De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1884 7 december pagina 12

7 december 1884 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Na. 889 si. « Alles was zoo ijskoud in mij geworden, dat elke behoefte aan toewijding stierf. Gij, Gusta, hebt in u alles, wat eens het mijne was, gij zult mij verstaan en vergeven." Veel werd er toen tusschen die twee gesproken, het volste ver» trouwen heerschle ia beider hart, het leven zag beiden minder troosteloos aan. Het was zóó sul in 't vertrek waarin Marie en Randall tesamen waren, dat zelfs een ademhaling gehoord kon worden. Randall las in een krant maar zijn gedachten waren niet bij de letters, Overdreven zorg had hem nog altijd weerhouden om te spreken en valsche schaamte had gepleit voor dat zwijgen 't welk hem toch meer en meer overdragelijk werd. Wat Marie betreft, zij maakte zichzelve dagelijks wijs dat het onmogelijk was den argwaan te uilen dien zij niet kon verbannen, en dan weer nam het vertrouwen de overhand en deed zij zich de bitterste verwijlen. En thans, terwijl weer die tegenstrijdige gewaarwordingen in haar opkomen, valt als een lichtstraal een andere gedachte in haar hart: zou hij, zoo vraagt zij zich af, zou hij dan schuldig zijn geweest, wanneer hij, de liefde zijner vrouw missend, zich meer en meer had aangetrokken gevoeld tot haar die alles voor hen beiden wilde wezen'? En haar eerlijk en onbekrompen hart kan geen schuld vinden in 't geen zoo natuurlijk zou zijn en nu voelt zij dat spreken plicht is en geen seconde langer mag worden uitgesteld; zij wil, zij moet weten. s Herman!" Hij zag op en voor hem stond zijne vrouw, schooiier dan ooit, met tranen en gloed in de oogen, bleek als een veroordeelde die het vonnis wacht. Gedurende een oogenblik zagen zij elkaar spra keloos aan. Toen klonk het hem smeekend, hartstochtelijk tegen : «Herman, ik moet weten: zeg het vrij uit! ge hebt gedurende dien vrceselijken lijd meer huur liefgehad dan mij....'' Wat kostle het haar vél, die woorden te uiten, haar, die van liefde alles begeerde of niets. Maar verder spreken werd haar onmogelijk gemaakt, fn zijn hartstochtelijke omhelzing fluisterde Randall haar de volle waarheid toe en zij wist het nu wel, dat sedert het oogcnbük waarin hij zijn eigene Marie hnd terug gevonden, geen ander beeld hem voor de ziel had gezweefd. Ran dall vertelde hn;;r wat Tervvolde had meegedeeld en Marie gal elk woord door Gusta tot haar gesproken, getrouw weer en beiden gevoelden hoe alleen de grootste liefde, haar die als een schuwe vogel gevlucht was, die schokkende, zegenbrengende woorden, Itad doen uilen. En si de haat die de vluchtelinge was gevolgd, verdween voor de innigste dankbaarheid, eerst gevoeld, nu de mond niet meer gesloten bleet' van hem dien zij, dit wist zij i.u sedert vele weken vol strijd, boven alles lieihad meer nog <!un hare kinderen, uier verlies haar geest en hart hadden gedood. Ku \v;is liet luüii1 ais moest ze, geknield, Gusta danken voor do weldaad, do redding die haar alles had teruggegeven; want harl 7.\] nu niet alles terug? Gezondheid, geestkracht, liefde! En geen kleingeestige :m«st dat ook Handall Gusta's offer bewonderen zou, wcei hield haar die gedachten vol dankbaarheid tegenover hem (c uiten. Randalt ccliler zag bij al zijn geluk de schaduw niet voorbij, Hij verweet zich te zeer zijn egoïsme dat niet had nagedacht over de grcnzclooze toewijding- van haar die hem zoo dikwijls hed getroost eii bemoedigd, die hij als de eenige lichtstraal in lijn donker huis, te lang behouden bad; hij verweet zich elk vertrouwelijk woord dat ooit tusschen hem en Gusta was gespro ken; Marie's vergoelijkende beschouwing verzachtte dit zelfverwijt .niet en zco dikwijls bij zijn vriend Tervvolde ontmoette, wiens geheim bij kende, voelde hij zich als e oorzaak dat twee die wellicht tcsamcn het geluk gevonden zouden hebben, nu eenzaam waren. Eerder nog, dan zij 't vermoed, gevreesd had, was het oogenblik gekomen, waarin Augusfa's taak tegenover bare moeder was volbracht, Geen ziekte was dit korte lijden te noemen geweest; de afgcsloofde krachielooze gestalte had geen weerstand te bieden toen de hand die niet loslaat als hij eenmaal beeft aangegrepen, dit brooze leven schudde. Wel had zij, die zoo hard naar rust verlangde, nu gewenscht te kunnen blijven en te leven voor haar te elfder ure gevonden kind, maar het lichaam was als 't geknakte riet en verzette zich niet toen het oogenblik der scheiding daar was. Voor Augusta scheen nu de wereld leeg en zij, diégeen. ander talent had dan dat der grootste, krachtigste liefde, zag de eenzaamheid als een dorre woestijn voor zich. Voor haar vader kon zij niets zijn, want haar oudste zuster, de eenige uit het groote gezin die niet in de wijde wereld eene betrekking vervulde, zorgde voor zijn stoffelijke behoeften met al den ijver van iemand die eveneens slechts stoffelijke zorgen kent, en zoo voelde Augusta zich overbodig en bleef haar niets anders te doen dan ook de wijde wereld in te gaan en hier of daar een werkkring te vinden, en weer moedig te worden, niettegenstaande al de nu zoo diep gevoelde moedeloosheid. Zoo was zij gereed om weldra heen'te gaan waar 't lot haai' brengen /.on, toen op zekeren dag Terwolde voor haar stond, en haar sprak van een toekomst binnen beperkten kring en van zijn lang verzwegen liefde. Zij hoorde hem aan en dacht aan hare moeder. Neeu! geen snel besluit! Neen! Geen liefde aannemen om de leege plek in schijn slechts, aan te vullen. Met voile op rechtheid antwoordde zij hem die haar geheim kende en hij, hoc ook teleurgesteld, kon haar slechts te inniger liefhebben toen zij een lang, lang uitstel vorderde. Zij wilde den eenzamen weg bewandelen en onder vreemden eigen hart te beter leeren ver staan. Tervvolde begreep hoe hij door overreding zou verliezen, en scheidde na een belofte te hebben gegeven, maar niet ont vangen. Toen, nadat zij veel gedacht had "over alles wat hij straks tot haar sprak, herlas Augusta een brief, kort geleden door Marie geschreven en waarin haar met fijnen takt en diepgevoelde dank baarheid de zekerheid werd gegeven omtrent Randall's geluk. Hoe had die brief haar levensmoed verhoogd en haar tegel.sk zich eenzamer doen voelen dan ooit! Hoe dankbaar was zij voor de uitwerking van het krachtige, vrijwillige offer, en toch, hoe zwak was haar hart bij hst terugdenken aan die oogenblikken waarin zij gevoeld had zijn eenigen troost te zijn. En gedurig moest zij 't zichzelve bekennen hoe onmogelijk 't haar zou wezen om ooit aan hare eerste toewijding ontrouw te worden, wanneer zijn leed nog bestond, wanneer zij, al ware 't slechts van verre en in gedachten allén, met hem lijden kon Maar nu'.' Zijn geluk behoefde geen troost, geen trouw; de wereld lag voor haar en hoe weinig zomers waren nog aan haar jeugdig leven voorbijgegaan! En de teere ranken van haar zoo vrou welijk hart, zagen in de eenzaamheid geen steunpunt; ? zagen in vreemde menschen, in ongewenschten werkkring waar voor zij 't nuttig stofje van 't groot geheel zou kunnen zijn, geen rustpunt voor dit warm kloppend hart dat zoo krachtig kon wezen en zoo zwak. En weer dacht zij aan hare moeder, wier gekrenkte fierheid een noodlottig besluit deed nemen, en hoe een beslissing, uit zwakheid, uit een gevoel van grooie verlatenheid genomen, dezelfde tragische uitwerking zou moeten wachten. Neen, liever de zoo leegschijnende wereld in, liever zich eenzaam weten, dan een genegenheid geven die nog niet rijp was, die niet beant woorden kon al wat de lielde eischen mag J Gedurende twee jaren die hem zoo eindeloos long toeschenen, wachtle Terwolde op hel woord dat zijn lot beslissen zou. En toen dat woord tot hem gefluisterd was, ging bij tot zijne vrien den Randall en deelde hen mee dat hij zich elders ging vestigen, maar niet allén zijn nieuwe standplaats zou betreden. Toen Li; den naam zijner bruid noemde, verdween van UandaU's gcloat, do scïinduw die daar was gebleven en dubbel heldere zonneschijn :-lraalde hem tegen uit de oogen van een gelukkige vrouw <ïio mct ean sullen, diepen weemoed in het hart, zooveel behouden had in de eenige, ware lielde die geelt en neemt en trouw is. TIJDELIJKE WERKVERSCHAFFING. Gelijk do bladen vcrmsldden, hebben thans een honderdtal AmsterdamEüiio burgers uit do hoogere standen zich vt-reenigd om, niet den bu;-..;-jrneester n ia het hoofd, middelen te beramen tot leniging van deu tijilel.'jU a no.nl ouder de werklieden. Die commisiie vergeet niet, dat de tijdsomstandigheden ook voov andere standen ongunstig zijn. .?Zware verliezen zijn geleden, menige la-uu van inkomen vloeit minder mild dan gewoonlijk. Bezuiniging ia v oivelen oen dure plicht geworden; maar i.iot minder dringend is de plu:';:t der menschüevendheid om brood te geven aan den eer/amen arbeider, die niets liever verlangt dan te werken voor zich en zijn gezin, d-:<;,i builen staat is dit te doen, nu men zijn diensten in mindere mate (L.;i gewoonlijk noodig heelt." J>e commissie vil in den kortst mogelijken tijd een flinko som gcMj bijeen brengen en in handen stellen van een combo van deskundigen, do ouder haar toezicht dut geld doelmatig zal aanwenden. Hoofdzakelijk '/-.-l getracht worden naar werkverschaffing in het belang der burgerij, ?o:ider in mededinging te treden met bestaande ondernemingen, noch in groote uitgaven te vervallen voor grondstoffen en dergelijke. Er zal ge zorgd worden, dat de milddadigheid der Amsterdammers geen arme be volking van elders aantrekt; alleen aan werkelijke inwoners zal wei-ie worden verschaft. Een gii't van tienduizend gulden is reeds dadelijk te:: beschikking gesteld. Zulk optreden wekt vertrouwen. DO commissie verdient m. i. alle onder steuning, n:et alleen om haar bedoeling, maar ook om de bewoo! dinge; , waarin zij haar voornemen openbaar maakt. -Andermaal" zal de meer gegoede of minder beproefde voor de hi1.!;) iio::venden in de bres springen. Welk een sprekende logonstraflitirj v;: n Ie bewering der henthoofdigo yolksuienners, die geen verbetering ma: r verbittering aanbreug-en, door do mindere standen togen de bozifteïicïe klassen op te zetten! Hoe verstomt hun bedriegelijk marktgeschreeuw cl'1'!'!het rustig optreden dier zorgvuldig samengetelde commissie! Hoe waar dig wordt ite toeleg verijdeld om in troc.oel water te kunnen visschen, door don minderen man tot roof en diefstal te broügen l Voorwaar, da aloude Hollandeche kalmte doet de wuelziekte van een handvol luchthar tige drijvers volkomen to niet. Bedeeling in den gewonen zin van het woord, tenzij in zeer bijzondere gevallen, zal niet plaats hebben. Dat beginsel gai ook bij vorige stelsel matige werkverschaffingen den toon, en strookt ongetwijfeld met den wensch van den degeliji;en ambachtsman. De zeer doelmatige wenk wordt aan belangstellenden gegeven om werkzaamheden, die men voornemens is, eerst later te doen verrichten, zoo mogelijk dadelijk in uitvoering te geven; op die wijze zou men, zonder een oil'er te brengen, de goede zaak ten zeerste steunen. In den aanhef der oproeping zegt de commissie, dat haar zeer betrouw bare inlichtingen zijn verstrekt, waaruit haar is gebleken, dat de berichi en, die omtrent den toestand der arbeidersklasse door de dagbladen zijn ver breid, veel waarheid bevatten. Die verklaring was niet overbodig; oogen« schijnlijk hebben de tappers nog geen klagen, maar feitelijk zijn er dtzer dagen minder kroegloouers cbn gewoonlijk, al m^rkt e.-:n ieder dat zoo niet. Ook door andere verschijnselen kou de oningewijde zich laten leiden tot de meeuing, dat de zaak overdreven werd voorgesteld. Na het ingesteld onderzoek paet het ona, aan te nemen, dat de toestand eter honderden die men ziet, geca maatstaf is voor dien der duizenden, dio men niet ziot.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl