DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. L.*1* *'** F? i \ B"' itt^bet armoedige vertrek en vroeg toen zacht en bevend » Lilly, f- y- » Gestorven Cesar, kort voor we uit Pillsburg gingen.'' f ' Be arme man zag haar eerst verwilderd aan, lachte toen luid en smar telijk, en zocht een steun voor zijn wankelend lichaam. Op een stoel bij de tafel viel hij neer en verborg zijn gelaat in de handen toen Het hij 'zijn hoofd langzaam zakken op de gekruiste armen en bleef zoo geruimen tijd op de tafel geleund liggen. Zwijgend zag juffrouw Dekker naar den neger n stoorde hem niet, maar toen zij bemerkte dat zijn lichaam minder schokte en hij zijn hoofd niet mér zoo zenuwachtig heen en weer bewoog, raakte zij zachtkens Zijn schouder aan en zei: »Cesar, ze is heengegaan; ze heeft aldoor op je gewacht, maar je kwam niet; ze is naar Joey en Tommy. Kom, wees man Wij hebben voor haar gedaan wat we konden, "want we hielden veel van haar; ze is uit ons huis begraven, we hadden het toen nog goed, maar nu ... juffrouw Dekker's gemoed schoot vol en ze kon niet meer spreken . . . \ Langzaam richtte de neger zich op, greep de handen der vrouw die voor hem stond en drukte er lang en eerbiedig zijne lippen op, terwijl hij fluisterde: »Thankee missus. Thankee f O! my poor ttle wile Gone, for ever!'1; verloop van -juffrouw Dekkers geschiedenis was zeer eenvoudjg, zeer gewoon en zeer treurig. Verarmd in Nederland teruggekeerd was het haar en haar man in Amsterdam hoe langer hoe slechter gegaan. Hij had nu dit, dan dat middel aangegrepen om aan den kost te komen, maar niets wilde hem gelukken. Toch scheen hét een oogenbiik alsof hij er weer bovenop zou komen; hij had namelijk op een fabriek een plaats gevonden, die hem zooveel opbracht dat hij zijn gezin voor algeheelen ondergang be hoeden kon en toen hij er door het opzetten van een klein win keltje, dat zrjn vrouw kon waarnemen iets meerverdiende begon er eènig licht in de donkere dagen der familie te komen. Onge lukkig duurde dat schijnsel niet lang, want Dekker werd ziek en stierf; zijn vrouw bleef met haar twee kinderen alleen. Het winkeltje verliep al meer en meer, voornamelijk omdat cenige der leveranciers, die den man goed hadden bediend er geen bezwaar in vonden om de weduwe, die toch geen verstand van hun artikelen had, met dalgene op te schepen wat zij gaarne kwijt waren. en laatste was alles wat er van den winkel over was door een onbarmhartig schuldeischer verzwolgen en stond juffrouw Dekker op straat, zonder eenig middel van bestaan. In dien uitersten nood wendde zij zich tot een verren bloedverwant om hulp en ze ont ving met een kort briefje, waarin haar medegedeeld werd dat dit de eerste en ook de laatste keer was dat zij hulp kon verwachten, een kleine som geld, die haar in staat slelde om een kamertje te huren en te beproeven als strijkster of fijne waschvromv, voor haar .en haar kinderen de kost te verdienen. Met ontzaglijke inspanning deed zij haar best en ofschoon haar stukje brood uiterst klein en schamel was, ze hie'.d het hoofd boven water. 't Was juist in dien tij d dat Gesar tot haar kwam met aandacht had hij haar verhaal gevolgd en toen zij eindigde met te zeggen : >Zoo is 't mij gegaan Cesar, nu weet je 't; ik ben nu misschien nog armer dan jij maar ik tracht moed te houden, God zal me verder helpen," viel de neger haar in de reden door te zeggen : God? No missus! Gesar zal help! You good geweest altijd for ny poor wife, for Lilly for Tommy and me, now Gesar geld verdienen wil, for you." Er lag iets in zijn blik, dat aan dien van een trouwen, dank baren hond herinnerde. Terwijl hij nogmaals haar handen kuste, herhaalde hij: »Good missus, don't cry my honey" en met zijn bonten zakdoek trachtte hij een paar tranen van juffrouw Dekker's wangen te wissehen. «Courage missus! You berdienen money met wasch and strijk; Cesar gaan work, de boot stoken, or do nebbei' mind what and you shall have all de money," Do'n ^t cry. Oh ! me shall help you ! Toen 's namiddags juffrouw Dekkers kinderen uit de school te huis kwamen wisten ze niet wat ze zagen want hun moeder stond als naar gewoonte te strijken, en een neger, net zoo zwart als Sint-Nicolaas' knecht zat op den grond aardappelen te schillen; zijn' witte tanden vielen hun 't eerst in het oog, want hij lachte met zijn geheele gezicht toen hij het tweetal gewaar werd. Hij zette de bak met aardappelen naast zich op den grond en met 'i mes op den kleine jongen wijzend hief hij het hoofd op naar juffrouw Dekker en vroeg: »Char)ie ehT' De kleine Karel, die zich zeker uit moeders verhalen den neger herinnerde, bleef een oogenblik beteuterd staan en liep toen: >Dal is Gesar, is 't niet moederT' »Yes me is Cegar, come hier my boy, dat kleine meid is sister yours Eh?" ijep de .zwarte opstaande; Hij zette de kleine op zijn knieën, keek beurtelings den jongen en het meisje aan, lachte hen toe en riep met schitterende maar vochtige oogen: mooie kleine meid mooi little boy sah!" Een oogenblik later zette hij de kinderen van zijn knieën, nam zijn muts, liep de deur uit, de trap af en de straat in. Verwonderd keken allen hem na en elkander aan, maar nog grooter oogen zetten zij op, toen hij een groot kwartier later terug kwam met zijn armen en zijn handen vol. Een zak met broodjes en een stuk kaas in de eene hand, in de andere een koek en onder den arm een flesch wijn. Uit de zakken van zijn zeemansjekker stak een blikken sabel en een poppenhoofd. »So dat is for de kinderen, take it out of my pockets boy" riep hij vroolijk and dat is voor us all logedder, voegde hij er bij, terwijl hij de eetwaren op tafel lei. »Pity! jammer all my money is gone now, «geen geld meer missus and me wou koopen so much for you". Juffrouw Dekker zag hem glimlachend aan en zei: Cesar! Cesar! 't is veel te veel! »0h no! missus nebber genoeg for you" en zachter voegde hij er bij: «nooit genoeg, what you did for poor Lilly was so much more, Cesar nooit kan dank genoeg, missus." Wanneer ooit iemand onder een ongelukkig gesternte geboren werd, dan was het zeker juffrouw Dekker, want niettegenstaande zij haar best deed om .voor zich en haar kinderen den kost te verdienen, ging ze door gebrek aan voldoende aanbeveling en geregeld werk dag aan dag meer en meer achteruit, en toen op een noodlottigen nacht het huis waar zij woonde door brand werd vernield, verloor zij het laatste wat zij bezat en was doodarm. De neger was weer gaan varen en hoewel hij trouw zijn woord hield en van zijn gage geregeld het grootste deel aan »missus" zond, was het te weinig om haar voor den bedelstaf te behoeden en toen Cesar na een afwezigheid van ruim anderhalf jaar weer in Amsterdam kwam, vond hij de familie Dekker op het bekende vlierinkje in de Palmdvvarsstraat. De barre koude winter, het gebrek dat hij met de Dekkers leed, want een plaats als stoker had hij niet gevonden, maakten hem ziek, ijlende koortsen sloopten zijn krachtig lichaam en waarschijnlijk zou hij gestorven zijn wanneer hij niet nog bij tijds door de heeren van het comitéware gevonden. En wat gebeurde er verder met Cesar, zullen misschien eenige lezers die dit verhaal volgden, vragen. Ronduit gezegd, ik weet het niet, waarschijnlijk is hij weer gaan varen. Toen hij hersteld was en het gasthuis had verlaten heb ik hem uit het oog ver loren. De familie Dekker is door bemiddeling van een der heeren commissieleden in beter doen gekomen. De verre neef nl. heeft zich, door hem voorgelicht, het lot van zijn bloedverwanten aan getrokken. Hiermede is de geschiedenis van Cesar ten einde. Ze is niet al te vroolijk geweest, maar ze was eenmaal zoo en niet anders. (1) Dronken. EINDE. NIEUWS VAN DE WEEK. In Aïig. wordt te Scheveningen in het Hotel Garni verwacht, de Erfprins van SaksenWeirnur, zoon van B, K. H. Prinses Sophia der Nederlanden met famiUe en gevolg. Pnnaea Sophie zelf tornt dit jaar niet te Scheveningen. Door de Tweede Kamer is aangenomen het wetsontwerp tot vaststelling van uitgaven, wegens verstrekkingen door het Departement van Marine, dienst 1883, en goedgekeurd het rapport der commissie in zake de inlichting der Regeering op het adres van de Kamer van Koophandel te VJiseingen betrekkelijk de Kon. Maal s. De Schelde aldaar, met de conclusie van het Rapport dier commissie. Door de Kamer' zijn wijders aangenomen het ontwerp tot bekrachtiging eenor overeenkomst met de stoomvaartmaatsehappij Zeeland" betredende de postgemeenscbap met Engeland en het ontwerp-Keekers tot wijziging van de Wet op de Zeevissi-licrifeu. Aan de goedkeuring dor Wetgevende Macht is onderworpen e?ne door de Ministers van Waterstaat en Financiën krachtens machtiging des Konings gesloten overeen komst met de Hollandsche Ijzeren Spoorwegmaatschappij, betreffende de exploitatie van <ieo spoorweg Amersfoort?Kesleren?Nijmegen. De Minister van Justitie heeft de Procureurs-Ganeraal bij de gerechtshoven nitgenoodigd te willan bevorderen, dat voortaan van elke in kracht van gewijsde gegane verooï<1eeling wegens overtreding vnn eene strafbepaling der gewijzigde drankwot, met uitzondering van die van art. 23, ea van elke ontzetting van het beroep, inge volge het laatste lid van art. 19 uitgesproken, door den betrokken ambtenaar van