Historisch Archief 1877-1940
346.
DB AMSTEEDAMMER
1°. 1884;
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Verschijnt eiken ZaterdagaYojid.
UitfeTeri: DAÖBLADTEBBENIGING HOLTZ * Co.
Kantoor: Spuistraat 216.
Hoofd-Agenten: te BataTi», 0. KOLFF ft Co.
Zondag 10 Februari.
JAoonnement per S/m ? i. . fr- p. p ?
'Afzonderlijke Nnmmers aan do Kiosken verkrijgbaar a
Adverteiitiëa van l?G regel» f 1.?, elke regel meer
tusschen den tekst per regel .....
Abonnement op de Mail-üdilie per jaar .....
Advertentiën ia
1.15.
0.10.'
0.15.
l
is!?!
0.20.
I N H O U D:
BUITENLAND. BINNENLAND: Onze bladen. 'Wanao kadetjes, een
Zatordagavond-praatje, XXXVIII, door Aquarius. Brieven van Jan van 't Sticht.
Kunst: Het Tooneel te Eotterdam, door M. H. Muziek in do Hofstad,
door D. Uit België, door M. A. Letterkunde: Tristesscs et Sourirea par
Gnstave Droz, door Agnes van Egmond. De Slaaf, door C. M. Huguenin.
Berichten en Mededeelingen. Inhoud van Tijdschriften.^?Nieuwe Uitgaven. Mili
taire Zaken: Een voorstel van ingrijpenden aard, door Cambreaux.
Bibliosraphie. Feuilleton: In den Maneschijn I, door Hans Arnold. Schaakspel.
Het feest der Vereenigins Sint Lncaa." NIEUWS VAN DE WEEK. Benoe
mingen. Onderwijs. Kerk. Faillissementen. Overzicht van de Effectenmarkt,
Amerikaansche Sporen, VI, door J. v. d. Burg. Veiling van vaste goederen,
Te Huur. Advertentiën. Schouwburgen, eaz.
B U I T E 3f I, A > I>.
Eene onverwachte gebeurtenis heeft algemeenen schrik in Egypte
en groote ongerustheid in Engeland gebaard. Baker-pacha zou met
een klein legertje de Soedaneezen aan de praat houden, tot Cordon
zou aangekomen zijn. Van dezen verwachtte men alles. Zijn roemvol
verleden geeft zekere reden tot groote verwachtingen, maar men
moet hem de middelen geven om zijn doel te bereiken. Zijn tocht
door de woestijn met 40,000 pond sterling in goud is een der
meest avontuurlijke, die men in de geschiedenis der oorlogen
kent.
Waarschijnlijk had Baker het bevel zich niet te veel Moot te
geven en zijne kleine krijgsmacht althans bijeen te houden tot
Gordon's aankomst. Dit mocht echter niet gelukken. Baker trok
op om Tokar te ontzetten, werd door den vijand opgewacht en
geraakte slaags. Zijn klein troepje getrouwen kon de demoralisatie
van het geheel niet voorkomen; de Egyptische soldaten sloegen
op de vlucht of lieten zich in de pan hakken. De Standard gaf
eene aangrijpende beschrijving van den slag.
Nu komt Gorden dezer dagen aan en vindt slechts het treurig
overblijfsel van «en gedemoraliseerd legertje; hij vindt niets dat
zijne onderhandelingen kracht kan bijzetten, dan de 40,000 pond,
die hij in den zak draagt. Versterkingen worden uitgezonden
van Malta en andere posten, maar als de Soedaneezen in tijds hun
slag slaan, komen deze te laat en vinden zaj de Egyptische vlag niet
meer op de torens van Soeakim. Wellicht boet dan Gordon nog
het leven in bij deze onberaden zending, waarvoor hij eene nuttige,
vreedzame taak uitstelde.
w
Het Engelsche Parlement heeft zijne zittingen hervat met het
aanheoren eener troonrede die, in verband met de onverwachte
voorvallen dezer dagen, veel stof oplevert tot adresdebat. De regeering
herinnerde in dit staatsstuk, dat zij voornemens was geweest in
het najaar Caïro van Engelsche troepen te ontruimen en enkel
Alexandriöbezet te houden. Het leger van Ilicks werd ech
ter verslagen en de regeering nam haar bevel weder terug, we
gens »eene onvoorziene en rampspoedige noodzakelijkheid."
Is het te verwonderen dat men in Engeland wil weten waarop
dit alles moet uitloopen? Eene Engelsche bezetting in Egypte is
op zichzelven geene irrationeele zaak; maar eene regeering die
belooft de troepen terug te trekken, en ze er stil laat blijven,
begint het parlement te vervelen. De toon der oppositie is scherp
en hare positie lijkt voor het oogenblik machtig. Zij zal niet
spoedig eene gelegenheid laten voorbijgaan, zoo schoon als deze
Egyptische tegenspoed, om de macht weder te heroveren.
De Koningin wees in hare troonrede op den gunstigen toestand
van Ierland en beloofde het bekende ontwerp op de uitbreiding
van het stemrecht en het andere tot hervorming van Londen's bestuur.
De zitting van het Engelsche Hoogerhuis, die op de
voorlezingvan de troonrede volgde, was een tweegevecht tusschen Lord
Salisbury en Lord Granville.
- De leider der oppositie zeide, dat hij niet voornemens was,
amendementen voor te stellen op het door Lord Tweeddole on
Lord Vernon ingediende adres van antwoord, omdat dit niet
strookte met de traditiën van het Hoogerhuis, en omdat de Lords
tijd en gelegenheid in overvloed hadden, om de regeeringsctodcn
eiLvoorstellen-aan critiek te onderwerpjïn. Hij meende, dat de duistere
wijze, waarop, over E§-ypte gesproken werd, een bewijs was van
de verlegenheid dsr regeering. Het'Kabinet beweerde steeds, dat
de schuld van do ongelukken in Egypte aan iemand andere of
iets anders moest worden geweten. Aarzeling en weifeling hebben
van het begin tot het einde de houding der regeering in de
E*yptische quaestie gekenmerkt, en nu de toestand eene wanhopige is
geworden, verzekert men ons, dat de schuld niet bij de Engel
sche maar bij de Egyptische regeering moet worden gezocht. Met
is de Egyptische regeering, die ons arm, onschuldig, gewillig
Kabinet al die rampen op den hals heeft gehaald.» Ik kan mij moei
lijk voorstellen, My Lords, dat deze schildering van de verhouding
der beide regeeiïngen door Europa als eene nauwkeurige zal
worden beschouwd."
De regeering heeft den .raad gegeven om Soedan te ontruimen
ging Lord Salisbury voort. En om dien raad ten uitvoer
te brengen, leent onze regeering aan de Egyptische, generaal Gor
don, den man van de daad bij uitnemendheid, die gewoon is aan
het hoofd van een zegevierend leger te staan. Als men in Soedan
op den loop wil gaan, kon men daarvoor wel een minder paar
beenen gebruiken.
Wij beperken ons tot deze hoofdpunten, ofschoon een aantal
andere daden der regeering door Lord Salisbury aaa eene niet
minder bittere critiek werden onderworpen.
Lord Granville's antwoord was zwak. Hij begon met den leider
der oppositie zijn compliment te maken over don bezadigden toon
van zijne criliek; de regeering had in de laatste maanden van do
Tories heel wat scherper aanvallen te verduren gehad. Van den.
tegenwoordigen toestand van Egypte droeg Lord Salisbury, volgens
den minister, in de allereerste plaats de schuld. Men verweet aan
de regeering hare weifelende politiek, maar zij handelde eenvoudig
zooals de afwisselende omstandigheden haar voorschreven.
Over het algemeen noemde Lord Granville de redevoering van
zijn tegenstander veel te donker gekleurd. Een kind kon immers
begrijpen, dat veertien mannen, die door Hare Majesteit tot minis
ters waren benoemd en die gedurende vier achtereenvolgende
jaren het vertrouwen van de meerderheid van het Parlement
hadden genoten, niet onveranderlijk en in ieder opzicht konden
mistasten. De eenvoudigste kansrekening maakte het waarschijn
lijk, dat zij wel eens een enkele maal gelijk zouden hebben.
Het antwoord was niet alleen weinig afdoende, maar getuigde,
in de gegeven hoogst ernstige omstandigheden, van gebrek aan
goeden smaak. Het verdedigen van het standpunt der regeering
met een beroep op het vertrouwen, door de Koningin in hare
raadslieden gesteld, getuigde zeker niet van constitutioneelen zin.
Zal Lord Granville erkennen, dat hij ongelijk heeft gehad, als de
Koningin hem als minister zijn ontslag geeft? Zoo niet, dan heeft
hij ook nu niet het recht, om zich achter den trooja te verschuilen.
De uitzonderingsmaatregelen, door de Oostemljksche regeering
afgekondigd, zijn in het leven geroepen door eene opeenvolging
van feiten. Vroeger werden anarchistische geschriften, soms van
den meest walgelijken inhoud, van builen af ingevoerd; sedert
twee jaren worden ze in Oostenrijk gedrukt. Eenigen tijd geleden
poogde men het regeeringsgebouw te Praag in de lucht te doen
vliegen met een patroon, geladen met zeven kilogram dynamiet,
en uit de Moldau berichtte men eene helsche machine. Kort daarop
werd de schoenmaker Marstallinger te Weenen gechloroformiseerd
en bestolen en hadden ernstige oploopen van arbeiders plaats.
Later werd de politieagent Illubeek in Floridsdorf vermoord en
wierp men den geestelijke, die in de St. Johannes-kerk preekte,
met steenen naar het hoofd. Nu onlangs werd een geheel huis
gezin van. geldwisselaars vermoord en het huis leeggestolen; de
geheime agent van politie, Blöch, viel door moordenaarshand, ea
men was genoodzaakt een verdachte in hechtenis te nemen bij da
liofloge der opera.
Deze _ lijst heeft de regeering schrik aangejaagd. Zij wenscbt.