De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 9 augustus pagina 7

9 augustus 1885 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND, komen hier op 't ppoor van een zwakheid, die niet gemakkelijk te overwinnen schijnt te zjjn, nl. de neiging van den vertaler om, het oorspron kelijke toe te lichten. Waar het noodig ia een equivalent te vinden, wordt genoegen genomen met een omschrijving. In het Engelscb geeft Bomeo Stoutweg den indruk terug, dien Julia op hem maakt. Hij is dermate over» weldigd door hare schoonheid, dat hij niets dan deze ziet, en, niet het tneisje, maar de eigenschap, die hem het sterkst treft, tot het voorwerp van zjjn vlammenden lofzang maakt. Die schoonheid zelf ziet hij als een afzonderlijke verschijning, en personifieert baar: Her Itauty baoga npon the clieek of night..... Ten eerste zegt de Heer Burgersdijk: Het is.'...; Eomeo gaat bij hem philosopheeren; hij richt liet woord tot zich zelf om het resultaat mee te deeleu van een vergelijking. Men krijgt dus een veel minder krach tige, en plotselinge uiting dan bij Shakespeare. Die overweging, de aan hef: Het is..,, onderstelt een zekere mate van koelheid, die zich met den hartstocht kwahjk verdraagt. Ten tweede laat de Heer Burgersdijk de personificatie van Julia's schoonheid varen voor de zwakkere betuiging, dat Julia-zelf afsteekt bij de nacht als een blinkend juweel in het oor van een Moor. Dit is uiterst gezocht. Er is geen enkele aanleiding om in de verlichte feestzaal van Julia te zeggen, dat zij rast op den wang der nacht. In het oorspronkeIjjke wordt de fantazie geholpen door den voorafgaanden metafoor. De schoonheid kan schitteren tegen een zwarten achtergrond als een edelgesteente. Deze voorstelling blijft binnen de grenzen der verbeelding. Maar in^et Hollandsen 8tjjgt de leenspreuk uit het gezicht. En dit geschiedt tengevolge van een zucht bjj den Heer Burgersdijk, om het ons flink duidelijk te maken. Romeo, dus redeneert hij, vindt Julia zóó schoon, dat het hem is, alsof ze rustte, enz. Het is bij details als deze, bij de diep ste ziel der poëzie, dat wij don vertaler eerst recht aan den tand voelen, en een blik slaan tot op den bodem van zijn mars. Door het eerst eenigermate uitvoerig stU te staan bij wat mij voor komt een zwakke plaats te zijn, wil ik te kennen geven, dat deze plaata de geheele vertaling van de lierische gedeelten, karakteriseert; zij ken merkt een categorie van struikelblokken, die de Heer Burgersdijk niet altijd vermijdt. Bijzonder goed geslaagd mag de tweede ontmoeting van de gelieven hecten, de balkonscène. Ik wil de neiging tot omschrijving door eenigo aanhalingen uit dit tooneel nog nader toelichten. Het is echte Shakespeariaansche plastiek, om van in uiterste verba zing ten hemel geslagen oogen te zeggen, dat zulke oogen wit zijn. Zoodanige scherpe waarneming onveranderd, door fgeenerlei verdere be schrijving verzw,akt, in het vers overtebrengen is een groote kunst. Onze vertaler heeft ditmaal die kunst niet verstaan,rals hij the white tipturned wondring eyes" meent weergegeven te hebben door te laten lezen: de in bewondring 't wit vertoonende oogen. In het Eugelsch efln de oogen wit, in het Hollandsen vertoonen zij het wit. Gevallen als deze doen zich herhaaldelijk voor, en het is niet te ontkennen, dat sommige passages er een zekere matheid aan te danken hebben. Bij Shakespeare staat alles en relief, bjj Burgerdyk zijn het wel eens enkel omtrekken op een plat vlak. De beelden te omschrijven in stede van hen over te dragen is evenmin recht doen aan het oorspronkelijke, als het lezen van een katalogus gelijk zou staan met het bezoeken van een galerij. Zoo is: die heü'ge maan Die aller boonjon toppen daar verzilvert... i niet geheel zoo teekenachtig als: yonder blessed moon ? <? That tips with silver all these fruit-tree tefs .... Plaatsen die minder van de verbeelding vergen zijn beter vertaald dan de andere. Karakteristiek voor de hoogere vlucht van het Engelsen zjjn ook deze regels: Julia. Hiat! Eomeo, hist! .O, for a falconer's voice, To Inre thia taesel-gentla back «gainl die ia het Hollandsen luiden: O, nu den roep, waarmee De valfcenier zijn edelvalk weer lokt. In het oorspronkelijke noemt Julia haren geliefde een edelvalk; tltis tasselgentle; inde vertaling' vergelijkt zij hem bij een: hadde ik na den roep, waarmee de valkenier zijn vogel weer lokt... om thans Romeo weer tot nuj te roepen! ** * Inniger nog van toon en nog hartstochtelijker is het af scheid der jonge echtolingen, na de eerste en eenige nacht van hun geluk; het tooneel, dat begint met het beroemde dageraadslied. Over 't geheel valt de vergelijking van het oorspronkelijke met de ver taling niet tegen. Zeer goed mag de overzetting heeten van deze woorden van Bomeo: It was .the lark, the horald of the morrow, No nightingale: look, love, what envious streak» Do lace the se vering ctouda in youder eaat: Night'a candles are bnrnt out, and jocund day' Stantis tiptoe on the misty mountains' tops ... waarover de Heer Bnrgersdijk, met een gelukkige overwinning op de groote moeilijkheden in deze weinige regels in de beeldspraak vervat, het volgende te lezen geeft: Eet was de leenwrik, 'sdaagraads bode, en niet De nachtegaal; zie lieve, daar in 'toost, Wat boose strepen 't scheurend zwerk omzoomeüi De nacht heeft lang haar kaarsen opgebrand, Ea vroolijk gluurt, hoog op de teênen staand, Of dag <to«r van w btrgen neutltuppen . . . In de clans van Julia, die aan deze van Roiaeo voorafgaat is een staaltje van een ander bezwaar, dat vertalers niet altijd met vracht kan* nen bestrijden. Ho?was,' zegt zij Het was de nachtegaal, de leenwrik niet Wiens schelle stem in 'tangatig oor n drong, Op dien granaatbom zingt hij eiken nacht.... 4 De laatste regel is mat; men meent een tevreden buitenman te hOOreu, die blijde is dat hij een nachtegaal in zijn tuin heeft. Bij Shakespeare staat er: Nightly Bhe «inga on yon pomegranate tree..; en nu hooren wij den liefelijken slag trillen door de nacht en de stilte. De harmonie der klanken, die dezen regel stempelt tot poëzie, is door de vertaling verloren gegaan en het vers een prozaïsche mededeeling ge worden. De billijkheid gebiedt dat wij ook een plaats op de volgende bladzijde aanhalen, waar de Heer Burgersdijk het oorspronkelijke zeer nabijkomt. Het lied van den leeuwrik, dat de gelieren tot scheiden dwingt, klinkt hun wanluidend in de ooren. It is the lark that singa so out of tune Staining hctrsli discords, and unpleasing sharps..., Het raaf-gekras is in den laatsten regel zeer treffend afgebeeld door de harde en scherpe r-klanken en door de combinatie van do woorden harsh en sharp. In het Hollandscb hoort men een overeenkomstige harmonie in de regels: t' Is wel de leetiwïik, die zoo snerpend valscb, Met scherpe teel zijo schrille trillers zingt..., Een voorbeeld hoe een afgesleten vergelijking de poëzie verstoren kan, valt ons in het oog als wij een bladzijde omslaan. Sprekende over Tybalt, door Romeo gedood, noemt Lady Capulet den