De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 19 april pagina 6

19 april 1885 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 408.nogal gezien, dan is de schouwburg goed bezet; op alle rangen Bitten vrienden, vereerders of vereersters tot zelfs op de galerij, wnar de meid met of zonder haar vrijer plaats genomen heeft. De beneïiciant treedt op; donderend applaus in de zaal begeleidt dit optreden. Na iodor be drijf een bouquet of krans, na het beste tooueel meer bouquetten of meer transen, naarmate hy of zij meer vrienden, kennissen of vereerders heeft, een, cf meer cadeaux en... de geestdrift kent geen grenzen meer. De zaal dreunt van het applaus, bat eerie bravo! volgt op het andere; het publiek verheft zich en \vuift met hoeden en handen. Later in den avond nog eens en nog eens teruggeroepen, aaii het slot nog tweo- drie maal voor het voetlicht en de bcueficiaiit kan dien nacht in den waren zin op een bed van bloemen of op lauweren rusten. Zoo'n benefiet avond met zijn bloemen, kransen, cadeaus, applaus en geestdrift, ik herhaal het, hij heeft veel aantrekkelijks. Maar....bij alles komt toch een maar .... die bc-ncfiet-voorstellingen hebbeu een groote, ontzettend groote fout: zij bedriegen de beneiicianteii. Deze zijn namelijk maar al to geneigd, om het applaus op te vatten sla eene goedkeuring voor het spel van den avond, waar het in werkelijk heid toch dikwijls niets anders is dau een kunstmatig opgewekt handge klap. Ieder geworpen bouquefc brengt al de handen der aanwezige vrien den in beweging;'in aanmerking genomen, dat dis bouquetten en kran sen al besteld en klaar waren, voordat de beneficiant begon te spele», hebben die Iraldabewijzen dus niets to maken met het spel van den avond. Dit neemt intusschen niet weg, dat-de- benefickitit op zoo'n avond ook dikwijls een werkelijk succes inoogst, to meer, daar hij hut reuht heeft zelf het stuk en de rol te kiezen. Schat hij zich uu maar niet to hoog en kiest hij eene rol, die in zijne macht is, dan is hem een goed deal van het succes verzekerd voor zoo'u avond. Deze algemeene opmerkingen over benefiet-voorstellingen gelden o>;>k voor die van Mevr. de Grael' in het bijzonder. Het publiek heeft Vrij dag jl. Mevrouw (ie Crraef vol geestdrift toegejuicht:, maar ik meen nmt gerustheid te mogen verklaren, dat hiur hel- grootste deel van het applaus aan de bloemen moet geweten worden, wnut Mevr. do Graef heeft zich wél overschat, toen zij de rol van SlargnJrito Gatttliicf koos. Ik ben reeds vaak in de gelegenheid gsweest, veel goeds van Mevr. ds Graef te zien, maar in een heel ander genre. Hartstocht vertolken kan zij niet, van daar dat baar spel meestal mat en kleurloos was. Met den bosten wil is het mij niet mogelijk geweest den gansenen avond n gbinspunt in de vertolking te ontdekken, want nocli opvatting, noch spel koadcn ook aan de matigste eischen voldoen. Ik moet ook nog hierbij voegen, dat do beneCcianta met weinig smaak gekleed was en dat zij in het eerste be drijf dezelfde japon droeg die zij in de groolc KloJt op het bal aan had en toen moest voorstellen te zijn gemaakt naar die, welke Sarah Benihard als Fédora had gedragen. Nog minder, zoo mogelijk, kou mij c!e heer Tartaud als Armand Suviil bevallen. Reeds zijn eerste optreden moest een glimlach afdwingen. In een stijve kleeding niet een lichtblonde pruik op was hij bij de ontmoe ting met Marguérite in de hoogste mate oaoeholpen. Die stijfheid en onbeholpenheid schenen hem den heeion avond niet te willen verlaten, hij gevoelde zich niet thuis in de rol. Dat kan dan ook wel. De heer Tartaud heeft blijk gegeven van een :.ict alïdasgsch talent voor karakterrollen, maar hij mist alles voor een jeune premier. De iiecren Mutters, Faasse en van JS'ieuwïand en da dames Kiev van Korlaar en Tartaud vervulden hunne kleine rollen zeer voldoende, maar zij hadden weinig in dih stuk ts doen. Ten slotte wcuseh ik het volgende nog hierbij to voegen. Bij deze opvoering is weer het gemis aan heereu bij dit gezelschap overtuigend gebleken. In La dame aux camélins komen heel wat baronncu, graven en edellieden voor, waarbij enkelen nogal met omvangrijke rollen. Da voorstelling dezer personen waren charges; liet vierde bedrijf waarin zij hoofdzakelijk voorkomen, ecu parodie. Dit gezelschap bszit dan oJi slechts in het geheel vijf bruikbare heereu, waarvan drie de heereu Mutters, Van Nieuwland en Wagemans komieken zijn, zoodat voor ernstige rollen slechts twee hccren de heeren Faasen en Taitaud die alles moeten spelen, overblijven. Hierdoor is het gezelschap gedoemd óf bljjspelen, of draken te spelen, in do laatsten komt het er niet opr.an, al speelt ook een komiek een tveurrol. Do blijspelen schijnen over het algemeen uiet veel publiek te- trekken, zoodat de draken thaus alleenheerschers zijn. Heft seizoen is spoedig ten ciudo eu naar ik uit zekere bron weet, is het voortbestaan van dit gezelschap nog alles behalve verzekerd. \Vtireu commissarissen gedwongen, tosn do hoer van Zuylen hon in den steek liet, ter wille van de andere acteurs, diu op hun woord hadden vertrouwd en dus geen ander engagement haclcieu algesloten, te laten spelen, hoo het ook mocht gaan; thans nu het den acteurs mogelijk is elders plaat sing- i.te \indec, mag bet gezelschap op deze wijze niet langer blijven voortbestaan en zija coaimissarissen verplicht, spoedig te beslissen, of zij het gezelschap al of niet willen ophefl'en. Wordt tot het eerste be sloten, dat men het dan spoedig doe, opdat do acteurs gelegenheid heb ben, om elders af to sluiten; wordt tot het tweade overgegaan, dan zal het noodig zijn, zich spoedig van een grootcr hecrenpersoueel te voor zien. Een tooneelleven, zooals dit gezelschap uu lijdt, moest met oog op de antecedenten verontschuldigd worden; voor een volgend seizoen gelden die antecedenten niet meer. Ds heer Carl Pfiüging vierde Maandag jl. aiju afscheids-osnefiet; zoo wel publiek als artisten hebben alles in het werk gesteld, ooi dien avond op esne schitterende wijze te doen slagen; ik lioop bij cene andere ge legenheid nog daarop terug te komen. Het Ncdd'l. Tooneel zal nog vóór de sluiting van het seizoen da Deint' clicfi's opvoeren; in afwachting krijgen wij Vrijdag a. s. ook eene opvoe ring van liet Moortjo door de Amsterd. ai'deeüpg. 15-4 18&5. M. H. TEN-TOON-STELLING DEE KUNSTWERKEN, BESTEMT» VOOS AND WERPEN. II (Slof). Het duiveltjeu der drukfouten heeft, reg. 12 van rayn eerste artikeltje:», '73, in de plaats van '83 geschoven. Ik breng dat te-recht, wijl ook '73 of althauds 78 zijne beteekenis zou hebben. Toen toch werd eene Voortentoonstelling gehouden der kunstwerken bestemd voor de internationals Tentoonstelling te Parijs." Zien wij even, hos het met deze stond, v» ?? geleken niet do tegenwoordige. 171 NOS. tolt de kataloog ',)i schilders en schilderessen brachten die byeen. Geen eukel Noord-Nedcrl. beeldhouwer komt in den katalogus voor. Ziehier de namen der nog levende kunstenaars, die te Parijs zijn opgekoiv.cn, en te Auclwerpcn bij onze stamgenooten, met wie wy con en dezelfde kunstgeschiedenis hebben zullen ontbreken: Altraann, Apol, Borg, Van den Bergbe, Uerlin, Bilders, Mw. Bisschop, I'oland (grav.), van Corselen, Burnier, van Bylandt, Canta, Cunasus, Ebersbach, Eliou (medalj.), van der Flier, Greive, Mej. Haanen, Haaxman, Heemskerk van Beest, Joz. Israuls (mat -i stukken), Herman, Mari en Jan ten Kate, Kool, Lf'bret, Masurcl, Metzelaar, Mej. Molijn, Phlippeau, Postma, de Piauitz, Kochussen (met 4 stukken), Roeterink, Schenkel, Schol ten, van Seben, Sebcs, Mej. Stolk, C. J, da Vogel, vaii der Voort in de Betouw, Mej. Maria Vos. Ziedaar 41 namen, die te Parijs tegenwoordig waren, en ts Andwerpen sullen ontbreken. Anders over het gehcol, moet ik bekennen, des noods beweeren, dat onze tegenwoordige Voortentoonstelling niet blijkbaar achterstaat bij die van '70. Ontbreken er eenige van ds beroemdste namen er zijn er andere, die to Parijs niet gefigureerd hebben. 't Ia wel jammer, dat er in die 8 jaren zoo weinig aanleiding gevonden is. oui het Wiiaïnemingsveld der schilders wat uit te breiden. De Heer Bles geeft het fraaye portret van zijne beminnelijke dochter; maar in '78 had hij o sujetten. De Heer Boks heeft zich ditmaal niet overtroffen. De Hceron Israels, Ten Kale, Rochussen en Schollen ontbreken geheel. De Heer Strocbel was toen interessanter. Voor het overige met dankbaarheid aanvaarden wij de pittige genrestukken der Heeren Oyens, de teéro, uitvoerige van Taanman, de matig naturalistische van Heukes, het uitnemende stuls van Bisschop, dat in zijn distinktie ons veel opbeurt iu de ouvcrhocilsehe stagen, dis do verafgoding van den minderen man ons toebrengt; het zuiver gedachte, diep gevoelde en niet groote waar heid in toon gezette No. 190 van Valkenburg; de werken van Artz, Hommers, Dekker, van Erven Dorens. Hoync.k van Papendrecht, Huibers, Kool, Liugeman, \au der Maarel, Melis, Mej. Moes, Neuhuys, Oiïermaus, Paling, van Ivjppartl, <le la Rivicre, W. Steelink (zijn voortreffelijk his toriestuk). II. Vos, W. Witsen en Ph. Zilcken zijn waardige bijdragen tot de expozitie; mrutr teekoncn zij vooruitgang V Wat het landschap betreft werd de Heer Koelofs in '78 ook veelzijfliger vertegenwoordigd. Anders erken ik gaarne: onze landschap- onze dieren- en waterschilders van den eersten rang komen waardig voor den dag. Van do portrettcurs kan men het zelfde niet getuigen. Fraai ? Kien mag hof, xeggeu zijn op dat gebied de bijdragen van den reeds geriosimluH Heer Bles, van Haverman, van Mej. Hubrecht, van Josselin de Jong ; en ook de lieer H. Windhaucen en de Heer Fock, kweekcliug der An'dwernsohe Akadcmie, leverden goede levensgroote portretten. Waarom ontbreekt; onze eerste, kunstenares in dat vak? Waarom gaan Prof. Ileinsius, wijlen Frod. Muller, Prof. Ilarting, Ds. van Marken, de Ileeren Londen, Oyens, enz. in Andwerpen niet getuigen, dat we in dit genre in TliérusüSchwartze een kunstenaar bezitten, die maar voor weinigen l.elioeft te wijken ? Het zal toch gcca egoïsme der bezitters van die beeltenissen zijn V hoop ik. Do teu'o en toch levensvolle, de poè'etische Marguerite Eoosenboom kwam op, en Jui'v. Bakhuyzen en JutV. Schouten, en Jut'v. Hendriks, en Mev. van Ilogendorp, Mev. Mesdag, de Heer Storai brachten bloemen of vruchten. Vele Dames ontbreken echter. Arendzen, Taurel, Lccnhoft', Storm eu Zilcken vertegenwoordigen de graveur- en etskunst. De Heereu Bleys, Gemtmd en Leljuian de arcliitcktuur. Overweldigend zal de indruk der Hollandsche kunst op de bezoekers der beide waereklcu niet zijn; of zij moesten het opmerkelijk vinden, dat CL- 19 stukken bij de verzameling voorkomen, die aan ous boeren- eu visEchersleven gewijd zijn. Land- en watergezichteu bieden natuurlijk een cijfer van nog wat grooter belang. Het is niet to misduiden, dat wij onze eigen natuur en onze landge noten afbeelden: maar men dringt zoo weinig in de verscheidenheid der levensopenbaringeu door. Laat ons hopen, dat het gezicht onzer landschappen, waters, visschers, landlieden, enz. de vreemdelingen op moog wekken, om eens te komen kijken, of er ook nog iets aacleï's aan deze zijde van den Moerdijk te vinden is. A. Tb, TEX-TOON-STELLING ISRAËLS. Het wordt, na da fanfares, aangeheven door een deskundige, die niefc altijd de loftrompet blaast, een kiesche zaak om in een schatting van de 09 nommers te treden, waaronder schilderijen", schetsen", aquarellen" en etsen" van den Heer Jozef Israëls in de Panorania-kunstzaal zijn bifeen-gebracht. Toch moet het voor een kunstenaar, niet slechts van groot talent, maar van verstand en smaak, aangenamer wezen, wanneer de baoordcJing blijken draagt, dat men op onderscheiding, op charakterhtiek, bedacht is geweest, dan waaneer alles in ea juichtoon bevat wordt ea m ut een volhardend bravo begroet. Eer ik ia eene aanduiding der voortreffelijkheid of in een fonnuleeriug tbr aanmerkingen ga treden, waartoe deze ten-tooa-stelling ons de stof bk'dr, wansch ik, al aanstonds, den schilder dank te botuigen, voorde 4jelsgeub.eid, die hij oczea jqngea kunstoefenareu opent, om

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl