De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 15 maart pagina 8

15 maart 1885 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 403 De bestolen» is bezicr met getuisrenis af te leggen. De Voorzitter, Wees zoo goed, mijnheer, om do icitcu zoo duidelijk mogelijk aan de heeren leden der Jury mede to dealen. Het slachtoffer. Nu dan.... ik bezat twee honderd duizend francs aan bankbiljetten Die had ik in mijn brandkast gedaan. De Voorzitter, hem in de rede vallend: Hoe onvoorzichtig, mijnheer! A. B. LETTERKUNDE. GERBRAND ADRIAANSZ. BREDERODE. I. ZIJN LEVEN. Nu de dag begint ta naderen, waarop het Broderode-feest zal worden gevierd, zal het den lezers van het Weekblad misschien niet onaangenaam zijn, aan het een en ander aangaande hut leven en de werken van onzen grootsten blijspeldichter te worden herinnerd. Bijzonder nauwkeurig zijn wij ingelicht omtrent 's dicht era gouoortcen sterfdag. Onder zijn portret toch, dat een bundeltje met etui dertigtal Lijck-dichten" op zijn afsterven" versiert, lezen wij: Gerbrand Admensz. Brederode, Amsteldammer, is geboren in 't Jaer 1585, den 10 Mac; t, ghestorven den 23en Augusti, des Jaers 1G18, op d' uer sijns gheboortes, tnsschen 9 ende 10 uren, 's voormiddaghs." Hij bereikte dus den leeftijd van drie en dertig jaren. Dat Brederode niet van aanzienlijke familie was, is bekend. Adriaon, zjjn vader, was een eenvoudig schoenmaker, wiens huis naar eeu uit hangbord of gevelsteen, waarop Hendrik van Brederode was voorgesteld, Brederode werd genoemd. De dichter toekende zich dan ook nu en dun: Gerbrand Adiiaensz. In Bredero; maar gewoonlijk liet hij In weg. Reeds vroeg had hij de dichtkunst lief. Zijn vriend en uitgever C. L. ?an der Plasse bericht ons daaromtrent: Sijn lust heeft van jongs been aen, gestrookt naar de soete rijm-kunst, endc alsoo hem die onbewust was streelende, heeft hij de spitsvinnige Schilderkunst omhelst, die hem daer nae met kennisse tot de Poé'sye broeht". Brederode werd lid van de rederijkerskamer In Liefde Bloeiende en kwam vooral ook daardoor ia aanraking met de voornaamste Amsterdamsche dichters en begunstigers dor Poëzie. Hij werd bekend met P. Cz. Houft, aan wicn hij een brief richtte. die in zijn werken is afgedrukt; met Roemer Visscher en diens dochters; met Hugo de Groot, aan wien hij een stuk opdraagt, met den Zweedsclr.'.n gezant Jacob van Dijck, met Samuol Coster en Vouuel en zeker niet alle andere Amsterdammers, die in 't begin der zeventiende eeuw oir/.e letterkunde beoefenden. Zelf getuigt, Brederode, dat zijne lieiee voor ei e poëzie hem gelijkgezinde vrienden heoft doen zoeken om niet haar. in plaats van andere ongheoorlofthedcn, te onderhandelen, waar in ick wnarIgck soo ghsluckigh ben gheweost, dat ick tot, tcghenwoorJigh toe der bester gheselschappe hebbe ghenoten, so wel van kunstigh en &in-rijck lijmen, als van trefflijckheijdt van staat." De omgang met zoovele uitnemende mannen was voor Breilerodo onge twijfeld een bron van het grootste genot; do omgang met het i-ehooi.o geslacht daarentegen schijnt hem menigen levensdag te heibon verbitterd. Brederode heeft veel bemind; hij heeft geblaakt, zoowel voor eerbare maeghden" als voor deucht-rijcke jonghe weduwen". Tot de eorötea bahoorde Maria Tesselschade. Maar de Minnegod Lichte hem niet, toe: eene z\jner aangebedenen schonk hare hand aan ceu zceofiieior, ceno andere schijnt aan een bruynen Brabander" de voorkeur to hebben ge geven. De bedroefde Gerbrande", zooals hij zich zelvon noomt, vond geene wederliefde en heeft misschien nu on dan g;,tiacht zijn sm-irt ia vrooljjke gelagen te vergeten. Toch zou men zich vergissen, als men ia Brederode een losbol meende te zien. Wel heeft men meermalen verkofcüigd, dat hij zich op het laatst van zijn leven bekeerde en, vroom werd, na eerst bandeloos to hebben geleefd, maar ten onrechte. Niet alleen in zijne laatste levensjaren, maar reeds zoodra hij a's schrijver opirecdf, kan men bij hem een godsdienstigen trek opmerken, die trouwens al sprekender wordt. Den brief, dien Brodercdo ia 1C11 aan zijn vriend Carel Quina zond, zon men eerder voor het- epistel van een orthodox predikant dan voor dat van een aan-^lmnd blijspeldichter houden. Men oordeele over het slot: Eyndelick bidd' ick den Alwetende, Alniogendo Hartenkenner, dat hij u beschermc voor aile ongheluck, on dat hij u zegene met goede tytelicke en eeuwige goederen, en onendelickw snligheyt, Amen." Die godsdienstigheid vindt men in zijne brieven, opdrachten en gedichten telkens terug, zoodat er van eene eigenlijke bckcrt»y bij Brederode geen sprake kan zijn. Ondervonden teleurstelling en ziekte waarschijnlijk tering maakten hem nu en dan somber; de gedachte aan den dood wordt levendiger; de godsdienstige ontboezemingen treden, vooral in de Aendachtige Liedekens, meer op den voorgrond en eeu gewoon verschijnsel bij een gemoedsstemming als de zijne! hij begint zijn vroegere levenswijze to bejammeren. In 't luchtigh Bingen en springen Heb ick mij vaeck verblijd.... Mjjn kostelijcke tijd Heb ick tot quaed begeven; Dies 't beste van mijn leven De wraeek der stralie lijd. Wat mijn lief plach te schijnen, Is mijn nu doodlijck leyd, Mijn quelling eet met pynen Mijn rif en ingeweijdt; Mijn ziel haer nu bereyd Om d' aertsche vrolijckheyden Te schiften eu te scheyden Wt al niyn eiolijckheyt." Soms s liet oordooi ovrr rlat, vroogere ijdele leven nog veel strenger. T.Taar :ils Bredeiodo in een Lisilekcu verzeker.': Mi.in z.iei is t=oo hebloet, dat icker sMf of scburek'' (d. i. r,i); iils hij spreekt vau «ju mis daden en gvouw'leu onbepaelt", als hij 'neweevt Een lichaam trants vol qualen Mee ft, Vei.us on de kroi s <)i se'ls d;e leyde droes ilij diekwils. do-.n behaion" dan /-uilen wij goeddoen hom niet al te nauw aau ijn woord te nemoii. De vroomheid heeft haro eigene taal, hare eigene beeldspraak. On.'/e'Uviid'id hooft Th'oderodc in K ij n vroeliji'on tijd mot genoegen achter cou kan 'uier yez: ten c n >'. ax l dj vuur du b-;koui lijkheden der vrouwen Keer ontvankelijk: do-h, fdiï' hij eeu losbandig loven xou hebben geluid is daardoor nog volstrekt niet. bewezen. Wanneer wij zien, dat hij een paai' maanden vóór sijn deun! ^Iju vermakeiijkste blijspel, den Spaajischcn Brabander, in hot licht ir ooft een word Tot den Leser" is gedateerd van den (ien Jr.hi llüb «n de diehtor stierf den Si'sten Augustus van ho!"e!i'de j.aar !.o;_:'r:;r>i'ii w;i, ei:;; ?iJMe zwaai moeiujre zoli'be-'Cnuldiginc'on het. uitvlncisel nijn van dmcui o- figrt bliii-n en dat Brederode in don giund deiioUde vr.n vrooi-er fdiL-ven is. Vrou'nbeid on :.d*i. voor het komische j giniton bij hen) nu eens h:1 v,d aan ha'i'.i, 011 siicdei; dan weer met elkander j o;a den voovra.'.". In de opd;'.K'!:t van d.3u h-'oaanschon Brabander noemt | de dichter clou voor ons oiiivniefbiueii loizting vau Daniël Ilcinsius oj) | Jezus Chri'itr.s a Ij n hcoghsto I'oo.-io: daar (hij) (z)ijn) opperste ghenoegcn | m gheliadt (hooit) van (:-:Jijn ieveiil" Wij heblien r.'cou :odon i;m te 'viih".-len aan do woorden van Van der Plfisse: *I ij h c o ft c o n o e r i ij o k o N a a m ia den T o m pel der g h o h e u g h e 11 i s p; h e l a ten, die w ij ia e t g o u d e let teren i u o is s >'. L e r t o a ho o i1 cl e u t o schrijven, hom e e r c n d e a l s G r i e c k c n - i a n t h a c r ll 6 n ander, c n d e R o m on 1: a o r 'i C r ..? n 11 u .9 doet. B ij n l o i l'c l ij e k c 7, o d e n h a cl d en hèm h o t V a e n d r a g o r schap v a n o n s o J; t; r g e r y doen ver v; ??-/ven, d i h y a e h t b a c r p, l:t e v o e r t h e e i t, e n d e is l ? l b f> h c s i o r v e n."' (Slof l-tfr/f.) 'C i; NATURALISTEN; ui. L'ólöve endi'cvm, van ROEEVC CAZE. Hot eci'stüwü.'k, u-.it ik van 'lezen sclivijvor lul) gf-le/!e;i is do rooirs schotse!) g'.:!iic!J: Dans ITiitimilii" wi-iko in <löRevue Ipdepeudantt'' s'aat. lijo.is d;id;'liji; bij do ie-/.Ing vau Ni'. I i.oa bouches d'oreillcs" vuoiue i!-: u1.ij tut uez-a mvcur a:vB£rctroki:i;!.i. Uit uo^e schots spreken d-in ouic ::tiü(u!r;._;i!eaej;, du Ca,:y -".is OCH óc:iuiiii do r.ioo doen kunnea. Jlot ij eli':ve (-? tiJrevin" heelt hij zich ut; ecu ruimer veid bog'-vou. cii met au i i: e-i 11 chitfoicii leu uitslag, du,t ik gerust durf vooïipcile;;, i'at llobort Cazo een t>;rooto toekoinsl heeft. l>ii'. S.;e.ek vo.(!i-jut T.iet aiiecn, niünr moot p;e'ezeu wcirJon iloor ;uioii, i! i e bi-i.aif.; :-t-:il'.'ii i", d'j gr.',o'e moileriif; beweging ou 'etierkuivJi';' ;-'u:,,vJ.. Hot oiuisrvi'or;!. dat \vordt behandeld is ecnve-uui-;', zoo teuvouu1;'. dat incni^eéi), u-e aiU:en lijeiondo roma.ia vol hraui::; s;;aui^elui:joiï;o ca }o^:("!;:iMl;te iütri.-;i-.c;i lee-;!:, de Kehoudi ''S i:ii;i;vjIiVciul ::a! oj.iütu-ii. L'et 'cv-n van oen juii;.^!), totdr.t hij do school verlaat, zii-.Lui- \v.ui.rinedi; e;::i i.iii i','ok(]ec:i wcvi'.t ^cvu'd, e.i \vard v,in i:lio mop.eiijk l:un;,ttrtukkeü. \;'::t de aulyiir alloe.ii on,:e 1:> l:m v&a-li'r,g düM' do Sobere, talen' v.die \v'\y.-; v.'."v.sop h:j Jo allci'eeuv judig.-ito z.ikua vo.'telï;. .;l,i'vvo (.'cr.i!:'cviii" vu'.ti'jcid i'i dri;> drie si.ukkoa ;;l,a Crisj, L i'nfaa'rj en ,.ÏM iUue'', boj-unt met csn tooiiee'i'jo, hetwelk sterke gelijkenis hooit, mot den aanvang vau Madame Uovary". De lezer komt op eens in een oproer!-;'e los op eeu dor lyeoa te Parijs, en maakt k-mnói wet een der jongens, lienéGeudrevin, eoii iijiiyevo::l:::'.'3 doch in K;O!I zelfgeiiecruu natuur. LVze wordt onreciitva.irdig gc.^lrarr., en oiKuitt iiy het hooi'i niet buigt rmav een der straioeilen ^f')i\':eht, oiidei' bodre-'^iü'*, dat hij naar hui:; z.d \i-orden gcxoEcten, e's hij biüLen vier on iv/is;':;^ uur uioïoio. waarheid ::o;;t. iteüó, die ;:iea ziek .';üvoelt, moot oehtor roous na ocr.JLje ure:! np.sr do fiiekeczaiil worden g^l,racht. Düa vo'^oiuloa dag coustatoertde'Joktor, dat hij crust:;,' ongesteld Is, e;; aan rc,odvo:;k lijdt. iermoao eiii'iigt uit, .^edesito van het weck, hctivelk een ju';,t inzïcïi geeft, hoo het op de frrusdie Eo!i«!un tocrnat. De schrijver uoet, nu op eou'; eau grow,."- sehrede achterwaarts, en £ar,t terug tot >;o prilsi-Q jeugd va:i lienéL''J^iifauce wordt gegeven, en op wolk ueue wi.:;:e! Dit gedeelte \an het werk kan gorustelijk geleed wor de:! naast de In-rto blad/djdou door Aiphonse Dai-det aan kinderen gewijd Men voelt, (iat de schrijver een ernstige studie van hot kinderlei on heelt gemaakt. Ai; nienschkundig document is .,.Li'èluve Genurevin" dan ooi? even belangwekkend als Chérie" van Ediaond de Goucourt. C-m dit Lv,et e sa voorbp.eld ie staven, als Kenégaat pnrclien, ma.ïT hij aan de tafel zijner ouders inodoëten, hotseen Caze ris voi^t verhaalt: Ga l'admit ;i Jw tablo O.-.i iaiciile durant Ia diner de midi. 11 y sat sa place ti un bout. L'rcssésur luie petitc chaiso. dont un I:arreau transvri^al place f>. Smureur des rcins i'empêchait do c'.ioir, il maiigoa aveo les uoigt" danr uno assiei'e on ruola et b ut <i:ms une timbale son c'Uiii're. Il a-.ü-t de; tressautements de gaietéi'urieuse i l'arrivóe de certains plats, uno repulsion cuarcjiiée par des peut, foui, caca pour quelqaes autrcs. Lafoiede veaalui tait instiuportubio, et les pieds do moutou sauce poalette i'indisnaie'it. Sos nianjues d.;- roprohiition taient arrotóos tout court alors par un clmt; tr. s sec, (ji.10 rtii":;:t aussd'Jt son père, Ie jeune iiouimo, anx allures ('v i'obiu. iu;ui; ievaic aloi'ij des ycux S'iforis vors les ioii!;s i..\oi'j-', Ju ?-.. de;](irr\di;. (t h:;n n .7 a n! indGr-aii par rencovitror lo IV-CIM.Ïna'ei ":!?!. j! tr-'uva.t HOU:; ir,i j'ro^t iegércmout pli^sédolix reilets m: t,.d;qut:s cui seniLiuiciit vouicir i'a;i:eiache, ot stias rcinarquor les lovres du Ji. (jeudrevin

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl