De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 27 september pagina 9

27 september 1885 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

r IR r f. No. 431. l _ ?v" v ' \ 11 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLANt». 11 bestaan uit aüe mannelijke ingezetenen van 25 tot 30 jaren, waarvan zij, die vroeger uj de zee- of landmacht gediend hebben, de kern uitmaken, terwgl mét inachtneming vau enkele bepalingen alle te nemen maat regelen betreffende de organisatie, uitrusting, bewapening, aanvoering en oefening, om de schutterijen inderdaad eene krijgsmacht" te doen wezen, aan bet Departement van Oorlog worden toevertrouwd. : Mavors. I) Wjj coraiveeren. 2) Te Woerden. NASCHRIFT; Nadat wfl het bovenstaande geschreven hadden, bracht de Staals-Courant ?nn 23 dezer ons in kennis met den inhoud van het Kon. Besluit dd. 7 September jL (Staatsblad No. 179>, betreffende de samenstelling en indeeling van de dienstdoende schutterijen in de onderscheidene provinciën des Rijks, waaruit blijkt, dat te Charlois, 's-Gravendeel .(Zuidholland), Hengeloö(Overijssel), Neuzen (Zeeland), Nieuwer-Amstel (Noordholland), Oadenbosch, Raamsdonfc (Noordbrabant), Apeldoorn, Renkum, Rheden (Gelderland) en Workum, (Friesland), alzoo in 11 gemeenten, dienstdoende schutterijen worden opgericht, terwijl die te Woerden tot de nietende zal overgaan. Behalve eenige wijzigingen in de aterkte en samenstelling der dienstdoende schutterijen, n hare bestemming voor den dienst der infanterie of der vesting-artillerie, zien wy tevens, dat te Breda, 's-Hage en Utrecht ne compagnie bestemd zal,wezen voor den dienst van treinschuttery, even eens te Amsterdam, Rotterdam en Utrecht voor dien van yeniewerklieden, die te- Brielle voor;den torpedo- en te Dordrecht twee compagnieën voor den pontonnierdiénst, terwijl tevens te Amsterdam 50, te 's-Hage 40 en te Haarlem 30 bereden (ordonnansen zullen mogen wezen. n tip van den sluier is dus opgelicht! ' SCHAAKSPEL. - No. 39. V*n Mr. LE COMTE, te Kanigoro (Neerl. Indië). ZWAJ&T. ? bc d ? f K b WIT. Wit speelt voor «n geeft in 2 zetten mat. (Wit 10 en Zwart 7 met K. F 4). OPLOSSING VAN SOHAAKPBOBLEE M No. 37. W. E 2! fijn Dame B 7! T. nt F 6 f t mat. (D Koning E 4 (a E. nt Pd. (l T. O 3 mat. 3 Pd. C 8 mat. K. - D 3 (2 K. D 5 (3 (3) E 6 E 5 Pion nt Pd. K.?P 5 3 Dame H 7 mat. (a) l . «... 2 D. E 8! 3 T. C 5 mat. lke andere oplossing faalt door pion E 3 op E 2 door te schuiven. INGEZONDEN OPLOSSINGEN. Juist is no. 37 opgelost door W. v. H. te Delft; D. te K.; V. te W.; no. 37 en 38 door 'VI. T. & te Delft, beneven» de Eindepelen; no. 87 door Frouti Quartet; 87 en 88 doof W. d. V. j i»Bgelüks Mei" allen te Amsterdam. De beide laatstgenoemden hebben ook de Eindspelen goed opgelost. BRIEFWISSELING. D. te B. Ge hebt gelijk, wij hebben van probleem no. 31 verzuimd nog de vol gende mooie variant te releveren te veten: l H 7 G 5 G 2 E S 2 Dl.?Dlf K. ad libitum 8 O 2 O 4 of A l F 6 mat. fiE BCtlAAKWEDSTRIJD TDSSCHEN WEENEN EN PARIJS. Stand der partij na den 40n zet. Wit: K. G 1, T. C 1 en El, Rh. B 5, P. A 4, B 3, F2.G2 en G 3. Zwart: K. G 8, T. D 2 en D 8, Rh. B 7, R A 5, B 6, E 6, F 7, G 7 en H 6. W e ene n. Parkje. Wit* 41 0 1?C 7 Zwart Bh. D 5 42 0 7 0 8 D 3 B 2 43 E 1 D 1 O 7 G 6 44 G 8 G 4 K G 7 46 T d D 3 D 8 F 8 46 D 3 E 3 P 7 F 5 47 Bb. D 7 F 6 F 4 48E8 D3 B2 Blf 49 K. H 2 ' K F 6 50 Bh.?B 5 F 8?G 8 61 D 3 D4 O 6 G 5 Stand der partij na den 41n zet van Wit. Wit: K. B 4, T. A 1, Pd.E4, P. C 3, F 3, G 4 en G 5. Zwart: K. G 6, T. A 8, Pd. A 5, P. A 4, B 7, C 7, E 5 enG7. 2de Partg. Paras (wit) Weenen (zwart) 42 A 1?D 1 Pd. B 7 43 K A 3 B 7 D 6 44 Pd. nt D 6 A 8?D 6 45 K. A 4 D 8ntD 6 46 Dl El D 6 D 5 47 03 04 D 5 05 48 K. B 3 G 6ntG5 49 E 1 D 1 K. F 4 60 D 1?D 7 P 4 F 3 51 D 7 nt G 7 K. F 4 F E U I I. I, E T O W. VOOR HET ALTAAR, naar het Deensch VAN H. JB -A. N G. »Daar is hij! Daar is hij!" Met uitgerekten hals brengt men den kijker aan de oogen. De bruidegom doorschrijdt aan de zijde van een bloedverwant het kerkgebouw, ternauwernood een smal pad vindende tusschen de : beide rijen van nieuwsgierige gezichten en opeengedrongen licha men. Hij is lang, donker van uiterlijk, misschien wel iets te slank. Zijn helder wit overhemd is glad zonder plooien, zijn claque is gevoerd met blauwe zijde. Hem oppervlakkig aanziende zou men meenen dat bij onder de oogen geschilderd was, maar goed ge zien zijn het slechts blauwe kringen. Terwijl hij zich naar het koor begeeft, volgt hem van toeschouwer tot toeschouwer een fluisterend gemompel: het is zijn verleden dat zich achter hem hooren Iaat. r ,»Hoe oud is hij?1' »Dertig jaar, hij is vroeger knap ge weest, maar nu is er niet veel meer aan." s Neen, dat dunkt mij ook, hij is immers al geheel kaal." s Nu, geen wonder!" Hij heeft het koor bereikt. De hoofden komen tot rust, men gaat zitten en neemt een afwachtende houding aan. Het zijn meest dames die de stoelen innemen, oude vriendinnen der familie; jonge meisjes, die het zoo heerlijk vinden naar het trouwen te gaan zien; babbelaarsters, die er een uurtje komen zoek brengen; naai stertjes om de laatste modes op te nemen; dienstmeisjes, die ko men om te bewonderen of te benijden, En zij allen brengen iets mede van het stof der straat, het slijk der gooten, het alledaagsche van het gewone leven. De kerk is zeer vol. Het verward gefluister, het zacht gemom pel, dat zich nu eens meer dan weer minder doet hooren, heeft een verdoovenden invloed. Het licht der gaskronen strijdt met het daglicht om den voorrang, en verspreidt een koud, geel-grauw schijnsel door het gebouw, waarbij het is alsof Thorvaldsen's apos telen nog strenger voor zich blikken dan gewoonlijk; Christus op het altaar staat als altijd met uitgespreide handen, de gemeente te smeeken, in stede van haar te gebieden. Bij het flikkerend licht der gasvlammen is het alsof zijn gelaatstrekken zich nu en dan bewegen. Des voormiddagg had er een lijkdienst plaats gehad. De gaskro nen waren toen omhangen met floers, voor het koor stond een kist bedekt met bloemen. Alles anders als nu. Evenals nu een fluisterend gemompel; groepjes heeren, die van zaken praatten, anecdoten ten beste gaven, of kwaad spraken over anderen. En de strenge apostelen hadden met denzelfden kouden blik op de ge meente nqêrgezien; Christus op het altaar had evenals nu de han den uitgespreid.... Hier en daar een vochtig oog.... overigens precies als mi. Er komt opnieuw leven in de menigte. Men rekt den hals uit, duwt en dringt naar voren. Eerst een dame in het blauw, buitengewoon zwaarlijvig, met een grof, opgeblazen gezicht en bloemen in het haar. Dan volgen met korte tusschenpoozen de overigen; de heeren ietwat zenuw achtig onder al die blikken, de dames ongedwongen, met laag uit gesneden kleedjes, lange slepen en boeketten in de hand. De ge smoorde uitroepen van bewondering der toeschouwers brengen een verhoogden blos op de wangen: nu en dan kijkt men even om en wisselt een groet met dezen of genen bekende. Daar is de broeder van de bruid: de schilder. Hij heeft zich het haar laten krullen, zijn wit zijden das is buitensporig groot. Hij is erg verlegen te midden van al die menschen, die hem aan wijzen, en weet geen raad met den hoogen hoed, dien hij op onbeholpen wijze in de hand houdt. Het laatst komt de moeder van den bruidegom, een bejaarde dame, rank en statig, in een donker grijs zijden kleed, dat in een breeden sleep afhangt. Het gefluister begint weer: >U weet toch wel dat tijdens de crisis de zaken van den con sul heel leelijk stonden, maar gelukkig heeft mevrouw haar man kunnen redden...'' » Mevrouw?'' »0ch ja; ze was destijds jong en zag er lief uit...." >Ik kan het niet gelooven." «Enfin, als u het beter weten wilt, maar dit is toch zeker dat zij-een tijdjang heel geheimzinnig in Londen heeft door

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl