Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WE E^K BLAD VOOR NEDERLAND
Na. 319
?? n
,t
??.«»<
._ hetgeen «ft eea financieel oogpunt
de uitvoaring van net plan beswaariyk maakt
Het behoeft niet geèaga tiworden, hoe bedenkeiyk
bet van de andere myde is, een gantoh volk van
d* Prilste jeugd af soo in twee deelen te scheiden
dat de wet zelve vermenging en toenadering
Terbiedt
Behalve dit ondenrtjt-vooritol is door de Czephen
?me verandering der kieswet voorgesteld,'welke
«ir op berekend is hun nog grooter overwicht in
de Kamer te beaoresn. De minderheid der
Daiteohen heeft het echter in de hand door weg
te bUjvea de vergadering buiten staat te stellen
a*et het door de grondwet gevorderde aantal
leden een besluit over Ueareehthervorming te
nemen. Er is du TOOT hen geen gevaar in dete
rowdnuht
De beruchte Tissa-Esalar «aak is, aooabi te ver
wachten wat, geëindigd met vplkonjen vrijspraak
der hwhuldigden van al, wat men hun ten
kat» had gelegd. De ellendige toeleg der
anti?esmitiscbe drijvers, is dus mislukt. Het i« te hopen
dat de hoogstaohterUjke toestand van het
politie?n rechtswezen in Hongarije, waarop in deae
jammerlijke staak het volle licht is gevallen, nu
pok ingrijpende hervormingen zal ondergaan.
Italië1 fa 'door eene neeteiyke ramp getronen.
Bet eiland Iscbia is, voor de tweede maal in twee
jaren, door eene aardbeving geteisterd, die ook
thans weder ia de badplaats Casamicoiola de
grootste verwoestingen aanrichtte. Het aantal
dooden en gewonden is nog steeds niet nauwkeu
rig te bepalen, maar wordt op meer dan 5000
«bat De koning van Italië is dadelijk naarde
ata dei onheus gegaan en heeft,door woorden
M!, alles gedaan wat hij vermocht om de ge
volgen der ramp to verzachten.
Het handelstractaat tussohen Duitsehlaml en
Spanje is nog niet goedgekeurd, maar het ver
moeden, dat ter behandeling van dit verdrag,
??«-?--*?- «ene korte zitting van den Duitscben
zou worden bijeengeroepen, wordt door
"-"" tegengesproken. Wel tal de
g. voor het genoemde doel
Jl men mag aannemen dat
de regeenmgen verschil van gevoelen
. Wart» allen het onvoorwaardelijk met
traetaat eens geweest, dan zon de
toestem; schrifteiyk hebben kunnen volgen. Vooral
zal zich met hand en tand verzetten
Egypte is in de laatste dagen
men. Daar in Europa de ziekte
ite/on de bepaling, welke zjjoe spiritusfabrieken
Vat «ware verliezen bedreigt.
i
, Da cbolera in _?
«enigszins afgenomen
?»og niet. epidemisch is opgetreden, en van vele,
jhelaas niet van alle zijden, strenge maatregelen
^rorden genomen om net binnendringen zooveel
mogelijk to verhinderen, bettaat er eenige hoop,
tj0 ziekte tot Egvpto te beperken.
Allerlei.
Karakteristiek.
Voor «enige dagen kon men in de portienloge
van het ministerie van Binaenlandsebe Zaken de
volgende herinnering aan de boden lezen:
?Slakken, aflÉpmapg van het Departement van
Oorlog, waarop stslt ?Spoed" ? hebben geen
?posd.
Toen op de** dwaasheid de aandacht werd
Mjestigcl, verdween het bordje.
?ttaar ? U nu ook het feit ongedaan gemaakt
dat in de mlnisterieele bureaux aan het woord
??«poed" de tegenovergestelde beteekenis wordt
0at toch is meer dan de vreemdklinkende woor
den, de karakteristieke beteekenis van het bordje.
Het is de eenvoudige oplossing van de meer
malen geopperde vraag waarom net met do
afdafcmne van zaken aan onze departementen zoo
bijzonder traag gaat.
De verkwisting aan de Ryks-werf te Amsterdam,
by den verkoop van zoogenaamd beschadigd bont
en ander materieel gepleegd, it van meer dan
«ene zyde gegispt.
Niemand heeft tot hier toe tegengesproken dat
duizenden bij duizenden guldens zijn weggeworpen.
Ziedaar dan de bezninigingstbeoric van bet
tegenwoordig Kabinet in practyk gebracht.
Zal men bij het notoeren van de millioencn
voor nieuw materieel der marine, in de Tweede
Kamer de puntjes nu eens op de i's zetten ?
PRAATJES OVER BOUWKUNST.
VIII.
Tan bet Frederikspkin, dat in de butste jaren,
dank zy' de zorgen van het Gemeentebestuur,
dat meer met plantsoenen dan grachten schijnt
?op te hebben, een vriendelijk aanzien kreeg, be
geven wy ons thans naar do Reguliersgracht,
Keker een der schilderachtigste onzer stad. Niet
W van de Amstelkerk, een gebouw dat dank
ïÜ der behoudzucht onzer vaderen reeds 200 jaren
.tjjdely'k" heeft dienst gedaan en nog wel een
honderdtal jaren dienst cal doen, zyn niet lang
geleden, dicht bjj elkander een paar gevels ge
bouwd, die wy niet aarzelen onder de bette uit
den laatsten tijd te '.rangschikken. De eene is
een' timmermanswinkel en waarlijk bet ware te
weaichen, dat alle timmerb'eden hier ter stede
zooveel kunstzin hadden, ds de eigenaar dezer
twee buizen.
De bak- on bergsteenbouw bier en daar door
keurig timmer- en iStüjwerk verlevendigd, maakt
dezen gevel zeer pittoresk.
Zon misschien iemand Jde erker uitbouw
tus«cben de rococogevels van de Reguliersgraclit een
anachronisme vmden, wij gelooven toch dat het
niet dan gelukkig is, dat de ontwerper zich niet
.al te zeer door de omgeving gebonden achtte.
De belde benedenste verdiepingen van bet huis
het dichtst by de Kerkstraat zyn wat al te sober;
het ware te wenschen geweest iets van den rijk
dom van bet bovengedeelte ook beneden ten toon
te spreiden. Beide gebouwen zijn met bözondere
zorg gedetailleerd en doen zien, dat zü door hun
ontwerper met voorliefde behandeld zjj n.
Zoowél van do brug over de Keizersgracht als van
die op de Heerengracht beeft men een verrukkelijk
nitzienfa'naar dejVijael- en Utreehtscbe straten; een
uitziciit dat misiduen door itadgwooten niet zoo
zeer op p^ys. wordt gesteld als het verdient. Jammer
dat aan weêrszijde dfi typische ?sluizen" ten
behoeven van de Annterdwnsche Omnibus
Maatacbapoy hebben moeten verdwynen en plaats
moéten maken voor de onoogelfikste aller
spoorwiw leeUjk vaal bruin het oog
ostradsme op een
by de laatste ge*
deul)edrfjvérs
Of de burgerij door het
Directeur dier maateoha]
meenteraads verkiezingen.. ? - - - ta- - - ?
van zooveel wandalisme beeft willen strafien?
Wellicht Het gewezen Kassplein draagt thans
den naam van den man, dia. geacht wordt
Keêrlands grootste staatsman dezer eeuw ge*
weert to zyn. Wy wenschen hier niet de vraag
te behandelen, in hoeverre by al dan niet de eer
ran een gedenkteeken waardig was, maar meenea
dat men .beier gedaan badde geen standbeeld
maar liever een monument op to richten. Da
XlXe eeuwsche kleedy toch, is een zeer ondank*
baar onderwerp voor een beeldhouwer.
Vansierlöke plooien is geen sprake. Alle lichaamsvormen
mjh tot cilinders geworden, wier stijfheid zeUz
door den1 meest geaialen beeldhouwer niét over
wonnen kan worden. Onwillekeurig doet dan
?£> **"* *« -3-wbedte aan era zeeman
niet vYeemd staan. Een ?onderling attribuut bfl
Thortpcke, witai geliefde spreuk; ?Kunst fa «een
ngeeringtsaak" wat, U het fragment ««n een
antieke kolom, den staatsman ten steun gegeten.
Uut voetstuk en het omringend hek iUn 100 ar
moedig mogelijk en seker niet het werk van een
artist. Ook de plaatsing U allerongelukkigstt
Waarom staat bet niet midden op het plein,
vooral dur Rembrandt verhuisde, (vreesde deie
misschien de nabijheid Tan den kunstveraohter?)
was hiertegen toch geen beiwaar.
Het Remorandtipnin, dat vroeger, toen het nog
Botermarkt heette, «oo menigmaal getuige wat
van de jaarUjksohe Satnrnalien der
Amsterdam?ohe Burgertf, heeft thans een vreedzamer aan
zien gekregen. De boekenttalletjjes: en de oude
Regulienpoort bobben plaat* gemaakt voor weel*
drift plantsoen, te midden waarvan de koning der
?ohudora, de eenige Rembrandt op een ieer po*
ver voetstuk troont Gelukkig dat d* natuur
bier de tekortkomingen van kunst te hulp tobiet
door het naakte voetstuk met een kleed van
klimop te bedekken, dat veel leelu'ks verbergt
Gelukkig heeft de A. O. M, het nog niet nóodift
geacht een l(jn dwars door bet plantsoen aan te
leggen. Meende zy echter dat bet voor de ex*
ploitatie noodig was, zy zou lich zeker toch niet
onUien, bet standbeeld van Rembrandt wat op
tijda te eetten t
Het schilderachtige van het Rembrandtsplein
is aanmerkelijk verminderd sedert op den boek va"n
de Bakkerstraat het veelbesproken huis, dat het
aanzijn dankt aan de «uoht tot het doorvoeren
van de rechte l$n, omboog rees. Het sebeen een
oordeel des hemels, toen een storm vlaag het
gebouw niet alleen wankelen, maar ook aanmer
kelijk overhellen deed, maar in onsen verlichten
tjjd gelooft men niet meer aan vingerwijzingen
van hooger hand en men begint het eenvoudig
weer of te breken en op te bouwen. Het been
allen schyn alsof dit buis slechts gebouwd is, om
der reclame meerder muur-oppervlak te geven.
Een van de meest populaire punten van bet
Rembraudtplein Is zeker ?Mast." De ge rel ver
toont geen schoon eu is wellicht uit gedwongen
zuinigheid in portland-cement uitgevoerd. Af en
toe wordt de Revel met een rose roode of room
kleurige saus bestreken, wat Hollandsohe huis
moeders moge behagen, doch ons een gruwel is.
Treden wy net druk bezocht café binnen, dan
valt het ons onmiddelijk in het oog, dat de po
lychromie niet geslaagd ia; het vele b arde rood
en te schreeuwend en te veel aangebracht goud
geven aan het geheel iets vulgairs, wat toch
Keker de bedoeling van den ontwerper niet kan
geweest zijn. Ook de talrijke aangebrachte spie
gels dragen er het hunne toe by om het effect
van het vulgaire te weeg te brengen. De zaal
heeft in den laatsten tyd door bet plaatsen van
het glazen tusschenschot een verminking onder
gaan, die niet op rekening van den ontwerper ge
bracht kan worden. De details zyn niet al tyd
even gelukkig. Wfl wijzen slechts op de
bloamvazen door zeemeerminnen getorst en zeer weinig
redengevend uit den waud groeiend. Ook de om
geving van het buffet, heeft niet die zorg gehad,
waaróp een zoo belangrijk onderdeel in een kof
fiehuis aanspraak mag maken. De plafonds zyn
eenvoudig doch goed behandeld; de zuilen mis
schien wat al te rrik en te wild geprofileerd. Het
geheel zou ongetwijfeld een beter indruk maken,
wanneer de polychromie aan bedrevener handen
ware toevertrouwd geweest
De Halvemaansteeg doorgaande, komen w\j op
de Halvemaansbrttg, die.wy' weten niet waarom,
ook wel Koningsbrug geneeten wordt; doch dien
naam zeker met gekregen heeft door den Ko
ninklijken indruk, dien zü op den beschouwer
teweeg brengt. Te oordeelen naar de
teekeninDe Klovemeraburgwal is iu de laatste jaren
eenige nieuwe gevels rijker geworden. Zy kun
nen niet allen den toeta der critiek doorstaan en
vooral het wangedrocht tusschen Hoogstraat en
?Kaamgracht, met zyn topzware gevelbekrooning
is een afschrikwekkend staaltje van
hedeudaagscbe. timmennanswansmoak.
Gelukkig dat er ook werkelijk goede gevels
aan dezen Burgwal werden gebouwd. Onder deze
noemen wy in de eerste plaats dien van bet Ge
bouw van de Maatschappij voor den Werkenden
Stand, die met bet stout devies ?Viribus Cnitis"
prijkt. In de vormen der Duitsche Renaissance
opgetrokken, zooals die tegenwoordig door de
Architecten Ihne en StégmUller te Berlyn met
zooveel succes worden tuegepaat, maakt deze ge
vel een aangenamen indruk. Uaksteeu eu bergsteen
zjjn . met smaak afgewisseld. Do profileeringen
zijn fijn en wel doordacht. De details zyn voor
het grootste gedeelte zeer smaakvol.
Indien wij om een aanmerking veroorloven,
betreft die dé al te kautigo blokken van de
onderste verdieping on het ietwat gedrukte vau
den geveltop, die door het te druk toepassen van
wit en rood wat onrustig geworden is.
Aan de overzijde ua*st het l rivale poortje, dat toe
gang geeft tot bet thans tot Universiteit gepromo
veerde Oude Mannenhuis deed het Stadsbestuur
een gebouw voor Model-Apotheek oprichten, dat
blijk geeft, hoe men ook iu officieele kringen
tracht de oud-vaderlaodscbe Bouwkunst .weder
tot eere te brengen.
Hoewel de gevel niet in allen deele geslaagd is
te achten, daar b. v. het dakvenster te spichtig
is ea bierdoor een vreemde uitbouw op de kap
noodzakelijk werd, maakt hy toch door zijn
alwisseling in kleur geen kwaad effect.
Weder in Uud-Vadevlandschen trant is een woon
huis tusschen de Staalstroat en den Amstcl. Mis
schien zal men met ons vinden, dat de gevel wat
boog in de schouders is on zal ook het fries met
ziju te talrijke scbelpvormen geen onverdeelde
bewondering hebben weggedragen, doch men zal
zich waai-scliyniyk niet hebben kunnen verklaren,
waaraan het ietwat grove van dezen overigens
fraaien gevel is te schrijven. Naar onze meening
moet de verklaring van dit verschijnsel gezocht
wórden in het gebruiken van Duitscnen baksteen
van groot formaat, die in de laatste jaren door
enkele bouwmeesters bjj voorkeur gebezigd wordt.
Ifogo die steen ook al voor zeer groote gevels
d zijn, bü gevels van geringen omvang en
detailleering kan hy met anders dan
schawerken, door de schaal to verkleinen.
oen de toren SwijeM Utrecht* die eeuwen
lang een schilderachtig sieraad van de
Kloveniersburgwal had uitgemaakt en als overblijfsel van
ie. vroegere omwalling van 'Amsterdam merk
waardig was, aan den slooper werd overgegeven,
bracht dit feit tal van pennen in beweging, die
" * D voor het oude. Adressen werden
opgeingezonden stukken geplaatst, alles om
oudo in bescherming to nemen. Ook wij
. voor het behouden vaa het oude, mits M
kunstwaarde hebbe, doch gaan volstrekt niet mede
met hen die al wat oud is, mooi vinden. Grijsheid
moge eerbiedwaardig zQn, gehoon is zy niet
Jet streven om het oude to behouden «n te
restaureeren is eerst ia onzen tyd ontstaan; in
vroeger eeuwen dScfit men anders. De 16e eenw
brak at wat de 15e gebouwd had ea verving het
door iets in zjjn eigen trant De volgende eeuwen
deden evenzoo; slechts de 19e die geen styi
beeft, zocht baar heil in het angstvallig bewaren
van de nalatenschap harer voorgangsters. Zy ge*
lykt op den zoon, dte, zelf tot werken onbekwaam,
angstvallig de erfenis bewaart, hem door ajjn
ny veren vader nagelaten l Na deze uitweiding
«... .n ?ff tot het beschouwen van het nieuwe
tm.* ? '
.. is zeker beter, dan men aa al
wat indertijd geschreven it, verwacht zotfhebben.
let algemeen aspect is niet onbehagelijk;
betuUc niet wegneemt, .dat grove fouten begaan.
ÊHet was zeker een geede gedachte, ter
tM waar de vroegere tom stond, weder een
n te bouwen, doch waarom daaraan de kolos
sale pilasters aangebracht, die geheel buiten ver
houding met all» overige details aün. Ook de
uit vrij wilde cartouches uitpuilende ballen waren
volkomen overbodig, tensj) men hebbe willen
karakteriseeren, boe de onde toren met bommen
beschoten werd, wat toch, vermeenen wö, nimmer
gebeurd is. Ook de twee ?kolvenien*, hoewel
op Bieb «elf verdienstelijk gehouwen, maken ter
plaatse waar ity staan een vreejnd effect. Het
geheele gebouw vertoont een vermeogeling van
Fransche, DuiUche en Hollaodsobe motieven, die
wellicht op bet internationaal karakter van het
hotel zinspelen moet, maar ona niet kan voldoen.
Aan de andere sQde van de Doelenstraat, waar
vroeger «bet Rondeel" een belangrijk deel van
Amsterdams versterkingen uitmaakte, staat een
Hotal van dien naam, welks eigenaar ter gele
genheid van de Internationale Tentoonstelling
»?? r
«tin nerceel'
mappen.
sUn geve
Gothieko
verfde w
werd, heb
steenvoeg
geraeUmi
sieke vor
een veer
den bezit
men tbt
van af l
voor de
der* heil
in den n
de bust«
verdienat
Wij bc
langs h.
don Dan
wat te moeten
opia de Amitelstfae
wat
Romaansohaenten tegen aan,
unent ingenomen
anseelschnjver met
et ilin gevel wast
mchynmk de
klasin de Doelenstraat
'urd opgetrokken,
rbaar waren, kan
onwspel genieten
ouw te zien, dat
isiek, voor de
anHet eenige wat
te merken is, zjju
ren, die niet
on
l onze wandeling
en en dan tevens
behandelen,
Duplex,
IEVEN.
Ken m . jderne tunstiin,
Kiuers-prMtykm.
?Men weet dat ook do verzameling schilderyen
van moderne meesters op bet Patiljoen binnen
kort naar Amsterdam verhuist. Daardoor komt
dus (bij alle nadeel,- aan sulk een verplaatsing
verbonden) weer een flinke ruimte open, van
welke bijv. door een permanente tentoonstelling
v*n beeldhouwwerken uitnemend partij ware te
trekken."
Zoo schreef ik (zie no. 316 van dit blad), toen
nog bet ?Verslag van den toestand der gemeente
Haarlem over het jaar 1882" niet in mijn bezit
was, en er dus nog geen termen voor mjj be
stonden om aan dat objectief bericht, als feit, een
minder objectieve beschouwing vast te knoopen.
Thans echter kan den oningewijde een beknopte
?komment&ar" niet «overbodig schijnen,
Wy lezen toch in genoemd Verslag, dat die
verplaatsing aan Burgemeester en Wethouders
van Haarlem N. B. bekend moest worden ?
uit de pers!" P0nze pogingen," zeggen zy, ?om
het museum m onze stad te behouden, leden
schipbreuk; zonder Haarlem zelfs te ftooren,"
heeft men besloten, het ?na maar eenvoudig te
vertelleren," nadat Haarlem er toch vier*
en-twintig achtereenvolgende jaren, van 1837
tot 61, een subsidie van /1000 voor over bad en
een groot deel der belangrijke verzameling uit
de gemeentekas werd aangekocht. De omstan
digheid alleen, dat er «gedurende de laatste jaren
geen enkel ttuk bijkwam, was oorzaak ran de
opheffing dier toelage, en thans ... weg met al
le zotte dlroomen van decentralisatie l Weg ook
met alle gevoel va£ recht en redelijkheid l De
gevleugelde woorden van Snetonitu; ?Artem
quaevis alit terra" zullen wel waar blijven, maar wat
is een laad zonder landsbestuur?.
Ik vraag verlof, op dit onwellnidend en na
tuurlijk onvruchtbaar protest in een vriendelijker
gamma te mogen spelen. Sedert jaren herbergt
onze goede stad, die o. m. het leven aan een
Bilderdijk schonk, in den persoon des hceren J. J.
Van Maas ex.koekebakker, een dichter, bij wiens
forschen aanslag het getokkel van Larnartine's
kweekeling Jean Reboul maar zeurig kinderspel
lijkt. Nog op dit oogenbük ruiscbt mQ de trotscho
Mahnruf' in de ooren, met welke deze gezalfde
Gods en der Mazen in het jaar '64 zijn onster-*
felijk ?Leekedicht aan de Haarlemsche hervormdo
gemeente", dat is: zijn epiloog op Da Costa's
«Wachter, wat is er van den Nacht?" besloot:
Nog blyft de ntchtm»&lnli9ch van Cbriatoi-wego or
uuodeu,
Tot Hy als Regter komt T»Ü levendaii «n doodon,
Ja komen met de volk.... Zyn groote dsg bnckt aan,
6 Christenen dozer eouwl wie zal voor Hem bestaan?
Eu nog voel ik mijn ziel bewogen, als do
.dichterlijke bespiegeling" ray voor den geest
komt, waarmee de beer Van Maas in 1868 de
.herstelling van bet (beroemde) orgel iu de Groote
Kerk'' bezong; nog flikkert in mijn borst de
heilige vlam, wanneer ik mU de gloedvolle
dithyraniben herinner, die deze dichter-ziener van den
ouden stempel voor en na aan de eigenaardigste
stoffen uit s lands historie wijdde.
Ik heb my dikwijls afgevraagd, hoc het mogelijk
was, dat deze Bildordijkiaansciie Bard zoo luttel
bekend kon zün, terwijl hij toch door ieder ?on
bevooroordeelde," die met zij u goddelijken wild
zang kennis maakt, gerekend moet worden, onder
Holland's duizend-en-ééa Helikon-beklauteroars
de krone te spannen. De koele ontvangst, die
ook zijn laatste gewrocht weder te beurt viel,
legt inderdaad van 's waerelds bekrompenheid en
büna dieriyke onverschilligheid voor het waar
achtig scboone en duurzame het treurigste getui
genis af, dat tot heden met de onvergankcujkste
letteren kon worden geboekt.
? Dric-èén, cthiesclt, vhysiologisch leerdicht in
klassieke» stijl" beet die schepping, en boe zij
dien naam ten volle waardig is, bespeurt men
onmiddellijk, waaneer men zich maar de ? moeite"
getroost, er een enkel, zy 't ook het kleinste
Fragment uit na ta lezen. Ik voor DU las het
geheel, en het is m|j onmogelijk den indruk, welken
n4jn hart er voor aaawig van ontving, in woorden
te_yertolken.
Heb dank, gebenedijde zanger, gü die té schande
hebt gemaakt de domme meening van zoovelen,
dat ons land geen groote dichten meer voort*
brengt!
Drievnldig is de Godheid, en overmits en
uademaal wQ, kinderen van stof, alle naar bet even
beeld der Godheid gevormd werden, zoo geldt
deze drievuldigheid ook een iegelijk onzer, met
al onzen aankleef. .De menschheld dacht zich
God, geluk zichzelf, drie-één". Ik zet het den
grootstén onzer dichter fantasten een reiner, edeler
.grond-idee" voor ajjn harmonieën te vinden; ik
tart deuznlke, op meer afdoende wijze een offer
te brengen aan den geest, die?naar de heer
Yan Maas (e-recht opmerkt??zuivel en ooft gaf
en 't hoog geboomte luwen deed."
Alles inderdaad is drie-één van de schepping af.
Men beeft ?geconstateerd", dat er in den bouw
onzer planeet steeds drie perken waar te nemen
zijn, perken, die men ?«fttt, Aoofc en Ij/n" sou. kun
nen noemen, en dat het ?grond-type van het
tweede vak in de aardformatie-leer in niets anden
bestaat dan .?de buis, waar de versahjllende voch
ten in opstijgen." En 100 verder, de hoela
?soheppingsorde" door.
Drie-een ib ook d«nl) meMch,m8n vriend l dri«-vond de
v knenim
Di« hö In »ioh ht-rkent 1>y pemcend selflMtrMhten:
Het dlerlük organisme, gevoel, ia 't h»rt geplant,
Jfa»r,uih»tgUii*puni,'thooa, het edele versiaa4>
O dat glauspuntl Die .derde kracht, ver bo
ven n voel en stoffelijkheid verheven", die in bet
hoofd zetelt, in dat scboone gewelfde paleis, waar
de wachten door de vens^ren der oogen uitzien;
waar snytak en reukorgaan geplant is; waar de
menschenstem, de ?choonstojdw wereld, siah uitspreekt,
met behulp van de tong, in een taal door welke
d* rtdMtm
In Utak, ia BMldtarU boa BMraiof opwbannt
En onder
't lokklg h»*r, dat DMrgoIA VIA dut s«h»d«l,
welft «ioh bet roorbooW a* t d* weaibnow, stU en ed«t,
De takken van bestuur, In kabinet of oei,
Zün daar funteMvad la bot dubbele herwnstel,
Daar U bet aeinkaatoor, opaeriuaua allenregen,
Diar vat bet oordeel wai, tot sul beraad genegen.
Elk Tooretel van de «iel, de kiem van elk» daad,
Brengt vlag de fantasie voor d'tljpueeoen raad; Si».
Hierboven is van buiten gerept; en als men
nu bet veld der industrie overschouwt:
vat bulieo, echi)»en, raad'reo,
Wat drijfkracht tot eün doel »n opéuttpuntTórgaad'»»:
Vit 'tatugge ifMr, koper, hard «n blinkend staal,
Een organisme wel v«rd*elbaar duJiendmt»].
Door d'adem fan.bet vuur, dooi boeten stoom bewogen
Verriobt het den arbeid, o/'t bewusUlfa bad, roor Je ootfen,
En, door een vlijt gespoord, die berg en stroom venet,
Vliegt men om de aarde lang* bet üi'ren epoorenoet
Of met die nienwe kracht, beweegkraobt dor planeten,
Waardoor sU schitt'reu ea hun kreltabaan pylwwl uet«n,
Met elekirleke knoht en kabels dwars door cee,
Verband Tab pool tot pool en spraak TM ree tot red I
Kaar waar Sou 't einde *4Ju van, denkkracht en van vinding?
De geest beheersebt de stof, steeds «is'lend in verbinding,
De denkkracht van den mensob op haar gewelfilea troon,
O wervelenkolom, uw kapitaal en kroont
Ik heb de verzoeking niet kunnen weerstaan,
bovenstaand fragment m lijn geheel den levers
van de Amsterdammer ter bewondering voor te
leggen. In denzelfden rnstigen bescheiden toon ?
eenvoud is het kenmerk van het ware ? set de
dichter nog een poos z^u toespraak aan .Aristus"
voort, om te eindigen met de schitterendste aller
conclusiën, die ik pottr (out de bon bier nog vol
gen laat
Üoa werken in de slet, btf tfonnea der ged«ebt«n,
Drie roert'len tot één doel niet Juiat beperkte Krachten,
Verstoor de werking d«ser rwd'r«u asar nw wil,
Verlam de drijfveer «n het nüerwerk staat stUI
De krachten reeglen die In 't'drietal samenwerken;
Verstand, gevoel en iln, elk'tot haar dlonst beperken
Zij onze lerenstaak en wy«helda leer en wenacli,
Viaar alles U volmaakt U 't ook gewis de mensoh.
En na ons scherp figuur, dat thesis was, omsohMTen
Stet de eeuw'ge kromme I^n en triomfant Torheven;
Het eindige, ? drieéén, heet stof en ruimte en tyd,
Drie-een Jn cirkel ? meUphoor der eeuwigheid!
Deze weinige citaten zullen voldoende geweest
zijn, om den beer van Maas uit de wolken der
onbekendheid in het helderste licht te verplaat
sen en bij leek en niet-leek de overtuiging te
vestigen, dat wö van nu af in hém, en nie
mand anders, den eersten leerdichter omes
tyds, te-gelijk den opperste der
alexandrijnensmeden nebben te huldigen. Laten wü dan
ook .instemmen met *4jn jnbelkreet ?Eicelaior,
excehior in God I" en op de vleugelen van dien
kreet naar den boekwinkel van Jac«. Bookmaker
stormen, om voor een paar dubbeltje», als onver
vreemdbare bezitting, ctfn openbaring machtig te
worden en achter Slot en grendel in een der dui
zenden nissen van ? bet scboone paleis te bergen,
dat ? borribile dictul ? onze jongste dreumes voor
hoofd, of vaker nog, voor bol en kop uitscheldt.
Besluiten wil ik dezen brief met een woordjen over
de Haarlemsche verkiezingen. Zeggen, dat bet in
onze doodleuke, verstandig-konwe Spaaxnestad ge
spannen beeft, zoo liegen zijn. De eerste burger
moet nog uit zyn plooi komen, en bet floers der
verbohjenheid, waarmee een jammerlijk schotschrift
te elider ure onzen nutigen hemel kwam betrek
ken, is weer zoo goed als weggevaagd. Een
jammerlQk schotschrift, ja, dat was bet. Van een
man, die in één week z$n vrouw en «jjn- dochter
beide verloor aan een kortstondige, maar des ie
wreeder ziekte, spottenderwijs . te gewagen, dat
hij aan buien van melancholie souffreert, en deze
omstandigheid dan als argument tegen zijn her
kiezing te doen gelden, legt?hoe meirtook nemen
wil ? getuigenis van een lage, laffe inborst af.
Ook bedenke men, dat dezulken, die het geestigst
wanen te zijn, in den regel juist tot de minst
ontwikkelden behooren. Tachtig van onze meest
bekende ingezetenen hebben zich de moeite
aan§udaan, om tegen bet kladgesohrijf. van dien
utsterling te protesteeren, en feitelijk waren zij,
om die kiezer», welke tot dusver gezwegen had
den, uit den dat te wekken, tot dien maatregel
gedwongen. Want dat het ding pressie geoefend
/iet/1, is iiiet te loochenen: men luistert nog zoo
gaarne naar lasteraars, en de zelfstandigheid van
?men"- is uog zoo verre!
£11 wat doet nu een ander? HU laat met dikke
letters drukken, dat er onder die tachtig mis
noegden üóu ia ? en hy noemt hem by naam en
toenaam ? die een paar jaar geleden tegenover
onzen pamfiettist op niet andere wjjze te werk
§ing dan deze uu jegens een man als Huët
hanelde. C'est ainsi gtvon écrit l'histoire, of in goed
Hollandscb, zóó benyert men zich, om van een
zuiver maatschappelijke en maatschappelijk zui
vere instelling een warboel van persoonlijke be-'
leediging en verdacbtmakiog, van knoeierjj en
konkelarü, te maken.
Gelukkig echter voor onze reputatie is Mr. R. H.
J. Gullandet Huet met een meerderheid van een paar
honderd stemmen herkozen, en hebben dos de K. K.
candidaten, de heeren Bejjnes en FrévinsJre, nog
een poos gelegenheid om de kat uit den boom
te kijken. Als nij veren by uitnemendheid mogen
deze beide worden- genoemd, dat is zeker. Doch
zonderling komt het mij voor, dat niet één der
kiesgenootschappen, de verdiensten van Huet in
't licht stellend, onze opmerkzaamheid heeft kunnen
of willen vestigen op de zaak, die met zoo goed
gevolg ook door hém gedreven wordt, 't Is waar,
slechts in de. tweede plaats is Huet fabrikant; in
de eerste, in zijn kwaliteit van raadslid, een
voorstander en bevorderaar van't onderwijs ? als
weinige. Groot is het aantal dergenen, die zich
om hulp of advies tot hem wendden en steeds
een open oor by hem vonden. Te Leiden, aan
de hoogescbool....
doch ik zou bang zün, dus voortgaande som
mige lieden op sommige likdorens té trappen, en
ik eindig dus. Huet is herkozen ? moge nfl nog
lang in den kring der vroedschap s$n eervolle
plaats handhaven, tot ««gen der gemeente, die
hem lief i».
H. G.
1) Ik citeer ItUerlffli.
MUNKAOKSTS «CHRISTUS TOOR PILATÜS."
Een herhaalde beschouwing ran dit schilderjj
? in de zalen van Arti uitstekend tentoongesteld ?
gaf tot eindresultaat dat de behandeling vaneen
dusdanig onderwerp beter bad móeten en ook
had kunnen zy'n. Buitengewoon is dit stuk in
alle opzichten zeker, doch juist om die reden had
een kunstenaar als Munkacksy gemakkelijk aan
dit schilderij een veel hoogere waarde kannen
verzekeren. B(j de groote bewondering, die wfl
voor dezen arbeid voelen, bö den machtigen in
druk dien wfl verkrijgen, is het kunstgenot dat
w8 smaken, niet onverdeeld.
De oompositie is meesterlijk voor zoover deze
de góéd zichtbare figuren in lich sluit. De ach
tergrond daarentegen draagt ten duidelijkste de
sporen van den betrekkelijk korten MJd, waarin
dit kunstwerk i» vervaardigd. Juist deze omstan
digheid is de oonuutk der tegenwerpingen die zteb
aan ons opdringen. Het schilderij is te weinig
doorwerkt ? het draagt hier en daar te duide
lijke sporen van oppervlakkig afgetchilderd om
--- aUe eischen te lEUnn^n voldoen. Het ge
niale waardoor het zich in hooge mato kan*
merkt, had ueh in mece Mriente vormen «git
ton uitspreken. De figuren van Christus, Pilat*
en der voornaamst* Joden staan in eta uitat»
mende verhouding tot elkander. Hoe duidelijk
wordt ons Pilatus' standpunt (gemotiveerd, hasj
goed begrypen wfl dat dtse volkomen vreemd te
?M «trud, waarover hy rechter moet «ijn: B|
een dergelyke opvatting naast de volmaakte figuaï
van dea aanklager hindert om bijv. een geheel
uit proportie agnde schouder van Pilatas. D«
prachtige draperie, die Christus omsluit met bet
beerlijk» licht waarin hij baadt, neemt niet weg.
dat hy «enigszins omvalt. Ook de grond waarop
hfl staat heeft meer van een oud Smvrnaa*o£
tapijt dan van een ingelegden vloer.
Daarentegen is de kleur van dit alles betond*
schoon ea "harmonieus In dit opzicht staat h«f
geheele schildery zeer hoog. De bruine toon waan*
het M gehouden, is zeker de oorzaak dat het
stuk enkele zwarte plekken vertoont, waardoor
het hier en daar de uoodige atmospheer mist
Vooral in den achtergrond hindert dit Boven
de hoofdfiguren verheft zich eea massa bruin, die
to weinig zegt en te zwaar drukt Ook het blauw
van een der figuren links valt uit de wonder*
soboone kleurengamma der andere figuren en «i
bepaald hinderlyk. Daarbij is er te weinig over*
gang tusschen de voorste figuren ea deu achter.
grond. En hoe leelyk is de rtf koppen, die zich'
boven bat hoofd van Christus bevindt, ferwtt
daarvoor geen ruimte kan zün. ,
Naast sommige uitstekend geteekende figuren
van den voorgrond vertoonen andere grore foute*
In dit opzicht. Rechte aan deze zijde van Pilatus
zit een heerlijk geschilderde Jood met dotblauwea
mantel. Trek de lonen van dy en rug door ea
men zal bemerken dat hy onmogelijk op de bank
kan zitten, waarop hy is geschilderd. Een door*
gaande opmerking is deze: dat de plooien der
kleederen hing niet altyd even goed zyn gemoti
veerd, d, w. z. dat men het lichaam er niet altijd
in terugvinden kan.
Bepaald font zyn de opgeheven naakte arm«a
van een der personen uit het volk. Zy zUn zeker
naar de ledepop geschilderd.
Naast de compositie is de rijkdom aan Ter*
schillende types een der meest bijzondere ver
diensten van dn ïobilderij. De Ghristuskop is niet
edel, niet verheven genoeg, of beter gezegd er is
to weinig contrast lusschen dezen martelaar ea
zyn vervolgen. De bonding der banden daar
entegen is zeer fijn gevoeld; de Joden op dea
voorgrond z|jn, wat houding en gelaat aangaat
:. De best geslaagde figuur is zeker wel
,
meesterlijk. De best
319
D'E AMSTERDAMMER, WEEKBLAD TOOR NEDERLAKD.
de figu
de aanklager, die, in welk opzicht dan ook, niets
to wensohen overlaat Maar ook enkele koppen,
zooals byv. die twee links van den aanklager,
schuins achter den zittenden in het rood geklee*
den jood zyn bewouderingwaardig. In bet alge
meen is de groote rechter helft van ditecbildari
wel het meest bevredigend.
Het weinige verband dat er somtijds onderling
tosscben de vele scboone stukken van dit doek
bettaat, doet ons onze aandacht te veel aan d<
onderdeelen wijden, waardoor de totaal indruk
verzwakt wordt.
Een buitengewone schepping blijft bet echter
steeds, en als zoodanig moei niemand verauimen
het te gaan eien.
UIT BELGIË.
XXX.
Vlaamsohe muziek. Vlaamsob
onderwijs.
seience. Fn
Luctor et emergot ik won
bovendrijven; ? deze oude
spreuk moet eiken rechte
springen bij den blik op et
schei taal,-Mdta,-opvoeding
ter dan ooit wordt gestrec
den moed der aloude vade
de volharding die in 'tvt
plassen der b^jna onbewooz
wen tot ingedekte riviere» ......... __»_?r._,
en op 't gewonnen land een net van spoorwegen
heeft geworpen; met den offerzin, de grootmoe*
digheid. waaraan de baanbreker op het gebied
van de geschiedenis der belgiache letteren, J. F:
WilleiDS 1846, en vele strijders voor hetzelfde doel
na hem te gronde z\jn gegaan.
Mot denzelldcn geest werken heden op het ge
bied der muziek vele- begaafde toonzetters; maar
bovenal Peter Benoit Heeft daaraan zijn leven
gewild.
't Is wezenlijk meer den belachelijk, 't i* eens
diepe vernedering voor hen die zulk streven niet '
kennen of 't miskennen, dateenigen tijd geleden in
het conservatorium van Brussel een vlaamsch madri
gal in 't fransch moest worden vertaald, alvorens
men waagde het te doen uitvoeren voor een
Brusselsch publiek, en dat kort daarna, in Frank
rijk aan den voornaamsten strijder voor vlaamsch»
toon- en dichtkunst, aan den viaamschen compo
nist by uitnemendheid, aan den bestuurder der
eenige vlaatnsche muziekschool in België, te Parijs
éene hulde werd gebracht, gelijk nog aan geeiien
belgiscbea toonzitter in Frankrijk Was te beurt
gevallen.
Deze gedachten (de lezers weten dat wij hier
op de uitvoering van -Lucifer" in bet Trocadero
zinspelen) deze gedachten dringen zich onwille
keurig weder met al bare kracht en klaarheid,
aan ons op ter gelegenheid der ?openbare oefe
ningen" van de muziekschool te Antwerpen. *
?Ik dryf boven, ik dryf boven"' sclujnt den
lezer uit elke bladzijde van het 45 blz, lange
programma toegeroepen tti worden, wanneer men
de smart en miskenning tnedo heeft doorleefd die
als de furiën der oudheid, met dreinende toorts
ter hand, diegenen aangrenzen \volke 'tw.'tgen
ook slechts half luid den natunnijkstcn der
venreben voor zich heou te lispelen: ?(n Vlaanderen
Vlaamsen"!
De overheden die geono ?Kinderen der nacht*.
z^n maar ?Zonen der verlichting" riepen ondera
tusschen een twaalftal venvers ir.nt borstels e
potten büeen, zonden hen in de vlaa-.nsche stede»
rond, deden eon aantal namen van straten ia
twee talen schilderen, op do -dettieii der stations*
gebouwen het woord ?Ingang" naast ?Entree",
?Statie-overste" aeveus ?Cïief de station", «Brie
venbus" nevens ?Boite aux lettres", ?Gedrukt*
stukken" of zelfs ?Urukse.ls" naast ?Impriniét"
plaatsen, on bekennen dan nog met ceuen spot;
lach: ?Ja, gij bobt gelijk, iu Vlaauduron Vlaomich.
Wordt or echter eene wet geniemd om de min
ste verandering m het eoboef fmnsclie onderwÜ»
te brengen, dan worden na dio stemming Js
oude« gevraagd, of z\j de uit roering van xulks
wet toelaten, gelijk wij dat voor 14 dagen hebben
gemeld. Hieraan ts alleen nog toj to voegen, dat
sedert dien tijd de mioisUr OOK aan andere
schoolprefecten aijueo rondgaandeu br*f heeft doen
toekomen, en nt: door 't gebeele laad do ouden
worden gevraagd zich al te spreken over ceua
door den Koning reeds peteekcndo bepaling.
Welk een wondervall« Iwcheidetheid! De &?,
volgen zullen ulot uitbleven; protesta'iën woraon
van allo zijden op bet getouw gezet, de boog be
gint meer en meer U anauuen.
Docb, om geheel eerigb te zQfl, «n to bewQK
dat geenerlei partgbetang onze pen leidt, haastto
wü ons hieraau toe te voegen, dat in ? Hot
volksbelang," onder redactie vsn den beer J.Yujrtst««i (
te Gent, deii 28sten i.l. een brief aUat ftlg*<l:ukti .1
geteekend X, waarvan de schrijver betuiKt, dit ]
de minister van Humbeeck geeno dadeMife
aanleiding heeft gegeven tot den »Up door denpre>.
feot van 't Atnenaeum te Antwerpen ffedaao, en
hy voor dezen .verkeerd bogropen ijver" n»,
verantwoordelük kan worden gesteld.
Deredactnantwoordt daarop: ,Wü ?tellwigee-iwantrouwM
o*sn heer van Hnrobeeck, doch met rQn
voortirend weifelen, tul ui en en uitstellen bobben wy,
induit gesproken, geene'n vrede." enz.
laut ons teragkomon op ons pont van
do Autwerpaohe muziekschool, liet
ontusichen den wedstryd te Bruuel en te
«Werpen is, dat in de hoofdstad alleen de
klof zich oper.iyk laat booren, te
Antechter de oefeningen zelfs
vanvopibereiaard «au 1 einde van bet schooljaar pu
zyn. Reeds op Maandag den uden Juli
ben, duren zy tot dea lOaen Augustus voort.
gen hoort er de schoonste onde en nieuwe
riandscba volksgezang*n, oubekende werken
D oude Vlaaimclie ?olftveiubten" : Van der
ltyn, IJoutmy, Kvnfft, Raick, Fiocco, Trazognie»,
M, van der Mont, Kennis, er.z, Docb de
.die van alle scho'en is vovplichtend voor do
?'lingen der hoogere leergangen."
De volzende week hopen \v\jop den einduitslag
publieke oefeningen" terug te komtm.
Op Maandag 18 Augustus zal te Antwerpen
onthulling plaats hebben van bet Standbeeld
II, Coutcience, vroeger door ons beschreven.
et gemeentebestuur heeft eenen
uitnoodigiiisstf voor deze plechtigheid aan da Viaamsuhe
latschappijen van het goheele land doen
toeomen eu versacht dat zy met hare vaandels, na
i onthulling, in stoet het beeld voovby trekken.
hoopt zelf tegenwoordig to zün.
Tofn ik verslag gegeven heb over de
rentoontll:i:f{ van de workt-n dor leerlingen ven Povtaels
tb ik van het tnlcnt. gesproken, waarmede
inlü 51 eer s oudo schilderijen Afschildert. Thans
het nnn dezen fcunstenaiiJ1 weder opgedragen
Florence in de kerk St. Marie la ïsovela vnn
ne Aanbidding iler herders van Hugo. van
ir Goes, den leerling van Jun vau Eijck, eene
ie t u m» keu.
et is een tryptiek. OJ.T de luiken bevinden
tb do bceltcnissun der schenkers, de familie
jrtiimri, vorvolgcns St. Matheus, St. Antonius
n cciiO M..i-ia-l.ooil!Chnp v:m gi-yze kleur. Wij
?Hen hopen dat de Heer Meers den 15 eeuwsche
5! ?.oo goed za\ weten te vatten al i de 17o
».Mvc)'n italinnnscljp, rlnn *»! geihcr zijne
?AanIJins" do ?zecfeprtial van het Christendom op
Synagoge" (zijn ln.it.sto werk naar van Kyck,
«t men) nog overtreffen.
Brussel, 3 Aug. 1893. M. A.
Xlot .A-OibtcrJam",
in na. 318 gedrukt utoud.
UIT PARIJS.
Do yszomcr. ? De ij/dingen
van Frohsdorff, ? De arrna's
van Littetia. ? LcsG-rimaces. ?
Jiïtttio Uchwd en Victorieit
Sardou. ? Ahxander Dumas en
Gustare Eivtf. ? Schouwburgen
*.n boeken.
ü», 2 Aug. 188 3
De
javen volgen elkander op en gelijken
er; oj> rten rogenncbtigen zomer v;vu Jt>-<:3
iJBzotmr v*n 1BCS gevolgd. Ik overdrijf
it! i>rio dageu geleden heelt het in do
ouii van Purijs bepaald gevroren; voor do
iten begint men zeer te vreezen. Iedereen
at zich om van du zonocrverblijven nu
badluaisen tenig te kecrcn. Men gei-ft altijd nog
voorkeur aan het waden door het Purijicho
ijlt en liet verblyï tehuis bovenwet
ononngelanio van aan do kusten va» Normandic of
te bevriezen. Toch blijven de^
weerulitcn una standvastig aankondigen, dat do
nog steeds gansch Frankrijk biijveu
overrouuun. 't Is fraai, inderdaad!
liegeen niot. verhindert, dut ile graaf De
Charaord van dit verschrikkelijke weder geen hinder
oügunuamd gevoelt en zich verheugt in eane
agelijks toenemende, of schijnbaar toenemende
"leid: Hij kan op. deze wijze nog lan;*
lijven voortsukkelen; de algemeene mecning ia
ochtitns dut liij zeur ia oudcrmynd. Uit een
?o'itifk oogpunt ia niets vennakulijkcr dan de
L-leui'stelling op te merken, welke de prinsen van
'rlians treJ't, die naar Frohsdorfl' gingen om
aar ceno kroon te aanvaarden en thans
UBHC reiskosten voor niemendal hebben
uitstceven. Van den anderen kant steken do
legitidie zoozeer voor bet behoud van hunnen
Hoy" gabeden hebben, het hoofd op; ronduit
cduidcu zij den Oi'Ieaiiitten, dat zij hen alleen
uilen dulden .op voorwaarde dat zij zich. voor
Ie witte vaan buigen ?, voor de wettige
racisrcliie en het goddelijk recht. Deze inwendige
wist naar aanleiding vun eene erfenis die zeli'a neg
iict ojitn is, vei ralnkt de republikeicen niet weinig.
iair allo politiek ter zijde, de tijdingen van
Frobuluriï, waarin slechts ovev brnkingeu en
uitwerpie!en gesproken wordt, begin- en het publiek te
wvclcn; die bijzondet heiloii ziyü weinig siuakelylc,
alleen de koningsgezindcn belang in,
maken de minderheid, ecno zwakke
in Frankrijk uit.
MC.T belang stelt men in hot belangrijk crediet
dan een milliocn bedragende) dat de ge
rent-raad pas heult toegestaan ter verkrijging
ecu t en t in vnav zich do arena1!) van het
mie L'ittt'ia bevinden, cf beter gezegd
doüallolümsansclie overblijfselen van liet oudste
gedeuk:ekeii in Pai'ys. Het was in 1870 dat men deze
'tuigen van vervlogen eeuwen ontdekte, in do
:r,iat Monge; ecu deel ervan is liet offer
gci vun onveracliilligheid, de geleerde
genoot. 4 en hebben "icli nochtans het lot van het
oveigc ntdeelte aangetrokken; beurt om beurt hebben
Académie des inscriptions d belles lettres, la
'wiété nationale des antiquaircs de 'Fratiee,
?corta de heer Daruy en de heer Henri Martin
'ich in de bres gestold voor het behoud dier
rena's. Victor Ifugo schreef dezer dagen een
elsurekeuden briei in dien zin: hy heeft zich
zijne oude voorliefde voor de historische
enkteekenen van Parijs herinnerd en zijn haat
en hen die aan ruïnen de hand durven slaan
oude gedenkteekenen in ruïnen durven
hér'?"mii. Zyne machtige stem is vernomen en
au den gemeenteraad niet dankbaar genoeg
. voor zijn besluit om de arena's van Ltttetia
>oor Parijs te behouden. Nochtans moet men dé
"'eckcnis van deze archneologische overblijfselen
' overdrijven: er bestaat slechts een gedeelte van
galcry, de sporen van een waterleiding, eenige
enen van den ringmunr en van de
groadvesi des inpangs; toch zal dit voldoende zyn
'»_ in do gedachte het gebeel weder op te bonwen.
r/""!lijk met eennieuw gebouw is te Parijs een
wekelyksch schotscTirift voor den dag
goevenals Rochefort's Lanterne in
bloedomslog. Maar de redacteur is geen
hefort; het is slechte een jong reactionnair
,. Ijver, de beer Octnve Mirbeou, die zich in
'O'iro door oenige hatelijke artikelen deed kennen
B zich plotseling in staat gevoelde om op eigen
'teken te drijven en op nog boogeren toon net
oord te voeren. Van zyn schotschrift, getiteld:
Grimaces, zyn nog slechte twee nommers
«n; het schijnt echter niet bestemd om
?rang te maken. De «cbrijver is te
dog'«tisch in zyn wfize van denken, to tragisch in
toon; by schrijft eene Ode aan de cholera en
kt. de hoop uit, dat deze verwoestende geese)
ra in Frankrijk zijn intrede zal doen om bet
o-er republikeinen uit te roeien. Niet zeer beleefd!
t dat heden ten dage ware kunst en echte
uur niet te vinden zyn; in Frankrijk i»
goeds meer' aanwezig ? alleen de Grimace*
ezonderd. Kortom, in alles heencht gebrek
., *» noodige losheid, aan geest, aan
nauwga'?beid. Op ledere pagina vüidt men eene zeld»
? brutaliteit, eene geveinsde
oorspronkelijkbeid, een bestendige zucht om te poseeren aan
den dag gelegd, bit is geen Fransch pamphlet;
om dien naam te kunnen verdienen, zonde er
meer goede luim, meer rechtmatige verontwaar
diging in te vindan moeten ii|n.
En onderwijl zet de sobrtfver van Fiatumina
Mario Uohord, sUn letterkundig proces met den
schrijver van Odette, Viotorien Baraon, voort. Hij
blijft hem beschuldigen van letterkundigen dief
stal; maar de pletten antwoorden: Toulestdant
fout. ? Hetgeen niet wegneemt dat Sardou van
doxlanige lasten niet vi§ is en dat de rechters
wel zouden doen hem eens eene les te geven.
Een andere strijd, die met meer woderzijdscbe
beleeldhvid gevoerd wordt, is die welke de beer
Alexaudre Dumas fils heeft aangebonden uietaijno
brochure, over bet Onderzoek naar net vaderschap,
ter bespreking van bet voorstel van den jongen
afgevaardigde van het Isère-dcpartement, deu beer
Gustave Uivot.
De tooneeldichter gaat verder dan de afge
vaardigde; hu keurt tendeele diens edel denkbeeld
goed, meer teneinde den onvermijde'yken laster
van ongehuwde moeden te vermijden, wil hij
zwarp straften zien ingevoerd voor de gevallen
waarin het bewezen wordt dat zü lasteren; hu.
besluit met te beweren dat, onze tegenwoordige"
zeden in aanmerking genomen, wij dertig of
veertig {aren behoeven om wettig hot onderzoek
naar bet vaderschap te doen plaats hebben l
Iu do sclioawburgeu niets bijzonders, of het
moest zijn de nieuwe vertooning van eene oudo
Féeric in liet ChiUelet: Peau d'Ane.
Eenige bo kon, van weinig beteekenis overigens,
bij Dentu uitgekomen: Lu femme nuc door Jules
de Gattyno, een verhaal vol gewaagde
voorstoHiiif;eu en onwattischyiiHikliedcn; La peltte
Marguise, door Paul Saunitre, dat ons verplaatst
in den tijd der regeftring van Lodew\jk
XIV en ons doet mrdelevcn met de avon
turen eu kuiperyen dio don cenvoudigen abt
Dubois tot kardinaal en tot eersten minister
tnnnkten; La convcsse rouge, door do hceren
Dealys en Pcllcrin, speelt te Moute Carlo en
>iizza, in.eenp zeer vreemdsoortige en
cosniopoliti?cho omgeving. liet zijn allen pogingen om het
treurspel eu de tranen to doen vervangen door
den gullen lach en het blijspel. Het zijn boeken
voor dcu zomer, voor buitens on voor badplaat
sen ? ongelukkig kan er cccn sprake zijn van
luiitei-.s ou badplaatsen en blijven er slechts mid
delmatige boeken over.
PAUL JANKT. Membre do l'Institat,
ProiVüaaur w la Fncultu drs Lettres
du l'nri". Les Maitres da la Pcp.xte
Moderne.? Parit, Ciilmann Lu y.
Kditcur. 16S3. ? 'J03 pag.
II.
(Slet).
W\j zijn mot onze achtenvaartsche beweging,
genaderd »AII dn ufdcelinff'n over Dcscartes en
bpinofii, din liet eerste gedeelte van het werk
vnn Ja 11 e t uitmakfn, en waarvan wij reeds op
merkten, dat zij voor ons JSedcrLmders vaa jut
meeste bo'ang zijn, on wij er daarom ook iets
langer bij mogon stilstaan. Uéscaitcs zoowtl als
Spinüza toc'i, ot'jchoon eerstgenoemde een
Franschraan, en bv-itstgcnoeinde een Israëüet van origine,
helbc;' ' ; l -n in Holland gewoond, ücautrtcs
was, :. .«.v Bekend is, op een en twintigjarigen
Inpftü i . i.liger.onder da geledeven van Prins
Maurih, en ivoori'de later txvintig jaren in ons
vaderland. M:iar laat ons Janet volgen, en zien,
lioe wij aan de hand vau dezen Franscüen
hoogkeraar telkens in ons vn'Icrlund en in oud-vader ?
land-che toestanden 'wordua rondgeleid,
Janet spreekt over Dpscaytes, met uame over
?Son caractère et f on génie/1 Geen wonder! Zoo
bekend als Dcscai'tes' geschiedenis is vau af xiju
een en veertigste levensjaar, zoo is niets minder
bekend dan de geschiedenis gedurende deze een
en veertig jaren.
Terecht zegt Janet daarom: ?C'est dono un
travail aussi interessant que neui' do nous faire
conn.iitru Descartes nvatit S.T. gloire et. s,in
triomphe, avant «es premiers eci-its." Wijlen do
hooglecraar Jltllct Imot't zich aangepord tot deze
taak en geeu moeite ontzien om t-poren vaa
Descartes in ons l atv l, zoowel alü in Zweden en
Eugeland, t o ontdekken, ook anderen mankten zich
'verdienstelijk, zoo gaf FmicJtcr de Carcit uit:
Oeuircis itiéditei <lc Dcscaites, zoo pclircef de
rceda toveagcnoemdo Etuik Piiitstct Priicuneura
et Disciplcs de Desearteï, en ii, om vau anderen
te zwegen, het jongste w- rh ivcr Uesc;u-tcs, van
Louis Lïard, recteui' <io rA(.~«?xns'e do Caen 1882.
Juuch zegfc vau Descai'tm, dat caa der karak
tertrekken, dio on j het mefbt in'hen> troft ?c'eat
sa pa»sion des voyanes, passion «sst'ü vare a
époque, surtout pai-mi les savants. On peut divo
que Deacartes a vu toutu rKurops (la Huasio et
la Turquie excepties). Ëea weinij» verder maakt
h\j de oprüerliiuL,'. .,0n pouvrait croire que pen
dant lo styom- prelongü cju'il a fait en liullande
Descartcs sera restó nn puu tranquille.
Nullamcnt; aans cesse il changcait de place. Op.do
vr.mg, waar Dcscartcs in ons vadcrluud heeft ge
woond, kunnen wij antwoorden: t» Amsterdam,
nabij Fraiieker, to Deventer, te Leeuwarden,
terwijl hy den llaag en Leiden bezocht. Ook
noonJo hij eonige maanden to Dordrecht. (Meer
plaatsen zijn opgenoemd bij: Duker: Voctius en
Descartes lBOl, bJ. U no. 2.) '
All a vu tous los penples de l'Enrope, et
uependnnt il 110 luife jamais échapper un seul trait
üur.leurs divers caractères, et sur leurs moeurs,
bian plu* ditlërentes alors qu' aujourd' hu'. Mtjme
ce bon peuplo hollandais, auquel il a demandü
ld securite' et la liberté, U n'a pas cherchü is, nous
Ie poindre
Geen wonder dat Janet tot het resultaat komt:
?II semble cr:e chez lui Ie voyageur,
l'observatenr ait étó un antre homrae que lo savaut et
l'écriyain^et que ces deux hommes ne se soient
jamais inélés.
Twee person-n ontmoeten wij indordaad in
Descartes, ook iu andere onzïchten, die zich niet
laten vereenigen. \Vü zien hem optreden als een
moedig en beleid.vol man op onze Zuiderzee,
waar ny alleen met zynen bediende en vijf of
zes zeelui in een schip is en bemerkt dat laatst
genoemden hem naar bet leven staan. Daar
trekt by aanstonds den degen, spreekt de zeelieden
in hunne eigene taal (bet hollandsch ?) aan en
overbluft hen zoodanig, dat zij er geheel en al
van afzien om hem uit te plunderen en in zee
te werpen. En dezelide man, die zoo handelde,
sneu wij op een anderen t(jd, nadat hij vernomen
heeft dat het hoofdwerk van Galilei door Rome
is veroordeeld, aan een cijner vrienden een brief
schrijven, waarin hij z\jn voornemen vermeldt, om
al ztyne papieren te verbranden of anders EO
ten minste aan niemand te laten zien. Nog meer
Descartes zoekt zelfs naar bewijzen, die tegen de
beweging der aarde pleiten, en geeft nch moeite
in een brief aan een geestelijke gericht om aan
te toonen, dat de beweging der aarde slechts
schijn en geen werkelijkheid is. ? Geen wonder
dat de man die -bet woord ?bene vixit qui bene
latuit volmondig beaamde, ook bet huwelijk, tot
de verborgenheden van *ijn leven rekende. Dat
Descartes toch een driejarig dochtertje heeft ge
had en verloren staat vost; minder zeker is het
echter of dit kind in of buiten echt verwekt werd.
Janet ugt: ?U cacbait ia vie, iladonopucacher
?on mariage. .
Janet eindigt zijne bescbouwigen over Descar
tes, waarmede ook wij van hem afscheid nemen,
met deae woorden: ,fl eat émmement francais
par SOD gout ponr la simpu'oHe' nne et abstracte,
par son indépendanoe haraie qui va droit au fait,
par son amonr dez idees olsJrea, par son genie
a'organisation. Il a éti Ie mattre de tous eeux
qui sont vonus après lui; toae, tnême les plus
grands, même les plus hostüti, a'ont pensé «ju'en
poussant plus loin ou en eorrigeant mais toujours
en subisjant les pensófs de Dsecarte». C'est un
créateur, un fondateur et pour Ie redire avec
Hegel, e'est aa bén». ' . .
Waar wy tot Spinoza genaderd zyn, verplaatst
Janet ons niet maar alleen in ons vaderland maar
ook in oud-vaderlandiche toettanden. Dat ge
schiedt met name in deafdeeb'ig.die tot opschrift
draagt: Spinoza et la Theologie Spiaoziste.
Zienier da merkwaardige woorden, waarmede
deze afdeeling aanvangt: .Cenx qui aiment a
expliquer tous les iaits de rhistoire nhiloso| liique
et littéraire par IPS conditiens exterienrei,
paIe olimat. par Ie milieu, sertüent bien cmbarassés
do nous dire ponrquoi Ie génie Ie plus spéculatif
et Ie plus abstrait des temps modernes esc apparu
au sein du penple Ie plus pratique, Ie plus
mdustrieux, Ie plus solidement attaché aux chos.s
terrertres qu'l y ait en Europe, pourquoi en nn
mot Sninoza est nu en Uollande". Na zyna be
wondering over veel en velerlei in Holland te
hebben uitgesproken, en de, vraag te hebben
geuit ?d'oiï vient cette richeJsè^'Bètte p'alx, eette
libei-tu" ? kan Janet zijne verwondering toch
niet onderdrukken, dio doorstraalt ia de woorden
?quant aux grands problemen meUphysiques, il
setnble qu'ils ne coieut pas lè a lear place; on
ne songerait raörne è> rion de semblable, si Ie
souvenir de Descartes et de Spinoza ne se
prései.t-.iit ü l'esprit pour nous rappelcr que cette
nobla tcrre compto anssi dtna 1'hKtoiro de la
pensee philosophique, qu'elleaoul'honneurd'£tre
Ie refugo do l'nn, U patrie de l'antre". ?
Op dn vraag: ?pourquoi Ie Spinoziarae a pu
re produire on Hoilando au XVIIe siècle plutüt
qu'en tout autre paya, par ex?tnpleeii Franco ?
luidt hot antwoord: ?Ha vraie civuso, c'cFt que
la Ilullande i-t ait alors Ie seul pays do l'Eirropo
011 regn'it uue ccrtaine liberté de penter. E^n
weinig verder heet het: ?ou peut dire que la
Hollnnde était alors Ie centre de la libre pensee.
Ce qui lo prouve sufllsnmment, c'est quo Bavle
et Spinoza ont pa y écrire sans ttre trop
inijuictés". ?
Waar Paul Janet de uitgave van Spiaoza's
werken bespreekt, wordt met ce»'e de naam ge
noemd van wijlen den bekenden uitgever Frcdei ik
3Iuller. Ook do caam van Frof. ynu Vloten
wordt herhaaldelijk genoemd, maar in een noot
lezen wy erg<>p* ,Ce tjuenous regrettons «urtout,
c'est la inauièro amèi'o tt dddaigneuse dout il
poile de la chtiqua fraucoise, et Ie fcilence
iajusta et volontairu qu'el parde sur les tnivaux
do notre maitro et ami Emilo Snisset". ? De
naam van Prol. Land misten wy, daarentegen
wordt Ur. van der Linde niet vergoten en als
een waardige gïds in dozen erkent.
Onder het opschrift,: La Théoloaio Spinoziste
au XVIIe siècle, worden wij herinnerd aan den
invloed, dien Spïnozn heelt uifgeocfend op kerk
en theologie. Arminins en Goluarus, de fcyiiole
' vaii Dordrecht, Voetijis fn Cofcejus worden hier
door Janet genoemd. De gevoelens van F. van
Leenhof, W. Deurhof, Pontiuan van Ilnttcm en
de leerlingen van laatstgenoemde worden door
hem medegedeeld. Toch vraagt do schrijver zeer
terecht: ?Dans la théologie protestante ea güui'val,
et memo dans la théologre Bcystique nvant la
rt-fprme, te trourc t-on p«3 ues doctrines tout
a t ait analogucs? ?
Li het hoofdstuk dat getiteld is: Spinoza et Ie
Naturalisme Contemporain, wo^dt hoofdzakelijk
mede tegenover Dr. van Vlof*it rfe stelling ver
dedigd nque Ie pantheïsme en genera!, celui de
Sfinoza en patticub'er, est profendement distinct
de rathéisme". ? MEh quoi! ?Zoo roept Janet
uit ? ?cc grand et profond penseur, penttront
entre tous, aurait été un athée sans IQ savoir"!
Wat anders zullen wy in dezen zeggen dan dat
ecu philosoot' die zich niet spenen kan van den
naam ?öod", zelf aanleiding' geeft tot de treurige
verwarring van theologie en pbilosophie, die
scherp gescheiden moeten blyven.
Ten slottc nog eepige woorden over de afdeeling,
die tot opschrift draagt: Le Spinozisme en France.
Janet zegt dat do geschiedenis van hst
Spinoziamo in Frankrijk m drie tijdperken kan
vordeeld wordou. In do zeventiende eeuw zou Spinoza
dan, volgens Janet, een zonderling zijn geweest
voor de denkers, en een monster voor de
geloovigen. In de achttiende eeuw wordt hij op wei
nige uil zonderingen na geminacht of veronacht
zaamd. In de.negentiende eeu-.v komt hij weder
iu eero ze]i's by zijne tegenstanders.
?C'eat n notre siucle et dana ce siècle fi Victor
Cousin, et a son ócolo que revient rhomieiir
d'avoir rótabali la signilïcution de la doctrine de
Spinoza, do l'avpir vraimeut fait connaitie, enfin
de lui a voi r restituó sa, place dans l'bistotre de la
philosophic."
(De vertalingen van Spinoza's werken zyn van
Em. Loisset, wiens tweede vermeerderde editie
in 1860 verscheen, eu van den advocaat Praf.
Geschriften over Spinoza verschenen in Frankrijk
uit de school Van Victor Cousin, van do hand van
Damirau, Fraucisque Bouiller, Nourision, Ilpnri
Martin. ?) Toch eindigt Janet met de opmerking:
?que Ie genie de Spinoza u'est pas tres adopté
a la nature de l'eipnt francais. La Franco n'est
pr.s mystinue. Elle aime les idees nettes et bien
deliinitées.
j Van het laai sta getuigt les Maitres de la Penst'e
l Moderne. Wie ?denken'1 zoowel oen plicht nis
een vuorrec'nt acht. en smakelijk als ook verteer
banr voedsel voor deu geest begeert, leïe.daarom
dit nieuwe werk van Janet., hij zal den tyd er
aan besteed, niet verloren achten.
Angwilla,
EENE MEÜWE ONTDEKKING OOK VOOR
DE LITTERAIRE KUNST,
door een Letterkundige.
Wat Jakob Geel onmogelijk achtte is dan ein
delijk geschied. Het is don meenten mijner lezers
misschien onbekend, maar toch is het zoo: hot is
der negentiende eeuw dan eindelijk gelukt, na
het uitvinden van do peinture-Bogaerts, en van
de pianp-podophone, rslft eene ?nieuwe kunst"
uit te vinden, un men denke bier niet aan kun
stenmakers, neen, ik bedoel ?de scboone kunsten"
en dat in haar volle geheel. MOD ia tot de ont
dekking gekomen, dat al wat tot nu toe, door de.
rijkbegaafdste geesten was voortgebracht, door de
fijnste kunstkenners als schoon 'was erkend,
eigenlijk maar relatief schoon kon genoemd wor
den, en dat men zich heel gevoegelijk van de ge
heele kunst voor het jaar 1Ë60 ongeveer, met hét
getuigschrift: ?heel aardig voor dien tijd" kon
afmaken; dat alles wordt den volke verkondigd,
by monde van dm beer J. Zürcber, iu het Nieuws
van den Dag, dat nog nimmer z\jn naam zoozeer
verdiende, want, waarlijk, wat ons nu verkondigd
wordt is haute noueeaulé te noemen. Hooren wjj
den heer Zürcher zelven, in het blad van 25 Juni
1883:
Internationale TentoonsteUi*»
DB XUH8TOALLWJ
' ' ' V. ... '
?By net bespreken van groote mannen uit,
?vorige eenwen wordt, naar mijn oordeel, vaak
?de fout begaan, dat men de werken van die
?mannen te veel objectief als meesterwerken roemt
?en die ons ter navolging en ?bestudeering voor*
?houdt, instede van uit do waarde van die werken
?ten opzichte van hun tijd te besluiten tot da
?groote waarde van den kaastanaar, «onder nn
«nog te willen, dat die werken voor onttn smaak
?zoo soboon au voor onte vetodeling 100
navol?genrwamrdig moeten zjjo. Wat Somerus ten
op,zichte van de Grieken; Dante voor 'tltalifl der
?U* eeuw; Milt on voor 't Engeland van 1600;
?Vondel voor de jonge Hollandsen» republiek was
«kunnen zy niet lijn voor on», die én Homerus én
?Dante én Milton én nog aoovele andere kennen,
?al kunnen wij vinden dat met het oog op htm
?tijd al die mannen buiteagewooa groot kunnen
?genoemd worden. Ja: het kan i$n dat ik, met
?bet oog op hun tijd althans, één van die mannen
?den grootsten dichter vind van allen, die ik ken,
?oude en moderne, en dat ik tevens s$n werk
?volmaakt ongenietbaar vind." ? Welk een nieuwe
Pico di Miraudola, zal men vragen, die hier .de
omni re scibili et de quibusdam aliis" eene dis
sertatie houdt? De grootste dichter, dien de beer
Zurcher kent, KOU nog ongenietbaar kunnen sün,
groote hemel! wat dan van den heer Zürcher
te denken! Welk een genie, o gelukkig Ne
derland, hebt gU dan eindebjk voortgebracht!
welk een diepe blik, wat Biet hij ver l Hetgeen
om hemt en m zijne nabijheid is, dat bemerkt die
ziener met meer, ja den eeuwigen band, die ge
slacht aan geslacht verbindt, net verband tus
schen de menschbeid van gisteren en die van
heden, dat alles ziet bij voorby, als of bet schooi*
niet altijd schoon ware, eeuwig, ab de natuur
zelve! Of is een dichter volkomen ongenietbaar,
omdat >ijn werk eeoige details bevat, die wij zoo
dadelijk niet begrijpen? Zijn de helden van Ho*
meros in hunne blinkende harnassen, dun geen
mcnschen zoo als wij'? ? Doch, wat waag ik het,
hier het gezonde verstand te laten «preken, hoe
kan ik ZL-O dwaas zijn om te refnteerenV? Zie
neis van zulk een gehalte, zijn ouder eu boven
de wetten der logica, men moet hun eenvoudig
guiooven en neerknielen: en nu, gij schilders en
dichters, knielt neder en wacht een oogenblik
eer gij paiet en penseel, eer gij uw dioht veder weer
ter Tiaiid neemt, daar ga!rat het: ?Als ik do's te
?«eniger tijd een vonnis uitspreek over den een
?of üüdoren ouden kunstenaar (ten deze: schilder
?daar kinilc eartikelenalleinovcr^childershandel)
?hoop ik,dat int-n altijd aan bovenstaande uitlegging
?wil denken on gelooven, dat ik dat oude schilder^
?leelijk en vooral niet navolgenswanrdig kan viudeu
?en t ovens eerbied hebben voor den maker, dien ik,
.mtt het oog op ziju tüd, zeker een groot mau kan
?vinden'. Hoe genadig, hè, van zulk een groot
mnn; eerbied voor den maker, mot het oog op
zijn tijd 't Gelukkige Ho m er o», gelukkige Dunte !
eu u Milto en Vondel, heil! De heer ZUrcher
vindt n a<rdig met het oog op uw-tijd, voor die
barbaren, met welke gij geJeeid bebtl Doohvoor
ons .... eene niouuo kunst! Manr neen, de heer
Ziirober liandtlt alleen ovor jchdder»; wat vooraf
ging schijnt dus een geniaal delirium _te zijn. ?
Doch hooren wij verder: ?Ik vind die inleiding
noodig, waar ik lij het behandelen der fransche
landscnappen op onze tentoonstelling in berinne
ring wil brengen, hoe het landschap eerst door
de ichiiders vau do zeventiende eeuw, en wel dooi
de Hullai.deis, is behandeld geworden op eene
wijze die ons niet al te verkeerd toeschijnt'. Dit
Lmtsto is «ene lieve attentie voor de landschap
schilders van onze groote esmv. Hoe jammer dat
Eoavcel genialiteit door peen enkele courant werd
opgemerkt! Uccn enkel woord van goe'lkcurig
nan pen m-iu, voor wien de Kedcrlandsehe leeuw,
en een zetel in de Kon. Akademie, ve«l te
goringe onde:scheidingen zonden zijn! Dochhoortn
wy verder:
?Wat toch was aanhankelijk bet doel der
schil?derkur.stV Geen onder doel immers, dan het
ver?sieien der voortl;rcugselen .van do bonwkunst, met
?name de kerken. Voor zoover zij geen
ornnmen?tiek niaalftc.Jila krullen 901 pilarf n en zuilen, schiep
?zy niets anders dan voorstellingen aan de schrifr,
?aan 't 'leven van Jezus, Maria, de heiligen ontleend.
?Later zou zij ? by de renaissance ? diezclfds
?vooi-stelJinffen geven, doch niet nis versieringen
?van de kevkeh: als zelfstandige kunstuitingen.
?Maai- altijd ttddo zy voor: r.ij heelde niet af:
rzelfi nis zij portretten maakte van groote.becrèu,
?beelde r.ij die heeien minder nf, dan dat ^ijhen
^voorstelde in hun vroomheid (geknield aan den
?voet van het kruis) in hun dn pperheid (strijdend
?tcgrn deu o-ardschen of helschen vijand)".
?Toen de schilderkunst hooger steeg en de
schil?ders inzagen, dixt zij bij 't afbeelden van deze of
?«cno figuur, eece yoorstolliog konden geven van
?'t mysteii1) der ruimte, van 't zonnelicht ?
ont?stonden die eenige doek».n, waarop de voelers en
?dcuke.s uit vorige eeuwen den indruk hebben
liwcfrgegoyo.", die het, geheimzinnig licht en de
-nog gclicmiziijnixf-r.ruimte op ben mnak'en. Dat
?hebben zij cónrgishld, de R<mbnindt's, de Frats
?Halssen, de Titibiins; dat hebbrn zij voorgesteld,
?uU zij.' ore te kunnen leven, het gelaat moesten
?afbeeldt vnuregenten,
staalme^tcrs,borgemees?ters, priiiseci, wor.dlieelers en anderen.
?Mn.ir ia bet mysterie van licht en ruimte Alleen
nftoȃ te stellen iu du afbeelding, van figuren V
Im.mci-s ut-eu: w^.arom ook niet iu de afbeelding van
?landschappen, vnn dieren, van lurenlooze
voor'- werpen. Ziu -/.e dep ook sciiilderen: deRuysdnelX
?de llobbcnift's, ds lIondecoeter's,devanUtrecht's.
?Zoo ontstond het realistische landschap van de
.17de eeuw: doch slechts in zoo ver realistisch,
?uls het getrouwelijk de afbeelding was van een
?stukje k'rond, molens, boomen en water. Het
?mysterie ?ruimte, licht ?'cc.li, dat kon de 17de
?eenwücho latidschariachilder niet uitdrukken dan
?op de wijze als hij net doen zag door zijne
kunst.,troeders,-die figmvn afbeeldden en de ?
Hobnbema's en Ruysdael'sen Botu'szüu ?bruin, geel.
?Een nieuwe tijd moest komen voor men aan
do natuur zèlvo vroeg, hoo sg deed om natuur
lijk ft klinkt 7ot) en romantisch tevens te zijn."
Na eren mijnt) lezers opmerkzaam te hebben
gemaakt op d.e fijne distinctie tusschen afbeelden
en voorstellen, zoo fijn, dat de geniale kunstcri
ticus zelf, r.icl altya die subtiliteit in bet oog
houdt, (hoe anders byv, die woorden te verklaren:
.toen de schilderkunst hooger steg en de schil
ders inzagen, dat zü by 't afbeelden van deze of
gene figuur, eene voorstelling kouden geven"
enz., zoo Ver was do kunst toen immers nog
niet?) ? na die kleine opmerking, verzoek ik de
hoogste oplettendheid voor die natuur, welke
?natuurlijk en romantisch tevens" is. De ver
ouderde Jakob Geel, ?voor zijn tijd een groot
mau" laat in zijn gesprek op den Drachenfels
een zijner personen, op de vraag wat de roman
tiek is, even het hoofd tnsseben de boenen steken,
zoodot hy natuurlijk alles omgekeerd ziet; zon
eene romantische schilderij er ook zoo uitzien?
doch die Jakob Geel i* al lang uit den tijd! ? Ik zou
nog kunnen vragen wat de neer Zürcher met zijne
.mysteries van hebt en ruimte" z|jn ?geheimzinnig
licht, en nog geheim zinniger ruimte" toch eigenlijk
bedoelt, maar door nijjne aanmerkingen wil ik het
genot van de kunstvnenden niet verstoren, liever
raad ik bun aan, dadelijk naar het bureau van
het N. v. d. D. of naar de kiosken-onderneming
te gaan en té zien of er de nummert nog te
krijgen zyn, welke de geest- en talentvolle arti
kelen des heeren Zürcher bevatten; ik wenschto
slechts de aandacht er op te vestigen, wijl ik bet
zonde en jammer vond, als zooveel sohoons on
opgemerkt verloren ging. Eene ontleding en be
oordeeling h'gt natuurlijk ver boven de krachten
van een burgerman. A.
Abdulldhof ktt Slaoerltad van
vieren, «vhe Arabische vertelling
door Ëdouard Labouia je. Uit het
Fransch vertaald door J. van
WitMnbUrg. liet een «oord van
aanbeveling van W. Jetae. Deven
ter, A. J. van den Sigtenhorst,
1883.
Prijs/1.60.Zelden neb ik een boek elezen, waarmee Sc
d«
m0 daarom «en aangename faal de aandacht t*
veitigea OB de Ned. vertaling ei- van, waarmede
de Beer J. vu WttaenbnTg T«-ea aan sieh
vetplicht heeft, voor wie bét ocMpronkelyke miskUv
yenteanbaar tt. De schrt|ver seif noemt den ver*
telhng z«n Ueftto kind, oftcboon xfin ?Paris. M
Amenqne1' en ,1e Prinche CSuucb?' me* b*.
weving gemaakt hebben in d« wereld.
Het£lan van het verhaal is hoogst eenvoudig:
Hadji-Mansocr is eea Egyptisch koopman, eett
der rijksten ntt heel Djeddib; bakent geen groote*
genot dan schatten verzamelen, en er sou niete
aan tUa geluk ontbreken, als bü maar een nobsi
en erfgenaam had. Welnu I eiadelfik als &Q nM
meer jong is, schenkt hem een der vrouwen nik
zfla harem een non, wien hij den naam geeft vaat
Omar, en dien hy tor opvoeding toevertrouwtaan
de weduwe van eenBedoIen. Het AbdaTUA, naat?
eenigen zoon, zal ^tin het rijke koöpmanskinA
worden opgevoed in de woetttyo, om later'getond
en iterk den vader te kannen opvolgen.
Vóór dat de kinderen vertrekken vraagt
oude Mansonr een Derwisch naar de toekomst v _
den jonggeborene, en voor veel geld verneemt hff
dat deze gelukkig zal wesen, maar .dat zQn bette)
vriend zyn grootste v$and nl zijn. Ook mag d»
mia of meer ongeruste vader drie wensohen ui*»
?preken voor zyn zoon, iH miles vervuld worden.
De eerste is natuurlijk, dat bij rijk zH, de tweed»
dat hem een goede gezondheid ten deel volle en
de derde ? een vriend mocht hem schaden: dat
by een volmaakt egoïst worde «n alleen aan
zichzelven denke.
Het iy soo! zeg): de Derwisch.
Maar ook de Bedoïene smeekt om een gav*
voor haar zoon. Goed! roept de wicheloar, ik
weet al wat gij wilt. Hy moet zeker ook rijk
worden. Leer hem stelen, liegen en schrapen.
Dat is de weg. Dit verlang ik niet, roept de
moeder verschrikt. Zijn vader was een recht-,
schapen man, en zyn zoon moet het ook worden,
ik vraag alleen dat bij gelukkig *y.
Deugdzaam én gelukkig! goede vrouw, wat gj}
verlangt is het klaverblad van vieren; na Adam
beeft niemand het gezien. Laat uw zoon bet
zoeken; als by het vindt zal het hem aan niots)
ontbreken.
Na deze woorden gesproken te hebben, verdwijnt
de Derwisch. De weg der beide kinderen ia af
gebakend. Het klaverblad van vieren te zoeken1
is Abdallah's levenstaak en Omar's doel is macht;
rijkdom en genot, Beiden slagen ieder op zjjn
manier; de eerste ten koste van arbeid, strijd,
zelfverloochening, ja ten koste van zyn leven, da
tweede boet er alles by in waternogmeascheiyk
in zyn hart was.
Waar Abdallüh het koperen, het zilveren en
het gouden en eindelijk ook het diamanten
klaverblad vindt en welk een ?geluk" Omar ver-.
werft ? dat moet gij zelf lezen.
De Heer Jesse deelt ter aanbeveling van bet
boekje mede, dat hij den inbond van AbdaMh
beeft verteld aan een groot gezelschap van kin
deren eu hunne ouders. Allen waren opgetogen
en tranen kwamen over de wangen biggelen van
jong en oud. (?) Dat bewast zeker veel voor het
boeiende en aangrijpende van bet verhaal voor
kinderen, maar niet minder voor het talent van
den verteller, want stijl en inhoud van dit kunst'
werkje behooren by elkander.
Al was my daartoe in dit blad genoeg ruimte
toegestaan, ik zou het niet wagen n den inhoud
van Abdollub te vertellen: liever schrijf ik een
regel over van de vertaling.
nüe jonge Bedoelen heeft ten nutte van ejja
stam een put gegraven in de woesty'n; eindelyfc
is' zyn werk gereed, waarvoor hy zooveel ge
trotseerd heeft .... Toen do avond gevallen
wa.;, ging men niet Mte_de (gewon») drinkplaats»;
kudden en herders* hielden Dg de bron stil; d*
lachers van den vongeti dag prezen Abdaliab,
wQ hadden het voorzien, zeiden de oudsten. Ge-'
lukkig de moeder van zulk een zoon, herhaalden
de vrouwen. Gelukkig de vrouw van dezen
fugdigen en dapperen man, dachten de meünes.
a iedereen voegde er by: gezegend zy de die
naar Gods en do Kinderen zy'uei kinderen! Toen
de stam vergaderd was, vulde de zoon van
Youssouf (Abdallüh) een kruik met dit water, dat
even i'risch was als dat uit de put van 7«?-"?H
eu haar op zijn arm zettende, bet by zyn moeder
bet eerst drinken; ieder kwam op zijn beurt:
Abdatlah dronk het laatst."
Het zilveren klaverblad ontvangt .de Bedoeïen
van een slavinnetje, dat by met levensgevaar niti
de handen van roovers gered heeft. Zfl werd
gewond en door hem verpleegd. Op de vlucht
gui.t hij haar eenige rust.... ?Al sprekende naai
Abdallah haar op zijn knieën en haar ia zyn
buruous hullende, liet by ba«r hoofd op zijn rech
terarm lusten. Zy (.liep weldra in, haar slaap waa
onrustig, zy sprak in haar droom. Abdallah
voelde baar hart kloppen. Langzamerhand werd
zij. kalmer, zy strekte de leden uit, men hoorde)
haar nauwenjks ademhalen. De krijgsman wiegdo
dit meisje, dat de oorlogskans hem voor één dag
geschonken bod, zacht been en weder, en terwijl
hij dit arme schepsel beschouwde, dacht by aan
hetgeen zyn1- arme moeder om hem geleden had
eu aan haar dacht hy alleen." ?
Ik mag niet moer overschrijven; ook is bet
moeielijk uit het aantal lieve passages een keu»
to doen. Teekenacbtig is het heele verbaal on
daarom aantrekkelijk voor ouden en jongen.
Laboulaye zegt: de verdichting U de kortste
weg, die tot de waarheid leidt Hq mag het
zeg§en, niet omdat zyn Abdallah bet portret U van
en een of anderen Bedoelen der werkelijkheid,
maar omdat züu held ons de gewone waarheid zegt
omtrent de edelste levensopvatting en de schoonst*
zegepraal, die eon mensch behalen kou. Abdallah
sterit, terwyi hy ziju plicht doet en Omar overwint
is oen zeker opzicht, maar, zegt dé schrijver ü>
de ?Narede", God mengt het bittere in do vreugd
van dea zelfzuchtige en stort een heimelijk zoet
in bet lyden vau liefhebbende harten. God ver
heerlijkt de nederlaag van den rechtvaardigen on
brandmerkt de zegepraal van den godücloozcn.
Hit schenkt don vrede..
T. U.
feter de Derde. Roiu«nli*ch ta
fereel uit bet Russijche hofleven
in de vorige eenw. Naar hel
Duitscb van Gregor Sauurow.
door J. V. Hendriks. Deventer.
A. ter Guiina. 1883. 2 DL
Noemt de geschiedenis ons vele vorsten, wien
betten eenemale ontbrak aan do geschiktheid
voor de hooge waardigheid, waartoe geboorte bon,
riep, met weinige is dit in zoo storin m»to het
geval geweest au met den man. wien als Poter IU
een luttel aantal maanden de kroon der Czarea
op het hoofd heeft gerost Zoo kort was aela
?qne regeering dat by nog niet de gelegenheid
had gehad zich onder gewoonte to Moecou t»
laten wijden, of reeds had hy de waardigheid een»
keizers met het lot eens gevangene moeten
vetwisaelen. Zti die Samarow's werken Keieerv»
EUsabeth en GrootvontinKaOlarina hebben gelezen,
?Kn daardoor in staat geweest zich een met de
werkelijkheid vry wel overeenkomend beeld t*
vormen vaa deae treurige penooalnkheid.
Aan hem is de derde roman gewgd ia de svriè^
die Samarow aan de gesehiedenia van Rusland
in de vorige eeew heeft ontleend. Reeds te dik*
wijh heb 4 in het Weekblad boeken van dezen
?onrijver besproken, om thans op nieuw uitvoerig
sta to staan bH de kanwtwaarde van dezen roman.
Me» vindt er de goede eigenschappen en de ge
breken van den-schrijver, die m vorige
verbalenvielen op te merken, ook thans terug. De bepaal ?
dus ditmaal tot de get«ttedkundi«e waard*.
t ?
i periode van Rnslaiid» gagbiedenis,
Ju*