefde" daarom het voorstel, zich te verbinden" niet als .echtfffnooten", maar als vrinden", en wel meer bepaald met het doel om samen naar waarheid te zoeken." Een onbevooroordeeld lezer zou den ken, dat zU zich die moeite wel konden sparen, want dat v* el knappere mensohen dan do heer Doodes haar toch met hebbeu kunnen vinden, en het ook bij geloofszaken, in het algemeen, niet zoozeer op waarheid, als wel op gelooven aaitkomt. Doch dan kent de lezer den baor Doedes nog niet, die nooit «egt, wat hu op het oogenblik meent, maar steeds een by bedoeling acuter »yn woorden legt, of ten müu>te eeu slag om den arm houdt. Zoo ook hier. liet is onzen dichter niet om de waarheid, maar om de vrouw te doen, en het aapje komt op het einde uit de mouw, als hjj zegt: k, J»t óonnnal de «troont v«n nw leven Giosch mei deu mijae tcxtmtn nog vloeit. (,bl£. 50) Al dat zoeken'' is er das slechts op toegelegd, dat EÜn vriendin nog eens van 'de meerdere voortreffelykheid van vgn geloof overtuigd zal worden. Deze veiwachtin'g mocht echter niet worden vervuld: de juffrouw houdt trouw aan het geloof harer vaderen vast (of zy Roomsch was, dan wel Lnthersch, veniemen wy niet), en mijnheer «iet daarom van <le waarheid" at', en pioboert, haar Op een andero marierto vangen. Uu cnat op hanr gemoed werken, zooals men net noemt, maar de onhandige manier, waarop hu de zaak aanimkt, ia alleroiimerkelijkrt. HS belooft haar niet haar eeuwig trouw te blijveo, al zouden zij bok nooit verbonden1' worden, zooals iedor ander minnaar in zijn geval zou doen: neen; bij zegt slechts, dat h'|j zal trachten hsar trouw te WijTen" en vpogt er ter verontschuldiging van do gematigdheid dezer verzekering by: Ik ireer liet niet: ik weet t» Hoe kort ziüko otdcn doorga^nd9 duvfn, Zelf» ala men z'in ge moe de doet. (bladi. 91) Verstandiger en bezadigder kan het niet, on taae vriend schijnt er zoi'f iets vau te gevoelen, dat z\jn positie, aU hij zno voortgaat, oninogelyk moet worden. Onmiddellijk toch, als om een pleis ter op de wonde te leggen, vervult hy in tien gedoen, om zijn gevoel vnn eigenwaarde ten ro te redden, en h^ weet dua do ijdelheid nor liefste en die van zichzelf tevens te strcelen, óór te eindigen: Mijn tiffile :yt y!j <7»M,-7 uzari; \Vant lictrr, liever, tromver rosiske, Beataat er altlliy mot op aard. Niettemin, sjjn wei-overwogen vleierij mist hare uitwerking niet: twee bladzijden verder krijgt hij het ja-woord". Maar uu eer: t, o verrassing, schiet de waro Doedcs uit den houk: endezelfde man, die nog onlangs zoo opzag tegen dat gelodïsvcrschil, dat geen liefje verwinnen" kon, overvalt ons op eens met de liberale .uiting, dat: Innige echte liefde ga&t - ' " - 'l to boveal (blaas. 50) Bi zoo, mijnheer Doeden! en waarom hebt ge dat dan niet dadelijk gezegd? Alles gaat un van een leien dakje, voor den dichter, wel te weten: met den le^er is het eenigsxins anders gesteld. Want een oogwenk later waden wij de beide verloofden in een ernstig" gesprek laad eens wan rover! ik'geef bet n in drieën: niet over hun geluk en ook nietoverhun toekomstige huiselijke inrichting, zelfs niet over den bruiaskorf. dingen, waarover andere jonge pai-en een tgd lang het zoo druk plegen te heb eer van den Doedes moet ik erkennen, dat er niet de minste reden voor die vraag bestond, eu dat hu veil g nog eon jaar ermee had kunnen wachten, liet was maar om het geloof, weet u. Dat heet ik met overleg handelen. Kn de heer Doe des toon' al wedor, dat hij toch eigenlijk een verlicht man is, door zijn'aanstaande op de vol gende, wel o n ge hoor J-deftige, maar niettemin vrijKuiuigc, wijze toe te spreken: \v"»t mjj betreft, mot vertrouwen Bejjecf ik Uen ondi-r uw lund; " KVrcckt £' cdule rusunen en Trouwen, (bladz. 57) Zoo is dan alles eindelijk geschikt, eu de tijd ^an het huwelijk nadert, m«t echter voor dat elk van hen nog eens een reisje heeft gedaan, waurachvjnlyk om de toestemming hun u er reapeetie.i Oatters te gaan vragen. NVel mompelen de men' ?chen," oiu hen, nog altijd wat van dat goloufs verschil, maar nu hot eenmaal zóó ver is, staat Boedus op zyn stuk, en zeer cordaut zegt hy: JLaat de mciischen praten!" wat iuder, geloul qt, een besten raad zal vmden. Up het bruiloltsLed" volgt dan de trouwdag, dia ons echter beapaard worat, en das zeker in optima fotuia aljgeloopeii is, waarna wij een sprongetje- vau eenige ?baanden moeien maken, om de beide echtgunoo$en opuiuuw in een hoppvo^an toestand te oat' 'toeten. Telken avond, in de schemering, 2 ij n zy an bezig met hot niet van licillijkneid ontbloot» " aofeeren" 01 de te verwachten kleine nu heu3<.heljjk kind! een jongen dan wel een ije zal iju. Zy Deinzen eu jtsseii" maarzyu o*g om te bekennen, dat er ook kan» genoeg U oin te missen." On elukkig heeft de dichter du uïtfumeuten, die beide paityen voor Bnnue meerling konden aanvoeren, achterwege ten. Wellicht ware dan, met eenige gage t publiek nader by do waarheid gekomen dan echtelingeo Doedes: die weten toch na al hun cuisie* tot geen slotsom te gm aken, en maken aicu met een Jautje van Lwden at: 't Wordt gewis oen aardig ding! fbltdz. 78) Of evenwel de toekomstige wereldburger be ouden net daglicht heeft gezien, verut-uien wg' 'lua> weer niet, zooals reeds zoovele oudere diuan, «u liet eenige, wat ons tot troost m deze Icerhui'i gegeven wordt, is dat dit huwelijk, og na verluop |van een jaar, een gelukkig hu Dut uohten op »»rdo zotovolen: Och wu ik m»*r nimmer getrouwd t" Wy kuniion dleu klaagtoon niut doelen; ns.iiooft hot nóg 'tooit bcruuwd. (bladz. 71) Hier eindigt het leven des heeren N. D. Doedes (d. w. c. in zooverre het der wereld ter ooren is Bekomen). SEBA8TIAAN SENIOR. (Slot volgt.) STIJL EN TAAL VAN EEN NATUURKUNDIGE. Zelden wordt de inhoud van tijdschriften aan kritiek oude worpen, en in zooverre als de plaatsing van eon stuk het gevolg is van een gunstig oordeel der reductie, kan men hiermee Trede hebben, wanneer deze blijken geeft, voor hare taak berekend te cUn. Zoo afin in den regel de stukknn in Eigen Baard boeiend, onberispelijk van vorm, belangwekkend au degelijk van inbond. Juist daarom wordt men onaangenaam getroffen bQ het lezen van: De «toomtwtrMf en chemische wusGher$ van ebr. Pulthe te Almelo," door Dr. E. van der Ven, ten dtr redacteuren, tn ffo. C van a<m loopexden jaaroatiff. Dat stuk schijnt meer geschikt om voor kakographie te dienon, dan om den lezers genotvolle eu leerrijke uren te verschaffen. Doch 't is want, 't is niet voor de leien boitetnd, voor hen zou Dr. van der Ven misschien wat beter» geleverd hebben. HU zegt uitdrukkelijk (bl. 70, lo kolom) dat by zich uitsluitend tot de Interessen wendt, waaronder natuurlijk begrepen zy'n de dames medewerksters Bosboom -Touasaint, Cornolie Huygens, M. van \Valcheven, M. W. Madame Pont, Geertruida Carelsen, JosepUine Oiese enz. Maar Dr. van der Ven, hoe stolt ge n toch de lezeressen voor van bet tijd»3}"»' waarvan gi) de eer hebt mede-redacteur zynV Hot begin viia nw stuk is in loopmeisjes- of bakerstljl. Dacht ge misschien dat alleen looprneisjoa, werkvronwen kenkenmwden en bakers uw stuk onder de oocen zouden krijgen? Wees toch zoo nederig niet! Of is uw stuk wellicht een proeve, om zeker deel van don volksloou weer te geven? Maar neen, dat is uiet mogeujk, want m dat geval deugen do volgende zinnen weer niet. Ge ziet, Zeer Geleerde Heer, uw artikel brengt me in verlegenheid; ik kiiu er manr niet achter komen, welk doel go met hot schrijven er van gehad hebt. En zonder doel schrijft een verstan dig mensch toch niet. Een oogcublik dacht ik. dftt de onaangename indruk, dien uw stuk op m\j «pakte, eeu guvol({ was van munt* oubevattelgkhoiil; dnnrom ocgou ik het met de grootste oplettendheid te herlezen, eu zie, reeds de eerste zin hielp mij uit mijne dwaling. Uit dion zin toch blijkt duiddyk, dat gij zelf niet weet. wat ge zegt. Er staat: rEr is zek.T geen tak van mcusoliolijke ngverheid ter wereld en als crmccrdcre ^zijn, dnn behoort ook deze ertoe in zoo hooge mate als Ue bovengenoemde gewaardeerd door r;illen die, hetzy uit lU-fliebliei-y, hotzy door deu nood-gedrongen, elk dubbeltje^ omkeeren eer het rwordt uitgegeven; icttarwce il; meen (tfie<iil te hebben 1), dat er iu alle lugon onzer hedeudaigscbe maatschappij talloozen zyn, die zich verplicht gevoelen ai»n dezen tak van nijverheid, omdat hij liuu op een viitgestrokt gobiad der dagolük.