t*>* * 407, A°.; 1885, Verschijnt eiken Zaterdagavond. itgevere: DAGBLAD VEEEENIGING HOLTZ & Co. Kantoor: Singel 211. Hoofd-Agenten: te Batavia, G. KOLFP & Co. Zondag 12 April. Abonnement per S;m. , , f 1.?. fr. p. p. f 1.15. Afzonderlijke Nummers ma de Kioaken verkrijgbaar a 0.10.Advertentiën van 1-6 regela f l.?, elke regel meer . 0.15. tusseiien don tekst per regel . * , .i^ . I.?. I N H O If »; BUITENLAND. BINNENLAND. Grenwegeliug I. Warme Kadetjes, een Zaterdag-avond Praatje, door Aqnarius. Kunst: Het Amsterdamsen Tooneel, door K. J. W. Ten-toon-stelling der Kunstwerken, bestemd voor Andwerpen, I, door Alb. Ta. Het portret van G.Az. Brodero, door Alb. Th. Ten-toon-etelling in hetPanopticum, door Alb.Tli. UitParijs, XVII, door A.B. Letterkunde : Germinal van Emilo Zola, I, door A. Cooplandt. Boricliton en Medodeelingon. Inhoud van Tijdschriften. Nieuwe Uitgaven. Militaire Zaken: De oorlogsbegrooting in de Tweede Kamer, door Cambroaus. Bibiiogvaplue feuilleton: De geschiedenis van een Gonie, Novelle door Ossip Schubin, VUL Schaakspel. NIEUWS VAN DE WEEK Failliseiaenten, Over zicht van de Effectenmarkt, door S. Amerikaransclie Sporen, door J, v. d. Burg. Te huur. Advertentiün. Scheen het alsof, onmiddellijk na den val van het ministerieFerry, de heer De Freycinet de teugels van het bewind in handen zou nemen, reeds met den tweeden dag bleek de hoop op een spoedige regeling der zaken ijdel. De president der Republiek had het eerst den heer Brisson, president der Kamer ontboden, maar deze weigerde zich met de samenstelling van een kabinet te belasten; men weet, dat hij er op rekent, Grévy's opvolger als president der Republiek te worden; hij hecht aan zijn obscrvatiepost als president der Kamer, die hem oflicieel reeds als allei' superieur boven tegenspraak en debatten verheven, doet beschou wen. Grévy ontbood daarop De Freycinet, maar de eene dag na den andere verliep in vruchteïooze bezoeken en onderhandelingen; bet was den aangewezen leider onmogelijk, eeu kabinet bijeen ie brengen. De moeilijkheid ontstond vooral daaruit, dat ieder der groepen van de oppositie, die het kabinet ten val hadden gebracht, vertegenwoordigd wilden zijn, terwijl de Union Rèpublicaina, die in een oogenblik van weifeling, het kabinetFerry in den steek gelaten had, zich toch sterk genoeg gevoelde om ook haar aandeel te cischen. De Freycinet slaagde er niet in, eene groep hieruit te vormen, waarop Grévy zich nogmaals tot Brisson wendde, en dezo van alle kanten aangezocht, offerde zijne voordeelige positie op, tot heil des iands. Hij stelde het Kabinet samen zonder aan de Union RtpuUicaine het door haar gevraagde getal portefeuilles te schenken, maar bedeelde De Freycinet met die van buitcnlandscha zaken en zich zelf met die van justitie. Binnenlandsche zaken werd gegeven aan Allain-ïargé, die zich indertijd als financier ds groote vijand der haute bangue en der groote spoorwegmaatschappijen beloond had; financiön aan den heer Clamageron, een kundig economist. Goblet, de vijand der Union riipuUicaine, ontving onderwijs en eeredicnst; Sadi-Garnot openbare werken. De overige ministers zijn: generaal Gampcnon, oorlog; admiraalGaliibet, marine; Pierre de Legrand, handel; Hei'vé-Mangou, landbouw en Samen, posterijen. Dejndruk, dien het ministerie maakt, is over het algemeen die van eerlijkheid en zaakkennis; geen der leden heeft in iiuancieelc speculatiën zijn goeden naam verloren; de zwakste in dezo is misschien De Freycinet, wiens talenten hem daarentegen als de aange wezen leider deden beschouwen. Er zijn echter quaeslies te verwachten, waarin het mogelijk zal zijn, eene reusachtige oppositie tegen dit kabinet te velde te brengen. De tweede groote gebeurtenis deze week tot stand gekomen, is het vaststellen der onderpreliniinairen tusschen Frankrijk ea China. Reeds lang waren de onderhandelingen weder aangeknoopt, en naderden haar einde. Ferry wist dit, maar kon op den dog van zijn val nog niets mededeelen, daar de Tsong-li-Yamen de preliminairen nog niet geratificeerd had. Kort daarna kwam de tijding uit Pekin, dat een voorioopige overeenkomst gesloten was. In hoofdzaak bevestigt deze de bepa lingen van het traktaat van Tien-tsin. China zal Tonkin afstaan; Frankrijk eischt noch vergoeding van ooriogskosten, noch afstand van Formosa. Termijnen zijn bepaald voor de ont ruiming. Den lOden April zal het leger van Quang-si de vijandelijk heden staken. Den 20ston zal met de ontruiming een begin gemaakt worden, den SOsten zal deze afgeloopen zijn. Voor het leger van Yun-nan zijn deze drie termijnen anders; 20 April, 30 April en 30 Wei, wegens moeilijk vervoer en gemeenschap. Frankrijk zal de blokkade van Formosa en van Pak-Soïopheffen; de ontruiming in Formosa zal wachten op nadere bepaling in het definitief tractaat. Ferry die de dépêche ontving, deelde haar aan den president Grévy made, juist op het oogenblik dat het nieuwe kabinet aan de Kamer een verklaring van beginselen voorlas, en daarbij ora het overige der 200 muloen vroeg teneinde den oorlog raet China te kunnen voorzetten. i». Eelgiëvierde deze week den SOsten verjaardag van Koning Lcopokl, met veel geestdrift. Een wanklank in de feestvreugde werd veroorzaakt door een aanval van een krankzinnige op het rijtuig waarin 's Konings schoonzoon, de aartshertog Rudolf van Oostenrijk, met den graaf en de gravin van Vlaanderen gezeten was. Het incident liep zonder ongelukken, met een gebroken ruit, af. * «i Terwijl de onderhandelingen lusschen Rusland en Engeland nog steeds werden voortgezet, en iedereen zich vleide met de hoop, dat het conilict over de grcnsrcgeling tusschen Rusland's bezit tingen en het met Engeland verbonden Afghanistan op vredelie vende wijze zou worden opgelost, is plotseling een bericht uit het betwiste grondgebied zelf de idyllische stemming op onzachte wijze komen verstoren. Eene bloedige botsing heeft plaats gehad tusschen de Russen en de Afghanen; indien men dus vechteu wil, dan ligt het casus Idll gereed. Op dit oogenblik zijn nog slechts weinig uitvoerige telegraphïsche mededeelingen tot ons gekomen. \Vij laten hier eerst de Russische lezing van het incident volgen: «VolgensdenRagieruiwlvteheeft generaal Komarofïden IBden Maart, tengevolge van uitdagende vijandelijke handelingen der Afghanen, dezen aangetast. Hij nam versterkte posiliSn in aan beide zijden van de rivier Koeschk. Eene Afgliaansche logerafdeeling van 4000 man werd verslagen en op de vlucht gedreven; zij verloor daarbij 500 man aan dooden, al hare artillerie en het kamp met al den mondvoorraad. De Rus sen hadden 11 dooden en 32 gewonden. Ka den slag trok zich generaal Komarofïweder over de rivier Koeschk terug en nam zijn vroegere stellingen weder in. Encrclsehe officieren woonden als ooggetuigen den slag bij en riupen, toen de Afghanen op do vlucht sloegen, de bescherming der Russen in. Dit baatte echter niet, want zij werden door de Afghanen in hunne vlucht medegevoei'd.'' Eenigszins anders is de Engelsche lezing, waarvan de telegraaf het volgende overzicht bracht: »Een afzonderlijke editie van den Times bevat een bericht uit Gubran van den derden dezer, waarin wordt gemeld, dat de Rus sen, onder voorwendsel van verandering in de positie der voor posten de Afghanen te Ponjrteh denoOsten Maart hebben aangeval len. De Afghanen werden uil de stad verjaagd; de Russen streden dapper; de Afghanen trokken in volmaakte orde terug naar Meruchak, en werden niet vervolgd. De verliezen aan den Russischen kant moeten zwaar geweest zijn. De Engelsche officieren bleven op de plaats, tot de Afghanen den terugtocht hadden volbracht; daarna vereenigden zij zich weder in het kamp van sir Peter Lumsden." De overeenkomst is inlusschen van meer beling, dan de ver schillen in de beide berichten. Uit beide toch blijkt vooreerst, dat de Russen da aanvallers waren, en ten tweede, dat de bij de Afgliaansche troepen aanwezige Engelsche oliicicreu aan dan strijd geen deel namen.