Historisch Archief 1877-1940
i «sf*
DB AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR N
A°. 1885.
Vinwhliat elk«n Zattrdagavond.
EZ.X,aBXAN, BABH8 * Otk
Kantoor: Singel 211.^
; te BatMte, O. HOI» * Co.
Zondag 20 September.
Abonnenwnt par 3;m f 1.?. (t. p. f. f 1,15.
Afzonderlijke Nummers »«n ds Eiotkwt verkrijgbaar i 0.10.
Advertentiën van 1?5 regels f MO, «Ui* reg«l me»r . 0,20.
tusschen den tekst pw regel ...««» 0.10
INHOUD*
«- ? W»n»éKadetjes, Ben Z*t«rd»gav<»dpnatjt, XCIV, door
Aquarin». ** Dit feet- Haagje, XL VIII, door Paequino. BJoc uotes uit de
Punsea?Wd l, door Ja»p JUttie. ^- K DO* t: Het toonesl te Amsterdam, door Alb. Th.
W«tp9«««r*n» dnor S. D. P. H«t«!eu*4 Bijkemu-eam te Amsterdam, IV.
-. Jiwr win «001-4 in d» qtweatie BonwfetQl Bük»mn«eaoi", door Alb. Th. -~ Uit
P*Tjjs XXXVI, door A.p. -.kotterkuude: Jstory ofjThe Netherlands, beoor
deeld door W. F. O. K. Atthnr Sohopenhaasr T»n Julius rauet.siadt, beoordeeld
f. 4. *. V. «. B*ob*l w Oiemtenx, door Bwramonebe. XXXI. Pierre Pr
fto««. ?- Sana Canon. -r Berichten e» Mededeelingen. Inhoud
Nieuw» Uitgaven. Militaire Zake a: OuziJ.Ushei^ van
iyj, door B, Feuilleton: Ontvettende Bei»avo«itaren
*»» »»8rt«*?«ltet). &cb«kspoU - NIEUWS VAN DBS
*ipeat«ii. Oferzioht ran d* BffeutenwwH door S. .Vejliugea
t*0 Y*ft» Goederea. ,- f e hm*.
»»4
B U I T E W Ii A H D.
De leer Lewar, Rusland'» technisch gevolmachtigde bg de
Engelsche Regeering, de man aan wien de emdelijke regeling van de
Zoelfikar-quaesiie in hoofdzaak moet worden toegeschreven, is
eenige dagen geleden naar St. Petersburg vertrokken, teneinde de
definitieve overeenkomst betreffende de Afghaansche grens, voor
zoov«r Zodflkar betreft, aan de Russische Régcering te overhan
digen. De tending van dezen verdienstelijken staatsman is hier
mede ^efiindigd.; het protocol, hetwelk de schikking in bijzonder
heden wgelt, is door de vertegenwoordigers der beide mogend
heden geteekend en het lastige incident hiermede uit den weg
geruimd. De samenkomst der commissie voor de grensregeling
is bepaald Op tO November, en bet aantal begeleidende personen
voor «Ik der partijen beperkt op 100 o»n. Engeland heeft voor
zijae cwBir.issie kolonel Ridgw^y :<^ «|woiger van Sir Peter
Lorasdfijj, die naar Londen is teruggeroepen) tot voorzitter
aongewtzen; Rusland droeg bet voorztttèrsehap op aan generaal Kulberg.
VAR «cjs« edielderechterlgk* botifenag over het
Pjanjdeh-iocidont is geen sprake meer» Men dppt stilzwijgend overeenge
komen te «yn, deze aangelegenheid voor goed te laten rusten.
Toch wordt, en naar onze meening zeer terecht, in de politieke
wereld aangenomen dat men zich, in weerwil van het dezer dagen
onderteekende protocol, geenszins kan vleien dat hiermede aan
hét antagonisme tusschen Engeland en Rusland in Centraal-Azie
een einde lal ztyn gemaakt. Rusland blijft, evenals voorheen, op
zjjüzachlH uitgedrukt Engelands mededinger; het zal, ook in de
toekomst, gaea gelegenheid ongebruikt laten voorbijgaan, om ver
der naar het zuiden door te dringen en dichter bij de Indische
grens te komen. Ook in Engelond weet men dat, en terwijl men
nét verwanJngs-protocol onderteekent, is men ijverig bezig met het
plannen ter versterking der Indische grens, legt men
strategisch» «poot wegen aan en vermeerdert raen de legerslerkte in
Indiëmet dertigduizend man. Doch in onze dagen moet men
reed» tevreden zijn, wanneer een dadelijk gevaar voor den vrede
wordt afgewend; men zou eene onmogelijke taak aanvaarden,
indien men dien vrede voor tientallen van jaren wilde verzekeren.
Het feit, dat Engeland en Rusland het zwaard niet uitdescheede
hebben getrokken, moge voor «en deel te danken zijn aan hunne
vredelievende gezindheid of vrees voor een oorlog, aan den
anderen kant moet tóet uit het oog worden verloren, dat geen
van beide mogendheden het tijdstip voor eene oorlogsverklaring
nog gekomen acht, hoewel beide min of meer doordrongen zijn
van de wqdaakeiykheid, dat bet vroeg of, laat tot vijandelijkheden
zal moeten komen.
Wat Engeland'* binnenlandsche politiek betrelt, valt over de
afgeioopen week weinig nieuws te vermelden. De
verkiezings-redevoeringen worden voortgezet. Dinsdag sprak de heer Ghamberlain weder
te Glasgow; hij lichtte zijn radicaal tandpunt zeer breedvoerig
toe» doch opende weinig nieuwe gezichtspunten. Merkwaardiger
wat de rede, gebonden door zyn collega John Morley, een
degetftk radicaal, die minder naar partijleuzen zoekt dan wel naai
de verwezenlijking van ernstige beginselen. In meer dan een op
zicht was déze rede van gewicht. In de eerste plaats om hare
wederlegging van Lord Randolph Churchill's bewering, dat Lord
Hartfogton beter op zijn plaats zojj xga aan de zyde der Tories
dan aan die der radicalen. De heer Morley betoogde dat de radi
calen geenszins onpractisch zijn; zij zijn geen intransigentep, en
volgaarne bereid om eene staatkunde alleen naar hare resultaten
te beoordeelen.
Lastiger was de positie van den heer Morley ten opzichte van
het lersche vraagstuk. Zijne atecedenten maakten het hem on
mogelijk, zich op denzclf den beslist veroordeelenden toon als 'de
beer Chambarlain, over de eigchen der Home-Rulere (zooals zij
nog onlangs door den beer Parnell duidelijk waren geformuleerd)
uit te laten. Inlusschen erkende ook de heer Morley, dat de
eischen van den heer Parneli in al hunnen omvang niet voor
inwilliging vatbaar waren. Men moest daarom, als praktische
Heden, overwegen, in hoeverre men aan de billijke wenschen
der Ieren kon tegemoet komen. Eene volkomene afscheiding van
Ierland en Engeland zou een ramp zijn voor het eerste land en
eene schade voor het tweede. Doch de radicalen moesten, al
konden zij tot die scheiding hunne toestemming niet geven, zoo
ver gaan als bun slechts mogelijk was in de vervulling van het
geen door Ierland op billijke gronden wordt gevraagd.
* * *
De eenheid tusschen de verschillende fractiön der groote
republikeinsche partij in Frankrijk Iaat, gelijk wij reeds meermalen
betoogden, zeer veel te wenschen over. De strijd tusschen de
aanhangers van Ferry en Glémenceau is thans heftiger dan ooit,
?fschoon het meer en meer duidelijk begint te worden voor wien
van beiden de overwinning is weggelegd. Intusschen is deze ver
deeldheid in het republikeinsche kamp zeer te betreuren, te meer
«mdat men van den kant der Bonapartisten en monarchisten, die
feitelijk slechts door den geroeenschappelijken haat tegen de
Republiek tot elkander worden gebracht, een optreden met
gesloten gelederen kan verwachten, een compromis tot bestrijding van
den gemeenschappelijken vijand. Daarbij komt nog, dat het bij de
onderlinge tweedracht der republikeinsche partijen minder een
strijd van beginselen geldt, dan wel eene personen-quaestie.
Wanneer Clémenceau en zijne vrienden oppositie voeren tegen het
opportunisme, zijn hunne pijlen uitsluitend gericht op Jules Ferry;
zij bemerken eiken dag meer, dat de kansen van den ex-premier
verbeteren; zij zien hoe een vroegere geestverwant en medestan
der, de tegenwoordige minister-president Brisson, zich van hen
afwendt. Dit alles stemt hen bitter, en doet hen uit het oog
verliezen, dat hunne tegen de voormalige meerderheid gerichte
oppositie slechts de vijanden der Republiek in de hand kan werken.
Uit Tonkin kwamen in de laatste dagen tegenstrijdige berichten.
Volgens eene dépêche van generaal de Gourcy is de nieuwe Ko
ning van Annam, prins Ghan-Noeong, overeenkomstig de wenschen
der Koninklijke familie en met machtiging der Fransche regeering,
te Huéop plechtige wijze ingehuldigd. Tegelijk echter komen uit
endere, goed ingelichte bron, eenige berichten, die den gunstigen
indruk, door het genoemde telegram teweeggebracht, grootendeels
wegnemen. Generaal de Courcy namelijk moet wederom met kracht
hebben aangedrongen op spoedige versterking. Hij wijst met na
druk op de omstandigheid, dat het hem met zijne verstrooide en
door de cholera erg geteisterde strijdkrachten, zonder versterking
niet mogelijk zal zijn de aanvallen, die bij het aanbreken van het
gunstige jaargetijde te wachten zijn, af te weren. Overigens moet
de toestand in Tonkin van zeer ernstigen aard zijn. De benden
der Zwarte Vlaggen worden dagelijks talrijker en stouter; in de
richting van Lang-Son en op verscheidene punten langs de
Roode Rivier, hebben zij sterke verschansingen opgeworpen.
?
De aanstaande verkiezingen voor den Pruisischen Landdag zullen
waarschijnlijk den 12en November plaats hebben; aan den
noodigen tijd tot voorbereiding zal het de verschillende partijen dus
niet ontbreken. Langzamerhand begint zich reeds eenige bewe
ging te vertoonen, en het zal niet lang meer duren, of de ver
kiezingscampagne is in vollen gang. Het cëiiittim heeft op den
Katholiekeadag te Munster het vuur geopend; de
nationaal