gehaten Moutague een schurk. Een schurk, zegt Julia ter zijde. Een schurk en hij, wat hemelsbreed verschil l Het eerste gedeelte van dezen regel behoudt de krachtige tegenstelling van het Engelsen: Villain and hèare many miles asstradcr. Maar de tweede helft mist den hartstochtelijken nadruk, dien de dichte* verkregen heeft o. a. door op miles den klem te laten vallen. Hemelsbreed verschil" heeft ten eerste geen hartstochtelijken klank en bovendien is het een vergelijking, die wij gebruiken zonder ons de strekking er van voor den geest te halen. Er blijft dus eenige twijfel bestaan of Julia wel goed meent wat zij zegt. Als baar gevoel zeer diep geweest was, had zij den afstand tusschen Romeo en een schurk wel anders gezien en anders gezegd dan de eerste de beste van zijn vrienden zou gedaan hebben. Slechts bij zeer heftige aandoeningen vinden wij er nieuwe uitingen voor; .bij een minder sterken graad behelpen wij ons met de gangbare vormen. *** Ofschoon ook hier de bezwaren aan het vertalen van Shakespeare ver bonden in meer dan een regel op te merken zijn, is de alleenspraak van Julia vóór de bruiloftsnacht, den Heer Burgersdijk goed gelukt, evenals de volgende dialoog met de Voedster. Een paar plaatsen uit dit gedeelte zullen de rij onzer aanhalingen besluiten. Uitnemend vertaald is: ? Come, night! Coma Eomaol come, thoa day in mght,i For thou wilt lie upon the wings of night Whiter than new enow on a raven'a back .. ? door; Kom, nachtl Kom Eomeo'. gij, dag bg nacht, Dio op de vleug'len van de nacht zult schitt'ren Meer. dan ooit sneeuw op veed'ron van den raaf! . .; Hier gaat het aan van Romeo te spreken als van een blinkend wit op een zwarten grond, want inderdaad zullen de vleugelen van de nacht hem tot zijn geliefde voeren. De heftige aandoening van Julia, als zij 'meent te verstaan dat haar echtgenoot gedood is, en daarna de juister toedracht verneemt, is in de vertaling goed teruggegeven: Wat stom is dit, die van twee kanten loeit 1 Ia Bomeo vermoord, en Tybalt dood? Mijn liefste neef, en eindloos liever gü? Dan sohrikbazuin, blaas dan den jongsten dag) Want wie, wie leeft, zijn deze twee niet meer? Niet minder geslaagd is deze andere, moeilijker Jclaus: Smaad, schande op Romeo! zucht de oude vrouw. Julia, ... ,. . . Uw tong verstijv, Om zulk een wenschl hem werd nooit smaad bestemd; Smaad is beschaamd te zeet'len op zijn voorhoofj; Dat is een troon, waar, de eere zij gekroond l O, 't was geen mensen, toen iU hem daar beschimpte, Men kan er het Engelsch gerust naast zetten, al had de Heer BurgersdijU de gecursiveerde woorden wel weg kunnen laten. Blister 'd be thy tongue. For snch a wish! hèwas not born to shame: Upon his brow shame ia aohamed eo sit. , For 't is a throne where honour may ba erown'd* O, what a beaat was I to chide at hun l ' Do gevestigde meening, dat wjj in den arbeid van den Heer Burgers dijk een voortreffelijke Shakespeare-vertaling bezitten, behoeft, dunkt mij, geen wijzing te ondergaan. Er zullen weinigen gevonden worden die zijn veelzijdigheid en het rechte verstand van den dichter evenaren. Men moet van vele markten thuis zijn om den geheelen Shakespeare te ver talen en op een gemiddeld peil van voortreffelijkheid te blijven. Iemand die nog meer geest heeft zal enkele gedeelten van de blijspelen hier of daar kunnen verbeteren; een gevoeliger dichter met grooter plastiek zal ?deze of gene passage uit de treurspelen nog eens kunnen overdoen. Maar

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl