De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1883 30 september pagina 3

30 september 1883 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Sinto «M ontvoerd. ZQ vootMide Homo, dat h| £a*7 sou wedervfedea, en ried hem «n iai verbond t* treden metSoe^wo den konii«deTAp«, ook Sworoa aeneetea, dia eenmaal na veldheer Eu w^den? enmet wkn. bel»lp hö3en woeeton nuanvortt nh'-somoeko overwinnen «m. Er was ..- .. roornMra kloweiiaar, Bagawaa Hoetaoa genaamdT wiens wouw MM Widhodarl oi entelin was. Door den Invloed van Bathoro Go«ro baarde dluw Wedhodari twee «>nen eneen JoohUr. De oudste Baliradja of Soebali, had de Mdaante van e«n rhinocero», de tweede Soegriwo of Sigarowa, had do gedaante Yan «on MP. D» dochter heette DBOWI Handjani, on baarde een won, aan wien de naam van Hanoman gegeven werd. Zulk* geschiedde ingevolge de verwenscbinK haar door baar moeder aangedaan. Dhewi HanaUnl «u itom, kon niet eten of drinken, en hield zich op aan see. Deze Soebali werd vorst der dieren te Lager» en Labakore, en ook Soe griwo had heerwhapptj over de dieren, hofhondende in de grot Kiskendo. Hatoman heette ook Dhoypati en Boyosoeto, en bad eene witte go(Slot volgt.) (Be «nrflver aenUnl aan eene Javaaniche be werking van het bekende Indische heldendicht: Jtamajana zijn verhaal ontleend te hebben. Vreemd klinkt dus Toor velen o. a. dat Ra-ma een koning der apen soa geweest zijn. Dit straat geheel met hel Indische gedicht, w»»"»"?»1» o. s* den inhoud vernemen kan in de Oias (let») door Limburg Brouwer en ook bU Dr. Doorenbos, Handleiding t. d. Gejch, der Letterkunde. 8de ed. I W. 7 wl. GEBED. Gfl gaaft me, o Heer, den schoonstea bloeien, Uit uwen hof rol glans en goud, Geef dat ik liefderijk steeds bewake Wat ge aan mijn zorg hebt toevertrouwd. "Wat de aard' voor zorgen ook moog' brengen, Zvj schenen vol van zaligheid, Vindt elke dag en elke morgen hart en handen mj} bereid Geef daar de mensen, de zwakke en blinde* Slechts vlinder is van nen dag, Gy aan m$n kind ten allen tijde 'Wat vaderliefde niet vermag. Ik smeek u niet om Ijdele gaven, Ik bid n niet om goud of eer, Maar geef het deugd en wijsheid mede,? Op 's levensweg, o od en Heer! TtBid niet om lange levensjaren, God, voor de lieveTinw van mijn bart,Maar 'tzjj ge er veel of weinig gunuo Leer het die dragen zonder smart ; O, leer bet al die plichten kennen Die komen in den levensstrijd, ED, maak bat vroom, goed en verstandig En zegen het ten allen tyd. Ook bid ik niet dat op ayn wegen Geen liideuskelk ooit daar zal ZIJD, . . . * Een menschenlot hebt go 'tbesohoren Tol storm maar ook vot zonneschyn. Slechts bid ik dat, bü't hevigst barnen, Uw englenschaar het begeleid , Bewijst 't?o toorn niet» 't is mHn eigen, |fyn heerlijk kind, Barmhartigheid r Daar staat het, lieflik en onschuldig, Bog zonder zonde en zonder smet, En ik hoop dat het nog vele schreden Op 's levens kronkelpaden zet. Maar, moet uw groote wil geschiede», Moet m|j mijn hoogst geluk ontvhên, Neem het dan rein wér uit mjjn nanaen,... Laat mij 't daarboven wederaienl naar het Duitsch van Gustav Weck. DANTE BIJ SET KLOOSTER ? SANTA CEOCE DKL CORFO. Ver van 't gewoel der aard, ton hemel opgeheven Omzoomd van Marga's vloed, Verheft zich Santa Croce, beeld van yreêtrots ? ('t leven Trots 't bruisohen aan zijn voet. t Was avond, en de zon verguldde met haar stralen Des kloosters tin en trans, En Sion's vrede bruid scheen bier op d'aard te dalen, ;' * Om 't hoofd een stralenkrans. Voor d'oude kloosterpoort stond peinzend daar (te staren Een vreemdling, afgemat, Zijn Toorhoofd diep g-groetd, Btyn aanschijn het * (ontwaren Hoe hu geleden bad. Pat hu getuigen kon, hoe hard het valt te derven Een eigen baard en disco, Wat smart deu banneling het altyd bange zwerven Langs vreemde paden u. Hem dekte 't pelgrimskleed, uit linnenruw geweven" By 't laatste zonnelicht Scheen meer dan aardsehe geest de trekken te (beleren Vu 't ernstig aangericht. Hu" peinst... niets stoort itfn rust, zelfs niet het (dreonend kraken Der oude kloosterpoort; Hij ziet dien kloosterling niet langzaam hem (genak*n Maar starend peinst hg voort. 1)e monnik stond verbaasd..... Was 't een het (graf onttogan Dat wezen eenzaam groot? Was hy een ziener God», uit oden lang vervlogen, Getuige na dan dood/ Du, eindlek waagt 1$ het do stflte te verbreken En richt tot hem het woord: ;Wat zoekt gfl, vreemdling bier, in deze stüle (streken. T Maar deze peinst steeds voort. Hog tweemaal klinkt dia Traag-., daar richt da (pelgrim d oogen Omhoog, hy antwoordt hem * Die «wagend D$ hem stond, hjj antwoordt diep (bewogen, »Da Vredo" klonk afn aten. De vrede. Ja dat tocht sinds lang op »l»<Jn wegen, Die balling zwervensmoe 'Sa uit d«t klooster, da<r zoo kalm, zoo stilgelegen Btraalt hen die tftda toe. nonaMfizQa &««%?wievan Wie kent, wie kent dien n JDadragen van da Po. tot 'aan dar Alpen kronen Bn waar da TOw vliat Ia t klooater werd MJ na met liefd' en eer onfc. (vangen, H|J vrien tot lanwerkroon Da doornen van 't genie bat adel voorhoofd (prangen Florence's grootste zoon. A. Flamejjt, BERICHTEN EN MEDEDEELINGEN. Buzton Forman's lang verwachte editie van Jftafo, zal nu spoedig in vier ootavo deelen bet licht zien. De tekst der gedichten, door Keats zelf uitgegeven is nagezien volgens de eerste uit gave, en allen zjjn, voor zoover dit mogeUJk was, vergeleken met 's dichters handschrift. Een groot getal brieven aan verschillende personen, nu voor bat eerst uitgegeven, brengen het geheele aantal op 200. Onder de illuttrat es vindt men v jjf authen tieke portretten door Severn, Haydon en Hiltpn, en een schets van Keats' graf naar een teekening door Samuel Palmer. E. A. Brayley Hodg«tts heett de laatste hand gelegd aan eeue EngeUcbe vertaling van Nemerovitch Dantchenko's Pcrsonal Itemlnisunces of General Skobelcff. Zij ui by Allen & Co. in het begin van November het licht zien. Bft Elliot Stock is een nieuwe dichtbundel ter perse van Philip Bowke Marston, Rosselii.a en Swinburce's vriend. De titel zal run, Windvoicci en de inhoud bestaat uit poems, ballads en sonnets. De grooto verzameling documenten bewaard in het Indische archief te SeviUa worden nu gei angschikt en gecatalogiseerd, Men heeft een lyit ge vonden met de namen van al Colutnbm' med#erellen. op twee na. en er is veel liclit verspreid over de verbinding tuucben Columbus en de ge broeders PJUiOD. De Russische Revue geeft eonig» stattsti'che opgaven omtrent de universiteiteu in Uaaland. Die van Moseou heeft er 2130. Peten-burg 2052, Kiow 1475. Dorpat 14'2Ü, Warschau 1003. Kazsn echter heeft hot grootste aantal professoren (109) en Warschau de grootste bibliotheek (362000 deelen). De langverwachte biografie van Haicthorne, door zgn KOOU JnUau Haws horne, is terpewebüsgood (lioston). /ij zal ju twee doelen zijn, met ver scheidene nieuwe portretten en illustratie». In de October-aflevering van Harpers Magazine zal het eerste at.uk cnuei' nieuwe novelle van William Black verschenen, getiteld: Judith Shakespeare, h'r lovu-affairs and gther adventuroi." Het verhaal speelt te Stratford-on-Avon in den tjjd van Shakespeure, die zeil' aU een der karakters optreedt. Eates and Lauriat (Boston) kondigen een geillustreerde editie van Carlyly aan, in 20 deeloo, voor deu pr\js van 100 dollars. Een Finsch geloerde, KaarloKrohn, tieeft Esthland doorgereisd om volksliederen te verzamelen,en de vondst heeft ieders verwachting overtroffen. In n zomer heeft hy er meer dnn 1000 byeeneekretfen, Koodat de Finscho Maatschsppy van Letterkunde er nu reeds meer dan 13000 tuhaar. bezit heeft. Coquelin is bezig aanteekeningen te maken voor zyne herinneringen aan Gambetta," waarin h|) vooral zal wyzen op de buitengewone gav^n als kunit-criticus van den groot°n staatsman. Tevens is er van hein ter per.*e L'Art de Dirc Ie JlfuMoloaue, waarin ook de oude questie wordt be handeld, hoe men verzen op het tooneel moet zeggen. INHOUD VAN TIJDSCHRIFTEN, Inhoud van den Nederlanclschen Spectator: Berichten en mededeelingon. Hendrik Conscience, door dr. Jan ten Brink. Dr. Johannes van Vloten, door dr. M. F. A. G. Campbell. Vontengnnst, van A. C. S. Wallis (Slet), door dr. W. Doorenbos. Nog eens de Westersche oorsprong der Ch-neeien, door Koorda van Eysinga. ~ Roman-vertaling, door A. Havee. Een visioen, door Holda. In den Zauityd, van Victor Hugo, door mr. J. E. Banck. Pluksel, Nor d und Süd, (Oktober). Levin Schikking. Martvrer oder VerbrecberV Ph. Zorn. Stein und die Heform der preusstscben Vertvaltung. W. Lübke, Die Maneoverehrung in den erstenJahrbuuderten. 'Ernst von WMcnbrwh, Das liezenlied. A. Geyer, Vom Hobeustaufen ziim HohenzoHern. H. 3f. ScltMterer, Hio ersten franzó'sischen Opernvcrsuche (Schluss.). F. Kêller-Leneinger,.. Kin Besuch in Lisaabou. Ludwig Piflsch. Die internationale Kunstnusstel* lang in München. Lovin Sohucking. In Memortam. Bibliogisphie. Vlaamsclie Kunstbode. (16 Sept.) Jongmah gesteld (slot) novelle door Callebert Rcynaert: Daphne, dramatische cantate door Dr; E. van Oye. Twee gedichten door W. d« Jonghc. Bij de onthulling van Conscience's beeld door C. Wolfs. Herdenken door &. Mf»s. Colderon (slot) door E. van Dergen, Tuoukunde. Conicience. Kroniek, etc. Nieuwe Uitgaven in Engeland. Wattean bf| J. W. Mollett (Grf at Artists) Q, Loeit, Ballads of the Cid. . . . 8. W. Beek, Gloves, their annals, etc. . Sir T. Brancy, The Britiich Navy, V.5. W. Jonts, Orowns and Corbnations. . L. Mc. Currich, Flanetarr distancea, . CoUridpe't, Ancient Mariner, ill. by D. Scott G-. A. Sala, Dutoh pjctures. . . ... /.^«UoM.Humour & Wit of the 17th century Mrs. Sraddon, Phantom Fortune 3 vota. ?1.60 » 1.60 .4.90 B2.30 . 4.90 1.30 2.65 * 3,30 4.90 20.55 uitgaven in Selgié. Edw. Mertens, Hendrik Conscience, Levensbaschryving met eene plaat, voorstel lende Conscienoes beeld, naar een teekening van Frans Joris ........... 0^0 Nievtce vitgaven in Nederland, Dr. E. Verwas en dr. J. Verdam, Middelnederlandsch woordenboek No. 6. . . f L P. R. Boa, De landen en volken der ge heele aarde, in hunne ontwikkeling en hun tagenwoordigen toestand. Per afl. . , . 030 Dr. Heinrich Schmid, Handboek der Kerk geschiedenis. 8. Militaire Zaken. EEN VOORSTEL TOT REGELING VAN HET MILITAIR ONDERWIJS. Slot. Twee middelen boden sich aan, om het beletsel, dat het adtnisrie-examen aan den toeloop der adtpicajttea ia den weg legde. op te ruimen: inkrimping van het aantal vakken by het eindexamen en verlenging van den cursus der applicatie-school met n jaar. Voor het eerste middel werd heritemag der wet van '63 vereischt; hierop kon niet worden gewacht. Het tweede middel verdiende alleszins aanbeveling. Neemt men in aanmerking, dat de adspirant-ingenieur te Delft ztyn studie aan de polytechnische school gemiddeld in eet jaar voltooit, terwijl de toekomstige genie-officier dezelfde vakken, en nog meer, in drie jaar moest doorloopen, dan plukt hieruit op voldoende wijze, dat een jaar langer verblijf aan de applicatieschool inderdaad de beste oplossing was. Men heell ook voorgesteld net admissieexamen af te schaffen. Behield men echter den korten opleidinguyd aan de Academie, dan lieten zich de gevolgen gemakkelijk overzien. Nog moet onder déredenen worden ge noemd : het openstellen van een gemakke1 ijken, zekeren en min kostbaren weg, die, buiten de Academie om, lot de officiersbetrekking voerde. We vinden hier een geroede aanleiding om een en ander mee te dselen omtrent den aard en de ontwikkeling van het zoogenaamde wetenschappelijke onderwijs bij de korpsen. Dit onderwijs is in liet leven geroepen, om jongelieden in het leger, die uitmunten door beschaving, gedrag, aanleg en ijver, de gelegenheid te openen tot het verkrijgen van den 2den Luitenantsranjr, zooals de minister van M ui ken beweerde in*'de memorie van toelichting van het wetsontwerp van '69. Toch gelooven wij. dat veeleer die weg tot de officiersloopbaan geopend werd, om als lokmiddel te dienen voor het verkrijgen van een voldoende hoeveelheid kader in het leger. Door de achtereenvolgende organisaiien in '08, '09, '70, '73 en laatstelijk door hel ko ninklijk besluit van '80, gewijzigd in '82, werd dit onderwijs op voortdurend hechtere grondslagen gevestigd. Leerstof en leertijd werden uitgebreid, doch de kennis vermin derde na 1872, omdat de regeering een steeds grooter aanial olficièrsplaatsen voor deadsp ranten, uit het leger afkomstig, openstelde. Het behoeft wel geen beloog, dat door dit kunstmiddel tot aanvulling van het olficierskorps het wetenschappelijk gehalte daarvan slerlt verminderde. Herhaaldelijk is van de zijde der volksvertegenwoordiging aangedron gen op een depelijke regeling van het weten schappelijk onderwijs bij de korpsen, liet is dan ook voor veten een raadsel, waarom hel middel niet is aangegrepen, om, door hel oprichten van opleidingsscholen in het leger, den stroom der jongelieden naar de Academie te leiden. Reeds in '69 drong men aan op wettelijke regeling van het korpsonderwijs. Had de regeering hieraan toe gegeven, dan zouden wij ihans op het gebied van het militair onderwijs zeker veel verder gevorderd zijn. Een nieuwe poging tot re geling van hel geheele militair onderwijs bij de wel, in 1882 aangewend in den vorm vnn een zeer zaakrijk en waardig adres lan Z. M. den Koning, heefl ons ongetwijfeld een groole schrede verder op den weg van vooruitgang gebracht. Een laatste reden voor de geringe bevol king der militaire Academie in het tijdperk van '72 tot '78, lag nog in de weinige sta biliteit der wet van '69. In het leger was een machtige partij vijandig gezind ten op zichte van het beginsel dezer wet: aanslui ting van het militair onderwijs bij het mid delbaar onderwijs. Gehechtheid aan het ouden onbekendheid mei hei nieuwe waren de hoofdoorzaken van deze reaclionnaire ftrooming. De parlij van reactie scheen haar weg ook gebaand ie hebben naar de bureaus van hel departement van Oorlog. Dit bleek uit de drie achtereenvolgende mislukte po gingen, om de wet van '69 ie doen vallen en daarvoor de regeling van 'Ü6 weder in de plaats ie stellen. Een vierde poging werd helaas! mei Fuccès bekroond. Het wetsont werp van 30 Mei 1877 werd aangenomen, en daarmede staan wij thans weder op hel zelfde slandpunt als 40 jaren geleden. De africhlingsscnölen - bloeien rneer dan ooit. Men heeft getracht, door meerdere vrijheid aan de kadelien to verleenen en door uit gebreider loezihct, wanordelijke looneelen, als voorheen plaats hadden, te voorkomen. Het bezwaar, dal 300 a 400 jongelieden ie vroeg hel ouderlijk huis hebben verlaten. moet zich, wat men ook doe, aan de op voeding wreken. Het valt moeilijk, thans reeds een volledig oordeel te vellen óver de werking der wet van '77, De resultaten van de jongste over gangsexamens waren verre van gunstig; moet dit toegeschreven worden aan ie veel vrij heid of ie beperkte voorbereiding ? Wij meenen door dit geschiedkundig over zicht op overtuigende wijze ie hebben aange toond, dat het militair onderwijs dringend herziening behoeft. De vraag is alleen, welke veranderingen noodzakelijk zijn, om dit on derwijs op de hoogte van zijn tijd te brenen. In verband met het voorgaande moet e eenige redelijke oplossing van dit vraag stuk gevonden worden in den terugkeer tot de beginselen der wet van '69. Wil deze wet echter levensvatbaarheid bezitten, dan moeten maatregelen worden genomen, die een voldoend aanial adspiranten verzekeren. Waarom zou men daartoe niet gebruik ma ken van het meermalen aangeprezen middel: het oprichten van een of meer scholen in het tager, die voor een deel de stof verschaf fen voor de militaire Academie. Deze voorbereidingsscholen houden dan in de plaats treden van de ihaiis beslaande cursussen en hoofdcursussen, die, zelfs in den tegenwoordigen verbeterden vorm, geen recht van be slaan meer hebben. Gaarne erkennen wij, dat van hel leger vele officieren afkomstig «yn, die, .gedreven door een edelen wedijver om sich op feiyke) wetenjchappéltfke hoogte te plaatsen als hunne kameraden van de mi litaire Academie, thans een sieraad van het Nederiandsche en Nederlandsch-Indische le ger vormen. Ook schatten wy de meerdere practische geschiktheid van de officieren, van de cursussen afkomstig, gedurende het eer ste paar jaren niet gering. Doch het ont breekt aan velen van hen, aan voldoende uitgebreide ontwikkeling, om met lust de studie in de offlciersloopbdtm voort te zetten. De practische geschiktheid der adspiranlofficieren moet verkregen worden in en niet builen het leger, zooals thans aan de militaire Academie. De theoretische kennis der adspi ranten daarentegen buiten het leger aan in richtingen, die gelijke wetenschappelijke op leiding voor allen waarborgen. Het den kapitein der infanterie Van Dam van Isselt, op het gebied van het militair onderwys zoo gunstig bekend, achten ook wy, ter verwezenlijking daarvan, noodig. a. een of twee adspirant-cadetlenscholen; b. een cadettenschool te Breda; e, een Militaire school te Delft. De adspirant-cadetlenscholen zijn hoo/dzakelyk bestemd voor de leerlingen, wier ouders hun verblijf hebben in de overzeesche bezittingen en voor de jongelieden, afkomstig van het platte land, waar geen hoogere bur gerscholen aanwezig zijn. Hel admissieoxamen voor deze scholen komt overeen met het overgangsexamen van de Ie naar de 2e klasse, het eindexamen met het overgangsexamen van de 3e naar de 4e klasse van de hoogere burgerschool. De cursus duurt twee jaar. De adspiranten kunnen ook dadelijk toegelaten worden op de 2e klasse dier school. Het eind examen wordt als schoolexamen gehouden. Alvorens toegelaten te worden tot deze school moeten de adspiranten minsiens neytn maanden in hel leger, b$ het Instructie-Balaitlon ie Kampen of bij de Arlillet e-Instructie-Compognie te Schoonhoven gediend heb ben. Zij hebben bij de toelating den graad van korporaal. Door hen worden enkele oefeningen bijgewoond van den troep welke in de plaats, waar de school gevestigd is, garnizoen houdl. De cursus wordt zoodanig geregeld, dat de adspiranten aanwezig kun nen zijn bij de zomerrnanoeuvres. Geven zij hierbij bewijzen van geschiktheid voor hoogeren graad, dan worden zy lol sergeant bevorderd. liet onderwijs wordt gegeven door officieren, behalve in de natuurkunde. Zoo mogelijk wordt voor het onderwijs in dit vak gebruik gemaald van de middelen, welke aan de hoogere burgerschool ter plaatse aanwezig zijn. Aan de officieren wordt slechts n vak tu onderwijzen gegeven. Zij kun nen dus hunne korps- en garnizoensdiensten daarenboven waarnemen. De inrichting van de cadettenschool komijn algemeene irekken overeen met de thans bestaande militaire Academie, echter met veel minder leerlingen. Ook de cursus aan de cadeltenschool is tweejarig. Voor ongere geldheden aan deze inrichting behoeft geen vrees te bestaan. De leerlingen zullen voor het grootste deel afkomstig zijn van het le ger. Met betrekking tot de militaire opleiding verwijzen wij naar hetgeen daaromtrent is voorgesteld bij de adspirant-cadetlenscholen. Hel onderwijs wordt gegeven door burger leeraren, die de bevoegdheid bezitten mid delbaar onderwijs te geren. De militaire school wordt te Delft gevestigd om de vele hulpbronnen, die aldaar voor hel onderwijs aanwezig zijn. Aan de leerlingen dier school kan de graad van vaandrig worden gegeven. Het komt ons wenscheüjk voor hen te ka zerneeren, echter met de noodige vrijheden, in den geest van de tegenwoordige hoofd cursussen. DO cursus van da militaire school Ittweejarlg. De leerlingen, die allen in het bezit zijn van het diploma van voldoend afgelegd eindexamen der hoogere burgerschool, zijn afkomstig van de cadetlenschool en van de hoogere burgerscholen. Een admissic-exnmen wordt niet afgenomen; wel wordt een onderzoek ingesteld naar de kennis der leerlingen, in de wis- en na tuurkundige en in de letterkundige vakken. Zij, die liet verst gevorderd zijn in de eerstgenoemde, worden bestemd voor de artillerie en genie, die in de laatstgenoemde uitmunten voor de infanterie en cavalerie. Dit onderzoek moet op eenvoudige wijze plaats hebben, bijv. door aan de daarmede belaste commissie inzage te geven vandebeoordeelingslijsten der leerlingen over de beide laatste jaren, door deze aan de cadeltenschool en hoogere burgerschool doorgebracht, en te vens van de schriftelij ke bescheiden van het eindexamen. Om aan de leerlingen, alkomslig van de hoogere burgerschool, eenige militaire voorbereiding te geven, kunnen zij enkele oefeningen bijwonen of zelfs worden opge leid tol korporaal bij den troep, die in de plaats hunner inwoning garnizoen houdt. Ook wordt aanbevolen een militairen cursus aan de hoogere burgerschool, onder leiding van een officier op te richten, naar het voor beeld van Frankrijk en van onze scherpschultersvereenigingen. Het spreekt van zelf dat vooral de leerlingen, afkomstig van de. hoogere burgerschool, aan de militaire school een voortgezetten militairen cursus moeien doorloopen. Ia dit stelsel is voor voldoende practische opleiding zorg gedragen. De leerlingen worden telkens te midden van het leger geplaatst en loeren op die wijze de behoeften daarvan beter kennen dan de cadetten, gevormd volgens de wet van 1877. Aan dit of een dergelijk stekel behoort een herziening van de wet op het middelbaar onderwijs vooraf ie gaan. Kwamen de jon gelieden beneden cc.' 16 jaar daardoor In het bezit van meer positieve .kennis, doop' voor hen de leerstof Ie verminderen;'werd be paald, dat aan hef einde' van het derde cursusjaar aan alle scholen dezelfde leentof behandeld moeit zyn; dat het eindexamen minder uitgebreid en overat op dezelfde w(]ze moest worden afgenomen, daa zou het militair onderwijs daarbjj seker aanzienlijk winnen. Door een regeling, ia den geest als boven, wordt eenheid gebracht in de verschillende takken van het middelbaar onderwys; allo adspirant-officieren doorloopen een zelfden, cursus, daardoor valt de slagboom, die ben thans op wetenschappelyk gebied scheidt; de opleiding geschiedt op breeden grondslag; de ophooping van een groot aantal jongelieden onder een zelfde dak is veel minder dan vroeger. Oe leerlingen blijven zoo lang mo gelijk in de niaatschappU verkeeren. Wanneer men de iaariyksche bijdrage voor allen vaststelt op / 300, zullen ook de kosten niet zooveel grooter zijn, dan by het bestaande stelsel van opleiding. Het hoofddoel van dit stelsel is blijkbaar, om een groot aantal officieren in het leger te voeren, die den vijfjarigen cursus der hoogere burgerschool nebben doorloopen, Wil men de zekerheid, dat dit doel bereikt wordt, dan staat, naar onze vaste overtuiging, slechts n weg open: een radikale verbe tering der vooruitzichten, vooral van het jongere gedeelte van hel officierskorps. Door de jongste reorganisatie van het le ger is het vooruitzicht op promotie nog aanzienlijk verminderd, fiy het wapen der in fanterie heeft men thans Luitenants van 19jarigen officiersdienst. Spoedig zal men by dit wapen officieren aantreffen, die 21 a* 2 jaar in den Luitenantsrang hebben gediend. Mei de bezoldiging is het niet beter gesteld, Hoe denkt men over een traktemenl van f1300 reëel, dat het eerst op 36-jarigen leef tijd kan worden verkregen door iemand, van wien men te recht eischt, omdat het staatsbelang dit meebrengt, dat hij naar rang en stand zal leven? Naar onze meening kan de promotie thans het best verbeterd worden, door het verlee nen van gedeeltelijk pensioen na 25 of 30 jarigen officiersdienst. Gaat men over tot het benoemen van militieofficieren en hot ver minderen van het getal beroepsofficieren, dan kan, zonder de schatkist al te zeer ie bezwaren, ook de bezoldiging aanzienlijk ver beterd worden. De regeering, die daaraan, doch vóór alles aan de ontwikkeling der aanvoerders, een deel van hare krachten wijdt, verdient meer dan den dank van de officie ren, ook de waardeering van de natie. Zal het nog lang duren, voor verbetering in die richting ie wachten is ? Er beslaan inderdaad eenige teekecis, die ons op de nadering van betere tijden wijzen. Mogen deze niet al te ver meer verwijderd zijn l Cambreaux. NB. Men leze. in bet eerste gedeelte, .io plaats van»middelbaar, onder wijs", (3de kolom, regel 10 en 9 v. o., blz. 5 van Nr. 326) «middelbaar militair onderwijs". Verder wordt de lezojr verwozen naar da ter zake betrekkelijke artiken, opgenomen in No. 245 en 250 van dit Weekblad. Red. BIBLIOGEAPHIE. Indisch Militair Tijdschrift. No. 8. Nog een woord over de krygstucht en de mid delen tot handhaving er van, voornamelijk onder een korps officieren. Atjeh en Tunis. Nogmaili iets over repeteer geweren. Veldartiüerie in d«a bergoorlog. 'Rechtspraak in militaire zaken. Een enkel woord over da voeding van den soldaat ts velde. Overzeesche sprokkelingen, door een verlofganger. Varia. BoekannkondigiDg. 327 DE A M S T E R D A M M E B, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. SCHAAKSPEL. Ko. 38. Van 3. Q. NU (Tenejssa). Bekroond In hst 3-cet probleem-tornooi v*n den «Brigthon Gturdim" met den »ohtit«n prtyi. ZWAET. d WIT. Wit speelt voor en geeft In 9 zetten nut, (Wit 9, Zwart 6 stakkon met K, E i) Oplossing van Schaakproblaam No. 38, l D S O 71 D int E* (a a G 7 G * mat l * D 4 - O 5 (b 9 01?33 m*t (b) S O t - B 6 nut T. ut D., T. of anden. (* l E Snt 04 (d S A « B S nut. (a) l ..... E 5 D 3 {? S O l B S nut. l, ..... (*' Pd. of P. speel! S B. of 1), geeft nat INGEZONDEN OPLOSSINGEN. WU ontvingen lolita oplossingen v»n no. 86 door *? te AJkttMr; D, P. te Utrecht; v*n .ITel" te AonUrdsJj en T. d. X. ta N.N.; v»ri 87 doó» W. v. H. te Delft; » en 87 van IV. 8. t* «eppeli Kei *'* Tieren en Henrt » Anwterdaoi; W. + L. ?? A. & W,.tO Xeppel (*>!?**?** ' ' ), en 8T gMÜopgetost behoud»/» e*n Me» door ^^?fle.waejr^^lislA» tSMle» Ontwaakt als een Vlinder, EU* D04J. ANTOINETTB. Trltt »nf In blanken \7»ffoa, Hein O*Ut, nnd wtrde fnil X* gilt nooh mebr au «ehaffen. AU eiaen LiebeinUi. De oude Veluwe is als verjeugdigd en ge dealiseerd! Aan bruine heideplanien wiegen groene topjes; Hchiblauwe violen, zachtbluzende madelieven en zonnige sleutelbloe men brengen de eerwaardige velden een lentegroet! Tegen de hier en ginds ver spreide hutten en kleine boerderijen met rood of rieten dak, waarop de jonge zwa luw tjilpt, pronken nieuwe klimop-loten, en verjeugdigd sch(jnt zelfs de fijne lucht, wier wazig azuur door geen ernstige wolk wordt 'gerimpeld. Lente is de glimlach der oude Veluwe l Hoe poëtisch teekent zich ginds tegen 't zonnige blauw, de in zijn soberheid zoo verheven romaanschen toren af. Excelsior l wenkt zyn spits. Tusachen zyn verweerde steenen, wier tint hel geheim is van vrljheer Tijd en vrouwe Natuur, slingeren zich de groene en bruine moskransen, die in barren winter en zonnigen zomer den toren getrouw blijven, als kon h\| zich hierdoor minder eenzaam gevoelen. Want de aarde is ruim en hoeveel torens ook hun spits mogen verheffen, de afstand tusschen den eenen en den anderen blijft altijd croot, en is in schijn grooter nog. Toch kunnen al die eenzamen elkaar een groet toezenden, een lichtstraal van hun metalen spits, die den gloed der zon w rkaalst, de ne zon die hen allen beschijnt. Zij, die gindsche hutten bewonen, zien de schoonheid van den verheven eenvoudigen toren niet maar te dierbaarder is hun de k,erk waarboven hij zijn spits verheft. fiie kleine kerk is voor hen, zonder dat zij 't weten, het idealisme, is het plekje, waar zjj komen om iets anders ie gevoelen dan de kracht van het stoffelijk leven. Zij hooren er gaarne de letterlijke beteekenis van het bijbelwoord, waarvan iedere regel hen kan tichten. Zij worden in die kerk toegespro ken naar hun behoefte en vragen bij die behoefte niemands afkeuring, niemands goed keuring; zij veinzen niet. En slechts de huiclietear- is verachtelijk de geloovige noch de ongeloovige zijn het ooit. Rondom te kerk wortelen met krachtiger) stam de oude populieren, wier fiere kruin zich in de ruimte verheft. In hun ftïssche lentelovers klinkt wegster vend en lerugkeerend, hel humoristisch accoord ; de blinde mol die in de aarde wroet en de adelaar die in hei zonlicht staarl, zijn lotgenpoien want wie zich als fiere adelaar voelt is nog in menig opzicht de blinde mol. II. De bewoners van dit plekje Veluwschen grond, zijn poatisch tot in hun gebreken. Zij hebben zfth aan hun grond gehecht, als aan Kun vaderland. En hun vaderland, wal anders is dil dan de gemeente binnen welker grenzen hun woning staal ? Zij kennen geen ander I Alles wat daar builen is, dat is imoar doar buuten." Voor hen bestaan twee rassen: dorpsge noten en vreemden. Met alle middelen die oude gemeenierecnten hun verzekeren, weren il) de indringers die 't wagen zich een woning te w£n.scl)en binnen /<UR land. Toch is dat klein paradijs hunner liefde en begeerte, geen ldorado van gemakzucht. Tot zwaren, volhardenden arbeid dwingt de grond; het leven moet ontworsield worden aan den schralen bodem, eer onder dien bodem, moede handen, moede voeten, rus ten mogen. Evenwel leeft in de gemeente dier trouwe arbeiders n wezen, 't welk zij, hoewel een weeradeL'ug, niet slechts dulden, maar boog lereeren. Die vreemdeling is hun iDommenei". Te midden van haar groolen tuin ligt de pastorie, waar sedert een twintigtal jaren, oe herder zijn kodde wijdt. Gedurende al dien tijd was hem nimmer de gelegenheid geschonken om, van de lie/de en trouw ton zyn gemeente het groftute aller bewUwn te geven; doch de liefde voor en de vouw aan zijn ambtsplichten waren onwan kelbaar. Onwankelbaar, zoowel door plichts gevoel, als door noodzakelijke sleur. Domiae Alden bezat het genie der tevre denen en voelde zich, zonder lastige illusieên, £"s een monarch ia zyn rijk, en veiliger n deze. Met dokter noch notaris, met burgemees ter noch pastoor, behoefde bij de genegen heid, het vertrouwen zyner dorpsgenooten te deelen. Geen leenheer oefende ooit groo ter en tevens onschadelijker autoriteit tegen over zyne vasaïlen uit, dan domine Alden jegens de broeden en «justers der gemeente. De gemeente was I6fenover hem als het faagieeken; hJJ beantwoordde en regeerde wor komma's, punten en alle orerige ooteejiens. HL Terwyi bet geheflle dorpje in dfepensU» ichym verzonken, heencht ook in de pastorie ?en onverbroken stilt». Het i» n uur in den namiddag. Ta twaalf ure heeft de geniet zy, na vroegttydigon, vormooienden arbeid de niet overtollige siesta. Het studeervertrek, waarin domine Alden zich die verpozing gunt, is eon dakkamertje met uitzicht op tuin en straatweg. Hel be vat een tafel, een schrijftafel en twee stoelen; langs den wand zijn planken aangebracht, waarop, door een verkleurde groene gordijn verborgen, domino's boekenschat, in dubbele beteekenis rust. Studie-boeken zijn het die sedert den zaligen akademie-tljd nooit werden aangeroerd dan in schoonmaak-periode. Ver der wordt de bibliotheek volmaakt door bybels, gezang- en cathechizatie-boeken, bundels psalmen, waaronder een met Datheen's ver tolking, en stapels ongedrukte predikatieön die noch altijd worden verhoogd, dikwijl» ook worden omgekeerd. Op de schryiiufel slaat een houten bakje met zand, waarin een inktkoker; daarnaast ligt de lange pijp, terwijl een kandelaar met een kaars, domme Alden's theorie: dat de menschen door het felle kunstlicht hun oogen hebben verzwakt en hij de sterkte der zijnen aan zijn kaars is verschuldigd, duidelijk ver kondigt. In een chambercloak gewikkeld, geniet hij een rust die door geen droom wordt ge stoord en tjn gelaat vertolkt nu slechte de onschadelijke onzijdige eigenschap die alle slapende wezens kenmerkt. Domine Alden was als predikant volijverig en welwillend, maar onafhankelijk van zijn ambt, was zyn geest bekrompen, zijn karak ter eigenzinnig. Als de eene of andere be trekking ooit een waarborg kon wezen voor het karakter, zou het zijne zeker poëti scher zijn geworden, maar zooals het nu was, vertegenwoordigde dit een mengeling van goedhartigheid, eigenzin en nuchtere levensopvatting. PoOzie en geestdrift waren hem oven onbekend als eenige andere ge meente dan die waarin hij koning was. In de woonkamer, een buitensporig groot vertrek, waarin slechts de onontbeerlijkste meubels worden gevonden, bevinden zich twee personen. De eene is een ouderwetsch burgerlijk vrouwtje, dat gedurende zeventien jaren, sedert domine Alden zijne vrouw verloor, de huishouding behartigt. Hij is zeer inge nomen met haar. ijver, die orde en regel hindhaalt, ook bindl dankbaarheid hem aan haar die zijn eenig kind heefl grootgebracht. Hare burgerlijkheid is hem geen doorn in't oog deze is hem een waarborg voor haar ondergeschiktheid. Op 't oogenblik is zy met een breiwerk in de hand, ingedommeld. Tegenover haar, eveneens met een brei werk in de hand, zit domine Alden's eenig kind, zijn bleeke Elize, De zeventienjarige gestalte is als verzonken in een onbehagelijk bruin gewaad de huishoudster van domine Alden is een groot ekonomist en kent vun goeden smaak, zelfs niet den naam. Elize's ovaal gezichtje getuigt van naam* looze matheid, en zóó vaag is de uitdrukking van twee groote grijze oogen, dat zelfs de fijn gepenseelde zwarte wenkbrauwen er geen leven aan meedeelen. Het blauw-zwarte haar is zedig gescheiden en glad weggeslreken boven de lijn gevormde ooren. Zij staart naar buiten, naar den tuin en den doodstillen straatweg, staarl zonder iets te zien. Lang staren maakt de oogen als verblind en de ziel evenzeer. Elize ziet de ontwakende natuur niet. De oude klok doet in den hollen, killen gang zijn: koekoek hooren. Elize Alden heelt zeventien jaren lang dat geluid gehoord, en, in al de malle eentonig heid van haar jong loven, zelden een toon die belangwekkender was dan alles wat den geest kan dooden. Doelloos, lusteloos wendt zij de oogen van de buitenwereld af en staart even doelloos in het vertrek. Boven den schoorsteenmantel heeft zij aliyd dien spiegel in bruine lyst gekend, die zoo hoog hangt dat niemand er zich in spiegelen kan. Onder dit sieraad staat de houten pendule, die altijd achter loopt (een geschenk van catechisanlen); Ier weerszijden van dil uurwerk prijken twee aschbakjes en twee luciferstandaards phosphorus heelt men nooit te veel, terwijl een inktkoker en een ptjpen-standerd de uiteinden van den schoor steenmantel versieren. Op de geel en bruin geworden lange pijpen, zijn de namen der eigenaren oog flauw zichtbaar. Op een kleinen tafel in een hoek der kamer, liggen twee steken, een oude en een zér oude. De eerste dient voor huisbezoek, de tweede voor caiechisatie en tuin. Een derde exemplaar ligt in vloeipapier gewikkeld in domino's kleerkast en wordt slechts des zondags gebruikt. / Het kraken van den trap verraadt domino's komst. Zijn tred beeft byna dezelfde uit werking als dien van den prins uit het sprookje. In de keuken verneemt men plot seling bet geluid van een haastig verschoven stoel het stereotiep bewijs dat Stienije, de dienstmaagd uit naar mrddagslaapje op schrikt. Elize staat op, neemt vader's pyp, stopt die en legt ze aan 't hoofdeind der tafel neer. Juffrouw Stoppel schrikt wakker, kucht, opent de oogen wfcü, bukt naar haar gêvaHen handwerk en begint te werken als wilde zy de ontmoeting met Morpheus loo chenen. In ambtsgewaad, treedt domine binnen. De korte broek en de lage schoenen met zilve ren gespen, geven zijn korte gedaante iets aartsvaderlgks dat in harmonie is met zyn iije, wier trekken byna onzichtbaar ed dit is geen ramp door de overgroote nMpJMoautó die henr hoofd zedig om vat, ttCMfiftat mei een kop koffie die i(j domine aaaMtkt fiat. fgeft zU reeds acht tien jaren lang, itgtHfu op t «elfde uur Domine rookt peinzend, altlran^ zwfóend zijn pijp. Daarna verwisselt hij zijn fluweelen muts met den zeer ouden steek en begeeft zich naar de cathcchisaiiekamer, een geboawije in den tuin dat eertijds tol berging van brandstof diende zonder dat echter voorheen of thans, ooit govaar voor brand was of zou ontstaan. 't ts Zondag. In de pastorie heerscht een stilte, welke die der andere dagen nog over treffen zou, indien niet het imitengewoue gek r aai van een opgesloten haan en geka kel van eveneens gevangene kippen haar verbrak. Want, gedurende, zes dageu mochten haan en kippen vry rondloopen in den tuin, maar op den zevenden dag moesten zy rusten alzo» wilde het domiiie Alden. 't Was ordeloos om op Zondag te dulden, 't geen gedurende de week veroorloof d was l Voor de tweede maal was de preek gehou den en keerden de bewoners der pastorie uit de kerk terug. Een naar uren later verschenen de bezoe kers, die naargelang zij lol de nolabelen, do gegoeden orde armen behoorden, mei den titel van waarde broeder, broeder of vriend, werden toegesproken, Men voelt dat » waarde broeder" de hoog ste eer omvatte en zoo vervolgens ; doch vriendelijke gastvrijheid gold voor allen. De boerinnen die met haar heer en meester waren medegekomen brachten kleine offeran den of fluisterden Juffrouw Stoppel een be lofte toe. 'l Was een bonle vergadering die daar rondom de groote tafel in twee halve cirkels geschaard, de niet te versmaden slof voor een eigenaardig schilderstuk leverde. -Aan 't hoofdeind der latei zat de predikant met zijn van gulle goedheid glimmend, rood ge bat, en een zevental boeren, even als hij, met de lange pijp gewapend welke de gapin gen die gedurig in 't gesprek ontstonden, moest aanvullen. Aan domine Alden 's linkerhand zat zijn Elize wier bleek gezichtje schier verdween inden rookdamp; en naast haar was de huishoudster gezeten, die mei haar zondagsche muts gelooid niel gunstig uitkwam bij de boerinnen in heur schilderachtige Veluwsche kleedij. Juf frouw Stoppel genoot van bet vrouwelijk gedeelte van den cirkel. Geen aangenamer oogenblik voor huur dan die zondag-namid dagen, waarop 'l haar vergund was ie pralen zooveel zy wilde. «Mijn man zaliger' was gedurig aan de orde, nu eens om te ver kondigen dat hij zooveel van gebraden karbonade hield, dan weer om met eilase te verzekeren dat »rniin man zaliger" altijd een slaapmuts had gedragen en andere wetens waardigheden, die mei aandoening werden aangehoord. De andere helft van den cirkel sprak in den letterlijken zin van 'l woord over koeien en kalveren en ook over > de koslelike predikoazie" van heden morgen. Het ging deze bezoekers zooals de kinderen; als zij eenmaal gezeten waren, wisten zy niel van heengaan, gaven elkaar wenken, stoolten elkaar onge merkt aan, stonden bijna op, gingen weer zitlen, mompelden iets van maar huis gaan" en stopten opniew hun pijp. Elise Alden is ingedommeld; de rook heeft haar bedwelmd. De boeren en boerinnen zijn hieraan reeds zoo gewoon, dal zij hel nau welijks meer opmerken. Zij hebben >tk>mmenei's Lieske" nooit vroolijk gezien, en sedert de oude scheper het had verkondigd, was 't een ontwislbare waarheid gebleven : »ze liekl zoo arg onneuzel! 'l Verstand zit er niet biester, dat kun je d'r aanzien." En gelijk de scheper, oordeelde ook juf frouw Stoppel, oordeelde domine Alden. Indien hem eens tot onderwerp voor een preek ware opgegeven: het leven kam sluimeren tot de roepstem komt hij zou ten einde raad zijn geweesj, niet hebben geweien, wat daarvan te zeggen. Daarom kon hij zich evenmin als' vader verdiepen in dit probleem en daar om zag hij zyn kwijnende bloem en wist haar niet te steunen. Toch was ook hij eenmaal jong geweest en nog verre van oud, wanneer 't allhans waarheid is dat de leeftijd do worden jong en oud omschrijft. Toch had hij Lotijnsch en Grieksch gestu deerd, had mei Minerva verkeerd, was zelfs te zijner tijd door Araor verstrikt geworden. Nu ja dat alles was geweest. Maar hij, die Alexander of Napoleon wordt geboren, kan ia gevangenschap zijn energie verliezen l Wat moet er dan worden van hem die aan gewoonte offert wat hij aan geest mist? Energie en illusie, ze zijn niet afhankelijk van eenigen leeftijd maar van bet karakter. Dit bad zij te Iaat gevoeld die van den predikant Alden had aangenomen wat zy miste: een tehuis. Niet de stille omgeving in de heerlijke Veluwsche natuur, niet de eenvoudige menschen zouden haar geest en daarmee haar leven hebben gedrukt maar de ddgelyksche omgang met een man die de conventie zelve was, deed hel doodelijke heimwee in hare ziel ontkiemen, totdat zy na drie lange jaren van eindelooze verveling weer vurig had gewenscht te blijven leven voor haw kind, welks eerste kreet was samengesmolten met haar laatste. Het kind scheen de dood in 't hart te dragen die de moeder had bevryd. (Wordt vervolgd). SCHOOI*. DIDASEALIA. XXXVHL De afgdoopen week ([af wader de gewon* jaarl#ta»he vertoonifig volgens art. 80 der vrat op het Hooger omlenrtyr, HO oase vier Unitersf. Uiten bestag de aftrwtend* itetw-magnificus den katheder «n luidde atf o ambtsjaar alt, en dat van s\jn opvolger ia, met het vermelden van de lotgevallen sjjuer universiteit ia het afgeloopen jaar. Dit de.n aard der laak bieden dergelgke vertdftgen weiaig variatie aan. doch de rede b(J die gelegenheid door, prof de Hoop Sonener all aftredend rector te Amsterdam gebonden muntte uit door aangeaamta en geastigen vorm, loodat hjj ook luiden b|jval inoogstte. In Groningen cal men dien dag wel niet in vreugdebedrfyveu nebben doorgebracht, want een der jongen hoogleeraren beiweek aan eene korte doen bevige uekte: in prof H. J. Hink verliest toch de Groninger Universiteit een harer sieraden terwvl ook in gemeenteraad, en tal van comrnissiön «Ha gemis lang sal gevoeld worden. Noff altjjo: is te Leiden de vacature Dosjj on vervuld ', na de boogleeraar Jorissen er voor be dankte boort men er niets meer van; de aan bieding aan Jorissen klonk echter wat vreemd; de miuister van biauenlandsche zaken zou dit gedaan hebben en toch staat er in art. &1 alinea 2, dat er voor elke te vervullen plaats door de cura toren, de faculteit (waartoe de vacature behoort) gehoord eene, met redenen omkleede aanbevelings lijst aan de minister wordt aangeboden: 't is wel is waar eene aanbeveling en geen voordracht, doch .men kan wel nagaan dat net Leidscbe Caratorcnoollege reeds lang eene Ijjtt van aanbeve lenswaardige personen aan Z. E. hebben gezonden, toodat deze door bovengenoemde aanbieding daarvan waarschguiyk gehuel afgeweken ia. De slechts enkele jaren tellende Ryksnoraaal* school voor teekenonderwyzers, werd met een vrty aanzienlek «tal leerlingen en gasten geopend, namelyk 70, waarby zioh 21 dames bevinden; ik vermeld hier gaarne bij dat de cursus thans gehouden wordt in de lokalen, welke om hunne «chiMering en versiering zeer geroemd worden, DI. die zioh in den oostoljjken vleugel van het Rgkttnuseum bevinden. Op het terrein van agitatie in de sehoolwereld zyn er deze week wedtr een paar vermeldens waardige zaken geschied: vooreerst doet bet verhaal de ronde dat de bekende Winterswyksche pastoor U. Maas aan de R. E. kinderen op de openbare school aldaar zou verboden hebben om het Wilhelmuslied mede te zingen; bet vertelsel was te dwaas om waar te zyn, zoodat het my ook niet verwonderde in een der dag bladen een protest van den pastoor te lezen, waarin deze tegen dat praatje als lasterlijk te velde trekt. T« Zwolle heeft een feit plaats gevonden dat ook tot deze catbegoiïe van agitatiestnkken be hoort: een der leeraars van de Ryks Hoogere Burgerschool aldaar, Mr. L. Binher had 31 Mei in de Ztvohche Courant een stuk geplaatst, waarby hu protesteert tegen zyn aansluit m den boofdel;jken omslag vour het herstel der Groote Kerk; hij wilde echter wel betalen, doch zeide zyn lidmaatschap aan de Nederd. Hervormde gemeente op en verklaarde dat hij behoort tot de ongeloovigen; de directeur der school zeide hem den vol genden dag dat de plaatsing van dat stuk hem speet; 8 Juli krijgt Mr. Uiaher van dien directeur ern brief, watirin hem namens den minister dieus on! evredeuheid betuigd en geraden wordt zich in het vervolg van dergelijke handelwijzen te ont houden. Nu heel't Mr. Biuher dezer dagen bij de Tweede Kamer een protest tegen die handelwijze ingediend, waarin hu verkocht, dat er na nauwkeu rig onderzoek van het gebeurde, middelen zullen worden beraamd en aangewend, om onderge schikte ambtenaren tegen ongepaste bemoeiingen van hun superieuren te beschermen. Deze zaak zal nu wel by de eene of andere gelegenheid in de Tweede Kamer behandeld worden, mis schien wel by geleKenheid van de interpellatie, welke, zooals de dagbladen verkondigden, dezer dagen dóór «en lid der Kamer tot den minister' van bintienlandsche zal gericht worden over da zaak Péan te Venloo. Later kom ik dus mogelijk no^ wel eens pp een en auder terug. De hoofdonderwijzer F. Vergers, hoofd eener school met den bijbel in Necmnds hoofdstad, vertelde in een strooibillet dat eene moeder haar kind by hem brengende, haar zou .verteld hebben dat haar dochtertje op de openbare school hoorde dat de bybel een boek was vol fabelen en dat er geen God bestond." Het Votlcsblad'sent dat een christelijk onderwijzer zulke dingen niet zeggen ?. al zonder deugdelijke bewrjzen en dringt er by den heer Vergers op aan zijne bewering waar te maken. Er heeft in 't laatst der vorige maand in het blad de Zaanstreek" een allervinnigst artikel gestaan over de laatste examens voor de hoofd acte: dat er slechts l van de 12 doorkwam, zegt het blad, zou toe te schrijven z£n óf aan het ge ringe gehalte der examinandi, óf aan te zware eisenen, óf aau de methode van examineeren. De schiijver, iemand die met het onderwijs hoe genaamd niets te maken heeft, zegt dat de eerste oorzaak onwaarschynlgk is, omdat de patiënten toch reeds examens gedaan hebben en dus wel weten wat er te koop is; de tweede oorzaak is vrij wat waarschijnlijker, en schrijver beweert dat er door de wet eigenlijk te veel en te onnoodig pevorJerd wordt. De derde oorzaak is evenwel de ergste; hy zegt dat in nog al scherpe en heftige bewoordingen; Ik zal zoo vrij ZÜze hier in to lasschcn: De methode van examineeren deugt niet. Men heeft ze reeds maar men zou ze met eenige dui zenden kunnen vermeerderen, de laffe loopjes, charades, raadseltjes, kunstjes, rebasjes enz. enz., die voorgelegd- worden bij examens, ouder pretest van te zyu vragen en vraagstukjes. De gelukkige vinder en oplosser van die aardigheden (of liever ouaardigheden) is, natuurlijk! zeldzamer dan een witte raaf. Vooral by het rekenen en de aardrijks kunde is het een allertrenrigste methode om aar dig gevonden kunststukjes te vertoonen, die voor eeno (twijfelachtige) geestigheid van den examina tor zullen hecten door te gaan, maar die met eigenlijke kennis en degelijke wetenschap niet meer dan een zeer verwijderden graad-van ver wantschap hebben. De methode deugt niet ziedaar de hoofdoor* zaak de oorzaak der wanverhouding l: 12. Men zon nog eene oorzaak kunnen aannemen of aanvoeren: Het is een feit dat de onderwysersnood" baast even groot is «f dreigt te worden ah de prediknntennood". Nn ontstaat door groote vraag al licht groot aanbod. En gaat men na ba dat aanbod niet streng genoeg te werk, dan is het gevaar groot dat de markt wordt overvoerd met waar vai> slecht of minder gehalte. Men zou er dus allicht toe kannen komen om bU de exami natoren den heiligen, erntligea en zedeUjken toe leg te gaan onderstellen, om niet zoo maar ieder een door en toetelaten, maar nu juist met te meer nauwlettende zorg toeteiien dat niet anders dan zeer {geschikte voorwerpen werden toegelaten. ?Mogelijk! maar dat dan de verhouding S : 9, of laat het zvjn 6 : 6 zou kunnen ontstaan, is wel denkbaar, zelfs aannemelijk. Voor de verhouding l : 12 is geeae verscbooning te vinden voor de examinatoren, ZHselve, die hoeren, laden eene verdenking op zich, die hoogst bedenkelijk is. Bet is genoegzaam bekend dat de kennis van bet onderwijzend personeel in óns vaderland op een veel hooger peil mag ge rekend worden, dan eene wanverhouding l : 12 sjou kunnen doen veronderstellen. Er moet doe een afkeurend oordeel, maar een zeer gestreng, worden uitgesproken over de examinatoren van ditjaar, en over, hunne methode.. ? . Bet is de dure plicht van onze vaderlaadaeba drukpers om ook die heeren te oontroleeren. 'Aan die controle is groote, dringende behoefte. En «fi hopen dat bet artikel, door ons bedoeld, in tdeZaafutreeli", hét begin, en h*t signaal moge geven van een iete ernrtig ondersoek OMT dj ooriaken van hetgeen zoo demoreÜMerend werkt. en dm immoreel «". ^ Onderwrjaennood «fcjjnk er trouwen* reedt te besUan, «ooals ik u reedi dikwijls aoareef i die veelbesproken examens zullen er wel de schulp van dragen: in Deven-ci- vioeg mun e«u ondWwjjier met hoofdacte vou. f SM -- V «WW **>WB1*M**VW T-.'W. * I^\^V Oll U4* ilCOU BBW geen enkel sollicitant op: verhooging dier jaar- . wedde ii dot noodig. Ereoaoo in de gemeutt Hemelumer Oldeph.aert en Koordwolde, waar d» raad voor het hoofd der school te Ueldenscha» f700 uitrok, welk beduit evenwel door GatlepoV teerden van Friesland is vernietig.! omdat m*« daar grooter bezoldiging wensehelük achtte. Voor ditmaal zij u n«n geschrijf genoeg, «tf volgende keer meer. ?--»-» Btwdstt. 34 Sept. "83. Q.N. ALLKRLVI. Een Fransohman, die la de Hollandsche taal niet geheel onbedrevon was, maakte de volgend* opmerking. «Het verwondert müniet dat {i Holland vele «aken verkeerd gaan, want altyd raadpleegt men daar de deskundigen". De man meende dat het voorvoegsel des by on* dezelfde beteekeni» heeft als dés m désagréable. ily sprak bet ook zoo nit Hy iras de plank mis; geheel mis? . Tot de uitsluitend Engelsche industrie behoorde sinds langen tgd de fabricage der fijnere biscuits en der fijnere dessertkoekjet, iu de beide groot* fabrieken van liuiakley Polmnrs en Peak Froan beheerschten nog voor korten tijd den continen talen- en expprhaiidel uitsluitend. Ook hierin heeft de Duitsche industrie nu echter verandering ge bracht. Terwijl de eerste Duitsuhe biscuitfobrie* ken die nu eenipe jaren geledon oudei- den naam van EDgelsche Cake's bakkerijen" te Hamburg Ver den opgericht een grooten strijd tegen de overwe gende macht der Emrelscbe concurrentie te voeren hadden, zijn nu de Lngelsche bezittingen en Engelscbe firma's reeds de grootste verbruikers;van et Duit'chefabricaat. Voor den exporthandel van dit artikel is naast Hamburg het Saksische in» dustriestadje Wurzburg te noemen. Zyn met d* Engelscbe fabrieken volkomen gelijkstaand fabri kaat wordt naar Hollandsen- en Engelsen Indi8, naar Brazilië, Venezuela en de la Flata- Staten gezonden. De Vereonigde Staten gebruiken meest eigen fabrikaat; ook in AustraliëValparaiso en Mexiko bloeit deze Uk van industrie, rerwffl Afrika wederom als sterk verbruiker van EngerRche- en Duitsche biscuits optreedt Wat Europa betreft, zoo wordt het Duitsche fabrikaat vooral in Holland, in het Noorden, echter ook in Por tugal en Friinkryk aobruikt, terwgl Italiëen Turküe steeds de voorkeur geven aan het Engelsen fabrikaat. Rusland heeft zijn eigen, hoewel min der gelukkige biscuitiudustrie en ook in Frankrijk toont men in den laatsten tijd meer voorliefde' voor eigen fabricage van dit artikel. Te Siogsr pore gelden de Duitsche Würzon-Krietsch biscuits als de eenige superior Qerman biscuits en in de gaosche Straits, te Rangoon en de Engelsen-Indiache bezittingen zijn zy niet als imitatie, maar onder den naam van Wurzen-Saxony ingeburgerd» Spra't's patent laten hun houdekoeken .voor Duitschland in de Krietsch Wurzener fabrieken vervaardigen, en deze fabrieken tobben in dsa Iwtsten tud aan de Engelsohe concurrentie» ook het privilege van uitsluitend fabricage der Carnepuralnscuits en der armeecakes van den geaameulijken export- en continthandel ontnomen. Hit getal der gymnaitiekvereenigingea in Duitschland bedraagt tegenwoordig 2451 met 221.417 leden, waarouder zioh ongeveer 120.000 werkende leden bevinden. De kulscJis'c dame. Een blad van Minnesota. deelt mede dut Miss Qoates ongetwijfeld een der kuiscliste jonge dames in die streek is. Zrj is, voegt het tot bewijs er by, reeds zismaal ver loofd geweest, maar nog nooit is het. een harer minnaars gelukt zijn arm om haar midden te leggen. Trouwens z\j weegt 324 pond. Dravende hospitalen. Zooals het Eogelsche tydscjmft Lancet bericht, heeft de duitscue ad miraliteit bepaald dat het in de Oost zee kruisende oefenings-eskader door een eigen hospitaalschip wordt vergezeld. Tot dat doel is een der oude korvetten met kooien en alle mogelijke inrichtin gen voor zieken en gekwetsten, instrumenten, operatietafels enz. uitgerust geworden. De admi raliteit moet voornemens zyn het schip ook by oen eventneelen oorlog, aan de vloot soe> t» voe gen. Om het van de oorlogschepeu te onderschei* den, zal het de vlag van het kruis van Genere of de Roode Kruis vlag" (rood kruis op wit schild) voeren, en wit met roode strepen geverfd weien. List eener coquclie. Eene madame T. B. te Parij», die reeds een zoon van 15 jaar heeft, doch voor' geen geld ter wereld wil toegeven dat *y ver* oudert, heeft een uitnemend middel gevonden om zich zelf in die zelfverblinding te laten blijven. Zy liet namelijk haar zoon in Schotland natura* liseerea en gevoelt zich dien ten gevolge verplicht den jongeling een kort rokje te laten dragen ett mot bloote knieën te laten loopen. Volgens het levende jaariyksehe bericht van den Japansohen minister van onderwys bestaan er nu te Japan 28,023 scholen, te weten 16,710 publieke- en 11315 privaatwholen. Aau hoogere scholen bezit het rijk 107 publieke-en 677 privaat* inrichtingen. Een Frantcbman, Oaspard Meijer, heeft een onverbrandbaar papier uitgevonden, waarvan de Fransohe bladen wonderen verhalen. Men mengt namelijk asbest onder de stof waaruit het pa pier vervaardigd wordt, terwijl de uitvinder t* geiyker tüd inkt gebruikt die volmaakt tegen bet vuur bestand is, zoodat de lettert of lijnen, di« op het papier gedrukt worden, evenzeer behou den blÖven. B(f onlangs gedaan onderzoek bleek het papier tegen de sterkste proef bestand. Men hield namelijk een vel daarvan tusschen twee lagen gesmolten glas. -Niet slechts het papier maar ook de letters bleken onbeschadigd. D* eigenlijke uitvinding echter van dit onbrandbaar papier moet volgens de Daltteher* aan Dr. Dort te Stattgart, worden toegeschreven. ikomst der Doitsche staalindustrie en haai1 tg van den invloed van den Engelschmao duidelijk bewezen door de audzaak, dat de invoer van Engelsen materiaal voor spoorwe gen van 62,660 .tonnen in het jaar 1870 in bet jaar 1881 tot op 305 tonnen teruggebracht werd. Het Doitfohe Schillerfonds, dat an reed* 93 jaar bestaat, heeft in het afgeloopen jaar aan 111 personen (W nog levende schrijvers en 86 weduwen en kinderen) 40,935 Mark aitgercikt en wel aan levenslange pensioenen (34) 12,860 Mark, geschenken voor een of meer .jaren 22,783 Mark en oogenblikkeiyke ondersteuning 5302 Markt buitendien nog 1200 ft. .A..W. (de.tantiemt+der drama*) van wiUparzer) en de toezendingen van de igtakken to Beriyn, Breslau, Diesd«n, Stuttgart, Weimar en Weenen, gMamentyK7Q20.Jtffc.tm n '?'. 7' ??*Éfc.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl