De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1884 20 april pagina 11

20 april 1884 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

No. 35e deringen hebben de Voltaïsche zuil, de microscoop, de geneeskun dige onderzoekingen niet teweeggebracht bij het bestudeeren van het menschelijk beslaan. En hoe veel nut kan het magnetisme , ons nog doen en zooveel andere natuurkrachten, die ons tot nu toe neg onbekend zijn, Wie waagt het tot de weienschap te zeggen: tot hiertoe en niet verder ? -Wie had het ooit kunnen denken, dat een kleine scherf glas, voldoende zou zLjn om na , lange jaren tot de ontdekking te leiden, dat er zich verschillende lichamen in de zon bevinden, die men tot nu toe niet kende en wier bestaan zelfs niemand vermoedde? Heeft de zon er ons verder niet toe gebracht om het rubidium, het coesium, het thallium va het indiura te vinden ? Wij nemen proeven met de zon; wij exploiteeren haar, als ik het zoo noemen raag. Welnu uit dit alles blijkt duidelijk dat wij ons slechts voor n zaak behoeven te .buigen, dat wij slechts haar, de wetenschap, behooren te aanbidden! Terwijl hij zoo sprak, had het gelaat van Dr. Gulz een plech tige geheimzinnige uitdrukking aangenomen. Zijn oogen schitter den, zijn voorhoofd scheen hooger en breeder te.worden. Bij het noemen der Wetenschap, was hij opgestaan, had zijn hoed afgeno.. men en den blik ten hemel gericht. In dien man, dacht ik, is een kanselredenaar verloren gegaan en ik boog vol eerbied het hoofd. Na een korte pauze vervolgde hij. Ik leef voor de wetenschap. Ik heb nimmer, nimmer genoten of geleden dan door de wetenschap. In de uren van zaligheid omhelsde ik haar, in de uren van smart steunde zij mij; wanneer ik het recht had trotsch te zijn, offerde ik op haar altaar. De man van studie voelt echter dikwijls dat zijn handen gebonden zijn. WTij bevinden ons wel is waar niet meer in den tijd van Vesalio, toen men in het holst van den nacht de half verteerde lijken op het kerkhof des Innocents moest op graven, of de door de raven en gieren half verscheurde lijken van den galg te Montfaucon ging afsnijden. En toch zou men zonder zulke heldendaden het beroemde geschrift van Notamia niet bezitten, dat in het jaar «1543 te Basilea werd uitgegeven. Met teekeningen van Titiaan, meent gij? Juist. En Vesalio werd door het gerechtshof der Inquisiteurs naar Jeruzalem gezonden om boete te doen, enkel en alleen omdat , hij, om zekerheid aangaande eenige stellingen te verkrijgen, het noodig had geacht eenige ribben te breken van een man wiens hart nog klopte. Maar dat is dan ook afschuwelijk. Afschuwelijk en waarom? Niemand roept ach en wee, wan neer door de eigenzinnigheid van een vorst of minister, die een stukje land willen veroveren, dat het eene volk het andere betwist, duizenden en duizenden onder de vreeselijkste folteringen moeten Sterven op een slagveld dat fel door de zon wordt beschenen of in een overvulde zaal van het hospitaal, lieden die allen in de kracht van hun leven, schoon, braaf en gezond waren. Welk een voordeel had de menschheid daarvan? Welk een zegen ontstond daaruit voor de nakomelingschap? Wat al proeven had men op hen kunnen nemen. Wie was menschlievender, Napoleon de Groote, , toen hij zijn roemrijke en nuttelooze slachtingen aanrichtte, of , Tolomeus, toen hij meer dan zeshonderd boosdoeners die reeds ter dood veroordeeld waren aan dokter Erfilo zond om ie tot het doel der wetenschap te gebruiken, dier zalige weten schap, die in den loop der eeuwen millioenen menschen het leven redde. Cosime de Medici, een beroemd Florentijn, deed hetzelfde met doktor Falloppio, en was deze die enkel uit liefde tot de wetenschap proeven nam met levenden, /misschien een grooter barbaar dan gij, Herzfeld of ik, die zonder er bij te denken dikwijls iemand door een beleedigend woord kwetsen? Gij weet het immers vervolgde dr. Gulz, terwijl hij zich bijna uitsluitend tot mij wendde gij weet immers dat Parrasio, om zijn Prometheus die door de gieren verslonden werd te schilderen, een ouden eerwaardigen gevangene kocht, hem daarop in zijn atelier liet brengen en hem met een scherp mes den lever liet doorsnijden en terwijl de oude onder de vreeselijkste smarten stierf, de schilder kalm zijn opmerkingen maakte, studeerde en schilderde. . DE PAASCHWEEK IN ATHENE. Onder de vela eigenaardigheden der Grieksch-orthodoxe Kerk behoort óók deze, dat de vastentijd niet op Aschdag begint, maar reeds op den Maandag te voren. Het gevolg hiervan is dat de Grieken en de schoone danslustige grieksche meisjes juist die beide laatste dagen van den carnavalstjjd missen, die in andere landen de vroolijkste zijn. Wel is waar verhindert dat de waarachtig vrome Grieken niet, op den eersten dag der Vasten Kathari Dephtera een feest te vieren, dat de meeste jvereenkomst heeft met het vischeten bg ons op Aschdag. In den vroegen morgen verlaat de Atheenacke, bevolking &» 6ta4 «u. l legert zich op de omringende heuvelen in hare onmiddellijke nabijheiden op de hellingen aan den Akropolis met bijzondere voorliefde voor het reusachtige plein bij de Jnpiterzuilen en de oude amphitheaters. Bont dooreengemengd ziet men personen van allerlei leeftijd en beroep in het jonge groen uitgestrekt; een ieder wil er van genieten, want slechts enkele weken is dit mogelijk. Spoedig toch zal de zon alles wat op groen gelijkt, verbrand hebben in deze geheel van water verstoken streek. In de allerwegen opgerichte koffiehuizen ontbreekt het nooit aan bezoekers, die of een kop van die heerlijke op oostersi'he wij ze bereide koffie drinken, of een Lukuni, waarin suiker, honig en meel tot een smakelijk geheel worden dooreengemengd. Weder anderen voorzien zich van een glaasje mastixlikeur, terwijl de vrienden reeds bezig zijn den medegebrachten voorraad onder den blooten hemel uit te spreiden. Iedereen helpt mede: de deftige vrijwilliger, die, trotsch als een Spanjaard, met zijne slanke taille in zijne korte witte jas en rijk geborduurd vest koketteert als eene balletdanseres, de soldaat in zijne smaakvolle maar tevens practische uni form, de eilandbewoner, reeds van verre kenbaar aan zijn ongeborduurde vest en wijden zeemlederen broek, zelfs de leerlingen van het Seminarium, de weinig smaakvol gekleede, eenigszins lomp gebouwde vrouwen, de kinderen, allen, allen wedijveren om het maal in gereedheid te brengen. De bestanddeelen zijn zeer eenvoudig, daar alle warme spg's is verboden, zoodat de hoofdgerechten zijn: Kaviaar doch geen visch alle soorten van schaaldieren, groenten, vruchten, olijven en vijgen namelyk,schapenkaas, het zeer smakelijke brood, en de gezonde, maar volstrekt niet lekkere witte Rezinato-wijn, dien de Grieksche wijnbouwers, aan wie een andere wijze van behandelen nog onbekend is, duurzaam maken door er een stuk pijnboo menhars in op te lossen. Vóór en na den maaltijd wordt er gezongen en gedanst, en eerst wanneer de schaduwen langer worden en de snel inval lende nacht tot terugkeeren dwingt, zoekt een ieder zijne woning weder op. De aristocratie en degenen, die daar gaarne toe gerekend worden, hebben reeds sedert langen tijd met deze eigenaardige volksgewoonte ge broken. Zij vonden haar niet chic" genoeg en vervangen haar door een vaart naar de halfverwege Athene en Piraeus gelegen Phaleros, een zeebocht, de geliefkoosde badplaats der Atheners. De spoorweg Athene Piraeus, voorshands nog de eenige in Griekenland, leidt in 10 minuten daarheen en wanneer het zomer-theater, waarin gewoonlijk zeer goede Italiaansche of Fransche tooneelgezelschappen voorstellingen geven, nog niet is geopend, de vele landhuizen en het groote hotel nog niet bewoond zjjn, biedt toch desehoone wandeling langs het zeestrand de gelegenheid aan, om wat te bekomen van het bal van den vorigen avond en wat frissche lucht in te ademen zonder zich al te burgerlijk aan te stellen. Tegen drie uur is dan ook het strand bezaaid met elegant gekleede heeren en dames, alle mogelijke talen kan men er hooren spreken en, evenals overal elders, houdt men er zich bezig met het ten toon spreiden van nieuwe toiletten, elkander het hof te maken, te koketteeren, kwaad te spre ken en te critiseeren. Tusschen zes en zeven uur 's avonds rijdt men terug naar de stad en daarmede is er voor de eerste veertig dagen een einde gemaakt aan alle gezellig verkeer, want ook de aristocratie houdt zich gedurende dien tijd streng aan het vasten op Woensdag en Vrij dag, en ontzegt zich op die dagen elk genoegen, terwijl het volk zich gedurende de geheele veertig dagen aan de regels van het vasten der orthodoxe kerk houdt. Eerst op Witten Donderdag komt er meer leven en beweging in deze eentonigheid. Velen doen reeds op dien dag de Paaschcommunie, waar door reeds in den vroegen morgen de straten levendig worden: tegen den middag gaan de armen naar het Koninklijk paleis, waar zij geld en eet waren krijgen en in het middaguur komen de herders uit de bergen met hunne kudden lammeren in de stad, waar zij in de eerstvolgende dagen goede zaken maken; bij den eersten Paaschmaaltijd toch mag lamsvleesch in geen huis, rijk noch arm, ontbreken. Zij kampeeren buiten de stad en ook op de openbare pleinen en trekken, nadat zij de dieren verkocht hebben, eerat als slachters want het gebruik wil, dat de beesten in huis zelf geslacht worden daarna als opkoopers der vachten van huis tot huis, terwijl zij op een eigenaardig Hagenden toon van hunne aanwezigheid kennis geven en eerst Dinsdag na Paschen met vollen geldbuidel de stad verlaten. Het gelui der doodsklokken aan de gezamenlijke kerken, datVJi tegen stelling met het gebruik bij de Katholieken van den morgen tot den avond onafgebroken klinkt, geeft aan den dag waarop de Heer gekruisigd werd een ernstig karakter, hetgeen voor het volk nog aanmerkelijk ver hoogd wordt door de toevallige omstandigheid, dat sedert jaren op Goeden Vrijdag de hemel zeer bewolkt was. De vrome gemeente gelooft iu allen eenvoud, dat God uit droefheid over het lot van Zijnen geliefden Zoon het aangezicht verbergt. In de eerste namiddaguren wordt door twaalf jonge meisjes het lijk van Christus op de baar gelegd en 's nachts tusschen elf e» 'twaalf uur volgt de ceremonie van het grafwaarts dragen." Xen groote Katafalk met ee» kleed overdekt, waarop het lichaam va? den Heiland geschilderd ot door kunstvaardige vrouwenhand«n geborduurd is, neemt, omgeven door de prachtigste bloemen en ontelbare waskaarsen, het geheele middengedeelte van het godshuis in. De bezoekers verdringen elkander om het aangezicht van den Verlosser te kussen en gewijde bloemen mee te nemen, die zij aan het heiligen beeld op hunne slaapkamers of in een zakje om den hals hangen. Tegen 7 uur begint de avonddienst, waarin de voorlezing geschiedt der twaalf Evangeliën en daarna heeft de processie plaats. Deze plechtigheid is, evenals die der opstanding in den nacht TM Zaterdag op Zondag eenig in hare soort en iemand, die haar niet andera gezien heeft dan in een der orthodoxe kerken buiten Griekenland, kan zich nauwelijks eene voorstelling maken van den werkelijk schilderachtigen indruk, dien het geheele tooneel en de gansche handeling maken. Nadat het lichaam van Christus d. w. z. het doek, waarop het is afgebeeld, van den kat* falk genomen is, formeert zich in de kerk de processie, die na een langen tocht door de straten hier weder terugkeert. Vooruit gaat, wanneer de kerk het maar eenigszina bekostigen kan, dij njuaiek; daarachter doge**

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl