De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1883 5 augustus pagina 2

5 augustus 1883 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WE E^K BLAD VOOR NEDERLAND Na. 319 ?? n ,t ??.«»< ._ hetgeen «ft eea financieel oogpunt de uitvoaring van net plan beswaariyk maakt Het behoeft niet geèaga tiworden, hoe bedenkeiyk bet van de andere myde is, een gantoh volk van d* Prilste jeugd af soo in twee deelen te scheiden dat de wet zelve vermenging en toenadering Terbiedt Behalve dit ondenrtjt-vooritol is door de Czephen ?me verandering der kieswet voorgesteld,'welke «ir op berekend is hun nog grooter overwicht in de Kamer te beaoresn. De minderheid der Daiteohen heeft het echter in de hand door weg te bUjvea de vergadering buiten staat te stellen a*et het door de grondwet gevorderde aantal leden een besluit over Ueareehthervorming te nemen. Er is du TOOT hen geen gevaar in dete rowdnuht De beruchte Tissa-Esalar «aak is, aooabi te ver wachten wat, geëindigd met vplkonjen vrijspraak der hwhuldigden van al, wat men hun ten kat» had gelegd. De ellendige toeleg der anti?esmitiscbe drijvers, is dus mislukt. Het i« te hopen dat de hoogstaohterUjke toestand van het politie?n rechtswezen in Hongarije, waarop in deae jammerlijke staak het volle licht is gevallen, nu pok ingrijpende hervormingen zal ondergaan. Italië1 fa 'door eene neeteiyke ramp getronen. Bet eiland Iscbia is, voor de tweede maal in twee jaren, door eene aardbeving geteisterd, die ook thans weder ia de badplaats Casamicoiola de grootste verwoestingen aanrichtte. Het aantal dooden en gewonden is nog steeds niet nauwkeu rig te bepalen, maar wordt op meer dan 5000 «bat De koning van Italië is dadelijk naarde ata dei onheus gegaan en heeft,door woorden M!, alles gedaan wat hij vermocht om de ge volgen der ramp to verzachten. Het handelstractaat tussohen Duitsehlaml en Spanje is nog niet goedgekeurd, maar het ver moeden, dat ter behandeling van dit verdrag, ??«-?--*?- «ene korte zitting van den Duitscben zou worden bijeengeroepen, wordt door "-"" tegengesproken. Wel tal de g. voor het genoemde doel Jl men mag aannemen dat de regeenmgen verschil van gevoelen . Wart» allen het onvoorwaardelijk met traetaat eens geweest, dan zon de toestem; schrifteiyk hebben kunnen volgen. Vooral zal zich met hand en tand verzetten Egypte is in de laatste dagen men. Daar in Europa de ziekte ite/on de bepaling, welke zjjoe spiritusfabrieken Vat «ware verliezen bedreigt. i , Da cbolera in _? «enigszins afgenomen ?»og niet. epidemisch is opgetreden, en van vele, jhelaas niet van alle zijden, strenge maatregelen ^rorden genomen om net binnendringen zooveel mogelijk to verhinderen, bettaat er eenige hoop, tj0 ziekte tot Egvpto te beperken. Allerlei. Karakteristiek. Voor «enige dagen kon men in de portienloge van het ministerie van Binaenlandsebe Zaken de volgende herinnering aan de boden lezen: ?Slakken, aflÉpmapg van het Departement van Oorlog, waarop stslt ?Spoed" ? hebben geen ?posd. Toen op de** dwaasheid de aandacht werd Mjestigcl, verdween het bordje. ?ttaar ? U nu ook het feit ongedaan gemaakt dat in de mlnisterieele bureaux aan het woord ??«poed" de tegenovergestelde beteekenis wordt 0at toch is meer dan de vreemdklinkende woor den, de karakteristieke beteekenis van het bordje. Het is de eenvoudige oplossing van de meer malen geopperde vraag waarom net met do afdafcmne van zaken aan onze departementen zoo bijzonder traag gaat. De verkwisting aan de Ryks-werf te Amsterdam, by den verkoop van zoogenaamd beschadigd bont en ander materieel gepleegd, it van meer dan «ene zyde gegispt. Niemand heeft tot hier toe tegengesproken dat duizenden bij duizenden guldens zijn weggeworpen. Ziedaar dan de bezninigingstbeoric van bet tegenwoordig Kabinet in practyk gebracht. Zal men bij het notoeren van de millioencn voor nieuw materieel der marine, in de Tweede Kamer de puntjes nu eens op de i's zetten ? PRAATJES OVER BOUWKUNST. VIII. Tan bet Frederikspkin, dat in de butste jaren, dank zy' de zorgen van het Gemeentebestuur, dat meer met plantsoenen dan grachten schijnt ?op te hebben, een vriendelijk aanzien kreeg, be geven wy ons thans naar do Reguliersgracht, Keker een der schilderachtigste onzer stad. Niet W van de Amstelkerk, een gebouw dat dank ïÜ der behoudzucht onzer vaderen reeds 200 jaren .tjjdely'k" heeft dienst gedaan en nog wel een honderdtal jaren dienst cal doen, zyn niet lang geleden, dicht bjj elkander een paar gevels ge bouwd, die wy niet aarzelen onder de bette uit den laatsten tijd te '.rangschikken. De eene is een' timmermanswinkel en waarlijk bet ware te weaichen, dat alle timmerb'eden hier ter stede zooveel kunstzin hadden, ds de eigenaar dezer twee buizen. De bak- on bergsteenbouw bier en daar door keurig timmer- en iStüjwerk verlevendigd, maakt dezen gevel zeer pittoresk. Zon misschien iemand Jde erker uitbouw tus«cben de rococogevels van de Reguliersgraclit een anachronisme vmden, wij gelooven toch dat het niet dan gelukkig is, dat de ontwerper zich niet .al te zeer door de omgeving gebonden achtte. De belde benedenste verdiepingen van bet huis het dichtst by de Kerkstraat zyn wat al te sober; het ware te wenschen geweest iets van den rijk dom van bet bovengedeelte ook beneden ten toon te spreiden. Beide gebouwen zijn met bözondere zorg gedetailleerd en doen zien, dat zü door hun ontwerper met voorliefde behandeld zjj n. Zoowél van do brug over de Keizersgracht als van die op de Heerengracht beeft men een verrukkelijk nitzienfa'naar dejVijael- en Utreehtscbe straten; een uitziciit dat misiduen door itadgwooten niet zoo zeer op p^ys. wordt gesteld als het verdient. Jammer dat aan weêrszijde dfi typische ?sluizen" ten behoeven van de Annterdwnsche Omnibus Maatacbapoy hebben moeten verdwynen en plaats moéten maken voor de onoogelfikste aller spoorwiw leeUjk vaal bruin het oog ostradsme op een by de laatste ge* deul)edrfjvérs Of de burgerij door het Directeur dier maateoha] meenteraads verkiezingen.. ? - - - ta- - - ? van zooveel wandalisme beeft willen strafien? Wellicht Het gewezen Kassplein draagt thans den naam van den man, dia. geacht wordt Keêrlands grootste staatsman dezer eeuw ge* weert to zyn. Wy wenschen hier niet de vraag te behandelen, in hoeverre by al dan niet de eer ran een gedenkteeken waardig was, maar meenea dat men .beier gedaan badde geen standbeeld maar liever een monument op to richten. Da XlXe eeuwsche kleedy toch, is een zeer ondank* baar onderwerp voor een beeldhouwer. Vansierlöke plooien is geen sprake. Alle lichaamsvormen mjh tot cilinders geworden, wier stijfheid zeUz door den1 meest geaialen beeldhouwer niét over wonnen kan worden. Onwillekeurig doet dan ?£> **"* *« -3-wbedte aan era zeeman niet vYeemd staan. Een ?onderling attribuut bfl Thortpcke, witai geliefde spreuk; ?Kunst fa «een ngeeringtsaak" wat, U het fragment ««n een antieke kolom, den staatsman ten steun gegeten. Uut voetstuk en het omringend hek iUn 100 ar moedig mogelijk en seker niet het werk van een artist. Ook de plaatsing U allerongelukkigstt Waarom staat bet niet midden op het plein, vooral dur Rembrandt verhuisde, (vreesde deie misschien de nabijheid Tan den kunstveraohter?) was hiertegen toch geen beiwaar. Het Remorandtipnin, dat vroeger, toen het nog Botermarkt heette, «oo menigmaal getuige wat van de jaarUjksohe Satnrnalien der Amsterdam?ohe Burgertf, heeft thans een vreedzamer aan zien gekregen. De boekenttalletjjes: en de oude Regulienpoort bobben plaat* gemaakt voor weel* drift plantsoen, te midden waarvan de koning der ?ohudora, de eenige Rembrandt op een ieer po* ver voetstuk troont Gelukkig dat d* natuur bier de tekortkomingen van kunst te hulp tobiet door het naakte voetstuk met een kleed van klimop te bedekken, dat veel leelu'ks verbergt Gelukkig heeft de A. O. M, het nog niet nóodift geacht een l(jn dwars door bet plantsoen aan te leggen. Meende zy echter dat bet voor de ex* ploitatie noodig was, zy zou lich zeker toch niet onUien, bet standbeeld van Rembrandt wat op tijda te eetten t Het schilderachtige van het Rembrandtsplein is aanmerkelijk verminderd sedert op den boek va"n de Bakkerstraat het veelbesproken huis, dat het aanzijn dankt aan de «uoht tot het doorvoeren van de rechte l$n, omboog rees. Het sebeen een oordeel des hemels, toen een storm vlaag het gebouw niet alleen wankelen, maar ook aanmer kelijk overhellen deed, maar in onsen verlichten tjjd gelooft men niet meer aan vingerwijzingen van hooger hand en men begint het eenvoudig weer of te breken en op te bouwen. Het been allen schyn alsof dit buis slechts gebouwd is, om der reclame meerder muur-oppervlak te geven. Een van de meest populaire punten van bet Rembraudtplein Is zeker ?Mast." De ge rel ver toont geen schoon eu is wellicht uit gedwongen zuinigheid in portland-cement uitgevoerd. Af en toe wordt de Revel met een rose roode of room kleurige saus bestreken, wat Hollandsohe huis moeders moge behagen, doch ons een gruwel is. Treden wy net druk bezocht café binnen, dan valt het ons onmiddelijk in het oog, dat de po lychromie niet geslaagd ia; het vele b arde rood en te schreeuwend en te veel aangebracht goud geven aan het geheel iets vulgairs, wat toch Keker de bedoeling van den ontwerper niet kan geweest zijn. Ook de talrijke aangebrachte spie gels dragen er het hunne toe by om het effect van het vulgaire te weeg te brengen. De zaal heeft in den laatsten tyd door bet plaatsen van het glazen tusschenschot een verminking onder gaan, die niet op rekening van den ontwerper ge bracht kan worden. De details zyn niet al tyd even gelukkig. Wfl wijzen slechts op de bloamvazen door zeemeerminnen getorst en zeer weinig redengevend uit den waud groeiend. Ook de om geving van het buffet, heeft niet die zorg gehad, waaróp een zoo belangrijk onderdeel in een kof fiehuis aanspraak mag maken. De plafonds zyn eenvoudig doch goed behandeld; de zuilen mis schien wat al te rrik en te wild geprofileerd. Het geheel zou ongetwijfeld een beter indruk maken, wanneer de polychromie aan bedrevener handen ware toevertrouwd geweest De Halvemaansteeg doorgaande, komen w\j op de Halvemaansbrttg, die.wy' weten niet waarom, ook wel Koningsbrug geneeten wordt; doch dien naam zeker met gekregen heeft door den Ko ninklijken indruk, dien zü op den beschouwer teweeg brengt. Te oordeelen naar de teekeninDe Klovemeraburgwal is iu de laatste jaren eenige nieuwe gevels rijker geworden. Zy kun nen niet allen den toeta der critiek doorstaan en vooral het wangedrocht tusschen Hoogstraat en ?Kaamgracht, met zyn topzware gevelbekrooning is een afschrikwekkend staaltje van hedeudaagscbe. timmennanswansmoak. Gelukkig dat er ook werkelijk goede gevels aan dezen Burgwal werden gebouwd. Onder deze noemen wy in de eerste plaats dien van bet Ge bouw van de Maatschappij voor den Werkenden Stand, die met bet stout devies ?Viribus Cnitis" prijkt. In de vormen der Duitsche Renaissance opgetrokken, zooals die tegenwoordig door de Architecten Ihne en StégmUller te Berlyn met zooveel succes worden tuegepaat, maakt deze ge vel een aangenamen indruk. Uaksteeu eu bergsteen zjjn . met smaak afgewisseld. Do profileeringen zijn fijn en wel doordacht. De details zyn voor het grootste gedeelte zeer smaakvol. Indien wij om een aanmerking veroorloven, betreft die dé al te kautigo blokken van de onderste verdieping on het ietwat gedrukte vau den geveltop, die door het te druk toepassen van wit en rood wat onrustig geworden is. Aan de overzijde ua*st het l rivale poortje, dat toe gang geeft tot bet thans tot Universiteit gepromo veerde Oude Mannenhuis deed het Stadsbestuur een gebouw voor Model-Apotheek oprichten, dat blijk geeft, hoe men ook iu officieele kringen tracht de oud-vaderlaodscbe Bouwkunst .weder tot eere te brengen. Hoewel de gevel niet in allen deele geslaagd is te achten, daar b. v. het dakvenster te spichtig is ea bierdoor een vreemde uitbouw op de kap noodzakelijk werd, maakt hy toch door zijn alwisseling in kleur geen kwaad effect. Weder in Uud-Vadevlandschen trant is een woon huis tusschen de Staalstroat en den Amstcl. Mis schien zal men met ons vinden, dat de gevel wat boog in de schouders is on zal ook het fries met ziju te talrijke scbelpvormen geen onverdeelde bewondering hebben weggedragen, doch men zal zich waai-scliyniyk niet hebben kunnen verklaren, waaraan het ietwat grove van dezen overigens fraaien gevel is te schrijven. Naar onze meening moet de verklaring van dit verschijnsel gezocht wórden in het gebruiken van Duitscnen baksteen van groot formaat, die in de laatste jaren door enkele bouwmeesters bjj voorkeur gebezigd wordt. Ifogo die steen ook al voor zeer groote gevels d zijn, bü gevels van geringen omvang en detailleering kan hy met anders dan schawerken, door de schaal to verkleinen. oen de toren SwijeM Utrecht* die eeuwen lang een schilderachtig sieraad van de Kloveniersburgwal had uitgemaakt en als overblijfsel van ie. vroegere omwalling van 'Amsterdam merk waardig was, aan den slooper werd overgegeven, bracht dit feit tal van pennen in beweging, die " * D voor het oude. Adressen werden opgeingezonden stukken geplaatst, alles om oudo in bescherming to nemen. Ook wij . voor het behouden vaa het oude, mits M kunstwaarde hebbe, doch gaan volstrekt niet mede met hen die al wat oud is, mooi vinden. Grijsheid moge eerbiedwaardig zQn, gehoon is zy niet Jet streven om het oude to behouden «n te restaureeren is eerst ia onzen tyd ontstaan; in vroeger eeuwen dScfit men anders. De 16e eenw brak at wat de 15e gebouwd had ea verving het door iets in zjjn eigen trant De volgende eeuwen deden evenzoo; slechts de 19e die geen styi beeft, zocht baar heil in het angstvallig bewaren van de nalatenschap harer voorgangsters. Zy ge* lykt op den zoon, dte, zelf tot werken onbekwaam, angstvallig de erfenis bewaart, hem door ajjn ny veren vader nagelaten l Na deze uitweiding «... .n ?ff tot het beschouwen van het nieuwe tm.* ? ' .. is zeker beter, dan men aa al wat indertijd geschreven it, verwacht zotfhebben. let algemeen aspect is niet onbehagelijk; betuUc niet wegneemt, .dat grove fouten begaan. ÊHet was zeker een geede gedachte, ter tM waar de vroegere tom stond, weder een n te bouwen, doch waarom daaraan de kolos sale pilasters aangebracht, die geheel buiten ver houding met all» overige details aün. Ook de uit vrij wilde cartouches uitpuilende ballen waren volkomen overbodig, tensj) men hebbe willen karakteriseeren, boe de onde toren met bommen beschoten werd, wat toch, vermeenen wö, nimmer gebeurd is. Ook de twee ?kolvenien*, hoewel op Bieb «elf verdienstelijk gehouwen, maken ter plaatse waar ity staan een vreejnd effect. Het geheele gebouw vertoont een vermeogeling van Fransche, DuiUche en Hollaodsobe motieven, die wellicht op bet internationaal karakter van het hotel zinspelen moet, maar ona niet kan voldoen. Aan de andere sQde van de Doelenstraat, waar vroeger «bet Rondeel" een belangrijk deel van Amsterdams versterkingen uitmaakte, staat een Hotal van dien naam, welks eigenaar ter gele genheid van de Internationale Tentoonstelling »?? r «tin nerceel' mappen. sUn geve Gothieko verfde w werd, heb steenvoeg geraeUmi sieke vor een veer den bezit men tbt van af l voor de der* heil in den n de bust« verdienat Wij bc langs h. don Dan wat te moeten opia de Amitelstfae wat Romaansohaenten tegen aan, unent ingenomen anseelschnjver met et ilin gevel wast mchynmk de klasin de Doelenstraat 'urd opgetrokken, rbaar waren, kan onwspel genieten ouw te zien, dat isiek, voor de anHet eenige wat te merken is, zjju ren, die niet on l onze wandeling en en dan tevens behandelen, Duplex, IEVEN. Ken m . jderne tunstiin, Kiuers-prMtykm. ?Men weet dat ook do verzameling schilderyen van moderne meesters op bet Patiljoen binnen kort naar Amsterdam verhuist. Daardoor komt dus (bij alle nadeel,- aan sulk een verplaatsing verbonden) weer een flinke ruimte open, van welke bijv. door een permanente tentoonstelling v*n beeldhouwwerken uitnemend partij ware te trekken." Zoo schreef ik (zie no. 316 van dit blad), toen nog bet ?Verslag van den toestand der gemeente Haarlem over het jaar 1882" niet in mijn bezit was, en er dus nog geen termen voor mjj be stonden om aan dat objectief bericht, als feit, een minder objectieve beschouwing vast te knoopen. Thans echter kan den oningewijde een beknopte ?komment&ar" niet «overbodig schijnen, Wy lezen toch in genoemd Verslag, dat die verplaatsing aan Burgemeester en Wethouders van Haarlem N. B. bekend moest worden ? uit de pers!" P0nze pogingen," zeggen zy, ?om het museum m onze stad te behouden, leden schipbreuk; zonder Haarlem zelfs te ftooren," heeft men besloten, het ?na maar eenvoudig te vertelleren," nadat Haarlem er toch vier* en-twintig achtereenvolgende jaren, van 1837 tot 61, een subsidie van /1000 voor over bad en een groot deel der belangrijke verzameling uit de gemeentekas werd aangekocht. De omstan digheid alleen, dat er «gedurende de laatste jaren geen enkel ttuk bijkwam, was oorzaak ran de opheffing dier toelage, en thans ... weg met al le zotte dlroomen van decentralisatie l Weg ook met alle gevoel va£ recht en redelijkheid l De gevleugelde woorden van Snetonitu; ?Artem quaevis alit terra" zullen wel waar blijven, maar wat is een laad zonder landsbestuur?. Ik vraag verlof, op dit onwellnidend en na tuurlijk onvruchtbaar protest in een vriendelijker gamma te mogen spelen. Sedert jaren herbergt onze goede stad, die o. m. het leven aan een Bilderdijk schonk, in den persoon des hceren J. J. Van Maas ex.koekebakker, een dichter, bij wiens forschen aanslag het getokkel van Larnartine's kweekeling Jean Reboul maar zeurig kinderspel lijkt. Nog op dit oogenbük ruiscbt mQ de trotscho Mahnruf' in de ooren, met welke deze gezalfde Gods en der Mazen in het jaar '64 zijn onster-* felijk ?Leekedicht aan de Haarlemsche hervormdo gemeente", dat is: zijn epiloog op Da Costa's «Wachter, wat is er van den Nacht?" besloot: Nog blyft de ntchtm»&lnli9ch van Cbriatoi-wego or uuodeu, Tot Hy als Regter komt T»Ü levendaii «n doodon, Ja komen met de volk.... Zyn groote dsg bnckt aan, 6 Christenen dozer eouwl wie zal voor Hem bestaan? Eu nog voel ik mijn ziel bewogen, als do .dichterlijke bespiegeling" ray voor den geest komt, waarmee de beer Van Maas in 1868 de .herstelling van bet (beroemde) orgel iu de Groote Kerk'' bezong; nog flikkert in mijn borst de heilige vlam, wanneer ik mU de gloedvolle dithyraniben herinner, die deze dichter-ziener van den ouden stempel voor en na aan de eigenaardigste stoffen uit s lands historie wijdde. Ik heb my dikwijls afgevraagd, hoc het mogelijk was, dat deze Bildordijkiaansciie Bard zoo luttel bekend kon zün, terwijl hij toch door ieder ?on bevooroordeelde," die met zij u goddelijken wild zang kennis maakt, gerekend moet worden, onder Holland's duizend-en-ééa Helikon-beklauteroars de krone te spannen. De koele ontvangst, die ook zijn laatste gewrocht weder te beurt viel, legt inderdaad van 's waerelds bekrompenheid en büna dieriyke onverschilligheid voor het waar achtig scboone en duurzame het treurigste getui genis af, dat tot heden met de onvergankcujkste letteren kon worden geboekt. ? Dric-èén, cthiesclt, vhysiologisch leerdicht in klassieke» stijl" beet die schepping, en boe zij dien naam ten volle waardig is, bespeurt men onmiddellijk, waaneer men zich maar de ? moeite" getroost, er een enkel, zy 't ook het kleinste Fragment uit na ta lezen. Ik voor DU las het geheel, en het is m|j onmogelijk den indruk, welken n4jn hart er voor aaawig van ontving, in woorden te_yertolken. Heb dank, gebenedijde zanger, gü die té schande hebt gemaakt de domme meening van zoovelen, dat ons land geen groote dichten meer voort* brengt! Drievnldig is de Godheid, en overmits en uademaal wQ, kinderen van stof, alle naar bet even beeld der Godheid gevormd werden, zoo geldt deze drievuldigheid ook een iegelijk onzer, met al onzen aankleef. .De menschheld dacht zich God, geluk zichzelf, drie-één". Ik zet het den grootstén onzer dichter fantasten een reiner, edeler .grond-idee" voor ajjn harmonieën te vinden; ik tart deuznlke, op meer afdoende wijze een offer te brengen aan den geest, die?naar de heer Yan Maas (e-recht opmerkt??zuivel en ooft gaf en 't hoog geboomte luwen deed." Alles inderdaad is drie-één van de schepping af. Men beeft ?geconstateerd", dat er in den bouw onzer planeet steeds drie perken waar te nemen zijn, perken, die men ?«fttt, Aoofc en Ij/n" sou. kun nen noemen, en dat het ?grond-type van het tweede vak in de aardformatie-leer in niets anden bestaat dan .?de buis, waar de versahjllende voch ten in opstijgen." En 100 verder, de hoela ?soheppingsorde" door. Drie-een ib ook d«nl) meMch,m8n vriend l dri«-vond de v knenim Di« hö In »ioh ht-rkent 1>y pemcend selflMtrMhten: Het dlerlük organisme, gevoel, ia 't h»rt geplant, Jfa»r,uih»tgUii*puni,'thooa, het edele versiaa4> O dat glauspuntl Die .derde kracht, ver bo ven n voel en stoffelijkheid verheven", die in bet hoofd zetelt, in dat scboone gewelfde paleis, waar de wachten door de vens^ren der oogen uitzien; waar snytak en reukorgaan geplant is; waar de menschenstem, de ?choonstojdw wereld, siah uitspreekt, met behulp van de tong, in een taal door welke d* rtdMtm In Utak, ia BMldtarU boa BMraiof opwbannt En onder 't lokklg h»*r, dat DMrgoIA VIA dut s«h»d«l, welft «ioh bet roorbooW a* t d* weaibnow, stU en ed«t, De takken van bestuur, In kabinet of oei, Zün daar funteMvad la bot dubbele herwnstel, Daar U bet aeinkaatoor, opaeriuaua allenregen, Diar vat bet oordeel wai, tot sul beraad genegen. Elk Tooretel van de «iel, de kiem van elk» daad, Brengt vlag de fantasie voor d'tljpueeoen raad; Si». Hierboven is van buiten gerept; en als men nu bet veld der industrie overschouwt: vat bulieo, echi)»en, raad'reo, Wat drijfkracht tot eün doel »n opéuttpuntTórgaad'»»: Vit 'tatugge ifMr, koper, hard «n blinkend staal, Een organisme wel v«rd*elbaar duJiendmt»]. Door d'adem fan.bet vuur, dooi boeten stoom bewogen Verriobt het den arbeid, o/'t bewusUlfa bad, roor Je ootfen, En, door een vlijt gespoord, die berg en stroom venet, Vliegt men om de aarde lang* bet üi'ren epoorenoet Of met die nienwe kracht, beweegkraobt dor planeten, Waardoor sU schitt'reu ea hun kreltabaan pylwwl uet«n, Met elekirleke knoht en kabels dwars door cee, Verband Tab pool tot pool en spraak TM ree tot red I Kaar waar Sou 't einde *4Ju van, denkkracht en van vinding? De geest beheersebt de stof, steeds «is'lend in verbinding, De denkkracht van den mensob op haar gewelfilea troon, O wervelenkolom, uw kapitaal en kroont Ik heb de verzoeking niet kunnen weerstaan, bovenstaand fragment m lijn geheel den levers van de Amsterdammer ter bewondering voor te leggen. In denzelfden rnstigen bescheiden toon ? eenvoud is het kenmerk van het ware ? set de dichter nog een poos z^u toespraak aan .Aristus" voort, om te eindigen met de schitterendste aller conclusiën, die ik pottr (out de bon bier nog vol gen laat Üoa werken in de slet, btf tfonnea der ged«ebt«n, Drie roert'len tot één doel niet Juiat beperkte Krachten, Verstoor de werking d«ser rwd'r«u asar nw wil, Verlam de drijfveer «n het nüerwerk staat stUI De krachten reeglen die In 't'drietal samenwerken; Verstand, gevoel en iln, elk'tot haar dlonst beperken Zij onze lerenstaak en wy«helda leer en wenacli, Viaar alles U volmaakt U 't ook gewis de mensoh. En na ons scherp figuur, dat thesis was, omsohMTen Stet de eeuw'ge kromme I^n en triomfant Torheven; Het eindige, ? drieéén, heet stof en ruimte en tyd, Drie-een Jn cirkel ? meUphoor der eeuwigheid! Deze weinige citaten zullen voldoende geweest zijn, om den beer van Maas uit de wolken der onbekendheid in het helderste licht te verplaat sen en bij leek en niet-leek de overtuiging te vestigen, dat wö van nu af in hém, en nie mand anders, den eersten leerdichter omes tyds, te-gelijk den opperste der alexandrijnensmeden nebben te huldigen. Laten wü dan ook .instemmen met *4jn jnbelkreet ?Eicelaior, excehior in God I" en op de vleugelen van dien kreet naar den boekwinkel van Jac«. Bookmaker stormen, om voor een paar dubbeltje», als onver vreemdbare bezitting, ctfn openbaring machtig te worden en achter Slot en grendel in een der dui zenden nissen van ? bet scboone paleis te bergen, dat ? borribile dictul ? onze jongste dreumes voor hoofd, of vaker nog, voor bol en kop uitscheldt. Besluiten wil ik dezen brief met een woordjen over de Haarlemsche verkiezingen. Zeggen, dat bet in onze doodleuke, verstandig-konwe Spaaxnestad ge spannen beeft, zoo liegen zijn. De eerste burger moet nog uit zyn plooi komen, en bet floers der verbohjenheid, waarmee een jammerlijk schotschrift te elider ure onzen nutigen hemel kwam betrek ken, is weer zoo goed als weggevaagd. Een jammerlQk schotschrift, ja, dat was bet. Van een man, die in één week z$n vrouw en «jjn- dochter beide verloor aan een kortstondige, maar des ie wreeder ziekte, spottenderwijs . te gewagen, dat hij aan buien van melancholie souffreert, en deze omstandigheid dan als argument tegen zijn her kiezing te doen gelden, legt?hoe meirtook nemen wil ? getuigenis van een lage, laffe inborst af. Ook bedenke men, dat dezulken, die het geestigst wanen te zijn, in den regel juist tot de minst ontwikkelden behooren. Tachtig van onze meest bekende ingezetenen hebben zich de moeite aan§udaan, om tegen bet kladgesohrijf. van dien utsterling te protesteeren, en feitelijk waren zij, om die kiezer», welke tot dusver gezwegen had den, uit den dat te wekken, tot dien maatregel gedwongen. Want dat het ding pressie geoefend /iet/1, is iiiet te loochenen: men luistert nog zoo gaarne naar lasteraars, en de zelfstandigheid van ?men"- is uog zoo verre! £11 wat doet nu een ander? HU laat met dikke letters drukken, dat er onder die tachtig mis noegden üóu ia ? en hy noemt hem by naam en toenaam ? die een paar jaar geleden tegenover onzen pamfiettist op niet andere wjjze te werk §ing dan deze uu jegens een man als Huët hanelde. C'est ainsi gtvon écrit l'histoire, of in goed Hollandscb, zóó benyert men zich, om van een zuiver maatschappelijke en maatschappelijk zui vere instelling een warboel van persoonlijke be-' leediging en verdacbtmakiog, van knoeierjj en konkelarü, te maken. Gelukkig echter voor onze reputatie is Mr. R. H. J. Gullandet Huet met een meerderheid van een paar honderd stemmen herkozen, en hebben dos de K. K. candidaten, de heeren Bejjnes en FrévinsJre, nog een poos gelegenheid om de kat uit den boom te kijken. Als nij veren by uitnemendheid mogen deze beide worden- genoemd, dat is zeker. Doch zonderling komt het mij voor, dat niet één der kiesgenootschappen, de verdiensten van Huet in 't licht stellend, onze opmerkzaamheid heeft kunnen of willen vestigen op de zaak, die met zoo goed gevolg ook door hém gedreven wordt, 't Is waar, slechts in de. tweede plaats is Huet fabrikant; in de eerste, in zijn kwaliteit van raadslid, een