De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 25 januari pagina 9

25 januari 1885 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

tfo. 96 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND, ?\ heerscbzncht en naijver de redding van Chrysis* eer in de hand. Op 't oogenblik nu, dat Nero Chrysis wedei vindt en moent haar te kunnen meester worden, verschijnen de genoegde personen om het hem te be letten, terwijl bovendien de brand van Rome, waartoo Lij bevel heeft gegeven, de stoornis nog vergroot. Chrysis zoekt zich door middel van Vindex te redden, doch Ne. o in de brandende straten ontmoetende, ver klaart zij luide Christin te zijn en wordt, midden tu."schen de blakende huizen, die gezegd worden door de Christenen te zijn aangestoken, door 't volk vermoord. Nero laat daarop zoowel Poppaea als zijne moeder Agrippina, om verschillende redenen ombrengen. Zelf verlaten en buiten Rome voorbij het graf van Augustus dwalende, verschijnen hem zijne slachtoffers. Zijn vriend Saccus, de dichter, die hem getrouw blijft, vindt hem in onmacht lisgen; en als nu Vindex, ten vooideele van Galba, eene samenzwering he;;l't beraamd, die zijn leven bedreigt, doet Nero zich door Saccns het zwaard in den boezem stooten, terwijl een galiischo zegezang en een Hosanna-koor dor Christenen het aanbreken van geluk kiger tjjden aankondigt. M.I-O ziet, het ontbreekt hier niet aan middelen om indruk te maken. Noch'ans z$n de gebeurfeni sen te afgebroken, te gei'suleerd, om door de muziek tot een groolseh kunstgeheel te worden verwerkt. De compositie beeft ondertusschen verschillende groote en goedo hoe danigheden. Wel zijn de melodieën der lyrische gedeelten niet van de grootste oorspronkelijkheid, maar kryj;en toch door de orkestratie meer belangrijkheid dan dit bij de meeste nieuwere opera's het geval is. Het orkest ?volgt eenen eigenen, maar zeer belangrijken weg, nevens den Zang; zijne rol bevat groote moeilijkheden, maar is altoos edel en doel matig. De waarde daarvan schijnt grooter dan die der gezongen pa: tijen zelven. Het ontbreekt in den spottenden huweKjkszang van Vindex, in Nero's lied bij den brand enz. niet ann laven en vuur, doch een B j.rek en den stempel dragen deze stukken niet op 't voorhoofd. Het schoonst en meest dramatisch geschreven toonstuk is het begin van bet derde bedrijf, eene solo van Chrysis, en daarna een trio van Nero met de beide vrou wen, waaraan eene treff lyke liefdesverklaring van Vindex en Chrysis is voorafgegaan. De uitvoering was verdienste^jk. Vooral Nero, de tenoor muntte uit; hij begreep volkomen de eenigszins ondankbare rol. Viudex (de heer Couturier) vibreerde zoo ontzeitend, dat die slechte gewoonte en jacht op effect, hem het effect geheel deden missen. Der BettC'lstudent. Oberon. Verleden week de première van Nero te Antwerpen, doze week die van Bettclstudent en Oberon te Brussel. Vele lezers zullen zi ker van eerstgenoemde opera reeds lang hebben gehoord. In het jaar 1882 weid zij te Berlijn meer dan hondeid maal opgevoerd en verleden jaar, gedurende de najaarsmaanden, herhaaldelijk in Munchen gfgeven. De duitsche tekst is van den dichler en operetten-compoiiist Gênée welke dien naar een voorbeeld van Scribe bewerkte. In het fransch werd de opera tot nu toe niet gegeven. De heei en E. Ilentiequin en A. Valabrègue schreven eenen nieuwen tekst en onderwierpen dien aan het oordeel van den heer Maurits Kufferath, welke dien, door vergelijking met het duitich voor de muziek bewerkte. De compositie is van Karel Milloecker, kapelmeester aan den schouwburg dor voorstad Wien, te Weenen. den componist van een twintigtal oi-eretten en Po'ssen, Sedert de eerste vertooning is een zoo groot aantal arrange menten der brokstukken?van . Alberti.L. Gobbaerls, Marks, Streabbog, Herman en van Milloecker zelven de wereld ingetreden, dat, wij bijna met kunnen veronderstellen hier voor geheel onkundigen te schrijven. De dichters betitelden hun werk ISElüdi'int pauvre, opéra comiqiieen 3 actes et 4 tableaus;. Het onderwerp komt op 't volgende neder. Men verplaatst ons naar Krakau in het jaar 1701, h; t laatst der regeering van den huichelachtigen en wellustigen FreJerik August van Saksen?Polen die door Karel XII, koning van Zweden, werd onttroond, en Opgevolgd is door Stanislas Leszinsky. Er wordt verondersteld dat de Saksers nog meester zijn in de stad, maar de Puien ondertus»chen voor Stanislas Leszii.sky partij zoeken te werven. Onder dezen bevindt zich een zekeren hertog Adam Casimir, die in het kleed van eanen armen student onder den naam van Simon Burbinski, met zijnen vriend Jan Janicki door 't land trekt. Een Saksische Excellenz, met name Puffendorff, gouverneur van Krakau, een belachelijk, hoogmoedig personage, heeft eenen kaakslag ontvangen van eene schoone joukvrouw Laura, waaraan hij het hof wilde maken, en besluit zich daarover te wreken, door aan de moeder van het meisje een huwelijk van Laura voor te slaan met eenen rijken prins. De moeder en hare twee dochters (gravinnen Nowalska) luisteren naar dit aanbod, dewijl zij in de grootste armoede verkeeren, en om allen prys hunnen rang willen ophouden. Simon laat zich bepraten de rol van prins op zich te nemen, hij verlieft zich on middellijk in Lanra, geelt festonen van Puffendorff's ducaten, en het huweljjk wordt bepaald. Ala de trouwplechtigheid nu zal plaats hebben bekent Simon in 't ge heim aan zyne bruid, dat hij slechts een arme student is maar zij, vergeelt hem 't bedrog, en wil haren bruidegom getrouw blijven. Van huweiijkagift en middelen om eene huishouding op te zetten wordt ver der niet gesproken. Doch Puffendorff wordt toch verraden en wel door den cipier van het gevangenhuis, waar Simon en Jan wegens poolscbgezindheid een tijdlang verbleven. In hoizelide oogenblik heei't de goeverneur ondevtus?chen ont dekt dat Simon de poolscde hertog Adam Casimir" is, die deo opstand stookt tegen de sas-ische reaeerïng. Puffendorff veroordeelt hem een voudig ter dood. Maar tegelijk breekt de opstand uit tegen de Saksische recceering en de Polen, meester wordende in Krakau,, ovevwiut de liefde alle verdere moeilijkheden. Het stuk wemelt vun onwaarschijnlijkheden en fouten t"gen de geBchiedenis, maar beschouwen wij het van een Offeubach's si and, unt, dan moeten wjj aan de JBedelstudent zonder voorbehoud de palm reiken. Een aantal tafreelen zijn, zoowel naar tekst als muziek, met waarheid van kleur en geestige instrumentatie geschilderd. De wals en andere dansrhythmussen hebben de overhand; maar het ontbreekt hun niet aan filmen leven. De tooneelen van comischen en ernstige aard wisselen elkander op treffelijke wjj/,e af; de mise-en-scèrte is met zorg behandeld, behalve dat dikwijls alleen eenig lussen en tressen aan poolsche kost u m en en do staartpruik aan het jaar 1704 moeten doen denken. Het eerste bedrijf, in de gevangenis van Krakau, waar een aantal vrottwen hunne mannan komen zien en met eenisfe lekkernijen willen verrassen, den cipier Dordonnet streelende en vleiende om tot haar doel te komen, is een der best geschrevene gedeelten van het werk. De uivoering van Mad. Marie Julien als Laura (sopraan) Mad. Barnardi, ala Palma'ica, de moeder (alt), de heer enéBillier als Simgn (tenoor) enz., waren als zangeressen en zanger toereikend. Guffroy was een uiter-t coraische, opgeblazen Puffendorff; ook zijn kostuum als Saksisch gouverneur was goed gekozen. De koren waren zeer wel ingestudeerd. Eindelijk zij nog ongemerkt, dat zulk zedelijk stuk in den Alcazar steeds eene uitzondering is. Deze schouwburg heeft desniettemin in de laatste jaren slecUe zaken gemaakt. De toegangskaarten waren vaak onder da hand voor ern vierde der waarde verki jjgbaar, en nog had men eene ledige zaal. Het bestuur is nu veranderd, en schijnt eonen anderen weg te willen bewandelon. De troep is zoo samengesteld dat zij (b. v. op het tnoneel van Van Lier) de groote hoofdstad der Nederlanden niet onwaar dig zou zijn. Wat het genre opéra-comiqne betreft de wezrnlijke kunstwaarde daarvan is zeer bestrijdbaar. De afwisseling van gesprek en zang is in den regel storend voor den hannonischen indruk. Slechts enkele toe standen leenen zich tot zulke tweeslachtige behandeling; or behoort eene groote fijnheid van esthetisch gevoel voor, om door de overgangen van het spreken op het zingen en omgekeerd, den indruk niet te storen. Het is bek-nd dat de mengeling van zang en gesprek veel ouder ia dan onze geheel lyrische opera's; dat neemt evenwel niet weg, dat ereend groote schrede voorwaarts is gedaan van den tijd dat Adam de l» Halle, de Atrechtenaar zijn Jus du Pélérin of Rolin et Marion schreef, tot op onze zangspelen met gesprekken, die wij met den a'gemeenen naam Op ra comigue bestempelen; al heeten zij ook Etoils du Nord of L1 Eclair, of z"lfs Ob ron. Oberon! Ik heb het meesterwerk genoemd! Oberon is dewijl het met gesprekken is vervuld, gelijk de meeste opera's van Weber, Marschner, Spontini enz. eigenlijk in fangenen zin eene opcra-comiqrie. Maar zie! Oberon de vorst der Elfen," is bovendien nog eene coniiscüe opera in duitsc'ien zin, en daarop waa het brusselsche publiek bij de aankondiging van Weners meesterwerk, niet verwacht. Brussel 13 Jan. 1885. M. A. Slot volgt. LETTERKÜND E OVERZICHT DER FRAAIE LETTEREN IN NEDERLAND 1884., II. Tijdschriften. De Ghli nam hoe langer hoe mopr een kalm literarisch karakter aan. 1)9 redacteur Hooyor gaf een novelle, getiteld Een ici de votiel, van het bescheiden en recht Remo.-d-lijk talent dea schrijvers getuigende; de redac teur Honigh eeno iu verteltrant gestelde beschrijving zijner reis door Noorwegen, dezelfde reis, dia ook ree la in s jcieteit of vriendenkring tot liet houden van voordrachten lud geleid; de redacteur Boissevain deelt cla indrukken mede, oat vangen gedurende een velocipède-rit, op e^ne wijze, dio van ingen >menueid met de vaderlandscho natuur getuigt. Naar arnleiding van het feest van Kicolaas Beets weiden orer en aan den jubi laris bijdragen geplaatst van de redactie en van Bects ze'f, van mevr. Bosboom-Tous°aint en van den heer .»sebroek. Verder drukte de heer Wolters van Leiden hier eene novelle af -retiteld Eervol te> ugge.treden, do heer Carel van Nievelt twee in plechtstatig proza geschreven' Via rucis en Meinardun. Als poëtische medearbeiders traden toe: Helene Swarth, Fiore del'a Neve, Soera Kana, Loiii* Counerus. W. osier, Wallis, elk op de wijze, die wij reeds in ons Boeken"-overzicht met een enkel adjectief aanduidden. Het tijdschrift Nederland bleef zich uitsluitend op letterkundig terrein bewegen. Poëzie werd verschatt door den veteraan onzer letteren H. J. Schimmel. Hij gaf een stukje: De kostbare va<is; door Pol de Mont, raet zijne schilderachtige (niet echter in den zin van collectief schoon", dien Florentiju in zijn Apliorismen aan het woord «childerachtig" geeft) Herinnering aan 't groene Zeeland; door Fredeiiic van Ecden, met. een gedicht. De Wonderbloem genaamd, fraai door eenvoud en diep gevoel; o.oor Fiore, met Sneeuw. Van de novellen, behalve die van v. d. Laan, Haverkamp, Melati, Luctor, enz. werden zeer opgemerkt die van de hand der heereu Netscher, II. van den Berg en, Cooplandt, welke van een buitengewoon talent getuigen. Het tijdschrift Ncderl'in'l heeft aanspraak op erkentelijkheid van allen wien het voor 't vervoj? ernst ig met onze proza-kunst, omdat het de^e schrijvers aan het publiek heelt voorgesteld. Nauwkeurige en heldere opmerkingsgave, een lijn gevoel en gvoote be drevenheid in het omgaan met en liet se likken van woorden kenmerken deze kunststukjes vau Nederlan Jsche taal. Dat dc/o schrijvers in Neder land opgetreden zijn releveert hen en het tijdschrift te gelijker tijd. Het Nederlandsch Museum e>s.ïniet erg tnooie novellen van Ciaudius, J. F. van Cuyck, enz., reisbescluljsinijen van Ma:; lïooses, getiteld Uneven uit het Noorden, lezenswaardig, en van J. Hui' van Pui-en :^dit laatste eene lierinnering aan des schrijvers reis raar hel', letterkundipr^congres te de zoo even Benoem ie inheeinsche, oprecht, gesproken van den twinti?sten ring, wanneer men ze naa-it soede buiteulf.ndsche legt, gaven enkele niet slechte stukken van den heer Brunings, enz. De tijdschriften van 1S78, meenen wij, gestrengeliik bespre kende, uitte Busken Huet de klacht, dat Ne-iednad niet n tgd?clirift bezit, dar, -triQ als het in bijna alle overige landen het geval is, als een hechten, volledig-m en juisteu eschavings standaard kan worden beschouwd. Volraondisf ka;i dit z IfJe oordeel tnet berrekkinsr tot 1884 ook geveld worden. Het ware te wensc.hen, dat hierin veranderinsr kwanie. Het blijft eohter aeker, dat Nederland, literair, op 't oogenblik het hoogste Maat.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl