Historisch Archief 1877-1940
No. 367
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD YOOR NEDERLAND.
buiten den kring van het eigen ik" te gaan, houdt zich neutraal en
werkt daardoor het kwaad in de hand.
Te midden van partij-jargon en persoonlijke sympathie of antipathie, te
midden van egoïsme en onverschilligheid, openbaart zich nochtans een
steeds in kracht toenemend streven, om zich op de hoogte te stellen van
het wezen der maatschappij, om sociale toestanden te bestr.deeren en
daaruit stof tot een eigen oordeel te putten.
Voor hen, dio het laatste ernstig wenschen is bovengenoemd boekje
zeker een welkome -verschijning. Het geeft niet alleen een aantal belang
rijke feiten, geput uit statistiek en persoonlijke ervaring, maar is boven
dien zoo bevattelijk en eenvoudig gesteld, dat het ieder in staat stelt zijn
eigen bevindingen er aan te toetsen en alzoo een helderder inzicht te
krijgen van den kring waarin bij leeft.
De schrijver van ,jVooruitgang en Armoede" is bij ons publiek, dat nog
iets meer leest dan romans, geen vreemdeling meer. Henry George heeft
voornamelijk het oog gevestigd op het bezit van den grond, als de eenige
bron van alle werkelijke productie.
Hij plaatst zich daarbij op een geheel vrij standpunt en sluit zich niet
aan bij de eigenlijke socialisten of eenige andere partij. Het gevolg bier
van is, dat zijn betoog niet strekt om een vooropgestelde doctrinaire ziens
wijze te bewijzen integendeel ontwikkelt hij uit waarnemingen en fei
ten eene conclusie, welke de lezer kan vergelijken met het resultaat van
indrukken, die hij zelf door de natuur ontving.
De schrijver staat daarbij op den bodem van een ideale opvatting en
christelijke zedeleer, afgescheiden van kerkelijke leerstellingen. Hij besluit
zjjne beschouwingen met de woorden:
En daarom moeten, zooals Mazzini zeide, de menschea zich liever
scharen onder het vaandel van den plicht dan onder dat van het eigen
belang1, cm de menschelijke rechten te veroveren. Hierin herkennen wij de
diepe wijsheid van Hem, die de menschen beval, hunne naasten te bemin
nen als zichzelven. In dien geest en in geen andere is de macht, om
maatschappelijke vraagstukken op te lossen en de beschaving te bevor
deren."
Het boekje, hoewel in Londen uitgegeven, werd in New-York geschreven
en bevat hoofdzakelijk A'.nerikaansche toestanden. Doch, zooals da schrij
ver terecht opmerkt, hebben de behandelde onderwerpen evenveel waarde
en belang aan de overzijde van den Oceaan.
Het is van genoegzame bekendheid, dat in Noord-Amerika, het
traditioneele land der vrijheid, de maatschappelijke toestanden, evenals in de ouda
wereld veel te wenschen overlaten en dat er dezelfde wanverhouding, bij
gevolg dezelfde ontevredenheid heerscht.
Door sommigen wordt, hieruit het argument geput, dat er niets te doen
valt tegen de ellende, waarmede het grootste deel van't meusclldom meer
meer en meer wordt bedreigd.
In Amerika, zoo redeneeren zij, heerschen geen overblijfselen van feudale
macht, welke de vrije ontwikkeling van het arbeidende volk tegengaat;
geen a cl el staat er de maatschappelijke gelijkheid in den weg-, geen geestelijke
hiërarchie, g^en gewetensdwang beletten de ontwikkeling en toch open
baren er zich dezelfde maatschappelijke ziekte-verschijaselen. Ergo
daartegen valt niets te doen. Men moet de dingen maar nemen zooals
ze zijn.
Deze oppervlakkige redeneeriag brengt menigeen van 't spoor, die denkt,
alles te winnen langs politieken weg, die in staatkundige vrijheid de op
lossing ziet van alle vraagstukken.
De staatsinstellingen der Unie zijn in theorie zoo vrijzinnig mogelijk
en toch heerscht nergens een zoo verregaande corruptie in het adminis
tratief beheer. (Dat trouwens de Republikeinscho regeeringsvorm als doel
volstrekt niet» waarborgt, bewijst Frankrijk. Wat de geschiedenis van 't
laatste tiental jaren ons daar te aanschouwen gaf, was louter c
teriegeest en vechten om het grootste stuk.)
Dat Amerika ondanks zijn staatkundige vrijheid en zijn gemis aan
bindende traditiën toch op sociaal gebied dezelfde schrille contrasten
vertoont als Europa geeft stof tot nadenken, en leidt als van zelf tot
de overtuiging, dat er machtiger hefboomen zijn op maatschappelijk ter
rein dan verouderde regeeringsvormen, feudale rechten en overgeleverde
misbruiken. Dezelfde oorzaken brengen daar dezelfde gevolgen teweeg
als hier. En juist het feit, dat daar in zoo korten tijd zulk een geheele
omkeer kwam in de economische verhoudingen, zonder dat men de oor
zaken behoeft te zoeken in een proces van eeuwen her, maakt een over
zicht en een opsporen van de ware oorzaken veel gemakkelijker dan ten
onzent.
De Amerikaansche maatschappij is als 't ware de Europeesche maat
schappij, ontdaan van het spinrag des ouderdoms. Waar men hier gevaar
loopt, spoedig op een zijweg te verdwalen en het spoor bijster te worden,
valt het ginds veel gemakkelijker, eene beweging in de zuivere richting
te volgen.
Daarby komt, dat de verbazende snelheid van een jonge beschaving
ginds reeds veel te zien geeft, wat hier eerst na verschillende phasen te
?wachten is tenzij er gewichtige, ingrijpende evÓlutiën plaats vinden.
De beschouwingen van den Amerikaanschen staathuishoudkundige zul
len het menigen lezer gemakkelijker maken, de toestanden, waarin hij zelf
leeft, te begrijpen en te ontleden.
De schrijver begint met te wijzen op de groote veranderingen, in onze
eeuw teweeggebracht door tal van uitvindingen en een snel toenemende
beschaving.
Daarna komt luj op de gevaren, die de maatschappij bedreigen door
?verbreking van evenwicht, en betoogt, dat het ieders plicht ia, mede te
werken tot een vreedzame oplossing der kwestiën, die dagelijks dreigender
omvang aannemen. Volgens zijne meening moet de tegenwoordige
beschavingstosstand, die rijkdom, weelde en genot in hooge mate biedt aan
enkele bevoorrechten, overgegaan in een toestand, die aan allen de
vruchten van den vooruitgang verzekert. De politiek heeft niet gelijken
tred gehouden met de vorderingen der wetenschap; men zweeft tusschen
tal van onvaste denkb««lden en weet niet, w«lken weg in te slaan.
Nergens is grooter vooruitgang op allerlei gebied, dan in Amerika,
doch de politiek is er geheel in handen van het kapitaal, en de ongelijke
verdeeling maakt, dat de vrijheid van het individu er gevaar loopt, on
danks het algemeen stemrecht, dat een wapen te meer wordt in de han
den van werkgevers.
Omkooperij is de machtigste factor in de regeeringsmachine, en de groote
spoorwegmaatschappijen beheerschen daardoor het land. Als zij de macht
van het volk noodig hebben, koopen zjj de meesters van het volk."
De stroom van landverhuizers, uit alle landen van Europa, neemt steeds
toe, en Amerika begint den druk te gevoelen van een grootere bevolking.
Niet, dat er inderdaad vrees voor is, dat men land te kort zal komen
(dit is ook niet het geval in de landen, waaruit het sterkst geëmigreerd
wordt); maar het grootste deel van het bruikbare land in de Vereenigde
Staten is op de eene of andere wijze in beslag genomen door de groote
spoorwegmaatschappijen en andere financieele lichamen. De tijd is niet
ver meer af, dat men naar goedkoop land tevergeefs zal zoeken. Er zal
een tijd komen, dat Amerika's toenemende bevolking, zelf het surplus
noodig heeft, dat nu wordt uitgevoerd, en dan zal algemeen de druk zich
doen gevoslen, die nu reeds in de Oostelijke Staten bestaat.
Op deza basis bouwt Henry George zijn verdere beschouwingen. Hij
schetst op zijn eigenaardige wijze, eenvoudig en treffend, zonder orna
menten of tusschenwerpsels, de schrille tegenstellingen tusschen het voor
heen en thans van de arbeidende klassen, tusschen de tegenwoordige
spoorwegkoningen en de groote massa van het volk. Men gevoelt het,
dat de schrijver New-York heeft gezien, zooals de schilder van Horrible
London" de Britsche hoofdstad waarnam.
Streng gispt hij de would-be-optimisten, die zich afwenden van de wer
kelijkheid en verklaren dat alles is, zooals 't behoort.
Hij wijst verder op de toenemende concentratie van rijkdom en macht
en gaat de oorzaken na van 't snelle wassen der groote kapitalen, 't Ge
volg van toenemenden rijkdom is toenemende armoede.
Als eerste voorwaarde ter verbetering, meent de schrijver, dat ieder,
die rijkdom voortbrengt, daarvan de vruchten moet genieten. Van com
munistische droomen wil hij niets weten; die zouden alleen te verwezen
lijken zijn bij een innig diep religieus gevoel, dat het eigenbelang geheel
ter zijde stelt. Dit is bezwaarlijk te verwachten; maar wel dringt Henry
George aan op wat minder egoïsme, wat beter plichtsbetrachting tegen
do medemenschen in 't algemeen.
Het zou ons te ver voeren, den geheelen inhoud van het werkje na te
gaan,
De schrijver laat het niet alleen bjj beschouwingen van den bestaanden
toestand; hij laat de quaestien niet onopgelost, maar geef t tevens op
practische wijze aan, wat z. i. moet en kan gedaan worden, om verbetering
aan te brengen.
Dit komt in 't kort hierop neer: De staat dient er voor te waken, dat
ieder de vrije beschikking houdt over de vruchten van zijn arbeid. De
eerste bron van rijkdom is de grond. De voortbrengselen van dien grond
komen toe &an het volk, dat door zijn arbeid de vruchten aan de aardo
ontwoekert.
Ais het grondbezit in handen komt van enkele groote maatschappijen
en personen, is dit onmogelijk. Daartegen moet de staat maatregelen
nemen. Groote ondernemingen moeten van den staat uitgaan en riet in
handen van particulieren het werktuig worden tot onderdrukking en
verarming der groote massa.
Als de bearbeiding van den grond beter de moeite loont, zal ook de
drang der bevolking naar de groote steden afnemen, waardoor een der
hoofdoorzaken van het pauperisme gevoelig wordt getroffen.
In een afzonderlijk hoofdstuk betoogt de schrijver, dat de Amerikaan
sche farmer, wiens toestand thans nog veel beter is, dan die zijner
Engeli'che en andere Europeesche broeders, op den duur evenals zij het
slachtoffer zal worden van de concentratie van het grondbezit.
Henry George zegt in zijn slotwoord: Ik vraag niemand, die dit boek
leest, otn mijne inzichten over te nemen. Ik vraag hem om zelf te denken."
Inderdaad, daartoe moge het boekje meewerken. Ik wil in bescheidenheid
het voorbeeld volgen van den Amerkaan en geen oordeel uitspreken over
de Landverhuizersquaestie, die deze dagen de pennen in beweging bracht.
Zeker is het, dat eene zaak, die zulke krachtige discussiën uitlokt, niet
te lichtvaardig mag worden behandeld.
Het boekje Social Prollems geeft over Amerika veel te lezen en veel
te denken vooral. Maar ook voor hem, die er in de verste verte niet aan
denkt, zijne haardstede te verlaten, is de lectuur de moeite waard. Elke
duidelijke schets van de oorzaken en gevolgen der hedendaagsche toe
standen, welke in den grond der zaak' dezelfde zijn, in Amerika zoowel
als ten onzent, moet welkom zijn aan allen, die nog plichtgevoel genoeg
bezitten, om te erkennen, dat er iets aan hapert, hetwelk niet is weg to
nemen door wat getweedekamer.... H. J. S.
De Vader des Vaderlands, door Dr. W.
A. Terwogt. Maassluis, J. v, d. Endfc
en Zoon, 1884.
Onder den titel De Vader des Vaderlands, in zijn leven en werken
geschetst voor het Nederlandsche Volk", zal eene levensgeschiedenis van
Prins Willem van Oranje verschijnen, van de hand van Dr. W. A. Ter
wogt. De eerste aflevering ligt voor ons. Hierin geeft de schrijver een
kort overzicht van onze vaderlandsche historie tot den tijd van Filips den
Tweeden. Vrij uitvoerig behandelt Dr. Terwogt de oorzaken, die tot
Kerkhervorming leidden en de geloofsvervolging onder de regeering van
Karel den Vijfden. Dat de toestand, waarin de katholieke kerk bij den
aanvang der 16e eeuw verkeerde, veel te wenschen overliet, is niet tegen
te spreken en terecht wijst de Schr. b. v. op het misbruik dat van den
aflaat-handel werd gemaakt. Maar het gaat toch ook niet aan alle pries
ters over n kam te scheren en de Roornsche kerk voor te stelen als
een, complex van domheid, inhaligheid en uxeedheid. Uitdrukkingen a