voorstander en bevorderaar van't onderwijs ? als weinige. Groot is het aantal dergenen, die zich om hulp of advies tot hem wendden en steeds een open oor by hem vonden. Te Leiden, aan de hoogescbool.... doch ik zou bang zün, dus voortgaande som mige lieden op sommige likdorens té trappen, en ik eindig dus. Huet is herkozen ? moge nfl nog lang in den kring der vroedschap s$n eervolle plaats handhaven, tot ««gen der gemeente, die hem lief i». H. G. 1) Ik citeer ItUerlffli. MUNKAOKSTS «CHRISTUS TOOR PILATÜS." Een herhaalde beschouwing ran dit schilderjj ? in de zalen van Arti uitstekend tentoongesteld ? gaf tot eindresultaat dat de behandeling vaneen dusdanig onderwerp beter bad móeten en ook had kunnen zy'n. Buitengewoon is dit stuk in alle opzichten zeker, doch juist om die reden had een kunstenaar als Munkacksy gemakkelijk aan dit schilderij een veel hoogere waarde kannen verzekeren. B(j de groote bewondering, die wfl voor dezen arbeid voelen, bö den machtigen in druk dien wfl verkrijgen, is het kunstgenot dat w8 smaken, niet onverdeeld. De oompositie is meesterlijk voor zoover deze de góéd zichtbare figuren in lich sluit. De ach tergrond daarentegen draagt ten duidelijkste de sporen van den betrekkelijk korten MJd, waarin dit kunstwerk i» vervaardigd. Juist deze omstan digheid is de oonuutk der tegenwerpingen die zteb aan ons opdringen. Het schilderij is te weinig doorwerkt ? het draagt hier en daar te duide lijke sporen van oppervlakkig afgetchilderd om --- aUe eischen te lEUnn^n voldoen. Het ge niale waardoor het zich in hooge mato kan* merkt, had ueh in mece Mriente vormen «git ton uitspreken. De figuren van Christus, Pilat* en der voornaamst* Joden staan in eta uitat» mende verhouding tot elkander. Hoe duidelijk wordt ons Pilatus' standpunt (gemotiveerd, hasj goed begrypen wfl dat dtse volkomen vreemd te ?M «trud, waarover hy rechter moet «ijn: B| een dergelyke opvatting naast de volmaakte figuaï van dea aanklager hindert om bijv. een geheel uit proportie agnde schouder van Pilatas. D« prachtige draperie, die Christus omsluit met bet beerlijk» licht waarin hij baadt, neemt niet weg. dat hy «enigszins omvalt. Ook de grond waarop hfl staat heeft meer van een oud Smvrnaa*o£ tapijt dan van een ingelegden vloer. Daarentegen is de kleur van dit alles betond* schoon ea "harmonieus In dit opzicht staat h«f geheele schildery zeer hoog. De bruine toon waan* het M gehouden, is zeker de oorzaak dat het stuk enkele zwarte plekken vertoont, waardoor het hier en daar de uoodige atmospheer mist Vooral in den achtergrond hindert dit Boven de hoofdfiguren verheft zich eea massa bruin, die to weinig zegt en te zwaar drukt Ook het blauw van een der figuren links valt uit de wonder* soboone kleurengamma der andere figuren en «i bepaald hinderlyk. Daarbij is er te weinig over* gang tusschen de voorste figuren ea deu achter. grond. En hoe leelyk is de rtf koppen, die zich' boven bat hoofd van Christus bevindt, ferwtt daarvoor geen ruimte kan zün. , Naast sommige uitstekend geteekende figuren van den voorgrond vertoonen andere grore foute* In dit opzicht. Rechte aan deze zijde van Pilatus zit een heerlijk geschilderde Jood met dotblauwea mantel. Trek de lonen van dy en rug door ea men zal bemerken dat hy onmogelijk op de bank kan zitten, waarop hy is geschilderd. Een door* gaande opmerking is deze: dat de plooien der kleederen hing niet altyd even goed zyn gemoti veerd, d, w. z. dat men het lichaam er niet altijd in terugvinden kan. Bepaald font zyn de opgeheven naakte arm«a van een der personen uit het volk. Zy zUn zeker naar de ledepop geschilderd. Naast de compositie is de rijkdom aan Ter* schillende types een der meest bijzondere ver diensten van dn ïobilderij. De Ghristuskop is niet edel, niet verheven genoeg, of beter gezegd er is to weinig contrast lusschen dezen martelaar ea zyn vervolgen. De bonding der banden daar entegen is zeer fijn gevoeld; de Joden op dea voorgrond z|jn, wat houding en gelaat aangaat :. De best geslaagde figuur is zeker wel , meesterlijk. De best 319 D'E AMSTERDAMMER, WEEKBLAD TOOR NEDERLAKD. de figu de aanklager, die, in welk opzicht dan ook, niets to wensohen overlaat Maar ook enkele koppen, zooals byv. die twee links van den aanklager, schuins achter den zittenden in het rood geklee* den jood zyn bewouderingwaardig. In bet alge meen is de groote rechter helft van ditecbildari wel het meest bevredigend. Het weinige verband dat er somtijds onderling tosscben de vele scboone stukken van dit doek bettaat, doet ons onze aandacht te veel aan d< onderdeelen wijden, waardoor de totaal indruk verzwakt wordt. Een buitengewone schepping blijft bet echter steeds, en als zoodanig moei niemand verauimen het te gaan eien. UIT BELGIË. XXX. Vlaamsohe muziek. Vlaamsob onderwijs. seience. Fn Luctor et emergot ik won bovendrijven; ? deze oude spreuk moet eiken rechte springen bij den blik op et schei taal,-Mdta,-opvoeding ter dan ooit wordt gestrec den moed der aloude vade de volharding die in 'tvt plassen der b^jna onbewooz wen tot ingedekte riviere» ......... __»_?r._, en op 't gewonnen land een net van spoorwegen heeft geworpen; met den offerzin, de grootmoe* digheid. waaraan de baanbreker op het gebied van de geschiedenis der belgiache letteren, J. F: WilleiDS 1846, en vele strijders voor hetzelfde doel na hem te gronde z\jn gegaan. Mot denzelldcn geest werken heden op het ge bied der muziek vele- begaafde toonzetters; maar bovenal Peter Benoit Heeft daaraan zijn leven gewild. 't Is wezenlijk meer den belachelijk, 't i* eens diepe vernedering voor hen die zulk streven niet ' kennen of 't miskennen, dateenigen tijd geleden in het conservatorium van Brussel een vlaamsch madri gal in 't fransch moest worden vertaald, alvorens men waagde het te doen uitvoeren voor een Brusselsch publiek, en dat kort daarna, in Frank rijk aan den voornaamsten strijder voor vlaamsch» toon- en dichtkunst, aan den viaamschen compo nist by uitnemendheid, aan den bestuurder der eenige vlaatnsche muziekschool in België, te Parijs éene hulde werd gebracht, gelijk nog aan geeiien belgiscbea toonzitter in Frankrijk Was te beurt gevallen. Deze gedachten (de lezers weten dat wij hier op de uitvoering van -Lucifer" in bet Trocadero zinspelen) deze gedachten dringen zich onwille keurig weder met al bare kracht en klaarheid, aan ons op ter gelegenheid der ?openbare oefe ningen" van de muziekschool te Antwerpen. * ?Ik dryf boven, ik dryf boven"' sclujnt den lezer uit elke bladzijde van het 45 blz, lange programma toegeroepen tti worden, wanneer men de smart en miskenning tnedo heeft doorleefd die als de furiën der oudheid, met dreinende toorts ter hand, diegenen aangrenzen \volke 'tw.'tgen ook slechts half luid den natunnijkstcn der venreben voor zich heou te lispelen: ?(n Vlaanderen Vlaamsen"! De overheden die geono ?Kinderen der nacht*. z^n maar ?Zonen der verlichting" riepen ondera tusschen een twaalftal venvers ir.nt borstels e potten büeen, zonden hen in de vlaa-.nsche stede» rond, deden eon aantal namen van straten ia twee talen schilderen, op do -dettieii der stations* gebouwen het woord ?Ingang" naast ?Entree", ?Statie-overste" aeveus ?Cïief de station", «Brie venbus" nevens ?Boite aux lettres", ?Gedrukt* stukken" of zelfs ?Urukse.ls" naast ?Impriniét" plaatsen, on bekennen dan nog met ceuen spot; lach: ?Ja, gij bobt gelijk, iu Vlaauduron Vlaomich. Wordt or echter eene wet geniemd om de min ste verandering m het eoboef fmnsclie onderwÜ» te brengen, dan worden na dio stemming Js oude« gevraagd, of z\j de uit roering van xulks wet toelaten, gelijk wij dat voor 14 dagen hebben gemeld. Hieraan ts alleen nog toj to voegen, dat sedert dien tijd de mioisUr OOK aan andere schoolprefecten aijueo rondgaandeu br*f heeft doen toekomen, en nt: door 't gebeele laad do ouden worden gevraagd zich al te spreken over ceua door den Koning reeds peteekcndo bepaling. Welk een wondervall« Iwcheidetheid! De &?, volgen zullen ulot uitbleven; protesta'iën woraon van allo zijden op bet getouw gezet, de boog be gint meer en meer U anauuen. Docb, om geheel eerigb te zQfl, «n to bewQK dat geenerlei partgbetang onze pen leidt, haastto wü ons hieraau toe te voegen, dat in ? Hot volksbelang," onder redactie vsn den beer J.Yujrtst««i ( te Gent, deii 28sten i.l. een brief aUat ftlg*<l:ukti .1 geteekend X, waarvan de schrijver betuiKt, dit ] de minister van Humbeeck geeno dadeMife aanleiding heeft gegeven tot den »Up door denpre>. feot van 't Atnenaeum te Antwerpen ffedaao, en hy voor dezen .verkeerd bogropen ijver" n», verantwoordelük kan worden gesteld. Deredactnantwoordt daarop: ,Wü ?tellwigee-iwantrouwM o*sn heer van Hnrobeeck, doch met rQn voortirend weifelen, tul ui en en uitstellen bobben wy, induit gesproken, geene'n vrede." enz. laut ons teragkomon op ons pont van do Autwerpaohe muziekschool, liet ontusichen den wedstryd te Bruuel en te «Werpen is, dat in de hoofdstad alleen de klof zich oper.iyk laat booren, te Antechter de oefeningen zelfs vanvopibereiaard «au 1 einde van bet schooljaar pu zyn. Reeds op Maandag den uden Juli ben, duren zy tot dea lOaen Augustus voort. gen hoort er de schoonste onde en nieuwe riandscba volksgezang*n, oubekende werken D oude Vlaaimclie ?olftveiubten" : Van der ltyn, IJoutmy, Kvnfft, Raick, Fiocco, Trazognie», M, van der Mont, Kennis, er.z, Docb de .die van alle scho'en is vovplichtend voor do ?'lingen der hoogere leergangen." De volzende week hopen \v\jop den einduitslag publieke oefeningen" terug te komtm. Op Maandag 18 Augustus zal te Antwerpen onthulling plaats hebben van bet Standbeeld II, Coutcience, vroeger door ons beschreven. et gemeentebestuur heeft eenen uitnoodigiiisstf voor deze plechtigheid aan da Viaamsuhe latschappijen van het goheele land doen toeomen eu versacht dat zy met hare vaandels, na i onthulling, in stoet het beeld voovby trekken. hoopt zelf tegenwoordig to zün. Tofn ik verslag gegeven heb over de rentoontll:i:f{ van de workt-n dor leerlingen ven Povtaels tb ik van het tnlcnt. gesproken, waarmede inlü 51 eer s oudo schilderijen Afschildert. Thans het nnn dezen fcunstenaiiJ1 weder opgedragen Florence in de kerk St. Marie la ïsovela vnn ne Aanbidding iler herders van Hugo. van ir Goes, den leerling van Jun vau Eijck, eene ie t u m» keu. et is een tryptiek. OJ.T de luiken bevinden tb do bceltcnissun der schenkers, de familie jrtiimri, vorvolgcns St. Matheus, St. Antonius n cciiO M..i-ia-l.ooil!Chnp v:m gi-yze kleur. Wij ?Hen hopen dat de Heer Meers den 15 eeuwsche 5! ?.oo goed za\ weten te vatten al i de 17o ».Mvc)'n italinnnscljp, rlnn *»! geihcr zijne ?AanIJins" do ?zecfeprtial van het Christendom op Synagoge" (zijn ln.it.sto werk naar van Kyck, «t men) nog overtreffen. Brussel, 3 Aug. 1893. M. A. Xlot .A-OibtcrJam", in na. 318 gedrukt utoud. UIT PARIJS. Do yszomcr. ? De ij/dingen van Frohsdorff, ? De arrna's van Littetia. ? LcsG-rimaces. ? Jiïtttio Uchwd en Victorieit Sardou. ? Ahxander Dumas en Gustare Eivtf. ? Schouwburgen *.n boeken. ü», 2 Aug. 188 3 De javen volgen elkander op en gelijken er; oj> rten rogenncbtigen zomer v;vu Jt>-<:3 iJBzotmr v*n 1BCS gevolgd. Ik overdrijf it! i>rio dageu geleden heelt het in do ouii van Purijs bepaald gevroren; voor do iten begint men zeer te vreezen. Iedereen at zich om van du zonocrverblijven nu badluaisen tenig te kecrcn. Men gei-ft altijd nog voorkeur aan het waden door het Purijicho ijlt en liet verblyï tehuis bovenwet ononngelanio van aan do kusten va» Normandic of te bevriezen. Toch blijven de^ weerulitcn una standvastig aankondigen, dat do nog steeds gansch Frankrijk biijveu overrouuun. 't Is fraai, inderdaad! liegeen niot. verhindert, dut ile graaf De Charaord van dit verschrikkelijke weder geen hinder oügunuamd gevoelt en zich verheugt in eane agelijks toenemende, of schijnbaar toenemende "leid: Hij kan op. deze wijze nog lan;* lijven voortsukkelen; de algemeene mecning ia ochtitns dut liij zeur ia oudcrmynd. Uit een ?o'itifk oogpunt ia niets vennakulijkcr dan de L-leui'stelling op te merken, welke de prinsen van 'rlians treJ't, die naar Frohsdorfl' gingen om aar ceno kroon te aanvaarden en thans UBHC reiskosten voor niemendal hebben uitstceven. Van den anderen kant steken do legitidie zoozeer voor bet behoud van hunnen Hoy" gabeden hebben, het hoofd op; ronduit cduidcu zij den Oi'Ieaiiitten, dat zij hen alleen uilen dulden .op voorwaarde dat zij zich. voor Ie witte vaan buigen ?, voor de wettige racisrcliie en het goddelijk recht. Deze inwendige wist naar aanleiding vun eene erfenis die zeli'a neg iict ojitn is, vei ralnkt de republikeicen niet weinig. iair allo politiek ter zijde, de tijdingen van Frobuluriï, waarin slechts ovev brnkingeu en uitwerpie!en gesproken wordt, begin- en het publiek te wvclcn; die bijzondet heiloii ziyü weinig siuakelylc, alleen de koningsgezindcn belang in, maken de minderheid, ecno zwakke in Frankrijk uit. MC.T belang stelt men in hot belangrijk crediet dan een milliocn bedragende) dat de ge rent-raad pas heult toegestaan ter verkrijging ecu t en t in vnav zich do arena1!) van het mie L'ittt'ia bevinden, cf beter gezegd doüallolümsansclie overblijfselen van liet oudste gedeuk:ekeii in Pai'ys. Het was in 1870 dat men deze 'tuigen van vervlogen eeuwen ontdekte, in do :r,iat Monge; ecu deel ervan is liet offer gci vun onveracliilligheid, de geleerde genoot. 4 en hebben "icli nochtans het lot van het oveigc ntdeelte aangetrokken; beurt om beurt hebben Académie des inscriptions d belles lettres, la 'wiété nationale des antiquaircs de 'Fratiee, ?corta de heer Daruy en de heer Henri Martin 'ich in de bres gestold voor het behoud dier rena's. Victor Ifugo schreef dezer dagen een elsurekeuden briei in dien zin: hy heeft zich zijne oude voorliefde voor de historische enkteekenen van Parijs herinnerd en zijn haat en hen die aan ruïnen de hand durven slaan oude gedenkteekenen in ruïnen durven hér'?"mii. Zyne machtige stem is vernomen en au den gemeenteraad niet dankbaar genoeg . voor zijn besluit om de arena's van Ltttetia >oor Parijs te behouden. Nochtans moet men dé "'eckcnis van deze archneologische overblijfselen ' overdrijven: er bestaat slechts een gedeelte van galcry, de sporen van een waterleiding, eenige enen van den ringmunr en van de groadvesi des inpangs; toch zal dit voldoende zyn '»_ in do gedachte het gebeel weder op te bonwen. r/""!lijk met eennieuw gebouw is te Parijs een wekelyksch schotscTirift voor den dag goevenals Rochefort's Lanterne in bloedomslog. Maar de redacteur is geen hefort; het is slechte een jong reactionnair ,. Ijver, de beer Octnve Mirbeou, die zich in 'O'iro door oenige hatelijke artikelen deed kennen B zich plotseling in staat gevoelde om op eigen 'teken te drijven en op nog boogeren toon net oord te voeren. Van zyn schotschrift, getiteld: Grimaces, zyn nog slechte twee nommers «n; het schijnt echter niet bestemd om ?rang te maken. De «cbrijver is te dog'«tisch in zyn wfize van denken, to tragisch in toon; by schrijft eene Ode aan de cholera en kt. de hoop uit, dat deze verwoestende geese) ra in Frankrijk zijn intrede zal doen om bet o-er republikeinen uit te roeien. Niet zeer beleefd! t dat heden ten dage ware kunst en echte uur niet te vinden zyn; in Frankrijk i» goeds meer' aanwezig ? alleen de Grimace* ezonderd. Kortom, in alles heencht gebrek ., *» noodige losheid, aan geest, aan nauwga'?beid. Op ledere pagina vüidt men eene zeld» ? brutaliteit, eene geveinsde oorspronkelijkbeid, een bestendige zucht om te poseeren aan den dag gelegd, bit is geen Fransch pamphlet; om dien naam te kunnen verdienen, zonde er meer goede luim, meer rechtmatige verontwaar diging in te vindan moeten ii|n. En onderwijl zet de sobrtfver van Fiatumina Mario Uohord, sUn letterkundig proces met den schrijver van Odette, Viotorien Baraon, voort. Hij blijft hem beschuldigen van letterkundigen dief stal; maar de pletten antwoorden: Toulestdant fout. ? Hetgeen niet wegneemt dat Sardou van doxlanige lasten niet vi§ is en dat de rechters wel zouden doen hem eens eene les te geven. Een andere strijd, die met meer woderzijdscbe beleeldhvid gevoerd wordt, is die welke de beer Alexaudre Dumas fils heeft aangebonden uietaijno brochure, over bet Onderzoek naar net vaderschap, ter bespreking van bet voorstel van den jongen afgevaardigde van het Isère-dcpartement, deu beer Gustave Uivot. De tooneeldichter gaat verder dan de afge vaardigde; hu keurt tendeele diens edel denkbeeld goed, meer teneinde den onvermijde'yken laster van ongehuwde moeden te vermijden, wil hij zwarp straften zien ingevoerd voor de gevallen waarin het bewezen wordt dat zü lasteren; hu. besluit met te beweren dat, onze tegenwoordige" zeden in aanmerking genomen, wij dertig of veertig {aren behoeven om wettig hot onderzoek naar bet vaderschap te doen plaats hebben l Iu do sclioawburgeu niets bijzonders, of het moest zijn de nieuwe vertooning van eene oudo Féeric in liet ChiUelet: Peau d'Ane. Eenige bo kon, van weinig beteekenis overigens, bij Dentu uitgekomen: Lu femme nuc door Jules de Gattyno, een verhaal vol gewaagde voorstoHiiif;eu en onwattischyiiHikliedcn; La peltte Marguise, door Paul Saunitre, dat ons verplaatst in den tijd der regeftring van Lodew\jk XIV en ons doet mrdelevcn met de avon turen eu kuiperyen dio don cenvoudigen abt Dubois tot kardinaal en tot eersten minister tnnnkten; La convcsse rouge, door do hceren Dealys en Pcllcrin, speelt te Moute Carlo en >iizza, in.eenp zeer vreemdsoortige en cosniopoliti?cho omgeving. liet zijn allen pogingen om het treurspel eu de tranen to doen vervangen door den gullen lach en het blijspel. Het zijn boeken voor dcu zomer, voor buitens on voor badplaat sen ? ongelukkig kan er cccn sprake zijn van luiitei-.s ou badplaatsen en blijven er slechts mid delmatige boeken over. PAUL JANKT. Membre do l'Institat, ProiVüaaur w la Fncultu drs Lettres du l'nri". Les Maitres da la Pcp.xte Moderne.? Parit, Ciilmann Lu y. Kditcur. 16S3. ? 'J03 pag. II. (Slet). W\j zijn mot onze achtenvaartsche beweging, genaderd »AII dn ufdcelinff'n over Dcscartes en bpinofii, din liet eerste gedeelte van het werk vnn Ja 11 e t uitmakfn, en waarvan wij reeds op merkten, dat zij voor ons JSedcrLmders vaa jut meeste bo'ang zijn, on wij er daarom ook iets langer bij mogon stilstaan. Uéscaitcs zoowtl als Spinüza toc'i, ot'jchoon eerstgenoemde een Franschraan, en bv-itstgcnoeinde een Israëüet van origine, helbc;' ' ; l -n in Holland gewoond, ücautrtcs was, :. .«.v Bekend is, op een en twintigjarigen Inpftü i . i.liger.onder da geledeven van Prins Maurih, en ivoori'de later txvintig jaren in ons vaderland. M:iar laat ons Janet volgen, en zien, lioe wij aan de hand vau dezen Franscüen hoogkeraar telkens in ons vn'Icrlund en in oud-vader ? land-che toestanden 'wordua rondgeleid, Janet spreekt over Dpscaytes, met uame over ?Son caractère et f on génie/1 Geen wonder! Zoo bekend als Dcscai'tes' geschiedenis is vau af xiju een en veertigste levensjaar, zoo is niets minder bekend dan de geschiedenis gedurende deze een en veertig jaren. Terecht zegt Janet daarom: ?C'est dono un travail aussi interessant que neui' do nous faire conn.iitru Descartes nvatit S.T. gloire et. s,in triomphe, avant «es premiers eci-its." Wijlen do hooglecraar Jltllct Imot't zich aangepord tot deze taak en geeu moeite ontzien om t-poren vaa Descartes in ons l atv l, zoowel alü in Zweden en Eugeland, t o ontdekken, ook anderen mankten zich 'verdienstelijk, zoo gaf FmicJtcr de Carcit uit: Oeuircis itiéditei <lc Dcscaites, zoo pclircef de rceda toveagcnoemdo Etuik Piiitstct Priicuneura et Disciplcs de Desearteï, en ii, om vau anderen te zwegen, het jongste w- rh ivcr Uesc;u-tcs, van Louis Lïard, recteui' <io rA(.~«?xns'e do Caen 1882. Juuch zegfc vau Descai'tm, dat caa der karak tertrekken, dio on j het mefbt in'hen> troft ?c'eat sa pa»sion des voyanes, passion «sst'ü vare a époque, surtout pai-mi les savants. On peut divo que Deacartes a vu toutu rKurops (la Huasio et la Turquie excepties). Ëea weinij» verder maakt h\j de oprüerliiuL,'. .,0n pouvrait croire que pen dant lo styom- prelongü cju'il a fait en liullande Descartcs sera restó nn puu tranquille. Nullamcnt; aans cesse il changcait de place. Op.do vr.mg, waar Dcscartcs in ons vadcrluud heeft ge woond, kunnen wij antwoorden: t» Amsterdam, nabij Fraiieker, to Deventer, te Leeuwarden, terwijl hy den llaag en Leiden bezocht. Ook noonJo hij eonige maanden to Dordrecht. (Meer plaatsen zijn opgenoemd bij: Duker: Voctius en Descartes lBOl, bJ. U no. 2.) ' All a vu tous los penples de l'Enrope, et uependnnt il 110 luife jamais échapper un seul trait üur.leurs divers caractères, et sur leurs moeurs, bian plu* ditlërentes alors qu' aujourd' hu'. Mtjme ce bon peuplo hollandais, auquel il a demandü ld securite' et la liberté, U n'a pas cherchü is, nous Ie poindre Geen wonder dat Janet tot het resultaat komt: ?II semble cr:e chez lui Ie voyageur, l'observatenr ait étó un antre homrae que lo savaut et l'écriyain^et que ces deux hommes ne se soient jamais inélés. Twee person-n ontmoeten wij indordaad in Descartes, ook iu andere onzïchten, die zich niet laten vereenigen. \Vü zien hem optreden als een moedig en beleid.vol man op onze Zuiderzee, waar ny alleen met zynen bediende en vijf of zes zeelui in een schip is en bemerkt dat laatst genoemden hem naar bet leven staan. Daar trekt by aanstonds den degen, spreekt de zeelieden in hunne eigene taal (bet hollandsch ?) aan en overbluft hen zoodanig, dat zij er geheel en al van afzien om hem uit te plunderen en in zee te werpen. En dezelide man, die zoo handelde, sneu wij op een anderen t(jd, nadat hij vernomen heeft dat het hoofdwerk van Galilei door Rome is veroordeeld, aan een cijner vrienden een brief schrijven, waarin hij z\jn voornemen vermeldt, om al ztyne papieren te verbranden of anders EO ten minste aan niemand te laten zien. Nog meer Descartes zoekt zelfs naar bewijzen, die tegen de beweging der aarde pleiten, en geeft nch moeite in een brief aan een geestelijke gericht om aan te toonen, dat de beweging der aarde slechts schijn en geen werkelijkheid is. ? Geen wonder dat de man die -bet woord ?bene vixit qui bene latuit volmondig beaamde, ook bet huwelijk, tot de verborgenheden van *ijn leven rekende. Dat Descartes toch een driejarig dochtertje heeft ge had en verloren staat vost; minder zeker is het echter of dit kind in of buiten echt verwekt werd. Janet ugt: ?U cacbait ia vie, iladonopucacher ?on mariage. . Janet eindigt zijne bescbouwigen over Descar tes, waarmede ook wij van hem afscheid nemen, met deae woorden: ,fl eat émmement francais par SOD gout ponr la simpu'oHe' nne et abstracte, par son indépendanoe haraie qui va droit au fait, par son amonr dez idees olsJrea, par son genie a'organisation. Il a éti Ie mattre de tous eeux qui sont vonus après lui; toae, tnême les plus grands, même les plus hostüti, a'ont pensé «ju'en poussant plus loin ou en eorrigeant mais toujours en subisjant les pensófs de Dsecarte». C'est un créateur, un fondateur et pour Ie redire avec Hegel, e'est aa bén». ' . . Waar wy tot Spinoza genaderd zyn, verplaatst Janet ons niet maar alleen in ons vaderland maar ook in oud-vaderlandiche toettanden. Dat ge schiedt met name in deafdeeb'ig.die tot opschrift draagt: Spinoza et la Theologie Spiaoziste. Zienier da merkwaardige woorden, waarmede deze afdeeling aanvangt: .Cenx qui aiment a expliquer tous les iaits de rhistoire nhiloso| liique et littéraire par IPS conditiens exterienrei, paIe olimat. par Ie milieu, sertüent bien cmbarassés do nous dire ponrquoi Ie génie Ie plus spéculatif et Ie plus abstrait des temps modernes esc apparu au sein du penple Ie plus pratique, Ie plus mdustrieux, Ie plus solidement attaché aux chos.s terrertres qu'l y ait en Europe, pourquoi en nn mot Sninoza est nu en Uollande". Na zyna be wondering over veel en velerlei in Holland te hebben uitgesproken, en de, vraag te hebben geuit ?d'oiï vient cette richeJsè^'Bètte p'alx, eette libei-tu" ? kan Janet zijne verwondering toch niet onderdrukken, dio doorstraalt ia de woorden ?quant aux grands problemen meUphysiques, il setnble qu'ils ne coieut pas lè a lear place; on ne songerait raörne è> rion de semblable, si Ie souvenir de Descartes et de Spinoza ne se prései.t-.iit ü l'esprit pour nous rappelcr que cette nobla tcrre compto anssi dtna 1'hKtoiro de la pensee philosophique, qu'elleaoul'honneurd'£tre Ie refugo do l'nn, U patrie de l'antre". ? Op dn vraag: ?pourquoi Ie Spinoziarae a pu re produire on Hoilando au XVIIe siècle plutüt qu'en tout autre paya, par ex?tnpleeii Franco ? luidt hot antwoord: ?Ha vraie civuso, c'cFt que la Ilullande i-t ait alors Ie seul pays do l'Eirropo 011 regn'it uue ccrtaine liberté de penter. E^n weinig verder heet het: ?ou peut dire que la Hollnnde était alors Ie centre de la libre pensee. Ce qui lo prouve sufllsnmment, c'est quo Bavle et Spinoza ont pa y écrire sans ttre trop inijuictés". ? Waar Paul Janet de uitgave van Spiaoza's werken bespreekt, wordt met ce»'e de naam ge noemd van wijlen den bekenden uitgever Frcdei ik 3Iuller. Ook do caam van Frof. ynu Vloten wordt herhaaldelijk genoemd, maar in een noot lezen wy erg<>p* ,Ce tjuenous regrettons «urtout, c'est la inauièro amèi'o tt dddaigneuse dout il poile de la chtiqua fraucoise, et Ie fcilence iajusta et volontairu qu'el parde sur les tnivaux do notre maitro et ami Emilo Snisset". ? De naam van Prol. Land misten wy, daarentegen wordt Ur. van der Linde niet vergoten en als een waardige gïds in dozen erkent. Onder het opschrift,: La Théoloaio Spinoziste au XVIIe siècle, worden wij herinnerd aan den invloed, dien Spïnozn heelt uifgeocfend op kerk en theologie. Arminins en Goluarus, de fcyiiole ' vaii Dordrecht, Voetijis fn Cofcejus worden hier door Janet genoemd. De gevoelens van F. van Leenhof, W. Deurhof, Pontiuan van Ilnttcm en de leerlingen van laatstgenoemde worden door hem medegedeeld. Toch vraagt do schrijver zeer terecht: ?Dans la théologie protestante ea güui'val, et memo dans la théologre Bcystique nvant la rt-fprme, te trourc t-on p«3 ues doctrines tout a t ait analogucs? ? Li het hoofdstuk dat getiteld is: Spinoza et Ie Naturalisme Contemporain, wo^dt hoofdzakelijk mede tegenover Dr. van Vlof*it rfe stelling ver dedigd nque Ie pantheïsme en genera!, celui de Sfinoza en patticub'er, est profendement distinct de rathéisme". ? MEh quoi! ?Zoo roept Janet uit ? ?cc grand et profond penseur, penttront entre tous, aurait été un athée sans IQ savoir"! Wat anders zullen wy in dezen zeggen dan dat ecu philosoot' die zich niet spenen kan van den naam ?öod", zelf aanleiding' geeft tot de treurige verwarring van theologie en pbilosophie, die scherp gescheiden moeten blyven. Ten slottc nog eepige woorden over de afdeeling, die tot opschrift draagt: Le Spinozisme en France. Janet zegt dat do geschiedenis van hst Spinoziamo in Frankrijk m drie tijdperken kan vordeeld wordou. In do zeventiende eeuw zou Spinoza dan, volgens Janet, een zonderling zijn geweest voor de denkers, en een monster voor de geloovigen. In de achttiende eeuw wordt hij op wei nige uil zonderingen na geminacht of veronacht zaamd. In de.negentiende eeu-.v komt hij weder iu eero ze]i's by zijne tegenstanders. ?C'eat n notre siucle et dana ce siècle fi Victor Cousin, et a son ócolo que revient rhomieiir d'avoir rótabali la signilïcution de la doctrine de Spinoza, do l'avpir vraimeut fait connaitie, enfin de lui a voi r restituó sa, place dans l'bistotre de la philosophic." (De vertalingen van Spinoza's werken zyn van Em. Loisset, wiens tweede vermeerderde editie in 1860 verscheen, eu van den advocaat Praf. Geschriften over Spinoza verschenen in Frankrijk uit de school Van Victor Cousin, van do hand van Damirau, Fraucisque Bouiller, Nourision, Ilpnri Martin. ?) Toch eindigt Janet met de opmerking: ?que Ie genie de Spinoza u'est pas tres adopté a la nature de l'eipnt francais. La Franco n'est pr.s mystinue. Elle aime les idees nettes et bien deliinitées. j Van het laai sta getuigt les Maitres de la Penst'e l Moderne. Wie ?denken'1 zoowel oen plicht nis een vuorrec'nt acht. en smakelijk als ook verteer banr voedsel voor deu geest begeert, leïe.daarom dit nieuwe werk van Janet., hij zal den tyd er aan besteed, niet verloren achten. Angwilla, EENE MEÜWE ONTDEKKING OOK VOOR DE LITTERAIRE KUNST, door een Letterkundige. Wat Jakob Geel onmogelijk achtte is dan ein delijk geschied. Het is don meenten mijner lezers misschien onbekend, maar toch is het zoo: hot is der negentiende eeuw dan eindelijk gelukt, na het uitvinden van do peinture-Bogaerts, en van de pianp-podophone, rslft eene ?nieuwe kunst" uit te vinden, un men denke bier niet aan kun stenmakers, neen, ik bedoel ?de scboone kunsten" en dat in haar volle geheel. MOD ia tot de ont dekking gekomen, dat al wat tot nu toe, door de. rijkbegaafdste geesten was voortgebracht, door de fijnste kunstkenners als schoon 'was erkend, eigenlijk maar relatief schoon kon genoemd wor den, en dat men zich heel gevoegelijk van de ge heele kunst voor het jaar 1Ë60 ongeveer, met hét getuigschrift: ?heel aardig voor dien tijd" kon afmaken; dat alles wordt den volke verkondigd, by monde van dm beer J. Zürcber, iu het Nieuws van den Dag, dat nog nimmer z\jn naam zoozeer verdiende, want, waarlijk, wat ons nu verkondigd wordt is haute noueeaulé te noemen. Hooren wjj den heer Zürcher zelven, in het blad van 25 Juni 1883: Internationale TentoonsteUi*» DB XUH8TOALLWJ ' ' ' V. ... ' ?By net bespreken van groote mannen uit, ?vorige eenwen wordt, naar mijn oordeel, vaak ?de fout begaan, dat men de werken van die ?mannen te veel objectief als meesterwerken roemt ?en die ons ter navolging en ?bestudeering voor* ?houdt, instede van uit do waarde van die werken ?ten opzichte van hun tijd te besluiten tot da ?groote waarde van den kaastanaar, «onder nn «nog te willen, dat die werken voor onttn smaak ?zoo soboon au voor onte vetodeling 100 navol?genrwamrdig moeten zjjo. Wat Somerus ten op,zichte van de Grieken; Dante voor 'tltalifl der ?U* eeuw; Milt on voor 't Engeland van 1600; ?Vondel voor de jonge Hollandsen» republiek was «kunnen zy niet lijn voor on», die én Homerus én ?Dante én Milton én nog aoovele andere kennen, ?al kunnen wij vinden dat met het oog op htm ?tijd al die mannen buiteagewooa groot kunnen ?genoemd worden. Ja: het kan i$n dat ik, met ?bet oog op hun tijd althans, één van die mannen ?den grootsten dichter vind van allen, die ik ken, ?oude en moderne, en dat ik tevens s$n werk ?volmaakt ongenietbaar vind." ? Welk een nieuwe Pico di Miraudola, zal men vragen, die hier .de omni re scibili et de quibusdam aliis" eene dis sertatie houdt? De grootste dichter, dien de beer Zurcher kent, KOU nog ongenietbaar kunnen sün, groote hemel! wat dan van den heer Zürcher te denken! Welk een genie, o gelukkig Ne derland, hebt gU dan eindebjk voortgebracht! welk een diepe blik, wat Biet hij ver l Hetgeen om hemt en m zijne nabijheid is, dat bemerkt die ziener met meer, ja den eeuwigen band, die ge slacht aan geslacht verbindt, net verband tus schen de menschbeid van gisteren en die van heden, dat alles ziet bij voorby, als of bet schooi* niet altijd schoon ware, eeuwig, ab de natuur zelve! Of is een dichter volkomen ongenietbaar, omdat >ijn werk eeoige details bevat, die wij zoo dadelijk niet begrijpen? Zijn de helden van Ho* meros in hunne blinkende harnassen, dun geen mcnschen zoo als wij'? ? Doch, wat waag ik het, hier het gezonde verstand te laten «preken, hoe kan ik ZL-O dwaas zijn om te refnteerenV? Zie neis van zulk een gehalte, zijn ouder eu boven de wetten der logica, men moet hun eenvoudig guiooven en neerknielen: en nu, gij schilders en dichters, knielt neder en wacht een oogenblik eer gij paiet en penseel, eer gij uw dioht veder weer ter Tiaiid neemt, daar ga!rat het: ?Als ik do's te ?«eniger tijd een vonnis uitspreek over den een ?of üüdoren ouden kunstenaar (ten deze: schilder ?daar kinilc eartikelenalleinovcr^childershandel) ?hoop ik,dat int-n altijd aan bovenstaande uitlegging ?wil denken on gelooven, dat ik dat oude schilder^ ?leelijk en vooral niet navolgenswanrdig kan viudeu ?en t ovens eerbied hebben voor den maker, dien ik, .mtt het oog op ziju tüd, zeker een groot mau kan ?vinden'. Hoe genadig, hè, van zulk een groot mnn; eerbied voor den maker, mot het oog op zijn tijd 't Gelukkige Ho m er o», gelukkige Dunte ! eu u Milto en Vondel, heil! De heer ZUrcher vindt n a<rdig met het oog op uw-tijd, voor die barbaren, met welke gij geJeeid bebtl Doohvoor ons .... eene niouuo kunst! Manr neen, de heer Ziirober liandtlt alleen ovor jchdder»; wat vooraf ging schijnt dus een geniaal delirium _te zijn. ? Doch hooren wij verder: ?Ik vind die inleiding noodig, waar ik lij het behandelen der fransche landscnappen op onze tentoonstelling in berinne ring wil brengen, hoe het landschap eerst door de ichiiders vau do zeventiende eeuw, en wel dooi de Hullai.deis, is behandeld geworden op eene wijze die ons niet al te verkeerd toeschijnt'. Dit Lmtsto is «ene lieve attentie voor de landschap schilders van onze groote esmv. Hoe jammer dat Eoavcel genialiteit door peen enkele courant werd opgemerkt! Uccn enkel woord van goe'lkcurig nan pen m-iu, voor wien de Kedcrlandsehe leeuw, en een zetel in de Kon. Akademie, ve«l te goringe onde:scheidingen zonden zijn! Dochhoortn wy verder: ?Wat toch was aanhankelijk bet doel der schil?derkur.stV Geen onder doel immers, dan het ver?sieien der voortl;rcugselen .van do bonwkunst, met ?name de kerken. Voor zoover zij geen ornnmen?tiek niaalftc.Jila krullen 901 pilarf n en zuilen, schiep ?zy niets anders dan voorstellingen aan de schrifr, ?aan 't 'leven van Jezus, Maria, de heiligen ontleend. ?Later zou zij ? by de renaissance ? diezclfds ?vooi-stelJinffen geven, doch niet nis versieringen ?van de kevkeh: als zelfstandige kunstuitingen. ?Maai- altijd ttddo zy voor: r.ij heelde niet af: rzelfi nis zij portretten maakte van groote.becrèu, ?beelde r.ij die heeien minder nf, dan dat ^ijhen ^voorstelde in hun vroomheid (geknield aan den ?voet van het kruis) in hun dn pperheid (strijdend ?tcgrn deu o-ardschen of helschen vijand)". ?Toen de schilderkunst hooger steeg en de schil?ders inzagen, dixt zij bij 't afbeelden van deze of ?«cno figuur, eece yoorstolliog konden geven van ?'t mysteii1) der ruimte, van 't zonnelicht ? ont?stonden die eenige doek».n, waarop de voelers en ?dcuke.s uit vorige eeuwen den indruk hebben liwcfrgegoyo.", die het, geheimzinnig licht en de -nog gclicmiziijnixf-r.ruimte op ben mnak'en. Dat ?hebben zij cónrgishld, de R<mbnindt's, de Frats ?Halssen, de Titibiins; dat hebbrn zij voorgesteld, ?uU zij.' ore te kunnen leven, het gelaat moesten ?afbeeldt vnuregenten, staalme^tcrs,borgemees?ters, priiiseci, wor.dlieelers en anderen. ?Mn.ir ia bet mysterie van licht en ruimte Alleen nfto»É te stellen iu du afbeelding, van figuren V Im.mci-s ut-eu: w^.arom ook niet iu de afbeelding van ?landschappen, vnn dieren, van lurenlooze voor'- werpen. Ziu -/.e dep ook sciiilderen: deRuysdnelX ?de llobbcnift's, ds lIondecoeter's,devanUtrecht's. ?Zoo ontstond het realistische landschap van de .17de eeuw: doch slechts in zoo ver realistisch, ?uls het getrouwelijk de afbeelding was van een ?stukje k'rond, molens, boomen en water. Het ?mysterie ?ruimte, licht ?'cc.li, dat kon de 17de ?eenwücho latidschariachilder niet uitdrukken dan ?op de wijze als hij net doen zag door zijne kunst.,troeders,-die figmvn afbeeldden en de ? Hobnbema's en Ruysdael'sen Botu'szüu ?bruin, geel. ?Een nieuwe tijd moest komen voor men aan do natuur zèlvo vroeg, hoo sg deed om natuur lijk ft klinkt 7ot) en romantisch tevens te zijn." Na eren mijnt) lezers opmerkzaam te hebben gemaakt op d.e fijne distinctie tusschen afbeelden en voorstellen, zoo fijn, dat de geniale kunstcri ticus zelf, r.icl altya die subtiliteit in bet oog houdt, (hoe anders byv, die woorden te verklaren: .toen de schilderkunst hooger steg en de schil ders inzagen, dat zü by 't afbeelden van deze of gene figuur, eene voorstelling kouden geven" enz., zoo Ver was do kunst toen immers nog niet?) ? na die kleine opmerking, verzoek ik de hoogste oplettendheid voor die natuur, welke ?natuurlijk en romantisch tevens" is. De ver ouderde Jakob Geel, ?voor zijn tijd een groot mau" laat in zijn gesprek op den Drachenfels een zijner personen, op de vraag wat de roman tiek is, even het hoofd tnsseben de boenen steken, zoodot hy natuurlijk alles omgekeerd ziet; zon eene romantische schilderij er ook zoo uitzien? doch die Jakob Geel i* al lang uit den tijd! ? Ik zou nog kunnen vragen wat de neer Zürcher met zijne .mysteries van hebt en ruimte" z|jn ?geheimzinnig licht, en nog geheim zinniger ruimte" toch eigenlijk bedoelt, maar door nijjne aanmerkingen wil ik het genot van de kunstvnenden niet verstoren, liever raad ik bun aan, dadelijk naar het bureau van het N. v. d. D. of naar de kiosken-onderneming te gaan en té zien of er de nummert nog te krijgen zyn, welke de geest- en talentvolle arti kelen des heeren Zürcher bevatten; ik wenschto slechts de aandacht er op te vestigen, wijl ik bet zonde en jammer vond, als zooveel sohoons on opgemerkt verloren ging. Eene ontleding en be oordeeling h'gt natuurlijk ver boven de krachten van een burgerman. A. Abdulldhof ktt Slaoerltad van vieren, «vhe Arabische vertelling door Ëdouard Labouia je. Uit het Fransch vertaald door J. van WitMnbUrg. liet een «oord van aanbeveling van W. Jetae. Deven ter, A. J. van den Sigtenhorst, 1883. Prijs/1.60.Zelden neb ik een boek elezen, waarmee Sc d« m0 daarom «en aangename faal de aandacht t* veitigea OB de Ned. vertaling ei- van, waarmede de Beer J. vu WttaenbnTg T«-ea aan sieh vetplicht heeft, voor wie bét ocMpronkelyke miskUv yenteanbaar tt. De schrt|ver seif noemt den ver* telhng z«n Ueftto kind, oftcboon xfin ?Paris. M Amenqne1' en ,1e Prinche CSuucb?' me* b*. weving gemaakt hebben in d« wereld. Het£lan van het verhaal is hoogst eenvoudig: Hadji-Mansocr is eea Egyptisch koopman, eett der rijksten ntt heel Djeddib; bakent geen groote* genot dan schatten verzamelen, en er sou niete aan tUa geluk ontbreken, als bü maar een nobsi en erfgenaam had. Welnu I eiadelfik als &Q nM meer jong is, schenkt hem een der vrouwen nik zfla harem een non, wien hij den naam geeft vaat Omar, en dien hy tor opvoeding toevertrouwtaan de weduwe van eenBedoIen. Het AbdaTUA, naat? eenigen zoon, zal ^tin het rijke koöpmanskinA worden opgevoed in de woetttyo, om later'getond en iterk den vader te kannen opvolgen. Vóór dat de kinderen vertrekken vraagt oude Mansonr een Derwisch naar de toekomst v _ den jonggeborene, en voor veel geld verneemt hff dat deze gelukkig zal wesen, maar .dat zQn bette) vriend zyn grootste v$and nl zijn. Ook mag d» mia of meer ongeruste vader drie wensohen ui*» ?preken voor zyn zoon, iH miles vervuld worden. De eerste is natuurlijk, dat bij rijk zH, de tweed» dat hem een goede gezondheid ten deel volle en de derde ? een vriend mocht hem schaden: dat by een volmaakt egoïst worde «n alleen aan zichzelven denke. Het iy soo! zeg): de Derwisch. Maar ook de Bedoïene smeekt om een gav* voor haar zoon. Goed! roept de wicheloar, ik weet al wat gij wilt. Hy moet zeker ook rijk worden. Leer hem stelen, liegen en schrapen. Dat is de weg. Dit verlang ik niet, roept de moeder verschrikt. Zijn vader was een recht-, schapen man, en zyn zoon moet het ook worden, ik vraag alleen dat bij gelukkig *y. Deugdzaam én gelukkig! goede vrouw, wat gj} verlangt is het klaverblad van vieren; na Adam beeft niemand het gezien. Laat uw zoon bet zoeken; als by het vindt zal het hem aan niots) ontbreken. Na deze woorden gesproken te hebben, verdwijnt de Derwisch. De weg der beide kinderen ia af gebakend. Het klaverblad van vieren te zoeken1 is Abdallah's levenstaak en Omar's doel is macht; rijkdom en genot, Beiden slagen ieder op zjjn manier; de eerste ten koste van arbeid, strijd, zelfverloochening, ja ten koste van zyn leven, da tweede boet er alles by in waternogmeascheiyk in zyn hart was. Waar Abdallüh het koperen, het zilveren en het gouden en eindelijk ook het diamanten klaverblad vindt en welk een ?geluk" Omar ver-. werft ? dat moet gij zelf lezen. De Heer Jesse deelt ter aanbeveling van bet boekje mede, dat hij den inbond van AbdaMh beeft verteld aan een groot gezelschap van kin deren eu hunne ouders. Allen waren opgetogen en tranen kwamen over de wangen biggelen van jong en oud. (?) Dat bewast zeker veel voor het boeiende en aangrijpende van bet verhaal voor kinderen, maar niet minder voor het talent van den verteller, want stijl en inhoud van dit kunst' werkje behooren by elkander. Al was my daartoe in dit blad genoeg ruimte toegestaan, ik zou het niet wagen n den inhoud van Abdollub te vertellen: liever schrijf ik een regel over van de vertaling. nüe jonge Bedoelen heeft ten nutte van ejja stam een put gegraven in de woesty'n; eindelyfc is' zyn werk gereed, waarvoor hy zooveel ge trotseerd heeft .... Toen do avond gevallen wa.;, ging men niet Mte_de (gewon») drinkplaats»; kudden en herders* hielden Dg de bron stil; d* lachers van den vongeti dag prezen Abdaliab, wQ hadden het voorzien, zeiden de oudsten. Ge-' lukkig de moeder van zulk een zoon, herhaalden de vrouwen. Gelukkig de vrouw van dezen fugdigen en dapperen man, dachten de meünes. a iedereen voegde er by: gezegend zy de die naar Gods en do Kinderen zy'uei kinderen! Toen de stam vergaderd was, vulde de zoon van Youssouf (Abdallüh) een kruik met dit water, dat even i'risch was als dat uit de put van 7«?-"?H eu haar op zijn arm zettende, bet by zyn moeder bet eerst drinken; ieder kwam op zijn beurt: Abdatlah dronk het laatst." Het zilveren klaverblad ontvangt .de Bedoeïen van een slavinnetje, dat by met levensgevaar niti de handen van roovers gered heeft. Zfl werd gewond en door hem verpleegd. Op de vlucht gui.t hij haar eenige rust.... ?Al sprekende naai Abdallah haar op zijn knieën en haar ia zyn buruous hullende, liet by ba«r hoofd op zijn rech terarm lusten. Zy (.liep weldra in, haar slaap waa onrustig, zy sprak in haar droom. Abdallah voelde baar hart kloppen. Langzamerhand werd zij. kalmer, zy strekte de leden uit, men hoorde) haar nauwenjks ademhalen. De krijgsman wiegdo dit meisje, dat de oorlogskans hem voor één dag geschonken bod, zacht been en weder, en terwijl hij dit arme schepsel beschouwde, dacht by aan hetgeen zyn1- arme moeder om hem geleden had eu aan haar dacht hy alleen." ? Ik mag niet moer overschrijven; ook is bet moeielijk uit het aantal lieve passages een keu» to doen. Teekenacbtig is het heele verbaal on daarom aantrekkelijk voor ouden en jongen. Laboulaye zegt: de verdichting U de kortste weg, die tot de waarheid leidt Hq mag het zeg§en, niet omdat zyn Abdallah bet portret U van en een of anderen Bedoelen der werkelijkheid, maar omdat züu held ons de gewone waarheid zegt omtrent de edelste levensopvatting en de schoonst* zegepraal, die eon mensch behalen kou. Abdallah sterit, terwyi hy ziju plicht doet en Omar overwint is oen zeker opzicht, maar, zegt dé schrijver ü> de ?Narede", God mengt het bittere in do vreugd van dea zelfzuchtige en stort een heimelijk zoet in bet lyden vau liefhebbende harten. God ver heerlijkt de nederlaag van den rechtvaardigen on brandmerkt de zegepraal van den godücloozcn. Hit schenkt don vrede.. T. U. feter de Derde. Roiu«nli*ch ta fereel uit bet Russijche hofleven in de vorige eenw. Naar hel Duitscb van Gregor Sauurow. door J. V. Hendriks. Deventer. A. ter Guiina. 1883. 2 DL Noemt de geschiedenis ons vele vorsten, wien betten eenemale ontbrak aan do geschiktheid voor de hooge waardigheid, waartoe geboorte bon, riep, met weinige is dit in zoo storin m»to het geval geweest au met den man. wien als Poter IU een luttel aantal maanden de kroon der Czarea op het hoofd heeft gerost Zoo kort was aela ?qne regeering dat by nog niet de gelegenheid had gehad zich onder gewoonte to Moecou t» laten wijden, of reeds had hy de waardigheid een» keizers met het lot eens gevangene moeten vetwisaelen. Zti die Samarow's werken Keieerv» EUsabeth en GrootvontinKaOlarina hebben gelezen, ?Kn daardoor in staat geweest zich een met de werkelijkheid vry wel overeenkomend beeld t* vormen vaa deae treurige penooalnkheid. Aan hem is de derde roman gewgd ia de svriè^ die Samarow aan de gesehiedenia van Rusland in de vorige eeew heeft ontleend. Reeds te dik* wijh heb 4 in het Weekblad boeken van dezen ?onrijver besproken, om thans op nieuw uitvoerig sta to staan bH de kanwtwaarde van dezen roman. Me» vindt er de goede eigenschappen en de ge breken van den-schrijver, die m vorige verbalenvielen op te merken, ook thans terug. De bepaal ? dus ditmaal tot de get«ttedkundi«e waard*. t ? i periode van Rnslaiid» gagbiedenis, Ju*

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl