Historisch Archief 1877-1940
Maoemd) wilden MO boord konten om vreemde
lingen de hotels Mn te bevetoa. Men verbood
non 4w toegaag «t een der lastig* lieden viel
in het wtter en verdronk. Er oatetond toen een
oploop UB de haven en de menigte wierp steenen
Baar bet schip. De Bankote lichtte het anker en
tiet Bieb denTtrooffl afdrijven.
Toen «Uk het Tolk verscheidene magazijnen
?MI d« werf in brand; het vut petroleum te be
komen en begoot daarmede de huizen, zoodat
?tn achttal in de uoh gelegd werden en vele
andere beschadigd.
D* vreemdelingen mat hunne gezinnen begaven
aioh aan boord vaa de stoombooten Hankotc,
JffintfjM en Kianoekov. Bit laateto schip U
ter?jtond naar Hongkong gestoomd, om aldaar te
waarschuwen, daar de Ohiueeien ook de telegraaf*
Hju haiidea afge aeden, waarna twee Engelscho
tononneerbooten er heen gezonden zon. Ook de
Duttsche en Frantehe regeertngen hebben thans
Kunne macht ia de Chineesoha wateren versterkt,
hetgeen te meer noodig blijkt, au ook te
FooOhow een opstand van de machtige party der
Witte Lelie gemeld wordt.
Uit Toukin worden nu en dan berichten
ge?onden, vooral aan den Standard, omtrent neder
lagen en kleine overwinningen der Franschen,
?onder dat dit tot heden belangrijke resultaten
geeft.
In de andere koloniale zaak, die van Madagai ?
$ar, maakte de Times de briefwisseling openbaar,
die tastenen Admiraal Pierre en den bevelhebber
van het Eng -Isejie oorlogschip Dryad is gevoerd
naar aanleiding van de incidenten by Tara.Uve.
D<> inhoud dier brieven rechtvaardigt volkomen
de woorden van den heer Gladstone, die in het
Parlement over eene gebeurtenis van ?pijnljjken
en emstigen aard" sprak. De taal door admiraal
Pierre teg nover kapitein Johnstono gevoerd, ver
toont geen spoor van Frausche hoffelijkheid;
a$ne brieven *jjn integendeel in zeer
beleedigeuden toon geschreven. Ook in de brieyen van den
heer Johnstone komen teer onvoorzichtige uit
drukkingen voor.
Admiraal Pierre is, kort na zijne terugkomst,
kan «ene «lekte overleden, die hem reeds sedert
Tenoheldene maanden kwelde. Wellicht veront
schuldigt dit tot cekere hoogte atyne prikkel*
baarheid, die voor den vrede tustchen twee groote
tijken hoogst gevaarlijk had kunnen worden.
De pretendenten naar de Frcnsche kroon zyn
in afwachtende houding. De graaf van Parijs
doet niet wat zijne aanhangers van hem wachten;
h|j is voorzichtig, en met reden. B\j gelegenheid
van de onthulling van het standbeeld voor
Lafayette, te Ie Puy, heeft de Minister
"WaldeckBonsseau eene rede gehouden en da&rbfj met
enkele woorden melding gemaakt van het over
lijden van den graaf van Charabord en de daaruit
ontstane pretendentenqnaettie.
-Niets bedreigt de sterkte der regeering"; ?
aeule de minister ? ?de opschudding waartoe de
jongste treurige gebeurtenis in de monarchie aan
leiding gaf, is zonder weerklank gebleven; het
land il onverschillig; daarenboven schijnt men
zich van de andere zijden niet al te zeer te haas
ten met het aanvaarden eener erfenis, die met
vele gevaren is verbonden en welker aanvaarding
Tpor dra erfgenaam eene verwijdering uit Frank
rijk ten gevolge kan hebben".
De Francais bevat als weerklank hierop het
volgende berichtje:
?Bet telegram, door den Nouvellisie de Lyon
medegedeeld, doet den graaf van Parus van zich
jen: -De Koning van Frankr$k mag
zelf aa
niét de°tvxcde ïn de ry loof en'.
De afzender van het telegram beeft bedoeld:
?Hei hoofd van het Huis van Frankri/k". Dit
toch ia de eenige naam die thans den graat van
Parijs toekomt 7«w "»i">- *?-»"? J *
?aan te nemen, verneemt men, dat ny uuai gouc»
afhankelijk zal stellen van het gedrag van den
graaf van Parijs. Indien deze niets van zich
laat hooren, zal ook prins Napoleon zwijgen;
indien de graaf van Parijs een manifest uitvaar
digt, zal de prins door een manifest antwoorden.
Nog een pretendent doet yan zich spreken: het
is de tweede zoon van Nnundoriï, {den zich
noemenden Lodewijk XVII); hy maakt zich gereed
de erfgenamen van den graaf van Chnmbord een
proces aan te doen. Reeds in 1874 heeft hy met
züu broeder een proces verloren tegen den hertog
Van Berjy, toen zij diens fortuin als de hunne
eiüchten. l)e oudste zoon schijnt thans ontmoedigd
ta zijn, maar de jongste wil den strijd voortzet ten.
Over het testament van den graaf van Cham
bord, dat niet openbaar wordt gemaakt, ontvangt
men uit Weenen eenige mededeelingen.
Het is van 4 Juni gedateerd en geheel eigen
handig door den graaf geschreven. Het bevat
geen woord politiek en spreekt ook niet over
troonsopvolging. De Spaansche prinsen worden
niet genoemd. Het testament begint aldus:
?Ik sterf als een goed Gunsten, als
RoomachKatholiek. Ik gevoel tegen niemand haat j ik ver
geef hun die my beleedigd hebben en bid allen,
die mij iets te verwijten kunnen hebben,
het mü te vergeven.
Ik bid den Almachtigen God voor het heil
mijner ziel."
Daarop volgen de beschikkingen der
nalaten?ohap. Het roerend vermogen zon 8. millioen
flor^nen bedragen; het onroerende omvat het
kasteel Chambord, het landgoed St Hubert in
het Banaat, een landgoed in Galicië, het kasteel
Frohsdorft' en een Kasteeltje in stiermarken,
Brunnsee, waar de gravin van Berry gestorven is.
Tot haren dood behoudt de gravin van
Chambord het vruchtgebruik van alles. Alleen moet
zy terstond de legaten betalen. Na baren dood
gal de fortuin van den graaf van Chambord
tnsachen zijne twee neven verdeeld worden; de
hertog van Parma zal twee derden, de graaf van
fiardi één derde ontvangen.
De legaten zyn zeven in aantal:
500.000 francs aan de groothertogin Alice van
Toscane;
500.000 frnncs aan hertogin Margaretha, de
vrouw van Don Carlos;
400.000 francs aan het Oeuvre de la
propagation de la foi de Lyon;
400.000 francs of de interest daarvan aan den
St FJeterspenntng;
100.000 francs voor de gemeente, «waar ik de
oogen sluiten zal;"
Met een legaat aan al de bedienden en eene
aanzienlijke som voor mitsen vordt de lijst
ge?loten. .
De verkiezing voor een afgevaardigde te Parijl
in plaats van den heer Tirard, die senator ge
worden ia, heeft geen zeer belangrijke gegeven»
voor de stemming der hoofditad geleverd. De
drie candidaten varen: Foreit, gemeenteraadslid
«a president van den algemeenen raad der Seine;
HiéJard, president oer Unie van syndicale kamers
der patroons; en Deipatys, gemeenteraadslid. De
eerste was door de extreme gawhe, de tweede
door de Union répubticaine, de derde, eigenlek
royalist, door alle oppositiën «enigszins meer naar
de reehtersfide candidaat gesteld. Zy hebben
respectievelijk 2^869, 2,951 en 2,041 stemmen ver
kregen; zoodat mep de Dnionrépttblicaine, wier
vroegere candidaat, Tirard, uitviel, niet mag
geInkwenaohen. Tirard toch verkreeg intertydö.ölS
atemmen; over het algemeen evenwel afin thani
de Ueaeri zeer slecht opgekomen. By de ver
kiezing voor het vetgevend lichaam, te
Chalonsfcu**fcn gehouden, verwierf ? ? '
ERDAMMEB, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No.325
. , de heer Josserand 4280, de abt Sauvert
2752 stemmen; eaae herstemming aal»dus ook
daar plaats moeten hebben.
De evnte groep presidenten der rechtbanken
die de Fransche nuuUter van justitie ingevolge
de wet op de rechterlijke organisatie afzet, zyn
allen bekende bonapartisten eu clericalen, wier
ongeschiktheid voor onpartijdige rechtspraak in
derdaad gebleken is, zoodat de wet tot heden in
toepassing niet BOO gevaarlijk schijnt als tij in
beginsel is.
De benoeming van generaal SohmitB tot gezant
van de Fransche Republiek te Petersburg, is door
den Czaar goedgekeurd. Daarentegen is men er
in Duitschlaud neer over ontstemd, en wel omdat
de generaal van geboorte Elzasser is.
In de laatste bijeenkomst vau den raad van
bestuur der Snes-kauaalrnoatechappij zijn twee
besluiten genomen, die den bindel zeer tenroede
Bullen komen. \V'ij deelden reeds mede, dat de
Maatschappij voortaan de kosten op zich Bal
nemen van het afbrengen der schepen, die door
onvoldoende diepte van het kanaal aan den grond
zyn geraakt. Van dien maatregel zullen echter
s:hepen diu onklaar raken door pogingen om
elkander voorby te varen, uitgezonderd zijn. Deze
bepaling treedt den leu October in werking.
Verder zal voor schepen, de met ballast varen,
het tarief worden verminderd met fr. 2.50 per tou.
Het blijkt dus, dat <le Suoz-uiatiUchnppü door
de ondervinding van de laatste maamleu geleerd
heeft, dat het, zelfs bij eun onbetwistbaar mono
polie, niet raadzaam U de klanten door al te hooD'6
eischen te ontstemmen.
Do Belgische MoMttnr bevat een circulaire van
den minister van BinnenlandscUe Zuken, waarbij
de beruchte circulaire van 31 Augustus, ter
uitleiging van artikel 39 der kieswet, feitelijk ver
nietigd wordt In plaats van het bewijs te leveren
dat men geen certificaat van schoolbezoek kan
vertoonen, zal men kunnen volstaan met eer e
verklaring, eu dan het examen kunnen otlcggen.
Het is tengevolge der gezamenlijke protesten
van katholieken, liberalen en projjressisten, dat
de minister Rolin-Jacquemyns tot dieu maatregel
overgegaan ia.
De hertog de Fernan Nunez beeft zijn ontslag
ontvangen als Spaansch gezant by da Fransehe
Republiek. Men verzekert, dat de redeu vau dit
ontslag ligt in het voortdurend herhalen van de
geruchten in de Spaansche bladen, dat Fernan
Nuuez. gowasrfchuwd omtrent de plannen van
Kuiz Zorilla, verzuimd zou hebben, er zijne regee
ring van kennis te geven. De tiuulois integendeel
verzekert, dat de gezant z'üua regecring tot in
de kleinste bijzonderheden op de hoogte heeft
gehouden van de kuiperijen van Ruiss Zorilla. De
gezant zou zijn ontslag hebben genomen, omdat
bet ministerie Sagasta geen rekening had ge
houden met zijne raadgevingen en daardoor den
toestand steeds erger liet worden.
Havas voegt by dit bericht vun het ontslag ne
men van den hertog deze woorden:
?De redenen van dit ontslag behooren tot de
biiincnlandsch«, geenszins tot de internationale
politiek."
De Koning van Spanje* heeft dadeiyk na zyn
aankomst te Parijs een bezoek gebracht aan zyu
vader, den ex-koning don Francescó de Asaise,
die te Epinay woont, en heeft, in het
gezantEchaps-hotel teruggekeerd, den beer
ChallemelLacour, later den granf van Parijs en diens aoon,
den hertoff van Orloans, ontvangen.
Hij is Zondagavond t« Weeiien en de
Kroonprius van Portugal Maandagmorgen te Berlijn
aangekomen, Beiden werden met de gewone
vor*
ministers hunne posten blijven bekleedou. rrms
Alexander verwierp dit voorstel maar ging nog
verder, en verzoent, na een stormachtig onder
houd met den buitengewonen llussischen gezant
Jonion, de beide Hussiscbo ministers, SzoboJeff
ea Kaulbars, hunne portefeuilles neder te
leggen, terwyl hij teveua dou leider der
couservatieven, Grekofi', met de vurmiug van
een ministerio belabtte. Generaal Szoboleti bracht
daarop, door eeu rechtstreuksch bevel van
den Ozaar gemachtigd, ecu bezoek aan dun
den vorst, eu weigerde zyn ontslag te nemen.
Deze ongehoorde daad werd gevolgd door een
Russisch ultimatum, dat de volgende voorwaarde
ttelde: de Vorst zou afstand doen van de hem
in 1081 voor den tyd van zeven jaron toegekende
buitengewone volmacht; de Russische generaals
zouden feitelijk eene dictatuur uitoui'euen, en
onder buune leiding zou ccne nationale verga
dering bijeenkomen, om over eeue nieuwe grond
wet te beraadslagen.
Vorst Alexander deed te vergeefs een beroep
op de groote mogendheden. Een ougenblik dacht
hy er over om de kroon neder te leggen,
~hetgeen zonder twijfel de meest eervolle houding
tegenover do Russische onbeschaamdheid zou zyn
geweest, ? doch ten s!ottegafhy toe en toekende
et stuk, waarin de Russische voorwaarden wer
den aangenomen. Dit manifest is nog niet afge
kondigd, maar do BJ anning is zoo groot, dat do
vorst wuarschijnlyk niettegenstaande zijne toe
geeflijkheid, afstand zal moeten doen. BV de i in
vloedrijke Bulgaren is de verontwaardiging over
de vernederende boudiug van don vorst buiten
gewoon groot. Men beweert, dat aan de
constitaeerende vergadering een voorstel zal worden
gedaan om den Vorst af te zetten, die zich th<tns
zorgvuldig in zij o [ al eis schuil houdt, om den
minister niet te ontmoeten, die hem op zoo onge
hoorde wijze beleedigde en niet in aanraking te
komen met de leiders zijner vertoornde onder
danen.
Deze vergadering zal geheel in Rusn'schen
geest zyn en men beweert m Oostenrijk dat Rus
land geen ander doel heeft, dan vorat Alexander
te noodzaken afitand te doen van zyne waardig
heid en hem een geheel onder Russiachen1 in vloed
staanden opvolger te geven. Zelfs worden voor
dien post reeds de namen genoemd van de
grootvorsten SergiuB of Paal, beiden broeders des
Keizer*.
Als candidaten voor den Bulgaarschen troon
worden eek Peter Karageorgewitch en prins
Waldemar van Denemarken genoemd. De eerste is een
schoonzoon van vorst Nikita van Montenegro, die
tegenwoordig een werktuig in de handen van
Rusland ia; daarenboven is hy pretendent voor
den Servisohen troon. Dit alles zon hem bijzon
der geschikt maken, om Rusland den verloren
invloed in het Balkan-schiereiland te doen her
winnen. Da dynastie der Obrenowitch heeft in
Servië vele vijanden en wie over Servië, Monte
negro ea Bulgarije bescliikt, is heer en meester
in den Balkan. Intusschen zou deze keuzo zeker
door geene enkele mogendheid worden
goedgékenrdT en die van prins - Waldemar, den zwager
van den Russischen Czar, zoker niet veel moer
bijval vinden.
In Pern beklagen zich de vreemde handelaren
en consuls zeer over den steeds voortdnrenden
ongeregelden toestand. Reeds in April werd een
voorloopige vrede gesloten en nog duurt steeds
de oorlog voort, met het zekere en reeds duide
lijk merkbare* gevolg, dat Pernaanseh en
buiten. - laadioh kapitaal vernietigd of verdreven wordt
beer LoruahajJ Berooiden, jan P.era eilteat generaal Igleaiat,
bet zuiden admiraal Hontaros als president; de
hoofdstad Lima is reeds sedert 2ft jaar in handen
der Ühilenen. Een soort vrede is aan Peru aange
boden, tegen afstand der provinciën Tarapaea,
Tarna en Arica. Peru zou alleen de eerste p**
vincie willen geven, eu daarenboven wenschendat
Chili het gedeelte der staatsschuld overnam, waar
voor de guanobeddingen van Tarapaoa te pand
gegeven ztyn; maar Chili is bet juist om den guaoo
aonder hypotheek te doen. Generaal Iglesias zon
tot deze voorwaarden willen besluiten: Chili echter
wd alleen met beide deelen des lands onderhan
delen en onderhoudt met (sorg het voortbe
staan der twee partijen, die elkaar blijven ver
zwakken.
Meu voege hierbij, dat eenaantal
derPernaanache havens sedert jaren geblokkeerd zijn en in
andere invoerrechten gelden, die soms de waarde
der koopwaren overtreffen, en men zal toegeven
nat Chili zijn doel, om Peru aóó te rulneeren, dat
het aich in eene eeuw niet weder kon verheffen,
met meedogenloos* consequentie nastreeft en
bet bereiken zal.
Een telegram uit Lima meldt thans de samen
stelling vau een Peruaausoh Kabinet van de partij
Iglesias. Barinexa is minister- president en mi
nister van Justitie, Lavarelle van bionenlandsche
zaken, Osma van oorlog en Malpartida van finan
ciën.
Allerlei.
De bfgrootiog van Neerl. India is all een nieuwe
Indische ramp ontvangen.
Een tekort van 14 millioen en daarmede zijn
de nadeelige saldo's nog niet gedekt.
Circa 20 millioen moot aangezuiverd worden,
En 't middel?
Veraiiudering van spoorwog-nitgaven.
Het is het oude liedje : men gaat de kip slach
ten, die de gouden eieren logt.
Indien men deze zuinige politiek nooit bad ge
volgd, zouden wo thans niet in den toestand zyn
die iedereen hopeloos doet vragen: wat nu?
Men is er aan gewoon, dat de rede bij de si
uider zitting van d« Kamers gehouden, weinig be
langrijks bevat.
Dit jaar echter is die rede inderdaad vermakelijk.
Verbeeld u dat de Koning der Kamers dank
laat zeggen.... omdat de begrootingen zyn va
tgesteld en in de tekorten der schatkist is voor
zien door geldletningl
Grenst het niet aan spot met de onvrucht
baarheid vau deu parlementairen arbeid?
?Een nieuw ministerie is opgetreden, hetwelk
zich b|j de behandeling van zaken, die afdoening
eiüchten, in welwilleu ie medewerking der
StatenGeneraal mocht verheugen" ; ? zoo beet het in
de sluitingirede.
Dat is zoo.
De Kamers zijn, na weinige zittingen, geschei
den en men heeft de Minister» rustig laten zit
ten. Maar eerst was, by de ontmoeting van den
beer Heemskerk eu zijn collega's, duidelijk
gezeg l, dat men bitter weinig van hem verwachtte.
Het is inderdaad het summum van welwillend
heid om reeds in Mei heen te gaan,
Doch do medewerking is al byzonder negatief.
De aluitingsvedo bad vrij wat meer kunnen
bevatten.
Als do Regeericg maar eens alles had opgege
ven wat door haar is gedaan:
Intrekking van de weta voordnicht nopens den
kinderarbeid; intrekking van de militie- on
schut..__;? .._i _______ __
BLADEN.
De naderende staatkundige cumpagne wordt
aangekondigd door een paar belangrijke uitga ven.
\Vij noem len beiden reeds : het eene : een Poli
tiek Partij-program, van Dr. Schaepman, het
andere: Staatkundige Brieven van Mr. S. van
Houten. Van de laatste uitgave is 2 en 3 sedert
verschenen. Mr. Van H. behandelt daarin den
ouden strijd over Knppeyne's beleid in 1879, en
breekt tevens een lang voor het optreden van de
ministers als leden van het parlement.
De meeste onzer bladen schijnen voor de spe
ciale bespreking der beide uitgaven eenjgen tyd
te nemen. Tot dusver heeft alleen de TjW een
bepaalde beschouwing aan mr. v. Houton's op
treden gewijd. Het blad betoogt dat Van Houten
geheel ton onrechte hoopt op samenwerking van
de linkerzijden der Verschillende purtUeu.
Het Yrijdenkerecongres bier ter stede gehouden
heelt veel sanstpot gui'even aan de bladen der
anti-revolutionnaire en katholieke richting. Ook
eenig Jiberak organen zijfl er over ontstemd. Velen
betreurden het dat vryüeid werd gegeven tot het
verkon ligen van soortgelijke stellingen als daar
geuit zijn. De Standaard echter deelt de laatste
meening niet en meeat dat de heeren zichzelf
doodgepraat eu belachelijk gemaakt hebbon.
Laatstgenoemd blad heeft ook deze week het
pleidooi tegen de vaccine en den vnccjnedwang
voortgezet. Het dient geconstateerd, dat een ander
gezaghebbend orgaan der anti-revolutionnaira
party, het Wag. W. zich by De Tyd aansluit, die
wel den vaccineciwang een gruwel, maar da vaccine
zelf een zegen
noemt.-Hetgeen onlangs bij de installatie der raadsle
den te (ioes plaats had --^ het toelaten van twee
leden alleen op de belofte wijl zil bezwaren tegen
den eed hebbeu ? heeft de eedsquaestie weder
op het tapyt gebracht. Hernieuwd debat ia echter
niet gerezen ; alleen ia de dwaasheid geconstateerd
van het feit dat de burgemeester te Goes leden
kan toelaten die door den burgemeester van Assen
zoudon geweerd zijn.
De Orattjevaan .heeft nogmaals de ?Proper*
tioneele vertegenwoordiging" besproken en zich
daarbij geheel aanhanger getoond van het
Harestelsel.
De Arnh. ut. zette deze week haar beschouwing
over de Grondwet en eventueele wijziging voort
en besprak meer speciaal art 63 : de Koning
verleent adeldom.
Dr. Covonel heeft in 't Hand. nogmaals aan zijn
verontwaardig'ng lucht gegeven -over de houding
der Kamer in zake liet wetsontwerp op den kin
derarbeid. Ilij komt tot de conclusie dat het on*
geraden is met d o z e Kamer een nieuwe regeling
te ontwerpen.
Het » eckblad van het Regt heeft aan de be
slissingen op de Jaristen-Vereeniging genomen
een vrij uitvoerige beschouwing gewijd. Over 't
geheel ia het blad met de resultaten van het debat
ingenomen.
Door 't Vaderland werd een lans gebroken voor
de Itekenkamur, een lichaam dat te weiuig wordt
gewaardeerd en welks nauwlettendhciddoorwder
Ein een richtig financieel beheer op prijs stelt,
niet genoeg kan worden in eere gehouden.
De N. K. C. b-spreekt in een drietal artikelen
?de Vereenvoudiging van de Strafprocedure voor
den kantonrechter''; de Rvtterd. Gt. ?het bekende l
Afjeh-advios"; de Prov. Noordbrabandcr, ouder j
onder den indruk van het vrijdenkerscongres, het
Socialisme ; de Purm. Ct. de quaesHe Jorisnon ;
het Vaderland de ?WatarTervereebing in 's
Gravenhage"; terwijl de Tffd nog de ?subsidie aan
de R. K. Ziekenvorplegiug" alhier behandelt,
HET AMSTERDAMSCU TOONEEL.
Mensch, erger je niet en Papa's jonge».
Daar is nog altijd, ook in de Hollandsche
tooneelwaereld, een soort van onderscheid
tusschen het zomer- en bet winterseiioea.
Wel valt dat bijna wech, wel verïchilt het
repertoire der maanden zonder bijna niet
merkbaar meer van dat der gure en koude,
doch bet barre jaargetijde, dat meer tot
veeltaltig samenzijn in een besloten ruimte
lokt, dat- de gashitte verdraa^baarder maakt
en, in verband daarmee wellicht, zich ook
meer aan de warmte van tooneelkunstgenot,
van bewondering en geestdrift eigent, doet
ook hier nog steeds z(Ja rechten gelden.
Den tooneelkritikus, dat is den tooneel min
naar bij uitstek, den tooneeünao, den man
van de dramatische kunst, die daarin leeft
en ademt en er zijn heil bil vindt, dien
mensch verruimt het hart, als koelere wind
vlagen de zomer-zonnebranding door komen
suizen eu bet geroep der eifsüJruU-venters
langs de straten de September-maand aan
kondigt. HVJ vermeit er zich in aan te ne
men, hij schept er behagen in te gelooven,
dat nu zijn arbeidstijd wéér aanbreekt
en zijn werkkracht zich wéér zal kunnen
dienstbaar maken. Hij dringt zich
eenigszins op, dat er toch. wel deugdelijk nog
onderscheid tusschen de seizoenen bestaat;
hij bemint de traditie, die hem
zegttooneelen niet-tooneelmaanden uil elkaar te houden.
Hij vindt het pleizierig, dat ook zijn werk
kring hem een rustens- en een inspannings
tijd aanbiedt. Daarom verheugt hij zich in
Augustus op den aanstaanden September en
hoopt en verwacht hij veel van wat de win
ter, die voor de deur ligt, op zal levereu en
wenscht hij met heeler hart, dat de nieuwe
«karapanje", ? een door hem geliefkoosde
uitdrukking, ? luisterrijk haar intrede doe.
Ilij waant te voorzien, dat er zich nieuwe,
frissclie en moedige krachten zullen voor
doen in de toonecllellerkunde, zoowel als in
de tooneelspeelkunst; het schijnt hem zoo
zeker toe, dat de direkliën ijveriger en
kunstlievender dan voorheen zullen hande
len, dat de kunstenaars naauwgezetter zullen
wezen en de smaak van het publiek vooruit
zal zijn gegaan, o zoo zeker. Met verlangen
ziet hij uit naar de eersle aankondigingen der
nieuwe voorstellingen, met een kloppend
hart verwelkomt hij de eerste nummers van
het jonge programuia.
In September had de aaloude en vermaarde
Amsterdamsche kermis plaats, en het vertoo
nen van zoogenaamde kermissiukken omstreeks
dien tijd zal geen Amsterdamsche
tooneelvrienri in kon, ten eerste om dat zij hem de
en vrooljjke avonden van weleer
voor en in zoo menigen
schouw' Amstels pleinen gesleten, ten
dal eaa kannissluk, wil het een
wil hot een Amsterdamsen, wil
' kermisstuk zijn, hem tafereelen
. van de Amsterdamsche volkszeden,
zijn, hem de Amsterdamsche
ge?uoiituu i», ?jbruiken.de Amsterdamsche harts
tochten en charaklers zal afschilderen, die hem
hoogst pitoresk en der afbeelding waardig
voorkomen, waaraan hij zich naauw verwant
gevoelt. Hoe doller de kluchten zijn, waarop
men hem gaat vergasten, des te luider zal hij
lachen, des te meer waarlijk genoegen zal
hy smaken, en zijn verstand zal dien lach
rechtvaardigen, zijn gezonde smaak dat ge
noegen wettigen. Want de edelste humor
schuilt in de dolste kluchten en de ziel van
het volk Spreekt meestal uit erg naïve en
guitige rijmelarij.
En komt er ernst voor in het blijspel, nu,
die ook zal hem lief zijn, toespelingen op de
dingen van den dag zijn hem dierbaar en
hel alles mag zoo los aan een geschakeld,
zoo zonder verband en logische intrige zijn
als het wil, ? mids er een dichter zij op
gestaan, die ons volk heeft gade geslagen,
zijn deugden en kwalen, zijn kost urnen en
woorden, zijn handel en wandel heelt ont
dekt, gehoord, gezien en beoefend, die ze
weet af te heelden mot de schrille
penceelstrepen van het karikatuur of ze lof weet
te prijzen met de teerste snaren van zijn
lyriek, of ze weet te laken met een toornig
harpespel, ? den tooneelman zal te vreden
zijn. Hij zal dat een waardig begin van het
nieuwe tooneeljaar noemeo.
En thands, wut geschiedt er thands? Wat
vernemen onze kunst- en bruisend
levenraage zintuigen in den voorwinter van 1883
14? Wat gebeurt er in den tijd van heden,
nu het tooneel aan de goede, aan de uit
muntende, aan de blanke en wel besneden
handen der heeren letterkundigen is toever
trouwd? Wat, lezer? ik zal het u zeggen. De Kon
Ver. Set Nederl. tooneel geeft Fonds jongen,
een onbeduidende knoeverij uit het Duitsch
van de eerste klasse, die met ons Holland
en ons Amsterdam niets te maken heeft,
waarin Mejufvrouw Jos. de Groot voor gek
ronddoolt en de Heer Schulze een bepaald
misselijk rplletjen vervult, waaraan deze be
kwame artiest ongetwijfeld zeer het Jand heeft.
Mej. de Groot speelt voor een ruw, jongens
achtig meisjen, dat door de liefde van een
ziekelijken, bleeken jongeling, plotseling in
een vrouw l jen van zacbten gemoedsaard.wordt
omgeschroefd. De Heer Schulze is de
lamracnadige, zoetsappige jongeling, die later in
een haast nog onuilslaanbaarder flinken,
degelijken »bravon Hendrik" wordt her
schapen. Do Heer Morin vervult weder een
van die aardige rollen, ? een gepensioneerd
Duilscli militair stelt hij namelijk voor ?
wier inhoud den schrijver ongetwijfeld als
een reeks nooit genoeg herhaalbare waar
heden heeft beschouwd. Het is ol prul wat
er aan is. Het charakter dat Mej. de Groot
hier te verpersoonlijken heeft, is een schaduw
van Sutanne uit Le monde w f on s'tnnuie,
ï
vermengd met een scheraerwhyntien van
rol. die Mevr. Rösaing 100 kordaat m het nar»
Inkwartiering vervult.
Lieve hemel, ik wilde, dat het tooneel maar
niet aan de ontwikkelde behandeling der
Heeren letterkundigen was overgegeven, maar
dat ruwe bruine handen, trillend van vuur
en van drift voor het schoone, ? hadde hui
dat ook nooit in theorie duidelijk voor dei
geert gestaan en voelden iy alleen maar U
hun binnenste wat dat zeggen wil, ? die c*
ken hanteerden.
Van het stuk door den Heer van Lier gemon
teerd spreek ik liever in 't geheel niet. W*
heeft toch eigenlyk wel slecht vertaalde Duit.
schemiddélmatigheid met onze Amsterdarascb»
kermis, met onze Amjterdamsche
Septembermaand te maken? De Heer Bigot is een uit,
stekend akteur en onovertroffen boetseerdw
van levende koppen, maar hy vermag dood*
eenvoudiff niet net minste letterljen fatsoen.
lijk op bet papier te zetten. Hy kan
koepletten maken. HU kan dit nu een;
niet.
Lezer, ik ben eea Amsterdammer en
tooneelman. Ik zucht zwaar bij Paptt» Jt
gen en ik ween by Mentch erger je niet.
Amsterdam, 14 Sept., '83.
Van DejsseL
DE FRANSCHE OPERA,
Eobert Ie Diable. Mignon, La Favoritt,
L« Mattrt de ChapeOe.
De afgeloopen week heeft ons niet veel verder!
gebracht Wat zijn debuten toch vervelend eaj
boe weinig zeker is de maatstaf, dien z|J aan de
band doen l Er is eenige tyd toe noodig om eea
geheel vreemde stem te leeren kennen m al haar
eigenaardigheden, De fort-tenor Berger if eea
van die zangers, die de critiek ?du fil a retordre"
geven. Nu eens ia hfl zeer voldoende en bekoort
h\j door het fraaie timbre zijner borststem, dan
eens verrast bij het oor door haperend uitgestoott
hooge tonen en brengt hij den toehoorder in
gevaarlijke oogenblikken op de pijnbank. Hos
zal hy net er afbrengen? vraagt men zich telkeai
af en dat verstoort net genot dat zyn zang an
ders zou kunnen verschaffen. De heer Bergor
kent zijn partyen door en door en is een beschaafd
en degelijk artist. Van waar dan dat h\j niet eea
bevredigender indruk maakt? Gebrek aan zelf
vertrouwen, het ongewone diapason verklaren
veel, een gebrekkige emissie der tonen verklaart het
overige. In ?Robert Ie Diable" scheen het alsof
hij én debuutkoorts én het hooge diapason had
vergeten; in ?La Favorite" hatt ufl wederom in
hevige mate met beide te worstelen, zoodat de
balans, die na ?Les Huguenots" geen spoor rau
overslaan gaf, maar na ?Robert" .ten zynen gun
ste scheen over te bellen, na ?La Favorite" we
derom in den vorigen toestand is teruggekeerd;
Hoe de beslissing van de geabonneerden zal uit»
vallen is nog onzeker. Misschien is ?La Juive"
den zanger gunstig; wü hopen het.
Het tweede debuut van de forte-chanteuseMlle
Ledirio ja\s ?Alice" stond niet op dezelfde hoogU
als haar ?Valentine". Deze zangeres gevoelt zicÜ
vooral thuis in dramatische partyen en daartoe
behoort ?Alice" niet. Z|j is niets meer dan een
?confidente" en noch met haar, noch met
Raimbaud scheen Bcribe iets te kunnen uitrichten. In
laatstgenoemde kleine rol trad de heer
op, een tenorino met veel virtuositeit in de hooge
noten, veel aplomb en pen onnooool geoieht, dül
hem voor de operette geschikt maakt. Dat Mlle
Leckrcq, de tweede dugazon, is afgewezen U uw
lezers waarschijnlijk reeds bekend, zoodat de heei
Van Hamme thans naar twee nieuwe dugazont
moet uitzien. In bet voorbijgaan zij even een
zettersfput in ons vorig verslag gerectificeerd; het
publiek wilde niet wederom genoegen nemen mat
Mlle Dupouv, schreei ik ; in plaats vaa niet wsi
w l gedrukt. Heeft de zetter >)en profetische gave?
We zouden het bijna moeten gelooven. Verbeeldt
u dat Mlle Dupouy, toen zij als ?Miguon" op
trad, een succes had als haar vroeger nooit wu
ten deel gevallen. Toen zij in ?Les Huguenots"
hare ren'rié deed, applaudisseerde men iu het
geheel niet en bij de stembus werden 38 ?uons"
uitgebracht. Nu in ?Hignon" werd zy na eli
nummer met applaus begroet, na elke acte terug
geroepen. De moraal is dus, dat men in de resi
dentie om succes te hebben moet gevallen zijn.
Of steekt er meer achter dan ?is areamt of in
oor philosopby?"
Het tweede debuut van Mlle d'Ervillii (Philinel
en van de heeren Toscan (Lothario) David
(Maitre de Chaiielle) heeft wat de clianteuM
légere betreft, haar kansen aanmerkelijk doen
stijgen, wat den tweedon bas betreft die kansen
nog doen dalen, terwijl dat van den tweeden,
baryton wel zijn meerdere bruikbaarheid voord»
?opèra-comiquö" dan voor dramatische partijen
als ?Valentm" heeft bewe/,en, maar meer niet
Mlle d'Erviliy is geen coloratuurzangercs ndi
primo cartello", maar haar emplooi vordert meet
dan trillers en loopjes en ter wille van dat meer*
dere moet men een beetje toegevend zijn. Wan
neer Mlle. d'Erviliy zich voor onzuiver zingen
weet te hoeden, dan kan men met haar zang yreds
hebben. Zo acteert levendig en beweegt zich lol,
niettegenstaande een beetje ?embonpoint."
Wy hebben ten slotte nog de nieuwe contr'allo
mlle. Lender te vermelden, een jeugdige zange
res, die haar studies aan het Bruaselache
censorvatoire voltooide. Ze debuteerde aIs?Léouor" in Do*
nizettis ?Favorite" en maakte een gnntstigen in
druk. In hoever haar persoonlijkheid daartoe
meewerkte is moeielijk uit te maken ; zeker i>
het dat mlle. Lender bet oog aangenaam aandoet
Daarbij is haar stem welluidend, al mist zij de
echte sonoriteit van de contr'alto in het lage re
gister. Voor een pas beginnende artiste Kweet
mlle. Lender zich verwonderlijk goed ook au
actrice en wanneer zij bij haar volgende debuten
evengoed voldoet, ' dan valt aan haar toelating
evenmin te twijfelen als aau die van do damii
Laslino en d'Erviliy.
Hot ballet is dit jaar middelmatig; een der
danseressen is reeds afgewezen; het zou ge*"
oot verlies zyn indien de beide anderen bat
'ot deelden.
Den Haag, 11 September. D.
gr
Tot
DE TENTOONSTELLING TE GENT.
(Slot.)
Nu een woordje over den Schilder Jan vntiftosn,
welke ons zijnen ?Uatóur du grand prix" heelt
gezonden, waarover de francche b.'nden vnn den
zom«r zulk uiteenloopend oordeel hebben goyela*
Men weet wat de schilderij voorstelt: eene lichte
dame die terugkeert van don wedloop, gezeten ia
eene Victoria en overdekt met bloeniruikcis. Val
het paard is alleen het achterdeel zichtbaar er. <»
lijst #n{jdt het hoofd af vau den kceUier. D*
Charienri en Andere bladen zeggen: het, juffertje
is zoo gehoon, dat de koetsier er het hoofd dost
heeft verloren; nadere bladen uiten wcdar nnacrt
gecstigheden by deze gelegenheid, ijoch hierover
ziin allen, en wy' met hen het eens: Van Beert
schildert aU met eene naald zoo fijn-, (>ü is verder
de schilder bjj uitnemendheid ?do nog jolies tlcnii'
mondaines" en de eerste photograaf van ons tyo'
vak. Hij is een schoooschrjjver van de beste soort»
Mo. 395
DB AMSTERDAMMER, WEEKBLAD V O O B NEDBBLAHD.
DE WITTE BOOS.
Episode uit d«n Mexikatnsoh-Franschen oorlog.
aa*r het DuUaeh van H. Ktuawt
(Slot volgt.)
Goncnita verstond niet wat hy zeide. Zij
«ag dromerig in zyn oogen, en ducht daarbij
aan d«m bleeken Franschman, die het bloed
van hun had vergoten, wier hoop -baar
warmst» weuschen waren toegedaan.
Huar nutn, wiens lievelingsdenkbeeld het
was, rtoiir htj «elf geen kinderen had en
Gonchita o >k zijn erfgename zou worden, haar
mei dou Miguel gehuwd ie zien, was geluk
kig over de goede verstandhouding waarin
htj die beiden zag, wanneer hij van zijn
plaats uit. ïtjn oogen op hen richtte. Hy
was vruoiijk en opgewekt, en toen het diner
was u(wi"open, stelde hij de verschillende
gener.iiun diu zich om een kleinen uilgeleen
kring $.< n-lmatd hadden, aan zijn nicht voor.
Conciinu boog koud en voornaam en
beaotwutxdite de weinige woorden, dio zij tot
haar lïrhiiun, in onberispelijk Fransch, be
leefd muur kort.
»Coi'Ciiiiu, kindlief, Monsieur de Brume
een onzer dapperste overwinnaars te Puebla."
Een korte ijskoude hoofdknik.
De jungti man die voor haar stond en op
nieuw r.ijn uogen diep in de hare sloeg, was
de blutjkö udjudant, degene onder ai de of
ficiereu, <lie zy het meeste haatte.
iiij spiak lang en onderhoudend met don
Itöguel, iiie naast haar stond, wist meesterlijk
zijn uu eu dan spotachtige aanmerkingen te
? Lt'rle^en, en de zaak van zijn, van het
?uscha standpunt uit, geheel anders voor
.tellen dan het van Mexicaansche zijde
<?'' geval kon zijn. Hij zette uiteen, dal het
r de republiek en het volk slechts
?i; geluk kon zijn, wanneer een sterkere
<: '.hl de teugels in handen nam en?"
Ons geluk wierp hier Conclntta
verbit??>."'. in, »kan nimmer van Frankrijk komen."
En wuarom|niet van Frankrijk, Sennorita ?"
Omdat ik niet geloof, dat de geringste
>ipnlhie tusschen Franschen en Mexikanen
i, gelijk is."
Gelooft gij dat waarlijk niet, Sennorita?
" ? komt my integendeel voor, sinds ik den
, t in de Mexikaausche hoofdstad zette,
f in onze harten een diepe sympathie
, /M- haar mogelijk ware."
hen hevige blos kleurde bij deze woorden
;,. bleek gelaat, en zyn oogen troffen
op?? iw. die der jonge dame, die met bijna
;? donkerder vuur diep en nadenkend op
* ??.. rustten,
Don Miguel," zeide Conchita plotseling,
ces zoo goed, tante Pepita op te zoeken
>. laar te zegden, dat ik moede ben en haar
? o«k met my naar huis te rijden." Daarop
.? dde zij zich om heen te gaan, maar toen
Monsieur de Brume met een koude
bui:^;, voorbij wilde gaan, greep deze baar
'..:;?! en fluisterde zacht en slechts voor
';.?!?? verstaanbaar, terwijl hy die aan zijn
.i. vsn bracht:
? Wanneer gij ook Frankrijk en zijn
soldal'ïi haat, Sennosita, zoo zal toch de roos die
>." i;, aan uw hart rustte, het dierbaarste zijn
i i ??? ik mede neem naar mijn vaderland."
lj en hoogmoedige blik en een ijskoude
' i\-ing waren haar eenig antwoord, maar de
IKK op haar hand waar zyn lippen gerust
h"'.]efl, brandde ats vuur. Zij zat in het
tV'.ig naast haar tante; haar
herinnerings>j'.;iogen had haar begeven, sinds het
oogenH'A dat zij de zaal verliet.
Waar was zij? Droomde zij? OF was er
i.-n geheimzinnige betoovering die sommige
? ','i ichen konden uitoefenen en waarmede
.< en ander wezen aan banden konden
leg!'-?'. Zij gevoelde dat een hevige onrust
?» 'i van haar meester maakte, dat zij dien
;'; "r.schman haatte en dat de roos weer in
' ;>' bezit moest komen. ?
V,:eken waren verloopen. De blonde
adjuf;; ??' was dagelijks op denzelfden tijd op de
r.. : tenade langs Concha's rijtuig
vporbljge* n en zij had met een koude buiging zyn
:'???;: beantwoord.
'.h, zij kon onder de vele ruiters steeds
? hoefslagen van zijn paard onderscheiden
«u i anneer dan zijn fijn gelaat met den
blon)''i: tingbaard zichtbaar werd, dat gelaat, dat
-?? >' } hei haar scheen dagelijks nog een tint
'; -er werd, dan klopte haar nart sterker
? i 'iaar lippen trilden. Zij nam zich dan
i' ???' 'is voor hem te toonen, hoezeer zij hem
'????"i, door in het rijtuig terug te leunen,
' "rir hem aan te zien ? maar de macht,
' 'ij over baar uitoefende, was sterker dan
' wil. Zij drukte de hand op haar hart,
haar oogen ontmoetten de zijne; zy kon
'? ? 'rs reeds niet anders handelen ter wille
aar tante ? zy boog dus volgens
Euro.h gebruik even het hoofd en groette hem.
n Mi^uel was sinds bet diner in het
; Hurbide de dagelyksche gast ten huize
haar oom. Zy gewende langzamerhand
:yn gezelschap, nam zijn ridderdiensten
ii. babbelde tot tijdverdrijf met hem en
'"' hem toe, des avonds in de opera achter
-'i1 stoel te leunen en met haar over de
'U;k en de zangeressen te converseeren.
;>:,:ieer zij soms levendig over haar
poliErincipes, van baar misbillljking der
i heerschappy en van de Fransche
rl,eerscbera sprak, glimlachte Don Miguel
' i:ide haar vleierijen 01 er haar interessante
<t prekendheid, waarby baar oogen dan nog
i.^r schitterden, nóg schooner straalden
'i gewoonlijk,
"'j «elf was waanzinnig op Conchita
verM: baar principes hinderden hem in hei,
VMI
(>u
minst niet Indien zy maar eerst
vrouw was ? dan zouden andere en ern
stiger dingen die revolutionnaiïe ideeën wel
verdreven. Pater Garcia, de geslepen prie
ster, verried geen oogenblik m Conchita's
tegenwoordigheid, hoezeer hy haar principes
kende en verachtte; hy had haar oom den
verstandigen raad gegeven, baar kalm te laten
begaan, en haar met tegen te spreken, opdat
zy haar hand sonder argwaan in dien van
Don Miguel mocht leggen; later zou hy, de
strenge biechtvader van alle gehuwde familie
leden, wel zijn machtige hand op haar zondig
hoofd leggen en haar tot deemoed en gehoor
zaamheid dwingen.
Dit ontzaghjk vermogen moest in een
clericale familie bewaard niy ven onder lieden,
waarop men ten allen tyde vertrouwen kon.
De katholieke kerk te Mexiko ontving niet
tevergeefs haar bloed uit de groote levens
ader van Rome; zij verslond het meesterlijk
ook in het kleine voor haar heil te arbeiden;
dat had men nimmer duidelijker gezien, dan
toen eenige jaren vroeger Juarez de kerk
goederen aan den slaat bracht en hel bekend
werd, dat meer dan twee derde der gansene
republiek eigendom der kerk was,
Toen kwam er een tijd waarop Conchila
zich had voorgenomen, zoodra zij mondig
was, de liberalen naar San Louis Potosi te
volgen en zoo noodig, haar geheele vermogen
voor hen op te offeren.
Maar die gedachte was sinds don intocht
der Franschen op den achtergrond geschoven.
Conchila was sedert dien dag opvallend
onrustig en peinzend geworden, en baar
hoofdgedachte was, de betoovering te
verbreken, die deze Franschman op haar
uitoefende,, de roos weer in haar bezit te
krijgen en hem dan ten slotte rechtuit te
zeggen, hoe diep zij hem haatte.
Haar oom verheugde zich over de verande
ring, die in haar wezen plaats had gevonden;
hij besloot daaruit eenvoudig, dat zij Don
Miguel beminde en dat het groote woord slechts
behoefde gesproken te worden om hen voor
altijd aan elkaar ie verbinden.
Al zijn plannen schenen volmaakt in ver
vulling te zullen gaan. Spoedig zou een
Duitschen vorstenzoon de Mexicaansche
keizerkroon op het hoofd worden gezet, en daar
door aan deze eeuwige revoluties een einde
gemaakt worden, maar ook in zijn huis zou
m de toekomst een lieve jonge vrouw
presideeren. Conchita had den heer llctin de
Brume op verschillende pariijen weder ont
moet; zij had gehoopt, dat hij haar zou
naderen en zij eeu gelegenheid mocht vinden
hem te verzoeken, haar de roos terug te
geven, die toch haar eigendom was.
Het was bijna een idee fixe bij haar ge
worden, dat net verlies der roos, met de
voortdurende, ongeduldige knaging van haar
hart in verbinding moest slaan, en zij ver
langde naar de verwelkte rozenbladeren, als
de vervolgde naar de zekere haven der rust.
Maar de bleeke adjudant had na haar
laatste en dubbelzinnig optreden jegens hem,
g jen poging meer gedaan, haar te naderen.
ij had op geen der verschillende bals het
schoone meisje om een dans govaaagd ? en
toch, wanneer haar blikken als door een
betoovering aangetrokken, hem zochten, dan
hingen de zijne aan haar en volgden elke
beweging van haar buigzame gestalte.
Maar waarom maakte zijn nabijheid haar
dan zoo onrustig? .
Waarom luisterde zij mei een kloppend
hart naar elk woord dat zij yan hem kon
opvangen, waarom vervolgde zij koortsachtig
de gesprekken die htj met zijn kameraden
of met andere dames voerde, en die, trots den
toorn dien hij haar inboezemde, tuch onuit
wisbaar in haar herinneringen bleven voort
leven? Waren zijn principes, zijn levens
beschouwingen en zijn begrippen van eer
dan zoo eigenaardig, zoo volmaakt edel en
hooghartig? Sprak hij niet veeleer gedachten
uil, die ook in haar ziel hadden gesluimerd,
waarvoor zij echter nimmer een uitdrukking
had gevonden?
Don Miguel's gebabbel aan haar zijde, dat
haar nimmer eenige aandoening, eenige on
rust veroorzaakte was haar bijna een ver
ademing. ZIJ glimlachte hem dankbaar tegen,
terwyl hij haar, bezorgd over haar bleek
uilzien, den Indischen sjaal om de schoone
schouders sloeg, haar naar het rijtuig ge
leidde en haar zoo van de pijniging verloste,
zich in het gezelschap van den blonden ad
judant te bevinden.
De regentijd, de schoonste van het geheele
jaar was .zijn einde nabij gekomen, en Con
chita volgde pp zekeren morgen des te liever
de uitnoodiging van Don Miguel en de an
dere vrienden, tot een rit naar het slot
Chapuleptec, daar de weelderige plantengroei
nu haar toppunt bereikt bad en een kort
verblijf in de onvergelijkelijke omgeving van
het slot een waar genot was.
Zij reden dus uit in de heerlijk bloeiende
natuur. Rosita voerde haar vriendin, zoodra
zij van het paard gestegen waren mede on
der de breed zich uitstrekkende takken der
reusachtige tropische hoornen, die niet ver
van den ingang van bet slot bun schaduw
verbreidden. Aan de varens en bloesems
hing nog de dauw van den nacht als zware
tranen en schitterde in de enkele, door de
takken brekende stralen. Hel was een
onvergelljkelyk schoone morgen.
Don Miguel trad zacht achter de geliefde,
en zij weerde hem niet af, toen hij, door de
schoonheid der natuur aangemoedigd, in
zalige verrukking haar hand in de zijne nam.
Fijne smaragdgroene kolibri's zweefden
van tyd tot tijd door de lucht en wiegden
zich in de kelken der reusachtige mchsias,
die wild en weelderig tusschen de groote
varens en verbenas woekerden.
Gonchiia genoot een aalige rast des har ten,
zooals z(j die langen tyd niet bad onder
vonden.
De drie heeren die de dames tol emUM
verstrekten, waren spoedig un bet, op ««n
neen geïmproviseerde ontByt vergaderd; zy
hadden hun sigaren opgestoken, terwyl de
jonge vrouw bezig was, da door de dienaren
medegebrachte spjjzen zoo smakelyk mogeiyk
daarop te ordenen. Conchita dwaalde in het
bosch rond,en schikte tusschen de
woekerplanten die Don Miguel van de reuzeaboomen
voor haar had losgemaakt, bonte bloemen,
zooals ze in den regentijd op iedere dorre
rota in onvergelijkelijke menigvuldigheid bloei
den. Zy was m gedachten verzonken, een
wild bergpad ingeslagen, dat langs een om
weg naar bet slot voerd, en boog juist in
een door hooge struiken omgeven plek in,
die haar door zyn geheimzinnige eenzaam
heid aantrok.
Maar nauwelyks hadden de struiken zich
achter haar gesloten of zy luiraelde
achteruil en bleef loen weder, niet in staat zich
te verroeren, als betooverd staan; want voor
haar stond een jonge roun, die een eerbie
dige buiging maakte en dfe niemand anders
was dan de heer de Brume, de Fransche
adjudant.
iMen kan zijn noodlot niet ontgaan,
Sennorita," zdde de Brume galant, xnaar ik
betreur hel van harte dal mijn gezichi u
dezen idyllischen morgen moest verbitteren,"
en by wilde zich verwijderen om hel jonge
meisje op den inderdaad verrukkelijke plek
alleen ie laten.
»Ik ben niet van plan u te storen Sennor,"
zeide zij koud, maar met een merkbaar beven
der stem, die ook aan llenri de Brume niet
ontging en hem misschien den moed gaf om
te blijven staan en een onderzoekenden blik
op hare, door den frisschen morgen zoo
wonderbaar sprekende trekken te werpen.
»Ik zou u integendeel gaarne om een paar
woorden verzoeken, Sennor," vervolgde zij
aarzelend, i waartoe ik tol heden te vergeefs
de gelegenheid zochl."
Hei nj»e gelaat van den Franschman werd
plotseling met een blos o vertogen, maar hij
zeide geen woord en boog slechts even eer
biedig het hoofd.
«Het hindert mij", vervolgde zij steeds
langzamer en steeds meer en meer aarze
lende, «iets in uw bezit te welen, waarop
gij géén recht hebt, Sennor, en dat slechts
een ongelukkig toeval in uwe handen
speelde...."
i» En waarvan gij gelooft," viel de Fransch
man baar hier. in de rede, »dat ik niet waard
ben het te bezitten. Gij meent de roos,
niel waar Sennorila?"
»Ja, de roos, die ik geen Franschman,
geen vijand van mijn vaderland mag laten
Behouden", en de jonge dame verhief haar
hoofd niel kouden trots ? iedere beweging
van schuchtere verlegenheid was uit hare
trekken verdwenen. * '
«Wanneer het nu echter niet de Fransch'
man, niet de vijand van uw vaderland is,
Sennorila, die er u om smeekt," zeide de
heer de Brume nu zacht, geheel betooverd
door hel wonderbaar schoone meisje, wier
beeld zich bij hel eersle gezicht zoo
onuilwischbaar diep in zijn hart had gegrift.
i Wanneer ik u nu eens zeide dat gean zucht
tot veroveren mij naar Mexiko dreef, maar
treurige omstandigheden, gevoegd aan bet
verlangen naar de zee! naar het vreemde
land, naar den Tropischen hemel ? zoudl
gij my ook dan nog dien roos blij ren wei
geren, Sennorila?"
Een onverklaarbaar iets woelde in de borst
van hel hartstochtelijke meisje ? eea gevoel,
half hemel, half hel. Haar oogen rustten
vochtig op de verre bergen. Kwam daar
een helder stralende zon te voorschijn die
in haar hart weerklank vond?
Reeds speelde een trek vol aandoening en
zaligheid om haar lippen, een trek van on
uitgesproken, ongekend geluk ? daarop
richtten haar blikken zich af van de heerlijk
schoone wereld en viel trotsch en koud op de
Fransche uniform, daar tegenover baar.
Een Ijskoud »ook dan niel" drong zich
machtig van haar lippen, die nu door een
somberen schaduw van bitteren trots ontsierd
werden, en elke zaligheid was verdwenen.
»0ok dan niet I" herhaalde de Franschman
met gebogen hoofd, waarin een wereld van
diepen weedom lag.
SCHOOL.
DIOASKALIA.
XXXVL
Ik begin ditmaal weder als soo dikwijls, waarde
redacteur, tnet de hoofdstad, waar ia de afge
loopen week bet een en ander voorviel, dat der
vermelding wel waard was, en geen wonder: met
Bulk een respectabel getal scholen van allerlei
kaliber en »ulk een maobtig leger van onderwij
zers komt er nog al eens wat kijken.
Op 4 Sept. U. zijn in tegenwoordigheid van
een aantal stedelijke en onderwijs-autonteiten de
nieuwe leerlokalen van de Industrieschool der
Maatschappij voor den werkenden stand op den
Kloveniersburgwal geopend; aan redevoeringen
ontbrak, het daarbij evenmin als gewoonlijk by
dit
zulke plechtigheden t geval i», en al is .__
velend of vermoeiend voor hen, die er qnalitatie
qua bij moeten «ijD, zoo i* toch de aaak zelve
een bravo! waardig; wat zon het wentehelQk
aun dat men in alle plaat«en van eenige
beteekenis in ons vaderland zulke inrichtingen in 't
leven kon roepen l
Dezer dagen wordt te Amsterdam druk ge
sproken «ver 't oprichten van eene Hoogeaohool
voor muaiek, een zoogenaamd Conservatorium,
zooals Dnitschland en Frankrijk, zelfs België die
hebben, en cooals er weinige maanden geleden
ook een te Londen geopend werd. Bet schijnt
dat twen het niet btf praten laat, maar ook de
banden uit 'den mouw begint te steken, althans
de dagbladen melden ons dat enkele notabilueiten
op dat gebied als Frans Coenen. Daaifil de Lange
en een paar anderen, aich reeds hebhen aange
boden om daar les te geven.
Denzelfden dag dat de bövengenoemden
industriesehool geopend werd, trad 'e avond* in t
gebouw der Vrfje Gemeente de heer Charlee
Luoas, architect te Party en lid van de
commisejon d'enqutte naar verbetering vaa onderwijl
aldaar, op en iprafc over ?l'enselgaettent profes*
ajouwl el lM«wlMdVDprentisHe^i~dtolHAB;
werd met de grooUte aandacht door eet talrgk
publiek aangeboord. ,
Wat hÏÏMide wu ata uit het leven fegrep**.
De arbeider waa langzamerhand door de uitvin
ding van allerlei werktuigen net en sonder stoom
minder ftoffdwerksmaa geworden: daarom meende
Lnew, moeit men de werkplaata in d* schooL
en de school in de werkplaats brengen : het Una
moeit al vroeg leeren teekenen, want dat waa
tegenwoordig eene noodzakelijke taal, zoovel voor
jongeni als voor meisjes; door teekenen verden
kennen wat later ia de werkplaate in natura
ter hand genomen moezi worden. Hij vilde d*
heide geslachten op vierjarigen leeftQd reed* he
ginnen te onderwijzen, ea ze eenige jaren bfl el
kander honden ; heide moeeten daarna tot nun
17e jaar onderwijl genieten; de jongens in al dat
gene wat hun in a» meeat verschillend» werk
plaatsen kon te pas komen, de meisjes in
hniselijken arbeid en ook gedeeltelijk in ambachten,
om zelve den kost te kunnen verdienen. Door t
onderwjji zóó in te richten tou bet huiselijk leven
hersteld, en de maatschappij geregeld worden.
De traotementsquaeilie Is ta Amsterdam nog niet
ondertussohen zenden verschillende docenten nog
telkens adressen naar den Baad, om op eene of
aud«re wijze in de verhooging te mogen deelen ;
't «preekt vaa zelf dat al die lijden gretig hap
pen uaar de stedelijke ruif; zij nebben gelijk, doch
ftia de vraag of B. en W. gelijk hebben in 't
meten met zoo verschillende maten als uit die
adressen blijkt Enfin, qui vivra verra: de Raad
moet het beslissen.
Op bet Juristen-congres te Utrecht is alweder
op den 4en Sept. de leerplicht besproken. De
diacnBsfln daarover waren zeer belangrijk, en
liepen vooral over de vraag of de staat recht had
den ouders in dat opzicht verplichting op te leg
zoo ja, of onzs regeering daarvan dan ge
behoorde te maken, en zoo dit laatste ont
gen, z
bruik
kend werd, of dan de staat van die bevoegdheid ge
bruik mocht maken, wanneer het na een nauwkeu
rig onderzoek bleek dat er inderdaad een aanmer
kelijk schoolverzuim werd gepleegd? De eerste
vraag werd met eene groote meerderheid
bevesgena beantwoord, de tweede ontkennend, terwijl
de laatete vraag slechts met 28 tegen 26 stemmen
bevestigend beantwoord werd. Deze zelfde vragen
z(jd voor acht dagen ook uog behandeld in eene
vergadering van ae algemeene onderwijzer»
vereenigitig te Rotterdam.
Te 's Hage hebben er deze week in don Ge
meenteraad zeer belangrijke debatten plaats gehad
over het voorstel van prof. Evers, waarvan ik u
reeds iets scbraf; op zijn voorstel is het aange
nomen dat leerlingen der U. B. School de bevoegd
heid hadden om met toestemming van ouders of
voogden ontheffing te vragen van do verplichting
van alle lessen bjj te wonen. Er is echter door
een amendement de bepaling bijtfeinaakt dat als
die vrijstelling verleend wa?, in den loop van dat
schooljaar zulke leerlingen de bedoelde lossen
niet op nieJW weder mochten volgen. Aan de
Ryksscholen is alhier de eerste niöt de tweede be
paling van kracht.
'Wat een historie in Venloo; een storm in een
glas wnter, docli waarmede de regeering toch te
rekeuea zal hebben. Gij zult u herinneren dat
voor luim drie maanden een der leeraren. voor
drie mannden geschorst is omdat hy door eeue
onvoorzichtige uitdrukking in de klasse het be
staan van God zou ontkend hebben ; bedoeld do
cent is, nu die tyd van schorsing om is weder in
functie getreden, en aanstonds vraagt de commis
sie van toezicht op het Middelbaar
onderw{js-aldaar in corps haar ontslag, omdat ztfgeea toezicht
wil blijven uitoefenen op eene Rijksschool, waar
de regeering zulke docenten laat onderwijs geven.
En ou is Winterswijk waarlijk ook weder aan
de beurt; vroeger vertelde ik u dat de pastoor
aldaar, M. Maas, zich beklaagd had over 't gebruik
van een leerboek van geschiedenis op de open
bare school. Na een uitvoeiig onderzoek door
de bevoegde autoriteiten ingesteld komt er
eindelijk een ministerieel besluit, waarbij op
alle openbare scholen het gebruik verboden
wordt van ?A. Nuiver en O. J. Reinders. Nieuwe
geschiedenis. Verhalen en schetsen voor de hoog
ste klasse der volksschool," en wel van dut
werkje de 2s druk, die reed* van 1871
dagteekent, terwijl er K.B. een 3e en 4e druk bestaan.
Die Winterswijksche kindertjes zitten dan wel met
oude boeken iu de hand; mty dunkt de onder
wijzer zelf had dien geïncri mineerden 2en druk
ar lang moeten gebruiken om zijn kachel aan te
maken, dan waren er nu zooveel 'papier en
woorden niet om vuil gemaakt, want in den 3en
en 4en druk zjjn de uitdrukkingen, waaraan
de pastoor Maas zich ergerde, zeer veranderd.
Iu Tietjerksteradeel was bij een alles behalve
vrijgevige verordening van 1681 bepaald, dat geen
openbaar onderwijzer les mocht geven op bijzon
dere inrichtingen of aan bijzondere personen, als
dit laatste naar het oordeal van het schooltoe
zicht nadeelig was voor het openbaar onderwijs.
Efin bewoner der gemeente heeft zich aan den
minister gewend met verzoek dit besluit te doen
intrekken, met het oog op art. 35 der wet
L. O. en Z. E. heeft dan gemeenteraad
uitgenoodigd om die bepaling in te trekken, ter voor
koming van eene voordracht aan Z. M. dea Koning
ter vernietiging van die bepaling, 't Zal dus nn
wel geschieden.
Dezer dagen verscheen er te Groningen eene
zeer lezenswaardige brochure, geschreven door
den bekenden predikant van Kienw-Beerta, Dr.
G. C. Steynis ; hy noemt dit vlugschrift
?Begrootings-studiën betreffende het lager onderwijs, de
hoogere burgerscholen, de mimaterieele departe
menten en de onvoorziene uitgaven". 'Wat hfj
schrijft is zeer lezens- en behartigenswaardig:
zijne beschouwingen ovor hét lager ondenrijs en
de kosten einditf hy met een hartrU]k woord
aan de antirevolutfonnaire partij, die .beweert dat
de schoolquoestie allerminst een zaak van finan
ciën, maar iets veel hoogera en heiligen is."
?Onze volksschool," zegt dr. St. ?is niet een
school van of voor liberalen, maar van en voor
allen. Zyn er, die van haar, om welke redenen
dan ook, geen gebruik willen m»ken, dan kunnen
Sof hunne' kinderen in het wild laten opgroeien,
zich andere en huns inziens betere scholen
oprichten. Maar te eischen dat de staat dan deze
laatste ook nog betalen zou, is in ernst te dwaas."
De voorbeelden, welke h{j geeft om eene dergelijke
bewering te bevestigen, zQn eenvoudig genoeg;
als iemand het met een bestaand kerkgenootschap,
of met het leger, of met inrichtingen voor schooue
kunsten, of snbsldiSn aan kerken enz. enz., niet
eens is, moet hij dan voor 't geen hj wil oprichten
aanstondi subsidie vragen1!* De antirevolutionnairen
betalen integendeel zonder morren aan de schat
kist om ook die zaken te onderhouden, waarom
dan zulk een groot woord over het openbaar
onderwijs.
Wat Dr. St. van de kotten voor 't middelbaar
onderwijs zegt, is voor 't meerendeel eene aan*
wijzing van de onevenredigbeid, welke er bestaat
in de «ommen voor bezoldiging en onkosten uit
getrokken. Op datzelfde wijitbij ook bjj de Rijks
kweekscholen. ? In zon voorbericht raakt hijj
eventjes het H. O. aan en beweert dat de Uni
versiteit te Utrecht een weeldeartikel is, en men
dus door bezuiniging van ruim 3% ton aldaar,
de beide andere universiteiten (Leiden eo Gro
ningen) kon verbeteren. Thans liggen er drie
hoogesoholen (Leiden, Utnofit, Amsterdam als
't ware .op een hoopje." Waarvoor il zulks tyj
de goede en goedkoope reiagelegenheden in onl
kleine land noodig V ' . ?? ,
Eene andere lezenswaardige brochure Is weder
om van de hand van Dr. H J. A. M. Schaep
man aan het adres van prof. Dr. W. Koster, die
onlangs de handschoen, .vaa het genoemde kamer»
jjd opnam, toen deze dwu, den hoogleeraai Aulnii
de Boaroaü voor de voetea had gevotpea.
broehnre hset ?bijna1', ea i* veder ewatel
vol doch sarcastisch gMchrevea, als dia v _
vaa ik a. vroeger eohreef. Prof. Korter heeft.
zoo t schijnt, Ceel aardig »?* «V*» «eaohetial
ea noemt dikwyi* eene lom .hfiaa" aoo of ae*
groot alt het er op geen stokken
vandaar dea tawjtchen titel 0r. ,
biyft ook m dit vlngtchrift zfin eenmaal
sproken meeniug gwtaad, dat drie «00*0%*
universiteiten in om kleine landonnoodif L^?,
Ik vertelde n zoo nu ea dan vel eeai iett va*.
?cholen vol leerlingen en met slechts één
ondervgaor; ia t VoÜSblad komt daarover eeat b*
dram voor, velke ik a lieftt voordel|k geel
t b overgenomen uit de Prov. Dr. m AM. ft,
waarin 19 ingezetenen vaa Schoonoord het aa*>
gende bericht plaatsen:
?WJj naken ons niet aan overdrijving schnldif
door te verklaren, dat ona uiterst gebrekkig
schooiye in t najaar ea V winters met 180 a 140
leerlingen il opgepropt, dat dit cijfer gemiddeld
100 leerlingen bereikt Wat moet er vaa nik
eea schoolgaand geslacht worden, dat door het
verbod van den kinderarbeid in deze gemeente
ali het vare gedwongen vordt sijntydtedoodea
in een lokaal met gevaar voor gezondheid, vaar
één onderwijzer met het ondeiwjjt van al dk
kinderen is belast; waar zelfs geen berging voor
de leermiddelen aanwezig is: waar een
oudheidkenner de banken, tafels en kachel misschien all
tot de 16de eeuw behoorende zon rangschikken,
en il het misschien uit dat oogpunt;, dat die
worden,
oaar een oppervlakkige beschouwer dezelve voor
brandhout en ond roert niet te goed zou achten.
Er bestaat gegronde vreet, dat alvorens er
beslist zal zyn wie van alle, nl. gemeente, pro*
vinoie of rijk* of wel alle te zamea hulp zullea
moeten verkenen om dezen noodlottigen toestaat
te verbeteren, dat dan dit schoolgaand gealadtt
de school misschien al lang ontwasten aal zijn
en wederom een nieuw contingent dezelve aal
bezoeken om haar, teegerast met evenveel kennM
als het vorige, weder te verlaten. Men zegt dat
de gemeente Sleen geen hulponderwijzer met eea
voldoende jaarwedde kan benoemen, en verze
kert, dat die gemeente subsidie van t rijk geniet
ter tegemoetkoming in de kosten van 't lager
onderwijs. Er heeft dan ook voor ruim een jaar
een oproeping van sollicitanten voor de betrek*
king van hulponderwijzer in die gemeente platte
gehad op een jaarwedde van f 4601! Wel eeqf
blijk van ernstigen wil om dien toestand te ver*
beteren.
Men wane niet, dat de bevoegde autoriteiten
hiervan onkundig zijn gelaten, voor ongeveer
een jaar heeft men zich zelfs tot zijne excellentie
den minister van binnenl. zaken om verbet
in dezen toestand gewend, doch geen ant«
bekomen. De distnctt-hchoolopzienei, die
deren toestand ten volle bekend is en gaarne.
verbetering wu tot stand brengen, schijnt in dezeq
niets te vermogen."
In een ander blad komt eene uitdrukking voo&
welke de HH. van Olympia en een aantal OBJ?'
wijzen wel in het ha&iai zal jagen, .flfe' '
turnen onderwijzen," heet het aair, ?jifie
lyk gevoel voor vrouweiyke welvoc'gel^j
maagdelijke iiigetogenheta en kuisf
krachten." (Si?^ ' Vale, -steeds
10 Sept, 1S9S. Q. N.
ALLERLEI.
Iets uit het leven van
Onder de grooFe componisten vftn onzftn
niemand zoo bemind b{j de paitsch«n als ^
delsohn-BarlUoldy. Zijne herinnering is hun
alleen dierbaar door de voortbrengselen vani,__
talent,' die ieder edel gemoed verheffen, maat'
vooral ook door zyn karakter, dat hy overal
heeft doen kennen. WH zullen hier niet spreken
over de waarde van Mendelssohn'z compouticK
mijn doel is een trek uit het leven van dezea
man aaa de vergetelheid te ontrukken en zoo
eea krans aan zijn graf toe te voegen,
Het was in den warmen zomer van 1842, toea
onder de namen der aangekomen vreemdelingen
in het Zürichsche dagblad, ook dien van MendeÜh
sohn te lezen stond. XauweUjks was z$n tegen*
woordightid bekend of de beroemdsten ouder
de Zürichsche muziekliefhebbers haastten zich, den
kunstenaar in zijn hotel te bezoeken en hem in
enkele bijzondere kringen uit te noodigen. Men*
delssohn bedankte echter beleefd maar beslitt
voor deze invitnties. Zijne gezondheid was toen
reeds achteruitgaande: eon reis door Zwitserland
zon hem genezen on de dokter» hadden hem elke
ernstige bezigheid ten strengste verboden.
Ook de directeur van bet blinden-institnut be
zocht hem, en deelde hem mede, dat er in zijne:
inrichting eenige, op muzikaal gebied ontwikkelde
jongelieden waren, die reeds meermalen en met
toejuiching van het publiek liederen en koren
gecomponeerd hadden; dot zy echter gaarne het
oordeel van zulk een groot musicus zouden ver*
nemen over hun talenten «n hetgeen *$ gemaakt.
hadden. ?Wel heb ik andere uitnoodigingen ge*
weigerd, maar ik zal bij uwe blinden komen,"
hernam de kunstenaar. En inderdaad kwam hö.
Het gezicht der blinden trof hem, en nadat bfl
vriendelijk gegroet had, werden hem een paar
composities voorgedragen. Met zichtbare belang
stelling, ja, met ontroering hoorde h(j, met d«
partituur in de hand, naar de blinden, en vooral
één groot koor beviel hem bijzonder. Nadat hy bea
geprezen en eenige plaatsen als uitstekend gelokt
besproken had, verzekerde hy den directeur, dat
men niet aan het talent der componisten behoefd*
te twijfelen en moedigde hen aan, yverig door U
atudeeren en zich aan ernstige texten te honden.
Toen hy een verbeterde fout bemerkte, vraagde
Mendelzsohn, wie dit veranderd had, en toen mea
hem den naam noemde, zeide hy glimlachend!
BGjJ hadt groot gelijk toen g? dtt verbeterde; d*
zin is nu beter; maar oortpronkeWk was het
schooner, meesleepender," en zich tot denblindea.
componist wendende aeide hij: 4*»t o door ver
beteringen niet vau de 'Wgs'brengen; het muzikaal
gevormde oor, heeft geen regelt meer noodig<
het iz zijn eigen maat en regel" Om het geao4
der aanwezigen, waarvan niemand den moed ge
had had den kunstenaar verder lastig te vallen.
nog te verhoogen, verzocht bfi «elf iets op dt
piano te mogen voordragen. Hij ging ritten ea
speelde een van die vondersohoone losse
pbaatasteen, waarmee bil zoo dikwijls zijne vrienden
to verrukking bracht Hoe lehfeerft het gelaat
der blinden, toen midden ia de voordrachr, d«
hoofdgedachte van het juist door hen gezongen
koor, veerklohkl W« allen hadden den beininiw
lyken man vel villen omhelzen. Met de beate
wentchen voorde inrichting en het welrfn der
leerlingen nam hu afscheid. Niemand onder ona
heeft hem ooit meer gezien; veinke jaren later
nam de dood hem vej»: maar Wf feeft voort,
evenals door zijn onsterfelijke werken, in do ber
innering, m de liefde van hen, die hem togen ea
hoorden. De blinde echter, wier de meeste toea
zoo vriendelflk toegesproken had, is nn nog aan
die inrichting, en vereert den itoeL waarop de
ontalapene gezeten heeft, als een dierbaar relmute
en noemt hem steeds don Mendelnohn-Stoel."
De privaatdoeent voor astronomie en waarne
mer aan de sterrewacht der universiteit te
atraatebórg, D. Sohor, heeft, van "de Parijscue akadrmie
voor zyn in den herfst van het vorige jaar uit
gegeven verhandeling over de ma*sa van dea
planeet Japiter, uit het fonds vaa den prix Dv
moifeao, dea pri> TaaSOOp francs ontvangen.
/ ~*> ' ? .. . 't ;,-j'.£ï