De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1884 3 februari pagina 3

3 februari 1884 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. verdedigd tegen verschillende bestrijders. De beschuldiging tegen de voor stellers ingebracht dat zij weinig bereid bevonden werden voor ge meen overleg wordt door het blad weerlegd. Op hoofdpunten na tuurlijk konden de voorstellers niet toegeven, maar toch hebben zij, waar het mogelijk was, partij getrokken in de gemaakte opmerkingen. Het Hanü. heeft nog een drietal artikelen aan bet financieel vraagstuk" gewijd en daarin te kennen gegeven dat het ontwerp van l)elden c. s., geamendeerd, tot een bevredigend ontwerp zou kunnen worden gemaakt. Een oud-lid der Staten-Generaal heeft in een dezer dagen verschenen brochure de inkomstenbelasting ten sterkste bestreden en zijn denkbeelden (streng conservatief) over den financieelen toestand van het o ogenblik medegedeeld. Het dezer dagen verschenen ontwerp tot wyziging der drankwet wordt door 't Vad., wat de hoofdzaak betreft, afgekeurd. Het blad wenscht de vergunning tot het schenken van likeuren enz. niet aan koek- en banket bakkers verleend te zien. Het Haagsche Dagblad heeft een tweetal artikelen gewijd aan bet Congovraagstuk en pleit voor heb goed recht der Portugeesche regeeriüg. Por tugal levert op Afrika's westkust, naar de meening van dit blad, de meeste waarborgen op voor Nederlands handel. Nog moet worden gewezen op een tweetal artikelen in het Hand. over het Marine-vraagstuk, het eene van den heer Verhey te Nieuwediep het andere van Nautilus; op een drietal stukken van da Arnli. CL ge teld: een commentaar op een bedorven tekst der Grondwet: de wetten zijn onschendbaar"; op een beschouwing door het Hand. gewijd aan de Internationale Landbonw-tentoonstelling onder bet opschrift: Zouden wij wezenlijk slapen ? op een stuk in H N. v. d. D. over ons tooneel en de ,critiek" waarin op ernstige studie wordt aangedrongen, en ten slotte op nog een tweetal artikelen in de N. R. Ct. van prof. Spruijt en dr. Schaeprnan ten vervolge op de quaestie een vorige week reeds vermeld. WARME KADETJES. Een Zaterdag-avond Praatje. XXXVII. Mijnheer de Voorzitter, zoude ik even het woord mogen verzoeken ?" Het woord is aan den heer Aquarius !" " sprak de president. Toen ik een jongen was, mijnheer de voorzitter," aldus begon ik, bestond er onder mijne jeugdige tijdgenooten eene onhebbelijke manie om allerlei ondeugende streken uittehalen; zoo werden, om enkele voor beelden te noemen, stukken papier gekauwd en in den vorm van natte proppen naar zoldering of muur geslingerd, waar zij natuurlijk bleven kleven; er werden stukken krijt of stalen pennen in de inktkokers ge gooid om kunstmatige bruising te weeg te brengen; corset-veêren aan moeders of zusters eigendom ontvreemd, deden als catapulten dienst en slingerden griften of steenen door het school-lokaal; 't allerergste echter, en hier ben ik waar ik wezen wil, was de gom-elastiek-periode !" Verbeeld u, mijnheer de voorzitter, dat de jongens uit mijn tijd er be hagen in schepten om een solied en vierkant stuk gom-élastiek precies zóó lang te beknabbelen en te bekauwen, totdat het in een toestand was geraakt die men gaar" mocht noemen: de minste knijping en druk king toch was dan voldoende om uit het stukske gom knappende lucht bellen te doen ontstaan, en het was zoo lang en gerekt geworden als ...." Mag ik den geachten spreker doen opmerken"", dus interpelleerde de voorzitter, dat deze vergadering niet door handelaren en makelaars in drogerijen is belegd, maar dat wij bijeenkwamen orn de beurs kwestie to bespreken."" Jawel, mijnheer de Voorzitter, maar ziet u, ik had mijn stukje gom als aanloop noodig, want naar mijne meening, gelijkt de oorspronkelijke beursvraag er machtig veel op; die vraag was ook een brok gom-elastiek, waar aan wij zóó lang gekauwd hebben totdat er eene ellenlange affaire uit ontstaan is." Be vergadering werd onrustig. En ook", voegde ik er nog bij, vind ik dat mijn lang uitgerekt stukje gom eene treffende gelijkenis heeft met de fameuse pijpenlade, die men van plan is om op het Damrak neer te plakken. Er ontstond eenig gemor. Mijne heeren", riep ik, vergun mij dat ik mijne beeldspraak verder tiitwerk, het stukje gom-elastiek dat we op school..." "Was der dan geen meester op juillie school"", bromde eene grove stem achter m\j, die zoo'n smerig en uitgekauwd brok wegnam en ver donkeremaande ?"" Der was zoo'n meester/' mijnheer de voorzitter, zeide ik, en als deze heer niet zoo onbeleefd was geweest om mij in de rede te vallen, zoude de vergadering reeds gehoord hebben dat de goede man vaak zoo'n stukske confiskeerde en onbarmhartig in de langs het school stroomende gracht wierp." Een demper! weg met de dempers!"" riep men in koor. >' Mag ik den spreker vragen waar hij eigenlijk heen wil ?" vroeg ue president. Met plezier; ik wilde dat er eene forsche en machtige hand kwam, die het stuk elastiek, dat wij beurskwestie noemen, beet pakt een ver weg slingerde, zelfs op het gevaar af dat het in eene gracht te land kwam die nog niet gedempt is." " Het gemor begon thans op het bulderen der zee te geleken. * Wanneer ik mijn zin had, mijnheer de voorzitter, dan zoude ik het vraagstuk onzer dagen, willen verdagen; laten wij het over vijf of tien of twaalf jaar weder eens oprakelen, en ondertusschen het bestaande beursgebouw, dat wel niet fraai is, want een confituren-taart is, daarbij vergeleken, een architectonisch wonder, stilletjes blgven gebrui ken, en,., .. ik druk op dit n het in het Damrak geworpen zand ten spoedigste en op de minst kostbare wijze verwijderen^", gedacht",, hoera" riepen, velen. Vergunt ge mij, mijnheer de voorzitter, mijne verwijderings-plannen, ik heb er twee, aan de aandacht der vergadering te onderwerpen'?" " Ik verkreeg bet gewenschte verlof. Niets gemakkelijker," " meende ik, dan het zand op karretjes door do Zoutsteeg te verwijderen, het over eene, over den Nieuwendijk geslagen luchtbrug, in do Gravenstraat te brengen en dan verder te transporteeren ter plaatse waar het behoort, namelijk in den Nieuwezijds-Voorburgwal. De kosten kunnen dunkt mij, niet groot zijn en bovendien is het mogelijk dat wij daarin worden tegemoet gekomen, want wellicht geeft het vorstelijk 's-Gravenhage ons eene subsidie, waarin wij ons bereid verklaren om de vele ledigloopende arbeiders, die de residentie op het moment rijk is, aan het werk te stellen."" Een goedkeurend gebrom gaf mij moed om niet mijn tweede plan voor den dag te komen. De laatste maal dat men pogingen in het werk stelde om de schatten der L u t i n e boven water te brengen" ", dus vervolgde ik mijne rede voering, heeft men gebruik gemaakt van een zandspuit, zandverjager, of zandwcgblazcr, ik weet niet precies hoe het instrument heette, die het overtollige zand, op zeer iugénieiise wijze verplaatste; zoude nu, vraag ik, dat werktuig geen dienst kunnen doen, om het zand uit het Damrak, en buitenorn, in den Voorburgwal te jagen'/"" Mijn woorden werden met een donderend applaus begroet. Maar het inmiddels gemetselde riool?" riep iemand. Deksels! dat was eene leelijke opmerking. Ik had met datgeheeleriool geene rekening gehouden, en wil wel bekennen dat de interpellatie mij eenigszins van streek deed geraken; ik heb echter, in mijn leven, zoo vaak voor heete vuren gestaan, dat ik mij ook thans niet van de wijs liet bren gen en zeer spoedig mijne bezadigdheid terug erlangde. Het riool", zeide ik, nemen wij netjes en ia zijn geheel op en bergen het op de zolders van het Oudheidkundig Genootschap, want het is daar uitstekend goed bewaard en wij kunnen het, wanneer de noodzakelijkheid blijkt om weder eene gracht te dempen, in later dagen zeer goed gebruiken." De metalen stem van den voorzitter deed zich hooren. '' Mag ik den spreker onder het oog brengen dat hij zich bij voortduring op neven-terreinen beweegt en van de eigenlijke kwestie afwijkt?" ,,.;Ge hebt gelijk,"" mijnheer de president, en. ik zal mij haasten om tot een einde te komen ; mijne vaste opinie is dat een nieuw te stichten beurs gebouw in het centrum der stad en zeer bepaaldelijk op den Dam moet kooien te staan ; ik zal de vergadering niet met elke opsomming van be wijzen voor deze stelling lastig vallen, en breng enkel het feit in herinne ring, dat reeds een held der grijze oudheid, met profetischen blik zag dat de Dam, ik herhaal het de Dam", de aangewezen plek voor eene beurs is.";' ?:. Bewijzen!" w«~rd er geroepen. Bewijzen?"" riep ik, maar dat is gemakkelijker dan gij denkt mijne heeren. Zag niet de Bode" in Vond el's Gijsbrecht van Amstel eene beursgevel aan de zijde van het Rokiu, toen hij uitriep: ,; ,Jck quam omtrent de Beurs, TE WATEB uitghebouwt" eu herinnert ge u niet dat in Gijsbrecht's dagen Amsterdam nog geen beurs-gebouw rijk was?"" ' _' . Hij is een spotter!" Hij beleedigt de nagedachtenis van den vorst onzer dichters!" Weg met den kritikaster!" Der uit!" ' Deze en soortgelijke uitroepen weergalmden; ik werd aangepakt en voortgestuurd en toen weder opgeheven, om eensklaps een gevoel tejhebben alsof ik van een trap met driehonderd treden, van boven naar be neden rolde; het werd mij groen en geel voor de oogen en ik betastte mijne gekneusde ledematen, toen ik eensklaps Jan's stem hoorde, die mij toevoegde: Pa, zoo zoudt u je leelgk kunnen bezeeren, en weet u wel dat de thee koud wordt?" Verbaasd keek ik rond en bemerkte dat ik, in mijno huiskamer, op (leu vloer lag; ouder gewoonte had ik, na het middagmaal, in een gemak kelijken stoel, naast de kachel een dutje gedaan eu was aan het droomsn over de beurs-kwestie gegaan, waarbij ik ongelukkigerwijze eenetombade had gemaakt. Daar hebt u de krant, pa!" zei Jan, die het gebeurde lang niet on aardig scheen te vinden, hoewel ik precies deed alsof ik het niet bemerkte. Ik greep het blad, snuffelde er in en riep eensklaps: Daar heb je een kwartje, Jan!" Waarvoor, pa?";' vroeg de jongen, die aan zoo bovenmatige gulheid niet gewend is. Omdat ik hier lees jongen: Er zal dus een nader onderzoek naar de plaats voor den beursbouw worden ingesteld!" En vindt u dat zoo prettig " 'Kostelijk en overheerlijk!" Maar dat is, als ik het wél oescnouw, de zaak weder op de lange baan schuiven." " Je opmerking is arrogant, Jan", sprak ik. Maar ik wil me niet boos maken, want ik ben veel te veel in mijn schik. Gesteld al eens dat je op merking juist zoude blijken te zijn, dan heeft,toch do heden in den gemeen teraad govallen beslissing, misschien dit -nig gevolg: dat, de doodkistaehtige schuif-trompot, uo reuzen-siier-nsperge, het uitgeknabbelde on bul tige stuk gom-elastiek, dat men op bet Damrak heeft willen toovereu, nooit ofte nimmer zal verrijzen. Daar heb je ook nog een dubbeltje Jan!" Jan was perplex en keek mij met wijdgeopende oogen aan En wanneer ooit de beurs komt te staan waar zij behoort , dus ver volgde ik, en dat is natuurlijk op den Dam, dan krijg je een rijksdaalder!" Hé, Pa!" was alles wat mijn zoon zeggen kon. En haal me nu een fijne flesoh uit den kelder, en loop even naar mijnheer Sagittarius en zeg dat ik hem noodzakelijk moet spreken; van avond wil ik vroolijk zijn en wijn plengen en mij, met een gelijk gestemd vriend, verheugen in de heuglijke dingen die ons beschoren werden.'"' Hoe de avoniL verder gepasseerd is? Vraag het mij nist lezer;

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl