De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 12 april pagina 4

12 april 1885 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEESBLAD VOOR NEDERLAND. No. 407 ;* v heilige Hermandad handelt op verzoek van de spoorweg-maatschappij en het is zeker broudnoodjg, dat slechts enkele uitverkorenen het gelaat van den vorst aanschouwen. Bovendien je kunt niet weten of er geen clynatuiet-mannen iu de baart zijn." Ik rilde. Tot nujn spgt mis ik tot nog toe onze Serenade-Specialiteit" vervolgde Sagittariua. Wie ia dat?" Een onzer wakkere politie-niannen die bij gewichtige gelegenheden niet kan en mag ontbreken. Ook ontbreekt de hoofd-commissaris van de Gemeente-Politie". Die zit bij dat meissie uit de Spinhuissteeg", zcide een werkman die achter ons stond. Wat vertel je goede vriend?" zeide Sagittarins verbaasd. Non ja, weet uwee dat meissie is vandaag voor, waarmee dat moppio Aan het hoofd-bero is gebeurd". O zoo1." was alles wat Sagittarius antwoordde en toen fluisterde hij mij toe: laten wij wat verderop gaan staan: ik kom niet gaarne met zulke ongure kerels in aanraking die op zoo onhebbelijke wijze over hooggeplaatste persoonlijkheden spreken." Weet je wat ik vreemd vind'1, merkte ik op, toen wij op een ander punt stonden, de bezoekers van Arfis eu Pelis en de lui die plaatsen in den schouwburg kunnen betalen mogen naav hartelust zien hoe het vorstelijk echtpaar er uit ziet en het eigenlijke volk wordt op een ai'stand gehouden: men behoeft toch waarlijk niet baug te zijn dat iemand den koning iets leed zal doen." Je bent mal en oproerig", antwoordde mijn vriend; mogMi de meer gefortuneerden niet een streepje vóór hebben? Ik begrijp heel goed dat men den minderen man wat achteraf zet, hij aou anders veel te veel praats krijgen." Ik ging heel verstandig niet op die woorden in; ,.ga je Zondag ook naar Artis?" Dankje verschrikkelijk t als ik in een apentuin wil rondwandelen, ga ik naar de Kalverstraat, daar kauje tegenwoordig tal van opgeschoten jongens met roodëdassen aiea." Dat was een steek onder water. Jan had toen liij de laatste maal in Amsterdam was, pk een roode das om, die den jongen heel goed stond. Ik gaf maar weder geen antwoord, want ik begreep dat er dan onaan gename woorden zouden volgen. Heel vreemd heb ik het gevonden," begon Sagiüarius na een poosje, dat de rijtuigen en paarden van Zijns Majesteit, op Zondag in de stad zijn gekomen." Waarom ?" Wel al die lakkeien en koetsiers eu hoe die kerels vouier nwgea heeten hebben nu toch den geheelen eersten Paaschdag moeten werken! Hebben wij soms geen Zondags-wet 5" Maar die menschen doen dat natuurlijk louter voor liefhebberij; als men eene functie aan het hof bekle?dt kan men slechts voor zijn plezier uit zijn." En de stoet arriveerde nota bene onder Kerktijd." Neen!" Jawel! de bende kwam het Singel oprukken, tar.vijl de dienst ia dj Roomseh Katholieke Kerk, die aau do koninklijke stallen grenst, eea aanvang ging nemen." Maar Sagittarius, je overdrijft verschrikkelijk, en atsjie!" Prost," zei Sagittarius, ben je verkouden V" Dankje! Keen ik ben niet verkouden, maar ik hobindcn Parkschouwburg Napoleon" zien opvoeren en mijno neusgaten zitten ecg vol bus kruitdamp." Dat is je ware", schreeuwde mijn vriend in verrukking; die stukken waarbij liooren en zien je vergaat, je trommelvlies dreigt te scheuren en damp en smook je de ademhaling hal: beletten, zijn de echte ware en goede tooueelspelen, die men op het repertoire moet behouden." Boem! klonk het eensklaps en een daverend schot deed mij hevig ontstellen.' Wat is dat?" stotterde ik. ^?Je ware!" antwoordde Sagittarius: het is het eerste schot van hot Koninklijk Saluut! Zijne majesteit is op het grondgebied van Amsterdam. Hoera, wjj krijgen nog honderd schoten: Dat is je ware! feestelijkheden zonder busknüdwalmea staan gelijk aan gros, waarin men vergat cognac of rhum te doen". Daverend bleven de schoten knallen: de koninklijke trein kwam het Station binnensnellen; er werden portieren opengemaakt en er werd gebogen, ik zag eenige uniformen en riep toen haastig: waar is de Koning?" Die is al lang in de wachtkamer verdwenen," zeide mijn vriend, Dan naar buiten: ik moet Zijne Majesteit zien'"' riep ik opgewonden. Wij snelden het stationsplein op; daar gaat het rijtuig van den koning", riep Sagittarius mij een rijtuig aanwijzende dat heol vlug wegrolde en waarvan ik enkel den rootien staatsie-bok goed kon onderscheiden; ik was echter tevreden want ik had toch wat gezien. Daar komen nog' meer rijtuigen aau", zeide mijn vriend. Er volgde een hofrijtuig, daarop kwamen twee groene voertuigen van zeer eigenaardig maaksel, toen kwam weer een Uol'rijtuig, uog eens twee groene voertuigen en wederom een hoi'rijtuig. Wat zijn dat voor groene rijtuigen V" Dat weet ik ook niet", antwoordde Sngiltarius, wellicht zit de Haagsche marine erin, die morgen in de Plantage parado v/il maken." Of misschien bevatten zij den heer Van Schermbeek met zijn staf, naar Amsterdam overgekomen om voor do persoonlijke veiligheid van het vorstelijk gezin te waken." Heb ik van mijn leven ooit zoo'n paar rare slampampers meer gezien", riep eene oude juffrouw, die naast ons stond, 't waren postkarretjos, vrijer l" Ik wist niet dat Zijne Majesteit zulk eene uitgebreide correspondentie voerde, dat hij vier posfrijtuigen op reis mcdenemen moet", merkte ik op. Dat wist ik ook niet," sprak Sagittarins en v.'ij wandelden verder. .Ia de nabijheid van het Singel wes het recht druk en levendig, want de politie-agcnten sprongen als kakkerlakken onder het publiek rond en sloegen er op los als malle Jan onder de hoenders: het was een aardig en pittig tafereeltje en wij genoten ccsr. Later zijn wij naai' het Dainplein gewandeld; liet was er verschrikkelijk vol. Sagittarius knipoogde tegen alle knappe jonge meisjes en joeg mij daardoor wel een bostje liet land op. De Oraüjezon scheen er dapper op los, de vlaggen zwierden eu onderscheidene straatjongens stonden aau de vensters van de keukens van het Paleis, gereed om zic)i tegen de ijzeren stangen op te werken, ten einde een kijkje naar binnea te slaan en het reukorgaan te vergasten aan de geuren der heerlijke zaken die gezoden en gebraden werden. De gedempte Voorburgwal was kletsnat. «Zouden er zoovele tranen van aandoening geschreid zijn?" vroeg ik. Ben je mal! Men heeft eenvoudig den sproehvagen laten rijden." En nu zijn er nog menschen die beweren dat die zelden rondrijdt!" Je ziet met, je eigen oogen dat al dat gemopper niets om het lijf heelt; Zijne Majesteit zal te huis gekomen, zeker niet kunnen beweren dat het AmEterdamsche stof in zijn eten is gewaaid." Daar heb je wol gelijk in Sagittarius! Hoc zou je er over denker, wanneer wij taveere van den feestdag een oranje-bittertje gingen drinken V" Dat is eun uitmuntend denkbeeld!" Wij hebben gebitterd wet mate natuurlijk en al bitterende vader landslievende taal gesproken. Aquarius. K C N S T. HET AMSTERDAMSCII TOONEEL. Graal Th<Ja;re : De &I,ipl»-et<k mn La Van F<20 lot 1830 en later vierden do Fr.insehc letteren het feest hun ner bevrijding nit de banden der classioköformule; het tooneel in do eerste p'aats. Geen eenheid van tijd, geen eenheid van plaats, geen eenheid van handeling meer! Do algeh^k; vrijheid der kunst word uit geroepen en Victor Hugo greep oogeublikkclij'c du gelegenheid aau om te toonen uiet welk een schitterende pracht men van die vrijheid gebruik kon maken. Had men tot nu toe zijn tooneolspelen naar zekere voor schriften moeten inrichten, was men gcdwonvv.n geweest zijn stof uit dia en die liüpir.lde zaor seUcoru en .lollige d t3 putton om haar ver volgens in uat ca dafc zwaur geplooldr; klcod to stuken, Victor flugo deed Ivt tegenovergestelde, haalde tijden on plaatsen dooroen, bracht stukken va-rcld-reschiedonis, landen, personen, toestanden, hartstochten op het tooncel, waarvoor hot vroeger een ved te plechtige kunsttempel gescher.ea had. Yicior Ilugo wiklo reeds tolwgcn door het buitensporige, het vreemdsoortige. Onder het kleed van e? gcmeenen bandiet deed hij ceu edelen luid schuilen (?Ilcrnani") ; in Let lichaam van een lakei blies lij een koninklijke ziel (..Ruy-BIns"). 'Uit do U'jiuantick sproot eeu talrijk baataavdkroost voort, dat fot na 1300 nog tu lY.rijs de planken vervulde. Het vreemdsoortige, het bij zondere, iict buitengewone tot onderwerp to kiezen en te behandelen, hoe d;m col:, word vooruit sehriiversgeslacht do ecrrigo wet, waaraan aij sidi stoorden. Zij hadden dcu gulden regel, dat het er in de kunst alleen op aan komt fioa men do zaken behandelt, geheel vergeten, ja door een tegenovergesteld voorschrift vervangen: het kwam er alleen op aan wat m"u behandelde. Op een krachtige of keurige wijze het gewone leven te EchikUron raakte in onbruik, men verkoos plomp verloren onmogelijke Gevallen en Lersensclnrumige figuren voor het voetlicht to brengen. Van unar bot melodrama en hut drama ii grand speotacle, met al de soortan die er a.'ui verwant zijn. Dit genre i. s bezig in Frankrijk volkomen uit te sterven, maar hier te lande U-ekt oen merkwaardig staaltje er van als de Sohipbreuk van La Pérouso" nog een talrijke scharo toeschouwers. Een schipbreuk, gevechten, vreeseiijk veel schoten, inboorlingen van verre gewesten, zie daar zooveel gegevens waaruit het den eersten den besten man, zonder talent iivnM' met slag van samenstelling begiitigd, gegeven was een tooneelspel te bouwen, dat velen een uangenamen avond bezorgt. Hij, die gaarne verschrikkelijke gevallen ziet vertoonen zonder dat die gevallen uit een drama voortkomen, afspelende binnen het, zieleleven der rnenschcn, hij, die gaarne veel geweld verneemt, roepen, schreeuwen, bulderen. krijschen, hij, die gaarne onrustig wordt beziggehouden zonder uut zijn gemoed er bij te pas komt, zal in Da Schipbreuk" zijne- gading vinden. Kunnen we dus dit stuk als letterkundig voortbrengsel niet geheel goed keuren, omdat lint te weinig voorziet in du behoeften van totsshouwti'S, die enigszins hoog gestemd zouden zijn, de verdiensten der opvoering kunnen uiot "ontkend worden. Da doeken en de stoffeering van het tooncel. zoomede do kleeding der kunstenaars on kunstenaressen getuigen van den ijver cu do hoop. die het bestuur geleid hebben bij het in orde brengen van dit lnk. De hh. A. Heide, J. N. Mulder, W. Potharst en Joscph van Lier kunnen, bijna voor hurme hooiden alleen, aanspraak maken op de lauwere:), die het handgeklap der menigte 's avonds der voorstelling vlecht. Den eerste der genoemde hecron dankt men de decoratii-n, den tweede de costumen, deii derde do régie, den vierde de tooneelschikkiug. Dus de gehcele vertooning. Want op een weinig galmen en een weinig bewegen na, is er van spel schier geen sprake. Wij tvvijfelon dan ook niet of' de kunstenaar,?, die in dit tooneelspel opf roceo, verlangen aelf wel weer eens in een degelijker, een ernstiger stuk hun krachten to tconen en spelen hier slechts met zooveel goeden wil wijl KÏJ van der jeugd af aan gewend zijn geworden als opperste, voor schrift van schouwburg-administratie genoemd te hooren : elk wat vrils."

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl