De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 29 maart pagina 5

29 maart 1885 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 405 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEüERLAND. TABLEAUX VIVANTS, TE ROTTERDAM. Een zeldzaam kunstgenot bereidt het Aestbetiseh Genootschap" to Rotterdam, vier malon 'sjaars, zijnen leden en verderen belangstellenden. Men houdt in onzo westelijkste Maasstad de spreuk in het oog La trop nuit, maar buiten deze hoedanigheid, welke men niet zoo ter-atond onder de pozitieve rangschikt, weet het Genootschap, door de oordeelkundiga keus der stoffen, die het met zijn tooverstaf aanraakt, een programma, samen te stellen, dat het gesegdc van Lafontaine te schande dreigt to maken: Lea délicats sont malheureux; Uien ne sauroit los satisfaire. Ik had het genoegon, in den avond van 21 dozcr, verscheidene délicats te midden der 1200 hoorders en kijkers aan te treffen, en zij waren voldaan. Dia do tciblcaux vlvants van het Genootschap niet gezien heeft, kan zich bezwaarlijk een denkbeeld van hunne voortreffelijkheid maken. Aan do smalle zijde der lange Doelen"-zaal is een orchest van geringe diepte. De achterwand loopt boogvormig tegen de zoldering op en heeft quartkoepcls tot bovenhoeken. Daar staat een geoefend korps muzikanten, waarbij vooral de strijkinstrumenten krachtig zijn vertegenwoordigd. Men speelt er Mendclssokns Oeverture voor fa Atlialic vanlïacine. Het scherm valt. De zaal wordt donker gemaakt. Bet doek gaat op. In den achterwand van hot orchest ziet gij een schilderij met levensgroote beel den, voorstellend Rembrandt, in zijn atelier", door Rochussen. Six, nog jong, met zijn blonde haren van de ets, staat bij hem en beschouwt eeii schilderstuk; eenige andere personen. leerlingen,kunstgenoten, bevinden zich op een tweede plan. De werkplaats is gestoffeerd met wat hier thuishoort. lu de volkomenste harmonie, en met de volledigste begooche ling van den toeschouwer, staan Lier de tastbare personen en voorwtrpcn-zelven met de verschillende omgeving in verband, 't Is allertrcffeudst, te bedenken, dat hier levende personen als onderdeden van ecu schilderij fungeeron. Men doet hier het tegenovergestelde van wat do schilder doet. Hij het ten-toon-stellcn van Mnnkaesy-s Cfti'tatus voor Pïluhts wordt de illuzie min of meer beoogd, dat men hier ue werkelijkheid voor zich heeft, ofschoon natuurlijk die. illusie nooit volkomen mag zijn: dan zou men do kunst niet genieten. Maar bij talilc'diix-ïh'ün's Ivreikt mem volkomen de illuzie, dut tle toeschouwer meont een voortreffelijke sr-h fiorij te zion. Alle .,pauopticum"-horinncring verdwijnt. Toen deze schilderij gemaakt werd, wist do kunstenaar, dat hij zich voor het theatrale moest wachten. De kleuren moeten gedragen zijn; de verlichting moet ingelicht wezen zoodanig, dat men een groot cfiekt bertikt: onmiskenbare luclitiicrspektief moet u toespreken. M.iar ook de lijnoniicrspekticf moet korrelt t zijn. Het tafereel staat daar sprekend voor n m do diepte van een hoog tooueel. Waren het mcnschen, die gij meent to zien, dun KOU dévloer, waarop zij staan, dio bijna met uw oog golijk is, weinig opper vlakte vertoonen; maar het is een schilderij, met zijn oogpunt; dit is natuurlijk vrij hoog gekozen. Inderdaad heeft men dus, bij den bouw van dit werk, ccn vlosr moeten leggen met een hoek van _:; ;;o graden. Op iii«'ii vloer is alles geplaatst. K n dat heeft een \vortdcrlijku uitwerking. Do toeschouwer toch is, zonder rcdenceririg, zich bewust, dat, zoo daar menschen op het tooueel stonden, de vloer zich ongeveer vlak zou vooroen: het ziju dus onderdeden van een schilderstuk ! ik gebruikte, boven, het woord beelden''. Ten onreilitc. Althands men si ijgt geen stereoskopiesch clï'ekt. Men beeft een schilderij voor x,ich. Eero aan den Voorzitter van het Genootschap, den lieer \V. (Stok, t!e voorname man, dio zoo veel proeven met de belichting en niet. du geheele viïtconiu!» genomen hceir, tot, dat bij dit wouclcrvoVic efl',jl;t bereikte. o a -i maai wordt, l'j minuut lang u dit schouwspel gegund. Cp llanbrandt volgde een cello-koncert van Grutzmacher, gespeeld door den uitmuntenden bassist dor opera, den Heer Oscar Eberlc, Daarna kreeg men een allergeestigst gezet lied van Grétry, uit do /Miüra et Ascr: La fauvette", met veel macstrifi gezongen door een Ir prix vun het Brusselsen, conservatoire. Het Eerste Deel werd besloten met een schilderij van Andreotti, getiteld 'Der Don Jiian, of beter Die Licbcs-erklüning; een krijgsman van 1GJO met een myi^jen in een bierkelder. Zij kijkt hem guitig aan, en weert hem af. De harmonie, de begoocheling, was volkomen. Het Tweede Doel ving aan met een bescheiden Marscli (Op. 113) van Lachner. Daarna kreeg men het keurige Albumblatt" van Wagner, j;eorchestreerd door C. Reichelt, en eindelijk een alleriuteressantsto historieschildcrende Cavollc van Lully, in orchestpartitie gebracht door Kleinniichel. Ik dacht ieder cogenblik Louis XIV, nog jong, te zullen zien, met de Hertogin do la Vallière aan zijn band, al danste zij niet. Het derde tableau waa het roerend humoristiesch tafereel van Kncius: Achter (Ie kocliscn. Mou kent het: die klown, die een zuigeling pap voert, met tweo andere kindertjens om zijn kniën, en Maddam, die aan de rechter hand wat uitrust met gestrekte irz'cctf-beenen, en wie een Heer achter uit het tentjen aardigheden" komt vertellen. Jammer, dat de be lichting van het 2e plan wat te zwak was. Ku volgde weer een Adaylo (Op. 29) van Franchomme en de 3ffls7ic«ball-scène van Popper, gespeeld door don Heer Eberlo. Do Brusselsche jonge zangeres gat ons nog Ie Soir van Lamartine en Gounod ten beste (dat zij heerlijk zong) en een lied, Manon Lescaul in den mond gelegd (van Massenet). Waardig werd de kunstuitvoering besloten door de schilderij Desard Belfort van A. de Neuville: de Pruisische Officier en do Fransche, voor elkaar aanslaand in bet pijnlijk oogenblik der opeiscbing. Van zeldzame volkomenheid was de harmonie van den groep in dit wintertafereel mefc het landschap: grond, lucht, sneeuw, graauwlidd: het was een voortreflijke schilderij. Ik heb geen woorden van lof genoeg voor de zorg, waarmeödeze kunstscheppingcn worden samengesteld. Bij de vertooning voegt men «en zachte muziek. De afwisseling der .toon- en schilderstukken eteltdpor gecne lange pauzen het gr duld op de proef, t Is onverklaarbaar, hoe alles zoo spoedig gereed is; te meer daar timmeren onder de muziek vermeden moet worden. Die de Ilottcrdamsche tallcaux visanls niet gezien heeft, is aau cone belangrijke ncdcrïandsehe kunstopenbaring vreemd gcbic-. en. 211 Mt. 1851. A'.b, T!i. KUNSTBESCHOUWING ben llr-Bg. Muait. PuMin Studio. Hot huis EousEot, Valsdon et Cie., vroeger Gour.il en Co., had voor desa kunstbeschouwing, do laatste van het seizoen, een portefeuille beschikbaar gesteld, waarin de [ecrsteu|onzer meesters uitstekend vcrte^orr.vooi di;;;d waren. Jacob Mavis trok dadelijk de aandacht door 3 belangrijke aquarellen. Een dezer blonk mijns inziens bovan de anderen uit. Hoewel wefcadn dut hetgeen bij gaf niet te beschrijven is, gevoel ik mij gedrongen daze cem'gszins uatler aan te duiden. De schilder toont oen oeverkant, met water en een schuit, naast welke een beiaden hooiwagen m ut wit paai J. De lucht die zeer hoog is genomen, zoodat het iuriaaat tier tcckcmi:g liet vierkant nadert, is somber zilverachtig grijs, waarin bovenaan openin gen waardoor de diep zv/avtblauwe achtcrlucht zichtbaar is. i!et gebet.'! was zeer bevallig van lijn en zoo vol licht en atmospluer, dat ik deze teekcuing tot de beste werken van den kunstenaar ukun. Da beide andere aquarellen, een molen met eenige huizen, luch'.ig- tegen eau grijze lucht gowasschcn, en een stadsgezicht met koepclkcrk Lij wol!:clïect, hoe talentvol ook, konden niet bogen op de innigheid van het vooriraar.de. Israëls bewees stcscls nieuwe grepen in het visschcrslcveu te kui.ucn doen, doch slaagde er ditmaal niet in zijn kunst zoo krachtig te uiten tils gewoonlijk. Daarentegen komt Blommcrs niet a!;ij-l zoo J'itt'g voor den dag a!s Irj door zijn beide binnenhuisjes toonde te ia>i:i:cn doen. Vooral datgene v/aar ds zon zoo tintelend door hut vo:i!-t..r ko:ut kijken, is een juweeltje, liet gchcelo vertrek is als iuct zonnig Iu-ht eevukl. Zijn underc teekciiing gaf een moer belangrijke voorstelling, ecu i!;u:jJer die haar kind verzorgt, onder een lijn grijs licht. Inzonderheid Je vrouweniigirar was door houding en kleur mooi opgevat. JliiiJer ft'olitkkig was Albert NeuJiuijs m et zijn binnenhuis. Ilo:;v/el veel vertl;o::.-:t< iijks bevattcnde was, het wat droog van uitvoering en scliraai van o;naUiug, Tony Oil'jr:;\iiis zal, als hij voortgaat ieder bcrccp door eun fypisch werkman voor te stellen, met zijn tcekeningou van don laagten tijd een volledige illustratie der verschillende bedrijven kuiüi'jn l-ivcicn. Hij hal nu ten kuiper in een helder vertrek bij liet venster ir.o'; aardig liitzicht. waarbij r.l die werk mans! yp on hun vak, volgens heiü, uitüefcnen. Koc\vcl VPC! ciT.stige hoetlariighedou bezittende, kun Jeze ieckuiiuEf mij ni'ot bc'.?allen; ik verweet mij hem aan to r;u!eü. \uo<-'r in don gr.'cst vr,n ;:ija j-küopiuiui in antiijuiteiteu" te zoeken, die t'.Teeht o» de vorige kuDs'bc.ïciiouwiüg zoo gewaardeerd wud. AYitkamp's ruslendu vrouweiigitar toonde dat de schilder veel werk maakt van een ha::Jigen toets, doch dat het hem moeite kost 'iguur on o n; ge vin g hiirinoineua voor te stellen. A'an de tctk'j';i;ir;eii van \"an der V/:r,iy was vooral de jüttt-cnde- militair een flink l<iaist'v-fcrj;. Cosboom was zoo goed vertegenwoordigd als ooit. Wel is waar gaf hij geen omvaagrijke proeven van zijn talent, doch daarentegen zeer schitUrende. A'oor bet meerendeel waren het brokslultkeu v;;n kerken; liier ecu muurvlak nn;t eikenhouten bank, daar ecu veiutcr met CPüic'e pilaren en bogen, UoeU alle ulhüuntcndu (ioor een geestig licht en bveadige teekcning. Uok vr.u Rochussen waven euuige grootüteei:nr,ii!;;e.i tenlcan* goatukl. /ijn iliv.stiat.ie van uliil'ei'i'a ..der l'nn'Jfn.-'.iHh"' v, ;i;iii!» hij ons liet oogenbiik voor den gocst rocnt, wauneor do luid der ire^j'ii^ilaiis ia den kuil mot verscheurend gedicrtu afdaalt o;u dtu uiu;d;:cLi;;cn ilortchoous op te rapen, is zeer schoon. Do Oude IliJdcr' was mij vecJs bekend door do laatiflc tcntoonsteliiug der Ilulhu::lselio ToekcnirmatüSiappij. <..'pniexiw genoot ik van do swaakvoll'i tetkcniüg cu c;veep':cïinj* der figuren, de welgekozen verdecling vau licht cu liQiiiicr er. do aaugcnams kleur dier geestige tafereeltjes. De Broischool" van Heukcs, hoe ernstig in vele opziohtcii, haalde niet bij zijn schilderijtje vau dc-nzclfden naam, dat in het bezit van den Heer II. "W. Mesdag is. Tot de vee- en landschapschilders overgaande, moet ik in de eerste plaats AYillcm Maris noemen, wiens teekeniug Kalveren ia do weide" een schitterenden indruk maakte. De .lijn tintelende luciit. de glanzende vachten der beesten, het schitterend groene gi';is en tic liüldui'e s.;liacluwen, alles werkte mode rot een vohnnakt aounïgo zoiaarstem'.üing. Z.-ja beide andere werken, hoc verdicaütïjk oul:, deden zicli miudcr goed voor; wij weten evenwel hoe ongunstig het kunstlicht is voor de aquarellen vaa W. Maris is en dus wil ik mijn oordeel liever opschorten en spreken over Je schoone Schaapskooi met wollige schapen van Mauve. Ook diens landschap bij grijs weer, drukte eca schoone stemming uit. Van Terraeulen was een kapitale aquarel) aanwezig, waarop een in heft verkort geteekend wit paard met kar tegen een lijne lichte lucht. Het geheel in toon geschilderde paard was mooi uitgedrukt en uitvoerig geteekend. Het wit van het paard was echter wat eentoonig zoodat de voorstelling iets spookachtigs had. Het avondlandschap van do Bock werd om zijn flinke opvatting, iijne kleur en luchtige tegelijk kranig» behandeling zeer geroemd. Zijn landschap bij wolkeffect was sterker van kleur dan het voorgaande, misschien iets te zwaar doch ook zeer schoon. De avond op de hei, van Van Essen, had veel aantrekkelijks^ evenals de teekening vaa DuchuteL Mesdag was minder gelukkig dan ; anders met zijn zeegezicht. Van een Vlaming, den Duits geuaamd, was er een goed regenachtig landschap. Jammer dat de grond wat zwak van. toon was pa de takken i te eenvormig geteekend waren. Van Klinkenberg ontmoetten we opnieuw i liet Paleis van Justitie te '3 Hage, dat veel verdiensten heeft, niettegenl staaade.de ditaila^tejeej, Bfirekeja^ea de bijna electrisclia verlicliting. He$

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl