Historisch Archief 1877-1940
der kunstliefhebbers kannen verheugen, althans inderdaad meer echte,
meer ware kunst geyen.
Be 'B-GravenhaagBche kunrt-aardewerk-fabriek '4s door een aanmerkelijke
verzameling tegels en tegeltjes en een paar bekers en pullen in ruime
mate vertegenwoordigd (nos. 94?145). De hier gegeven copjjen naar
schilder- en graveerwerk zgn ten minste, op een enkele uitzondering na,
in n kleor en behooren dus veel eigenaardiger tot de ceramiek dan de
poroelein-schilderingen der dames. Bij ceramiek-composities blijven de
lijnen de hoofdzaak, niet de kleuren, al zijn de lijnen natuurlijk zelf
gekleurd. M. a. w. de te ontvangen eerste indruk, die bij een schilder
stuk op paneel 6f doek zijn zal: ik zie partijen rood, blauw,groen,plek
ken geel, bruin, zwart, welke door zekere lijnen omzoomd zijn en aldus
de afbeelding van zekere dingen uitmaken, moet bij deze soort decora
tieve kunst wezen: ik zie lijnen, die al of niet een duidelijke voorstelling
van zaken of .personen geven, maar die mij eenvoudig alleen behagen,
om de zuiverheid of fraaie grilligheid der figuren, welke zich vormen
door hun onderlinge combinatie.
Met deze betuiging meen ik meteen den vinger te leggen op het onei
genaardige van de porcelein-scliilderkunst der dames. De decoratieve cera
miek is een kunst van lijnen, van omtrekken, de schilderkunst op paneel
en doek hoofdzakelijk de kunst der kleur. lomand die, gelijk de inzender
der twee laatste nummers van deze expositie, nu ook beproeft eens met
olieverf op porcelein te schilderen, verkrijgt op de harde gladde stof
een uitkomst zonder kunstwaarde. Het gewillige hout en doek is daar
voor uitstekend en tot heden toe alleen daarvoor uitstekend gebleken.
Met muurschilderingen op kalk verandert de zaak weer eenigszins, doch
dit onderwerp zou ons te ver voeren.
?De 'a-Gravenhaagsche kunst-aardewerk-fabriek levert natuurlijk puur
industrieel werk en wil ook slechts als zoodanig beschouwd worden. De
tegels in lijsten zijn wel aardig om aan den wand te hangen, hoewel
zoodoende de tegel eigenlijk zijne bestemming verliest en slechts als
curiositeit behandeld wordt. Dit met zeldzame kostbare oude tegels to
doen schijnt meer verdedigbaar dan er expresselijk vervaardigde nieuwe
voor te gebruiken. Maar de mode van den dag is er nu eenmaal zeer
voor. Het onderscheid in de verdeeling gemaakt tusschen tegels, waarop
bepaalde voorstellingen van menschen en zaken voorkomen n ornament
tegels" is geenzins een wesenlfflt onderscheid. Want, en deze bedenking
verbindt zich aan mijn beweren van zoo-even nopens de lijnen en kleuren,
want het streven der decoratieve-ceramiek begrenst zich geheel binnen
de ornamentiek en wordt gerekend slechts voorstellingen aan het
menschelijk leven te ontleenen om zoodoende harmonische Hjnen-verbindingen
tot stand te brengen.
De heer A. do Mol te Brussel (nos. 152?156) zond eenige, door de
fijnheid der klouren en het geacheveerde, voortreffelijke faïence-schotels t
vrouwenbustes en natuurtafereeleu naar Earel Dujardin, Berghem en
Boucher. Onze algemeene aanmerking geldt hem ook een weinig. Zulke kunst
schijnt ook meer in de vorige eeuw dan in de onze thuis te behooren.
Men denkt bij al dat roze en licht-blauw, wellicht ten onrechte, aan een
suikerbakker. Een conüseur, die zoo iets maakte, zoude in zijn vak een
man van genie kunnen genoemd worden.
Wat de Delftsche plateelbakkerij Joost Thooft & Labouchere (nos. 163
176) aangaat, zie men hetgeen ik van de Haagsche fabriek zeide.
Van de heeren San Sebastiano en Moreno te Genua (nos. 178?19T)
zien wij goed geslaagde faïence-schotels. Dit oude genre van ceramiek,
met het veel beproefde brouwsel barhotine vervaardigd, en van 1800 tot
1840 op velerlei wijze beoefend, munt meer uit door volle, dik schijnende
kleuren, dan door fijnheid en teederheid van behandeling. De huishou
delijke voorwerpen in majolica, het gebarsten soort, dat op perkament
gelijkt, zien er nog vrij wat fraaier uit.
Do zending der heeren Tognacca en Cossa (nos. 223?240) werd reeds
herdacht. Hiermede ben ik aan het eind mijner taak gekomen. Ik heb
nog al wat overgeslagen, hetgeen van minder belang voor de kunst
scheen, maar galoot zeker het voornaamste te hebben vermeld.
Het zij mij vergund ten slotte den wensch te uiten, dat de directie van het
Panorama-gebouw deze tentoonstelling van nieuwe kunstnijverheid, spoedig
door anderen van oud porcelein en hetgeen er aan verwantUs niet alleen,
maar ook van oude kant. en tapijtweef kunst, goudameêkunst en
dergelijken late volgen. F. Hovius.
UIT PARIJS.
II.
Muziek heeft den naam, dat zij de gemoederen week maakt en de
zeden veredelt, maar ik zou bijna aan haar goede reputatie gaan twijfe
len, zucht Véron, als iko denk aan die menigte geweldadighedeu onzer
dagen en het feit dat de muziek-makerij nog nooit zoo algemeen en over
dreven geweest is als tegenwoordig.
Zonder nog van de tallooze schouwburgen te spreken, waar natuurlijk
aan den dienst van Kruis en mol geofferd wordt. Bij en voor alles
moeten concerten zijn. Des Zondags worden de liefhebbers in staat ge
steld op niet minder dan vijf plaatsen classieke muziek te hooren. Alle
avonden weeraan doedelt men er lustig op los in een twintigtal caf
-chantants. In het Grand-Hötél dineert men met accompagnement van deun»
tjes en loopjes.
En waarachtig, daar komen de mode- en galanteriewinkels er nog bij
nu is het spel kompleet.
Dezer dagen moest ik even in de Louvre wezen daar wordt mijn
oor getroffen door een al te bekend geluid, dat is een piano! Er valt
«iet aan te twijfelen!
lEn 't was werkelijk een piano, die door een onverstoorbaar virtuoos
werd bespeeld die op deze manier iederen dag een uur of tien bezig is. Die
liefhebber schijnt er volstrekt geen last van te hebben, hg is natuurlijk
in de wol geverfd maar.... die arme bedienden in zijn brmrt, die
mentrklagen, zg_krjggen«;t.de ,een r- de-wmdrr,: ^-wnr'7
Denkt eens aan, de stampers zijn daar dus den ganschea dag, n kun
nen zich niet verwijderen en dan altijd weer dezelfde , afgezaagd»
polka's, die wanhopige rêveries, dezelfde vervelende walsen eüdeaeÜcle
dolle caprices te moeten aanhooren.
Men verzekert dan ook. dat eenigen onder hen reeds ondubbelziniuf»
bewijzen van aan delirium tremens te lijden, beginnen te geven.
En waar moet dat eindigen ? Behalve die piano, heeft men in een aadar
gedeelte van het magazijn een heusch orkest opgericht. En dat strjjkt
en dat blaast met een ijver een betere zaak waardig.
Ik zie nog aankomen, dat men aan het instrumentale binnenkort ook
het vocale toevoegt en dan is de boel volmaakt.
Arme getrouwde mannen, ik vrees, dat gij in deze zaak het meest to
beklagen zult zijn.
Zeker hebt gij nu reeds menigmaal de klacht geuit, dat mevrouw uwe
echtgenoote wel wat heel lang uitbleef somtijds, als zij was gaan winkelen.
En als zij dan eindelijk tehuis kwam, regende het verontschuldigingen,
die meestal weinig afdoende waren: de winkels waren meer dan vel!
het duurde zoo lang eer men haar had geholpen ! juist toen zij weg wou
gaan, begon het te gieten en zij had natuurlijk gewacht, totdat de bui
voorbij was."
Nu, met al die muziek, tot in de groote winkels en magazijnen toe,
zal dat er niet beter op worden. Aanleiding te over voor de dames, om
lang uit te blijven en daarvoor zeer gegronde excuses te vinden.
B.v. Beste man, ik had waarlijk wel een uur vroeger thuis kunnen
komen.
Waarom heb je dat dan niet gedaan?. J
Dat zal ik je zeggen. Op het oogenblik, dat ik weg zou gaan, begon
het orkest der hall een symphonie van Beethoven te spelen. Je weet, flc
aanbid Beethoven .... Bovendien, niemand anders dan jij, hebt mij hem
keren liefhebben .... Nu, begrijp je wel, dat ik toen niet kon heengaan,
en zoo ben ik gebleven om naar onzen gelief koosden meester te luisteren.
Dat 'a alles goed en wel. Maar een symphonie duurt toch geen uur ?
Je laat me ook niet uitspreken . . . Toen de symphonie uit was, ging
ik naar de deur, maar daar begonnen ze een stuk van Mozart. Nog een
maestro, dien gij mij hebt leeren op prijs stellen ... Ik dacht, dat gij
't mij niet kwalijk zoudt nemen, als ik om hem te hooren nog wat bleef.
En zóó komt het, dat ik wat laat ben. Je wilt 't mij wel vergeven,
niet waar?
En de man zal wel genoodzaakt zijn dit te doen in naam van d«
hooge kunst.
De tegenwoordige concerten zijn overigens nog maar een begin. Als
men eenmaal dien weg heeft ingeslagen zie ik geen enkele reden, waarom
de magazijnen der mode het systeem niet in al zijn omvang zullen toepassen.
De tijd is misschien niet verre meer, dat een dier magazijnhouders mat
het doel om zijn collega's den loef af te steken (concurrentie is immers de
ziel van den handel) een spiksplinternieuw systeem zal invoeren, namelijk
de muzikale verhoop.
Deze ingenieuse heer zal geen andere winkelbedienden willen hebben
dan tenoren, barytons en bassen, die toevallig buiten betrekking zijn.
In de vrouwen-afdeelingen alleen sopranen, alten en dngazon's tijdelijk
zonder emplooi. En daaraan is tegenwoordig geen gebrek, nu de schouw
burgen in de provincies het lyrisme aan kant hebben gezet.
Zoo zal er een nieuw tijdperk beginnen voor den verkoop van mohair
en katoenfluweel. De veelzijdig ontwikkelde geëmployeerden zullen bet
artikel op muziek zetten om het aan den man te brengen. '
Voor een courant artikel is een eenvoudig recitatiet voldoende:
Madame, profitez de cette occasion,
Incroyalls ralais,*.. Tates-moi cette ttoffa
Nous la diminuons tn liquidation
De cittquante pour cent . . . ,
Maar bij meer belangrijke zaken, zooals kostbare mantels en zijden
japonnon zal de bediende-artist minstens een cavatine of een fuga bij
dehand moeten hebben. Speciale poëten zullen belast worden met het maken'
van een voor dit doel gepasten tekst op de meest bekende wijzen uit de
beroemdste opera's. Bij voorbeeld:
Air uit de Favorite:
Pottr tant d'efforts ne soyes pas ingrate
Plaire aux clicnts est nutr» seul lionheur,
D'y rluair notre maison se flatte,
Ne nous chastes jamais de votre coeur,
Of tfel;
Air Uit de Dragons de Vülars:
Ne passez f as, Madame, je vous prie,
Sans avoir mis eet article & la main,
~( Of dit:
'. Air uit Eolert Ie Diablei
Ctt article est de coitfiance,
Le bon teint en est garanti
En ik zou wel eens willen zien, of gij do verleiding zoüdt kunnen weer
staan, mevrouw, als daar iemand op zielroerende wijze a toeroept, zolfdra
hij u in 't oog krijgt:
Air uit GuiUaume Teil:
Süives mot, suives
Om nog niet eens te spreken van het machtig effect, dat het op den
kooper moet uitoefenen, als hij daar door een jonge dame in la bé-mol
wordt uitgenoodigd iets van haar te nemen.
Ik geloof waarlijk, zoo eindigt Yéron deze geestige en ondeugende
boutade, dat er van dit denkbeeld wel wat te makon zou eijn. O, wees
maar gerust, zij eulien er wel wat van maken, die heeren magazijnhouders!
ik ken ze door en door!
Zooals bekend is heeft een zekere mevrouw *Astiéde Yalsayre aan
professor Pasteur het aanbod gedaan om zich door hem met het gif der
hondsdolheid te laten inenten, ten einde daarvan de proef te nemen. Zg
heeft zich geheel en al -daarvoor ta zijner beschikking gesteld, maar ,