-iche nbuhoclten krachtig bijshuu in den rustoloo/.en ^strijd tegen plke vcrafetigiug vnn kai>it.ial." Oef! welk een zin, welk eena puucttutiie! Ik «isc» 1) ge/.c^d te hebben!' Ala i -i gc'uryver en een Zeer Geleerde nog Wi-1, niet \vi<etwitt hy egr, hoc zal dan do lezer, neen, de lezeve», weten, wat zij er uit op motten maken? Do tuscheuziii op den twocden regel uinakt eeu dwms liguur; eerst w^rdt er gezegd: Er is zeker geen tuk van mensekelyhe nyvcrheid ter woreld iii zoo hooge mate'nis d'.i bovcngenoenulu gewaardeerd", enz.; do tusschenzin zept: ,.en nis l) er moerde:e (rneei') zijn, dan behoort ook deze er toe." Kan lint wel oubejmuldcr 'i Vorder bemerkte- ik (onderaan op pap. (!!». 2c kol.), dat -ieti no>; rfJkOiHCH -düns! o" 1) k;ui ;:iju j,voor het doel, waartoe het is aangesrhafi" eu toch niet langer d-iartoe knn dienen". liet st-'at er, i)i om ds beschuldiging of de vei'dvuking te vcoikouicn, dat 'k de z»kvii uit haar vcrtiaud ruk, zal ik den r.in ol'st'hrijvi-n. Nadat do sulirijyer gezegd heeft,, dat het >uiets anders dnn kij.itnalvei'nk-tiainf; is, wanneer hut in twee kleuren gaat schitteren, ola een ouhitndigo bediende een kop koflie ui<stort over de lichte japon van mevi'uuw, of eigen ouvoorzichii^ueid op dergelijke wijzo n elders toet'ikeltj 1) schrijft hy: iSc/wjyn voor het doel, waartoe fy etjii a n gextfiuft, nog volkomen dienstig, kunnen ei in 'dim tos^nnd u daartoe niet la»ger dienen." 1) Daarna wui'dt er gezegd: de onhandigheid vau mot uw avm tegen een paa geverfde dturiiost te loapen,.» l) eeu niet minder groote verkwièting", enü. Doch de volgende zin zegt ons: -Ten minste dit alles sou too eijn 1), muien niet'' enz. Onhand gbeid, die verkwisting is of sou z'yn, komt mij ui heel vreemd voor. ' Eeuige regels verder beweert de schrijver, dat er verband bestaat tus^chcn ndmininigtratiet talent en ecno japon en dat hij, die dit duidelijk wil maken, meer bekendheid niet het meei'j,'ei;oea](l kloedingdtuk moet 'verraden 1), dan bij de heereu oirliaar woidt geacht." Dat iemand, diu iets verklaren wil, er in allen deela moe bekend iiioct ^iju, viinlr ik voliti-ukt niet jammer, zouals de tchrijver, docli niet meer dan natuurlijk, zelis al is dut iets dan m;uir eeu ja]ion. Wat zou do scliriiver er van zoggen, wanneer ik mot mijne oppervhikki^o kennis vandcsterrvu oen werk schreef over hei zonnestelsel eu de vast.e sterren, en mij dn.ir hij uitihiiteul wendde tot /iterrekundigeuy En dan te nuehcn, myn baan L>ühen zoo goed m'^tlijk schoon geveegd tu nebben door de plechtige verklaring, dut wat ik er van wout, ik om de f lezers wille heb goIcerd; dat verder mijne kennis van do sterren en van hut zouue-teltul waar oppei-vlakkig is en er dus allo Icuns bestaat, dat ik er binueukurt niets moer van na! wt-icu." Hoe in 't iiio^eiykzoo iets te meenen,niet waarV Dr. Van der Ven cciitor, arl't het o vorige wel ann uwe toegevendheid toevertrouwen, waa dolezura, <ils lijf onderstellen gaat, dut 'jij ven japon betit, die ag, om welke rttkn dan ook wilt laten ver ve». 1) (la wn fichun mo voldoende? cn eindo het -,"<?«* de hatul loopcn" 1) van het werk to voorkomen, Zullen zo gowis den goeden raad vau den Bcln ijver niet iu d< u wiiid s'Kiau (zie blz. 72) zelfs al zijn ze niet inoot bezig" 1) geweest, zich to laten meesleuren door het aantrekkelijke, dat er in gelegen m:hijnt 1) wijze leasen nit te denlcn. Op bladz. 71, eerste kolom, hubbeu we een nog steeds onleicucn verband," frwijl '?dal beit-ijn revtt» geleverd <s," en do conclus.o nog mamontbreekt. En deze hobt gij (lezeressen) voor mögemaakt." (Hoe Hof, vau do lezeiwen!) Dan ook meent 1) do schrijver nog iets opge merkt te hebben," en CÜK nu nog veel kunnen vertellen van zuodanigo gediiantevcrwisselingen," waagt hij zich aan do nomauclatuur der uiudeklfcureu," hoewel "die hem te machtig is," puloot ' hoeft gehad." Is bet hier weer de nederigheid. dn den achrUver parten speelt, en ion .mevrouw hem bedankt hebben voor het voordeel, dat zQ heeft getrokken uit des doctors gezolsebap? Och, dat raadseltje is niet de moeite w»ard,ott op te loraen. De doctor wilde zeker door een voorbeeld duidelijk maken, hoe men niet moet schijven. In dat geval heeft Dr. E. van der Ven aioh uitmuntend van zijn taak gekweten on ver dient hu vooral bewondering voor de consequentie, waarmee hy zyn plan heeft uitgevoerd. Groningen, l Maart '83. Titia van der Tuut Hier >t»»t kot btintn voor de mestte ll'urtit (1)" tegenover hot twirfii van «rol on halftrol (1). (1) Ik cursiveer DE JONGSTE POËZIE IX FRANKRIJK. Les Néfroses, dooi- Maurice Rolliuit. ijs, Charpeuticr, De aan het bock Uwb ontleondo spreuk, waar mede de dichtbundel van Maurice Kolliuat, op eerste bladzydo, ]>rü'kt, moet by den lezer ut dnilelyk do ReiluchU- doen oprijsou, dat hu hier zal te doen hebben mot een wü^eerig boek, met do ontboezemingen van oenen vol^eüiig van Schopenhuuer of llartina:u>. meteeneudiclitcr van het somber denkend geslacht, waaruit Lcopardi's, Schelley's, cu de Shusefs gebovou werden; met eeii gomoed is ecu \vJord, dat van alles outen thans nau alle voi trouwen iu het aardache ijdel, de onvoldaanheid z\jns hnrten uit stort in htu-t verscheuren i io kivtfii, eu in ver zuchtingen naar het immer onbeztitcne beil. itiv.: Valjr men* c«; IÜCA ui »mw Wc», vi-riuibu».'1 Sommigen hebben d;m ook het boek van Maurieti Rullinut, waarover, xeli's ivcds vóór de verschijning vau hetxel.e, sommige dagbladen vrij veel rumoer hitddcn goimia'xt, van het staudpiuit der payuholugie bcüciiouwd, eu iu voiion ernst ge-. zocht, 'i.'nar eene fcrtmuil, die do wereidbiischunvmiK, het pes->imi^inu vu.i don jongen dichter zou duidelijk maken. Zoo la/eu wij in een dor laatste nummers vau la r ie nwi'crnv" eon jiaar koloinmeu, opgeluisterd, met eene plant, luillinat zijn klavier l>>!>pelen:l, voorstellende, eu wniu'iu uien veel weer den (leuker, du u ilcn (lichter eu den kunstenaar op het oog houat. >Vij Kouden hef, er voor, cndiuiks al wat Wulff, die z'ch, op aandrang vau Sarah lioiuhardt, aU besü!.enntr van llolünat iu f en der groote l*ai' zerkranten aanstelde, bevoeren mii;.', wij honden het er voor, dnt la iiitviw-'.'s, ilimii» daargelaten hun kuuslKih.tlto veel me ?r vnn l» t standpunt, dor p.itluil'jyie, dnu der ivij.<b»gocrte moeten Leschouwd worden. n twee bcv.'e??gcedeiiuii Zftt'jn uus tut deze- boweoring aan: du (er-u<, dat de gelitfele jtliilosuHhiL' van hek, buelc i,ieli laat samenvatten iu een uweupeu met UovSden van dood & verrotting, zoi'dci' ooii tor o; u th.'iiric, tut «ene stellige over tuiging te kuineii, j:i, onder zelfs in do verste verte aan de (l:(>jite, Uv. a.in eesien Suily Pruilhommc «n t'«nen swinburne figen, te doen'denken'; de tweede, dat wij vrüu'itcloos li-bben toegeluistrivi, om liii-r tv'iióa ruiihtuu touu, dio uit het hart tut het hart su-eekt, töiiu.g<*n vc'i-iieinou, «n wais van alle (l-'clanutie en gi'Zoditln.'id, da wcrkuii dnr pesiimisien vau het rcchto boddc, in zoo huugu matu iMumc'.'kt. Evenmin ah zg ge'?«''' hebben, die zich den eigeii.uirdigen dichtei \Milu Clmnson des GiiCux als ecu soort van oliènvt of nog erger, voor stellen, daar de uormaliëu, Joan Richepin, integen deel een zeer bezadigd, on buminuenswaardig meusch is, zoo deftig burgeriylc alj een deftig burger zijn kan, evenmin kau men den nagui op don kop treffen, als men in Uujliiiat nog iets ouders wil ontmoeten, dan eeueu dillitant, dan eenen dichter, dia, overtuigd van deze (jrpoto waar heid, dat de gruote kunstgroep, urn zijn baamje to uia.keu, bestaat in eene eigen i-cine tu ontgin nen, in eene mindere of meerdere eigenaardigheid, er zich heeft op toegelegd zich umler* voor te doen dan Jan «n KJlcman, zcit's, al moest hij daai toe een paiir pistoolschoten doen knillvii, of zich voor ai to veel buiten spoov-loopcry, doen u|> Ac kueukeU kloppen. Voor een vurig bewonderaar vau Poe en Uaude.laire. cu zulk een is stellig Uollinat, zooals menig piiyina uit zijnen bundel mag bewijzen, behoorde zaïks niet.tot het onrr.ogoh.ke. Zo;j \vijliemc-ene l ite i arische verwantsuhap KOI k en moesten, dun zouden wy hem tot het geslacht der tvveo voornoemden turiig br'eugeii. Met den gce?t van dett fantast, dio the Havo dichtte, heelt do Parij/.er n'fi'riijtatlie, zuoals men hem heet., wel meest golijktfiiis. Ue spmbero beelden,^ in het schetsen w.iarvnn hy ziofi verlustigt, r.ijn gcene stoffeli liei'sch'"'i)pii.gf.'n( objcciieve voorstellingen, van i.. iju ei^eii itetlect ontstane ideeën; niet uit do rede,uit ilen denkenden geest 'uaaruitdeverbeeldinf;, iüdtv.ftu arbeid wellicht, ja! geholpen door l!hysi"lotfitehi; vut baarbeden en gewoonten zyna !:ar.iliters, uiaar toch altijd uil. do verbeelding, Kc-iijncn tiiij siijue meeste, zoo niet alle gedachten te ^ijn ontstaan. E(.no dergelijke far.Uzio behoort dan ook tot de i>ri:i,erkóii5\v:mrdiga verachijnsolen, al is het nog tent- andere vraag, of eene dergelijke kunst veel van do toekomst tp verwachten heeft. Verb old u, ie/.er, oen ka!cido«coop, waarin R\j beurtelingd al de horrors, waaraan de boroemde Tussaud huren naam hechtte, zoudet v:ien voi schijnen; verbuuld u de droomgezichten, aan sommige kooi-t*iydc-r« bekend, een reeks snookgeslalten als de lickoring van Antonius" plegen te vergezi;ll«n, en ^ij zult u ecu nitit oagetrouw gouaclit hebben gevormd vau do zonderlinge per sonaliteit van djüfln dichter. Of beter nog, Rülliiiat zelf leverde ons hot duidelijke beeld van den in item levenden dichter, naar hy liet volgende sonnet schreef: Jo ri;'a na pay» rouge et mant In caroage, Iló:ibau d'arbrca verte on fortüo d'utclgnoir, DL» onlvnirea aatonr, «t dana lo voifcimigo Un L-tunjj uu iiivotc un Uarrlblv cntbnnoir. F.ironcho et raffolnnt de» donjons mijTpn-ÓRc, J'lriiU tn'ensevelir nn iond d'ttn vloux man»ir: C'nmnin je hnmcrni» lo my^tèro (jni naga Entro du raste» raura ti-nJua do volourn nuir! Ponr JarJlus, Ja vnadraU deux on trotüclmctiur«», Ou jo tiourraln tont scul roder dal naltu cntièroj; Ja ui'}' proménorxli layubro ut triompliant, 'déverschillende deelen der japon hunne reia door de falirirk doen, waarbij aan het meest kapitale een gé'eidebriefje wordt meegegeven enz. Op blad J. 72 eindigt do curste kolom met dezen zin: En bij de hoogo prijzen van de thans eoitsttf in zwang soogenuamdc kooltcerklcureii kan het resultaat vaii zoodanige spaarzaamheid uiet onbelangrijk zijn." Op bla.lz. 73 wordt ons verteld, dat de stoffen eene bewerking moeten oudorgaan, beitsen" ge noemd, dia haar vatbaar maakt om do verlangde kleur aan te nemen." Maar wat beitsen" is. vernemen we niet; wél, dat elke kleur haar eigen Iwi'a heeft" en dat van deze voorbewcrking, die bijna nog belangrijker is dau het verwen zelf, alles afhangt mot betrekking tot de echtheid' en de gelijkheid der kleur; dat dit beitsen(\)vnot do moeste kleuren in kond, het vertcen (I) van wol en halfwol daarentegen (1) steeds in zeer heet wa<er geschiedt." 't Iu meer dan vreemd, dat .het beitzon, .de voorbewerking, die byna nog belangrijker is aan bet verven zelf", niet verklaard wordt. AU er sprake is -?vnn het opgeven van soms vermakelijke raadseltjes" (de pag. 72) dan dnnkt mi}, dat, Dr. vau der Ten het vau «de dames" wint. Hu geeft raadseltjes op in stijl, ia pnnot- , , ,-.., =-- . -.--? uatie, In verklaring», kortom, >üno eauserie is stokken die op maWudec volgen, van bL raadMlKhto^M'tbegtototibstsïide.wasa'hö^ tot 883? " ? i dra dank a/wtjst, voor het voontoel* «lat UèmÜ\ Ziehier, tenande*s, Utaienwbewjjs, hetatokje, tüilo U;z.irda gros comme coiix dn Tlgro. Oh! fumcr rupiam dan» un crSnu d'enfant, Lóu iiicda noacbütammant appnyós «ar un tlgro. Op welke bladzijden wij dan ook het 400 pagina's dikke boelc opslaan, overal vinden wij even ver gezochte onderwerpen, even zonderlinge, met de onloochenbare zucnt om zonderling to zijn ge kozene, fantasie». Op blz. 255 keert het doode lief, te middernacht;, wodcr en bespeelt, moedernaakt, hot klavier; bla, 262 laat hij de beminde balsemen; blz. 265 beschrijft hij eeue bibliotheek zaal, met 13 lampen, 13-zetels, 13 portretten en eon uurwerk dut.... 13 uren «laat; hls. 96?» eenen slaapwandelaar, op het hoogste van het dak, ^chupcaw sar. la tête et la oanne a la Moin....; blu. '278 cenen levend begraveue; blz. 284 laat hij Troppmann de geschiedenis van zijnen aehtvoudigen moord verhalen; bl. 293, klaagt de beul over de afschatüng der doodstraf; enz... enz. Ia het niet voldoende eenige titels af to schrijven: I' enr teoeliisement, ia bëre (doodkist), te margue, ks glas, ballade du cadavrt, Ie sMw eet-mort», la putréfacHon, l'enfer, rondom dtr pag, 296, Ie monrtre: Eu f»o« d'nn mlrolr «it TUM f«mm« «buig» Qul Ure UB* p»rniqu« on l or Krule a loisoD, Et «on orine tpp*r»it jinne oomma nne oraa Et tout gr« dra puram* de M <knss« tolsoa, 8uns de» Umpea jeUut une elarti EUe «ort da st bouoho un r&tolier djio»! Et de l'orbHo gkuelie »rr»cli« nn ooll da v«rr*i Qu'eUe m«t sreo soin dans on psut ItocaL EUe ut* nn nes de clr« et deos gros lelnV d'ooaU, Qu'elle jotte en grincant dtns une rlohe bolt*, Et murmiue: ,Co iolr, Je l'tppolais mon cbon; n me tronvalt chnnutnte i traven ma vollttiet Et nsalntcnant cetto Er«, «pre et vlvtnt tquellett*, Va déskrlictüet s* jamb« en caoutcbouz," liet gedeelte dat on« meest beviel, want het boek is iu vijf rubrieken verdeeld, is les rcfuges, eene lange reeks van der natuur outleendo beschry vingen en tooneelen, waarvan mor gen on avond, zon en maan, haas en nachtegaal, sprinkhaan cu mier, rozen en mos, de stol uit maken. Vele dezer stukjes doen zich opmerken, óf door verzorgden vorm, óf door nieuwheid vau opvatting, óf door fijnheid van teekening. £eu groot plastisch talent is hier vaak niet te imskennen: sedert lang lazen wij niets krachtiger voorgesteld ia de Franscbo taal, dan het gedicht, bl. 170, la vache au taureau, dat tovoiis UIIJ-Pmeen stout van denkbeelden is. 1^3 p'ii(i<:l<<:?, bl. 1GC, les atrpcnts, bl. 194, fes lémrJ.* c *. hl. 193, les pctits fauteuils, en lebaby\ op h Vs-r daiul betrapt hu hst leren in alle deze ummMri-.. Kchte prullen zijn en dit zcggan wu vt'<;;-« met het oog op den vorm zijne trioletten ?': ( ' santcrcltc, do ilauwiteit la petite rose et Ie jtelit blucl, en hit belach -lijko (a MortjueT' en nog meer andere. De, vorm waarin Rollinat mot voorliefde ^ijno verzen giet, zijn do iu de lautsto vüftien of twintig jaren wcdor in ocre pobrachte ballade en het n>n<hl, benevens hot sonnet en enkelo tillanclles- Met veel vaardigheid bewerkt hij deze verschillige foorton, al moet het ons vau het hart, dat de eerste- rubriek, les Ames, wat vorm be treft, aanleiding geeft tot zeer ernstige critiok. Men herinnert, zich do gebreken, waaraan, ten t'iidütoen liet zoogezegdo farnasie nog in vollou bloei WAS, de jongere Fnwsche poëzie mank ging. Wij willen enkel aan een paar herinneren: gneigen gebruikt epitheta; zeldzame, gezochte, onfransclio ineervuudsvoraien, als tfa bonheurs, les tórpcitrs; onvorstaajibaw eii met het haar-ge trokken uietonymiën; gebruik van het abstracto woord voor liet concrete: b. v. ««c blanchcur de ciel voor del blain'hitnant, enz. Dij Uolliuat trefian >v\i, vooral in de eerste ruItri.'k', voorbeeldLii bij da vleet van dcrgolijke misbruiken. Men spreekt duar van een problèiao insoluble et /o»" van la peur qui est Ie frisson ttüir dl lit i>eiisi'e, aveu* ratdus plus trcmMéii, liciirc <ló<:o'u>'c{', mon funèbro cocur oüse sontinstullés lts liiboitx des Hélds, un anye de c'iforfiitc, voiv de 8«rnaiurelh amante ventrilotiut, «» wrajthüta QUI serait physinue, dcitx >/cux wc'iküzyn anioureux lixir de la flamme et de Vüadc, rct/ards baisers bh'US, onz. Mon hoort danr zeggen vüschoenen, dat hun vptivenir bn<de sur mon cocur Imr silhonelte exquise" watvalxch ia in den hoogstcn graad, en van den nacht, dat zij commaiicncc a faire son trient. Voorts: Les aquilons raqeurs so»t d'invisibk* fous, qai /oiicttent sans lanière et qui liurlent sans bouclwrs. , Bl. 14 hebben wö«t» parfum qui cnante! Noi? iets dat wij Uollinat verwijton ia, dat hij wel eens den passenden toon kwijt, geraakt, eu ??hèin blijft het echter volle ernst caiicaturen levert in plaats van getroffen beelden. Zoo schijnt het ons het geval, waarbij zekere stem (la V'ix), hij soms vernoemt, en welke hem als die eens engels klinkt, verklaart, dat zy is: Tres basso pa^ instants, mais jamais ent-outt. of ook, waar hu ineeue hartstocuteLykeontbottzemening uitroept; Oh! COMIU» nonH nlons ce» mïi.'rfques Byltal)o». Dana U cliure socondo ou, pour mioux s'eulacor, Xoi janilct ft 'Mi traa soul des ? p!i,ef» <te cratiti. 'dn is toepasselijk op do acht of tien tants'o verzen van het stuk la nuit da Jfoeembre, dio niet enkel een gedacht in zioh besluiten dat er van verre wordt Ijy'sro^ourd, en niet uit het e'neel gi'nnit, maar ons ala eeue volalagen parodie in 'fc oor klinken. Ken gcv.tar voor zuüte... zwnrtzienerspoëzie is clun oo!c iicf, liclacholijkéof het plomp-prozaïscbe. Dat Uollinat ei' ni«t a'-.m ontsnapt, bou-y^cn meer dan cono Rtrojilm, o. u. uit In sotiloyitc de Troninann waar \vij onder meer hot volgende treffen: Je fus lol ntltinil? \n «are, ' lt;m* 11 unit {ruide, Ban» uiantsan, J'nvnij u In biui'lio 11:1 e!i,-ari', 13t ilunb i.in i'Oflio un lonj cuuteaa,... Li' trüin d» Soi'il mo les apporte, Kt umi, riuiiuiuo anx projnU hidcnx,. MystóriéiDi tv.mnip nn clojiorto, Je no .cltaru uu ilcvftut U'eux. Wie andere bewijzen van onbeduidcnhcden hebben wil, lezo b. v. Ie chant du cogt bl. 203, notre dame la 'mort, bl. 38-1, Vêpitaphe. bl. 337, ^n Lu p&ir, voor ac-n ruim dc-el eene aaneenschakeling van ongerijindluiden, bl. 244). ' Vatten wij uu onze versehillige indrukken samen. dan kamen wij tot de slotsom, dat wij hier te doen htjbbun mot een dio les rtfuges en andure stukken meer getuigen xulks zyne- taal enkel dient te ontdoen vau biziirrcrks wolke wy hoo jer besfiraken, en zijno ingevingen meer in den kring van 't ware en meti<tchelijke te putten, om met do vaardigheid, waarmede hij nu reeds zijne ver zon bouwr., eerstdaags voort te brengen wat mon hi zijn vnderlund iieet: une page durable. Moest hij uclitci- voortgaan op deu thans ingeslagen w«g, dun zonden \vy met recht vrrezen, dat liij us natuur voor oliën, waarlijk-poüti»chen indruk zou onvatbaar maken, en schipbreuk lijden tegen deze vcrnnjtlelijke klip: onverscuilligheid, misschien spot. Antwerpen. P. d. M. BERICHTEN EN MEDEDEÉLINGEN. Dezer dagen stond ineen veel gelezene courant: In Zwitserland komt leven en beweging op viscligebied." Wat is: dit? Niet op het gebied-der vissclicn d.i. minder verheven: in het water, blQk<ms de volgende woorden: De bondsraad mank! goede wetten ten opzichte van at vMcncry, d. i Voor of over. Waartoe dis omhaal? In Zwit serland ontwaakt weder belangstelling in de vissolierij," zoude oen eenvoudig HoHander zeggen. Doch hut misbruik van aetoitf is epidemisch. De heer fiovgeaittt heeft böPion (Parijs) uit gegeven eeu Etutle sur Vaat mental de J..J lt</u*aeau, waarin hu tot de slotsom komt, dal Rouescau krankzinnig was of ten minste aan monoraanift leed. Ce tfest pas jnrcr gros. Wie wil kau hetzelfdo van nagenoeg alle kunstenaar* eu poëten bewijzen, in zooverre nl. de toestand van hun geest afwijkt van de normale1' zielsgesteldheid van allen, die geen poëten en kunste naars zyn. Robert Broicnings nieuwe dichtbundel focoseria," wat men ten onzent, ee.n kwart eeuw ge leden zou vertaald hebben, door Ernst en Luim is thans verschenen. Aurora Ltlgh, ter perse. t* Haarlem, hy Tjeenk Willink, De brieven van Oarlylt's Trouw tallen, voorii«i vaa aanteekeningen door haar man en véftamej|l door Frou.de. Carlvle's vriend «n biograaf, g» Pasohen het licht uen. Den len Maart-1.1. was de dag, wauroj voor honderd laren RosêeUPt v«|er, de Italiaanscbi republikein en dichter, Qabriel Rossetti, geboren werd. De inwoners zijner geboorteplaats Vaste, iu de Abruizen, hebben daartm verleden Dinsdag op den verjaardag des Konings, zijn nagedachte nis gevierd door muziek, illuminatie en een tooueelvoorstelling in het Rosietti-theater; ook werd er ter eere van dien grondlegger der Italiaausohe eenheid, een marnieren plaat ingewUd, die later op het in bewerking zy'nae monument zal worden bevestigd. Aan de familie Rossetti in Engeland werd eeu adres vau deelneming gezonden. Spoedig zullen de eerste twee deelen het licht zien van «rn uitgebreid werk over de evolutie van het uodHdienstitje leven, van den beginne af tot de laatste ontwikkeling toe. De schrijver Forlong heeft er zeveu jaar ovor gewerkt Het laat-te deel (XVI), der Russische vertaling van Hmnes compleete werkett zag het licht. Reeds iu 18UU is het eerste deel verschenen. Oe hoer Fhuupnt, die reeds in de Dietsclie Wtf i-i?'?><? een vertaling vau Sophoklos' drama PAt' ' ?'< t*n" <;af,lK'i*ft nn bij de liruia Petit en Sikken, te isi.'n!,nn, een*- overzetting van Eunpides'Mcdea ?r ^ci'se, waarin zoo gftruuw mogelijk de vorsu.ï:t mn het Oiirspronkelyke is behouden. De s i''de -'er nitirave wordt vurhoogd door do inle rnii '/u de a'i r:t<.:fkettingen, die de schrijver er aan oev'^xt, uu t ovens door een voorbericM van lo ha'id des hooien Mr. C. Yosmaer. Sinds eenige \wken bfhfti.delt de heer Bn«k«l Tuet, de Rt-Ji" htcn van Vi'rgilius in het Dag* \lifl vin N.-fndiS. l*it stuk zal, naar wjj hopetL weid'a ouk iu oen ouzer Hollandichetydschnftea ertichijiieu. Naar nieu t l'r !>? r.»l,>;)j-- in Engeland eeu belangrijke iittT.rn! onfiii k!;ing irolaan, zooals er eene iA r <_re clredr. De heer A. II. Bullen, t;, .v.i't u bet luudschrift van een tet \\\ V-vn geacht treurspel, getiteld Sff '/' 'eu'-irncveU. Uit officieele besohw ! h.'t, lit het rendn voor 1622 bestond, t M! «lor vervaardiging binnen dejv-en ^ vilt. Do onMokker is van ' " No. 389 AM8T1ED AH H BE, W K E K B H A D NEDERLAND, Yan ttejoff. ,e die in de artikel over rtai' i:ion verneemt heeit men uitzicht op een >\i it i'iu.un v;m A. S. C. Wallis(Mej. Opzo m«) ?j iioiiii'ir ??fit i:t. } i i/..*; 'i>; 1-;: l:'i!ls! ,001 ;i 'i'.' 11.!- - l Ut .Ir Ie ;ii'*i . ,'?;. i,de (Irnniatioi ('letcher en Int di r er vau ztyii, hatgc^n door anderen !t ontkend, lloe dit zij, zeker is het, <,'.>lsi'l>a litteratuur, met deze vondst, in Veit l rtentir opzicht, een belangrijke aan .1 -tiglT l'ovendien de dichter Swinbnrne, in voritf ? nummer van het Alhetiaeum, de aani; op ;en regel in het stuk: Desire of Glory, That liiat infirmity of noble minds, dio ook in Lur.idas (1G37) voorkomt en die^m ds 1( -/.'-r \ :.n ,\1 ii'ton zich nullen Herinneren. Swinbui-i^ 'bii'.uit at, niet dat die regel door Mtltou ?n is daar bet rtuk niet gsdrnkt wasj i» ei;, vi-y onwaarschijnlijk maar dat besdb n nit. hut Itajiaansch hebbeu vertaaldk «ver ilit oii'lrrweip en tevens over deu vermoode'ijken ,itit.>!iir vun -Tolian van Oldenbarnwelf belooft Swinlmnie later uitvoeriger te zullbn INHOUD VANTDSOHRIPTEN. }?,?/! 't ltiit(l;t;}ir, Spectator. Inhoud van het minipv tlf7.fr weck: Noor f"i)- het llaa^ache bosch, door Arnold ini;; Uu ken H net als geschiedschrijver, IV, (slot), door Dr. W, Doorenbos; De ,couspraken" v m de !(iinin!?in der nardo op de Koloniale Tentoon-itel:irig, dw<»r S. B. W. Roorda vanEysinga; Pluknel; Ifi-iefwisseling. liet xevnntiende deel vanRuskenHuets?Fanta sie i in Kritieken," uitgekomen bijden hoer H. D. Tj. ctick Willink, behandelt Chénier, Napoléon, lïyron. In de !:ia*ste aflevering van de Aarde en Ita,r6 7ol!-'i , !<.onwn vour con beschrijving van Weeneu en v.n !'"ri«sland met tal van illu^traticu. NIEUWE~ÜTGAVE;N. FU1KPHICH VON HELLWALD'S natnur!.!."? u'eschiedeni» van den mensch . . . 0.25 A. . KIUIJENHOFF VAM DE L^UR. Kou schema van de landsverdediging. . 1. SCHAAKSPEL No, 10. Van W. d. V. to Amsterdam. ZWABT. a b o d o f 6 u WET. tflt apeolt voor on gcoft ia 3 zetten mat (WU 7, Zwart G etutoon met K K 7.) Oplossing van Schaakproblaem Ho. 8, ' A " l B 2 B 4 ?(? O i D 3. 3 P 8 D l mat. D l D 7 -? F 5 + E 5 DO. 3 l' B E O mat, O l O l A 3 f K n f! of C 5 3 B 3 D i + D7ntD*mab D l D 7 P & ?*? E 5 DO 3 F 5 D S -i- F3ntD5 raat, INOEBOSDEN OPLOB8INOEN. Jnlst wnrcn da oplnonin&cn van Ernnt no. 8 en J, '. B. H,, 7 ou 8 beidon te AmstenUm. No, 9 door W. T. a t« Dolft on Honrl to Amutordam. Do o?«rii;nn novoffoplonlngeu van \V. d. V.: M"t z'n vioren on da dr» en da Juffrouw te Amsterdura. NAGEKOMEN OPBOS8IVOBN. Kog ontvingen Jnlste opiMsin^sn v»n No. R vin vJrt op Tszel; ». te Heldor; (t) *'*. 7 v»n Joetoy t« A\astardum. . -i (t) In No. O mo«top2!8DOK'Aetk'wlttonptoo(:evoogd;\ daaraoUMii ha» p»»rt O «-Verrtllan, om n«venoptoS"j stesjwT* vertiindvna. tra «sktwl tam. KAAk TITTOftlO BKBSB2IO. xxa. De nicht was verrukkeiyk schoon, 3e mwm echwn zoo helder ala ooit. Ik besteeg haa*ig dea berg. De natuur was vol van ffehetmzionige zuchten; duiiend insekten deden bun onbcschryfel^kQ geluiden hooren; de bladeren hiischten ia den nachtelijken wind; de vogels lispelden vrieDdetyk door de takken, de nach tegaal zong haar zwaarmoedig lied, en over dit «lies heerschte een kalmte, een vrede die men rust kan noemen. De vrede der buiten* wereld bracht mtyn ziel lot kalmte. Uet ver langen naar volslugen rust werd weer levendig door de aanraking met den vrede der natuur. Ka verscheiden uren gaans was ik op een lioogen bergtop gekomen, {k ging daar zitten «n sloeg den blik op alles om mij heen. Baar in het dal lag de stad, prachtig verlicht door ztya duizend lantarens, als een lichtpunt (u de doodsche velden die slechts door de nia»n onzeker beschenen werden. Daar heerschten de kwelUngen en bezwaren der raenschheid, in de groote eenzaamheid waar ik mty bevond, ondervond men de plech tigheid van het oneindigen, de verhevenheid der natuur; men was er Gode nader en daardoor vond ik er vergetelheid en vrede. ft vleide mg aan den boezem der scheppende jnmoeder der natuur en vond bij haar sterkte 6n troost. Wanneer ik u alle gedachten wilde beschryven die toen mijn ziet bestormden, zou gt te zeer moeten uitwyden; ik zou het ook wel kunnen, zoo veelzijdig waren zij, want P omvatten mijn toekomst en mijn verleden, en de diepste geheimen van het menschelljk leven, het lot van den mensch en der schepping. Ik was doodeftjk afgemat, zwak en ver moeid. De zoele nacht noodigdc mij tot rust. Ik vleide my aan de voet van een boom, met het gelaat naar de schkierende sterren gekeerd, die mij met zalige kalmte vervulden, <fn een gevoel van ongedoopte zaligheid liep mij door de leden. Yan gedachte op gedachte overgaande, vatte ik eindelijk den slaap. De eerste straal der zon, die aan den horizon verscheen, deed mij ontwaken. Het ^chouwspel van den dageraad scheen mij scbooner dan ooit. Ik begon mij dan ook een ander measch te gevoelen. Ik viel op de knieën en aanbad den schepper. T- »Mijn God I?smeekte ikuit het diepst mijner ziel. Geef dat ik een vergeten onbe kend teven feides maar laat het goed en deuftdzeam zijn, en afkeerig van het kwade! Ik vraagde niet meer om den dood, ik wilde leven en zooveel mogeujk vrede hebben. He was genezen. Ik stond op met een vast besluit, met nieuwen moed bezield; vervuld Van hoop, en hervatte mijn weg. Ik was be sloten mijn naam af te leggen, mijn eerzuchtige droomen en mijn dwaas verlangen naar roem te vergeten. Ik ontzegde mij nu en voer altijd den lauwerkrans des dichters. In een kleine herberg gebruikte ik eenig voedsel en voorzag mij van hetgeen over schoot voor den verderen dag; zonder den wen; dien ik Jnsloeg verder te kennen en te «ycion waar ik den volgenden nacht mijn hoofd zou neerleggen, besteeg ik het bergpad. ik bad een uur gewandeld, zooder eenig spoor van mensehen te ontdekken,, toen ik niet ver voor mij uit een schot hoorde vallen. Ik bleef verschrikt slaan, mijn eerste gedachte was te ontvluchten, maar ik bedacht mij. Ik meende dat er misschien eenig nood^ttg ougeluk plaats greep en dat wellicht efca slachtoffer mijn hulp noodig kon hebben. K haastte mij in die lïcJuing voorwaarts. Ongeveer honderd schreden verder, daar waar de afhang van den berg een soort van amüthealre vormt, dat exini gemankt scheen ojn hel scliupae gezicht in het d-«l ie bowondfercn, Ing in een vlakte vul bloemen. < en man uitgestrekt met twee rookende pistolen m de hand. Het was een der liefelijkste plukjes, die it ook gezien had. De helling van het dal ^jös met struikgewas bedekt; meer nnar teven op de bergtoppen, stonden als zooveel grenadieren in slagorde geschaard de donkere «renge cypressen, de lucht, was helder; de zon, die met haar stralen dnt jonge groen bescheen, verspreidde de rijkste tinten en Kfchteffecien voor het oog van den aanrehouwer. Het geleek eerder een decoratie v^or een idylle voor een rendez- vous dan voor een zoo droevig drama. Ik naderde den stervende. Hij had de wa penen op zijn gelaat gericht en had zich Kuwelljk verminkt, zoozeer zelfs, dat men %n trekken niet kon herkennen. ZynHchaam was nog warm, maar de ziel was toch reeds ontvloden. Ik dacht een oogenblik na, hoe ik mij hierin moest gedragen. Naast den doode lag i^n hoed en op den rand zag ik een stuk r>ier vAsigespeld en daarop lag een steen. aarzelde een oogenblik; nam daarop het Aartje ró handen en las het; daarop waren wohls enkele woorden in de Engelsche taal geschreven die ik gretig las. , lig zeide daarin, dat wie zgn lyk mocht Vttden tooh vooral aan geen moord moest wnken, daar WJ zich zelf van het leven dacht *? beroovea. Hg was de menschen en het leven moede, weeaid in deze streek, en wüde hier onbe kend stei ven zonder door gehuichelde trenen fewcend te worde»; daarom zou hty ztin naam dan ook niet zenen, mea beaoetóe verder geen oadenMek naar tifa ORMtente does, daar by vaa v«we kwam apeor weneetee achter te Uien. ging naast dat d**de in het gras lil-Iw, ik te W kaïln Int kwrtj* «a , u het leven; ook nfe «W HM wvuia goweot nn haal vooraf medmewch, ook ik had er aan gwtaohtm| In d» araen dev doodt te werpen. Maar, Goddank, de Heer had »y nog niet vedatea; 4oen mfin wanhoop het hoogate punt had bereikt, verleende IWiaQ een goede gedachte, dfe mg weder tot inzicht had gebracht en tot de kennis van den plicht jegens den mensoh op aarde.... Plotseling maakte een vreemde inval zich van mfln geheete ziel meester. Ik wilde na voor goed eindigen met dit leven van ydelheid, van haat en van schuld; ik wilde dood z(jn voor deze oppervlakkige en bedorven, huichelachtige en spelzieke wereld, waaraan ik mijn geheel ongeluk ver* schuldigd was. Wanneer ik, om definitief met alles te breken, tusschen haar en mty nu eens dit luk plaatste? Wanneer ik aan den vreemdeling die ge heel onbekend wenschto te blijven, nu eens mijn naam gaf? Wanneer mijn geheele ver leden nu eens met de overblijfselen van dezen ongelukkige ten grave word gebracht? De geheel door het schot verminkte gelaats trekken, de tyjna gelijke grootte maakte de verwisseling mogelijk. Ik scheurde een blad uit mijn notitieboekje en schreef daarop een laatst vaarwel aan het leven; ik zeide een woord van vergiffenis aan allen die mij beleedigd hadden, terwijl ik vergeving vroeg aan allen die ik baleedigd mocht hebben. Ik ondertekende mijn naam; spelde het blaadje op den hoed van den doode en legde er den steen weer op. De zelfmoordenaar had geen portefeuille of iets anders in den zak; ik legde er eenige voorwerpen in die mij behoorden en eenige brieven die mijn adres droegen. Daarop knielde ik weder en bad vurig voor den doode en voor mij zelvcn. Toen keerde ik naar de herberg terug waar ik iets gebruikt had, en zeide daar dat ik den doode daar ginds gevonden had. Men begaf er zk'h heen, men waarschuwde de politie; men deed alles wat men in zulk een geval pleegt te doen, eu werd als zelfmoordenaar op het naburig kerkhof begraven; rnon plaatste een eenvou dige steen met mijn naam op het graf. Ik wilde mijn graf zien. Het kerkhof is eenzaam en afgelegen, vol schaduw en inelankolie. Hel hooge gras golft er geheimzinnig, door den wind bewogen. Hier en daar staat een houten kruis, lialf verbrokkeld door den hand des tijds; zooals de herinnering der dootlen die er onder slui meren. Daar zou ik in vrede kunnen slapen! Veertien dagen later spruk men niet meer van mij; op dit oogenblik is er niemand meer op de wereld, die zich herinnert dat He ooit bestaan heb; ik, die in de d waasheid mijner jeugd, van onyergankclljkcn roem droomde! Langs altyd onzekere wegen maar slechts my verwijderende van myn geboortestad, bereikte ik dit dorpje, waar de natuur mij toelachte, de zachte lucht en de rust en vrede der bewoners mij deden besluiten, mij met der wóen te vestigen. Sedert dertig jaren woon ik nu hier, ik wil niet zeggen gelukkig, maar toch zonder wroe ging, zonder haat eu zonder kwaad te doen; niet vreezende maar ook niet verlangende naar dien grooten dag, waarop mijn ziel, bevrijd van alle zorgen en miskenningen tot de zaligheid der eeuwige liefde zal ingaan. Hier zweeg meester Ambrosio; ik bleet in oen diep stilzwijgen verzonken, nog geheel verdiept in de duizend kdiukkeu die zijn verhaal in mijn geest hadden opgewekt. Een poos later hernam hij: Verlang dus verder niets van mij. De dichte sluier dia mijn verleden bedekt, is mij lieiligor dan de eer en dierbaarder dan het'leven. Poog niet hem op te htifien. (ja heen en ver geet mij, Uuc uw voordeel met de leoriag die mijn vsrhuul iu zich sluit. Wiel in hol gedruisch der wereld vindt men de vvaic voldoening der ziel; niet op. het vernedereiidij looneci der eerzucht wordt de mensen beur en {relukkig. Alle vorm is ijdel; de wereld verstokt hel hurt, stemt de ziel treurig eu doet slechts egoümo .welig tieren. Ik ben oud, mijn dagen zijn geteld; de gedachlo dal ik niet veel kwaad meer kun verticliten is mij aangenaam. Ik heb de waar heid steeds liefgehad en zou haar niet weer willen beleedïgen. En toch hoe ouder ik werd, des te meer verheugde ik mij ovar mijn besluit Wel verhiet zich het genie dikwijls in mij en wilde het mij mijn tegenwoordig leven als een laagheid doen beschouwen als een tekortko ming van mijn eigenlijken plicht. Ik zeide u reeds dat ik een hevigen strijd streed, dat ik leed, maar dat ik eindelijk overwon. Indien gij eens wist hoeveel vorsen ik schiep uit die slapeloose nachten! Ik had den moed alles te vernietigen. Ik dwong mijn ziel tevreden te zijn ra het beoefenen der onbekende deugd, Aan den drempel der eeu wigheid zal niet de ziel die door de menschen met roem werd overladen, maar die welke de grootste verdienste had voor God, schoon en aangenaam worden bevonden. Hij zweeg; daarop reikte hij mij de hand en zeide treurig: Vaarwel! Gij zult binnen weinige dagen ver trekken, niet waar? Bet is beter, indien wij elkander niet weder zien. Laat dit onze laat ste afscheidsgroet zga. Ik heb u "alles gezegd wat ik u had mee te deelen. Bewaar myn geheim. Ik wewch onbekend en vergeten te sterven. Haar wanneer gy raoogt hooren, en dat aai zeker spoedig zyó, naar ik hoop, dat ik deze aarde verlaten hak, wanneer gij het nuttig en feenBgk raoeht vladen, maak dan anderen met OCUJB geeofuedenis bekend. xm Twee dag» bttr vefttet-* het dorp; ik. mg wwtw rmbrafo ?ta^w^his^ütww jmo howd» ft Au *iiiMt vo«s i#<m mtta frttni d» «Map* «B voor nken HMrtiryii, 1| &m>M tikt) ta& beioek. >Ht bluf »lechtó^eai««d8g«a hier," «kfe ? - «daarop ga He dltwrntar hob tenig. . indien ik kon iwde & mot een zucht, wij styn bier wroorëeeM tot een Sisihuarbeid .... Maar boe gaat tet mee»' ter Ambrosio ?" flet gelaat van m#a rriend introk. »De arme Ambrosio, «We hy. HU is niet meer. Wy hebben hem verleden week faegravei. Ik Het mij de bljaonderheéen van ztyn dood verhalen. It^ was slechts weinig dagen riek geweest. Voelende, dat hy niet meer beier rou worden, had by den priester vaa het dorp bij lich doen ontbieden, en had het geheele dorp door zlja vroom sterfbed gesticht evenzeer als Uoor de reinheid en den een voud van z(jn leven. Op zijn graf is een houten kruis geplaatst, dat zijn leerlingen met bloemen willen laten begroeien. Zijn weasch was dus vervuld. Hij stierf kalm, onbekend, beminnende en hopende! Veldbloemen be dekken zijn graf heuvel; maar ik, die hem nimmer vergeten zal, heb gemeend nu van zijn verlof gebruik Ie moeten maken en u treurige, geschiedenis te mogen vertellen. SCHOOL. DIDASKALIA. X. Ik begin ditmaal met de opmerkzaamheid te yeetigeu op <;cne nieuwe, of' liever vernieuwde instelling op't RuhieiJ vnn Ilooffci- onderwye; arm de Vrye Universiteit namelijk is door do directeuren besloten tot du oprichting vnn een hoapitium voor studenten en tot voorbereiding vaa die» maatregel ii al vaat Dr. A, II. de Ilartog tot dusver curatoi'i en thans benoemd tot hoog'eeraar-titulair, uaugtateld tot regent over zulk eenu te tticlitcn inrichting. Ik zi.ido dat het eeoe -vernieuwde" instelling was. uu iu zooverre riiucu ik in dit' qunliiicatiu Rciijk te heb V en a's ik wijs »p de Cursiile»;'1, of in gemceinclmppe ijke wouiiigen ónder toezicht Rc'.misvecto fctadcnteu. zooals men dat in do 17e tot zeil» in do eer&te helft der Ib'e eeuw te Leiden nai.Jrol'; meu' ziet het: hnitts uieuiya onder de . zcn'1. Do vraap is echter niet luoei.'ijk Ie beant| woorden of zulk eene instelling niet hcilznniu is 01» Kiju kan voorjonsalicdcn, dien het a^n middelen oi-.tbreekt om zich zoo gemakkelijk in de studen tenwereld te bewegen als 't mcereudeel hunner makkere, en thans de academische lessen niet konnen bijwonen omdat vrouw Fortuna niet naast hunno wieg stond. Men moge daartegen zeggen dat zulke minder bevoorrechte Muzenzonen bij bun makkers weinig in tel zouden n, omdat zij niet met bea kunnen meedoen", docïi ik verbeeld m^, en heb daarvoor te veel Whting voor onze academische jongelingschap, dat alt die minder gefortuneerden door ontwikkeling en geestesgaven uitmunten, zy even Pgezieu" en mbtohieu hooger geacht zouden worden, dan menige jeugdige Piet" of Croesua. In oea vroeger academfeploateje, een stad van negotie, waar men verkocht bokking, blauwbesscn en bullen voor promotie, zit men in zak en assche; nu da rector van 't progyomftsium zyn ontsla? te^ea l Mei gevraagd heeft, wordt er bij den Raad van Harderwijk gepetitionnevad en daartegen geijverd, om die instelling te veranderen in oen Hoogere Burgerschool met Sjarigen cursus, of haar te vercemgen met de school vau IL L. O. of haar geheel op te heffen. Wat het etude er van z\jn zal is nog onbekend en onbeslist, doch mij dnnkt, een plaats welke op Hooger OnderwiJBgebied zulke antecedenten heeft, zal men niet vau 't laatste ovcrblyfacl daarvan aans phrase berooven! De taak van den Directeur te 'slïage is uu aan 't einde. Dr. Koppeschanr kreeg de vorige week vnn den gemeenteraad met algemeene stemmen", eervol ontslag, en eene pereonccle toelage boven zyn lesraaratractement. Het schijnt dus dat de leden van den gemeenteraad wel begrepen hebben, dat hji net ontslag trilde hebben, 't Is niet moeilijk te rttden wie in dezen een raal itguiiv hoeft Beslagen, en ik vermoed . dat do sympathie vo ir Dr. k. door deze geschie den is eer vermeerderd dan verminderd is. In de residfntie gebeuren wel meer zonder linge zaken; zoo las ik dat B, en W. hebben voorgesteld om eoae meisjesschool op te richten nier een schoolgeld vnu / 60, en nu zya de byKondcre neutrale scholen, en de zoogenaamde junuPJuftVouwen-in-statuten, waar ook zulk een scliooiftold geheven wordt, ijverig aan het petitio ueeren l'ij dun Itaad om van overheidswege zulk een concurrentie niet ia het leven te roepen. In dozclfd^ itad hield Dr. I. van Vloten in de ftideeling Vrlksonderw\js" eene redevoering over art. 1!H der grondwet: hy gaf daarbij gelegen heid tob discussie, waarvan ijverig gebruik gemaakt wjïd docr cl.'n heer Debutante en Mr. D. van Eek: do vergadering werd geleid door Mr. Goefnan Borgesins. In weikeu geest do sprekers li°t woord voerden, zal er wel niet bjjgevoeffd LyOf «r ia gd>iéfc aan cal kouut, ii t» hopen ea t» vOTwaoktm, «ani de nornaaüedMn tijn OVMW ing«t*ld an uitgtbieid. M worden dr ok batooU ?ooinl door maaneHj* »h vrovwemk pertoneel. Bfl 't apreluu over de normaalletten vumdd ik nog dat ZBx. de M«Mer tan Zaken, duer dagen een vooriohrift ua de voorhm ia bedsnking gegevea werd om voortaan IL ia plaats vaa 10 oancüdaten tegelgit op te roepen; met bet vergroeien der groepen wordt du duur vaa 't geheel» examen korter; als sulks b$ alle egasMiM » toepassing werd gebracht, zott de schatkist er aardig wat by profiUeren. De concept-statuten van Olympia zijn ook ver schenen, geteekend door Mr. fl. E. C. Van Eerokhoff en twee andere heeren, die als comuiiasie van redactie waren gokozoa. Het tweede artikel omschrüft het doel der Voreeaiging; zij wu a ver meerdering en verbetering vun tiymnastisch onderwgs, ft. verbetentig van ondenri/smethoJen, gepaard met besnoeiiug en concentratie van onderwniprogramma's on leerstof, C. verminderiag van deu tyl voor het onafgebroken zitten op de fiehooHjaDKen, en d. beperking der examens tot het noodzakelijke. Do vereemging wil dat doel bereiken door een tijdschrift, prijsvragen, maar in de eerste plaats door zich iu verbinding to (tel len roet personen en instellingen, die in gelijke richting arbeiden. Al is lift t strcvtn van Olympia prijzenswaardig, zoo cal 't toch heel wat moeite Kosten om aan de ouder letters & eu d omschre ven punten veel te doen, of allo staats- en gemeentu ambtenaren, welke met het samenstellen van programma's, uitschrijven van examens enz. belast, zijn, zonden leden of begunstigers der vereaniging moeten zijn of worden, liet zal er helaas, wel meao gaan als uoet zjovefo andere zrtken, men zal mi en dan luide de wou.sc'iciyklieid" tot ver andering uitspreken, en die in geschriften verde digen, doch werkelijk veranderen is geheel wat ander». lic eindig met een strophc uit de v*rmalcelykc spraikkunst: Er wordt overal iu het rnk van overhei Jswego voldoend opunbaar lager onderwijs gegeven" 'jgt do grondwet, rouar de katholieken, a'.ti-revolutionairen, conservatieven enz. zeggen dat onderwijs voldoet ons niet, derhalve ia net niet vcldocnd en dus... in strijd met de grond wet. Men heeft er zelfs officiiiele staatsstukken by gehaald, zei i'al van 't jaar 1Ï67; doch het blijft toch een fraaie vu-klaring. Geloof mij steeds, 12 Maart 'S:j. Q. N. EXAMEN' VOÜR BEWAARSCHOOL. HüERESSEN. Hst rcetls lang fjekonsterd plan om vanwege de Jlwiticlia)'i>ütot Jfut run 't Algemeen een] oxami-'U te dueu houden, waarby de Slftatschapp uftj de geslaagduii een tiipioina uitreikt van bevoesclUeia om aua het hootd eener bewaarschool te staan, wordt tluiiis uitgevoerd. Het programma ia opgesteld en op een nader te bepalen dag zal het examen p!a',ts hebben. Tegen betaling van f6.?kuimeu adsrm anten die den leeftyd van 19 jaren beieikt hebben, er aan deelnemen. Niet verplicht is de kennis van nuttige handwerken en de bekwaamheid om ze klassikaal te onderwazen, alsmede het lezen en verstaan vnn een vreemdo taal. Op de diploma's der adspiranton die deze zaken wel machtig zijn, zal daarvan afzonderlijk melding worden gemaakt. liet verplichte, gedeelte van hut examen zal zich bepalen tot: lo. Lez«n en ficln-ijveu, waarmede wordt bedoeld een beschaafde uitspraak en duidelijke voordracht, het verstaan \an het gelezene, alsmede oefening om zoo tvei mondeling aU schriftelijk zijn gedachten uit te drukken. 2o. Kennis van de Xederlacdsche taal, vooral vau den volzin, en de belangrijkste regels voor verbuiging, spelling en woordvoeging, hoofdzake lijk met bet oug op de toepassing der taalkennis bij het schriftelijk uitdrukken van gedachten. 3o. Rekenen en vormleer voldoende kennis van ons talstclsol, het metrieke stelsel en de hooftire^cli in gcheele en gebroken gatallen, beredencord oplossen van eenvoudige rfkcuvoorstelien; keniiiïv.i» de hoofdvormen der lichamen en vlakken, e\\ bukwHainbcid om de denkbeelden van hoeveelheid, uitgebreidheid en vorm voor j kinderen ilji.ie! ijk to maken. ! 4o. (Ti'scliit-'Ji'jiis en aardrijkskunde eenige kennis van de \Mrk-rIaiidselie geschiedenis :n hoofdtrekken, e^nvüiijj^e aai drij!cakun;iige begrippen, zoi.iil» die door a >irchoawing van de naaste omgpvin-; wovilou v-rkicgen, kenuis van de aard5o. i Tier mee; UIT iviiuur kennis van eenige i-kvuundu pluntun, diedfo en del v.-.mii: voji uttamsta vuSSbiJuselen in lïe UiitiiUiwo.«r/oo.v.-r dia ouder de aandaclit vau. jo;i^e kiijiU'i'sii te li.en#en zijn. o. Zi.iitvn lEiuïiki-.iil gehoor, bedrevenheid in hut i-.utvji; Kiugen v.tu Juuderliederen, eo be kendheid niet tlie, wolke voor de bewaarschool zÜnatuurlijk hunne mccniug onder aeen stoelen of banken stuken, doch het «do doen, dat z\j elknnder na afloop met vnsndschnppcJüko hartelijkhoid nog do hand kannen reiken. Sprekers wuran de hoopleerarenr Qunninff, Bellaan, Sprnyt, en de hoo^donderwiizcr J. N. Seulijn. Deze laatste beweerde dat men het opvoedend element by het openbaar onderwijl geheel miste, omdat men er den Christus buitouBioot, on dat verzekerde h|j omdnt do inleider de openbare school genoemd had hot kostbaarste kleinood dor modern» maatschappU. 't Is voed, dat mannen van zeer uiteenlouponcle richtingen elkander Op dat gebied na en dan eens ontmoeten; 't is vrij wat beter d&a het elkander in de bladen grof heden en liatelljkheden naar 't hoofd werpen. Wat worden die klachten over het verminderen onderwiizerspersoneel tooh talrijk aangehe! Te Srailde ontbreken NB. 12 van de U onir&sers, te Ridderkerk waren er voor de be< trekking van hpofd der school (? 1100 met woning) slaoliU 6 aolliataatön, te Maastrkdkt ontbreken tal van onderwjjieu*, en zoo gaat het .overal; waaraan ligt bet^ Voor 'tmeereadeel aan Jetraotemmtsn, geloof me; 'tmmimum dat wordt uttgelould is fJSKQ «n wie gemeenten hoa£an iUb dMt'au, ,mst fSO of /100 oiibir TOOT MA of van ven 7o. Teekcnen .vaardigheid om eenvoudige af beeldingen van vericliillunde voorwerpen op het bord co Kiihetsun, ton eindt) dnurvan bfl het oaderwjjs gebruik te maksu. 80. Gymnostiok kennis van de eenvoudige lichaamsbewegingen, die men met kleine kinderen kan uiiyoereii, om hun heerschappij te geven >ver hun ledematen ; kennis van kiudenpelen en ,'cacliilaheid om dia t<j leiden. Oo. Opvoedkunde: a. eenige kennis van de ichamclijke en guestelüke ontwikkeling vaa een ind tot den Tjarigeu leeftOd, inzoover die door /aarneming van het kinderleven ii te verkrijgen n in voorbeelden aan te wijzen; 6. kenau van e methode, die men bty de verschillende oefenincn ' in do bewaarschool volgt, van de hulpmidelon, die or b\j te pas komen, en van het getrnik, at daarvan te maken ia ; c. bedrevenheid in de eziglicdenj die men met kleine kinderen kan L-rnchten tot oefening van hun alnnan, tot het . armen van denkbeelden naar aanleiding Van zin nelijke waarneming; vooral geschiktheid om eanschouwingsoefeuingen, naar aanleiding van voor werpen uit het dagelyksch leven, op doelmatige wijze to loidon ; d. eenige kennis vau de geschie denis, do inrichting en het besturen der bewaar school, Voor trouwhaligc Amerikaanaehe damei. Volgens do berichten van Amerikaansche bladen lijdt de welvarende en bloeiende «treek van Idato in de Veroenigde Staten aan een gebrek, dat by jeugdige pionientaten niet schaars voorkomt, er heerscht namehjk een groot» nood in de «ehoone elementen der schepping of zooaU de VirgMa Chroniclt zich uitdrukt: De voorraad Trouwen ii niet in overeenstemming met d» navraag eer jonggeaeKea, en ifj coepen om meiajes .die komen om ben te huwen;" Door deu omatandig&eden getroffen, hebben eenige on het dwMlafoor gebrachte bladen vaa Kew-ïorE en Kaw-Ennikad, op lick aelve lete*de joffronwen nltganoodlgd om Mar remectwr» wooanjaatMa te verbtea-«n uur het WóitenUiélaïipsi luiii.«»:._ . haar eenle ottmaf ihgMBaal waohfc ,Hfl wftekH bas* aankomst al bH iMJk het Oomopofltiultl foor d«M bttiondere «Weaheid heeft hfi «M Bieaw pak rieh aangeeaha^ dat aog met de Moed der nmwheid prjjkt. m heeft ook de barbier een betoek gibracht. ZQa gelaat glia en «ijn van oUe dnipende haren, i^n van vore over bet voorhoofd naar beundeo en van aehter« , tegen den schedel gekamd en geplakt Ztta hoe heeft een beveiligen deuk, en staat seheef op zga hoofd, en zijp. sware steveb gummen van senAr nenvet. In m oogen van de bewoners van bet Moordenaarshol, die met bewondering zich o» hem vestigen, is dn jongeling «en toonbeeld val bevalligheid. Htf bent een m$n of een veestapel op een afstand van BO mijlen van het Hoordeosarsnol gdegen en eens per maand rijdt h| naar dit middelpunt der besohavinp; om ziea eens te versetten, dat wil zeggen, ih|j komt out zich eens flink te bedrinken. Farao te roeien, en eens duchtig te veohtan, andere vermakclijkhedea niet meegerekend. Als het meisje uit Massachuseta aankomt, en net een lichte beweging hare kl- wliug van het stof bevrgdt, spuwt de Idato-jongeling eea laatste straal tabakssap op de verand»,»trukt daar na met den rag van zijn hoornachtige hand over den mond, roept een galant grijnsje op zijn lippen en treedt naar voren om zijn bruid te begroeten. jj ziet hem aan, verbleekt, en smoort slecht» met moeite een uitroep van schrik, vat sidderend de haar links aangeboden arm en trippelt het hotel binnen. Daar staat reeds de geesteljjke tf wachten. Als c\j een Idato-jongeling huwt, ba* zwykt het meisje uit Massacnusets in den regel na een tienjarige echtvereeniging aan de gevolgen van een harden arbeid, en laat eene talrijke familie na, waarvan de knapen waarschijnlijk op hun vader zullen gelijken en in hun stevels sullen sterven. Na deze verschrikkelijke schets, komt het blad tot de gevolgtrekking, dat geen ver» besldingskracht hoe stout ook, in staat is, het verschrikkelijk lot, dat een jong meisje wacht, die een Idato-jongeling huwt, to schilderen. Baron Rothschild te Parijs ging. gaarne te voet nit en beleefde dikwijls de kostelijkste avonturen. Zoo had hij eens een lange wandel! n a gedaan in bet gedeelte der stad acuter het Panstion, waar hij geen weg wist. Hij wandelde vergenoegd ver» der en Hing op ontdekking uit; want deze wijk der stad Pirys was hem even onbekend als Amerika, voordat Columbus het ontdekt had, aan de Enro> praiien. Hij staat voor een uitdragerswinkel stiL bekijkt de verschillende voorwerpen en Outdektp eensklaps een barometer nit den tijd van Lodewijk XVI, die wel geen spoor meer droe# va^ vroeger verguldsel, maar waarvan het beeldhouw* werk nog onbeschadigd was gebleven. De baron is eca groot liefhebber van dergelijke curiositeiten en besluit dadelijk den barometer te koopen. De prijs is vijf gulden! Gelukkig over zün koopje grijpt hij in zijn zak, maar o wee! hQ heeft ayn portemonaie vergeten. rNu dat doet «r niet toe, in elk geval neem ik den barometer," zegt hij tot de uitdragers vroaw; zend hem aan mün hotel, ik ben baron RoUn schild, men cal u daar het geld wel geven." Den naam en het adres ken ik niet mijnheer," antwoordde de vrouw, en bovendien zend ik nie mand artikelen die niét vooruit betaald zijn. De baron zag zeer op zgn neus. want hy l niet gedacht, dat er iemand in Parus zou r die zijn naam niet kende; daar kjj echter) geluimd was, amuseerde hem het gevat en « hij juist verklaren wie h$ was, toen hy op atrs een kruier zag voorbygatn. Hjj wenkte deze vroeg glimlachende: Kunt (rij ook iets nade vaujbaron Rothschild zeggen V" Nu, dnt is ook een vraag, hij is immers onn gcldkoniug. Waarom vraagt gij mij dat?1' Daar de juffrouw hier hom geen crediet van ? 5 vericenen wü," zeide Rothschild op de vrouw wijïend. I* dat werkelijk zoo juffrouw Duclos?" riep de kruier ten hoogste verwonderd. -Ja, zie je Piet, je kunt toch niet verlangen dat meu iedereen cal kennen," riep de uitdrager* vrouw verlegen. Ik keu jou wel en als j(j oorg wilt blijven ....'' Bij deze woorden brak de baron in een scha terlach nit. Na. Piet, het is goed, wilt gij myn borg zijn, haal dan spoedig een vigelante en breng dan dexen barometer naar mijn huis." De kruier liet zich dat geen tweemaal zeggen.; hij groette eerbiedig den baron, bezorgde new spoedig een rijtuig en snelde toen met den barfl* meter naar bet hotel van deff geldvorit, die hem voor het gedragen risico," zooals Rothschild ziói. uitdrukte, njkelj!c beloonde. Minerale plAnten'. Wèdèwfn*nienwe'ch"Snüsc£^ proef, die on? wd waard schudt, onder de aaa» dacht vnn hrt publiek gebracht te worden. Mea bedekt den bodem van een belder witten ulasefl schotel met een laag schoon zand, strooit duar een weinig chroonunre kali overheen, legt daarop eenigc kriitallen ijzer- en kopervitriool en giW er na zeer voorzichtig, opdat hat zand nieti boven komt, met water verdunde kiczelzure op. Spoedig zal ziuh daarop een schijnbare pi tefcgroei van de kristalten nit beginnen to.i w.kkelen, naar gelang van de verdunning , kiezelznre kali zullen verschillende vormen vak groene of blauwe rechte stammen en geboge& ukken ontstaan, dio door de koper- of flzerzo*tea verachillende kleuren verkrijgen. Na verloob van een tut twee dagen, is er een geheel mhtéV raal bo*uh op dea zandgrond gegroeid, dat een aardig gezicht oplevert. Uien moet er Vooral o& letten dat men niet aan den kristallen schotel stoeten mag, daar bij de minste sehtuUfatf de n»tuurtyk op de wetten d«f kristatlisatto banntenM* zonderlinge plantengroei, dadelijk in elkander zon storten. Aan liet strand; Jan, dio oetterl smaken naar niets. ' ? Wat zal ik a zeggen, menheer, er il onl*ng» zooveel regen gevallen, dat de zee haar «outsmaak heeft verloren. . Caüna die geheel kaal is en een pruik draagt, laat onophoudelijk zijn valschen haardos knippen» De kapper doet hem opmerken dat zün praik ?ienderoogen kleiner wordt, waarop CaOna ant* K L i d Ik ben kaal geworden omdat ik mijn baar nloji genoeg liet knippen. Bc hoop nn mijn nieuw ?*??.. haartooi te behouden door haar zoo dikwQb mo- ? geüjk te laten knippen. ' ' ?, ;.' Het vieren van den Zondag i» *gela*$. . ,, Een moordenaar versohijnt voor het geret&t«Bof. ? Evenah zQn confrères in HoHand beweert bil d«t h^ honger had eu dat Mj nwerktsw" Het hoofd der Jury U diep verontwaardigd. BÜMevrouw D. ia een schoorsteenbrand braken. Jan, vol overtuiging; Br is generlei gevaar Mevroow, niet het tnJDste ge vaar l Maar f'4 weet er immers niate Taal , Jan. plecfitie rn ernstig: :-O ne« iferrou4..&y hebt a

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl