Historisch Archief 1877-1940
W. !»7.
DE AMSTERDAMMER
EEKBLAD VOOH
NEDE
A°. 1884.
Verschijnt eiken Zaterdagavond.
DAGBLADVEBEEN1GINO HOLTI * Oo.
Kantoor: Singel 211.
Boofd-Agenten: te Batavi», O. EOIiFV * Oo.
Zondag 23 November.
Abonnement per S/m. ....... ? 1.?. fr. p. p. ? 1.15.
Afzonderlijke Nnmmer» aan de Kiosken verkrijgbaar a 0.10.
Advertentiën van 1?6 regels f 1.?, elke regel moor . B 0.13.
f tusschen den tekst per regel ...... l.~.
INHOUD*
BUITENLAND. ? BINNENLAND. Fersoverzioht. Brieven van Jan v&n
't Sticht. uit bet Haagje XM, door Fasquino. Kan B t: Het Ameterdameoh
Tooneel, door E. J. W. Tentoonstelling in Arti, n, door Alb. Tb. Wandelin
gen op de tentoonstelling, IX, door B. A. G. Vit België, door M. A. Letter
kunde: Jetta, bist. roman van Georga Taylor, uit het Hoogduitscn, door J. van
Loenen Martinet, beoordeeld door F. 3. v. U. Berichten en Mededeelingen.
Inbond van Tijdschriften. Nieuwe Uitgaven. Militaire Zaken: Torpedo»
booten, door Bh. Feuilleton: Kracht ia Zwakheid, een tantaisie, door Antoi.
nette, UI. Schaakspel. Het Vrije Woord, door Ernst. Brievenbtu. NlËuwB
VAN DB WEEK. Overzicht van de Effeotenmarkt, door B. Amer. Bporen, door
3. v, d. Burg. Burgerlijke Stand. Veilingen. Te huur, Advertenties.
BUITENLAND.
In de Fransche Kamer werd het rapport over de begrooting door
den heer Jules Roche ingediend, en het rapport over
deTonkinkredieten door den heer Leroy. Over beide begon de discussie.
Het rapport vaa dc.i heer Leroy liet echter de hoorders zeer on
bevredigd; het gaf een overzicht van de vroegere onderhandelin
gen en krijgsbedrijven in Tonkin, sprak groole verwachtingen
uit omtrent de toekomst der Kolonie, maar zweeg omtrent hetgeen
men weten wilde, en de onderhandelingen der laatste maanden,
de uitzichten op bemiddeling en het programma der regeering.
De oppositie deed dit bij monde van Cémencean, Raynaud en
Anirieux reeds vernemen. Van de onderhandelingen en eene beweerde
oemiddeling door Engeland hoort men nu en dan geruchten* zelfs uit
de officieuse bron van Havas; zij worden dan weer tegengesproken
zelfs door de officieuse bron van de Temps. Zoolang de
Tonkin-kredieten niet aangenomen zijn, zal men de waarheid wel niet vernemen,
en allicht zal de uitslag afhangen van het besluit der Kamer.
Markies Tseng, die te Londen met Lord Granville en den heer
Waddington correspondeert, rekent waarschijnlijk weder, als verle
den jaar, op den aanstaanden val van het Kabinet-Feiry; de heer
Ferry verkrijgt echter tot heden op alle interpel'.atiën en aanval
len, nog tnotiön van orde met eene zeer voldoende meerderheid.
In Belgiëwerd deze week de aangekondigde interpellatie van
den vroegeren minister Fière-Orban gehouden. Hij bracht in
herinnering dot het ministerie Malou-Woeste-Jacobs, na 10 Juni
met den steun eener sterke meerderheid gevestigd, na de gemeen
teraadsverkiezingen twee zijner leden, Woeste en Jacobs, had
uitgestooten, terwijl de heer Malou den presidentszetel aan zijn
collega Beernaert had afgestaan. Hij wilde weten of deze wijziging
alleen een quaestie van personen was, dan wel eene wijziging
van beginselen medebracht.
Hierop heeft hij eigenlijk, in de drie dagen die het debat reeds ge
duurd heeft, nog geen antwoord ontvangen. De minister Malou deelde
hem mede, dat de verandering een persoonlijke wensen des konings
was; de minister Beernaert weidde uit over de gematigde toepassing
der schoolwet; de afgetreden minister Jacobs gat zonderlinge be
schouwingen over de verantwoordelijkheid der ministers ten beste,
waarbij de constitutioneele onschendbaarheid des konings zoo goed
als geloochend, en het tegenwoordig kabinet door zijn gewezen
lid in een zonderling daglicht gesteld werd.
De prins de Garaman-Chimay, minister van buitenlandsche zaken,
is te Philippeville tot kamerlid herkozen, met eene meerderheid
van slechts 17 stemmen, Door eene vergissing was eerst in alle
richtingen geseind, dat zijn tegenstander, de liberaal Mineur, ge
kozen was, tengevolge waarvan in eenige liberale bladen, als de
Antwerpsche Précurseur,. artikelen vol zegekreten verschenen, die
nu bedrogen uitkomen.
In Engeland is een compromis tusschen het Hooger en Lager
huis tot stand gekomen, dat veel gelijkt op eene nederlaag voor
de regeering.
Na de door den heer Gladstone in het Lagerhuis en door
Lord Granville in het Hoogerhuis gedane officieele mededeeling
omtrent de voorwaarden onder welke de regeering den
hoofdinhoud der redistribution-bill aan de oppositie zon mededeelen,
wendde zich Lord Salisbury, door middel van den heer Balfour,
tot de regeering, om te vernemen, wat de heer Gladstone bedoel
de met de »zekerheid", dia hij wenschte te hebben voor het
aannemen der Franchise Bitt door het Hoogerhuis. H et antwoord
luidde: s dat de regeering niet zou aandringen op eene volstrekte en
uitdrukkelijke verbintenis van de zijde van het Hoogerhuis om de
BUI aan te nemen, als noodzakelijke voorwaarden voor iedere
conferentie over, of overeenkomst betreffende de
RedistributionBill, maar dat de bereidwil igheid der leiders van de Conserva
tieve partij, om tot zulk een overleg met de regeering over te
gaan, zou worden beschouwd als een voldoende waarborg van
hunne oprechte bedoeling, om hunne goedkeuring te hechten aan
zulk een maatregel, mits deze berustte op eene voor beide par
tijen aannemelijken grondslag." De regeering liet dus den eisch vallen
dat de Tories eene stellige belofte zouden afleggen. Nog duidelijker
wordt de concessie door de volgende mededeeling van den Times:
»De voorwaarden, door de regeering aangeboden en thans defini
tief door de oppositie aangenomen zijnde volgende. Het ontwerp
eener wet tot herziening van de indeeling der kiesdistricten zal
privatim aan de leiders der conservatieven worden medegedeeld,
om hen in de gelegenheid te stellen, de veranderingen aan te
wijzen welke zij noodzakelijk achten, en zich daardoor (?) te
overtuigen van de eerlijkheid en de billijkheid van den maat
regel. Het is reeds lang de overtuiging der regeering geweest,
dat nauwelijks een enkele eisch zou kunnen worden gesteld, welks
inwilliging voor haar zwarigheid zou kunnen opleveren.
De conservatieven verheugen zich zeer over deze wending, die
na den met zooveel ijver gepredikten kruistocht tegen het Hooger
huis zeker zeer onverwacht mag worden genoemd. De liberale
pers doet haar best om de nederlaag te verbergen, door luide
te juichen over het herstel der eensgezindheid.
*
i» " «
Donderdag is de zitting van den Duitschen Rijksdag op plechtige
wijze geopend door keizer Wilhelm. Als gewoonlijk ging deze
plechtigheid vergezeld van eene troonrede. Daarin wees de keizer
met eenige voldoening er op, dat de wenschen door hem in zijne
boodschap van 17 November 1881 neergelegd, meer en meer
hunne verwezenlijking nabijkcmen, en dat er werkelijk uitzicht
bestaat op het tot stand komen der aangevangen hervorming. Het
eerste, wat thans aan de orde moet komen, is de uitbreiding van
het Unfallgesetz en van de inrichting der postspaarbanken. Daar
vóór komt natuurlijk de rijksbegrooting in behandeling, die zal
aantoonen, dat nieuwe middelen van ontvangst, tengevolge van de
grootere uitgaven, moeten worden opgespoord. Do poging met
de suikerbelasting wordt echter zeer bemoeilijkt door den minder
gunstigen toestand van die industrie en den beklagenswaardigen
toestand van den landbouw. Verder zal een poging gedaan wor
den tot het brengen van eenheid op het gebied van handel en
tarieven met de vrije Hansestad Bremen.
In verband met de quaestie der subsidies voor de
stoomvaartHjnen sprak de keizer ook met een enkel woord over het streven
naar koloniën, de voordeelen voor de inlandsche industrie daarvan
in het licht stellend, al zullen wellicht de nu reeds gekoesterde
verwachtingen niet in alle opzichten vervuld worden.
Ten slotte herinnerde de keizer aan de Gongo-conferentie, die
in overeenstemming met de Fransche regeering is tot stand ge
komen, en waarbij de staten, door de aanneming der gezonden
uitnoodigingen,.?bewezen, hebben in Duitschland .vertrouwen te