De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 14 juni pagina 12

14 juni 1885 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

-1 «VDE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 416 begreep zij .wel dat die, inenschen hongerig, moede ea bedroefd waron. Gehoor gevend aan de inspraak van haar gevoelig hart gjug zij ia huis en keerde een oogenblik later terug met eenig voedsel, dat zij met de woorden: »Uier stumperds, heb je wat eten", aan Liljy gaf. Zonder er bij te denken dat de negers haar niet begrijpen zouden, had de vrouw die woorden in het iioilandsch gezegd. Met verwondering keken de ongelukkige zwervers haar en den schotel met eten aan en eerst toen ze hoorden; uTake this, you are hungry, I believe," nam Gesar met een a Thankee missus" het voedsel. Terwijl zij aten bleef de jonge vrouw bij hen staan en vroeg deelnemend van waar ze kwamen, wie ze waren en waarheen ze wilden. Kort en afgebroken, min of meer voorzichtig klonken Cesar en LHly's antwoorden, maar gerustgesteld door het vriendelijke gelaat der vraagster en den zachten toon waarop zij met hen sprak, vatten zij jnocd en verhaalden haar in 't kort hun wedervaren. Juffrouw Dekker was een Hollandsche vrouw die met haar man nyagr Ainerika was gekomen en eerst sedert een drietal jaren te Pillsburg woonde. Ze, waren met een weinig geld, qls landverhuizers uit Nederland gegaan en na eenigen lijd te Baltimorc te hebben doorgebracht naar Piltsburg verhuisd, omdat Dekker zich met een Yankee, die een handel in vellen en huiden dreef, had verstaan om verder samen zaken te doen, Voorloopig scheen hun handel vrij goed te gaan en leidden Dekker en zijn vrouw met hun tweejarig zoontje een rustig en aangenaam leven. Hij was een arbeidzaam oppassend rnan en zij cene goede, huishoudelijke vrouw die weinig behoeften had en gelukkig was in haar bescheiden omgeving. Goedhartig en medelijdend van aard had zij, toen zij Cesar's lotgevallen vernam, met tranen in de oogen tocgeluisterd en toen haar man te huis kwam hem het tweetal aangewezen rnet de de woorden: »Kun jij niets voor hen doen Dekker? Na lang wikken en wegen en besprekingen met zijn deelgenoot, die als echte Yankee niet van de »Blackeys" hield en beweerde dat ze allen, zonder onderscheid, dom, gemeen en slecht waren, besloot Dekker om Ccsa.r ais knecht in zijn pakhuis te laten werken en bleef Lilly overdag als »nurse"2) bij de kleine Karcl. die dadelijk towi hij haar zag, de armpjes naar haar had uitgestoken, een om standigheid die niet weinig had bijgedragen tot het nemen van Dekker's besluit. Rjuim anderhalf jaar ging rustig en kalm voorbij. Dikwijls nog schpten Cesars oogen vol tranen als hij Lilly met den kleinen Karcl pp haar arm zag wandelen maar langzamerhand begon toch do dubbele wonde te heelen. Ilij was ijverig, vlug en dankbaar en won daardoor langzamerhand het vertrouwen van zijn patroons, lerwjjj misstress Dekker zich al meer en meer aau Lilly begon te hechten. 't Scheen bijna als hadden Cesar en Lilly een bescheiden deel geluk teruggevonden, ze waren tenminste tevreden en vrij! Maar U werd bewaarheid wat Cesar zei: »0h! Massa for negro geluk nebbcv is long!" Op zekeren dag dat hij bezig was om een partij goederen aan boord van een der hio-stoorncrs te brengen, hoorde hij plotse ling zijn naam noemen en in 't zelfde oogenblik voelde hij een krachtige vuist die hem bij den nek greep. Verschrikt en ontsteld wendde h\J zich om en zag met ontzetting zijn vroegcreri meester Paraizo aan die, als uit den dood her rezen, hem heesch van woede toevoegde: »lleb ik je eindelijk zwarte hond! 3e dacht dat je me in dien nacht had geworgd, hc? 't Had niet veel gescheeld maar Paraizo is laai! Nu is 't mijn beurt!" Er worden destijds in de Noordelijke Slaten van Amerika niet veel plichtplegingen met weggeloopen slaven gemaakt en ofschoon de abollilionistcn reeds krachtig hun stemmen begonnen te ver heffen, hadden ze nog geen invloed genoeg om paal en perk te kunhen stellen aan de menschonteerende slavernij. Zonder veel moeite dus en alsof het een geheel gewone zaak was, nam Ignaz Paraizo bezit van .zijn teruggevonden eigendom, den neger Ccsar. Veel formaliteiten waren er niet te vervullen de eigenaar had zelf zijn slaaf gevat en dat was genoeg. Ilij riep de huip der politie in, die den gevangene voorloopig achter slot en grendel bracht. In zijn eersten schrik had Cesar verklaard dat Paraizo in waar heid zijn vroegeren meester was, dat hij van diens Plantage ont vluchtte om de wille van zijn vrouw en kind en, om die Ie ver dedigen, zijn meester bij de keel had gegrepen en destijds meende hen) te hebben gedood. De beambte die hem ondervraagde,'had bedenkelijk het hoofd geschud en medelijdend gezegd »arme vrouw!" Dat woord bracht eensklaps Cesar lot bezinning en van dat oogenblik af, weigerde hij hardnekkig verder antwoord te geven op de vragen die men tot hem richtte en of de Mexicaan ook al stampvoetend riep «vervloekte hond! je zult verder spreken, waar is de meid?" hij vernam geen woord meer. Of hij al schreeuwde: »Ze zijn altijd samen geweest. Waar hij is, is de mulattin ook! Ik wil weten waar zij schuilt," het hielp hem niet, Cesar zweeg en niets of nie mand was in staat om hem tot spreken te bewegen. Hij wist immers welk lot Lilly wachtte, wanneer hij iets zei en daarom bleef hij met Spartaanschen moed zwijgen, zelfs toen hij bedreigd werd dat men hem zonder vorm van proces zoude ophangen. Er was niels met hem te beginnen, en daarom besloot de politie-officier hem naar Memphis op te zenden. Nog eenige jaren vroeger zoude men vooveel beweging en moeite niet hebben gemaakt om een weggeloopen neger, maar in dien tijd begonnen al meer en luider stemmen op te gaan voor de afschaffing der slavernij. Men leefde in een overgangstijdperk en het was dus, als het ware, een zekere toegevendheid voor de openbare meening, dat men een zaak als die van Cesar naar de rechtbank verwees, om daar vormelijk te worden behandeld. * Cesar werd naar Memphis in Tennessee opgezonden ten einde daar voor de rechtbank terecht te staan, als beschuldigd van poging lot moord op zijn meester. »lk zal een voorbeeld voor al de anderen stellen" riep Paraizo herhaaldelijk. »Hangen zal hij! Hangen, totdat hij door de raven wordt opgevreten! Maar eerst zal hij spreken." De Jury te Memphis evenwel dachten er anders over. Ccsar werd niet ter dood veroordeeld maar tot twintig jaar gevangengenisslral. Men wist wel wie seaor Paraizo was; men kende zijn wreedheid en onmenschelijken aard en meer dan waarschijnlijk was het daaraan te danken dat de neger den dood ontliep. Gesproken had hij niet, hij had alleen gezegd: »Joey en Tommy zijn dood en waar Lilly is weet ik niet; hang mij maar op wat ik u bidden mag" en toen hij zijn vonnis eindelijk vernam, wendde hij zich tot den President van de Jury en vroeg nogmaals smeekend: »0ch! hang mij liever op." Paraizo was woedend, de uitspraak der rechters was niet naar zijn zin en herhaaldelijk verzekerde hij, aan ieder die 't hoorcn wilde, dat niet alleen Ccsar had moeten worden opgeknoopt maar dat do gchecle Jury waard was ooi naast, hem te hangen. Ln Lilly? Noch zij, nog de familie Dekker begrepen op dien avond, waarom haar man niet naar huis kwam. Zij wachtte en wachtte en niemand bracht haar eenig bericht. Eindelijk, na ecnigc dagen vernam Dekker door bij de politie onderzoek te doen, wat er gebeurd was. Ilij deelde het Lilly mede, echter verzwijgend hoe en door wicn hij het had vernomen; hij begreep dat wanneer men wist dat de Mulaliin zich bij hem aan huis bevond, ook zij niet meer veilig was en hij had medelijden met haar, omdat hij wist dat zij toch niets voor haar man zou kunnen doen. Lilly's smart ging alle beschrijving te boven, ze was radeloos, half krankzinnig soms en verviel eindelijk in een dolle moedeloosheid waaruit niets haar kon opwekken, dan het gezicht van het jonge kind. Stormachtig drukte zij dan de kleine Karcl aan haar hart, kuste en liefkoosde hem, maar meestal met zulke verwilderde oogcn dat het, knaapje angstig werd en begon te schreien. Dan slootte zij het kind eensklaps ruw en heftig opzijde, om dadelijk daarop weer ineen te zakken en onverslaanbare woorden in zichzelve murmelend, wezenloos voor zich uit te staren. VI. Wat er verder met Cesar gebeurde? Laat hij daf zelf nog eens vertellen; 't is zoo moeilijk om het eigenaardige, eenvoudige soms kernachtige van zijn verhaal met andere woorden of beschrijvend weer te geven. Zijn woordenkeus, hoe zonderling ook en gemengd, was meestal de juiste; zijn kortheid dikwijls treffend. _ »not possible to zeggen wat me feel daar in dat gebangenis. In de beginiiing me not bedroefd. Oh, no massa! It was meer dan dat, me was gek in de hoofd; rnad! Mconly denken, what Lilly zeg zal as me not kom terug. Eerst ine denken, Lilly gelooven zal, Cesar loop weg. Dan me say to me zeil: no! Lilly kennen me too well, She zal wezen groot bedroefd; huilen om haar man eh? O! dat was so bitter for me and not possible to make her weet where me is. »O! massa dat gedachte, tor me, erger was dari dood!" Hij bracht de handen aan het hoofd, als deden zijn hersenen

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl