Historisch Archief 1877-1940
AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
fried Keiler, Ossip Schubin, Al. Kielland en Salvatore Farina; voorts
Memoiren van Charlotte Diede (de bekende vriendin van Wilh, von
Humboldt) en van Prins Louia Ferdinand, benevens nog ongedrukte
brieTen van Heinr. Heine uit de jaren 1827?1854.
In het nummer van de Bundscliau waarin dit woord" van de redac
tie voorkomt, is het laatste werk van Droysen opgenomen, n dag voor
zijn dood, begeleid door een vriendelyken brief, aan de redactie toege
zonden. In datzelfde nummer wordt op een korte biographie van de
gebr. Grimm door Albert Duncker gewezen, een boekske dat vooral in
deze dagen, nu het eeuwfeest van den geboortedag der
Hessen-Dioskuren" nadert, in Duitschland en gewis ook daarbuiten hartelijk welkom
zal zijn.
Te Hallo verschijnt een derde editie van de Prolegomena ad
Homernm" van Friedr. Aug. Wolf. Deze editie onderscheidt zich van de vorige
door de opname der brieven over dit werk door Wolf aan Heyne ge
schreven. Bij denzelfden uitgever zal binnen kort een werk van Dr.
Gottlieb Krause over Friedr. der Qrosze und die deutsche Poesie" ver
schijnen.
Een nieuw gedicht van Lord Tennyson zal weldra het licht zien.?In
middels kondigen de uitgevers Harper te New-York een nieuwe en complete
editie zijner werken aan, voorafgegaan door een biographie des dichters
door de dochter van Thackeray (Mevr. Ritchie) geschreven. Naar alle
waarschijnlijkheid is dit een herdruk van het artikel verleden jaar in
Harper's Magazine verschenen. In deze nieuwe editie worden al de ge
dichten uit Tennyson's jeugd opgenomen, die in de laatste uitgaven niet
voorkomen.
De betrouwbare gids op letterkundig terrein, Paul Bourget, raadt zijn
tijdgenooten ten zeerste aan kennis te maken met de brieven van Guizot
die vóór eenige maanden verschenen en ook in dit blad aangekondigd
zijn. Dan toch wacht hun, zegt hij, de verrassende ontdekking, dat er zelfs
in deze onze negentiende eeuw nog frissche, moedige en blijmoedige
naturen worden gevonden, die hun gezonden wil aan zoo menigen zie
ken wil hebben over te stellen. Naturen, die het leven met al zijn smart
aandurven, omdat zij weten dat het hen wonden, maar niet verzwakken
kan en wier levenskracht dan ook door een 87-jarig bestaan op verre
na niet kan worden uitgeput.
Belangrijk zijn evenzeer de brieven, die het laatste deel van George
Sand's correspondentie uitmaken. Zij geven ons de-haar vaderland zoo
vurig minnende vrouw in het bange jaar 1870 te zien. l)e lezers van de
Revue des deux Mondes zullen zich hierbij ongetwijfeld herinneren, hoe
gretig zy in die onrustige dagen, te midden der vaak dwaze meeningen
van den dag, naar do Lettres d'un voyageur pendant la gucrre grepen.
INHOUD VAN TIJDSCHRIFTEN.
Spectator 6 Sept.
Berichten en mededeelingen. Te Brugge door P. A. M. Boele van
Hensbroek. La contre-révolution religieuse au XVIe siècle par Martin
Philippson door Prof. P. J. Blok. Het lied der liederen door llolda.
Gedichten van Louis Couperus. Verbetering.
Eigen Haard No 36.
Krates door Jualus van Maurilt, Jr. (vervolg). Aan den
zeventigjarigen Dichter door Gr. J. van Lakerveld. 13 September (Een woord
aan Nicolaas Beets gewijd door Eedactie en Uitgever van E. H.) (met
afbeeldingen). De Semaphore door F. H. Boogaard. Dokter Heer
oom door Geertruida Carelsen (Slot). Verscheidenheid. (Bijschrift bij
een plaat, Camille Desmoulins en familie" voorstellende.)
Vragen des Tyds. September.
Onze internationale stelling door Mr, S. van Houten. Grootindus
trie en Handwerk door Dr. J. Th. Mouton. De geldelijke verhouding
der centrale credietinstellingen tot den Staat door J. C. Klerk de Reus.
Revue dei deux Mondes l Sept.
Tony, par Th. Benteon (dern. part.) Les lettres de Mad. de Grignan I,
par Paul Janet. Comment l'air a téliquéfié, par J, Jamin. La
philosophie du suffrage universel, par Alfred Fouilleé. La marine des
Byzantins, par Jurien de la, Gravière. - La ville de Paris et
l'administration municipale, par Charles Lavollée. Un commentaire pittoresque
de la diviae comédie, par George Qucroult. Le nouveau Bill de Réforme
electorale et la chambre des Lords, par M. G. Valbert. Revue littéraire
Fénélon a Cambrai d'après un livre recent, par F. Brunetière. Chronique
de la quinzaine etc,
Nouvelle Revue, l Sept.
Mme Adam (Jul. Lamber) La patrie Hongroise (Fin). Ary Rénan,
L'art Japonais (Fin). Philibert Audebrand, Pages d'histoire contem
poraine (Armand Marrast). Jules de Glouvet, L'étude Chandoux (quatr.
partie). Arvède Barine, Un couvent de femmes en Italiëan XVIe
tiècle. Felix Tastevin, Prascovie Scènes de la via Russe. Louis
Rati&bonne, Poésies.
Deutsche Rundschau Sept.
An unsere Leser. Verschlungene Wege von Henning Schönberg.
Zu Diderot's Gedachtnisz Rede von G. du Bois ReymonA. Berthold
Auerbach von Julian Sclttnult. Friedrich's des Groszen trois lettres
au public" von Joh. Qust. Droysen. Der gegenwartige StaudderLehre
von der Cholera von Wilhelm Fliesz. Zweifel von Anna Charlotte
Edgren (Aus dem Schwedischeu von L. von Burg}. <?Der Tod der
Prinsesz Charlotte von England von Ernst von Stockmar. Politische
Rundsehau. Kunst und Kunstffesebichte. Die Brüder Grimm.
Roszbach und Jena besprochen von P. Bailleu. Batke's Leben
Schriften etc.
Niemve uitgaven in Nederland.
Dr. Jan ten Brink, Litterarische Schetsen en Kritieken. Deel 10.
Joh. Dyserinck, Hulde aan Betje Wolff en Aagje Deken . .
Nederlandsch Familie-Archief, bewerkt door A. A. Vorsterman
van Oyen. Als handschrift gedrukt. (Genealogie van het Geslacht
Beets) .............
Johan Gram, Omtrekbladen, (Guldens-Editie No. 151) i .
1.9Q
1.20
1.35
1.
Nieuwe Uitgaven in Engeland.
W. Carlton, Farm ballads, farm festivals and farm legends. . Sh. 3,6
W. G. Blaikie, Leaders in modern philantropy ...... 5
E. A. W. Budge, Babylonian life and history ...... 3
Other folks at home, a trip through Europa . . ? J l ', 2
F. Julien, Frénch at home and at school . . . '. l ", l , 2
W. Besant, All in a garden fair ...,..:.. I i 3.6
Miss. Braddon Ishmael, a novel, 3 vol .',,,.,>,. 31.6
R. Buchanan, Foxglove Manor . ... ^ ....... 81.6
Mrs. Fraser, A profesional beauty . . ; . ....... 2
Mrs. Fraser, A fatal passion ............. 3.6
E. E. Green, Lenora Annandalè's story ........ 5
S. Hall and R. Ropes, Seven steps upward ......: 3.6
E. Leslie, Saxby, a tale of old and New-Zealand . . . . . 36
J. Mill, On the spur of the moment . . ..... ... 31.6
My coloured picture story-book ....... . . . . 4
The secret room, a tale of the Marian persecution . ', . . 2
Uuder mother's wing, by L. G. illustrated ........ 4
Nlemce uitgaven in Duitschland.
A. Banmgartner, Agrimson's Die Lilie" Isl. Mariendicblung des 14
Jahrh.
H. Blum, York, Schauspiel in fünf Aufz.
H. Blum, Junius, Schauspiel in vier Akten.
E. W. Daudert, Lebensblüthen, Liederbuch.
Wilh. Deecke, Plaudereien ber Schule und Haus.
Ed. Engel. Heinr. Heine's Memoiren und neugesammelte Gedichte
A. Friedman, Neue Lebensmiirchen ... . . .
B. Hause, Aus dem Jüdischen Leben, Novellen. .
Moritz Muller Senior, Bis zum letzten Athemzuge '.
C. BI. Sauer, Geschichte der Italienischen Litteratur.
Die Aristocratie des Geistea als losung der socialen Fragen ?
Wilh. Walloth, Octavia, lust. Roman ..... ,
Eduard Zeiler, Vortriige und Abhandlungen, dritte Sammlnnof.
M. 4.-*
L??
4.
n 0.80
9.
3.
a,-^
Nieuwe uitgaven in Frankrijk.
Emile Ferrière. Le Paganisme des Hebreux avant la captivitéd« BabyloneJ
Julien Lóe. Journal d'un habitant de Colmar, Juillet a Nov. 1870. '*'"
Arnaud Baron. Feuilles d,Acanthe, poésies.
A. Levinck. Apres la mine.
Const. Quéroult. Le femme de mons. Ie duo.'
Jules Verne. L'Archipel en feu.
E. Lagrauge. Les coles au moyenage.
Leon Becker. Memoire d'une Lycose.
Paul Bert, Le cholera.
PhU. Daryl, La vie publique en Angleterre.
Arnold de Mortier, (Mons de l'orchestre) Les soirees parisiennes de 1883;
Imbert de Saint Arnoud, La cour de l'impératrice Josephiae 3eme ditioD.'
Erckmann Chatrian, Avant 89, et les Rantzau.
MILITAIRE ZAKEN.
KLEINE OORZAKEN, GROOTE GEVOLGEN.
In de jongste aflevering van het Recueil Militair, deelt de Minister
van Oorlog aan de autoriteiten der landmacht mede, dat de Algemeene
Rekenkamer de bepaling, vervat in de 3e alinea van Art. 11 van het
Koninklijk besluit van 5 Januari 1884 (Staatsblad No. 4) luidende:
Wegens vervoer binnen de bebouwde kom. eener gemeente, worden,
geene reiskosten vergoed", in dien zin opvat, dat, wanneer de belang
hebbende woonachtig is binnen de bebouwde kom eener gemeente, het
hem niet geoorloofd is reiskosten te declareeren voor het traject van
zijne woning tot het, mede binnen voormelde kom gelegen, station van
het openbaar middel van vervoer, waarmede de reis door hem wordt
ondernomen, terwijl evenmin vergoeding wegens reiskosten wordt verleend
voor het traject van het station van aankomst tot de plaats van bestem
ming, wanneer beide ia dezelfde bebouwde kom eener gemeente
gelegen zijn.
Het valt niet te loochenen, dat deze letterlijke opvatting van de aange*
haalde alinea zeer logisch is; eene andere vraag is, of de bepaling zelve
wel billijk mag heeten?
Gesteld, dat twee personen A en B, in dezelfde gemeente woonachtig,
die eene dienstreis hebben te ondernemen, daartoe gebruik moeten maken
van de lijn eener spoorwegonderneming en dat het station zich bevindt
binnen de bebouwde kom der gemeente. A woont eveneens binnen dia
bebouwde kom, doch op ongeveer drie kwartier uur gaans afstand vftn
het station; IJ daarentegen op slechts n kwartier uur daarvan, dooh
buiten die bebouwde kom. Waarom mag B nu wd en A niet reiskosten
declareeren voor het traject van zijne woning tot het station van
vertrek,'en omgekeerd bij terugkomst van datzelfde station tot zijne woning?
Welke leidende gedachte mag wel bij het opmaken dezer bepaling.
hebben voorgezeten 'i Wij betwijfelen hot zeer, of de ontwerper alles goed