De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1884 24 augustus pagina 5

24 augustus 1884 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 374 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. loos; 194 Slag te Mont St. Denis ia beter; zoo ook 195, Aankomst van Wittem III in Engeland; 222 is zeer in 't charakter der patfiottenüjd; 232 Arrestatie van liet uitvoerend lewind door den Gene raal Daendels is niet minder, 'tig jammer, dat aan een man als den Heer Egenbarger geen gelegenheid verschaft is al i een serieus geschieclschilder op te treden. Mij dunkt, dat hij zich oeu be roemden naam had kunrtea maken. Zullen deze 64 kompozities zijn naam voor ondergang bewaren? Zjj leveren slechts oen tantaalsch genot. (Slot volgt.) Alb. Th. UIT BELGIË. De gemeentefeesteii. De holkmdsche muzenzonen. Offioieele redevoeringen. da Staatslieden in de Kamer eene der meest doornachtige en brandende vragen behandelen die het tegenwoordig tijdperk kent, en om wier wille de bitterste strijd wordt gevoerd namelijk de onderwijsvraag vieren de meeste steden des lands, elk op hare half ernstige, half humoristische, doch altoos even vreedzame en luidruchtige wijze* haar jaarlijksch geemeentefeest, waaraan, bijvoorbeeld te Antwerpen, nog altoos de aloude traditioneele ommegang" verbonden is. De gemeenten wedijveren wie het meeste volk zal trekken, de aanplakbiljetten, van vier tot 6 vierkante meters groot, overtreffen alles wat tot heden van dien aard is gezien. Zij verkondigen paardeloopen" (wedrennen), boogschieten, prijskamp in 't gezang, verlichting, vuurwerk, toonetlyoorstellingen (vlaamsch en fransch) met vrijen toegang, en voornamelijk allerlei volksspelen. Kent de lezer het vlaarnsche balspel de kunst om eenen bal, die eenmaal in de lucht geslagen is, niet weder den grond te laten bereiken gespeeld door vier of vijf jongelingen op eene der groote plaatsen, ten aanzien eener jury met diepernstige lang uitgestreken gezichten ? Kent de lezer den wedloop met kikvorschen, meest door meisjes uitgevoerd ? (De heer Koopraans van Boekeren behoeft er niet jaloerech op ta zijn. Zie Halve Guldens-uitgave No. 1.) Elk meisje kruit een plat open wagentje met drie kikkers voort. . Zij moet zorgen dat de beestkens, die niet weinig onrustig worden door 't gerol, op den wagen blijven tot aan 't einde der baan, wat slechts zelden geschiedt Heeft de lezer wel eens staan kijken bij de jongens die met de tanden een geldstuk uit eenen met stroop gevulden pot moeten halen, au risque van voor altoos eenen afkeer te krijgen van die zoetigheid welke bij de arme klasse den boter vervangt? Welnu, 't is een reisje naar Brussel waard! Daar hebt gij de oude vlaamsche spelen in al hun kracht gezwegen van 't hardloopen, 't papegaaischieten, het barbaarsche ganzenknuppelen, enz. wat nog op vele dorpen geschiedt. Verleden week, o jerem^ werd de Antwerpsche ommegang door eene donderbui overvallen. Men zag op eens de heerlijke (?) ridders, op hunne dikke vlaamsche peerden, de cupido's en andere groepen uiteen stu'vcn, en de straten vullen die uitloopsn op de groenmarkt. De wolbekende Antwerpsche reus en reuzin Antigoon en Minérva, welke eene lange eigene geschiedenis hebben (zie het Belgische museum, Deel V II. 363) stonden in hun romeinsch krijgskostmim een tijdlang nevens den dolfijn rustig in het nederstroomende water... verlaten, van allen verlaten, treurende, als da Ilomulus van Peter van Diest, die Vergeefs naar eenen vrieud zoekt op 't oogenblik des gevaars (of de le zer deze moralisatie kent!), treurende over de ondankbaarheid van het menschelijk geslacht, dat zij jaar in jaar uit hunne wel beweginglooze doch groteske gelaatstrekken vermaakten. De dolfijn, zooeven nog vroolijk spuitende werd nu (welke vernedering!) zelf bespoten, zonder zich te kunnen weren. Doch alles gaat niet even comisch toe. Er is hier te Brussel bij voor beeld-een locale wedstrijd voor koorgezang ingericht, welke dezer dagen een aantal zittingen houdt. In dezen muzikalen kamp verwierf het zanggezelschap Düettantenchib van Amsterdam in de eerste ai'deeling der buitenlandsche genootschappen" den tweeden prijs, en het zanggezelschap Zang en Vriendschap van Haarlem, in de tweede afdeeling des sociétés réunies" den tweeden, en bovendien in de tweede afdeeling der buitenlaudscho genootschappen den tweeden eersten p r ij ». Doeslnirgs mannenkoor won eveneens twre eersten prijzen in verschillende afdeolingen. Er daagde tegelijker tijd ook een muzikaal congres in ons midden. Wij gelooven echter niet te weinig te zeggen, verklarende dat dit tot (geenerlei belangrijke uitkomst leidde. Men besprak er de inrichting van muziekfeesten, de plaatsing van kiosken, de zwevingeu van den diapason maar.... zelfs de gekozen voorzitters waren niet op hunnen post. Een andere prijskamp had er voor tooneelvoordracht, of, met het oudcrwetschöwoord, voor uiterlijke welsprekendheid" plaats. Het gemeen) efaest van Brussel, vroeger Septeiuberfeesten" genoemd eu sedert 1830 in 't leven geroepen, is naar Augustus verlegd, om do vijandelijke herin nering der omwenteling zooveel mogelijk uit te wissehen. Hebben Brussel en Antwerpen uitgcfeest" dan vangen de andere steden aan; zoo bijv. Brugge den Sisten e. k. en gaat al feestend" voort tot 7 September. Daarna is Leuven aan de beurt, wiens Icrmesse en foire niet minder plechtig worden gehouden. Aldus rolt men door het schoone jaargetijde heen. Deze nationale feesten' te Brussel worden altoos riog a's zulk eeno gewichtige plechtigheid beschouwd, dat alle andere belangen er bij moeten achterstaan. Aan de studiedorstigen wordt het bezoek der boekerijen en archieven, den speculant den toegang tot, den tempel van Msrcurius ontzegd. Menige drukkerij is gevloten, elk politisch nieuws wordt doodgezwegen, Om aan de algemecue geestdrift paal noch perk te stellen. Het spreekt van zelf dat bij zulke gelegenheid het uitreiken van prijken en bolooningen een der gewichtigste oogeublikken is. Do minister van landbouw, nijverheid, openbare werkea (alle schooao kunsten ingesloten!) heeft dan ook, na eene deftige redevoering, de distïibutionsolennelledea décorations iadusttielles et agricoles et des décorations spéciales" gehouden. Hoe jammer dat van de vele honderden in de groote zaal van het palais des académies vergaderde werklieden en boeren geen d e r d o den spreker kon verstaan, dewijl zij het fransch niet machtig zijn! Ondertusschen werd de minister toch toegejuicht, toen hij verklaarde dat de werkroausstand van Belgiëest une des plus braves, des plus laborieuses BH Kiende" en dat deze toutes les transformations que la découverte 3e nouveatix procédés impose, il les accepte et sait les faire retourner a son profit." 's Anderen daags op hetzelfde uur werden, in tegenwoordigheid van het vorstelijk echtpaar belooningen uitgereikt door den nnnister Jacobs, die op zijne beurt eene fransche redevoering hield tot de mannen uit het volk, welke zich bij brand en andere ongevallen door moed ?n stand vastigheid hadden onderscheiden. Men weet niet of de blik van Zijne Mfljfsteit Leopold II, of de woorden des ministers, of de njedalje die wakkere mannen eene aanmoediging schenen tot volharding. NB. Om aan de waarheid eere te doen diene nog gezegd téworden dat, volgens de dagbladen de minister Jacobs zijne fransche redevoering besloot met eenige volzinnen in de nederlandsche taal uitgesproken, doch die door ref. niet werden vernomen. Brussel. 19 Aug. '84. M'. A. LETTERKUNDE. IETS OVER DEN ENGELSCHEN ROMAN EN EENIGE ENGELSCHE ROMANSCHRIJFSTERS. II. Een even vriendelijken indruk maakt het loven van Jane Austen, die in het begin dezer eeuw eenige boeken schreef, wier gering aantal ruim schoots worclt vergoed door het gehalte van het geschrevene. Levend in nog beperkter omgeving dan Maria Edgeworth, heeft zij het stukje menschenleven, dat binnen den kring harer waarneming viel, bekeken met een kunstenaarsoog, liefgehad met een kunstenaarshart, da indrukken, die zij ontving, uitgedrukt met eene levendigheid, die het wisselend ppel van licht en schaduw over de eenvoudige bladzijden werpt. Het is bijna eene eeuw geleden dat zij geschreven werden en toch als wij Sense and Sensibility'' tar hand nemen, kost het ons weinig moeite ons te verplaat sen in het rustige landleven, dat er in beschreven wordt, ons te ver diepen in den levensloop der heldin. Zij leeft in de dagen, dat men rog in aijn eigen rijtuig de reis naar Londen maakt, maar de lotgevallen der monschen, het wel en wee dat zij ontmoeten, hun huiselijk leven wai er niet veel anders om. Wat wel veranderd is, dat is onze wijze van denken en ook eenigszins van gevoelen: daar is in ons een verhoogd bewustzijn van liefde en haat, van saiart en genot, dat ons inwendig 'even althans, zeer ongelijk maakt aan dat der heldinnen van Jane Austen. Zij zelve is nog geen twintig jaau als zij Sanse and Sens ibility" schrijft, maar zij laat daarin Maiïanne Dashwood, pas negentien jaar oud, zich troosten in een gelukkig en rustig huwelijksleven met kolonel Brandou, vele jaren ouder dan zijzelve, wiens rechtschapenheid hem tot een uitstekend echtgenoot maakt, niettegenstaande de schaduwzijde, dat hij een flanellen vest voor zijne gezondheid draagt. En toch heeft diezelfdo Marianne vela tranen vergoten en zelfs zenuwaanvallen gehad, toen Willoughby, haar minnaar, haar verliet om door een rijk huwelijk den ongunstigen toestand zijner financiën te herstellen. En toch heeft Willoughby voor haar gevoeld wat wij, in deze dagen, een hartstocht zouden noemen, kan hij niet aan haar huwelijk met een ander denkan zonder hartzeer". Maar, zegt de schrijfster That hèwas for ever inconsolable, that hèfled frona society, or contracted an habitual gloom of temper, or died of a broken heart, must not be depericled on for hèdid neither. He lived to exert and frequently to enjoy himself. His wife was not always out of temper, nor his home always uncomfortable and in bis breed of horses and dogs and in sporting of every kind hèfound no inconsiderablo degvee of domestic felicity." Zeker, zoo te redeneeren, dat is sense,1' maar ik betwijfel het toch of wij de aandoeningen in het boek beschreven zouden bestempelen met den naam van sensibility" (gevoeligheid in eenigszins ongunstigen zin). In de boeken van onzen tijd noemen wij zulke aandoeningen waar en echt en wat wij ook in de wereld om ons heen zien gebeuren, ik geloof niet dat tegenwoordig een schrijver het wagen zou een jong meisje zoo verstandig ta laten redenperen over het huwelijk als de schrijfster het Ellinor Dash wood laat doen, zoo om hare eigene woorden te gebruiken, exactly as a good mind and a sound understanding must consider it." Echter zullen de nakomelingen van kolonel Brandon en Marianne Dashwood, een trouw en edelmoedig man en eene lieftallige vrouw, zeker al de karaktertrekken bezeten hebben van dat vroegere geslacht, waartoe Jane Austen zelve behoorde: warm van hart, helder en rustig van geest maar beperkt van gezichtskring, beminnelijker en gelukkiger, maar niet zoo belieerscbt door den drang naar waarheid, krachtiger van zenuwen, gezonder van opvatting met minder hoog zelfgevoel, maar niet aoo ont wikkeld van gevoels- en verataudsleven als het onze. Eene verkwikkelijke rust ademt een leven als dat van Jane Austen; om met de woorden van Miss Thackeray te spreken: het ia een land schap, waar het vee graast, de takken der boomen worden door den wind heen en weer bewogen, do vogels vliegen om bet oude eenvoudige huis, waarin de huiskamer met het weinige ouderwetsche huisraad, uitzien op den tuin, waar bloemen en groente te zamen groeit, het jonge meisje aan. haar ouden lessenaai' zit te schrijven." Deroman ontbreekt niet in dit leven. Maar als teleurstelling en treurigheid er het eenig gevolg van zijn, dan heeft Juue Austen den moed OEI den boom haars levens niet in aoo onvruchtbare aarde to laten wortelen ea al is de schoonste vrucht er van gestorven, toca.rijjieüoogst te doen voortbrengen, Niet te min vreoljjfc is da

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl