Historisch Archief 1877-1940
Ko.351
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
groeting, dus bij wijze van voorschot. Wordt aan de
begrootingspost geen uitvoering gegeven, dan is de gemeente dikwijls smeer
dan een vel jaar, somtijds twee volle jaren, in het bezit van
gelden, die in 'sRijks schatkist behooren".
Schier in groote trekken, de overwegingen, die den Heer Heems
kerk er toe brachten het initiatief te nemen tot wijziging eener
wet, welker totstandbrenging de meerderheid der Tweede Kamer
fan 187? hem niet toevertrouwde. Thans zullen wij trachten na
te gaan of de minister met zijn voorstel aan redelijke eisenen
voldoet.
Daartoe stellen vrij in de eerste plaats de vraag of de legitieme
fout, waarop in ons vorig artikel gedoeld werd, is hersteld. De
Heer Heemskerk stelt voor dat in het vervolg door het Kijk aan
de gemeenten zal worden vergoed veertig ten honderd van het
bedrag der jaarwedden van de door haar bezoldigde onderwijzers,
voor zoover die niet bij wijze van subsidie door het Rijk worden
gedragen. Voor alle andere uitgaven verleent het Rijk geen hulp
meer. De minister berekent, dat hierdoor voor het Kijk eene
jaarlijksche besparing van twee millioen en drie ton zal worden
verkregen, waar natuurlijk tegenover staat, dat de gemeenten met
ditzelfde bedrag zullen worden bezwaaid.
Wij laten dit laatste voor het oogenblik rusten, maar vragen
alleen: is hierdoor te gemoet gekomen aan de bezwaren der zon
derlinge regeling van 1878? En dan kunnen wij niet anders dan
ons in de hoogste mate teleurgesteld verklaren. De minister, die
bij de begrootingsdUcussiën, die legitieme fout met onmiskenbare
juistheid formuleerde: »De sleutel van 'sRijks schatkist is aan de
gemeenten in handen gegeven," komt thans met een voorstel tot
wijziging van art. 45, waardoor die toestand volkomen bestendigd
werdL Want of de uitkeering betrekking heeft op traktementen
en schoolbouw tegelijk, of op traktementen alleen, het feit, door
den minister zoozeer afgekeurd, dat de staatsuitgaven voor dit
doel, niet worden vastgesteld door de wetgevende macht, maar
door de besluiten der gemeenteraden, blijft geheel aanwezig.
Bit komt ons allerbedenkelijkst voor. De regeling van de
financieele verhouding tusschen Rijk en gemeente is eene uiterst moei
lijke aangelegenheid. De Staat die aan de gemeenten bij de wet
dikwijls zeor zware lasten oplegt, moet die verhouding wel zoo
regelen, dat de plaatselijke besturen de middelen hebben om de
Kun opgedragen plichten te kunnen naleven. Stabiliteit in deze,
is een eerste vereischte. De gemeenten dienen te kunnen weten
waaraan zij zich te houden hebben, op welke middelen zij kunnen
alaat maken. Men zij dus met partieele veranderingen en
knutselarijen voorzichtig, of de door ons bedoelde zoo teere verhouding
geraakt steeds meer in de war.
De uitkeering der vier vijfde van het personeel was de eerste slap in
eene verkeerde richting. Bedenkelijker, veel bedenkelijker was de
greep die de minister Kappeyne in l878 in deze verhouding deed.
. Déminister Heemskerk, die overigens altijd als ernstig man poseert,
ontzag zich toch niet op het einde van het vorig jaar onder de
?voorstellen tot tijdelijke versterking van 's Rijksmiddelen op te
nemen eene wijziging van de organieke bepalingen onzer
gemeenteWet ten aanzien der gemeente-financiën. Zelden hebben wy licht
vaardiger voorstel gezien als eene tijdelijke wijziging van belangrijke
bepalingen eener gewichtige organieke wet om de schatkist voor
een jaar van geld te voorzien.
Maar genoeg hierover. Het voorstel van den heer Heemskerk
tot wijziging der onderwijswet brengt opnieuw verandering in de
gemeente-financiën, zonder dat. het eene hervorming genoemd kan
worden. En daartegen meenen wij ons te moeten verzetten. Alleen
die verandering van art. 45 der onderwijs-wet zou onze sympathie
hebben, welke de geheele regeling van den minister Kappeyne
van 1878 opruimt, of althans de wanverhouding in machtsoefening
tusechen Rijk en gemeente wegneemt. Geschiedt dit niet, dan ach
ten wij het beter den tegenwoordigen toestand hoe gebrekkig
ook in afwachting van deugdelijke hervorming te behouden.
Uit dal oogpunt zou ons het voorstel Mackay c. s. nog meer
toelachen dan het voorstel Heemskerk. Daar wordt alleen de bij
drage van het Rijk voorgeschreven ten aanzien van bepaalde vor
men van traktementen. Bovendien wordt de bijdrage niet verleend
"Voor de onderwijzers in werkelijken dienst, maar voor degenen,
die er volgens de wet moeten zijn. Dergelijke regeling heeft eenig
raison. Waar de staat aan de gemeenten plichten oplegt, komt
Tiij die gemeenten te hulp, daar, en in zoo verre die plichten be
staan. Men heeft dan een duidelijk criterium, terwijl de bijdrage
alsdan niet gebaseerd is op besluiten van gemeentebesturen, maar
hun grand vinden in de wet zelf. Bij het voorstel-Heemskerk
zal de staat evenals onder de tegenwoordige regeling
verplicht zijn subsidie te verleenen voor verplaatsing van onder
wijzers van het platteland naar de steden, ook waar dit eerder
in het nadeel dan in het voordeel van het onderwijs is.
Men begrijpe ons wel. Wij trekken geen partij voor het voor
stel Mackay c.s. Het eenige wat wij wenschten te doen uilkomen
is, dat naar ons oordeel, dit plan in de regeling van 1878 wel
eenige verbetering brengt, dat van den Heer Heemskerk daarente
gen niet. Veel wordt daarmede nog niet beweerd.
In een slotartikel zullen wg trachten na te gaan of de rege
ling, door den Heer Heemskerk voorgesteld, in andere opzichten
aanbeveling verdient.
ONZE BLADEN.
De Grondwetsherziening, de Klassenbelasting, de Schoolwet, de Drank'
wet welk een overvloed van stof voor onze pers! En daarbg de zucht van
onze natie gelijk in het nummer van ons Dagblad van gisteren werd
aangetoond om altijd allea in de uiterste volmaaktheid tot stand te
brengen. Voorloopig bepaalt zich de pers voor zoover zij reeds tot
onderdeelen van het Grondwetsrapport overgaat goeddeels tot de
quaestie van het kiesrecht gelijk de commissie het voorstelt. De Arnlt. Ct, en
het N. v. d. D. hebben echter ook de artikelen van de Troonopvolging ter
sprake gebracht, terwijl de Kamper Ct. zich tot het kiesrecht bepaalt.
De Rott Ct. gaf den algemeenen indruk weer dien het stuk op haar maakte,
een indruk die niet onverdeeld gunstig is.
De Klassen-belasting wordt door het Haagsche Dgbl. ter sprake ge
bracht. Gunstig is het oordeel niet. Het Vad. brengt dit ontwerp in ver
band met het geheele belastingplan van de regeering en doet het ver
keerde van de plannen uitkomen. Ook de Goudsche Ct. geeft er een
artikel over.
De schoolwetsherziening wordt in de Alkm. Ct. besproken, terwijl da
Tijd in het nieuwe werk van Jan Holland Doris en Doortje" gelegenheid
vindt op eenige dwaasheden, uit verkeerde of verkeerd opgevatte voor
schriften der schoolwet voortvloeiend, te wijzen. In het Schoolblad pleit
de heer Roodhuizen voor de kweekelingen op de school, echter niet uit
een zuinigheidsoogpunt, maar op ernstige paedagogische gronden. Het
Haagsche Dgbl. laat niet na op dat stuk de aandacht te vestigen.
De nieuwste phase waarin de drankwetquaestie verkeert na de beraad'
slaging in de afdeelingen der Tweede Kamer geeft het Vad. aanleiding1
tot ernstige klachten over een dergelijke wijze van handelen.
De geheele pers houdt zich onledig met den maatregel door bh. Cura
toren van het Gymnasium te Amsterdam tegenover dr. H. C. Muller ge
nomen. Mr. J. A. Levy heeft in het nummer van ons Dagblad, de zaak
t£r sprake gebracht. Zijn artikel Vwkettering" wordt door
versohilIfnde bladen aangehaald of besproken. Met hem keurt een groot deel
van onze pers de houding van Curatoren af. Het Vad., de Zaanl. Ct., do
Haagsche Ct. e. a. nemen het op voor de vrijheid van den leeraar. In
de Arrih. Ct. kwam ook de heer Valeton tegen Curatoren in het strijd
perk, maar vond een voorstander van den genomen maatregel in de re
dactie. De heer G- E. zette de redenen die hem daartoe noopten, nadei
uiteen. De artikelen, door de IV. E. G. gewijd aan den ambtenaar tegen
over zijn Grondwettige rechten" zijn niet door deze qnaestie maar door
de maatregelen onlangs tegen de bh. Rovers, Buchler en Mooren, ingegeven.
De Eere-zaak te Utrecht en het duel er uit voortgesproten wjj
krjjgen nu waarschijnlijk nog een rechtsgeding daar de heer S. v. V. is aan
geklaagd wegens uitdrukkingen in een door hem geschreven en verspreid
geschrift blijft verder de noodige stof leveren. O. a. had het U. D.
een artikel over het duel. Een andere persoonlijke zaak is door deAmst. Ct.
aangevoerd nl. de gratie den heer V. Heeckeren verleend. De Tyd weea
op 't gevaarlijke der methode om misdadadigers vrij te stellen uit vrees
dat de opsluiting nadeelige gevolgen zou hebben voor hun gezondheid enz.
Het Merwede-kanaal heeft deze week wederom eenige artikelen uitge
lokt. Het voorstel van den heer Rutgers van Rozenburg wij gaven in
ons Dagblad een duidelijke afbeelding en beschrijving van den stand der zaak
werd door het Handelsblad en het tr. Dagblad besproken. Het
Hand. pleit voor de door den heer R. voorgestelde wijziging, het U. D.
is voor het regeeringsplan, wjjl daardoor de belangen der Vechtstreek
minder worden geschaad dan door het voorstel-Rutgera.
Door het Vad. en de Arnh. Ct. werd nog een enkel woord gesproken
over den jongsten brief van den heer Van Houten en de daarin voorko
mende toelichting nopens verklaringen van den heer Gleichman.
Een aantal artikelen kunnen nog worden vermeld: Mars schreef in '
Band. over de müitie-luitenants, terwijl het U. D. het over burgerdeugd
heeft en het voorstel der regeering tot afschaffing der Broeders van do
Ned. Leeuw bestrijdt. De Stand, is aan nommer 16 der artikelen Ik geloof
in God den Yader den Almachtige;" het Advertentieblad van Heerenveen
spreekt over Dierenbescherming; het Hand. over een tweede Suez-Kanaal,
en over het Muntontwerp in de Tweede Kamer; het Haagsche Dagblad
over Spelen met Vuur" naar aanleiding der Mekka-tochten uit Ned.-Indië;
de .Asser Ct. over de herdenking van den moord van Willem den Zwijger;
het Haagsche Dagblad over de beteekenis aan het stelsel van libre
change te hechten; de heer mr. A. A. de Pinto eindelijk geeft in ons
Dagblad een beschouwing w«r Onze militaire strafwetgeving" van prof.
Henri v. d. Hoeven.
WARME KADETJES.
Een Zaterdag-avond Praat j«
XLH.
Is er armoede en zijn er awervers in Amsterdam ? Is het waar dat
in onze stad veel geleden wordt? IB het plan tot de oprichting wn