Historisch Archief 1877-1940
u
?¥? *,
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 420
'ff v
at» >
\
/
x,
.*
t
giment infanterie, dat volgens de dislocatie te Amersfoort tehuis behoort,
en men heeft te Amersfoort eene kazerne uitgewonnen.
Hebbén wij te veel gezegd, toen wij meenden met succes te hebben
gepeinsd?
1. Eene kazerne uitgewonnen.
2. Een gebouw gebruikt, dat nu renteloos staat.
3. Een bezettingsbataljou in de nabijheid van zijne bestemming en in
4e gelegenheid gelaten zich voor zijn taak te oefenon. X.
[Wij zouden wenscben, dat het bovenstaande werd overgenomen door
Alle dagbladen, opdat, het nocli aan de aandacht van den Minister van
Oorlog, vooral niet aan die van den Minister van Waterstaat, Handel en
Nijverheid en eindelijk aan geen der H.H. kamerleden ontsnappe.
OVERZICHT VAN MILITAIRE ARTIKELEN IN DAGBLADEN.
De toekomst van onze rijkswerven, door Nautilus (Handelsblad
*} Juni.)
De versterking der Indische Militaire Marine, door H. J. v. d. Mandele
(Dagbldd De Amsterdammer, 2 Juni.)
Kadermanöeuvres, door Vuurpijl (De Amsterdammer, 7 Juni.)
Pienstvervangirig (Vaderland, 11 en 13 Juni.)
Misbruik van wapenen, door een onderofficier (Vaderland, 12 Juni.)
Particuliere stoomschepen in oorlogstijd door Nautilus (Handelsblad,
16 Juni.)
Lijfstraffen door E. K e m p e (Vaderland, 18 Juni,)
Veilige schiêtbanen, door C. J. Bottcmanne (N. v. d. 2)a#,25 Juni.)
Sehictbaucn, door H. Kroon, president van de
Scberpsehuttersvereenigïng Jan Pietersz. Coen."
De collecte voor den gewapenden dienst, door H. M. Lells, (N Kolt.
Courant, 19 Juni.)
'Veiligheid op schietbanen, door Gr., (N. Eott. Courant, 23 Juni.)
'Manschappen zonder wapens, door Ringeling Dixi, (N. Holt.
Courant, 25 Juni.)
Oorlogsrecht op zee, door Nautilus, (Handelsblad, 24 Juni.)
Klacht van een oud-militair, door W. A. L. E., (HaridelsUfid, 27 Juni.)
Hulpbehoevende gepensionneerden L. Zeiler, (Uanddsllad, 30 Juni.)
Lijfstraffen bij de Marine, door Nautüus, (UandelsUad, 30 Juni.)
"Lijfstraffen, door P. W. M o n d r i a a n, (Vaderland, 30 Juni.)
Zal men de» put dempen, ah het kalf verdronken is, (N. v. d. Dag.
29 Juni.)
SCHAAKSPEL.
No. 23.
Van den oud-redacteur van Sissa.
H. 8. D. Opgedragen aan 't Bestuur- van den Nederlandschen Schaakbond. ("J
ZWART.
d o
WIT.
Wit gpe»lt roor en geeft in 4 zetten mat.
(Wit 11 en Zwart 13 met K. B 7).
? '-'lomfon wij aandachtig den stand der sehailtstaltkon, dan kan raon vrij
? xiort ciat de bovenliineu A C de letter Si, de lijnen F G H een S eüde
E i" letter K verbeelden.
OPLOSSING VAN SCHAAKPROBLEE M No. 86,
l P 4 E G K. nt Pd.
2 Rh. E 5 Gedwongen
s T. B e mat.
Eindspel van F. v. d. E, te 's Hage.
l D A 6 + B7ntA6
2 B 6 B 7 -f- K. A 7
3 B7ntC8Pd.+ A 7 A 8
4 B l B 8 mat.
Eindapol van A. H. E. Douwea Dekker.'
1 Rh. C 6
2 C G. D 6 +
3 D 5 P 3
4 F 3 H 5
5 H 5 0 4
6 T. E 7 mat.
K. E G
E 6 E 5
Gedwongen
dito
K. E 4
INGEZONDEN OPLOSSINGEN.
T« laat ontvangen om in het Torig nommer te kuni)en vermelden, de volg'nde
jn'ulo oplossingen -van no. 25 door J. H. N. te Vc.. o; no 25 en 2C duor v. d. M. te
N N*.; no. 26 door W. v. H. te Delft en 26 met do eindstelüug F. v. d. E. door
Flmiügafed" to Kaatsheuvel.
Nog ootvinseu wij jniste oplossingen van No. 20 en 27 van Henri", Met z'n vie
ren, d laatslen ook de Eii^spelen, beiden to Amsterdam. Voorts Mei" to
llottordam 20 en 27 bnnovcns de Einrtepelen; v. d. M. <e N. N. no. 25, 26 en 27: ,.Flc-n
gafed" to Kaatsheuvel r.o. 28 en 27 met de Eindsteliingen alsmede no. 26 door J.
H. N. te Vculo en \V. v. II. te Delft no. 26 c-n 27.
Ffiiif/e inc/fzon'lfn oplossingen lielbcn icij te laat in handen gekregen om uoy in liet
vurig Weekblad ie kunnen Ojam'iiicn.
DE NEDERLANDSCHE SCHAAKBOND.
(Slot).
C. Engelaehe Opening.
Wit B. J. Lontan
(Amsterdam)
1 02?04
U E 2 E 3
3 G 1 F 3
4 D 2 D 4
5 B 1 C 3
G P 1 2
7 B 2 B 3
8 C 1 B 2
9 Rokkeert
10 0 4 nt D 5
11 D 4 n C 5 '
12 A 1 C 1
13 0 3 A 4
14 F 3 D 2
15 G 2 G 3 '
IC A f C 3
17 E a V 3 <
18 C 1 0 2
19 D 1 - E 2
20 F 1 C 1
21 F 3 G 2
22 D 2 nt E 4
Zwart E. C. A. Dupr
(Rotterd.)
E 7 E 6.
G 8 F 6.
D 7 D B.
F 8 E 7.
Bokkeert.
H 7 'B 6.
O 8 '- B' 7. .
B 8 D 7.
C 7 C 5.
E 6 nt D 5.
B ; n C'5.
A 8 0 S.
E 7 D 6.
D 8 E 7.
D 7 BC.
F S -*- D '8.
D C -r?E 5.
FC E 4.
K 7 f 5.
E 7 FC.
BC D V.
D B nt E 4.
23 G 2 F 1
24 C 3 D 1
25 D 1 nt B 2
2G E 2 E 1
27 E 1 A 5
,28 B 2 A 4
J.- A 6 nt A
30 A 4 A 3
31 B 3 B 4
32 'C 2 'nt 5
33 0 1 n G 5
34 B 4 n 0 5
c'~> F 1 C 4
3C C 4 B 3
27 A 3 B 4
38 B 4 P 4
39 0 5 0
41) E 3 nt D. 4 ,
41 D 4 D 5
42 'A 2 '?A 3
43 G 1 G 2
44 II 2 H 3
45 H S H 4
Voor remUe
D 7 B 6.
E 5 et B 2.
D 8 D 5.
G 8 F 8.
C 8 A 8.
B C nt A. 4.
F B 6.
A 8 C 8.
A 7 A 6.
D 5 nt C 5.
C 8 n C 5.
B 6 C S.
H 7 H 6.
B 7 C 8.'
F 8 E 7.
C C F G.
F 6 ut D 4.
£j 7 D .
A G A 5.
C 8 A G.
A C E 2.
G 7 G 5.
D G C 7.
verklaard.
F E IJ I I. I* E T O W.
HET GEKKEN-ROOSJE."
KiAK HET HOOGDUITSCn VAN
II. B I L
I N O.
In de slad N., bestaande in óén lange straat en met 3000 in
woners, hecrsclite een zekere opgewondenheid. De oude Vorst,
wiens goederen in de nabuurschap gelegen waren, wilde namelijk
het stoffelijk overschot zijns vaders naar het familiegraf doen over
brengen. De aanleiding daartoe was deze. De vorige Vorst was
overleden in het jaar 17.., toen de omstreken door den oorlog
verontrust werden. Daarom begroef men den ouden heer hals
over kop op het kerkhof te N. De zoon echter werd van zijn
erf verdreven en leefde geruimen tijd buitenslands, kreeg later
zijne goederen terug, huwde en beleefde zoo velerlei, dat de uit
vaart der overblijfselen van den ouden Vorst steeds door hem
moest worden uitgesteld. Nu was echter de jonge Vorst zelf een
oud man geworden, en bijzondere voorvallen hadden inzynJeven
opgehouden. Hij voelde zich gaarne, onder een glas wijn, gesticht
met de deftige rei van voorouders, die in de gewelven van zijn
oud-adellijk kasteel sluimerden, en in hem werd de zeer begrij
pelijke wensch levendig, van zijn vader eindelijk aan die rei te
mogen toevoegen. En zoo reed hij dan van zijne burcht at
naar N.; achter zich de wonderlijke groep der Ilegauer bergen
en rechts de bekoorlijke, boogvormige heuvelstreek; van uit de
verte blonk de Bodensee. De Vorst reed stevig door en kwam
dos avonds te N. aan. De kinderen van het stadje gaven hem
het geleide tot voor het .'.mbtsgebouw. Hier werd hij ontvangen
door den oppcramblman, en nog in hetzelfde uur vervoegde zich
deze met Zijne Hoogheid den Vorst aan het kerkhof, dat in het
midden der plaats de kerk omgaf. Sedert vele jaren nochtans
werd hier niemand meer begraven, maar nog leunden de oude
grafsteenen tegen de kerk of langs den kerkhofmuur, en ook ver
hieven zich nog de groene grafheuvels hier en daar onder over
oude kastanjeboomen.
»Ja", zei de Vorst en keek besluiteloos om zich heen, sdat
is een zeer fatale zaok; want ik weet het graf niet".
De opperambtman antwoordde: »Zeker zijn er menigen onder
de oude lieden, die de grafplaats van Zijne Hoogheid den Vorst
nog kennen; ik ben hier eerst sedert kort, doch ik zal het mij
ter harte nemen, om het graf te vinden".
»Maar toch geen vergissing!" hernam de Vorst.
»Die is onmogelijk, Hoogheid!" verklaarde de opperambtman,
»het slaat toch bij ons schriftelijk bevestigd, dat de Vorst slechts
zes voet diep, in plaats van acht voet, onder den grond ligt, en
dat zijn overschot in een tinnen kist rust. Wie anders van de
hier afgestorvenen zou in een linnen kist liggen?"
De Vorst knikte met het hoofd; en daar hij bespeurde, dat de
gansche kerkhofmuur met nieuwsgierige kinderen was bezet, en
achter dien muur minstens half zooveel vrouwen zaten te kakelen
en gissingen te maken, zoo keerde hij zich met zekere ergernis
en een schouderophalen om en ging heen. Voor hem uit stoof
het gepeupel als een opgejaagde troep ganzen uit elkander.
De opperambtman begon zijne navorschingen daarmede, dot hij de
oude lieden uit het plaatsje op het kerkhof deed komen, en hen be
treffende het graf van den ouden Vorst ondervroeg. Maar dit gaf
niets; want ieder wees een ander graf aan en allen zwoeren