De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1884 13 april pagina 9

13 april 1884 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

Sb. 355 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. alken berekend voor de wintermaanden in vollen vredestijd? Eene nauw keurige inzage van Staat No. l doet de vraag bij ons opkomen: wie con troleert het aan het einde van iedere 5 dagen in dien staat voorkomende uit de ménage aan zakgeld uitbetaald?" De kwartiarmeester kan het Biet, tenzij hij het menageboek ter inzage krijgt en dan nog moeten daar geene fouten in zijn. Zijn die er in, dan is natuurlijk ook d« bijslag Op model No. 5 fout en de fout gaat dan drie meanden mede. Hoe is het mogelqk, Tragen w\j verder ons zei ven af, dat het vertrouwen n geld eaken zich zoover uitstrekt dat op l Januari voor zes dagen soldij wordt ontvangen (vooruit) en slechts op 28 Februari de helft benoodigd is? Op de wg'ze zooals tot 31 Dec. 1883 door de compagnieën administratie gevoerd werd, had men eenvoudig het mutatie-rapport en per 5 dagen de leeningslijst; bij ziekte of absentie van den sergeant-majoor, gaf het ver vangen van deEen niet de minste aanleiding tot zwarigheid of ongerust heid, terwyl men nu 20 dagen van het kwartaal in spanning zit, of hier of daar een niet opgemerkt foutje is ingeslopen. In een gewoon kwartaal, zooals het afgeloopene, met weinig personeel en sergeanten-majoors, dio anders niet noemenswaard te verrichten hebben, gaat alïes nog tamelijk geregeld zijn gang, ofschoon er toch nog fouten pernaakt worden, maar, ?Wat zal er van onze administratie terecht komen in tyden van drukte, veel mutatiën, mobilisatie of wel wanneer er in de open lucht of in eene tent op een kistje zal moeten gewerkt worden, of de kogels omdeooren fluiten. Maak dan maar geregeld weg model No l zouder fouten (N. B. in Oorlogstijd telken dage door den kwartiermeester aan de Hoofd-admi nistratie te verzeilden). Gelukkig is men zoo verstandig geweest in oorlogs tijd de monaterrollea te doen vervallen; men begreep zeker, dat die toch aiet zonden kloppen. Wfl hebben de klacht hooren uiten, dat de monsterrol niet in vredes tijd is vervallen. Deze grief echter achten wjj ongemotiveerd. Het laten vervallen, in vredestijd, van de monsterrol toch is eene onmogelijk heid, zoolang de comptabiliteits-wet, naar welke de Rekenkamer verifieert, aiet is veranderd; en het is niet billijk er het voorschrift een verwjjtvan te maken, dat hat eene onmogelijkheid niet mogelijk heeft gemaakt. Staat model No. 5 levert eveneens veel moeielijkheden op; dat aanhou dend cijferen, dat overbrengen van totalen, geeft, evenals bij model No, l, ook voor hen, die goed met de zaak bekend zijn, veelvuldige aanleiding zich te vergissen. Men moet nu de leening, met inbegrip van Staat model No. l, vijftienmaal per 5 dagen repeteeren, in stede van vroeger slechts ns per 5 dagen. De vroegere leeningslijst was veel gemakkelijker dan de nieuwmodische. Vroeger werd zij, zooals wij opmerkten, eens per vijf dagen opgemaakt en geboekt en was het noodig kon men haar ook voor n dag, voor twee dagen enz. opmaken, hetgeen bij den modernen Staat model No. l niet kan. Verder veroorloven wij ons de vraag, of het niet beter zou zjjn wanneer de Staat model No. 5 (voorzijde), in plaats van zooals nu de berekening naar de sterkte en naar de positie van den laatsten der vorige vyf dagen, inhield: de berekening naar de sterkte en de positie van den laatsten der vijf dagen, waarvan de keer zijde de verzameling der staten No. l bevat. Nu kan men door de vernaderingen van den eersten der vijf dagen te voegen bij of af te trekken van den laatsten der vorige vjjf dagen, wel tot het resultaat komen, maar dan behoefde men den staat slechts om te draaien, om te zien of men goed gewerkt heeft. De luitenant-kwartiermeester, alhoewel hij Staat No. l en Staat No 5 naziet en voor in orde bevonden" teekent, is niet bij machte na te gaan of het uitgetrokkene voor soldij en brood (Staat No. 1), die den vorigen dag wordt opgemaakt (voorzijde Staat No. 5), goed ontvangen wordt, want hij kan niet zien of de sterkte goed is. Sluipt bij de opgave der Sterkte een foutjev eene verschrijving in, door b.v. een of meer militairen van verschillende graden meer daarop te plaatsen, dan kan zulk eene onwillekeurige fout of verschrijving (vooral bij het besfin van een kwar taal) aanleiding geven niet allén tot financieel nadeel, maar ook wat erger is tot een groote warboel. Bij de oude wijze van administratie voeren was in dergelijk geval financieel nadeel voor den betrokken per soon niet te vermijden en misschien Verdiend, maar men kreeg ten minste geen warwinkel. De groote fout o. i. is dat alle staatjes te weinig op zich eelve staan, te veel van elkander afhangen, zoodat wanneer in een dier staatjes, om zoo te zeggen, n cijfer het onderste te boven staat, alles n den war geraakt en Keulen in last is. Staat model No. 3 is grootendeels een afschrift van staat model No 1; alweer dus eene opeenstapeling van cijfers, die licht tot fouten aanleiding kan geven. Ons zijn compagnieën bekend, die er een klad-staat No 3 op na houden (alweer dus papier- en tijdverspilling), omdat men de overtui ging heeft, dat men zich zoo gemakkelijk kan vergissen. De vroegere Summiere aanteekening was veel duidelijker; men kon met n oogopslag uien, hoeveel dar militairen van de compagnie absent waren en waar zij eich bevonden als: hospitaal, gedetacheerd, krijgsraad, vermist enz. Nu is alles eaamgevat in n kolom. Nu er in vredestijd toch een monsterrol moet zijn, om al die staatjes te controleeren, mag men veilig aannemen dat de commissie, die ons dit nieuwe voorschrift tot het voeren der compagnies-administratie verschafte, Zelve wel ingezien heeft, dat men op de 90 staatjes per kwartaal niet al te vast moet vertrouwen. Want om het aankomende voor kleeding en reparatie enz. te berekenen, heeft men toch de monsterrol niet noodig. Men zou daarvoor b.v. een afzonderlijken staat der presente manschapen kunnen maken. Maar wanneer nu bij het einde van het kwartaal de monsterrol eens niet klopte met staat model No. 5 wat dan? Och! eene klei nigheid, dan maar eventjes alle NEGENTIG staatjes nagerekend. Vindt men de fout niet, dan mag de Hoof d-Administratie haar opzoeken en vindt zij (waar, met alle mogelijke respect gezegd, veel kans op is) haar ook niet, dan maar gerapporteerd aan, het Departement van Oorlog. Maar dat is nog niet alles. Heeft men bij ongeluk te weinig geld ontvangen dan waarop men blijkens de monsterrol recht heeft (en dit geld is toch zeker aan personen, die er recht op hadden, uitbetaald), dan ontvangt men het ontbrekende eerst na vereffening der ministerrol, terwijl men zooala de administratie vroeger gevoerd werd het te min ontvangene door den Staat verantwoording van soldij en brood" onmiddellijk terug ont ving. De nieuwe wijze van administratie-voeren kost veel inspanning, kost baren t\jd en PAPIER. Waar men vroeger Vs vel papier als mutatie-rapport ingaf, heeit men nu iederen dag 1/4 vel papier (en voor het meerendeel 1/3 vel) noodig. Wij meenen voldoende aangetoond te hebbeu, dat ze meer inspanning, meer tijd en meer papier kost, maar wij voorzien dat ze aldra ook meer GELD zal kosten, want spoedig vreezen wij zal het blijken, dat men een afzonderlijken sergeant-majoor-administrateur zal noodig hebben. Bleek uit het bovenstaande, dat het Voorschif t, houdende wijziging van de verantwoording van soldij, brood enz. eaz. bij de compagnieën van de korpsen der landmacht" niet in onzen smaak valt voor zoover den tijd van vollen vrede betreft, voor oorlogstijd bevalt het ons nog minder, want bijna al het bovengezegde geldt natuurlijk ook voor dien bijzonderen toestand. Daarin heeft het voorschrift o;> bladz. 12 voorzien, zal men ons tegenwerpen, want daar staat uitdrukkelijk: de onder a, l>, c, en d ge noemde registers komen te vervallen, en daarvoor treedt in de plaata staat model No. 3. Maar nu vragen wij op onze beurt, of dat wel zoo veel eenvoudiger is, daar: a. op dien staat er nog uitgebreider op voorkomt; l>. maar enkele korpsen geldt; C. veel minder omslachtig is, en d. bestaat in, ns in de drie maanden, Vs velletje. Alles resumeerende komen wij tot, het besluit, dat do nieuwe wijze van administreeren iu het practisch gebruik niet voldoet; onze vroegere wijze Van administratie-voeren was, op weinige uitzonderingen na, als militaire administratie verre boven haar opvolgster te verkiezen. Men vergat bij het samenstellen van het nieuwe Voorschrift, dat, en vooral in oorlogs tijd hoe eenvoudiger, hoe minder omslachtig eeu militaire administratie is, hoe beter en accurater zy Jecm en sal gevoerd worden; men vergat, dat vooral in oorlogstijd een compagnies-, escadrons- of batterij commandant niet is in de eerste plaats administrateur. BIBLIOGRAPHIE. Het Indisch Militair Tijdschrift, No. 2, bevat: De expeditie naar Samalangan in 1877. (Met eene Jcaart). De Samalangan-schilderij te Amsterdam, beschouwd in hare wordingsgeschiedenis, hare waarde en beteekenis, vooral voor het Nederlandsch-Indische Leger. Vrijwillige Sinjckorpsen. (Vcrvelg en slot). De Atjeh-quaestie in het Indisch Genootschap. Da capo. Nog eens: Welke waarde heeit het voorloopig of korpsonderzoek (art. 8 K. L.) in den verderen loop der procedure, bij da militaire rechtspleging omschreven? Rechtspraak in militaire zaken. De krijgsraad is niet bevoegd om kennis te nemen van overtredingen \an reglementen betreffende het opiummonopolie. SCHAAKSPEL. No. 15. Van J, J. B. (Amsterdam)» ZWAET. a )) a d e WIT. Wit apeelt voor en geeft in 3 zetten maf. (t) {Wit 5 en Zwart G stukken met K. D 5). (f) Dit probleem niet minder fraai dan probleem 12, vereischt oot Veel aandacht bij het tegenspel, wil men niet in verleidtngapel vervallen. ~^ OPLOSSING VAN SCHAAKPEOBLEEM No. 13» l H 8 G 8!I 2 E 7 nt P 8 E. 3 F 8 C 5 mat. 2 E 7 nt D 8 Pd. 3 D 8 C 6 mat. E 6 F 8 (a A 8 nt B 8 E G D 8 (5 K. nt E. (b) l ..... E 6 elders. 2 E 7 E 8 D. Onverschillig. 3 E 8 nt C G mat. (ff) Het volgende 2-zettige probleem van Ma. Lamouroux (Parijs) is ook geestig» Wit K. a l, T. h i, Pd. c 6 en E G P. d 7. Zwart K. d 5. INGEZONDEN OPLOSSINGEN. Nb. 13 en 14 ia goed opgelost door W. v. H. te Delft. NAGEKOMEN OPLOSSINGEN. Goede oplossingen van No. 13 van v. d. M. te N.N. alsmede 18 en 14 Van Wi d» V. te Amsterdam. (tt) Een vernuftige gedaehte mat weinig middelen meesterlijk uitgoveerdJ

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl